Ontwerpresolutie - B7-0133/2012Ontwerpresolutie
B7-0133/2012

ONTWERPRESOLUTIE over de situatie in Nigeria (2012/2550(RSP))

7.3.2012

naar aanleiding van de verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid
ingediend overeenkomstig artikel 110, lid 2, van het Reglement

Judith Sargentini, Raül Romeva i Rueda namens de Verts/ALE-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B7-0131/2012

Procedure : 2012/2550(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B7-0133/2012
Ingediende teksten :
B7-0133/2012
Debatten :
Aangenomen teksten :

B7‑0133/2012

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Nigeria (2012/2550(RSP))

Het Europees Parlement,

–   gezien zijn eerdere resoluties over mensenrechtenschendingen in Nigeria,

–   gezien het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten van 1966, dat op 29 oktober 1993 door Nigeria is geratificeerd,

–   gezien het Afrikaanse Handvest van de rechten van de mens en de volkeren van 1981, dat door Nigeria op 22 juni 1983 is geratificeerd,

–   gezien artikel 110, lid 2, van zijn Reglement,

A. verontrust over de recente golf van geweld die op gang is gebracht door de Boko Haram-groep, een radicale islamitische groepering, en waarbij honderden onschuldige mensen om het leven zijn gekomen;

B.  overwegende dat de islamitische groepering Boko Haram blijkens rapporten van mensenrechtenorganisaties betrokken is geweest bij aanvallen op politiebureaus, militaire installaties, kerken en banken, maar ook bij een zelfmoordaanslag op het VN-hoofdkwartier, waarbij ca. 24 doden zijn gevallen en ruim 100 mensen gewond zijn geraakt;

C. overwegende dat de Nigeriaanse politie en het Nigeriaanse leger naar aanleiding van de gewelddaden van Bako Haram een groot aantal vermoedelijke leden van de groep buitengerechtelijk hebben geëxecuteerd;

D. overwegende dat de afgelopen weken naar verluidt zo'n 10.000 mensen uit Noord-Nigeria naar Tsjaad en Niger zijn gevlucht om te ontkomen aan de gewelddadige intimidatieacties en het geweld van Boko Haram, en dat ook bewoners van de omliggende Oost-Nigeriaanse dorpen Dougouri, Folkine, Koyorom en Malfahtri op de vlucht zijn geslagen;

E.  overwegende dat in Nigeria de afgelopen tien jaar duizenden mensen zijn omgekomen bij religieus en etnisch geweld als gevolg van de vaak gespannen religieuze en etnische verhoudingen in het land;

F.  overwegende dat interreligieus of interetnisch geweld vaak leidt tot een emotionele escalatie van conflicten, met de dood van onschuldige mensen tot gevolg, zonder dat de diepere oorzaken van de conflicten worden aangepakt,

G. overwegende dat de problemen in het noorden van het land het gevolg zijn van een gebrek aan economische ontwikkeling en dat de spanningen voortkomen uit al tientallen jaren voortwoekerende rancuneuze gevoelens tussen verschillende autochtone bevolkingsgroepen, voornamelijk christenen en animisten, die met migranten en bewoners uit het Hausa-sprekende moslimnoorden rivaliseren om de controle van het vruchtbare akkerland;

H. overwegende dat een vreedzame oplossing van conflicten respect impliceert voor de mensenrechten, toegang tot de rechter, het beëindigen van de straffeloosheid, alsook een behoorlijke toegang tot de beschikbare middelen en herverdeling van de inkomsten in een olierijk land zoals Nigeria;

I.   overwegende dat de heersende instabiliteit de kwetsbaarheid van het dichtst bevolkte en grondstoffenrijkste land van Afrika extra onderstreept;

1.  veroordeelt krachtig het geweld dat Nigeria heeft overspoeld en spreekt zijn bezorgdheid uit over de aanhoudende spanningen, waarvan de bestaande gemeenschappen zowel daders als slachtoffers zijn;

2.  onderstreept dat het door president Goodluck Jonathan ingestelde comité om toezicht te houden op de reorganisatie van de politie in Nigeria moet trachten een einde te maken aan de schending van de mensenrechten door sommige politiediensten, en tussen de bevolking en de politie vertrouwen te wekken;

3.  onderstreept het belang van een onafhankelijk, onpartijdig en goed toegankelijk gerechtelijk apparaat om een ​​einde te maken aan de straffeloosheid en om de eerbiediging van de rechtsstaat en de grondrechten van de bevolking te bevorderen;

4.  dringt aan op een onafhankelijk onderzoek naar de gepleegde mensenrechtenschendingen en staat erop dat de schuldigen worden berecht volgens de internationale normen voor een eerlijke rechtsgang;

5.  verzoekt de Nigeriaanse regering haar bevolking te beschermen en tot elke prijs verdere aanvallen of vergeldingsmoorden te voorkomen;

6.  verzoekt de EU om humanitaire hulp voor mensen die uit het noorden van Nigeria naar de buurlanden zijn gevlucht als gevolg van het optreden van de politie en het door Boko Haram gepleegde geweld;

7.  roept de Nigeriaanse regering ertoe op zich in te zetten voor een vreedzame oplossing en de oorzaken van het conflict aan te pakken door te zorgen voor een eerlijke toegang tot hulpbronnen en een duurzame ontwikkeling van de regio, waarbij de fundamentele mensenrechten dienen te worden nageleefd;

8.  pleit voor afschaffing van de bestaande wetgeving waarbij homoseksualiteit strafbaar wordt gesteld en in sommige gevallen met steniging wordt bestraft; roept het Nigeriaanse parlement ertoe op de behandeling te staken van de "Same Gender Marriage Prohibition Bill", die – als hij wordt aangenomen – voor zowel Nigeriaanse als buitenlandse LGBT-mensen zou betekenen dat zij ernstig gevaar lopen aan geweldpleging en arrestatie te worden onderworpen;

9.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regering van Nigeria, de Afrikaanse Unie, de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, de covoorzitters van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU en het Pan-Afrikaanse Parlement (PAP).