Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Volledig verslag van de vergaderingen
Donderdag 14 april 2005 - Straatsburg Uitgave PB

23. Droogte in Portugal
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. Aan de orde is de verklaring van de Commissie over de droogte in Portugal.

 
  
MPphoto
 
 

  Borg, lid van de Commissie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, de Commissie is zich terdege bewust van de ernst van de droogte in Portugal. Zij heeft begrip voor de bezorgdheid die heerst en is ten volle bereid Portugal te steunen. Mijn collega, commissaris Fischer Boel, heeft op 6 april 2005 een ontmoeting gehad met de Portugese minister van landbouw, de heer Silva, om deze kwestie te bespreken.

Er zijn drie pakketten instrumenten die van bijzonder belang zijn voor de hulp aan Portugese boeren. Het eerste heeft betrekking op marktsteun en rechtstreekse steun, terreinen waarop de Commissie al tot actie is overgegaan. Zij heeft namelijk twee besluiten goedgekeurd: het ene op 4 maart, ter verhoging van de voorschotten voor rundvleespremies voor 2004 naar 80 procent, en het andere op 7 april om het mogelijk te maken braakliggend land in de betrokken regio's te gebruiken om dieren te laten grazen.

Er worden momenteel nog drie besluiten voorbereid. Het eerste heeft betrekking op een tijdelijke derogatie van de bezettingseisen van de verordening betreffende de omzetting van bouwland tot extensieve veeteeltgrond. Hierbij wordt een corrigerende correlatiecoëfficient ingevoerd die zal worden toegepast op het aantal grootvee-eenheden dat bij een bedrijf geregistreerd is. Middels een ander besluit zal het gebruik van braakliggend land voor het voederen van dieren worden uitgebreid tot het gehele continentale grondgebied van Portugal.

In dit verband wil ik ook melding maken van het Portugese verzoek om overdracht van interventievoorraden. De Commissie is gezien het overvloedige marktaanbod van oudsher tegen dergelijke overdrachten. Commissaris Fischer Boel heeft, na overleg met de Portugese minister van landbouw, de bijzonder moeilijke omstandigheden als gevolg van de langdurige droogte in Portugal erkend. Zij heeft de diensten van het directoraat-generaal Landbouw verzocht de betreffende regelingen met Portugese functionarissen te bespreken in verband met de afhandeling van de overgedragen voorraden.

Met een derde besluit zal, onder bepaalde voorwaarden, de betaling van voorschotten op een aantal premies worden toegestaan. Het gaat hier onder andere om een voorschot van 80 procent op de zoogkoeienpremies en 50 procent van de premies voor schapen, geiten en melkvee voor 2005. Uit hoofde van artikel 28, lid 3, onder c) van Verordening (EG) nr. 1782/2003, kan de bedrijfstoeslag ook worden vooruitbetaald, op voorwaarde dat dit niet eerder dan 16 oktober gebeurt en een dergelijke procedure aan controles wordt onderworpen.

Het tweede instrument heeft betrekking op plattelandsontwikkeling. Wanneer er een natuurramp plaatsvindt is herprogrammering mogelijk. Deze mogelijkheid lijkt echter beperkt aangezien we het eind van de programmeringsperiode naderen en de middelen beperkt zijn. Portugal heeft verzocht om voortzetting van de uitkering van fondsen voor plattelandsontwikkeling aan boeren, ook al kan vanwege de droogte niet aan bepaalde voorwaarden worden voldaan.

Eind januari 2005 hebben de Portugese autoriteiten gevraagd om erkenning van de droogte als overmacht in de zin van artikel 39 van Verordening (EG) nr. 817/2004 en om verlening van derogaties voor bepaalde voorwaarden met betrekking tot de agro-milieumaatregelen.

Wil overmacht van toepassing zijn, dan moet aan een aantal objectieve criteria worden voldaan, met name inzake de ernst van de droogte en berekening van de gevolgen voor de landbouw en de landbouweconomie. Een aantal verslagen is reeds beschikbaar en deze geven een eerste beeld van de verwachte gevolgen. Op basis van de beschikbare informatie heeft de Commissie geen bezwaar tegen het Portugese verzoek. Portugal zal echter worden gevraagd een vollediger verslag over te leggen.

