Ontwerpresolutie - B8-0404/2015Ontwerpresolutie
B8-0404/2015

ONTWERPRESOLUTIE over de situatie op de Maldiven

27.4.2015 - (2015/2662(RSP))

naar aanleiding van een verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid
ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Jean Lambert, Klaus Buchner namens de Verts/ALE-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B8-0392/2015

Procedure : 2015/2662(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B8-0404/2015
Ingediende teksten :
B8-0404/2015
Debatten :
Aangenomen teksten :

B8‑0404/2015

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie op de Maldiven

(2015/2662(RSP))

Het Europees Parlement,

–       gezien de verklaring d.d. 14 maart 2015 van de woordvoerder van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid/vicevoorzitter van de Commissie over de veroordeling van Mohamed Nasheed, voormalig president van de Maldiven,

–       gezien de verklaring d.d. 18 maart 2015 van Zeid Ra'ad al-Hussein, Hoge Commissaris voor de rechten van de mens van de VN, over het proces tegen voormalig president Mohamed Nasheed,

–       gezien de verklaring d.d. 19 maart 2015 van Gabriela Knaul, Speciaal Rapporteur van de VN voor de onafhankelijkheid van rechters en advocaten, over het feit dat democratie op de Maldiven niet mogelijk is zonder een rechtvaardige en onafhankelijke rechterlijke macht,

–       gezien het eindverslag d.d. 22 maart 2014 van de verkiezingsobservatiemissie van de EU naar de parlementsverkiezingen in de Republiek der Maldiven,

–       gezien artikel 123, lid 2, van zijn Reglement,

A.     overwegende dat de politieke spanningen op de Maldiven toenemen met geregelde protesten, gevechten tussen demonstranten, bendes en de politie, en de arrestatie van ten minste 140 demonstranten sinds februari, van wie velen zijn vrijgelaten onder voorwaarden die volgens Amnesty International hun rechten om nog verder te demonstreren, ernstig inperken;

B.     overwegende dat op 13 maart 2015 Mohamed Nasheed, voormalig president en leider van de oppositiepartij Maldivian Democratic Party (MDP), tot 13 jaar gevangenis is veroordeeld na aanklachten wegens "terrorisme", omdat hij tijdens zijn presidentschap de hoogste strafrechter Abdulla Mohamed in januari 2012 in militaire hechtenis had laten nemen;

C.     overwegende dat voormalig president Nasheed in 2012 aanvankelijk was aangeklaagd uit hoofde van deel 81 van het Wetboek van Strafrecht 1968, dat deze aanklacht later werd ingetrokken en dat in februari 2015 een nieuwe aanklacht werd ingediend;

D.     overwegende dat rechter Abdulla Mohamed in 2012 werd gearresteerd op de dag nadat hij het bevel had gegeven tot de vrijlating van de huidige president Yameen en van Gasim Ibrahim, leider van de Jumhoree Party, die beiden door toenmalig president Nasheed onder "eilandarrest" waren geplaatst;

E.     overwegende dat Tholhath Ibrahim en Mohamed Nazim, voormalige ministers van Defensie, onlangs tot respectievelijk 10 en 11 jaar gevangenis zijn veroordeeld, terwijl Ahmed Nazim, voormalig ondervoorzitter van de Majlis, tot 25 jaar gevangenis werd veroordeeld; overwegende dat ook deze rechtszaken door ernstige onregelmatigheden werden ontsierd;

F.     overwegende dat tijdens de protesten tegen de inhechtenisneming van Mohamed Nasheed de politie op arbitraire wijze mensen heeft gearresteerd en hen documenten heeft laten tekenen waarin zij afzien van verdere deelneming aan protesten;

G.     overwegende dat het proces tegen Mohamed Nasheed werd gekenmerkt door talrijke vormfouten, zoals het feit dat twee van de drie rechters tevens als getuigen à charge optraden, de getuigen à decharge niet mochten getuigen, de procedure slechts drie weken in beslag nam, de aangeklaagde naar verluidt ruw behandeld werd en met geweld de rechtszaal in werd gesleept, hem in eerste instantie rechtsbijstand werd ontzegd en dat hij later slechts drie dagen kreeg om beroep aan te tekenen en de terechtzitting zoveel mogelijk zonder publiek plaatsvond: waarnemers werd de toegang ontzegd, alle zittingen vonden 's avonds plaats en het definitieve vonnis werd net aan het begin van een vakantie verkondigd;

H.     overwegende dat de Maldivische regering op 24 maart 2015 heeft bekendgemaakt de Verenigde Naties, de Europese Unie en de Commonwealth of Nations als waarnemers te zullen uitnodigen voor de rechtszaak in hoger beroep van Mohamed Nasheed;

I.      overwegende dat de Maldivische rechtbanken verzoeken van de Commissie voor de rechten van de mens van de Maldiven en van zowel binnenlandse en internationale waarnemers om de zittingen te mogen volgen, hebben verworpen;

