Ontwerpresolutie - B8-0034/2015Ontwerpresolutie
B8-0034/2015

ONTWERPRESOLUTIE over de prioriteiten van het Europees Parlement met betrekking tot het werkprogramma van de Commissie voor 2015

12.1.2015 - (2014/2829(RSP))

naar aanleiding van een verklaring van de Commissie
ingediend overeenkomstig artikel 37, lid 3, van het Reglement en het kaderakkoord over de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de Commissie

Sophia in 't Veld, Pavel Telička, Dita Charanzová namens de ALDE-Fractie

Procedure : 2014/2829(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B8-0034/2015
Ingediende teksten :
B8-0034/2015
Debatten :
Aangenomen teksten :

B8‑0034/2015

Resolutie van het Europees Parlement over de prioriteiten van het Europees Parlement met betrekking tot het werkprogramma van de Commissie voor 2015

(2014/2829(RSP))

Het Europees Parlement,

–       gezien de mededeling over het werkprogramma van de Commissie voor 2015,

–       gezien het kaderakkoord over de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de Commissie, en met name bijlage 4,

–       gezien artikel 37, lid 3, van zijn Reglement,

A.     overwegende dat Europa de interne en externe uitdagingen waarmee wij geconfronteerd worden, moet beantwoorden met een duidelijke visie, een duidelijk doel, leiderschap, ambitie en moed, om te tonen dat het in staat is aan de verwachtingen van onze burgers te beantwoorden, hun voortuitzichten te bieden en vertrouwen te wekken door de EU om te vormen tot een echte democratische, politieke unie, een parlementaire democratie en een forum waar de burgers hun continent kunnen sturen en vormgeven met het oog op het behouden en versterken van hun levensstandaard;

B.     overwegende dat de rol van de Commissie erin bestaat het algemeen belang van de Unie te bevorderen, hiertoe passende initiatieven te nemen, de toepassing van de Verdragen te waarborgen, toe te zien op de tenuitvoerlegging en handhaving van de EU-wetgeving, coördinerende, uitvoerende en beherende taken uit te voeren en wetgeving te initiëren;

C.     overwegende dat onderwijs en burgerschap een essentiële rol spelen bij de bevordering van de centrale waarden van de EU, en dat Europa resultaten moet boeken en een nauwere en brede dialoog met zijn burgers moet aangaan; overwegende dat het daarom essentieel is om in het werkprogramma van de Commissie voor 2015 een grotere rol weg te leggen voor onderwijs, cultuur en burgerschap als verdediging tegen de opkomst van populisme en euroscepticisme en als instrument om Europa weer aansluiting te doen vinden bij zijn burgers en de rol van gemeenschappelijke Europese waarden te versterken;

D.     overwegende dat Europa een sterke Commissie nodig heeft, met een doelgericht en voldoende ambitieus werkprogramma dat haar in staat stelt tegemoet te komen aan de reële behoeften van de EU en haar burgers;

E.     overwegende dat de EU een langdurige economische crisis doormaakt, met lage groei en een gebrek aan werkgelegenheid en investeringen, waaraan geen einde zal komen zonder een aanzienlijke verdere verdieping van de Europese integratie waar dat gerechtvaardigd is, met name in de economische en monetaire unie, met meer democratische controle en verantwoordingsplicht;

F.     overwegende dat duurzaamheid en economische groei verenigbaar zijn en elkaar wederzijds kunnen versterken, en dat het Parlement daarom bezorgd is over het feit dat er in het werkprogramma van de Commissie onvoldoende nadruk wordt gelegd op duurzame groei, en de Commissie dringend verzoekt van duurzaamheid een hoeksteen te maken van haar agenda voor groei en banen;

G.     overwegende dat het verlies van Europees concurrentievermogen in de wereld, de hoge werkloosheid, met name de onaanvaardbaar hoge jeugdwerkloosheid, demografische veranderingen , met name de toenemende vergrijzing, en de sociale problemen ten gevolge van de economische achteruitgang de EU voor ongeziene uitdagingen plaatsen;

H.     overwegende dat de budgettaire keuzen op EU-niveau moeten overeenstemmen met de politieke prioriteiten van de EU, niet alleen wat de bedragen betreft, maar ook op het vlak van flexibiliteit en evenwicht;

