ONTWERPRESOLUTIE over verdere repressie van de democratische krachten in Venezuela: aanvallen op presidentskandidaat Maria Corina Machado
5.2.2024 - (2024/2549(RSP))
ingediend overeenkomstig artikel 132, lid 2, van het Reglement
Gabriel Mato, Michael Gahler, Cláudia Monteiro de Aguiar, Leopoldo López Gil, Francisco José Millán Mon, Javier Zarzalejos
namens de PPE-Fractie
Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B9-0097/2024
B9‑0097/2024
Resolutie van het Europees Parlement over verdere repressie van de democratische krachten in Venezuela: aanvallen op presidentskandidaat Maria Corina Machado
Het Europees Parlement,
– gezien zijn eerdere resoluties over Venezuela,
– gezien de Universele Verklaring van de rechten van de mens en andere mensenrechtenverdragen en ‑instrumenten van de VN,
– gezien het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten,
– gezien de verklaring van de woordvoerder van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid van 29 januari 2024 over de uitsluiting van oppositieleiders in Venezuela,
– gezien de verklaring van het secretariaat-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) van 28 januari 2024 over de recente gebeurtenissen in Venezuela,
– gezien de verklaring van de woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken van 27 januari 2024 over de uitspraken van het Venezolaanse Hooggerechtshof en de Overeenkomst van Barbados,
– gezien het eerste verslag van de onafhankelijke internationale onderzoeksmissie van de VN inzake de Bolivariaanse Republiek Venezuela van 16 september 2020,
– gezien de grondwet van Venezuela,
– gezien artikel 132, lid 2, van zijn Reglement,
A. overwegende dat de verkiezingen in Venezuela van 2024 een keerpunt hadden kunnen zijn in de richting van een terugkeer naar de democratie in het land; overwegende dat de burgerrechten en politieke rechten in Venezuela nog steeds worden geschonden, wat al jaren tot instabiliteit en geweld leidt; overwegende dat meer dan zeven miljoen mensen zich gedwongen zagen het land te verlaten;
B. overwegende dat de openbare informatievoorziening, het recht op vrijheid van mening en van meningsuiting en het recht op vergadering stelselmatig zijn ingeperkt;
C. overwegende dat het regime van Maduro en de democratische oppositie in Venezuela op 17 oktober 2023 twee overeenkomsten, de zogenoemde Overeenkomsten van Barbados, hebben ondertekend, die onder meer betrekking hebben op zaken als de bevordering van politieke rechten en verkiezingsgaranties voor iedereen en de vrijlating van politieke gevangenen;
D. overwegende dat María Corina Machado bij de voorverkiezingen van 22 oktober 2023 met ruim 92 % van de stemmen is gekozen als presidentskandidaat van de democratische oppositie tegen het regime;
E. overwegende dat María Corina Machado, een aantal van haar medewerkers – onder wie Juan Freites, Luis Camacaro en Guillermo López, die wederrechtelijk van hun vrijheid zijn beroofd – maatschappelijke organisaties, niet-gouvernementele organisaties en andere politieke actoren die deel uitmaken van de democratische oppositie tegen het regime maandenlang het doelwit zijn geweest van willekeurige en politiek gemotiveerde pogingen om hen te ontzetten uit het recht om ambten te bekleden; wijst erop dat in het proces om María Corina Machado in haar rechten te herstellen, basiselementen ontbraken, aangezien zij geen afschrift van de tegen haar ingebrachte beschuldigingen heeft ontvangen en evenmin de gelegenheid heeft gekregen om op die beschuldigingen te reageren; overwegende dat het Hooggerechtshof van het regime een samenvatting van zijn beslissing, die geen rechtsgrondslag heeft, op zijn webpagina heeft gepubliceerd; overwegende dat de Venezolaanse grondwet bepaalt dat de politieke rechten van personen niet kunnen worden beperkt door administratieve besluiten en dat zij evenmin door dergelijke besluiten kunnen worden ontzet uit het recht om ambten te bekleden; overwegende dat het Hooggerechtshof van het regime in deze zaak dus geen grondwettig oordeel kon vellen;
F. overwegende dat deze arbitraire besluiten in strijd zijn met de toezegging van de vertegenwoordigers van Nicolás Maduro om in 2024 concurrerende Venezolaanse presidentsverkiezingen te houden, en ook indruisen tegen de aanbevelingen van de verkiezingswaarnemingsmissie van de EU en het recht van Venezolanen om hun vertegenwoordigers te kiezen ernstig inperken;
G. overwegende dat het regime van Maduro de hoofdwaarnemer van de verkiezingswaarnemingsmissie van de EU, die het eindverslag over de regionale en gemeenteraadsverkiezingen van 2021 wilde presenteren, de toegang tot Venezuela heeft ontzegd, aangezien de verkiezingswaarnemingsmissie van de EU het land was uitgezet;
H. overwegende dat het regime van Maduro eind 2023 een internationale confrontatie met buurland Guyana over het grondgebied van de regio Essequibo heeft georkestreerd, een vervalst nationaal referendum over de soevereiniteit van het grondgebied heeft georganiseerd en, door troepen te mobiliseren, de regionale spanningen onnodig heeft opgevoerd; overwegende dat dit een poging was om de aandacht af te leiden van de aanhoudende binnenlandse onderdrukking van onder andere de democratische oppositie;
I. overwegende dat het regime, via de procureur-generaal, valse beschuldigingen van verraad en betrokkenheid bij een moordcomplot heeft ingebracht tegen een aantal personen, onder wie mensenrechtenverdediger Tamara Sujú, journalist Sebastiana Barráez, voormalig burgemeester van Caracas Antonio Ledezma, politiek leider Leopoldo López, voormalig interim-president van Venezuela Juan Guaidó en voormalig burgemeester David Smolansky, louter omdat zij gebruik hadden gemaakt van hun vrijheid om oppositie te voeren tegen het regime;
1. veroordeelt ten stelligste de pogingen om de presidentskandidaat van de democratische oppositie tegen het regime, María Corina Machado, en anderen, zoals Henrique Capriles, te ontzetten uit het recht om ambten te bekleden;
2. onderstreept dat de uitspraak van het Hooggerechtshof van het regime ongrondwettelijk en onwettig is, aangezien zij voortvloeit uit arbitraire en politiek gemotiveerde beschuldigingen, en dat de gevolgde procedure niet in overeenstemming was met de wet; benadrukt dat de presidentskandidaat van de democratische oppositie, María Corina Machado, geen afschrift van de tegen haar ingebrachte beschuldigingen heeft ontvangen en evenmin de gelegenheid heeft gekregen om op die beschuldigingen te reageren; is daarom van mening dat de beslissing van het Hooggerechtshof van het regime geen rechtsgrond of rechtsgeldigheid heeft en dat María Corina Machado nog steeds het recht heeft om zich verkiesbaar te stellen;
3. is van mening dat deze acties een duidelijke poging tot dictatoriale politieke vervolging zijn, die de burgerlijke en politieke rechten van het Venezolaanse volk schendt, en dat deze voorspelbare acties, met name gezien de staat van dienst van het regime, eens te meer elk vooruitzicht op vrije en eerlijke verkiezingen verijdelen;
4. veroordeelt de onophoudelijke pogingen van het regime om het verkiezingsproces te ondermijnen; dringt er bij alle partijen op aan de Overeenkomsten van Barbados na te leven en te eerbiedigen, omdat die een duidelijke routekaart vormen voor een terugkeer naar democratie en stabiliteit;
5. herinnert aan de verschrikkelijke sociale, economische en humanitaire omstandigheden die al jaren in Venezuela heersen en waar de Venezolanen al veel te lang onder lijden; veroordeelt in de sterkst mogelijke bewoordingen de voortdurende onderdrukking, de systematische foltering en de schendingen van de mensenrechten, de burgerrechten en de politieke rechten in het land; veroordeelt de voortdurende aanvallen op het Venezolaanse volk en op mensenrechtenverdedigers;
6. dringt aan op een onafhankelijke benoemingsprocedure voor aanstellingen in de Nationale Kiesraad van Venezuela;
7. waardeert het dat de oppositie inspanningen levert om als democratische oplossing voor Venezolanen in binnen- en buitenland voorverkiezingen te organiseren; roept de Venezolaanse autoriteiten er nadrukkelijk toe op om de voorwaarden te creëren voor eerlijke, vrije, inclusieve en transparante verkiezingen; herinnert eraan dat María Corina Machado de enige aanvaardbare en legitieme kandidaat is die het namens de democratische oppositie tegen het regime kan opnemen, en de enige die bij de voorverkiezingen de steun van een overweldigende meerderheid van de kiezers heeft gekregen; herinnert eraan dat de EU en de internationale gemeenschap geen alternatieve kandidaat uit de rangen van de democratische oppositie mogen en kunnen aanvaarden om het op te nemen tegen de door het regime voorgedragen kandidaat;
8. staat volledig achter de onderzoeken van het Internationaal Strafhof naar de omvangrijke misdaden van en de repressie door het Venezolaanse regime, en verzoekt de EU de momenteel in het kader van het Statuut van Rome overwogen onderzoeken naar de vermeende misdaden tegen de menselijkheid in het land te steunen, teneinde de daders ter verantwoording te roepen;
9. verzoekt de EU de terugkeer naar de democratie in Venezuela te ondersteunen en bij het Venezolaanse regime aan te dringen op de vrijlating van alle politieke gevangenen;
10. dringt er bij de lidstaten op aan de sancties tegen het regime van Maduro niet te versoepelen, maar integendeel aan te scherpen totdat er een duidelijke en permanente toezegging is om de fundamentele democratische normen, de rechtsstaat en de mensenrechten te handhaven; vraagt om verdere gerichte sancties, via de wereldwijde EU-sanctieregeling voor de mensenrechten (EU-Magnitski-wet), tegen de leden van het Hooggerechtshof van het regime en tegen alle andere personen die betrokken zijn bij of nauwe banden hebben met het regime en die de mensenrechtenschendingen in Venezuela doen voortduren;
11. is van mening dat de EU alleen een verkiezingswaarnemingsmissie naar Venezuela kan sturen als María Corina Machado de voornaamste presidentskandidaat van de democratische oppositie tegen het regime is en als aan de minimumvoorwaarden voor vrije, transparante en eerlijke verkiezingen wordt voldaan; is van mening dat na de schending van de Overeenkomsten van Barbados op generlei wijze aan deze minimumvoorwaarden wordt voldaan;
12. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de deelnemers van de top tussen de EU en de Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caribische Staten, de Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering, de Organisatie van Amerikaanse Staten, de secretaris-generaal van de Verenigde Naties en de Venezolaanse autoriteiten.