J.      overwegende dat de Maldivische rechterlijke macht nog steeds de naweeën ondervindt van de dertigjarige dictatuur van president Maumoon Abdul Gayoom, met name het ontbreken van politieke onafhankelijkheid en afdoende opleiding, en overwegende dat Gabriela Knaul, Speciaal Rapporteur van de VN voor de onafhankelijkheid van rechters en advocaten, de rechterlijke macht heeft bekritiseerd omdat schendingen van de mensenrechten en belangenconflicten worden genegeerd;

K.     overwegende dat het hooggerechtshof van de Maldiven een procedure is gestart tegen een recent rapport van de Commissie voor de rechten van de mens van de Maldiven aan de Raad voor de rechten van de mens van de VN, omdat het rapport de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de soevereiniteit van de staat zou ondermijnen;

L.     overwegende dat het ministerie van Binnenlandse Zaken onlangs de Maldivische orde van advocaten, die pas in 2013 was opgericht en der rechterlijke macht onomwonden had bekritiseerd, heeft ontbonden, en overwegende dat de leden van kritische maatschappelijke organisaties, zoals Transparency Maldives, die zich inzet tegen corruptie en voor een transparant bestuur, naar verluidt worden bedreigd en dat deze organisaties gevaar lopen door de regering te worden ontbonden;

M.    overwegende dat de eerste vrije en rechtvaardige democratische verkiezingen, die in 2008 door Mohamed Nasheed werden gewonnen, nationaal en internationaal veel hoop hadden gewekt dat een meer inclusieve en op de rechtsstaat gebaseerde Maldivische samenleving en staat zou kunnen ontstaan;

N.     overwegende dat Mohamed Nasheed in februari 2012 tot aftreden werd gedwongen na weken openbare protesten naar aanleiding van de door hem bevolen wederrechtelijke arrestatie van de opperste rechter die door de regering-Nasheed werd beschuldigd van politieke vooringenomenheid en corruptie;

O.     overwegende dat de Mohamed Nasheed de eerste ronde van de presidentsverkiezingen in 2013 had gewonnen, die echter door het grondwettelijk hof ongeldig werden verklaard naar aanleiding van door de oppositie aangekaarte stemfraude, en die tijdens de daaropvolgende beslissende ronde met een kleine marge werden gewonnen door Yameen Abdul Gayoom (Progressive Party of Maldives, PPM), een halfbroer van Maumoon Abdul Gayoom;

P.     overwegende dat het Parlement op 30 maart 2015 een wijziging heeft aangenomen van de Maldivische wet op gevangenisstraf en voorwaardelijke invrijheidstelling waardoor mensen die een gevangenisstraf uitzitten geen lid van een partij mogen zijn en Mohamed Nasheed, een van de markantste politici van de oppositie, de facto van de actieve politiek wordt uitgesloten, en overwegende dat de veroordeling op grond van terrorisme Mohamed Nasheed uitsluit van deelneming aan de presidentsverkiezingen in 2018;

Q.     overwegende dat de Maldiven één van de meest kwetsbare landen zo niet het kwetsbaarste land voor klimaatverandering is en dat het grootste gedeelte van het land minder dan een meter onder het zeeniveau ligt;

1.      is zeer verontrust over de toenemende tendens naar autoritair bestuur op de Maldiven, het harde optreden tegen politieke tegenstanders en de intimidatie van de media en het maatschappelijk middenveld waardoor de in de afgelopen jaren geboekte vooruitgang bij de invoering van mensenrechten, de democratie en de rechtsstaat in het land op het spel komt te staan;

2.      is zeer verontrust over de gepolariseerde politieke situatie op de Maldiven en het ernstige gebrek aan onafhankelijkheid van de rechterlijke macht hetgeen leidt tot misbruiken van het rechtssysteem voor politieke doeleinden;

3.      moedigt alle actoren op de Maldiven aan om op alle terreinen constructief samen te werken, vooral ten aanzien van de klimaatverandering die het land kan destabiliseren;

4.      uit zware kritiek op het gebrek aan transparantie, onpartijdigheid en eerlijke rechtsbedeling in het proces tegen oppositieleider Nasheed en voormalige ministers, en doet een beroep op de regering om ervoor te zorgen dat de rechtsstaat wordt geëerbiedigd en de Maldivische rechterlijke macht zich houdt aan de grondwet en de VN-verdragen waaraan zij gebonden is;

5.      verzoekt de betrokken rechterlijke instanties om het indienen van een beroep door voormalig president Nasheed te vergemakkelijken en doet een beroep op Mohamed Nasheed om de bestaande juridische mogelijkheden ten volle te benutten; dringt erop aan dat, indien tegen zijn veroordeling beroep wordt aangetekend, de rechten van de voormalige president ten volle worden gerespecteerd overeenkomstig de internationale verbintenissen van de Maldiven en de internationale normen; verzoekt de EU‑delegatie naar Sri Lanka en de Maldiven het proces in beroep nauwlettend te volgen;

6.      dringt aan op de onmiddellijke beëindiging van het geweld tegen vreedzame demonstranten en herinnert de veiligheidsstrijdkrachten aan hun plicht om vreedzame demonstranten tegen gewelddadige bendes te beschermen; dringt erop aan dat de plegers van dergelijk gewelddadige aanvallen worden berecht;

7.      verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de Raad, de Commissie en de regering en het parlement van de Maldiven.