DEEL 1

1.      is verheugd dat de Commissie op "grote thema's" focust en naar betere regelgeving toewerkt, maar benadrukt dat "grote thema's" pas na een discussie met het Parlement kunnen worden uitgekozen, dat de intrekking van wetgevingsdossiers aan objectieve criteria moet voldoen en door een effectbeoordeling moet worden geschraagd, en dat het schrappen van wetgevingsvoorstellen omdat de lidstaten er niet in slagen hun verantwoordelijkheid op zich te nemen en tot een consensus te komen, er niet toe mag leiden dat een van de medewetgevers een soort vetorecht krijgt door tijd te rekken; herinnert eraan dat betere regelgeving niet zomaar intrekking betekent, maar wel meer wetgeving waar nodig en minder wetgeving waar dat niet nodig is; vraagt de voorzitter en de eerste vicevoorzitter ervoor te zorgen dat de clusterstructuur van het college efficiënt werkt; herinnert eraan dat het bij betere wetgeving niet alleen gaat om het resultaat, maar ook om het proces, dat volkomen democratisch en transparant moet zijn;

2.      vraagt de Commissie ten volle gebruik te maken van haar initiatiefrecht om de Unie duidelijk politiek leiderschap te geven, erop aan te dringen dat de regeringsleiders achter de besluiten staan die zij in de Europese Raad nemen, en in het bijzonder met het strategisch stappenplan voor een budgettaire, economische en politieke unie en extern optreden te komen; verzoekt de Commissie een ambitieuze agenda te volgen voor de hervorming van de structuur van de monetaire unie, en herinnert eraan dat de Commissie krachtens artikel 48 van het Verdrag het recht heeft voorstellen tot wijziging van de Verdragen in te dienen;

3.      betreurt dat het werkprogramma, ondanks de belofte om de Raad en het Parlement bij de vaststelling van de prioriteiten te betrekken, geen blijkt geeft van die interinstitutionele inclusiviteit die een programma zou hebben opgeleverd dat beter strookt met de prioriteiten van alle drie de instellingen, door middel van een transparante procedure die het Parlement in staat zou hebben gesteld zijn prioriteiten aan te reiken;

4.      betreurt eveneens dat de Commissie, in tegenspraak met artikel 13 van het huidige kaderakkoord, het Parlement niet schriftelijk in kennis heeft gesteld van de belangrijke initiatieven met betrekking tot wetgevingsvoorstellen die deel uitmaken van het werkprogramma alvorens deze openbaar te maken;

5.      is verheugd over het streven naar betere regelgeving met als doel de wetgevingslast te verminderen en "gold-plating" te voorkomen; benadrukt evenwel dat de voorgestelde agenda voor betere regelgeving geen hinderpaal mag vormen voor essentiële wetgeving op belangrijke gebieden op Europees niveau waar reële meerwaarde kan worden gecreëerd, zoals onder meer milieubescherming en sociale bescherming; vraagt de Commissie een omvattend systeem op te zetten om wetgeving te toetsten tijdens de drie belangrijke fasen van het wetgevingsproces, namelijk omzetting, toepassing en handhaving;

6.      is verheugd dat de Commissie opnieuw heeft toegezegd de EU een echt migratiebeleid te geven; herhaalt dat het Parlement als een van de takken van de begrotingsautoriteit volledig achter het voorstel om de begroting van Frontex aanzienlijk te verhogen, staat;

7.      vraagt de Commissie de coherentie van haar wetgevingsprogramma te blijven verbeteren, de redactionele kwaliteit van haar wetgevingsteksten te verbeteren, haar effectbeoordeling van ontwerpwetgeving te verbeteren, concordantietabellen te gebruiken om de omzetting van de EU-wetgeving te verbeteren en horizonbepalingen op te nemen opdat EU-wetgeving periodiek wordt herzien;

8.      vraagt de Commissie een voorstel in te dienen om te voorzien in de huidige lacunes en mazen in de toepassing van artikel 2 VEU en waarden als eerbiediging van de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten waarop de EU gebaseerd is, met onder meer een bindend instrument op basis van een reeks objectieve indicatoren, waarmee automatisch en getrapt kan worden opgetreden tegen schendingen van de rechtsstaat en de grondrechten op het niveau van de EU en de lidstaten; herinnert eraan dat de eerbiediging van de mensenrechten bijgevolg effectief zal moeten worden toegepast door de naleving van alle Verdragsbepalingen, en met name de zogeheten democratieclausule;

9.      vraagt de Commissie de nadruk te leggen op maatschappelijk verantwoord ondernemen als hoeksteen van het Europese sociale model en de EU-strategie voor duurzame ontwikkeling;

