Ontwerpresolutie - B7-0086/2014Ontwerpresolutie
B7-0086/2014

AANBEVELING VOOR EEN BESLUIT om geen bezwaar te maken tegen de gedelegeerde verordening van de Commissie van 7 januari 2014 betreffende de Europese gedragscode voor partnerschap in het kader van de Europese structuur- en investeringsfondsen

29.1.2014 - (C(2013)9651 – 2014/2545(RSP))

ingediend overeenkomstig artikel 87 bis, lid 6, van het Reglement
Commissie regionale ontwikkeling

Rapporteurs: Danuta Maria Hübner, Lambert van Nistelrooij, Constanze Angela Krehl

Procedure : 2014/2508(DEA)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B7-0086/2014
Ingediende teksten :
B7-0086/2014
Debatten :
Stemmingen :
Aangenomen teksten :

B7‑0086/2014

Ontwerpbesluit om geen bezwaar te maken tegen de gedelegeerde verordening van de Commissie van 7 januari 2014 betreffende de Europese gedragscode voor partnerschap in het kader van de Europese structuur- en investeringsfondsen

(C(2013)9651 – 2014/2545(RSP))
 

Het Europees Parlement,

–       gezien de gedelegeerde verordening van de Commissie (C(2013)9651),

–       gezien het schrijven van de Commissie van 21 januari 2014, waarin zij het Parlement verzoekt te verklaren dat het geen bezwaar zal maken tegen de gedelegeerde verordening,

–       gezien artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–       gezien Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad, en met name artikel 5, lid 3,

–       gezien artikel 87 bis, lid 6, van zijn Reglement,

A.     overwegende dat het belangrijk is ervoor te zorgen dat de gedelegeerde verordening betreffende de Europese gedragscode voor partnerschap zo snel mogelijk in werking treedt, aangezien het dringend noodzakelijk is dat de gedragscode van toepassing is op de lopende voorbereiding van de partnerschapsovereenkomsten en -programma's voor de periode 2014-2020;

1.      verklaart geen bezwaar te maken tegen de gedelegeerde verordening;

2.      verzoekt zijn Voorzitter dit besluit te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.