ONTWERPRESOLUTIE over de erkenning van Palestina als staat

10.12.2014 - (2014/2964(RSP))

naar aanleiding van een verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid
ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Charles Tannock, Geoffrey Van Orden, Anna Elżbieta Fotyga, Mark Demesmaeker, Zdzisław Krasnodębski, Bas Belder namens de ECR-Fractie

B8‑0359/2014

Resolutie van het Europees Parlement over de erkenning van Palestina als staat

(2014/2964(RSP))

Het Europees Parlement,

–       gezien zijn eerdere resoluties over het Midden-Oosten,

–       gezien de conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken van de EU over het vredesproces in het Midden-Oosten van 17 november 2014,

–       gezien artikel 123, lid 2, van zijn Reglement,

A.     overwegende dat de EU herhaaldelijk haar steun heeft uitgesproken voor de tweestatenoplossing, waarbij de staat Israël en een onafhankelijke, democratische, aangrenzende en levensvatbare staat Palestina zij aan zij leven in vrede en veiligheid, en dat zij heeft opgeroepen tot de hervatting van rechtstreekse vredesonderhandelingen tussen Israël en de Palestijnse Autoriteit (PA);

1.      spreekt zijn ernstige bezorgdheid uit over de stijgende spanningen en het toenemende geweld in de regio; veroordeelt de recente terroristische aanslagen; spreekt zijn medeleven uit met de families van de slachtoffers, waaronder degenen die op 18 november 2014 zijn omgekomen bij de aanslag op een synagoge in Jeruzalem;

2.      is van mening dat een tweestatenoplossing de enige levensvatbare oplossing is voor het bereiken van blijvende vrede en stabiliteit; merkt met bezorgdheid op dat een unilaterale onafhankelijkheidsverklaring niet zal leiden tot een duurzame oplossing; herhaalt dat een diplomatieke aanpak onder auspiciën van het Midden-Oostenkwartet, waarbij rechtstreekse onderhandelingen plaatsvinden tussen Israël en de PA, noodzakelijk is om een vreedzame oplossing van het conflict te bereiken en erkenning van de staat Palestina mogelijk te maken;

3.      benadrukt dat een evenwichtige oplossing alleen mogelijk is indien de Palestijnen erkennen dat de staat Israël bestaansrecht heeft en gerechtigd is zijn legitieme veiligheidsbelangen te waarborgen; herinnert eraan dat de EU graag zou zien dat Gaza onder leiding van de PA de openbare orde en het gezag handhaaft en de democratische waarden en beginselen naleeft, en dringt erop aan dat alle gewapende groeperingen die niet onder controle van de PA in Gaza staan hun wapens inleveren;

4.      spreekt andermaal zijn medeleven uit met de Israëliërs en de Palestijnen die te lijden hebben onder de politieke spanningen die zij elke dag moeten verduren, en beseft dat de meeste Israëlische en Palestijnse burgers gewoon hun dagelijks leven willen leiden in vrede en veiligheid;

5.      verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de voorzitter van de Algemene Vergadering van de VN, de regeringen en de parlementen van de leden van de VN-Veiligheidsraad, de afgezant van het Midden-Oostenkwartet, de Knesset en de regering van Israël, de president van de Palestijnse Autoriteit en de Palestijnse Wetgevende Raad.