10.    onderstreept dat de EU in de wereld aanwezig moet zijn door een efficiënt buitenlands beleid dat opgewassen is tegen de nieuwe uitdagingen waarmee wij tegenwoordig worden geconfronteerd;

11.    vraagt dat er een nieuwe impuls wordt gegeven aan een stappenplan voor transparantie en toegang tot documenten, dat moet zorgen voor een politieke unie op grond van een parlementaire democratie die zowel in de EU als in de lidstaten transparant te werk gaat en rekenschap aflegt, en dat er een transparantieambtenaar wordt aangesteld om toezicht te houden op deze werkzaamheden; herinnert er in dit verband aan dat het Parlement heeft gevraagd een bestuursrecht voor de EU vast te stellen;

12.    vraagt de Commissie alle toekomstige wetgeving te laten toetsen aan de grondrechten en alle bestaande wetgeving vooraf te laten toetsen, met name alle EU-regelgeving betreffende de vergaring, verwerking, doorgifte en opslag van gegevens op grote schaal;

13.    betreurt dat, hoewel in de beleidslijnen van voorzitter Juncker staat dat "in het eerste jaar van (de) ambtstermijn [...] een voorstel voor een doeltreffender externe vertegenwoordiging van onze economische en monetaire unie" zal worden ingediend, het werkprogramma hierover geen nadere bijzonderheden bevat; vraagt de Commissie haar initiatiefrecht te gebruiken om, overeenkomstig artikel 138, lid 2, van het Verdrag, "passende maatregelen" voor te stellen "met het oog op de gezamenlijke vertegenwoordiging in de internationale financiële instellingen en conferenties";

14.    benadrukt dat het creëren van banen en groei moet worden gefaciliteerd door een ambitieuze handelsagenda om toegang te krijgen tot de markten van derde landen en de uitvoer te diversifiëren;

15.    vraagt de Commissie te streven naar een ambitieuze en coherente strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid, waarin de mensenrechten en de fundamentele vrijheden centraal staan, teneinde de EU een grotere rol in de wereld te geven op het vlak van ontwikkeling, vredesherstel en vredesopbouw, humanitaire hulp en de wereldwijde bevordering van de mensenrechten;

16.    vraagt de Commissie de belastingwetgeving te wijzigen, met name naar aanleiding van de "Lux leaks"-onthullingen, en ambitieuze stappen vooruit te zetten, zoals een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting, in plaats van louter transparantie rond fiscale rulings te eisen, en vraagt voorzitter Juncker onverwijld met voorstellen te komen om de economische en monetaire unie te voltooien;

17.    dringt erop aan dat de Commissie zich strikt houdt aan de bepalingen en termijnen van het akkoord tussen het Parlement en de Raad over de uitvoering van het plan om de achterstallige rekeningen te betalen, die in feite een verborgen schuld vormen;

18.    is verheugd over de impuls van het investeringsplan, maar merkt op dat dit van een aantal essentiële voorwaarden afhangt, met name dat de lidstaten structurele hervormingen doorvoeren, bv. op de arbeidsmarkt, in de pensioenstelsels en in de gezondheidzorg, dat het stabiliteits- en groeipact niet wordt afgezwakt en dat er aanzienlijke vooruitgang wordt geboekt met de liberalisering, openstelling en eenmaking van de markten van de toekomst die nog steeds onder nationale controle staan, zoals de energiemarkten, de telecommunicatiemarkten, de digitale markten en de kapitaalmarkten, en dat de geselecteerde projecten bijdragen aan de financiering van de juiste prioriteiten; wijst erop dat de deelname van particuliere partners en particuliere investeerders cruciaal is; wijst op het werkgelegenheidspotentieel in deze sectoren; vraagt tegelijk om volledige democratische controle op het investeringsplan op EU-niveau; vraagt de Commissie ervoor te zorgen dat eventuele financiering die vanuit Horizon 2020 wordt overgeheveld, resulteert in een even groot of groter bedrag aan investeringen in onderzoek en innovatie;

19.    is groot voorstander van de goedkeuring van de strategie voor de digitale interne markt; wenst dat dit pakket de weg effent voor een snelle ontwikkeling van de digitale economie; is ervan overtuigd dat Europa in deze belangrijke sector duidelijke meerwaarde te bieden heeft; herhaalt dat wetgeving op dit gebied toekomstgericht moet zijn en tot doel moet hebben nieuwe kansen voor Europese burgers, bedrijven en ondernemingen te scheppen op basis van een open internet; benadrukt dat vooruitgang op dit gebied rechtstreekse gevolgen zal hebben voor de burgers;

