Ontwerpresolutie - B9-0049/2020Ontwerpresolutie
B9-0049/2020

ONTWERPRESOLUTIE over de situatie in Venezuela na de poging tot illegale verkiezing van de voorzitter en het bureau van het nieuwe parlement (parlementaire staatsgreep)

13.1.2020 - (2020/2507(RSP))

naar aanleiding van een verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid
ingediend overeenkomstig artikel 132, lid 2, van het Reglement

Anna Fotyga, Hermann Tertsch, Jadwiga Wiśniewska, Karol Karski, Joanna Kopcińska, Ryszard Czarnecki, Bogdan Rzońca, Angel Dzhambazki, Andrey Slabakov, Charlie Weimers, Adam Bielan, Evžen Tošenovský, Veronika Vrecionová, Alexandr Vondra, Carlo Fidanza, Raffaele Fitto, Ruža Tomašić, Assita Kanko
namens de ECR-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B9-0048/2020

Procedure : 2020/2507(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B9-0049/2020
Ingediende teksten :
B9-0049/2020
Debatten :
Aangenomen teksten :

B9‑0049/2020

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Venezuela na de poging tot illegale verkiezing van de voorzitter en het bureau van het nieuwe parlement (parlementaire coup)

(2020/2507(RSP))

Het Europees Parlement,

 gezien zijn eerdere resoluties over Venezuela, met name die van 27 februari 2014 over de situatie in Venezuela[1], van 18 december 2014 over de vervolging van de democratische oppositie in Venezuela[2], van 12 maart 2015 over de situatie in Venezuela[3], van 8 juni 2016 over de situatie in Venezuela[4], van 27 april 2017 over de situatie in Venezuela[5], van 8 februari 2018 over de situatie in Venezuela[6], van 3 mei 2018 over de verkiezingen in Venezuela[7], van 5 juli 2018 over de migratiecrisis en humanitaire situatie in Venezuela en aan zijn grenzen met Colombia en Brazilië[8], van 25 oktober 2018 over de situatie in Venezuela[9], van 31 januari 2019 over de situatie in Venezuela[10], van 28 maart 2019 over de noodsituatie in Venezuela[11], en van 18 juli 2019 over de situatie in Venezuela[12],–  gezien de verklaring van 9 januari 2020 van de internationale contactgroep, waarin zij haar steun uitspreekt voor Juan Guaidó als voorzitter van de Nationale Vergadering en de verkiezing van Luis Parra veroordeelt als onwettig en ondemocratisch,

 gezien de verklaring van de woordvoerder van de Europese Dienst voor extern optreden van 5 januari 2020, waarin wordt gesteld dat de gebeurtenissen omtrent de verkiezingen op zondag 5 januari werden gekenmerkt door ernstige onregelmatigheden en acties tegen de constitutionele werking van de Nationale Vergadering, waardoor de Nationale Vergadering, het legitieme democratische orgaan in Venezuela, niet haar door het volk van Venezuela verleende mandaat kon vervullen,

 gezien de verklaring van de secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten van 5 januari 2020 over de situatie in Venezuela,

 gezien de verklaring van 21 december 2019 van de woordvoerder van de pas benoemde vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, Josep Borrell,

 gezien Besluit (GBVB) 2019/1893 van de Raad van 11 november 2019 tot wijziging van Besluit (GBVB) 2017/2074 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela[13], waarbij de sancties tegen Venezuela met een jaar worden verlengd in het licht van de huidige politieke, economische, sociale en humanitaire crisis in Venezuela en het voortdurend optreden dat de democratie, de rechtsstaat en de eerbiediging van de mensenrechten ondermijnt,