Portugal kan besluiten om boeren door middel van overheidssteun te compenseren voor inkomensverlies als gevolg van ernstige droogte. De Portugese autoriteiten dienen de Commissie op de hoogte te stellen van hun plannen. De Commissie zal haar uiterste best doen dergelijke plannen snel goed te keuren. Het is echter van essentieel belang dat wordt bewezen dat de geleden verliezen als gevolg van een klimatologische omstandigheid een drempel van 20 of 30 procent hebben bereikt; op de tweede plaats moet worden aangetoond dat er een rechtstreeks verband bestaat tussen de verliezen en de ongunstige weersomstandigheden; en ten derde dat er geen buitensporige vergoedingen worden uitgekeerd.

De Portugese autoriteiten kunnen ook gebruik maken van de de minimis-verordening inzake overheidssteun. Over een periode van drie jaar mag per boer maximaal 3 000 euro aan steun worden uitgekeerd zonder de Commissie op de hoogte te stellen, vooropgesteld dat, naast een aantal andere voorwaarden, het totale bedrag voor de betreffende periode niet hoger is dan 17 832 000 euro.

 
  
MPphoto
 
 

  Queiró, namens de PPE-DE-Fractie.(PT) Mijnheer de Voorzitter, beste collega’s, toen we om dit debat verzochten, gingen we er natuurlijk van uit dat we konden rekenen op de steun van het Europees Parlement. Daarom wil ik nu alle fracties bedanken voor de solidariteit die dit Parlement heeft betoond.

Zoals bekend, is de droogte in Portugal heel ernstig. Commissaris Borg heeft dat zojuist nog eens bevestigd. Nauwelijks een maand geleden – op 15 maart – is vastgesteld dat 88 procent van ons grondgebied te kampen had met ernstige tot extreme droogte. Er is intussen een beetje regen gevallen, maar veel is reeds onherroepelijk verloren gegaan. Volgens de beschikbare gegevens is het zo dat we te maken zullen krijgen met een situatie die zich maar eens in de 40 jaar voordoet – zelfs als het de volgende maanden normaal regent, en de voorspellingen wijzen daar niet op.

De landbouw ondervindt schade, de veeteelt loopt gevaar, voor de watervoorziening aan de bevolking gelden hier en daar reeds beperkingen, en dit alles in regio’s die hoe dan ook al achtergesteld waren. Daar komt bij dat de situatie in de zomer zal verergeren, en dan kan ook het toerisme, een van de belangrijkste economische activiteiten in Portugal, schade zal ondervinden. De gevolgen van de droogte zullen zich in een hele reeks verschillende sectoren doen gevoelen, met alle consequenties van dien voor vele duizenden Portugezen. We zullen bovendien nu reeds actie moeten ondernemen om te verhinderen dat er zich dit jaar net zulke catastrofale bosbranden zullen voordoen als twee jaar geleden. Die branden volgden ook op een periode met weinig regen, al was die niet te vergelijken met de droogte van nu.

We hebben dus te maken met een toestand die solidair optreden van de Europese Unie alleszins rechtvaardigt. Hoe langer we daarmee wachten des te hoger de kosten zullen uitvallen – en des te geringer de positieve effecten. Daarom hopen wij dat overtuigende steun van het Europees Parlement voor deze ontwerpresolutie de Commissie zal aanzetten om snel en efficiënt tegemoet te komen aan de verzoeken die hier ten behoeve van Portugal zijn gedaan. En alles wijst in die richting.

We hopen verder dat de Commissie – als dat nodig mocht blijken te zijn – haast maakt met het onderzoek naar en de goedkeuring van een eventueel plan voor staatshulp. Naar dat plan is hier reeds verwezen. Het is de bedoeling kredietlijnen op te zetten: om de verliezen te dekken, om nieuwe investeringen te kunnen doen en om de schulden van de landbouwers te herstructureren. Hun overleven is tenslotte de reden waarom we hier vandaag zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Capoulas Santos, namens de PSE-Fractie.(PT) Mijnheer de Voorzitter, ik wil om te beginnen de commissaris bedanken voor zijn interventie en de Commissie voor haar open instelling met betrekking tot de problemen in Portugal. Zoals u weet heerst er op dit moment in mijn land – en dan vooral in de zuidelijke regio’s – een ernstige droogte.

Mijnheer de Voorzitter, staat u mij toe dat ik alle collega’s met wie ik over deze situatie heb kunnen praten, bedank voor hun steun- en solidariteitsbetuigingen. Ik ben heel blij dat het mogelijk is gebleken dit gemeenschappelijk voorstel voor te leggen. De belangrijkste fracties in dit Parlement hebben er hun steun voor uitgesproken.