20.    vraagt dat deze hervormingen worden aangevuld met de uitvoering van de strategie voor de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen, met betere infrastructuur en projecten met Europese meerwaarde op het gebied van vervoer, energie en telecommunicatie, die essentieel zijn voor de werking van de interne markt;

21.    is het volkomen oneens met de voorgestelde intrekking van de transparantierichtlijn betreffende de prijsstelling en de vergoeding van geneesmiddelen, waarover het Parlement in 2013 zijn standpunt heeft aangenomen, en van de wetgevingsvoorstellen betreffende de herziening van het afvalstoffenbeleid en luchtverontreiniging, aangezien een optreden van de Unie op deze gebieden gelegen komt, noodzakelijk is en aan de verwachtingen van de EU-burgers beantwoordt; dringt erop aan dat deze voorstellen niet worden ingetrokken, zodat het Parlement en de Raad verder kunnen werken aan de huidige voorstellen;

22.    herhaalt dat het 7e Milieuactieprogramma een juridisch bindende handeling is, wat betekent dat de Commissie verplicht is de nodige maatregelen te nemen om haar overeengekomen prioritaire doelstellingen te verwezenlijken, namelijk het natuurlijke kapitaal van Europa beschermen en verbeteren, de Unie omvormen tot een hulpbronnenefficiënte, groene en concurrerende koolstofarme economie, en burgers beschermen tegen milieugerelateerde druk en risico's voor hun gezondheid en welzijn; verlangt dat de Commissie in haar prioriteiten ten volle rekening houdt met deze doelstellingen en eventuele maatregelen die nodig zijn om ze te verwezenlijken, niet uitstelt;

23.    verzoekt de Commissie zich terdege rekenschap te geven van de sectorgebonden standpunten van het Parlement die in deel 2 van deze resolutie worden uiteengezet;

DEEL 2

Een nieuwe stimulans voor banen, groei en investeringen

24.    vraagt om een sterk Europees industrieel beleid, dat niet alleen bijdraagt tot groei en werkgelegenheid, maar ook een voorwaarde is opdat geavanceerde Europese R&D&I economische, sociale en milieuproblemen kan omvormen in concurrentievoordelen;

25.    is verheugd over de indiening van een pakket maatregelen die beogen werkloze jongeren en langdurig werklozen aan een baan te helpen; vraagt de Commissie ervoor te zorgen dat de lidstaten de middelen die voor banen voor jongeren zijn uitgetrokken, kunnen frontloaden en al in 2015 kunnen uitgeven;

26.    vraagt dat het cohesiebeleid voor 2014-2020 en het Horizon 2020-programma worden uitgevoerd;

27.    vraagt dat de tussentijdse evaluatie van de EU-biodiversiteitsstrategie wordt ingediend;

28.    vraagt om voorstellen om het potentieel van de culturele en creatieve sector te ontwikkelen;

29.    vraagt om groene investeringen en een stabiel beleidskader op lange termijn om een hulpbronnenefficiënte en koolstofarme economie te bevorderen, onze doelstellingen voor de vermindering van CO2-emissies aan te scherpen en het aandeel hernieuwbare energie en de energie-efficiëntie te vergroten, wat inhoudt dat er in een pan-Europees elektriciteitsnet moet worden geïnvesteerd en dat er meer hernieuwbare energiebronnen moeten worden gebruikt;

30.    benadrukt dat werkgelegenheid en groei kunnen worden gestimuleerd door handel, het aanboren van buitenlandse markten en het diversifiëren van onze uitvoer;

Een connectieve digitale interne markt

31.    is van mening dat consumentenbescherming en de bescherming van de grondrechten allebei van essentieel belang zijn opdat de Europeanen vertrouwen hebben in de digitale interne markt als onderdeel van de digitalisering van hun dagelijkse leven;

32.    is van mening dat de strategie voor de digitale interne markt moet beogen kansen voor burgers, bedrijven en ondernemingen te creëren en innovatie in de hand te werken;

33.    vraagt om een verdere harmonisatie van de wetgeving inzake auteursrecht en een beter beheer van auteursrechten teneinde grensoverschrijdende toegang tot creatieve content te vergemakkelijken;

34.    onderstreept dat voor een level playing field moet worden gezorgd voor bedrijven die zich op de digitale interne markt begeven, zodat zij kunnen concurreren; wijst erop hoe belangrijk het is dat bedrijven en consumenten online dezelfde bescherming genieten als op hun traditionele markten;