 gezien voornoemd Besluit (GBVB) 2019/1893 van de Raad van 11 november 2019, waarmee de Raad besloot een nieuwe bepaling op te nemen in Besluit (GBVB) 2017/2074 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela, uit hoofde waarvan de Raad en de hoge vertegenwoordiger (VV/HV) verantwoordelijk worden gesteld voor het verwerken van persoonsgegevens, in het bijzonder wat betreft de lijst van natuurlijke personen die verantwoordelijk zijn voor ernstige schendingen of misbruik van de mensenrechten of de repressie van maatschappelijke organisaties en de democratische oppositie in Venezuela; met betrekking tot de lijst van natuurlijke personen wier acties, beleidsmaatregelen of activiteiten de democratie of de rechtsstaat in Venezuela anderszins bedreigen; met betrekking tot natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen die verantwoordelijk zijn voor ernstige schendingen of misbruik van de mensenrechten of de onderdrukking van maatschappelijke organisaties en de democratische oppositie in Venezuela; en met betrekking tot natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of organisaties waarvan de acties, beleidsmaatregelen of activiteiten de democratie of de rechtsstaat in Venezuela anderszins ondermijnen[14],

 gezien het besluit van de Raad van 27 september 2019 waarbij de EU zeven leden van de veiligheids- en inlichtingendiensten van Venezuela die betrokken zijn bij foltering en andere ernstige schendingen van de mensenrechten toevoegt aan de sanctielijst,

 gezien het verslag van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de mensenrechten (OHCHR) van 4 juli 2019 en de mondelinge update tijdens de 42e vergadering van de Mensenrechtenraad in Genève op 9 september 2019,

 gezien de verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid van 18 juni 2019 waarin de EU onderstreept dat zij zich ernstig zorgen maakt over de verslechtering van de politieke en humanitaire situatie in Venezuela,

 gezien de verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid van 4 april 2019 over de beslissing van de niet-erkende Nationale Vergadering om de parlementaire immuniteit van Juan Guaidó op te heffen,

 gezien de verklaringen van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid over Venezuela van 10 januari 2019, 26 januari 2019, 24 februari 2019 en 28 maart 2019,

 gezien de verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid van 2 maart 2019 waarin de EU benadrukt dat iedere maatregel waardoor de vrijheid, veiligheid of persoonlijke veiligheid van Juan Guaidó in gevaar wordt gebracht een escalatie van de spanningen zou betekenen en een krachtige veroordeling van de internationale gemeenschap teweeg zou brengen,

 gezien de ratificatie van het Statuut van Rome door Venezuela op 7 juni 2000,

 gezien de grondwet van de Bolivariaanse Republiek Venezuela,

 gezien artikel 132, lid 2, van zijn Reglement,

A. overwegende dat de geweldsdaden die zijn begaan door de regering van Nicolás Maduro, de politie, de nationale garde en het leger om de voor 5 januari geplande herverkiezing van Juan Guaidó tot voorzitter van de Nationale Vergadering van Venezuela te verhinderen, ertoe hebben geleid dat de tegenstanders van Maduro geen toegang kregen tot de Nationale Vergadering en de zitting niet hebben kunnen bijwonen; overwegende dat de strijdkrachten en ander veiligheidspersoneel de toegang tot het gebouw hebben geblokkeerd en de pers niet hebben toegelaten, wat een nieuwe stap vormt in de escalatie van het geweld en de confrontatie die gedurende de afgelopen jaren gestaag in intensiteit is toegenomen; overwegende dat de regering Maduro afbreuk doet aan het gezag van de legitieme en democratische Nationale Vergadering en haar vermogen haar rol en mandaat, dat haar door de burgers van Venezuela is verleend, effectief en ongehinderd uit te voeren;

B. overwegende dat deze gebeurtenissen werden voorafgegaan door een terreurcampagne en de zogenoemde “operatie Alacrán”, die bestond uit de zorgwekkende praktijk van het kopen van stemmen door de regering voor bedragen tussen 500 000 en 1 miljoen USD;

C. overwegende dat de vervolging en politieke intimidatie van tegenstanders van het regime van Maduro worden voortgezet, en de parlementaire onschendbaarheid van 22 afgevaardigden, onder wie de voorzitter van de Nationale Vergadering, is opgeheven, verscheidene afgevaardigden zijn gearresteerd en anderen het land hebben moeten verlaten of hun toevlucht hebben moeten zoeken in diplomatieke vertegenwoordigingen;