In Portugal gaan we wederom een droog jaargetijde in. Het heeft de afgelopen herfst en winter – in Portugal de natte seizoenen – nauwelijks geregend. In een aantal regio’s ligt het vochtgehalte van de bodem lager dan 20 procent van het gemiddelde over de afgelopen 40 jaar. Als gevolg daarvan zijn alle diervoedervoorraden opgeraakt. Het gras in de wei en gewassen op het veld groeien niet omdat het gebruik van het weinige water uit de stuwmeren aan restricties is onderworpen. Er wordt dus niet voldoende nieuw voeder geproduceerd voor de volgende herfst en winter, terwijl het vee tot de volgende lente zal moeten worden gevoerd – en dan gaan we ervan uit dat de volgende herfst wat de regenval betreft normaal zal zijn.

Voor de landbouwers en veehouders is de situatie onhoudbaar. Het zou daarom volkomen gerechtvaardigd zijn als de Commissie snel een antwoord gaf op de verzoeken van de Portugese regering. Dat zal nauwelijks gevolgen hebben voor de begroting; het gaat hier immers – zoals u terecht heeft opgemerkt, mijnheer de commissaris – om vervroegde betalingen en uitzonderingen op de bepalingen van een aantal verordeningen die nu, onder deze omstandigheden, niet kunnen worden nageleefd. Zo verhinderen we dat landbouwers sancties opgelegd krijgen. De Commissie zou verder toestemming moeten geven voor de toekenning van een bepaalde mate van staatssteun, vooral aan de kleine landbouwers.

Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, de situatie in Portugal moet ook een waarschuwing zijn voor de toekomst en ons aanzetten tot nadenken over de wijze waarop we dit soort problemen op de middellange en lange termijn kunnen oplossen. Dat kan via het opzetten van een Europees systeem voor de bescherming tegen risico’s en crises in de landbouw – de Commissie heeft daar nu gelukkig een discussie over geopend – , maar ook, in ruimere zin, door het versterken van de leidersrol die de Unie speelt bij de internationale inspanningen op het gebied van klimaatverandering. We zouden tevens concrete voorstellen kunnen doen voor strategische actie na 2012.

Ik geloof dat ik in de luttele minuten die mij ter beschikking stonden voldoende redenen heb aangevoerd om duidelijk te maken dat deze ontwerpresolutie ruime steun van het Europees Parlement verdient. Daarom roep ik u op voor te stemmen, aangezien ik er zeker van ben dat de Commissie – zoals u reeds heeft aangegeven, mijnheer de commissaris – met deze resolutie rekening zal houden.

 
  
MPphoto
 
 

  Guardans Cambó, namens de ALDE-Fractie. – (ES) Mijnheer de Voorzitter, ik juich het initiatief toe om hier in deze plenaire vergadering een spoeddebat te houden over de droogte in Portugal, en allereerst moet gezegd dat ik als medebewoner van het Iberisch Schiereiland deze zaak een bijzonder warm hart toedraag en volkomen ondersteun.

Je hoeft natuurlijk geen klimatoloog of weerman te zijn om te weten dat als het niet regent in Portugal, het dat ook niet doet in bepaalde streken van Spanje. Dat lijkt me tamelijk vanzelfsprekend, en wat het klimatologisch aspect betreft van de kwestie waarover we het hier hebben, komt het probleem van Portugal nagenoeg overeen met dat van een groot deel van Spanje.

Het is ongetwijfeld wel zo dat de concrete economische gevolgen voor ieder land verschillend zijn, afhankelijk van de geografische gesteldheid of het grondgebied. Maar het probleem van de droogte, het probleem van het gebrek aan regen als zodanig, dat hebben we gemeen. Daarom hebben wij een aantal amendementen in deze ontwerpresolutie opgenomen, en in een aantal paragrafen wordt het toepassingsgebied van de ontwerpresolutie enigszins uitgebreid zodat dit niet alleen Portugal maar deels ook het hele Iberisch Schiereiland omvat. Naar mijn idee is dat terecht.

