Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Volledig verslag van de vergaderingen
Dinsdag 5 juli 2005 - Straatsburg Uitgave PB

32. Politieke situatie en onafhankelijkheid van de media in Wit-Rusland
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. – Aan de orde is de verklaring van de Commissie over de politieke situatie en de onafhankelijkheid van de media in Wit-Rusland.

 
  
MPphoto
 
 

  Benita Ferrero-Waldner, lid van de Commissie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, om te beginnen wil ik degenen bedanken die hebben verzocht om een gedachtewisseling met ons over Wit-Rusland. Het is de derde gedachtewisseling over Wit-Rusland sinds ik commissaris ben. Het is een belangrijk onderwerp en ik deel uw bezorgdheid. Ik ben ervan overtuigd dat versterking van de democratie en steun aan onafhankelijke informatiebronnen in Wit-Rusland van het grootste belang zijn, vooral met het oog op de komende presidentsverkiezingen.

De Europese Commissie heeft er groot belang bij dat Wit-Rusland een democratische en stabiele buur is en hopelijk, in de toekomst, in staat zal zijn om volledig te profiteren van het Europees nabuurschapsbeleid.

Door de recente ontwikkelingen in Wit-Rusland is het politieke systeem van het land echter verder afgedwaald van een Europees democratisch systeem en Europese normen en waarden, en dat belemmert dat het land de plaats inneemt onder de Europese naties die het rechtmatig toekomt. Na de Wit-Russische parlementsverkiezingen en het referendum van afgelopen jaar, die bij lange na niet voldeden aan de internationale standaarden voor democratische verkiezingen, heeft de Raad van de Europese Unie in november 2004 de beperkingen op ministeriële contacten met de Wit-Russische autoriteiten bevestigd. Tegelijkertijd heeft de Europese Unie een duidelijke boodschap gezonden aan de bevolking dat wij hen niet vergeten waren en dat we de contacten met het maatschappelijk middenveld wilden uitbouwen.

De Europese Unie heeft de arrestaties en politieke processen van potentiële tegenstanders van president Loekasjenko consistent veroordeeld. Wij hebben opgeroepen tot respect voor de rechtsstaat en de onmiddellijke vrijlating van deze personen. We zien dit optreden van het regime als pogingen om oppositieleiders uit de weg te ruimen, vooral in de aanloop naar de presidentsverkiezingen van 2006. We maken ons ernstig zorgen over de groeiende repressie van politieke partijen, niet-gouvernementele organisaties en onafhankelijke media.

Daarnaast houden we de situatie van de mensenrechten in Wit-Rusland nauwgezet in de gaten. Als duidelijk signaal dat de Europese Unie geen schendingen van mensenrechten en fundamentele vrijheden accepteert, hebben we afgelopen jaar op basis van bevindingen van de Raad van Europa een visumverbod ingesteld voor bepaalde hooggeplaatste functionarissen uit Wit-Rusland. Daarbij kwam het Pourgourides-verslag over politiek gemotiveerde verdwijningen. Vervolgens hebben we dit visumverbod uitgebreid naar functionarissen die verantwoordelijk werden gehouden voor fraude bij de verkiezingen en bij het referendum, evenals naar die functionarissen die verantwoordelijk waren voor de onderdrukking van vreedzame demonstraties.

Onze ernstige twijfels over de inachtneming van vakbondsrechten in Wit-Rusland hebben geleid tot een onderzoek naar vermeende schendingen van de vrijheid van vereniging en ook van het recht op collectieve onderhandelingen, zoals omschreven in de IAO-verdragen, met name binnen het kader van het SAP, het Stelsel van Algemene Preferenties. Het onderzoek kan uiteindelijk leiden tot de intrekking van de rechten van Wit-Rusland onder het SAP.

Tegen de achtergrond van de verslechterende politieke situatie in Wit-Rusland zal de Europese Unie zich blijven inzetten voor het maatschappelijk middenveld en de bevolking van Wit-Rusland. Het moet gezegd dat de Commissie een belangrijke donor van Wit-Rusland is. In de afgelopen maanden hebben we ook onze hulp aan het land gestroomlijnd. Er is een workshop gehouden in Vilnius speciaal om onze hulp te coördineren. Dat was belangrijk, omdat het ons de kans gaf de coördinatie te intensiveren, niet alleen onder de lidstaten maar ook met landen als de Verenigde Staten en Canada.