35.    is van mening dat in de komende strategie de volgende belangrijkste kwesties aan bod moeten komen:

•     cloud computing, en met name de geringe aansprakelijkheid van aanbieders van cloud computing-diensten en de inconsistentie van transnationale wetten en regelgeving;

•     discriminatie van consumenten op het internet, en met name discriminerende praktijken op grond van nationaliteit of verblijfplaats, die zich voordoen op tal van gebieden van het EU-recht;

•     cyberbeveiliging, aangezien overheidsinstellingen en bedrijven in Europa steeds vaker het slachtoffer zijn van aan cybercriminaliteit en het gebrek aan een gemeenschappelijke aanpak daarvan;

•     beperkingen en belemmeringen met betrekking tot elektronische betalingen en e‑authenticatie, in het bijzonder bij mobiele betalingen, met name het gebrek aan normen voor copyrightvoorschriften bij e‑commerce;

•     pakketbezorging;

•     het internet der dingen, met inbegrip van privacy by design.

36.    vraagt om billijke toegang tot internetplatforms en elektronische communicatie;

37.    vraagt om een Europese strategie die de ICT-sector in de EU stimuleert door vrije en eerlijke concurrentie in de sector te garanderen en Europese bedrijven in staat te stellen het concurrentievoordeel van de EU op het vlak van privacy te benutten, en een Europese strategie voor een democratisch bestuur van het internet en netneutraliteit die in EU-wetgeving wordt vastgelegd;

Een schokbestendige energie-unie met een toekomstgericht beleid inzake klimaatverandering

38.    vraagt dat een herziening van de richtlijnen inzake ecologisch ontwerp en de milieukeur wordt voorgelegd, dat de voordelen van dit beleid ten volle worden benut en dat de werkingssfeer van ecologisch ontwerp wordt uitgebreid tot hulpbronnenefficiëntie;

39.    benadrukt dat concurrentievermogen, energiezekerheid en duurzaamheid op een volledig geïntegreerde markt de voornaamste pijlers zijn voor de totstandbrenging van een schokbestendige energie-unie, die kan worden bewerkstelligd door netwerken met elkaar te verbinden, middelen te bundelen, de overblijvende obstakels op de interne energiemarkt uit de weg te ruimen en bij onderhandelingen met derde landen een eensgezind EU-standpunt te verdedigen;

40.    vraagt dat de energie-infrastructuur in de EU wordt geëuropeaniseerd, ook wat normen, onderzoek en innovatie betreft, en vraagt om een specifiek investeringsprogramma voor een slim energienet, met publieke en particuliere middelen;

41.    is van mening dat er prioriteit moet worden gegeven aan marktgerichte oplossingen voor gemeenschappelijke uitdagingen, zoals toenemende energie-efficiëntie door het verminderen van de emissie van broeikasgassen, de ontwikkeling van een echt duurzame land- en bosbouwsector door investeringen in onderzoek en ontwikkeling, en meer gebruikmaking van hernieuwbare energiebronnen, zodat de EU de wereldleider wordt;

42.    wijst op de belangrijke rol die een duurzame land- en bosbouwsector kan spelen;

Een diepere en eerlijkere interne markt met meer arbeidsmobiliteit

43.    is van mening dat de internemarktstrategie voor goederen en diensten van de Commissie de interne markt moet verwezenlijken voor degenen die het het moeilijkst hebben er gebruik van te maken, d.w.z. het mkb en zelfstandigen; is van mening dat richtlijnen en verordeningen, wanneer zij ongeschikt blijken voor kleine bedrijven of wanneer er bij de vaststelling ervan geen mkb-test is verricht, wellicht moeten worden herzien;

44.    is verheugd over de indiening van een pakket maatregelen voor arbeidsmobiliteit, waaronder een voorstel tot wijziging van de Richtlijnen 883/2004 en 987/2009 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels;

45.    vraagt de Commissie verder te werken aan de vereenvoudiging van de betaling van belastingen op grensoverschrijdende transacties voor zowel consumenten als bedrijven, door meer gebruik te maken van gestandaardiseerde formulieren voor btw en andere heffingen en door meer digitalisering van de indieningsvereisten;

Een diepere en eerlijkere economische en monetaire unie

46.    vraagt om een voorstel voor een gemeenschappelijke vertegenwoordiging van de eurozone in internationale instellingen en fora;