Mijn fractie vindt het natuurlijk een uitstekende zaak dat de specifieke gevolgen van de droogte worden benadrukt, waarbij sommige problemen die vooral Portugal en met name het zuiden van Portugal ondervindt, heel concreet worden vermeld. Maar zoals de vorige spreker al zei, zouden we ons allemaal samen dieper moeten bezinnen op dit probleem, dat namelijk geen geïsoleerd incident is. De Europese Commissie heeft dan ook de verantwoordelijkheid om studie te doen naar, te anticiperen op en maatregelen te plannen met het oog op de klimaatverandering, die niet alleen maar het onderwerp is van vurige politieke discussies in allerlei belangrijke debatten, maar die ook concrete en soms dramatische gevolgen heeft voor de economie van sommige landen, zoals in het onderhavige geval blijkt. Dat is dan ook het eerste punt dat ik zou willen benadrukken: deze situatie is niet incidenteel, het gaat niet om een crisis van voorbijgaande aard, maar om een probleem waarop we ons dieper moeten bezinnen, en waarvoor op de middellange en de lange termijn politieke maatregelen geboden zijn.

In de ontwerpresolutie zelf worden bijzonder concrete kwesties behandeld, waarvan ik er hier twee of drie aan de orde zou willen stellen. Allereerst wordt er nadrukkelijk op gewezen dat de economische impact een algemene impact is, die verder reikt dan de landbouw alleen; zo is de impact van de droogte rechtstreeks van invloed op het toerisme en op de hele plattelandsdimensie van het toerisme, en dat is een punt dat we steeds voor ogen moeten houden, en vooral als we het over dit onderwerp hebben.

Ten tweede noem ik de verwijzing naar het drama dat Spanje en Portugal, en ik zou zelfs ook willen zeggen, Catalonië en Portugal, nauw met elkaar samenbindt: het probleem van de bosbranden. Met het oog hierop is er een amendement opgenomen dat niet alleen betrekking heeft op Portugal. En daarom zou ik een verband willen leggen tussen de gevolgen van de droogte en de bijzonder grote kans op bosbranden, en tegelijkertijd willen aandringen op de eventuele inzet van het Solidariteitsfonds om deze problemen aan te pakken. Dat lijkt mij een bijzonder belangrijk punt, waarover we te zijner tijd waarschijnlijk een resolutie zullen moeten opstellen en een speciaal debat zullen moeten houden.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Guerreiro, namens de GUE/NGL-Fractie.(PT) We hebben de Europese Commissie en het Europees Parlement vanaf het begin van dit jaar steeds weer gewezen op de problematische situatie in Portugal. Die situatie is het gevolg van een van de ernstige droogten waar ons land ooit mee te kampen heeft gehad. De sociale, economische en milieugevolgen daarvan zullen met de komst van de zomer alleen maar verergeren.

We hebben in januari al een vraag gesteld aan de Europese Commissie en in februari in de voltallige vergadering van het Europees Parlement een interventie aan dit onderwerp gewijd; we hebben daarmee aangegeven dat er dringend maatregelen moesten worden genomen om een antwoord te formuleren op de problemen die de landbouwers ondervonden. We hebben toen ook gezegd dat er meteen iets moest worden ondernomen om te verhinderen dat bepaalde regio’s later zonder water zouden komen te zitten. De toestand in de landbouw is zorgwekkend. De herfst- en wintergewassen zijn verloren gegaan, terwijl de producten voor de lente en zomer – tomaten, maïs, rijst, fruit, tuinbouwproducten en gewassen voor diervoeder – gevaar lopen. Ook de ontwikkeling van culturen die in de herfst geoogst kunnen worden – citrusvruchten, druiven – verloopt niet normaal. Na de bosbranden van 2003 en 2004 is hier en daar overgegaan tot herbebossing, maar van die jonge aanplant is een deel onherroepelijk verloren gegaan vanwege een onvoldoende vochtgehalte van de bodem.

Als gevolg van deze situatie zijn duizenden kleine en middelgrote bedrijven in ernstige financiële moeilijkheden geraakt. Het is dus van belang dat er zo snel mogelijk maatregelen worden genomen om – zoals de resolutie ook voorstelt – de Portugese landbouwers te helpen. Beter nog zou het zijn om – zoals wij hebben voorgesteld – werk te maken van een overheidsverzekering voor de landbouw, gefinancierd met communautaire middelen, die de mogelijkheid biedt boeren in geval van rampen zoals droogte en branden een minimuminkomen te garanderen. Er zou ook financiële steun moeten komen om de gestegen kosten en de vermindering van de landbouwproductie te compenseren, alsook een tijdelijke vrijstelling van de betaling van de socialezekerheidsbijdragen (zonder verlies van rechten) voor voltijdse landbouwers met een inkomen van onder de 12 economische grootte-eenheden (EGE’s) en een renteloze verlenging met twee jaar van het krediet voor het productiejaar.

Daarnaast moeten er maatregelen op de middellange en lange termijn worden overwogen om te verzekeren dat de bevolking kan beschikken over voldoende water van goede kwaliteit. Water is immers een openbaar goed en een universeel recht. Daarom hebben wij een amendement ingediend waarin de dringende behoefte wordt onderstreept aan concrete maatregelen ter ondersteuning van de Portugese gemeenten in de gebieden die het zwaarst door de droogte zijn getroffen, waarbij een billijk gebruik wordt gemaakt van het Europees Solidariteitsfonds.

Tot slot is het zo dat de situatie opnieuw duidelijk maakt dat er iets moet worden gedaan tegen de opwarming van de aarde en alle klimatologische gevolgen die daaruit voortvloeien. Dat zal vooral moeten gebeuren door het verwezenlijken van de uiterst belangrijke doelstellingen van het Protocol van Kyoto.

 
  
MPphoto
 
 

  Coelho (PPE-DE). (PT) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, beste collega’s, Portugal maakt op dit moment een periode van heel ernstige droogte door, met verloren oogsten, dieren die omkomen omdat er geen voedsel of water is, milieuschade in de zwaarst getroffen gebieden, een verhoogd risico van bosbranden deze zomer, en gemeenten die nu reeds afhankelijk zijn van water uit andere gemeenten.

De heer Queiró heeft er reeds opgewezen dat 80 procent van het grondgebied met droogte te kampen heeft. De schade voor de landbouw bedraagt nu al meer dan één miljard euro en de schade zal vermoedelijk alleen maar toenemen. De warmste maanden komen er nu aan, met temperaturen die veel hoger liggen, en er wordt geen regen voorspeld van mei tot oktober.

Dit is een moment waarop we om Europese solidariteit verzoeken ten behoeve van de zwaarst getroffenen, en de Unie kan allerlei soorten steun geven. En dat hoeven – zoals de heer Capoulas Santos reeds heeft gezegd – in het merendeel van de gevallen niet eens toewijzingen of subsidies te zijn. Het gaat hier vooral om goede wil en begrip voor de moeilijkheden die men in Portugal ondervindt.

Om te beginnen de kwestie staatssteun. De Commissie dient de Portugese regering toestemming te verlenen om staatssteun te geven. Die kan gebruikt worden om compensatie te bieden voor de inkomstenverliezen van de landbouwers, om het gemakkelijker te maken veevoeder te kopen en om investeringen te doen in de opvang en distributie van water. Staatssteun moet het ook makkelijker maken de schulden van de landbouwers te saneren. Tweede punt: de steun voor de landbouw dient volledig vooraf te worden betaald – en niet slechts ten dele, mijnheer de commissaris. Derde punt: we moeten het mogelijk maken dat het graan van communautaire interventievoorraden die het gevolg zijn van overschotten in een aantal lidstaten gebruikt worden. Vierde punt: we moeten – u heeft er zelf al op gewezen – uitzonderingen op een aantal communautaire verordeningen toestaan, en toelaten dat het vee te grazen wordt gezet op landbouwgrond die uit productie is genomen of graanvelden die reeds door de droogte getroffen zijn. Vijfde punt: er moeten middelen worden vrijgemaakt om te verhinderen dat er deze zomer als gevolg van de droogte meer bosbranden ontstaan. Zesde punt: onderzoeken of het Solidariteitsfonds kan worden aangesproken. Zevende punt: vasthouden aan de Europese standpunten met betrekking tot klimaatverandering en het Protocol van Kyoto.

Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris: de Europese Unie wordt sterker naarmate ze dichter bij de burgers komt. Het is van belang dat de zwaarst getroffen Portugese burgers het gevoel hebben dat ook zij Europese burgers zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Casaca (PSE).(PT) Mijnheer de Voorzitter, mijn eerste woord is solidariteit. Solidariteit met de bevolking van de zwaarst getroffen regio’s, inzonderheid de landbouwers in het zuiden van Portugal en in de grensgebieden. De toestand is het ernstigst in de berggebieden in de Algarve en de gebieden op de linkeroever van de Guadiana. Die solidariteit mag natuurlijk niet beperkt blijven tot deze gebieden in Portugal. Ik wil de heer Guardans Cambó dan ook verzekeren dat ze net zo goed geldt voor de bevolking van Sevilla, Huelva, Badajoz, Cáceres en zo verder, omdat ook zij de gevolgen ondervinden van iets wat men volgens mij alleen maar kan kenschetsen als een natuurramp van grote omvang. Wat de verordening ook moge voorschrijven, dit is de werkelijkheid en daarom moet het begrip solidariteit hier gebruikt worden.

Ik ben heel blij dat niemand het woord “overdreven” heeft gebruikt voor een toestand die nooit is overdreven, maar gewoon objectief en realistisch is beschreven. Ik ben verder dankbaar voor de inzet van de Europese Commissie om een bijdrage te leveren aan een oplossing van de problemen.

Ik wil het echter niet hebben over aspecten die alleen maar met deze specifieke situatie te maken hebben. Ik wil de aandacht vestigen op aspecten die onweerlegbaar en onlosmakelijk verbonden zijn met de bosbouwstrategie. Wat die strategie precies inhoudt hangt natuurlijk vooral van de lidstaten af, maar de Commissie is verplicht die strategieën op hun waarde te schatten. En nu stel ik vast dat de periode waarover men compensatie voor inkomstenderving kan krijgen is teruggebracht van 20 jaar naar maximaal 10 jaar. Dat betekent dat men in de Europese instellingen nog steeds niet begrepen heeft dat het voor het tegengaan van dit soort bijna-woestijnvorming van cruciaal belang is te beschikken over een correct geformuleerde bosbouwstrategie.

Het is van fundamenteel belang dat de inkomenssteun tientallen jaren wordt voortgezet als het gaat om soorten die er tientallen jaren over doen om tot wasdom te geraken en al die tijd niets, maar dan ook niets produceren. En het is ook van fundamenteel belang dat de steun voor de bossen op het Iberisch Schiereiland wordt voortgezet en dat deze steun vergeleken bij de alternatieven verhoogd wordt. Ik wil de Commissie daarom verzoeken aan dit onderwerp terdege aandacht te besteden.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Portas (GUE/NGL).(PT) Mijnheer de Voorzitter, zoals hier vandaag al een aantal keer is gezegd is het heel droog in mijn land. Voor de landbouw en de veeteelt is de toestand meer dan alleen maar precair – de toestand is nu ronduit kritiek. Daarom zijn de voorstellen waarover we vandaag stemmen zo belangrijk. Ze zouden althans voor een deel compensatie bieden voor de verliezen van de landbouwers. Er zullen echter ook andere maatregelen moeten worden genomen.

Het is van groot belang dat er met water – in Zuid-Europa een schaars openbaar goed – zorgvuldig wordt omgesprongen. Door onze wijze van leven verspillen we veel water, zeker in mijn land. Dat moet veranderen. Dat geldt ook voor het huidige gemeenschappelijk landbouwbeleid, dat onvoldoende waardering heeft voor de mediterrane landbouw en niet aanzet tot een rationeel gebruik van de grond en ecologische duurzaamheid op het platteland. In augustus zullen er weer branden uitbreken en dan zullen we eens te meer de prijs betalen voor onze onverantwoordelijkheid.

Tot slot is het zo dat we behoefte hebben aan nieuwe Europese instrumenten voor risicopreventie. Ik geloof dat de heer Capoulas Santos in dat opzicht volledig gelijk heeft. Een van de dingen die we zullen moeten doen is het opzetten van een Europese verzekering voor landbouwers. Een deel van de bijdragen van de landbouwers kan dan worden gestort in een rampenfonds, een fonds waar ook de lidstaten en de Unie aan moeten bijdragen. Dat fonds zou automatisch kunnen worden geactiveerd in situaties zoals die zich nu voordoen in Portugal en het zuiden van Spanje, maar die in de toekomst ook andere landen kunnen treffen.

 
  
MPphoto
 
 

  Korhola (PPE-DE). - (FI) Mijnheer de Voorzitter, ik wil mijn medeleven betuigen wegens de droogte in Portugal en mijn steun geven aan de ontwerpresolutie. Ik ga het nu echter hebben over het achterliggende verschijnsel, namelijk klimaatverandering. Dit onderwerp sluit precies aan bij hetgeen vooraanstaande Finse professoren op het gebied van milieu de afgelopen week hebben besproken op een seminar dat hier in het Parlement in Straatsburg werd gehouden. Een van onze thema's was klimaatverandering. Aan het seminar nam ook een leidinggevende ambtenaar van het directoraat-generaal Onderzoek van de Commissie deel, die oprecht blij was met het contact tussen wetenschap en politiek in het Parlement. Een dergelijke samenwerking tussen wetenschappers en politici is welkom, maar natuurlijk niet vanzelfsprekend. De wereld zit niet zo in elkaar dat academische kennis vanzelf bij politici terechtkomt. Kennis moet soms worden opgevraagd. Wetenschappers hebben geen enorme drang om bij ons te komen lobbyen. Hoewel de samenleving academisch onderzoek steunt, blijven wetgevers helaas vaak van deze kennis verstoken.

Wij vragen ons vaak af of bijvoorbeeld de droogte van 2003 een teken van klimaatverandering is. Volgens onderzoekers wordt de vraag verkeerd gesteld en kan er geen duidelijk antwoord op worden gegeven. Als wij echter vragen of er meer droogte valt te verwachten, dan antwoorden zij met ja; of er meer hittegolven komen, antwoorden zij met ja; of de moderne samenleving steeds kwetsbaarder wordt voor extreme weersverschijnselen, antwoorden zij met ja.

Het is nu dus tijd om actie te ondernemen. Wij kunnen niet langer op nog duidelijker antwoorden wachten. De informatie waarover wij nu beschikken, moet voor ons voldoende zijn om steeds doeltreffender maatregelen te nemen ter bestrijding of vertraging van klimaatverandering. Dat is een van onze belangrijkste beleidsprioriteiten. Van wezenlijk belang zijn ook de aanpassingsmaatregelen, waarin juist nu doelbewust moet worden geïnvesteerd door onze beleidsterreinen opnieuw vast te stellen en in onderzoek te investeren. Wij hebben in deze situatie onder andere een juiste bosbouwstrategie nodig. Klimaatverandering kan helaas niet helemaal worden voorkomen, maar het minimaliseren van persoonlijke en materiële schade is nu noodzakelijk.

 
  
MPphoto
 
 

  Madeira (PSE).(PT) Mijnheer de Voorzitter, zoals hier vandaag al een aantal keer is gezegd, heeft Portugal met droogte te kampen, misschien wel de ergste sinds de droogten van 1981 of 1990. De cijfers spreken voor zich. Als gevolg van deze droogte bedraagt de grondwatercapaciteit in de Alentejo en de Algarve maar 50 procent van het maximum.

Het is nu april en op dit moment heeft reeds 25 procent van de Portugese gemeenten voorzorgsmaatregelen uitgevaardigd om de gevolgen van de droogte enigszins op te vangen. Als ik u deze cijfers voorschotel – bij alle gegevens die we al gehoord hebben – en daar bijzondere nadruk op leg, dan is dat omdat het hier gaat om regio’s op het Portugese vasteland die de afgelopen jaren toch al veel te verduren hebben gehad. Ik wijs daarop omdat dit ook de regio’s zijn die na de branden van 2003, toen duizenden hun bezittingen en levensonderhoud in vlammen zagen opgaan, steun hebben ontvangen uit het Solidariteitsfonds. Ik noem verder de branden van 2004, die zulke vernietigende gevolgen heeft gehad voor alle gebieden die de felle branden van 2003 hadden weerstaan. Ik heb het nu over gebieden die ernstig te lijden hebben gehad van de uitbreiding, diezelfde gebieden die van de ene dag op de andere als gevolg van het bekende statistiekeffect plotseling heel welvarend zijn geworden.

De mensen die het ergste lijden zijn juist deze mensen, mensen die jarenlang, ramp na ramp, veerkracht en doorzettingsvermogen hebben getoond. Ze leven van landbouw, veeteelt, bosbouw, toerisme en het milieu. Het zijn mensen die over heel weinig middelen beschikken en zij zijn het die nu het zwaarst getroffen zijn. En dat als gevolg van het gebrek aan regen en het gebrek aan beschikbaar water, nu de stuwmeren die in dit soort situaties als buffer moeten dienen voor maar 30 of 40 procent van de volle capaciteit gevuld zijn.

Mijnheer de commissaris, dit zou niet gebeurd zijn – althans niet in deze mate en niet in het zuiden – als de Commissie bereid was geweest haar geschil met Portugal over het Odelouca-stuwmeer en het verbindingsnetwerk tussen de stuwmeren bij te leggen. Die kwestie sleept nu al jaren en heeft uiteindelijk geleid tot de moeilijkheden die we nu in Portugal ondervinden. Daarom vraag ik u, mijnheer de commissaris, of u bereid bent – dan wel de Commissie bereid is – een oplossing te zoeken voor dit structurele probleem, om ervoor te zorgen dat mensen in de toekomst dit soort rampen niet nog eens hoeven mee te maken.

Ik wil de Commissie uiteraard bedanken voor de voorstellen die ze vandaag bij wijze van noodoplossing heeft gedaan. We hebben echter ook – zoals een groot aantal parlementariërs heeft gezegd – behoefte aan praktische voorstellen. Een aantal daarvan ligt al op tafel – de Commissie hoeft ze maar goed te keuren.

 
  
MPphoto
 
 

  Borg, lid van de Commissie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik dank de geachte afgevaardigden voor hun commentaar op de verklaring van de Commissie. De Commissie deelt de bezorgdheid waarvan hier blijk is gegeven over de gevolgen van de droogte in Portugal. Zoals ik al bij aanvang van dit debat heb verklaard, zullen wij doen wat we kunnen om degenen die het zwaarst worden getroffen door de droogte, d.w.z. de landbouwgemeenschap, te steunen. Deze maatregelen zullen op hun beurt de getroffen plattelandseconomieën helpen.

Ik heb uw punten van zorg en uw informatie over de problemen ter plaatse aangehoord. De Commissie zal zeker haar solidariteit tonen door de maatregelen die ik al eerder noemde in werking te stellen. Mijn collega commissaris Fischer Boel is zich bewust van de problemen en heeft dan ook alles gedaan wat mogelijk is om de situatie aan te pakken, en zij doet dit nog steeds.

Wat betreft het idee om een structuur van meer permanente aard op te zetten om aan dergelijke situaties het hoofd te bieden: ik zal de betreffende informatie doorsturen naar mijn collega's, die het ongetwijfeld zorgvuldig in overweging zullen nemen. Er zijn ook andere ideeën en suggesties geopperd, die door de Commissie terdege zullen worden overwogen. Een aantal mensen noemde de noodzaak om dit onderwerp in een bredere context te bekijken en ook de oorzaken van dit type droogte in ogenschouw te nemen, welke variëren van klimaatverandering tot bosbeheer.

Ik dank u voor uw aanbevelingen en voorstellen, waarin wordt gestreefd naar een meer gecoördineerde aanpak van dit verschijnsel voor de langere termijn. Deze hebben mij zonder meer veel stof tot nadenken gegeven en tonen aan hoe groot de toewijding van het Parlement aan duurzame ontwikkeling is, een toewijding die door de Commissie ten volle wordt gedeeld.

De Commissie besteedt uiterst zorgvuldige aandacht aan dit onderwerp en is zich in hoge mate bewust van de problemen die het heeft veroorzaakt. Wij zullen alles doen wat we kunnen en onze solidariteit tonen met degenen die het zwaarst door de droogte zijn getroffen.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. Ik heb vier ontwerpresoluties(1) tot besluit van dit debat ontvangen, waarover vanmiddag aansluitend op de debatten gestemd wordt.

Schriftelijke verklaring (art. 142)

 
  
MPphoto
 
 

  Gutiérrez-Cortines (PPE-DE).(ES) Het is verbazend dat de Europese Unie nog steeds geen strategievoor de korte en de lange termijn ontwikkeld en ten uitvoer gelegd heeft om de droogte en woestijnvorming tegen te gaan, want voor de zuidelijke en mediterrane landen is dit een van de factoren die de economische en sociale duurzaamheid het meest bedreigen. Het ontbreken van een gemeenschappelijk plan tussen de landen en de Commissie (Landbouw en Milieu) is echter nog merkwaardiger als je bedenkt dat het Europees Milieuagentschap erop gewezen heeft dat juist de mediterrane landen het meest getroffen zullen worden door de voorspelde klimaatwijziging.

Daarom ondersteunen wij het beleid ter bestrijding van de droogte in Portugal, en staan wij achter elke vorm van hulp om de gevolgen van dit watertekort voor de productiviteit, de markt of de aanplant zelf te ondervangen. Parallel daaraan pleiten wij ervoor de mogelijkheden te bestuderen om dit beleid uit te breiden naar andere landen in het zuiden van Europa.

 
  

(1) Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid