- Ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie - Begrotingsjaar 2006
Agnes Schierhuber (PPE-DE). – (DE) Mijnheer de Voorzitter, ik heb vandaag bij de eerste lezing van de algemene begroting tegen de amendementen 543, 301, 344 en 345 gestemd, omdat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen fokdieren, landbouwhuisdieren en slachtvee. Persoonlijk en ook namens Oostenrijk ben ik tegen de uitvoer van levende runderen die bestemd zijn voor de slacht, maar omdat er in de waardering geen onderscheid tussen fokdieren en slachtvee wordt gemaakt, betekent de afschaffing van de exportsubsidies de vernietiging van de Europese productie en van het levensonderhoud van de rundveehouders.
Ten tweede heb ik voor amendement 99 gestemd, omdat de gemeenschappelijke marktordening voor tabak nog altijd bestaat en van kracht is.
Jan Andersson, Ewa Hedkvist Petersen, Inger Segelström en Åsa Westlund (PSE), schriftelijk. – (SV) Wij willen dat de begroting bijdraagt tot een duurzame sociale, economische en ecologische ontwikkeling van de EU, conform de strategie van Lissabon. Wij hebben daarom besloten om bij de stemming steun te geven aan de amendementen die voorrang geven aan onderzoek, ontwikkeling en onderwijs. We willen echter geen steun geven aan amendementen waarmee meer geld zou worden toegekend aan rechtstreekse landbouwsubsidies, omdat die al buitenproportioneel zijn. Die steun resulteert in een ondoelmatige landbouw, die schadelijk is voor het milieu en die door dumping van overschotten ertoe bijdraagt de kloof tussen de armen en rijken in de wereld te vergroten.
We willen ook geen geld geven voor steun aan de tabaksteelt, omdat die direct bijdraagt tot volksgezondheidsproblemen. Wij vinden dat deze steun gefaseerd maar snel moet worden afgebouwd, zodat ze binnenkort is afgeschaft. Het geld dat daarmee wordt uitgespaard kan dan onder andere worden gebruikt voor maatregelen ter vermindering van het gebruik en de afhankelijkheid van tabak. Wij willen dat de rechtstreekse steun aan suikerbietentelers wordt hervormd, omdat we op de lange termijn geen steun kunnen geven aan een productie die grotendeels overbodig is. We willen echter niet dat telers in ontwikkelingslanden hun broodwinning verliezen, en daarom hebben we gestemd voor overgangssteun om ze te compenseren totdat ze hebben kunnen overschakelen op een ander product.
Hélène Goudin, Nils Lundgren en Lars Wohlin (IND/DEM), schriftelijk. – (SV) De Zweedse partij Junilistan vindt dat de begroting van de EU moet worden beperkt tot 1 procent van het gemiddeld BNI van de lidstaten, en steunt daarom in beginsel het standpunt van de Raad. De begroting voor het jaar 2006 is de laatste begroting op basis van de huidige financiële vooruitzichten, en daarom is het extra ongelukkig dat het Europees Parlement probeert om zijn posities tijdens de komende onderhandelingen te verstevigen door krachtige verhogingen voor te stellen. Wij hebben daarom besloten tegen alle door het Europees Parlement voorgestelde verhogingen te stemmen, terwijl we tegelijkertijd de weinige besparingen hebben verwelkomd die de Begrotingscommissie of individuele Parlementsleden als amendement hebben ingediend.
Er zijn nog meer ongelukkige begrotingsposten, maar Junilistan betreurt in het bijzonder de hoge steunbedragen voor het landbouwbeleid van de EU, het Cohesiefonds, de visserijsector en de begrotingsposten voor steun aan verschillende soorten voorlichtingscampagnes.
Alyn Smith (Verts/ALE), schriftelijk. – (EN)
Amendement 263
Deze begrotingslijn zou het mogelijk gemaakt hebben middelen te gebruiken om de voordelen van de euro voor het voetlicht te brengen. Aangezien Schotland, dat op dit moment onderdeel is van het Verenigd Koninkrijk, geen lid is van de eurozone, heb ik mij van stemming onthouden, omdat deze zaak mij niet aangaat.
Amendement 440
Met deze begrotingslijn zouden de vertaalfaciliteiten van de ACS-vergadering zodanig worden uitgebreid, dat alle talen erin zouden worden opgenomen in plaats van alleen de huidige werktalen van die vergadering. In beginsel ben ik voorstander van uitbreiding van het aantal talen, omdat alle talen gelijkwaardig zijn, maar aan de omschakeling naar een zo gigantisch aantal talen zouden onbetaalbaar hoge kosten verbonden zijn. Ook zou het vermoedelijk een onnodige maatregel zijn, aangezien het huidige systeem tot nu toe goed genoeg werkt.
Catherine Stihler (PSE), schriftelijk. – (EN) Het valt uitermate te betreuren dat het Parlement vandaag gestemd heeft vóór het handhaven van de tabakssubsidies. Ieder jaar sterven er nodeloos een half miljoen EU-burgers ten gevolge van ziekten die met roken samenhangen. Alleen door gezamenlijk op te treden kunnen we de tabaksindustrie aanpakken en de volksgezondheid beschermen.
Corien Wortmann-Kool (PPE-DE), schriftelijk. Hierbij verklaar ik voor amendement over CESI 446 te hebben gestemd betreffende budgetlijn 04030302
Richard James Ashworth (PPE-DE), schriftelijk. – (EN) Het beleid van de Britse Conservatieven is er vastberaden op gericht te voorkomen dat de begrotingsverplichtingen meer dan 1,0 procent van de BNI-bijdragen gaan uitmaken. Wij zouden graag een EU zien die het geld van de belastingbetalers verstandig uitgeeft aan initiatieven die de Lissabon-doelstellingen ondersteunen, en die een einde maakt aan fraude, wanbeheer en verspilling van gelden, bijvoorbeeld aan tabakssubsidies.
Om deze redenen hebben wij tegen amendementen of voorstellen gestemd die tot gevolg zouden hebben dat het plafond van 1,0 procent doorbroken werd zonder dat daarmee in onze ogen werd bijgedragen aan de bevordering van duurzame groei en werkgelegenheid in Europa. Wij steunen echter wel projecten die de ontwikkeling en het aanbod stimuleren van oplossingen op het gebied van nieuwe energiebronnen.
Niels Busk en Anne E. Jensen (ALDE), schriftelijk. (DA) De Parlementsleden van de Deense liberale partij, Venstre, hebben tegen amendement 7 gestemd, dat door Jens Peter Bonde namens de IND/DEM-Fractie is ingediend. Venstre is tegen de export van levende dieren en heeft tegen begrotingslijn 05 02 13 04 gestemd. Het voorstel van de heer Bonde kan echter niet in praktijk worden gebracht en moet als onrealistisch en ondoordacht worden beschouwd.
Proinsias De Rossa (PSE), schriftelijk. – (EN) Ik steun het verslag-Pittella, met inbegrip van de amendementen 3004 en 3005, die ten doel hebben 12 miljoen euro uit de middelen voor 2006 ten behoeve van Peace II weer onder te brengen in de rubriek voor operationele technische bijstand en innovatieve acties. De lidstaten moeten ervoor zorgen dat de vereiste begrotingsflexibiliteit in geen enkel opzicht een bedreiging vormt voor de voortzetting van volledige financiering van Peace II, zoals deze vorig jaar werd voorzien toen gegarandeerd werd dat de financiering van dat programma tot in 2006 zou doorlopen.
De sociaal-democratische fractie heeft een sleutelrol gespeeld bij het veiligstellen van 108 miljoen euro voor het Peace II-programma 2006 voor Noord-Ierland en blijft zich ertoe verbinden haar volledige steun aan het programma te geven. John Hume, een voormalig lid van de sociaal-democratische fractie, was de architect van het Peace-programma, dat een enorme bijdrage heeft geleverd aan de verzoening van de partijen. Als we in staat willen zijn de gemeenschappen aan beide zijden van de sektarische kloof tot elkaar te brengen, dan is het van cruciaal belang het Peace-programma te blijven financieren.
We moeten ook onze steun geven aan de campagne van de Ierse Social Democratic and Labour Party voor een Peace III-programma, door hiervoor in de begroting voor 2007-2013 een bedrag van 200 miljoen euro te reserveren. Ik hoop dat minister Noel Treacy dit met spoed ter hand neemt en dat alle lidstaten er zorg voor dragen dat de regelingen ter afronding van de Peace II-financiering soepel worden uitgevoerd. Ook hoop ik dat zij een voortzetting van de financiering waarborgen om een Peace III-programma voor de periode 2007-2013 mogelijk te maken.
Ana Maria Gomes (PSE), schriftelijk. – (PT) Ik heb voor het schrappen van de subsidies voor de tabaksproductie gestemd. Ik vind dat de tabaksproductie – een belangrijk onderdeel van de tabaksindustrie – niet langer gesubsidieerd behoort te worden. De schadelijke gevolgen van het tabaksgebruik voor de volksgezondheid (meer dan een half miljoen sterfgevallen per jaar als gevolg van ziekten die met tabaksgebruik verband houden) en de consequenties daarvan voor de economie van de lidstaten en de EU volstaan om mij ervan te overtuigen dat de meer dan 100 000 euro die uit hoofde van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid als subsidies aan de tabaksproducenten worden uitbetaald moreel, politiek en economisch niet gerechtvaardigd kunnen worden. We moeten niet alleen onze steun aan de tabaksproductie en -industrie staken, we moeten de tabakssector geleidelijk, maar wel snel, helemaal afbouwen. Het Parlement moet druk uitoefenen op de lidstaten en de Commissie om dat te bewerkstelligen. We kunnen dat doen via de begroting, die immers door ons moet worden goedgekeurd.
Ik besef uiteraard dat in Portugal 3 500 banen afhankelijk zijn van de tabaksproductie. Daarom geloof ik dat we onze inspanningen om deze industrie om te vormen moeten verdubbelen, teneinde te garanderen dat banen behouden blijven en de producenten in Portugal en de andere tabaksproducerende landen in Europa economisch kunnen overleven. Ik vind dus dat ze recht hebben op alle financiële steun die de Gemeenschap of de nationale instellingen hun kunnen geven. Om dit beleid van Europese subsidies voort te zetten is echter …
(Stemverklaring ingekort overeenkomstig artikel 163 van het Reglement)
Pedro Guerreiro (GUE/NGL), schriftelijk. – (PT) Deze stemverklaring is bedoeld om de hypocrisie van de meerderheid in dit Parlement te veroordelen. Het Parlement heeft enige tijd geleden namelijk plannen goedgekeurd om een “communautair programma” voor de kleding- en textielsector op te zetten. Voor dat “speciaal” op de “meest achtergestelde regio’s” gerichte programma zouden “adequate middelen” worden gereserveerd, met steun voor “onderzoek, innovatie, beroepsopleiding en de KMO’s”. Nu heeft datzelfde Parlement een goed onderbouwd voorstel verworpen om dit programma met gebruikmaking van middelen uit de Gemeenschapsbegroting voor 2006 ten uitvoer te leggen. Met andere woorden, de meerderheid van dit Parlement maakt zich dus schuldig aan schaamteloze inconsistentie.
Wij zijn ernstig teleurgesteld dat de door ons ingediende voorstellen, die op de steun van een aantal afgevaardigden konden rekenen, verworpen zijn. Deze voorstellen waren erop gericht:
- een proefproject voor actie in de kleding- en textielsector op te zetten waaruit later een communautair programma ontwikkeld zou kunnen worden;
- herstelplannen voor de visstand te ontwikkelen, gelet op de sociale en economische gevolgen van de gesloten seizoenen;
- meertaligheid te bevorderen, zeker in het kader van de beraadslagingen van de parlementaire vergaderingen van de ACS-EU.
We hebben ook gepleit voor de goedkeuring van andere door ons ingediende voorstellen: voor herbebossing en het voorkomen van bosbranden, het behoud van het culturele erfgoed en steun voor samenwerking tussen KMO’s.
David Martin (PSE), schriftelijk. – (EN) In de stemming over de begroting heb ik gestemd vóór hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, verlaging van de tabakssubsidies en stopzetting van langer dan acht uur durende transporten van levende dieren, tegen bezuinigingen op het vredesprogramma voor Noord-Ierland en vóór steun aan bananen- en suikerproducenten uit de ACS-landen.
Claude Moraes (PSE), schriftelijk. – (EN) Ik heb in de stemming over de begroting vandaag gestemd voor rubriek 3, omdat ik maar liefst 200 miljoen euro aan betalingskredieten wil toevoegen aan een reeks begrotingsrubrieken voor de Lissabon-strategie die de Raad in de eerste lezing heeft verlaagd.
Met name de verhoging van de middelen voor programma's ter ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen, maar vooral ook voor het zesde kaderprogramma voor onderzoek, zouden de concurrentiekracht van de EU een flinke impuls kunnen geven. De kredieten voor onderwijsprogramma zijn eveneens verhoogd, met 35 miljoen euro voor Socrates, 20 miljoen euro voor Leonardo da Vinci en 3 miljoen euro voor e-Learning. Daar sta ik volledig achter.
Alyn Smith (Verts/ALE), schriftelijk. – (EN) Ik heb ervoor gestemd deze begrotingslijn te schrappen. Ik vind namelijk niet dat wij in deze tijd opnieuw subsidie moeten verlenen aan de export van levende dieren, die vaak onder vreselijke omstandigheden plaatsvindt. Ik heb er dan ook voor gestemd een einde te maken aan deze praktijk.
Georgios Toussas (GUE/NGL), schriftelijk. – (EL) De Communistische Partij van Griekenland is categorisch tegen het volksonvriendelijke voorontwerp van begroting van de Europese Unie voor het jaar 2006.
De goedkeuring van dit ontwerp door de afgevaardigden van de Europese Volkspartij, de sociaal-democraten en anderen is kenmerkend voor de hevigheid van de volksonvriendelijke aanval door de EU en de burgerlijke regeringen van de lidstaten tegen de werkende klasse en de volksmassa's, ter vergroting van de winsten van het Europese grootkapitaal.
Dit is de voorbode van het volksonvriendelijke, reactionaire actieplan dat vandaag besproken wordt op de informele top in Engeland. Dat moet leiden tot uitgebreidere kapitalistische herstructureringen in het kader van de strategie van Lissabon, tot drastische kortingen op sociale voorzieningen, in de landbouwproductie en het midden- en kleinbedrijf en tot het overhevelen van kredieten om de kapitalistische militaire repressiemechanismen te versterken.
Doelwit van de besparingen van 1 miljard euro zijn de tabakstelers. Zogenaamd om de tabaksteelt in overeenstemming te brengen met de antirookcampagne, wordt de Europese tabak als gevaarlijk product bestempeld en krijgt ingevoerde tabak het etiket "onschuldig". Deze beslissingen van de EU in het kader van de volksonvriendelijke herziening van het GLB zetten de beperkte landbouwsteun tot 2013 nog eens extra onder druk.
Terwijl de werkloosheid en de armoede exponentieel toenemen en de behoeften op terreinen als volksgezondheid, onderwijs enzovoort enorm zijn, worden kapitalen besteed aan het communicatiebeleid om het imperialistische en volksonvriendelijke karakter van de EU weg te poetsen.
De strijd van de arbeidersbeweging tegen de begroting moet worden uitgebreid naar het hele volksonvriendelijke beleid van de EU.
Niels Busk en Anne E. Jensen (ALDE), schriftelijk. (DA) De afgevaardigden van de Deense liberale partij, Venstre, hebben tegen amendement 4 gestemd, dat door Jens Peter Bonde namens de IND/DEM-Fractie is ingediend. Venstre is voorstander van een zodanige hervorming van de reisvergoedingen dat alle redelijke en noodzakelijke reiskosten worden vergoed. Het voorstel van de heer Bonde is echter onzinnig en kan niet in praktijk worden gebracht.
David Martin (PSE), schriftelijk. – (EN) Ik wil in het verslag laten vastleggen dat ik mij heb onthouden van stemming over amendementen die te maken hadden met reiskostenvergoedingen op basis van de reële prijs, omdat dit mijns inziens geregeld is in het Statuut van de leden.
Mechtild Rothe (PSE), schriftelijk. (DE) De afgevaardigden van de SPD in het Europees Parlement zijn vóór een reiskostenvergoeding overeenkomstig de gemaakte kosten. Wij zijn het echter niet eens met amendementen waarin de Voorzitter wordt verzocht het Reglement van het Parlement te overtreden.
Marie-Arlette Carlotti (PSE), schriftelijk. – (FR) Over een maand moet in Barcelona het Euro-mediterraan partnerschap ingrijpend herzien worden, op basis van enkele krachtige ideeën.
Ten eerste moet er, wat betreft de bestrijding van de armoede, een mediterrane versie van de millenniumdoelstellingen uitgewerkt worden, met bijbehorende financiering, en er moet verder gewerkt worden aan solidariteitsmechanismen die vergelijkbaar zijn met die welke ontwikkeld zijn voor het Europees regionaal beleid.
Ten tweede moet de bevordering van de democratie en de mensenrechten de centrale doelstelling van het partnerschap worden. Daartoe dient artikel 2 van de associatieovereenkomsten in praktijk te worden gebracht en moeten er op zo groot mogelijke schaal subcomités voor de mensenrechten ingesteld worden.
Ten derde dient de strijd tegen discriminatie van vrouwen en voor gendergelijkheid een specifieke beleidsprioriteit van de EU te worden. Vrouwen zullen de belangrijkste schakel vormen in het proces dat tot doel heeft de volken en culturen in het Middellandse-Zeegebied echt dichter bij elkaar te brengen.
Ten vierde moet er een gemeenschappelijke aanpak van het migratieprobleem uitgewerkt worden. Het moet afgelopen zijn met de hypocrisie en het cynisme op dit gebied. We moeten niet proberen schone handen te houden door onze partners aan de zuidelijke oever het vuile werk te laten opknappen. We moeten de basis leggen voor een gemeenschappelijk beheer van de migratiestromen, en dat betekent dat we voor het vraagstuk van het verkeer van personen in het Middellandse-Zeegebied een genereuze en op solidariteit gebaseerde benadering moeten volgen.
Tot slot vragen wij om een "zone van duurzame ontwikkeling" in het Middellandse-Zeegebied. Onderdeel daarvan moet een programma zijn voor een schone Middellandse Zee in 2020, met een nauwkeurig tijdschema voor de uitvoering daarvan.
(Stemverklaring ingekort overeenkomstig artikel 163 van het Reglement)
David Martin (PSE), schriftelijk. – (EN) Ik begroet dit verslag met instemming. Ik zou willen dat het proces en de structuren van Barcelona breder werden ingezet om dialoog en interactie (op economisch, sociaal-cultureel, onderwijs- en technisch gebied, en dergelijke) tussen Israël en zijn buurlanden te stimuleren. Ik ben ervan overtuigd dat de volken in deze regio alleen op deze manier in vrede zullen kunnen leven. Er kan geen sprake zijn van veiligheid wanneer men zich achter barrières verschanst.
Andreas Mölzer (NI), schriftelijk. (DE) Onlangs hebben in één nacht tijd duizend zwarte Afrikanen geprobeerd de grenzen van Melilla te bestormen om in het “beloofde land” te komen. Daarbij zijn talloze Afrikanen om het leven gekomen en zijn velen in de handen van meedogenloze mensenhandelaren terechtgekomen, die hen nog steeds doen geloven dat Europa het paradijs van hun dromen is.
Op die manier worden vertwijfelde mensen in een uitzichtloze situatie gedreven, temeer daar er voor hen vaak ook geen weg meer terug is naar huis. Plaatselijke beleidsmakers werken echter eveneens aan deze ontwikkeling mee en zijn medeverantwoordelijk voor dit drama, omdat zij tijdens clandestiene acties massaal illegale immigranten toelaten.
Bij een te liberale en naïeve houding ten opzichte van illegale immigratie, zoals die recentelijk aan het licht kwam bij de Kiev-affaire, is niemand gebaat. Daardoor ontstaan alleen maar nieuwe problemen en worden met name de mensenhandel en de georganiseerde criminaliteit gestimuleerd.
Als gevolg van de enorme bevolkingsgroei zal de stroom economische vluchtelingen naar Marokko en de kust van Italië en Malta nog meer toenemen. Het is derhalve van essentieel belang dat er niet alleen binnen de gehele Europese Unie een uniform aanpak van het vluchtelingenprobleem wordt gehanteerd, maar dat ook een einde wordt gemaakt aan de onrealistische droomvoorstellingen van Europa in de landen waar de vluchtelingen vandaan komen. Op die manier kunnen wij middelen vrijmaken om de levensomstandigheden ter plaatse te verbeteren. Met name om die reden is het zo belangrijk dat het proces van Barcelona wordt gehandhaafd als maatregel ter bestrijding van armoede en dat de ontwikkeling van landspecifieke actieplannen wordt voortgezet.
Luís Queiró (PPE-DE), schriftelijk. – (PT) Het proces van Barcelona was bedoeld om een ommekeer te bewerkstelligen in de betrekkingen tussen de EU en de buurlanden ten zuiden van de Unie. Het moest een kader vormen voor een georganiseerde ontwikkeling van de Middellandse-Zeelanden, waarbij zij elkaar zouden steunen.
Dit proces viert nu zijn tiende verjaardag. Het is tijd om de uitvoering ervan bij te stellen en te verbeteren, zodat het partnerschap het hoofd kan bieden aan deze nieuwe uitdagingen en zich aan de gewijzigde regionale en internationale situatie kan aanpassen.
Het proces van maakt gebruik van een combinatie van een politieke, economische en sociale dialoog op bilateraal en regionaal niveau en van mogelijkheden voor interactie, en draagt zo bij tot het versterken van de banden en het opbouwen van vertrouwen tussen de verschillende volkeren.
Het belangrijkste punt is volgens mij het voorstel om een Europees-mediterrane vrijhandelzone te creëren. Voor de totstandkoming van deze vrijhandelszone geldt het jaar 2010 als streefdatum. Deze zone zal bestaan uit circa 40 landen, met ongeveer 700 miljoen consumenten.
Ik twijfel er niet aan dat betrekkingen op basis van een uitgebreide vrijhandelszone efficiënter zullen zijn. De economie van de zuidelijke landen zal hierdoor gestimuleerd worden en dat kan bijdragen tot de ontwikkeling van de regio. Dat kan dan bijvoorbeeld weer bijdragen tot het voorkomen van de spanningen ten gevolge van de migratie die we nu waarnemen.
Hélène Goudin, Nils Lundgren en Lars Wohlin (IND/DEM), schriftelijk. – (SV) Wij vinden dat de EU in de haar omringende landen een belangrijke rol heeft als het gaat om het bevorderen van democratie en mensenrechten. Beide resoluties betreffen echter landen en gebieden die niet als de naaste omgeving van de EU kunnen worden beschouwd. Het is duidelijk de bedoeling om de rol van de EU op het gebied van het buitenlands en veiligheidsbeleid te benadrukken. Voor deze doelen zijn andere organisaties beter geschikt, bijvoorbeeld de VN, de OVSE en de Raad van Europa. De twee laatstgenoemde organisaties moeten voorrang krijgen als het gaat om het waarnemen van verkiezingen en het beschermen van de mensenrechten in Europa.
Om bovengenoemde redenen hebben wij besloten om ons bij de eindstemming over de twee resoluties van stemming te onthouden. We hebben echter wel besloten om enkele voorstellen te steunen die volgens ons buiten het terrein van het buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU vallen. Dat geldt bijvoorbeeld voor de voorstellen om in de periode tot 2010 een vrijhandelszone tussen de EU en het Middellandse-Zeegebied op te richten, en om tot samenwerking te komen op de terreinen van civiele bescherming en milieubescherming.
Ilda Figueiredo (GUE/NGL), schriftelijk. – (PT) Dit verslag heeft betrekking op het werk dat de vorige Ombudsman tijdens zijn – nu afgesloten – mandaat heeft verricht. Wij zijn zeer tevreden over de wijze waarop hij zich van zijn taak heeft gekweten. Hij heeft steeds geprobeerd de klachten van de burgers onder de aandacht van de instellingen te brengen. In sommige gevallen is hij erin geslaagd een oplossing voor die problemen te vinden.
Hij heeft verder voorstellen gedaan om ervoor te zorgen dat de Europese instellingen waarop de specifieke klachten betrekking hebben sneller reageren. Als die voorstellen worden goedgekeurd, zal het vermogen van de Ombudsman om actie te ondernemen en problemen voor de burgers op te lossen toenemen.
Wij zijn het met de rapporteur eens dat de samenwerking tussen de Europese Ombudsman en de Commissie verzoekschriften van het Parlement moet worden verbeterd. Er moet ook iets worden ondernomen om meer aandacht te schenken aan de rechten van burgers.
We hebben daarom voorgestemd.
David Martin (PSE), schriftelijk. – (EN) Ik ben ingenomen met dit verslag, waarin de Ombudsman terecht wordt geprezen voor zijn werkzaamheden in 2004. De Ombudsman heeft zich ijverig en krachtig betoond bij het afhandelen van klachten van EU-burgers over de activiteiten van de EU-instellingen. Hij blijkt een ware voorvechter te zijn van het recht van burgers op een eerlijke en open behandeling door de instellingen.
Luís Queiró (PPE-DE), schriftelijk. – (PT) De dialoog tussen Europa en de burgers maakt thans een crisisperiode door. De Europese Ombudsman blijft klachten ontvangen die niet onder zijn mandaat vallen.
Ik geloof daarom dat het heel belangrijk is dat we de dialoog met de burger herstellen. De bevoegdheden van de instellingen moeten in het kader van die dialoog op een eenvoudige en duidelijke wijze worden uitgelegd.
De Europese Ombudsman heeft reeds initiatieven in deze richting genomen, en hij moet dat blijven doen. Hij heeft daarnaast voorgesteld de samenwerking met zijn nationale en regionale ambtgenoten te verbeteren. En hij heeft maatregelen bedacht om ervoor te zorgen dat het Europees openbaar bestuur aan de hoogste eisen voldoet. Daarmee laat de huidige Ombudsman zien dat hij weet wat er van hem verwacht wordt.
Tot slot wil ik er graag op wijzen dat het van cruciaal belang is dat deze belangrijke instelling, die optreedt als bemiddelaar tussen het Europees openbaar bestuur en de burgers en voor problemen buitengerechtelijke oplossingen probeert te vinden, onpartijdig blijft.
Ik heb daarom vóór het verslag-Mavrommatis gestemd.
Georgios Toussas (GUE/NGL), schriftelijk. – (EL) Het bureau van de Europese Ombudsman is gecreëerd op de Top van Maastricht en bestaat nu al tien jaar. De Ombudsman heeft tot doel klachten te onderzoeken over wanbeheer door de instellingen van de EU en de regeringen van de lidstaten.
Het is duidelijk dat deze instelling bedoeld is om het imago van de EU bij haar burgers op te poetsen, om de reacties op haar volksonvriendelijke beleid in onschadelijke banen te leiden. In feite is het de taak van de Ombudsman na te gaan of de privatisering van alles, het afschaffen van de loonrechten en sociale rechten van de werknemers en het controleren en onderdrukken van politieke en vakbondsacties en dergelijke, goed of slecht worden aangepakt.
Deugdelijk bestuur en volksonvriendelijk / antidemocratisch beleid zijn niet met elkaar verenigbaar.
Wij onderschatten geenszins de beproevingen van werknemers die het slachtoffer zijn van wanbeheer noch het belang van betere contacten met de "bureaucratie van Brussel" of met de regeringen van de lidstaten. Maar deze instelling heeft weinig van doen met de brede volksmassa's en is zeker niet opgezet om hun problemen op te lossen. De Ombudsman dient als buffer tegen de ontevredenheid over het volksonvriendelijke beleid en de bestuurlijke middelen die gebruikt worden voor de uitvoering ervan.
Een oplossing voor de toenemende problemen van de werknemers komt pas in zicht als de arbeidersbeweging haar globale strijd tegen het volksonvriendelijke beleid van de EU zal intensiveren.