47.    vraagt dat er een Europees schuldaflossingsfonds wordt opgericht, waaraan voorwaarden verbonden moeten zijn;

Een redelijke en evenwichtige vrijhandelsovereenkomst met de VS

48.    vraagt de Commissie tegelijk verder te werken aan nieuwe en herziene vrijhandelsovereenkomsten met andere derde landen en aan meer wereldwijde vrijhandel in het algemeen, met name in het kader van de WTO;

Een ruimte van justitie en grondrechten op basis van wederzijds vertrouwen

49.    vraagt dat er opnieuw inspanningen worden gedaan om te komen tot een allesomvattende overeenkomst over gegevensbescherming tussen de EU en de VS, en opdat de herziening van de "Veilige haven"-overeenkomst wordt gecombineerd met de succesvolle voltooiing van een ambitieus EU-gegevensbeschermingspakket;

50.    vraagt de Commissie er alles aan te doen om de horizontale antidiscriminatierichtlijn weer vlot te trekken en een alomvattende Europese aanpak te ontwikkelen van de problemen die de LGBT-gemeenschap ondervindt op het gebied van de grondrechten, in de vorm van een EU-stappenplan tegen homofobie en discriminatie op grond van seksuele geaardheid en genderidentiteit;

51.    vraagt de Commissie haar initiatieven om jongeren beter te identificeren en tegen cybercriminelen te beschermen, verder te zetten en op te voeren;

Naar een nieuw migratiebeleid

52.    vraagt om een holistisch migratieplan om van de EU een aantrekkelijke bestemming voor zowel geschoolde als niet-geschoolde migranten te maken, asielzoekers veilige en legale routes naar de EU te bieden en de onderliggende oorzaken van illegale migratie op coherente wijze aan te pakken;

Een strategie inzake demografische veranderingen

53.    vraagt om een structurele langetermijnstrategie van de EU om het hoofd te bieden aan de uitdagingen die demografische veranderingen met zich brengen, aangezien alle lidstaten tegenwoordig met een toenemende vergrijzing worden geconfronteerd;

Een sterkere mondiale speler

54.    vraagt de Commissie een proactieve aanpak te volgen van de bevordering van vrede en de oplossing van het toenemende aantal crises en gewelddadige conflicten in de wereld; is verheugd over het voornemen van de Commissie om het nabuurschapsbeleid te herzien teneinde de EU beter in staat te stellen het hoofd te bieden aan de grote geopolitieke uitdagingen waarmee wij worden geconfronteerd; onderstreept dat handel, economische betrekkingen, mobiliteit, migratie en energiezekerheid slechts een paar van de sectoroverschrijdende kwesties zijn die een plaats moeten krijgen in een nieuw en versterkt nabuurschapsbeleid, en dat de bevordering en eerbiediging van de mensenrechten, het internationale recht en de fundamentele vrijheden steeds een gemene deler moeten zijn; wijst er ook op dat het oostelijk partnerschapsinitiatief moet worden voortgezet en dat de banden met de landen van de westelijke Balkan stevig moeten worden aangehaald, zodat de door de toetreding gemotiveerde hervormingen op koers blijven; benadrukt dat de lidstaten en de nabuurschapslanden met diepgaande en uitgebreide vrijhandelsovereenkomsten verdere technische bijstand moeten krijgen, zodat deze overeenkomsten snel en volledig worden uitgevoerd en door alle partijen worden nageleefd;

55.    benadrukt dat de EU, als zij een geloofwaardige speler op wereldvlak wil zijn, haar aanzienlijke "zachte macht" moet rugsteunen met harde macht, wat betekent dat er een ambitieuze agenda nodig is om de integratie en de compatibiliteit van de Europese legers te verbeteren, met name omdat daardoor veel kosten kunnen worden bespaard;

Een Unie van democratische verandering

56.    vraagt de Commissie de financiële belangen van de Unie beter te beschermen, een voorstel te presenteren voor het instellen van de functie van Europees openbaar aanklager en de hervorming van het Europees fraudebestrijdingsbureau, die vertraging heeft opgelopen, af te ronden;

Betere communicatie

57.    vraagt de Commissie haar communicatiebeleid ten aanzien van de burgers grondig te herzien opdat de informatie de burgers in de toekomst rechtstreeks bereikt in plaats van dat van hen wordt verwacht dat ze er zelf naar zoeken op gespecialiseerde Europese informatiekanalen;

_____________________

58     verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten.