Souladakis (PSE). – (EL) Mijnheer de Voorzitter, met het debat van vandaag over het uitstekende verslag van mevrouw Bonino codificeren wij in feite alle activiteiten ten behoeve van dit zeer ernstig internationaal probleem. Enige tijd geleden hebben wij over het verslag van de heer Titley gestemd, waarmee in feite de tweede stap werd gezet op het gebied van het gemeenschappelijk buitenlands, veiligheids- en defensiebeleid. Dit beleid zal geleidelijk aan in heel de Europese Unie verwezenlijkt worden en concrete vorm aannemen met uniforme voorwaarden en voorschriften. Ik denk dat de ontwikkelingen degenen gelijk zullen geven die dit initiatief hebben genomen. Er zal nu misschien eindelijk een eind komen aan het beeld van liefdadige mannen en vrouwen die zich naast kinderen zonder armen en benen laten fotograferen. Beleid betekent hier namelijk preventie en niet repressie. Het is ook geen toeval dat de mijnen zich met name in crisisgebieden bevinden, in gebieden waarin wel degelijke andere initiatieven kunnen worden ondernomen om de crisis te overwinnen.
Er is hier een vraagstuk aangestipt in verband met mijn land, Griekenland. Ik ben ervan overtuigd dat het Grieks Parlement binnenkort het desbetreffende verdrag zal ratificeren. Als land hebben wij deze immers al ondertekend. U moet echter wel beseffen dat wij daartoe bereid zijn ondanks het feit dat wij een buur hebben, Turkije, die niet bepaald goede bedoelingen jegens ons koestert. Dit is helaas een feit, zoals ook de vorige week weer eens werd aangetoond tijdens de NAVO-oefeningen. Deze werden aangegrepen als een gelegenheid tot een ander soort manifestatie van politieke onverzettelijkheid. Laten wij echter hopen dat in de toekomst ook die problemen de wereld uit worden geholpen.
Ik geloof hoe dan ook dat wij met waarschijnlijk grote meerderheid in het Parlement dit verslag dusdanig kunnen versterken dat ook degenen die noch oren hebben om te luisteren, noch ogen om te zien, gedwongen worden hier aandacht aan te schenken.