ONTWERPRESOLUTIE over de poging tot staatsgreep in Guatemala
12.12.2023 - (2023/3031(RSP))
ingediend overeenkomstig artikel 132, lid 2, van het Reglement
Miguel Urbán Crespo, Idoia Villanueva Ruiz
namens de Fractie The Left
Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B9-0526/2023
B9‑0528/2023
Resolutie van het Europees Parlement over de poging tot staatsgreep in Guatemala
Het Europees Parlement,
– gezien zijn eerdere resoluties over Guatemala, met name die van 14 september 2023 over Guatemala: de situatie na de verkiezingen, de rechtsstaat en de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht[1], van 14 maart 2019 over de mensenrechtensituatie in Guatemala[2] en van 7 april 2022 over de situatie van de rechtsstaat en de mensenrechten in de Republiek Guatemala[3],
– gezien de Universele Verklaring van de rechten van de mens van de VN van 1948, het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten en het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, beide van 1966, en de Verklaring over mensenrechtenverdedigers van de VN van 1998,
– gezien de verklaringen van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid van 8 december 2023 en 21 en 28 augustus 2023 over de presidentiële verkiezingen in Guatemala,
– gezien het eindverslag van de verkiezingswaarnemingsmissie van de Europese Unie in Guatemala van 13 november 2023,
– gezien de verklaring van de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten van 9 december 2023 waarin deze zijn afkeuring uitspreekt over de “aanhoudende pogingen om de uitslag van de verkiezingen ongedaan te maken” en de verklaring van 27 juli 2023 waarin hij uiting geeft aan zijn “diepe bezorgdheid over pogingen om het verkiezingsproces in Guatemala te ondermijnen”,
– gezien artikel 132, lid 2, van zijn Reglement,
A. overwegende dat het hoogste verkiezingstribunaal van Guatemala op 28 augustus 2023 de officiële uitslag van de goed georganiseerde en op vreedzame wijze verlopen verkiezingen heeft bekendgemaakt, waarbij de Movimiento Semilla als duidelijke winnaar uit de bus kwam en Bernardo Arévalo en Karin Herrera van die partij werden uitgeroepen tot verkozen president en vicepresident van Guatemala;
B. overwegende dat José Rafael Curruchiche, de speciale aanklager tegen straffeloosheid, op 8 december heeft gesteld dat de verkiezingen ongeldig zouden moeten worden verklaard vanwege onregelmatigheden in de kiesregisters; overwegende dat de speciale aanklager tevens stelde dat Arévalo zich schuldig zou hebben gemaakt aan witwaspraktijken en andere strafbare feiten; overwegende dat de president van het hoogste verkiezingstribunaal hierop heeft geantwoord dat de verkiezingsuitslag “gevalideerd, officieel en onomkeerbaar” was;
C. overwegende dat de verkozen president, Bernardo Arévalo, en diverse internationale organisaties alarm hebben geslagen over de staatsgreep die in het land plaatsvindt;
D. overwegende dat dit wederom een poging is van het bureau van de openbaar aanklager, een aantal rechters en het Guatemalteekse parlement om de verkiezingsuitslagen ongeldig te verklaren, en dit ondanks het feit dat de wet het openbaar ministerie geen mogelijkheid biedt zich te mengen in de uitslag van de verkiezingen; overwegende dat Volker Türk, de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten, het bureau van de openbaar aanklager ervan beschuldigt “het verkiezingsproces te ondermijnen” en stelt dat de Guatemalteekse autoriteiten zich al lange tijd schuldig maken aan misbruik van het justitiële stelsel en het ontplooien van politieke activiteiten “waarmee zij de rechtsstaat en de democratie ondermijnen”;
E. overwegende dat het hoogste verkiezingstribunaal op 2 november de wettelijke registratie van Movimiento Semilla wederom heeft opgeschort; overwegende dat dit onder meer betekent dat Movimiento Semilla geen fractie kan vormen en geen deel kan uitmaken van commissies van het Guatemalteekse parlement; overwegende dat Movimiento Semilla en de leden van deze partij sinds juli 2023 het slachtoffer zijn van politieke en institutionele vervolging, “lawfare” (misbruik van recht om een politiek doel te bereiken), willekeurige arrestaties en doodsbedreigingen; overwegende dat in het verslag van de verkiezingswaarnemingsmissie van de EU in Guatemala wordt gesteld dat deze activiteiten passen in een patroon van “gerechtelijke vervolging” en “intimidatie” van Movimiento Semilla;
F. overwegende dat er bij de verkiezingen van begin af aan sprake was van pogingen om het stemrecht te beperken en een ongelijk speelveld te creëren; overwegende dat de verkiezingsautoriteiten al eerder politiek gemotiveerde besluiten hadden genomen die ertoe strekten de presidentskandidaten van de oppositie, Thelma Cabrera, Roberto Arzú en Carlos Pineda, van de verkiezingen uit te sluiten; overwegende dat het bureau van de openbaar aanklager een willekeurig strafrechtelijk onderzoek heeft ingesteld naar de kandidaat Edmond Mulet;
G. overwegende dat het bureau van de openbaar aanklager in september het Hooggerechtshof en het Guatemalteekse parlement heeft verzocht de juridische immuniteit van de magistraten van het verkiezingstribunaal op te heffen, zodat een onderzoek naar hen kon worden ingesteld wegens vermeende “onregelmatigheden” bij de aanschaf van software voor de doorgifte van de verkiezinguitslagen; overwegende dat het Hooggerechtshof de zaak op 7 november heeft doorverwezen naar het Guatemalteekse parlement; overwegende dat het Guatemalteekse parlement op 30 november bij meerderheid van stemmen voor opheffing van de immuniteit van de vier magistraten heeft gestemd; overwegende dat drie van hen vervolgens het land hebben verlaten;
H. overwegende dat het bureau van de openbaar aanklager in november een onderzoek heeft aangekondigd naar een grotendeels vreedzame demonstratie die in 2022 plaatsvond op de Universiteit van San Carlos; overwegende dat openbare aanklagers hebben verzocht om arrestatiebevelen met betrekking tot 27 actievoerders, studenten, academici, mensenrechtenactivisten en een lid van Semilla; overwegende dat het bureau van de openbaar aanklager het Hooggerechtshof ook heeft verzocht om de immuniteit van Arévalo en Herrera op te heffen, zodat een onderzoek naar hen kan worden ingesteld omdat ze het studentenprotest zouden hebben gesteund met berichten op sociale media;
I. overwegende dat mensenrechtenverdedigers, onafhankelijke journalisten, aanklagers, voormalige leden van de Internationale Commissie tegen straffeloosheid in Guatemala en rechters die corruptie en mensenrechtenschendingen onderzoeken en aan de kaak stellen, de afgelopen jaren in Guatemala zijn gecriminaliseerd; overwegende dat sinds 2019 meer dan 50 mensenrechtenverdedigers, journalisten, advocaten en rechters Guatemala hebben moeten verlaten vanwege ongegronde strafrechtelijke aanklachten en het ontbreken van juridische waarborgen in de tegen hen gevoerde processen; overwegende dat José Rubén Zamora, een journalist die bekendstaat om zijn onderzoeken naar corruptie in het land, in juni 2023 werd veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf; overwegende dat de tweede kamer van beroep deze veroordeling in oktober heeft vernietigd, maar dat Zamora nog steeds in de gevangenis zit in afwachting van een nieuw proces;
J. overwegende dat de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten en de speciale rapporteur voor de onafhankelijkheid van rechters en advocaten hebben opgemerkt dat veel van de onderzoeken naar openbare aanklagers en rechters een schending inhouden van de rechterlijke onafhankelijkheid en het recht op een eerlijke rechtsgang, en een vergelding lijken te zijn voor het werk van deze personen op het gebied van corruptiebestrijding;
K. overwegende dat pogingen om de verkiezingsuitslag te verwerpen hebben geleid tot massale protesten van organisaties van inheemse bevolkingsgroepen, studentenorganisaties, volksbewegingen en andere groeperingen; overwegende dat demonstranten hebben geëist dat de verkiezingsuitslag wordt gerespecteerd en hebben opgeroepen tot het aftreden van openbaar aanklager Consuelo Porras en de speciale aanklager tegen straffeloosheid, die verantwoordelijk worden geacht voor de staatsgreep die momenteel plaatsvindt;
1. spreekt zijn krachtige veroordeling uit over de staatsgreep die momenteel gaande is en dringt erop aan dat er een einde komt aan alle willekeurige juridische stappen die worden gezet en de procedures die in gang worden gezet met de bedoeling de uitslag van de verkiezingen ongedaan te maken;
2. dringt erop aan dat de Guatemalteekse politieke partijen, regeringsinstanties en instellingen, waaronder het Hooggerechtshof en het Constitutioneel Hof, de scheiding der machten en de wil van het Guatemalteekse volk, zoals die duidelijk tot uiting is gekomen in de verkiezingsuitslag, volledig eerbiedigen en dringt erop aan dat zij een vreedzame en wettige machtsoverdracht mogelijk maken en de inauguratie van Bernardo Arévalo op 14 januari 2024 ondersteunen;
3. spreekt zijn afkeuring uit over de schorsing van de wettelijke status van Movimiento Semilla en roept de Guatemalteekse autoriteiten op alle willekeurige en onrechtmatige strafrechtelijke procedures tegen de leden van deze partij onmiddellijk te staken;
4. spreekt zijn afkeuring uit over de strafbaarstelling van de activiteiten van rechtsdienaren, voormalige functionarissen van de Internationale Commissie tegen straffeloosheid in Guatemala, mensenrechtenactivisten, journalisten en anderen die zich inzetten voor de bescherming van de mensenrechten en voor bestrijding van corruptie en straffeloosheid in Guatemala; roept de autoriteiten op zich te onthouden van pogingen om deze personen te vervolgen, te stigmatiseren of anderszins te belemmeren in hun werk;
5. roept de autoriteiten ertoe op personen die gevangen zijn gezet omdat zij hun recht op vrije meningsuiting uitoefenden of hun rechten verdedigden, zoals Virginia Laparra en de journalist José Rubén Zamora, onmiddellijk en onvoorwaardelijk vrij te laten; roept ertoe op dat alle tegen deze personen ingestelde ongefundeerde strafrechtelijke procedures worden geseponeerd;
6. dringt er bij de Guatemalteekse autoriteiten op aan een einde te maken aan de strafbaarstelling van de activiteiten van iedereen die opkomt voor het recht op academische vrijheid en de autonomie van universiteiten, alle ongegronde strafzaken tegen de personen die ten onrechte zijn vastgezet tijdens de vreedzame demonstraties op de Universiteit van San Carlos te seponeren en de arrestatiebevelen tegen de overige 21 personen die dreigen te worden gearresteerd, in te trekken;
7. pleit voor maatregelen om de onafhankelijkheid van het bureau van de openbaar aanklager van Guatemala en de rechterlijke macht te waarborgen; wijst erop dat instrumentalisering van gerechtelijke en justitiële instellingen in Guatemala en aanvallen op en criminalisering van personen die onderzoek doen naar en/of vervolging instellen tegen criminele organisaties die banden hebben met hooggeplaatste overheidsfunctionarissen en personen uit het bedrijfsleven, geen nieuwe fenomenen zijn; dringt er bij de autoriteiten op aan de maatregelen te nemen die nodig zijn om personen die zich bezighouden met onderzoek naar en vervolging van criminaliteit te beschermen en ervoor te zorgen dat personen die het land noodgedwongen hebben moeten verlaten, veilig kunnen terugkeren;
8. roept de autoriteiten op ervoor te zorgen dat het rechtsstelsel niet wordt misbruikt om maatschappelijke organisaties en gemeenschappen te vervolgen en dat bij alle rechtszaken een eerlijke en transparante rechtsgang gewaarborgd is;
9. dringt aan op eerbiediging van het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op vrijheid van vreedzame vergadering en vereniging, zoals gewaarborgd door internationale normen en VN-verdragen en conventies;
10. veroordeelt de moorden en aanvallen op mensenrechtenactivisten, journalisten en leiders van maatschappelijke organisaties en gemeenschappen en spreekt zijn bezorgdheid uit over het feit dat personen die opkomen voor het recht op land en grondgebied stelselmatig worden vervolgd en in hun rechten worden beperkt; benadrukt dat de Guatemalteekse autoriteiten moeten garanderen dat mensenrechtenactivisten hun activiteiten kunnen ontplooien en dringt er in dit verband bij de autoriteiten op aan om overheidsbeleid te ontwikkelen dat gericht is op de bescherming van mensenrechtenactivisten, een einde te maken aan de straffeloosheid, en vervolging in te stellen tegen personen die verantwoordelijk zijn voor aanvallen op mensenrechtenactivisten;
11. is uiterst bezorgd over de verslechtering van de situatie op het gebied van de rechtsstaat in Guatemala; herinnert eraan dat Guatemala volgens de associatieovereenkomst tussen de EU en Midden-Amerika de beginselen van de rechtsstaat, de democratie en de mensenrechten moet eerbiedigen en consolideren; verzoekt de Commissie, gezien de huidige omstandigheden, de voorlopige toepassing van de handelspijler van de associatieovereenkomst tussen de EU en Midden-Amerika met betrekking tot Guatemala per direct op te schorten;
12. wijst erop dat de activiteiten van multinationals uit de EU in Guatemala negatieve gevolgen hebben, zoals algemene verarming en systematische schending van de mensenrechten als gevolg van de exploitatie van de menselijke en natuurlijke hulpbronnen van het land, en veroordeelt het feit dat deze bedrijven in Guatemala ongestraft hun gang kunnen gaan; roept de lidstaten op erop toe te zien dat bedrijven die onder hun nationale wetgeving vallen, de mensenrechten en de voor hen geldende sociale, gezondheids- en milieunormen niet veronachtzamen wanneer zij zich vestigen in of zaken doen met een niet-EU-land; roept de Commissie en de lidstaten op actie te ondernemen tegen in de EU gevestigde bedrijven die deze normen niet naleven of die slachtoffers van mensenrechtenschendingen waarvoor zij direct of indirect verantwoordelijk zijn, niet naar behoren compenseren;
13. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de president, de regering en het parlement van de Republiek Guatemala, de VN‑Mensenrechtenraad, het secretariaat van het Centraal-Amerikaanse Integratiesysteem en de Delegatie in de Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering.
- [1] Aangenomen teksten, P9_TA(2023)0322.
- [2] PB C 23 van 21.1.2021, blz. 92.
- [3] PB C 434 van 15.11.2022, blz. 71.