We hebben twee doelen voor ogen. Eén ervan is mensenrechten, democratisering, het maatschappelijk middenveld en democratische krachten in enge zin te ondersteunen. We besteden speciale aandacht aan ondersteuning van de media en van niet-gouvernementele organisaties, de versterking van democratische instituties en de rechtsstaat. Dat doen we via het EIDHR – het Europees initiatief voor democratie en mensenrechten – en het gedecentraliseerde samenwerkingsinstrument. In maart zijn twee aanbestedingen in gang gezet en de selectie van projecten is al voltooid. Waarschijnlijk worden de contracten deze zomer afgesloten, zodat de activiteiten voor het einde van het jaar kunnen beginnen. Er zijn tien tot twaalf projecten voor onderwijs en NGO's die juridisch advies geven aan personen met mensenrechtenproblemen. Ik hoop dat de resultaten uitstekend zullen zijn.

De tweede doelstelling is de bredere behoeften van de bevolking op verwante gebieden te ondersteunen. Met bredere behoeften bedoel ik het Tacis-programma, dat zich richt op steun voor de bevolking zelf in verschillende sectoren, waaronder behoorlijk bestuur, duurzame groei, de sociale sector, onderwijs, gezondheidszorg, het milieu en economische groei, en ook verlichting van de problemen die zijn veroorzaakt door de Tsjernobylramp, die prominent aanwezig is in ons hulpprogramma.

Er is voorgesteld onafhankelijke radio-uitzendingen voor Wit-Rusland te steunen als een effectieve en nuttige remedie voor het gebrek aan alternatieve en onafhankelijke informatie in Wit-Rusland. We hebben de mogelijkheden zorgvuldig onderzocht en zullen zien hoe dat kan worden geregeld. Het is niet eenvoudig onder ons huidige Financieel Reglement meteen de juiste oplossing te vinden. Wat de moeilijkheden betreft waarmee journalisten in Wit-Rusland worden geconfronteerd, kan ik u echter zeggen dat we een sleutelprogramma hebben voor het trainen van journalisten en dat we al veel hebben kunnen doen. We hebben de Wit-Russische associatie van journalisten gesteund, die ons daar zeer dankbaar voor is. We hebben de associatie bijvoorbeeld in 2004 de Sacharovprijs voor vrijheid van gedachten toegekend.

 
  
MPphoto
 
 

  Bogdan Klich, namens de PPE-DE-Fractie.(PL) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, dit is al weer de vierde resolutie van het Parlement over Wit-Rusland. Het is echter de eerste resolutie over deze kwestie die voortkomt uit een gevoel van teleurstelling, ontgoocheling zelfs, over het optreden van de Commissie. Voor het Parlement is de Raad een bondgenoot en de Commissie de vijand, althans waar het gaat om aanpassing van het huidige beleid ten aanzien van Wit-Rusland. De Raad begrijpt wat er nodig is, maar de Commissie lijkt in het geheel niets te begrijpen; ze ziet niet in dat, willen we ondersteuning kunnen bieden aan het maatschappelijk middenveld en aan het democratiseringsproces in Wit-Rusland, de bestaande instrumenten aangepast moeten worden.

De boodschap die de heer Solana tijdens zijn onderhoud in Vilnius met mevrouw Rice heeft afgegeven over de democratische oppositie in Wit-Rusland, is een belangrijk politiek signaal. De Commissie daarentegen lijkt in een bizarre vicieuze cirkel beland te zijn: ze denkt dat in Wit-Rusland veranderingen teweeggebracht kunnen worden op basis van de bestaande politieke mechanismen en instrumenten. Dat is echter niet het geval. Langs deze weg kan geen verandering tot stand worden gebracht, omdat deze instrumenten ontworpen zijn voor democratische landen, of landen waar reeds een democratiseringsproces gaande is. In geen enkel land in de wereld kan vanuit het niets een ontwikkeling in de richting van democratie in gang worden gezet met behulp van de instrumenten waarnaar de Commissie verwijst. Zouden we dat desalniettemin proberen, dan zouden we de politieke geloofwaardigheid van de Europese Unie op het spel zetten en het risico lopen dat van politieke verklaringen in de toekomst niet meer verwacht wordt dat ze door concrete maatregelen worden gevolgd.