D. overwegende dat volgens de Venezolaanse organisatie Foro Penal de politieke repressie is toegenomen, er momenteel 399 politieke gevangenen worden vastgehouden, onder wie ten minste acht Europese staatsburgers, en er sinds 2014 meer dan 15 000 politieke gevangenen zijn geweest[15];

E. overwegende dat het voortdurende gebruik van hevige dwang en geweld, bevestigd door de vastberadenheid van de onwettige president Nicolás Maduro om macht te usurperen, duidelijk wijst op de intentie om ieder idee van legaliteit de kop in te drukken;

F. overwegende dat het pro-Maduroregime in zijn poging een nieuwe voorzitter te benoemen een beroep heeft gedaan op de artikelen 7, 8 en 11 van het huishoudelijk reglement van de Nationale Vergadering betreffende debatten en artikel 221 van de grondwet van de Bolivariaanse Republiek Venezuela;

G. overwegende dat de parlementsleden die zich buiten de Nationale Vergadering bevonden zich toegang hebben verschaft tot het gebouw en Juan Guaidó volgens de regels hebben herkozen tot voorzitter, in weerwil van de inspanningen van de feitelijke regering van Venezuela om te voorkomen dat een transparant en vreedzaam verkiezingsproces kon plaatsvinden;

H. overwegende dat 100 van de in totaal 167 parlementsleden er tijdens een buitengewone vergadering in het hoofdkantoor van het dagblad El Nacional uiteindelijk in slaagden te voldoen aan de vereisten van de grondwet van de Bolivariaanse Republiek Venezuela, en het bureau van de Nationale Vergadering hebben gekozen, Juan Guaidó tot voorzitter van de Nationale Vergadering hebben verkozen en hem in overeenstemming met de grondwet hebben beëdigd;

I. overwegende dat deze gebeurtenissen plaatsvinden terwijl Venezuela al geruïneerd is en de escalatie van het geweld en de ernstige mensenrechtenschendingen door de feitelijke regering van Nicolás Maduro de huidige politieke, economische, institutionele, sociale en humanitaire crisissituatie verder verergeren, meer dan 5 miljoen Venezolanen hun land hebben moeten verlaten, en er tekorten aan geneesmiddelen en voedsel en hyperinflatie heersen;

J. overwegende dat de bemiddelingsdialoog tussen de facto-president Nicolás Maduro en de oppositie onder leiding van Juan Guaidó die op 16 mei 2018 van start is gegaan met bemiddeling van Noorwegen, niet tot een oplossing van de crisis heeft geleid, die juist is verergerd; overwegende dat de dialoog op 8 juli 2019 werd hervat in Barbados, hoewel de de facto-regering niet had voldaan aan de noodzakelijke voorwaarden voor het beginnen van een dialoog;

1. veroordeelt de repressieve handelingen van de de facto-regering van Nicolás Maduro waardoor – wederom – ieder spoor van onwettigheid wordt uitgewist; veroordeelt voorts het willekeurige en voortdurende gebruik van dwang en geweld, en de bevestiging van de macht van een frauderende en onwettige president;

2. spreekt opnieuw zijn ernstige bezorgdheid uit over de escalatie van het geweld en de ernstige noodsituatie in Venezuela, waardoor de levens van burgers ernstig worden bedreigd;

3. onderstreept dat het regime van Nicolás Maduro een van de meest volatiele en significante bedreigingen is geworden voor de veiligheid en stabiliteit op het subcontinent en een bedreiging vormt voor de integriteit en stabiliteit van zijn buurlanden;

4. wijst erop dat door lokale autoriteiten Venezolanen zijn gearresteerd die ervan worden beschuldigd dat zij door het Venezolaanse regime zijn gestuurd om massabijeenkomsten op de been te brengen en hier aan deel te nemen om deze regio’s te destabiliseren en daar de schending van mensenrechten te bevorderen;

5. verklaart dat het essentieel is de integriteit, nauwkeurigheid en transparantie van verkiezingsprocessen te verdedigen, vooral na verschillende gevallen van vermoedelijke of duidelijke manipulatie, verscheidene onregelmatigheden en fraude bij verschillende verkiezingen in Latijns-Amerikaanse democratieën; betreurt dat frauduleuze verkiezingen aanleiding geven tot protesten en gevechten waarbij onschuldigen om het leven komen, en betuigt zijn solidariteit met het Venezolaanse volk;

6. benadrukt dat maatregelen moeten worden getroffen tegen de alliantie tussen Venezuela en Iran, waarvan het ergste voorbeeld is dat Hezbollah Venezuela misbruikt als platform voor zijn activiteiten en strategische expansie in heel Latijns-Amerika door middel van verschillende illegale activiteiten, waaronder het witwassen van geld;

7. uit zijn ernstige bezorgdheid over de steun van Rusland voor het regime van Maduro in Venezuela, en in het bijzonder het sturen van deskundigen en militaire en technische adviseurs;

8. uit zijn bezorgdheid over het feit dat de Cubaanse politie en militaire inlichtingendienst het strategische element vormen waardoor het illegale regime van Maduro aan de macht kan blijven, wat neerkomt op grootschalige buitenlandse politieke en militaire inmenging in Venezuela;

9. verzoekt de Raad in het licht van een reeks onsuccesvolle beleidsmaatregelen tegen het onderdrukkende regime in Venezuela die aantonen dat het absoluut onmogelijk is in Venezuela een echt democratiseringsproces op gang te brengen, de strengst mogelijke maatregelen te nemen en de politieke druk op te voeren, en tegelijkertijd sancties en beperkende maatregelen te handhaven;

10. verzoekt de Raad beperkende maatregelen op te leggen aan dit onwettige regime, dat wil zeggen sancties tegen iedereen die is betrokken bij het onderdrukkingsapparaat, en beslaglegging op buitenlandse tegoeden van de onwettige overheidsinstanties en personen die verantwoordelijk zijn voor de schending van de mensenrechten en de onderdrukking van de democratische oppositie, en hierbij altijd te zorgen voor de veiligheid van de algemene bevolking;

11. verzoekt dat de autoriteiten van de Europese Unie de bewegingen van deze personen en hun naaste familieleden beperken door hun tegoeden te bevriezen en hun visa in te trekken;

12. verwerpt Besluit (GBVB) 2019/1893 van de Raad van 11 november 2019, dat een nieuwe bepaling bevat tot wijziging van Besluit 2017/2074 en waarin een nieuwe arbitraire bevoegdheid van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid wordt vastgesteld inzake de verwerking van gegevens met betrekking tot de lijst van natuurlijke personen die verantwoordelijk zijn voor ernstige schendingen of misbruik van de mensenrechten of de repressie van maatschappelijke organisaties en de democratische oppositie in Venezuela, evenals de acties, beleidsmaatregelen of activiteiten van natuurlijke personen of rechtspersonen die verantwoordelijk zijn voor ernstige schendingen of misbruik van de mensenrechten of de ondermijning van de democratie en de onderdrukking van maatschappelijke organisaties en de onderdrukking van de democratische oppositie in Venezuela, overeenkomstig Bijlagen I en II, bij Besluit (GBVB) 2017/2074;

13. verzoekt de Europese Unie met klem zich aan te sluiten bij het initiatief van de verdragsstaten van het Internationaal Strafhof om een onderzoek in te stellen naar de misdaden tegen de menselijkheid die zijn gepleegd door de de facto-regering van Nicolás Maduro, teneinde de daders ervan ter verantwoording te roepen;

14. steunt het initiatief om in samenwerking met de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties een onderzoekscommissie op te richten, teneinde individuele verantwoordelijkheden met betrekking tot de systematische schendingen van de mensenrechten in Venezuela vast te stellen;

15. verzoekt de de facto-regering van Venezuela met klem snel de aanbevelingen op te volgen die worden genoemd in het verslag van het OHCHR over de situatie van de mensenrechten in Venezuela;

16. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de rechtmatige interim-president van de republiek en de Nationale Vergadering van de Bolivariaanse Republiek Venezuela, de nationale parlementen en regeringen van de landen van de Groep van Lima, de Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering, en de secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten.

 

Laatst bijgewerkt op: 15 januari 2020
Juridische mededeling - Privacybeleid