Intussen is het zo dat er binnenkort, om precies te zijn volgend jaar, presidentsverkiezingen in Wit-Rusland zullen plaatsvinden. We moeten de Wit-Russische bevolking helpen een keuze te maken. Daarom is het van het allergrootste belang dat de burgers betrouwbare informatie uit onafhankelijke bronnen krijgen, en wel via de radio. Ik zou erop willen wijzen dat er in Polen en Litouwen reeds projecten lopen voor het opzetten van een netwerk van onafhankelijke radiostations. Aanvankelijk was er sprake van enige competitie tussen deze projecten, maar inmiddels heeft men de handen ineengeslagen. Om die reden wordt in de ontwerpresolutie aangedrongen op steun voor het opzetten van dit netwerk van radiostations voor Wit-Rusland.

De nationale regeringen hebben zich al achter deze projecten geschaard. De Europese Unie heeft haar steun echter nog steeds niet toegezegd, en in die opstelling moet dringend verandering komen. De Commissie studeert al acht maanden op de mogelijkheid dergelijke steun te verlenen; dat kan zo niet langer doorgaan. Dat is het punt waar het bij deze ontwerpresolutie om draait.

 
  
MPphoto
 
 

  Marek Maciej Siwiec, namens de PSE-Fractie.(PL) Mijnheer de Voorzitter, wat we hier vandaag doen, komt feitelijk neer op het schetsen van een situatie die je een crisis in stilstand zou kunnen noemen. De berichten over die crisis kennen we; we hebben allemaal de beelden gezien van demonstraties en van mensen die in elkaar worden geslagen. Die mensen worden later gevangengezet, we sturen een protestbrief en vervolgens wachten we de volgende reeks televisiebeelden af. Wat ik hiermee bedoel te zeggen is dat we in feite nauwelijks iets kunnen doen. We kunnen gewoon niet veel doen, en we zouden in ieder geval zo eerlijk moeten zijn dat te erkennen.

Het debat van vandaag over de media betreft slechts één klein aspect van de beproevingen die de burgers in Wit-Rusland op alle terreinen van het leven moeten doorstaan. Namens mijn fractie zou ik er bij de Commissie met de grootst mogelijke nadruk op willen aandringen zich bij haar optreden te laten inspireren door de compromisresolutie die wij hebben opgesteld en die morgen ingediend zal worden.

Er is nog een punt dat we niet mogen vergeten. Ik weet dat het al erg laat is, en veel toehoorders zitten er niet meer in de zaal, maar ik zou eenieder willen oproepen eerlijk te zijn tegenover zichzelf en toe te geven dat de Europese Unie - en daarmee bedoel ik iedereen hier in dit Huis en de lidstaten - niet bij machte zal zijn wat dan ook te veranderen als we het onderwerp Wit-Rusland niet bij de Russen aankaarten.

Er zijn tal van zaken waarover we met Rusland spreken, met als meest geliefde gespreksonderwerpen de levering van gas en allerlei andere kwesties waarbij winstbelangen in het spel zijn, maar we hebben Rusland nooit gevraagd wat het land werkelijk vindt van de situatie in Wit-Rusland. Het komt Rusland en president Poetin heel goed uit dat er een land in dat deel van Europa is waarop ze kunnen neerkijken, en dat er een regime aan de macht is dat als het zwarte schaap van Europa geldt. De grootse daden van Loekasjenko worden getolereerd en zelfs gesubsidieerd via de levering van goedkoop gas en goedkope olie, en de Europese Unie vindt het allemaal best. We zouden op zijn minst moeten erkennen dat Rusland bepaald niet ongelukkig is met het regime-Loekasjenko en dat wij het allemaal wel goed vinden zo.

De gevangenneming van Chodorkovsky betekent nauwelijks iets in het licht van wat zich in Wit-Rusland afspeelt. Wij schreeuwen moord en brand over de zaak-Chodorkovsky, maar we houden ons opvallend stil als het om de anonieme slachtoffers van Loekasjenko gaat. Als we geen concrete maatregelen nemen om het maatschappelijk middenveld te versterken, zullen deze mensen het belangrijkste verliezen dat ze hebben, namelijk hoop. Dat zou echt het einde betekenen.

 
  
MPphoto
 
 

  Anne E. Jensen, namens de ALDE-Fractie. – (DA) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de commissaris, u hebt een zeer levendige beschrijving gegeven van de actuele situatie in Wit-Rusland. De ontwikkeling gaat de verkeerde kant op en stemt natuurlijk des te droever, omdat er vooral in andere landen van de voormalige Sovjet-Unie een voorjaarsstemming heerst die we absoluut niet terugvinden in Wit-Rusland.

U noemt een lange rij programma’s die in uitvoering zijn. Ik geloof echter dat het heel juist is wat de heer Klich zei, namelijk dat veel programma’s van de EU berekend zijn op buurlanden die een of andere vorm van democratische structuur kennen. Het ligt anders wanneer we met een dictatuur te maken hebben, zoals in Wit-Rusland het geval is. Voor dat land zijn andere instrumenten nodig. Zoals bekend kent het TACIS-programma veel middelen voor het oplossen van milieuproblemen en grensbewakingskwesties. Hoe weten we echter of de manier waarop Loekasjenko deze middelen beheert, in het belang van de Unie is?

Daarom vind ik dat er een heel juist voorstel staat in de resolutie waarover we morgen gaan stemmen. Dat is een tekst die de ALDE-Fractie van ganser harte kan steunen. Het is van belang om het recht op vrije meningsvorming in Wit-Rusland te steunen, en het is gewoon noodzakelijk dat wij met een aantal van deze projecten aan de slag gaan, die financieel gezien zeer bescheiden zullen zijn, maar die in moreel opzicht ontzettend veel zullen betekenen voor de mensen in Wit-Rusland die voor de democratie strijden. Die moeten kunnen horen en begrijpen dat er mensen zijn die hun situatie kennen en die hen van ganser harte steunen. Zij strijden met hun leven als inzet, met een groot gevaar voor hun persoonlijke leven. Wij moeten hen van buiten af steunen. Wij hebben een verantwoordelijkheid, en ik vind dat u ons moet verklaren hoe u een en ander concreet zult aanpakken.

 
  
MPphoto
 
 

  Konrad Szymański, namens de UEN-Fractie. (PL) Mijnheer de Voorzitter, de afgelopen weken heeft het regime-Loekasjenko weer een nieuw element toegevoegd aan wat reeds een lange lijst van dubieuze praktijken is. Het is opeens de nationalistische kaart gaan spelen tegenover de Poolse gemeenschap in Wit-Rusland, hoewel die toch al sinds mensenheugenis een van de bevolkingsgroepen van het land vormt.

Al vanaf het moment waarop een nieuw democratisch bestuur werd gekozen, ligt de Bond van Polen in Wit-Rusland onder vuur, ondanks het feit dat deze vereniging zich nadrukkelijk afzijdig houdt van de binnenlandse politiek in Wit-Rusland. De Poolstalige krant in het land is een verschijningsverbod opgelegd, en in de officiële propaganda van de door de staat gecontroleerde media worden de Polen geportretteerd als door de NAVO en de CIA betaalde agenten in dienst van buitenlandse mogendheden die bezig zouden zijn met zoiets als de voorbereiding van een bloedige opstand tegen de Wit-Russische staat.

De EU moet in haar beleid een antwoord bieden op dit soort praktijken. Mijns inziens zou het de moeite waard zijn na te denken over versterking van de solidariteit, zowel tussen landen, op intergouvernementeel niveau, als in het EU-beleid en het beleid in het kader van de transatlantische betrekkingen. Wat de Commissie betreft: zij zou haar beleid moeten richten op de uitvoering van zeer specifieke projecten, zoals projecten voor steun aan onafhankelijke media.

Mevrouw de commissaris, er is één kwestie waarop ik in het bijzonder de aandacht wil vestigen in dit verband. Het staat buiten kijf dat dit Huis geen enkel begrip zal tonen voor passief gedrag of traagheid van handelen van de kant van de Commissie gedurende deze zittingsperiode. Als u zich net zo blijft opstellen als u in het verleden hebt gedaan, zult u alleen maar op meer gebieden conflicten tussen het Parlement en de Commissie uitlokken. U laat ons geen andere keuze, mevrouw de commissaris.

 
  
MPphoto
 
 

  Aldis Kušķis (PPE-DE) (LV) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, geachte commissaris, president Loekasjenko, de dictator van Wit-Rusland, spant zich in - en met succes - om een totalitair regime tot stand te brengen, en hij volgt daarbij de door hem bewonderde klassieke modellen van het sovjettotalitarisme. Dit keer wordt daarbij niet teruggegrepen op de communistische ideologie van de zogenaamde dictatuur van het proletariaat; wat we zien, is een methodische aanval op de burgerlijke en politieke vrijheden van het Wit-Russische volk en op de vrijheid van meningsuiting en het recht op eerlijke informatie. De media worden volledig gecontroleerd door de staat, en de bevolking van het land krijgt alleen zorgvuldig geregisseerde berichten over de heldhaftige daden van de grote leider te horen. De radio zendt voortdurend liederen vol levensvreugde uit, en via een propagandamachine waarop Goebbels jaloers zou zijn, wordt de burgers langzaam alle vertrouwen ontnomen. Zo wordt de roep om democratische vrijheden de kop ingedrukt, en de situatie is zo uitzichtloos dat de mensen hun dromen opgeven en het geloof in eigen kracht beginnen te verliezen. Hoe kan dit proces van toenemende lethargie en willoosheid worden doorbroken? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de nieuwe krachten van het maatschappelijk middenveld die zich hebben weten te handhaven overeind blijven? Hoe kunnen we bij de bevolking van het land het verlangen naar eerlijke en waarheidsgetrouwe informatie weer tot leven wekken?

Wij kunnen dat doen door als Europese Unie te handelen in overeenstemming met onze eigen rechten en plichten. Wij hebben het recht en de plicht een ruimte van vrije informatie te scheppen met de begrotingsmiddelen die voor dit jaar goedgekeurd zijn. Ik roep de Europese Commissie op een einde te maken aan haar veel te diplomatieke benadering en te doen wat ze behoort te doen. Het hangt op dit moment helemaal van haar bereidwilligheid af of er onafhankelijke radio-uitzendingen komen of niet. De financiële, technische en organisatorische aspecten van de zaak kunnen in de loop van het jaar afgehandeld worden. Er staan op dit moment professionele journalisten klaar om te zorgen voor objectieve berichtgeving; dat werk zouden ze als een grotere eer beschouwen dan de eer van het ontvangen van de Sacharovprijs, die het Europees Parlement hun vorig jaar toegekend heeft. Ik roep u op onze resolutie te steunen. Geef uw steun aan onze resolutie en voer haar uit, zodat voorkomen wordt dat Wit-Rusland een totalitaire staat wordt.

 
  
MPphoto
 
 

  Joseph Muscat (PSE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, niemand van ons hoeft de commissaris uit te leggen wat er in Wit-Rusland gaande is. Tegelijkertijd geloof ik dat u aan onze kant staat, commissaris. Maar laten we dan in actie komen. Dat is ons gezamenlijk verzoek.

Regels zijn een middel tot een doel, niet een doel op zich. We kunnen de bevolking van Wit-Rusland niet zeggen dat we hen nu niet kunnen helpen omdat we ons aan ingewikkelde regels moeten houden. Laten we die regels dan veranderen.

Eén van de belangrijkste machten bij het opstellen en handhaven van regels is het Parlement. Laten we zien wat we kunnen doen. We zouden allemaal graag concrete toezeggingen doen over het radiostationproject, directe hulp voor de families van de slachtoffers van het regime – zij verkeren in penibele omstandigheden – en de derde en belangrijkste toezegging: een concreet, realistisch tijdschema. Ik begrijp wat u bedoelt wanneer u zegt dat na de zomer hopelijk een tijdschema begint en voor de voorzienbare toekomst zal gelden, maar we hebben een concreet tijdschema met specifieke termijnen nodig voor de komende twaalf maanden.

 
  
MPphoto
 
 

  Rolandas Pavilionis (UEN). (LT) Onlangs is de Europese Universiteit voor de menswetenschappen, die een jaar geleden in Minsk gesloten is, heropend, en wel in Vilnius. Historisch gezien kunnen de Europese universiteiten beschouwd worden als de voorlopers van de Europese Unie: ze zijn gegrondvest op de vrijheid van gedachte, en daarom kunnen we stellen dat daar de echte wortels liggen van de EU. In de resolutie die wij vandaag namens de Fractie Unie voor een Europa van Nationale Staten aan het Parlement voorleggen, spreken wij daarom onze tevredenheid uit over de heropening van de Europese universiteit voor menswetenschappen. Verder geven we aan verheugd te zijn over de inspanningen die Litouwen levert om de democratie, de vrijheid van gedachte en de rechten van de mens te bevorderen aan de hand van het onderwijs, door een nieuwe generatie op te leiden en voor te bereiden op de vorming van een nieuw land, dat in de plaats moet komen van een land dat thans weliswaar een buurland van de Europese Unie is, maar nog steeds zucht onder het juk van een dictatoriaal regime. Daarom doen wij een klemmend beroep op de Europese Commissie en de lidstaten van de Europese Unie om het voorbeeld van donoren in Europa en de Verenigde Staten van Amerika te volgen en deze universiteit op alle mogelijke manieren te ondersteunen. Naar onze overtuiging is dat dé manier om de gedachte van vrijheid te verspreiden en te bereiken dat vrijheid, solidariteit en samenwerkingsbereidheid in elk land ten dienste staan van de waardigheid van het individu, dat wil zeggen: de waardigheid van ieder van ons.

 
  
MPphoto
 
 

  Charles Tannock (PPE-DE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik ben al lange tijd geïnteresseerd in Wit-Rusland en ik ben er nooit voorstander van geweest de banden met de Wit-Russische autoriteiten volledig door te snijden op terreinen waarover beide partijen zich zorgen maken, zoals mensenhandel en handelszaken. Het is ook waar dat het huidige EU-beleid nooit vrucht heeft afgeworpen. Het regime van president Loekasjenko heeft zich teruggetrokken in een belegeringsmentaliteit, waarin de toenemende paranoia over de bedoelingen van de EU, de VS en soms zelfs Rusland heeft geleid tot stijgende onderdrukking en autoritaire reacties.

De democratie is in feite teloorgegaan: de verkiezingen zijn schijn en de limieten aan de ambtstermijn van de president zijn afgeschaft, hoewel GOS-waarnemers anders zouden beweren. Mensenrechten worden met voeten getreden, oppositiefiguren verdwijnen op onverklaarbare wijze. De rechterlijke macht is verre van onafhankelijk en stelt de campagne van adjunct-procureur-generaal Paval Radzivonaw, de voornaamste architect van de repressie van kranten als Novaya Gazeta Smorgoni en Vremya, niet ter discussie. De strafrechtelijke veroordeling van oppositiefiguren als Michail Marinich is daarvoor een verdere aanwijzing. Persvrijheid is nu praktisch non-existent: kranten worden geschorst en journalisten, onder wie buitenlandse correspondenten, lastiggevallen of beboet. Theoretisch kunnen de Wit-Russen zelfs naar werkkampen worden gestuurd als ze de president bekritiseren. Eén journaliste, Veronika Cherkasova, is vorig jaar onder mysterieuze omstandigheden vermoord.

In termen van persvrijheid staat Wit-Rusland nu op hetzelfde niveau als sommige van ’s werelds pariaregimes, zoals Cuba, Birma, Noord-Korea en Iran. De EU en de VS veroordelen eensgezind dit wrede regime en leggen slimme sancties op aan functionarissen van het regime.

Ik sta van harte achter onafhankelijke radio-uitzendingen voor Wit-Rusland vanuit de EU en ook achter financiële steun voor Wit-Russische journalisten en het maatschappelijk middenveld. Ik hoop dat de dagen van dit vreselijke regime geteld zijn en dat het zo snel mogelijk van de Europese kaart gevaagd zal zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Benita Ferrero-Waldner, lid van de Commissie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, volgens mij zijn we het eigenlijk helemaal niet oneens. Dit is een regime waar vrijheid met voeten wordt getreden, dus we moeten iets doen; dat heb ik al drie keer gezegd. Het was de Commissie die ermee akkoord ging met een paar lidstaten naar Litouwen te gaan om samen de juiste strategieën te vinden.

De juiste strategieën liggen er, het probleem is ons Financieel Reglement. Dit Financieel Reglement is ingevoerd omdat het Parlement er in het verleden om heeft gevraagd. Waarom? Omdat er onregelmatigheden zijn geweest, met als gevolg dat we nu beperkt zijn in onze mogelijkheden. Het is erg moeilijk om tegen het Financieel Reglement in te gaan, daarom duurt het lang. Ik kan niet zomaar geld geven aan willekeurige NGO’s. Dat moet volgens de regels gebeuren, en die regels zijn ingewikkeld en strikt. Als we die regels willen veranderen – en daar heb ik persoonlijk geen bezwaar tegen – dan heb ik de steun van het Parlement nodig; zo niet, dan kan ik niets doen. Ik wil niet beschuldigd worden van fraude, zoals collega’s in het verleden is gebeurd. Ik ben altijd flexibel en open. Ik zal de zaak in overweging nemen, maar het zal tijd kosten. Het kan maanden duren voordat het in orde is, maar we gaan de goede kant uit.

Ik denk niet dat het juist is dat de Raad een andere mening is toegedaan. De Raad is na ons gekomen. We zijn begonnen met een paar lidstaten en veel NGO’s, maar de Raad is niet verantwoordelijk voor invoering. Wij moeten de maatregelen invoeren, in overeenstemming met de financiële vooruitzichten en regels en in overeenstemming met onze beperkingen. Dat is de echte kern van het probleem. U moet dat weten, dus zeg ik het duidelijk en openlijk.

Het is ook niet waar dat we over deze zaak niet met Rusland overleggen. Natuurlijk doen we dat. De realiteit is echter dat Rusland tot nog toe niets heeft bereikt en het lijkt erop dat dat moeilijk zal worden. Maar ik ben het er helemaal mee eens – en we waren het eens tijdens de werkgroep – dat we toenadering moeten zoeken tot de media en direct contact moeten opnemen met de samenleving daar; we moeten journalisten opleiden.

We moeten ook via Oekraïne werken. We hebben samengewerkt met onze Poolse en Litouwse vrienden, en we zullen ook veel met de Oekraïners samenwerken, want zij hebben betere toegang dan wij. Het is waar dat Loekasjenko nu striktere maatregelen oplegt omdat hij bang is dat in Wit-Rusland net zulke bewegingen zullen opkomen als in Oekraïne, Georgië en Kirgizië.

Dat is de situatie, maar ik kan u in dit stadium niet meer informatie geven. We werken aan de tenuitvoerlegging, maar helaas duurt het langer dan ik zou willen. In mijn vorige rol als minister van Buitenlandse Zaken van Oostenrijk gaf ik een aanwijzing, de aanwijzing werd opgevolgd en misschien binnen een paar maanden ten uitvoer gelegd. In de Commissie is het ingewikkelder. We moeten heel voorzichtig zijn om te garanderen dat er niets onregelmatigs gebeurt. Maar ik ben bereid, als u dat ook bent, hiernaar te kijken.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. – Ter afsluiting van het debat deel ik u mee dat ik zes ontwerpresoluties(1) heb ontvangen overeenkomstig artikel 103, lid 2, van het Reglement.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt donderdag om 12.00 uur plaats.

 
  

(1) Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid