Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 25 oktober 2006 - Straatsburg Uitgave PB

4. Resultaten van de informele top van de staats- en regeringsleiders (Lahti, 20 oktober 2006) (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. - Aan de orde is het verslag van de Europese Raad en de verklaring van de Commissie over de resultaten van de informele top van de staats- en regeringsleiders in Lahti op 20 oktober 2006.

 
  
MPphoto
 
 

  Matti Vanhanen, fungerend voorzitter van de Raad. - (FI) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, afgelopen vrijdag, 20 oktober, had ik het genoegen gastheer te mogen zijn van de informele top van staatshoofden en regeringsleiders in Lahti en van het diner na afloop daarvan, waar de Russische president Vladimir Poetin onze gast was.

De top van staatshoofden en regeringsleiders en het diner erna waren een groot succes. Deze informele bijeenkomsten van EU-leiders zijn een uitstekende manier om politieke consensus te bereiken en de Europese Unie vooruit te helpen bij haar belangrijkste uitdagingen.

Tijdens de top hebben wij ons vooral geconcentreerd op de externe betrekkingen op energiegebied. Ook hebben wij gesproken over illegale immigratie en de situatie in Soedan/Darfoer. Een aparte werkvergadering was gewijd aan het bevorderen van het innovatiebeleid om het concurrentievermogen en de economische groei van de Europese Unie te waarborgen. De ontwikkeling van het innovatiebeleid is van cruciaal belang voor het concurrentievermogen van de Europese Unie en voor ons vermogen om goede arbeidsplaatsen voor Europa te behouden.

Dankzij het open en grondige debat tijdens de werklunch konden wij de rijen te sluiten met het oog op het diner, ofschoon sommigen daar vooraf twijfels over hadden. De sfeer tijdens de lunch was uitstekend en de solidariteit tussen de lidstaten was duidelijk voelbaar. Voor ons was het heel belangrijk dat er met één stem werd gesproken en ik zou dit vastberaden streven naar consensus de geest van Lahti willen noemen.

Het debat dat wij tijdens het diner met de Russische president Vladimir Poetin hebben gevoerd, was zeer eerlijk en direct. Naast energiekwesties hebben wij ook gesproken over actuele internationale kwesties en de vrijheid van meningsuiting in Rusland.

Tijdens de top van staatshoofden en regeringsleiders werd een alomvattend en veelzijdig debat over energie gevoerd. De sfeer was uitstekend en de fundamentele boodschap was ondanks nuanceverschillen coherent. De hoofdonderwerpen waren: de beginselen voor de ontwikkeling van de betrekkingen tussen de Europese Unie en Rusland op energiegebied en de uitvoering ervan, nauwere betrekkingen met strategisch belangrijke derde landen, de bestrijding van de klimaatverandering via het energiebeleid en betere informatie-uitwisseling via een netwerk van correspondenten op energiegebied.

Wat de betrekkingen tussen de Europese Unie en Rusland op energiegebied betreft, waren wij het met elkaar eens over de noodzaak van een intensiever partnerschap. Dit partnerschap moet gebaseerd zijn op de beginselen van het Energiehandvest en de Verklaring van de G8, vooral wat transparantie, marktvoorwaarden en wederkerigheid betreft. Deze beginselen moeten nu al in de praktijk worden gebracht en moeten concreet hun beslag vinden in de komende overeenkomst tussen de Europese Unie en Rusland. In Lahti hebben wij een gemeenschappelijk beleid vastgesteld voor de betrekkingen tussen de Europese Unie en Rusland op energiegebied.

In Lahti bestond ook consensus over de noodzaak de betrekkingen met andere producerende en doorvoerlanden in de nabijheid van de Europese Unie te intensiveren en daar nog voor het einde van het jaar vaart achter te zetten. Het doel is een zo breed mogelijke toepassing van de beginselen van de interne markt in de naburige regio's van de Europese Unie.

In veel discussiebijdragen werd gewezen op klimaatverandering als belangrijkste internationale uitdaging. De Europese Unie moet vooral leiderschap tonen bij het bevorderen van duurzame energie. Wat innovatie en technologie met betrekking tot energie-efficiëntie betreft, hebben Europese ondernemingen veel te bieden. Wij waren het erover eens dat de energie- en klimaatkwesties ook in de toekomst duidelijk naar voren moeten worden gebracht op de EU-toppen met derde landen, net als tijdens het Finse voorzitterschap is gebeurd.

Continue energievoorziening vereist grote investeringen in transportnetwerken en overige infrastructuur. Daarom moet bij de infrastructuurprojecten op energiegebied doeltreffender worden samengewerkt met de internationale financiële instellingen. Continue energievoorziening moet een van de criteria zijn wanneer de Europese Investeringsbank leningfaciliteiten aan derde landen verstrekt.

Het is belangrijk dat de Europese Unie wordt voorzien van uitvoerige informatie opdat zij een grondslag heeft voor haar besluitvorming op het gebied van het energiebeleid en voor haar respons op externe probleemsituaties. In Lahti hebben wij afgesproken te zullen streven naar snelle vooruitgang met het nog dit jaar op te richten netwerk van correspondenten op energiegebied. Over de details moet nog een akkoord worden bereikt in de Raad. Door het vergaren en analyseren van informatie efficiënter te maken kan men de samenwerking tussen de lidstaten en de instellingen verbeteren en de solidariteit in energiekwesties vergroten.

De debatten die tijdens de top zijn gevoerd over de externe betrekkingen op energiegebied, zijn ook een voorbereiding op de Europese Raad van komend voorjaar, waar een prioritair actieplan voor het Europees energiebeleid zal worden aangenomen.

Tijdens de werkvergadering van de top van staatshoofden en regeringsleiders hebben wij gedebatteerd over de wijze waarop het innovatiebeleid kan worden bevorderd. In het debat zijn vooral immateriële rechten ter sprake gebracht, in het bijzonder octrooien, de samenwerking tussen bedrijfsleven en overheid, het Europees Instituut voor Technologie en normen. Wij waren het met elkaar eens dat de Europese Unie een duidelijke strategie voor immateriële rechten nodig heeft. De Raad mededingingsvermogen moet de Commissie meer details geven over zijn wensen met betrekking tot immateriële rechten. In Lahti hebben wij onderstreept dat in het voorstel van de Commissie vooral de kwaliteit van het stelsel van immateriële rechten moet worden bekeken. De Commissie zal voor de Europese Raad van komend voorjaar een voorstel indienen.

In Lahti werd sterk benadrukt dat het Europees octrooistelsel kosteneffectiever en gemakkelijker voorspelbaar moet worden. Bovendien moeten de gerechtelijke procedures worden verbeterd. Wij moeten proberen snel vooruitgang te boeken. De Commissie zal eind dit jaar met een mededeling komen waarin zij concrete voorstellen zal doen voor de ontwikkeling van het Europees octrooisysteem. De Raad zal na ontvangst van het voorstel van de Commissie de verschillende alternatieven onderzoeken.

De vraag hoe de effectiviteit van het octrooistelsel kan worden verhoogd, ligt heel moeilijk in de Raad, maar de ontwikkeling van een Europees stelsel is van wezenlijk belang voor ons innovatievermogen. Het is voor mij persoonlijk duidelijk dat iedereen het gezamenlijk belang daarvan moet inzien en bereid moet zijn om soepel te zijn en meer te doen dan vasthouden aan benepen nationale belangen, en bijvoorbeeld moet instemmen met een vereenvoudigd taalregime.

Wij waren het ook met elkaar eens dat de samenwerking tussen bedrijfsleven en overheid moest worden bevorderd. Europese technologieplatforms en gemeenschappelijke technologie-initiatieven zijn goede instrumenten om cruciale technologieën te ontwikkelen. Om vooruitgang te kunnen boeken is het belangrijk dat het zevende kaderprogramma van de Europese Unie onmiddellijk wordt aangenomen. Dit programma moet ook een bron van communautaire financiering zijn voor gemeenschappelijke technologie-initiatieven.

Tot mijn vreugde werd op de Top van Lahti bevestigd dat Artemis, een van de meest geavanceerde technologieplatforms, zal worden voortgezet en dat de wens van de Commissie om deze als gemeenschappelijk technologie-initiatief uit te voeren wordt ingewilligd. De ondernemingen in deze sector investeren enorme bedragen in de uitvoering van dit gemeenschappelijk initiatief. De Finse regering heeft hierbij het goede voorbeeld gegeven door 70 miljoen euro toe te zeggen voor een periode van zeven jaar. Al met al is Artemis een van de grootste gemeenschappelijke technologie-initiatieven in een zeer belangrijke en veelbelovende technologische sector.

De Commissie heeft vorige week een wetgevingsvoorstel ingediend met betrekking tot het Europees Instituut voor Technologie. In Lahti werd het groene licht gegeven voor een snelle en grondige behandeling van het voorstel door de Raad. Ik vind het initiatief zeer waardevol en ben van mening dat het concrete meerwaarde kan opleveren en een betere samenwerking op onderzoeksgebied kan bewerkstelligen tussen universiteiten en ondernemingen.

Wat dit betreft wil ik tot slot nog de normalisering noemen, die zijdelings ter sprake is gebracht tijdens onze bijeenkomst. Zoals ik al eerder heb benadrukt, is normalisering van groot belang in het leven van de EU-burgers. Zo heeft de introductie van het trans-Europese GSM-systeem voor mobiele telefoons het mogelijk gemaakt dat Europa in deze sector wereldleider werd. Als Europa geen afspraken kan maken over goede normen, dan zullen anderen dat doen.

Wij weten allemaal dat innovatie voor succes en groei kan zorgen, maar het probleem is dat daarvoor concrete stappen moeten worden gezet. Met behulp van de in Lahti overeengekomen richtsnoeren willen wij nu proberen vooruitgang te boeken bij het tot stand brengen van een mededinging bevorderend ondernemingsklimaat.

In het debat over immigratie ging het vooral over de toezegging van de lidstaten om samen te werken en over de solidariteit die nodig is om immigratiekwesties op te lossen. Dit vraagstuk gaat heel Europese Unie aan. Voor het oplossen van de acute crisis zijn weliswaar snel kortetermijnmaatregelen nodig, maar in de debatten werd vooral gewezen op de noodzaak van een adequaat en alomvattend immigratiebeleid. Dit heeft zowel betrekking op illegale als legale immigratie. Wij moeten ook meer doen om de integratie van immigranten te bevorderen.

Er werd veel nadruk gelegd op de noodzaak van nauwe samenwerking met Afrikaanse landen en ook andere landen van herkomst en doorvoer. De emigratiedruk kan het beste worden weggenomen door de ontwikkeling in Afrika en elders te bevorderen.

Op de bijeenkomst werd volledige steun gegeven aan het werk van het Europees Agentschap voor het beheer van de buitengrenzen en werd gezegd dat dit agentschap meer middelen nodig heeft om doeltreffender te kunnen werken.

Op de top werd ook gesproken over de noodzaak om onze besluitvormingsprocedure te verbeteren, zodat de Europese Unie eerder en doeltreffender kan reageren op acute problemen.

Mijnheer de Voorzitter, ik dank u voor uw grote en belangrijke bijdrage in Lahti. U hebt heel duidelijk gemaakt dat het Europees Parlement de besluitvorming op het gebied van justitie en binnenlandse zaken doeltreffender wil maken. Het Finse voorzitterschap staat volledig achter dit standpunt.

(Applaus)

Het immigratievraagstuk zal opnieuw worden behandeld door zowel de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken als de ministers van Buitenlandse Zaken. Wij zullen op dit onderwerp terugkomen tijdens de Europese Raad van december.

In Lahti hebben wij ook gesproken over de ernstige situatie in Soedan/Darfoer. Wij hebben onze grote bezorgdheid geuit over de humanitaire situatie en de mensenrechten in Darfoer. Ik zal als fungerend voorzitter van de Europese Raad deze serieuze boodschap van Lahti doorgeven aan de president van Soedan. De druk op de Soedanese regering om de militaire acties te staken, de vredesoperatie van de Verenigde Naties mogelijk te maken en onderhandelingen met de opstandelingen te beginnen, moet worden voortgezet.

Het informele debat met de Russische president Vladimir Poetin was zeer nuttig voor de ontwikkeling van ons strategische partnerschap. Een partnerschap betekent dat men bereid moet zijn om samen te werken en alle onderwerpen ter sprake te brengen. Een partnerschap moet niet gezien worden als iets statisch maar als een voortdurend proces. Wij vinden dat een daadwerkelijk en duurzaam partnerschap gebaseerd moet zijn op gemeenschappelijke waarden.

Mijnheer de Voorzitter, ik bedank u ook voor uw bijdrage tijdens het diner en de steun die u hebt uitgesproken voor dit belangrijke standpunt. Waarden zijn de grondslag voor alles.

Wij hebben met president Poetin gesproken over de wijze waarop wij de doelstellingen van de samenwerking op energiegebied met een nieuwe overeenkomst kunnen bevorderen. Onze gesprekken zijn ook een voorbereiding op de top van de Europese Unie en Rusland in november. Het is de bedoeling op de top van Helsinki afspraken te maken over het openen van onderhandelingen over een nieuwe en alomvattende overeenkomst tussen de Europese Unie en Rusland.

Wat de internationale kwesties betreft hebben wij met president Poetin afgesproken om te streven naar intensivering van de samenwerking tussen de Europese Unie en Rusland. De noodzaak van nauwere samenwerking wordt nog eens benadrukt door de recente situatie in onder andere Iran, Noord-Korea en het Midden-Oosten.

Tijdens het diner heb ik de schokkende moord op journaliste Anna Politkovskaja aan de orde gesteld. Ik heb president Poetin duidelijk gemaakt dat de burgers van de lidstaten zich zorgen maken over een mogelijke achteruitgang in de situatie met betrekking tot de vrijheid van meningsuiting in Rusland. Ik heb de boodschap van de Europese Unie overgebracht dat de moord die ons allen diep heeft geschokt, moet worden onderzocht en de schuldigen moeten worden berecht. Ik heb ook onze bezorgdheid geuit over de situatie in Tsjetsjenië.

De betrekkingen tussen Rusland en Georgië zijn eveneens ter sprake gebracht. Ik heb president Poetin erop gewezen dat de Europese Unie bezorgd is over de toenemende spanningen en dat de Europese Unie bereid is te helpen bij het oplossen van de crisis.

Wij bouwen aan een zeer breed opgezet, concreet strategisch partnerschap met Rusland in het kader van de ‘gemeenschappelijke ruimtes’. De prioriteiten van het Finse voorzitterschap zijn energie, milieu, vervoer, justitie en binnenlandse zaken en mensenrechten.

De Europese Unie moet tegenover haar partners met één stem kunnen spreken. Verdeeld staan wij zwak en zijn wij niet in staan onze belangen te behartigen of de waarden te bevorderen waar de Europese Unie op gebaseerd is. In Lahti zijn wij erin geslaagd president Poetin te tonen dat de Europese Unie eensgezind en vastberaden is. Ik ben hier als fungerend voorzitter van de Europese Raad trots op en ben van mening dat wij in onze betrekkingen met Rusland een stap vooruit hebben gezet. Dit betekent niet dat Rusland het over alles met ons eens is. Wij hebben een lang debat gevoerd waarin president Poetin onze vragen gedetailleerd heeft beantwoord en ook heeft gewezen op de gebreken in de werkzaamheden van de Europese Unie. Dit zijn wij van Rusland gewend en het maakt deel uit van een normale dialoog.

De cruciale vraag na Lahti is hoe wij de woorden in daden kunnen omzetten en het werk met betrekking tot de besproken onderwerpen kunnen voortzetten. Wij vertrouwen op de voorbereidende kanalen die wij gewoonlijk gebruiken.

Het meeste werk zal in de Raad worden gedaan op basis van initiatieven van de Commissie. Bij veel onderwerpen zullen wij gebruik maken van de beleidsrichtsnoeren die wij in de nog resterende weken van het Finse voorzitterschap zullen ontvangen. Ook het Europees Parlement speelt een belangrijke rol bij het snel afhandelen van de zaken die in Lahti zijn afgesproken.

Ik wil u van harte bedanken voor de gelegenheid die u mij hebt geboden om de resultaten te presenteren van de informele top van staatshoofden en regeringsleiders in Lahti. Ik beantwoord graag alle vragen die mijn inleiding bij u heeft opgewekt.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Barroso, voorzitter van de Commissie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, premier Vanhanen heeft u een uitvoerig overzicht gegeven van de resultaten van de informele Europese Raad van Lahti van afgelopen vrijdag. Ik zou me graag willen toespitsen op een paar punten.

De Top in Lahti moet gezien worden als een onderdeel van een proces. Zoals u weet, hebben we gezegd dat we de integratie via praktische, concrete acties moeten bevorderen, en dat hebben we samen met het Parlement en de Raad ook gedaan. We hebben een ambitieuze agenda opgesteld, bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid en onderzoek en nu moeten we die agenda in de praktijk brengen. Dat is precies wat we in Lahti hebben gedaan.

Ten eerste is iedereen het erover eens dat innovatie belangrijk is en dat Europa op dat punt achterligt. Ook erkent iedereen dat er meer steun- en stimuleringsmaatregelen voor innovatie nodig zijn en dat de hindernissen voor innovatoren afgebroken moeten worden. Dit is bevestigd in de Europese Raad en in resoluties van dit Parlement. We hadden behoefte aan een paar duidelijke, praktische stappen om te laten zien dat Europa bereid is het voortouw te nemen. Daarin zijn we in Lahti geslaagd.

Wat de gezamenlijke technologische initiatieven betreft, zijn er sleutelprojecten als het Artemis-programma voor ingebedde systemen, die bij gebrek aan nationale middelen worden opgehouden. Nu hebben we echter een aantal duidelijke toezeggingen voor rechtstreekse steun.

We hebben afgesproken dat de procedures om Europese normen voor producten vast te stellen, versneld moeten worden. Ook voor intellectuele eigendom doet er zich een gelegenheid voor, en de Commissie zal hier voor het eind van het jaar vaart achter zetten.

Belangrijk is dat de Commissie groen licht heeft gekregen voor het Europese Instituut voor Technologie (EIT). Ik ben alle lidstaten die zich tijdens de minizitting van twee weken geleden voor het EIT hebben uitgesproken, dankbaar voor hun steun. Men is het er in toenemende mate over eens dat Europa dankzij het EIT het voortouw kan nemen op het gebied van innovatie. We krijgen enthousiaste steun uit alle geledingen van het bedrijfsleven en de wetenschapswereld in Europa.

De aandacht die het Parlement aan dat belangrijke initiatief heeft geschonken, is echt een steun geweest bij het uitwerken van de details van het voorstel. Nu starten natuurlijk de onderhandelingen over de details, waaronder de begroting. Ik kijk ernaar uit om met u en de Raad samen te werken, zodat we de verordening snel aan kunnen nemen. Ik ben van mening dat het EIT het Europese vlaggenschip van innovatieve uitmuntendheid kan zijn. We zouden het EIT moeten vragen om de uitdagingen met betrekking tot de klimaatsverandering en alles wat verband houdt met milieuvriendelijke energiebronnen tot de hoogste prioriteit uit te roepen. Daar ligt een belangrijke taak voor ons als samenleving. We moeten de Europese wetenschappers vragen ons te helpen om deze problemen op te lossen, zodat we het voortouw kunnen houden in wat misschien de belangrijkste uitdaging van de eenentwintigste eeuw is.

Het tweede hoofdthema in het debat was energie. De Commissie heeft in nauwe samenwerking met het voorzitterschap drie praktische stappen vooruit afgebakend en voor alledrie hebben we steun gekregen.

Ten eerste was de Europese Raad het erover eens dat we de energiebetrekkingen met onze buren moeten verstevigen, met name met producerende landen als Rusland, Noorwegen of Algerije en met cruciale doorvoerlanden als Turkije en Oekraïne.

Ten tweede heeft de Europese Raad ingestemd met het opzetten van een netwerk van energiecorrespondenten, waarmee wij beter voorbereid zullen zijn op onverwachte schokken in onze energieaanvoer.

Ten derde heeft de Europese Raad overeenstemming bereikt over een specifieke gemeenschappelijke opstelling ten opzichte van Rusland. We hebben president Poetin duidelijk gemaakt dat we graag een hechte energierelatie willen hebben met een dermate cruciale partner. Die relatie moet echter gebaseerd zijn op de beginselen die Rusland al heeft onderschreven tijdens de door Rusland georganiseerde G8-Top eerder dit jaar en op het Energiehandvest: transparantie, rechtsstaat, wederkerigheid en non-discriminatie, samen met het openstellen van markten en markttoegang. Die beginselen zijn van toepassing op energie, maar niet alleen op energie. Zij zijn noodzakelijke elementen van een sterker wederzijds vertrouwen en een essentiële investering in een langetermijnrelatie.

Deze boodschap klonk des te krachtiger, omdat we eensgezind waren. In Lahti heerste er een duidelijk gevoel van solidariteit. Men was het met elkaar eens dat de Europese Unie zich als een blok moest opstellen en dat de Europeanen, ongeacht de betrokken lidstaat, van onze Russische partners dezelfde betrouwbaarheidsnormen mogen verwachten. Premier Vanhanen sprak namens de hele Europese Raad, toen hij de algemene aspecten van onze brede betrekkingen met Rusland uit de doeken deed. Ik was trots dat mij gevraagd was de energievraagstukken toe te lichten.

Voor die bijeenkomst en voor het succes van de Top in Lahti was het van belang dat de verklaringen van het voorzitterschap en van de Europese Commissie duidelijk ondersteund werden door alle leden van de Europese Raad. Het begrip solidariteit is belangrijker dan ooit tevoren. Meer dan ooit zijn solidariteit en samenhang sleutelbegrippen voor onze Europese Unie.

Als we het energievraagstuk verder behandelen binnen het kader van onze nieuwe alomvattende overeenkomst met Rusland, zullen wij ervoor kunnen zorgen dat we een lijn blijven trekken. Kortom, de boodschap komt over: energie is een Europese kwestie waarvoor Europese oplossingen nodig zijn. Binnen de Raad groeit het besef van iets wat u in het Parlement allang wist, namelijk dat de EU een hoofdrol moet spelen in het tot stand brengen van continue energievoorziening en in het aanpakken van de klimaatsverandering door middel van het energiebeleid. Dat is een goed voorteken voor het energiepakket dat de Europese Commissie in januari zal presenteren.

De Europese Unie moet haar betrekkingen met Rusland echter niet beperken tot energie. Tijdens het diner met president Poetin heeft de Europese Unie een aantal andere kwesties aan de orde gesteld: mensenrechten, handel, visa, cultuur en gemeenschappelijke internationale zorgen. We hebben gevoelige onderwerpen aangesneden, zoals Georgië. Premier Vanhanen heeft opnieuw uiting gegeven aan de bezorgdheid van de Europese Unie over de moord op Anna Politkovskaja. Deze bezorgdheid was tijdens ons vorige debat in het Europees Parlement op zulk eloquente wijze verwoord. Bij de onderhandelingen over een nieuwe alomvattende overeenkomst met Rusland moeten we vasthouden aan dit brede scala aan onderwerpen. Dat is de essentie van een allesomvattende overeenkomst.

Ten derde heeft er in Lahti een korte maar belangrijke discussie over immigratie plaatsgevonden. Wederom was men het er duidelijk over eens dat dit een collectief probleem is dat een collectief antwoord vergt. Ik heb uit kunnen leggen dat de Commissie in de komende weken voorstellen zal doen om de controle vanuit de zee op de zuidgrenzen van de Unie te verbeteren. In de aanloop naar de Europese Raad van december zullen we ook de alomvattende aanpak van migratie bijstellen. Tijdens de Europees-Afrikaanse conferentie over migratie en ontwikkeling van volgende maand zullen we proberen het probleem aan de bron aan te pakken.

Op dit gebied kunnen wij echter nog veel meer doen, als de politieke wil en vastberadenheid er zijn om ons van de nodige middelen en instrumenten te voorzien. We zijn met name van mening dat ons besluitvormingssysteem aangepast moet worden. Dat kunnen we nu al doen op grond van de huidige Verdragen. We kunnen niet eindeloos blijven wachten op beslissingen die telkens weer geblokkeerd worden vanwege de eenparigheidsregel. Laten we eerlijk zijn: het is volslagen absurd dat we in een gemeenschappelijke ruimte met vrij verkeer nog steeds denken met vijfentwintig beleidsvormen voor migratie. We hebben een Europees migratiebeleid nodig.

(Applaus)

Tot slot is ook Darfoer besproken. Ik ben ervan overtuigd dat we al het mogelijke zullen doen om nog een humanitaire tragedie te voorkomen.

Daarom was Lahti een extra wegwijzer op ons collectief traject om de Europeanen klaar te stomen voor de mondialisering. We zullen niet van dat pad afdwalen. Als het om praktische resultaten gaat, koesteren onze burgers steeds hogere verwachtingen van Europa. We moeten die waar blijven maken. Ik ben premier Vanhanen dankbaar voor zijn uitstekende voorzitterschap en dank het Finse voorzitterschap voor de nauwe samenwerking. Ik hoop dat die tot aan, maar ook na het voorzitterschap zal voortduren. Dat is de manier om praktische resultaten voor ons Europa te bereiken.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Ville Itälä, namens de PPE-DE-Fractie. - (FI) Mijnheer de Voorzitter, premier Vanhanen, voorzitter Barroso, bij het beoordelen van de Top van Lahti mogen wij er zeker van uitgaan dat de resultaten goed waren. De vooruitzichten voor de Top waren niet al te gunstig. Veel kranten, vooral de gewaardeerde Financial Times, hadden van tevoren een nogal somber beeld van de Top geschetst en geschreven dat het een groot risico was de Russische president Poetin op de Top uit te nodigen, omdat de Europese Unie verdeeld is over het energiebeleid en het beleid jegens Rusland. Dit zou volgens de genoemde krant alleen maar op een overwinning voor president Poetin kunnen uitlopen. Het liep echter anders. Het was goed om te zien dat de EU-leiders eensgezind zijn opgetreden en tijdens het diner met één stem hebben gesproken.

Zelf heb ik in mijn toespraken in het Parlement vaak geëist dat de Europese Unie eensgezind is, met één stem spreekt en een langademig beleid jegens Rusland voert. Nu zijn wij erin geslaagd de eerste stappen te zetten en daarmee laten wij de burgers zien dat de Europese Unie ook in moeilijke situaties slagvaardig is.

Wij moeten natuurlijk erkennen dat wij nog een lange weg te gaan hebben voordat wij de zaken concrete vorm kunnen geven en voordat Rusland het Energiehandvest ratificeert, waarmee markt zal worden opengesteld en de gemeenschappelijke spelregels zullen worden geëerbiedigd. Hoewel dit een kleine stap vooruit was, was het toch een belangrijke stap in de richting van een eensgezind, langademig beleid jegens Rusland.

Het was ook belangrijk dat wij openlijk en onomwonden durfden te spreken over de mensenrechten en de moord op journaliste Anna Politkovskaja. Wij mogen de mensenrechten niet slachtofferen op het altaar van het energiebeleid.

Ook van de kant van president Poetin was het een open en eerlijk debat, hoewel hij niet van zijn standpunten afweek. Niemand had dat trouwens ook verwacht. Samenwerking kan alleen zijn gebaseerd op onderling vertrouwen en een gemeenschappelijke wil. Er is nu een opening gevonden voor een intensievere samenwerking op het gebied van energie en andere zaken.

Wat ik heb gemist in de gesprekken met Poetin waren de kwesties met betrekking tot de Oostzee. Dit was een uitstekende gelegenheid geweest de problemen met Rusland met betrekking tot de Oostzee ter sprake te brengen. Ik begrijp echter goed dat het tijdens één diner onmogelijk is om alle zaken aan de orde te stellen. Als algemene conclusie van de Top van Lahti kan ik zeggen: “Goed gedaan, premier Vanhanen”.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Martin Schulz, namens de PSE-Fractie. - (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, allereerst een opmerking over de Russische president Poetin, die een prominente rol speelde in het betoog van de heer Vanhanen en in uw betoog, mijnheer de voorzitter van de Commissie.

Het moet een indrukwekkende avond met hem zijn geweest! Als ik lees en hoor wat erover wordt bericht, was de ontmoeting met president Poetin iets heel bijzonders. Ik vind het goed dat de heer Poetin zo open is. Ik heb daar geen problemen mee, en mijn fractie overigens ook niet. Ik wil daarover even het volgende kwijt: de opmerkingen van de heer Poetin over de toespraak van de Voorzitter van dit Parlement Josep Borrell Fontelles strekken ons tot eer. Het geeft aan dat hij tenminste heeft geluisterd. We weten tenslotte nooit of iedereen luistert, maar Poetin lijkt te hebben geluisterd.

De kwetsende opmerkingen die hij over deze toespraak gemaakt heeft, wijzen wij echter van de hand, want de Voorzitter van dit Parlement spreekt namens alle leden van dit Parlement. Mijnheer de Voorzitter, hartelijk dank voor uw betoog!

(Applaus)

Een tweede punt: ja, het is prima als Vladimir Poetin zegt wat hij van Italië vindt. Het is ook goed als hij zijn kritiek op Spanje naar voren brengt. Ik vind dat prima, want de Europese maatschappij is een open maatschappij! In onze maatschappij kan iedereen kritiek hebben, waarop hij maar wil! In dat opzicht verschilt ons maatschappij duidelijk van de Russische maatschappij; daar kan namelijk niet iedereen zijn kritiek vrijelijk uiten!

(Applaus)

Daarom is een open gedachtewisseling met de Russische president vruchtbaar. Daarom zeggen we ook dat de gebeurtenissen in Tsjetsjenië niet door de beugel kunnen, en schendingen van de mensenrechten en vernedering van mensen moeten worden veroordeeld. Overigens worden ook Russen en soldaten van het Russische leger daar schandelijk behandeld. Natuurlijk staat volstrekt buiten kijf - we zullen dit in de resolutie over de dood van mevrouw Politkovskaja duidelijk maken - dat er geen sprake kan zijn van een functionerende democratie als journalisten voor hun leven moeten vrezen wanneer zij wantoestanden in hun land aan de kaak stellen. Laat daar geen misverstanden over bestaan!

Daarom maakt de open gedachtewisseling tussen ons en Vladimir Poetin en alle Russen en Russische politici die we ontmoeten, deel uit van de manier waarop wij met partners omgaan. We uiten ook kritiek op gebeurtenissen in de VS. Wij behouden ons het recht voor kritiek te hebben op zaken die elders in de wereld plaatsvinden, net zoals wij op onze beurt onderwerp van kritiek kunnen zijn.

Daarom heb ik ook kritiek op het feit dat minister-president Vanhanen en de voorzitter van de Commissie in hun toespraken zoveel positieve dingen hebben gezegd. Het klonk allemaal geweldig! U weet inmiddels wel dat ik in elk commentaar op uw betoog de woorden ‘geweldig’ en ‘super’ gebruik. Als alles wat u hier vertelt, ook daadwerkelijk wordt geïmplementeerd, dan wordt Europa echt een technologieparadijs en een paradijs voor onderwijs, voor kwalificatie. Wij worden dé kennismaatschappij van de eenentwintigste eeuw, en voor mijn part ook van de tweeëntwintigste eeuw. Geweldig! Gaat u zo door! Maar dan willen we wel meer zien dan mooie woorden alleen!

De plannen mogen er zijn: geweldig! Alleen gaat dit niet alleen u aan - eigenlijk nog het minst de voorzitter van de Commissie, die namelijk echte voorstellen indient en ook probeert deze doelstellingen te verwezenlijken. Maar de Raad, en u, mijnheer Vanhanen, en de staatshoofden en regeringsleiders, u moet uw plannen op energiegebied ook in uw nationale energieplannen omzetten!

(Applaus)

En, collega’s, als we niet afhankelijk willen zijn van Russische energie, moeten we een einde maken aan de energieverspilling in Europa en de Verenigde Staten, in de industrielanden! Als we de klimaatcatastrofe willen indammen, moeten we de CO2-uitstoot verminderen! Dat bereiken we niet door Russisch aardgas te kopen, maar door een efficiënter gebruik van energie, door meer gebruik te maken van hernieuwbare energie, van energiecentrales, van warmtekrachtkoppeling, van krachtcentrales die zo efficiënt mogelijk werken. Daar hebben we overigens ook meer technologie voor nodig. En zo is de cirkel rond: we zijn weer terug bij het proces van Lissabon. Want als we technologie willen hebben, moeten we in de opleiding van onze mensen investeren, in de universiteiten.

Dit is allemaal goed en wel, maar wij moeten hier wel elke keer weer opnieuw over spreken. Steeds weer hetzelfde liedje. Steeds weer dezelfde aankondigingen en ook steeds weer mijn betoog. Dat is ook niet nieuw. Ik heb hetzelfde betoog al vaker gehouden, telkens in een iets andere vorm. Ik heb echter geen zin om me te vervelen, zelfs niet met mijn eigen betogen. Daarom mijn verzoek: zorgt u ervoor dat op de aankondigingen van de Commissie en de Raad eindelijk daden volgen!

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Graham Watson, namens de ALDE-Fractie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, er valt vandaag geen resolutie te bespreken. Er waren op de Top ook geen conclusies. Ik beweer niet dat dergelijke gelegenheden niet de moeite waard zijn. Integendeel: er is zoveel meer actie op Europees niveau nodig dat de Unie elk jaar vier formele toppen zou kunnen en moeten houden, zoals ook voorzien is in het Verdrag van Nice.

Wat stond er in Lahti op het menu? En dan verwijs ik niet, mijnheer de minister-president, naar de artisjokkensoep of de geroosterde gans tijdens het diner, waarmee u bewees dat de prosciutto di Parma wel degelijk te vervangen valt. Ik verwijs naar het EIT en de Europese octrooien, naar continue energievoorziening, immigratie en de betrekkingen met Rusland. Dit zijn strategische onderwerpen waar ernstig over nagedacht moet worden, maar tevens strategische beslissingen waaruit naar voren komt dat we een samenhangend beleid moeten opstellen.

Wat voor zin heeft een Europese technologie-universiteit die innovatieve ideeën genereert, als wij als Unie niet in staat zijn overeenstemming te bereiken over een snel en eenvoudig octrooiregistratiesysteem? Wat voor hoop kunnen we koesteren op een collectieve strategie voor klimaatsverandering, als we niet bereid zijn gezamenlijk ons energieverbruik en onze energieproductie radicaal te veranderen? En wat zijn de vooruitzichten voor een gemeenschappelijk immigratiebeleid, als we er niet in slagen een ontwikkelings- en handelsbeleid op te zetten om de schrijnende armoede en ellende te verlichten? Groenboeken en actieprogramma's die ons de weg wijzen zijn er te over, maar net als de spreekwoordelijke paarden kun je lidstaten die geen dorst hebben, niet doen drinken. Daarom schiet Europa tekort en daarom hebben wij meer en niet minder Europa nodig.

Mijn fractie brengt hulde aan Voorzitter Borrell en premier Vanhanen en aan de andere premiers die de moord op Anna Politkovskaja aan de orde hebben gesteld. Hoewel velen van ons zich duidelijk ongemakkelijk voelden bij de uitnodiging aan president Poetin en de publiciteit die hij kreeg, was dat niet de schuld van het Finse voorzitterschap en de Finse president. De fout is begaan toen Rusland werd gevraagd lid te worden van de Raad van Europa en van de G8, nog voordat de rechtsstaat echt wortel had geschoten in hun cultuur.

Mijnheer Poetin, maffia is geen Russische uitdrukking, maar organizovanniye zhuliki is al te vaak de indruk die u land maakt.

De Europese Unie zou geen partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst af moeten sluiten met Rusland, totdat vrijheid, transparantie en de rechtsstaat in de praktijk worden gebracht, samen met de daaruit voortvloeiende rechtszekerheid voor investeerders.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Monica Frassoni, namens de Verts/ALE-Fractie. - (IT) Mijnheer de Voorzitter, geachte collega’s, de Europese Raad van Lahti heeft overduidelijke aangetoond dat ons optreden op wereldvlak en onze keuzes in het kader van het intern beleid steeds sterker met elkaar samenhangen.

Wij zijn van mening dat steun aan de Russische democratie en aan degenen die, net als Anna Politkovskaja, hebben gestreden of strijden tegen de autoritaire uitwassen van het machtssysteem van Poetin, wel degelijk samen kan gaan met inspanningen om de energievoorziening van ons continent veilig te stellen, het Protocol van Kyoto na te leven en de energie-efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen te ontwikkelen.

Een sluier van stilzwijgen uitspreiden over de slachtingen in Tsjetsjenië, de sluiting van meer dan negentig niet-gouvernementele organisaties, de willekeurige processen, de doelgerichte moorden en de toenemende corruptie om gas te krijgen, is geen winnende strategie. Daarom wil onze fractie Voorzitter Borrell van harte gelukwensen, maar tegelijkertijd zeggen dat zij het - in alle genegenheid - niet eens is met zijn steun en de steun van het Fins voorzitterschap om kernenergie nieuw leven in te blazen. Of wij het nu leuk vinden of niet, er is - en het geval Iran toont dat duidelijk aan - een overduidelijke band tussen proliferatie van kernwapens en het zogenaamde vreedzame gebruik van kernenergie. Daarom mogen rechten niet tegen energie ingeruild worden.

De gebeurtenissen in Oekraïne en de meer recente gebeurtenissen in Georgië tonen aan dat appeasement de betrouwbaarheid van Poetin niet doet toenemen, maar hem veeleer nog vastberadener maakt om te handelen in uitsluitend het belang van zijn machtgroep. Wij hebben reeds heel veel kostbare tijd verloren en daarom mogen wij de belangrijke gelegenheid die ons geboden wordt met de eind dit jaar verstrijkende partnerschapsovereenkomst niet missen. Wij willen evenwel van meet af aan duidelijk maken dat wij het absoluut oneens zullen zijn met elke poging om de voorwaardelijke bepalingen en met name de verwijzing naar de mensenrechtenclausule uit deze overeenkomst te schrappen.

Wij moeten een strategie uitwerken voor de vermindering van alle niet-duurzame consumptieaspecten, voor de bestrijding van de enorme inefficiëntie in het vervoer, de bouw en de elektrische systemen en voor een vastberaden streven naar uitmuntendheid van onze bedrijven bij de ontwikkeling van hernieuwbare energie. Dat is de beste weg om minder afhankelijk te worden en vrede, ontwapening en democratie te ondersteunen.

Ik wil kort nog iets zeggen over een ander uitermate belangrijk vraagstuk dat is besproken, te weten immigratie. Mijns inziens is er een blokkade in de Raad en tussen de lidstaten onderling. Tot nu waren zij immers niet in staat om het vraagstuk van de regulering van legale immigratie aan te pakken en op Europees vlak onderhandelingen te voeren over de sluiting en financiering van serieuze samenwerkingsovereenkomsten, van samenwerkingsovereenkomsten waarmee de ontwikkelingslanden echt geholpen worden te vermijden dat zij hun beste krachten naar onze landen moeten sturen, en waarmee wordt voorkomen dat de beleidsvormen van de Europese Unie op met name visserij- en landbouwgebied een destructief effect hebben en alleen nog maar meer mensen ertoe aanzetten om aan boort te gaan van die lange boten langs hun en onze kusten.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Esko Seppänen, namens de GUE/NGL-Fractie. - (FI) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de premier, mijnheer de commissaris, de informele Top van Lahti was oorspronkelijk bedoeld om het concurrentievermogen en het innovatiebeleid van de Europese Unie te bespreken. Bij deze onderwerpen heeft deze Top geen sporen in de geschiedenis van de Europese Unie achtergelaten.

De Russische president Vladimir Poetin werd in Lahti uitgenodigd om als solist van het EU-orkest op te treden. Men wilde met hem over energie spreken. Tegelijkertijd deed de gelegenheid zich voor om over mensenrechtenkwesties in het land te spreken. Mensenrechten en persvrijheid zijn onderwerpen die wij niet kunnen negeren als wij het beleid van Rusland beoordelen. Over deze zaken kunnen wij echter geen overeenstemming met dat land bereiken, net zomin als het voor een andere grootmacht aan de overkant van de Atlantische Oceaan mogelijk is om afspraken te maken over het beëindigen van de marteling van krijgsgevangenen of over het op grond van oorlogsmisdaden veroordelen van Amerikaanse burgers voor het Internationaal Strafhof in Den Haag.

President Poetin wil een strategisch partnerschap tussen de Europese Unie en Rusland. Dit doet denken aan het strategische partnerschap tussen de NAVO en Rusland en de daarvoor gebruikte institutionele oplossingen. In dat kader is Rusland bereid een dialoog over energie te voeren en zich zelfs vast te leggen op een juridisch bindend instrument. Het bleef echter onduidelijk of dit dan openstelling betekent van de markten aan beide kanten of slechts aan één kant. En als het slechts om één kant gaat, welke is het dan? Lahti bracht daarover geen uitsluitsel en de volgende keer wordt deze kwestie besproken op de Top van de Europese Unie en Rusland in november. De Top van Lahti was een soort repetitie voor die Top.

Het land dat het voorzitterschap bekleedt, Finland, betaalt minder voor gas uit Rusland dan de andere EU-landen. Ook behoort de prijs van de elektriciteit voor de industrie en de huishoudens in Finland tot de laagste in de Europese Unie. Harmonisatie van de elektriciteitsmarkten in de Europese Unie betekent een stijging van de elektriciteitsprijs in het land dat premier Vanhanen vertegenwoordigt, en in weinig landen zal een premier blij zijn met zo'n gemeenschappelijk energiebeleid.

De regering van premier Vanhanen gebruikte de Top van Lahti om van de andere EU-landen aanzienlijke steun te krijgen voor een verhoging van de energieprijzen en voor het camoufleren van het gebrek aan democratie, waardoor het Finse parlement gedwongen is om op initiatief van de regering de Europese Grondwet te ratificeren die in referenda in andere EU-landen al dood was verklaard. Alle Europese federalisten zijn daar blij mee, maar dit is geen democratie. De elite van de Europese Unie spreekt vandaag misschien met één stem, maar luistert niet naar de burgers.

 
  
  

VOORZITTER: JACEK-EMIL SARYUSZ-WOLSKI
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Crowley, namens de UEN-Fractie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik zou premier Vanhanen en voorzitter Barroso graag willen bedanken voor hun presentatie van vanochtend. Ik wil slechts twee punten aan de orde stellen, twee punten die ik al heb voorgelegd aan de premier, maar waar voorzitter Barroso misschien ook rekening mee kan houden.

De meerderheid in dit Parlement stemt in met en geeft steun aan het Europees Instituut voor Technologie, maar welke regelingen zijn er getroffen om het op te richten? We kunnen het uitentreuren bespreken, maar we moeten positieve actie ondernemen om het echt operationeel te maken. Zo worden innovatie en onderzoek echt in Europa verankerd.

Ten tweede moeten de ideeën en scheppingen die uit de innovatiestrategie en dat innovatiebeleid voortkomen, beschermd worden door middel van octrooien. Anders zullen alle onderzoeksmiddelen, alle onderzoekers, alle topdoctoren naar de VS, Japan of elders trekken, omdat hun ideeën daar beschermd kunnen worden en omdat daar meer geïnvesteerd wordt.

In mijn ogen zijn dat twee cruciale punten om de Strategie van Lissabon in de toekomst te doen welslagen.

Ik feliciteer premier Vanhanen. U bent erin geslaagd Europa met een stem tegen Rusland te laten spreken, terwijl iedereen zei dat u dat niet zou lukken. Gefeliciteerd!

 
  
MPphoto
 
 

  Godfrey Bloom, namens de IND/DEM-Fractie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik weet niet goed waar ik moet beginnen. Energie is het levenssap van elke natiestaat en ik ben natuurlijk naar het EP gestuurd om een natiestaat te vertegenwoordigen.

Ik denk dat het voor het Britse volk erg moeilijk te aanvaarden is dat hun energiebeleid eigenlijk wordt bepaald door buitenlanders. Er zijn nog levende herinneringen aan het feit dat we de slag om de Atlantische Oceaan moesten leveren en dat onze vrijheid aan een zijden draadje hing, omdat de landen op het vasteland kennelijk niet met elkaar konden samenleven.

De gedachte, het idee of het concept dat de Britse energie eventueel gecontroleerd zal worden door een soort regeling met een gangster als Poetin is absoluut van den gekke! Het is waanzin ook maar iets te verwachten van een vodje papier dat is ondertekend door Poetin. We zouden namelijk evenmin iets verwachten van een door Adolf Hitler getekend document. Die man is een gangster. Als u denkt dat het Britse volk, om zijn levenssap (het levenssap van de natiestaat) te bewaren, het op een akkoordje zal gooien en een regeling zal aanvaarden dat stoelt op mensen die zich eigenlijk weinig gelegen laten liggen aan het welzijn van het Verenigd Koninkrijk, dan zit u er flink naast! Dat kan ik u vertellen.

We moeten ook de waarheid beginnen te vertellen. Er lijkt hier een soort abstract concept van hernieuwbare energie te leven. Het is wetenschappelijk bewezen dat de meeste van onze technologieën voor hernieuwbare energie niet werken. Windparken zijn absurd. Elke onafhankelijke wetenschapper zal u vertellen dat het volslagen onzin is van het Verenigd Koninkrijk te verwachten dat het met windparken de hoeveelheden energie produceert die de Europese Unie lijkt op te leggen: 20% moet namelijk uit een hernieuwbare bron komen. We moeten de mensen onderhand de waarheid vertellen. We hebben de technologie voor hernieuwbare energie nog niet. Laten we daar eerlijk in zijn. Maar ja, eerlijkheid is natuurlijk iets wat we in dit Parlement mijden als de pest!

 
  
MPphoto
 
 

  Ryszard Czarnecki (NI). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, allereerst zou ik Voorzitter Borrell willen bedanken omdat hij president Poetin in Lahti op een niet mis te verstane manier heeft duidelijk gemaakt dat de Europese Unie geen mensenrechten inruilt tegen energie. Voorzitter Borrell heeft deze belangrijke woorden eveneens namens mij gesproken en - voor mijn gevoel -namens alle Poolse afgevaardigden in het Europees Parlement en namens alle Parlementsleden uit de nieuwe lidstaten.

Voorzitter Borrell heeft, samen met de Poolse president en de premiers van Letland, Denemarken en Zweden, de Europese eer verdedigd. We moeten onze Russische partners recht in de ogen kijken wanneer we het over de mensenrechten hebben. We kunnen onmogelijk met twee maten wegen. Of anders gezegd, het is een goede zaak dat we eisen dat de mensenrechten worden gerespecteerd, maar dan moeten we dat overal doen en niet enkel in landen waar we toevallig geen handelsbetrekkingen mee hebben. Een verenigd Europa draait immers om veel meer dan om economie en handel alleen. Het staat eveneens voor een systeem van waarden waardoor we ons voortdurend zouden moeten laten leiden, en niet enkel wanneer ons dat goed uitkomt. Laten we bij het sluiten van de noodzakelijke en belangrijke handelsovereenkomsten met Rusland de woorden van Lenin, het schoolvoorbeeld van de Russische politicus, niet uit het oog verliezen. Hij zei ooit: "De kapitalisten zullen ons het touw verkopen waarmee we hen later ophangen."

Gisteren vroegen enkele Poolse journalisten me of de Top in Lahti een doorbraak betekent voor de betrekkingen tussen Rusland en de Europese Unie. Ik weet het niet. Misschien wel. Tot op heden onderhandelden de verschillende lidstaten van de Europese Unie liever afzonderlijk met Moskou, zonder het standpunt van de andere EU-landen daarin te kennen. Schröder drukte Poetin tegen zich aan, de heer en mevrouw Blair vermaakten zich uitstekend met de heer en mevrouw Poetin, Berlusconi prees het Russische staatshoofd hemelhoog en Chirac kreeg tranen in de ogen als hij over de president van de Russische Federatie sprak. Dit alles heeft lang genoeg geduurd. De Europese Unie moet vanaf nu met één stem spreken.

 
  
MPphoto
 
 

  Camiel Eurlings (PPE-DE). - Mijnheer de Voorzitter, op de eerste plaats wil ik als voorzitter van de EP-delegatie voor Rusland mijn waardering uitspreken voor het feit dat het Finse voorzitterschap zoveel aandacht heeft geschonken aan ons partnerschap met Rusland.

Dat partnerschap kan in wederzijds belang zijn. Zoals de premier al zei, kunnen we elkaar ondersteunen in een goede diplomatie in het Midden-Oosten. Als we de democratische beginselen zouden delen, zou dat de beste garantie zijn voor stabiliteit in onze bilaterale betrekkingen. Verder hebben we elkaar nodig, zowel economisch als voor energie. Dit partnerschap kan alleen werken, als het gebaseerd is op gezamenlijke principes, evenwicht en basisvertrouwen. Naar aanleiding van de informele Top wil ik een aantal opmerkingen maken over deze punten.

Het moet glashelder zijn dat de boycot van Georgië en de behandeling van de Georgiërs door Rusland onaanvaardbaar zijn. Dit past in het patroon dat Rusland zich in buitenlandse aangelegenheden mengt, zoals dat ook al gebeurde in Wit-Rusland en Oekraïne. Het moet duidelijk zijn dat de Europese principes inhouden dat onze gemeenschappelijke buren soeverein over hun eigen toekomst mogen beslissen.

Ten tweede is de moord op Anna Politkovskaja het laatste incident in een lange reeks van minstens negentien journalisten die vermist of vermoord zijn sinds Poetin president is geworden. Ik verwelkom de verklaring van de Doema en de opmerkingen van Poetin, maar we zullen alleen pas overtuigd zijn, als de moordenaars berecht worden. Bovendien zouden de Doema en de president nog overtuigender overkomen, als ze instemden met maatregelen om de ingeperkte persvrijheid te vergroten.

Ten derde werd het punt economische samenwerking aan de orde gesteld, een onderwerp dat vaak besproken wordt. Hier moet er sprake zijn van wederkerigheid. We kunnen niet leven met de toestand waarin Rusland in onze gas- en olie-infrastructuur wil investeren en zelfs een minderheidsbelang in Airbus wil nemen, terwijl onze bedrijven als Shell en Mobil tegelijkertijd uit de Russische gas- en olievelden geweerd worden. Ik zeg dit, omdat ik denk dat Europa gezamenlijk achter deze beginselen moet gaan staan.

Voor het eerst toonde Europa haar kracht in Finland. Poetin werd door een eensgezind Europa in de verdediging gedrongen. Laten we dat opvatten als een aanmoediging om in de toekomst nog eensgezinder te zijn, omdat dat de enige manier is om een evenwichtig partnerschap op te bouwen dat in wederzijds belang is.

Ik rond af: als we, net als collega Schulz, van mening zijn dat de innovatie niet ver genoeg gaat, dan zouden we de voorzitter van de Commissie in zijn initiatieven moeten ondersteunen. Ook moeten we druk uitoefenen op onze nationale leiders om de Commissie te ondersteunen om echt resultaten te boeken.

Tot slot wil ik premier Blair en premier Balkenende complimenteren voor hun initiatief inzake klimaatsverandering. Dat verdient onze volle steun.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Hannes Swoboda (PSE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de voorzitter van de Raad, mijnheer de voorzitter van de Commissie, mijns inziens betekent de Top van Lahti een belangrijke stap voorwaarts. Ik hoop dat de door u opgeroepen geest van Lahti ook echt - zoals collega Schulz al zei - concrete resultaten zal opleveren.

Mijnheer de voorzitter van de Commissie, u hebt een voorstel voor de externe politieke aspecten van het energiebeleid gepresenteerd waar ik zeer blij mee ben. U hebt mijn volledige steun. Ik vraag u alleen uw rug recht te houden als een aantal landen opnieuw een eigen koers gaat varen als ze merken dat ze misschien toch niet zo’n voorstander zijn van een gemeenschappelijk energie- en buitenlands beleid. Ook vraag ik de heer Vanhanen dit door te geven aan de leden van de Raad. Wat hier is vastgelegd - en ik heb van de discussie in Lahti erg positieve berichten gehoord - moet nu ook worden geïmplementeerd. Dit is de enige kans om onze belangen te verwezenlijken.

Er is gesproken over onze afhankelijkheid van Rusland. We moeten echter wel beseffen dat Rusland ook afhankelijk is van de Europese Unie, van haar olie- en gasverbruik, daar de leidingen bijna allemaal richting Europese Unie gaan. We kunnen deze onderhandelingen en gesprekken dus gerust met opgeheven hoofd en zelfbewust aangaan, zonder bang te moeten zijn om bepaalde onderwerpen ter sprake te brengen. We moeten ons bewust zijn van het feit dat we van elkaar afhankelijk zijn, en als ik zeg ‘elkaar’ bedoel ik uiteraard ook de regio’s die u, mijnheer de voorzitter van de Commissie, hebt genoemd en die we niet mogen vergeten. Ik denk bijvoorbeeld aan Oekraïne maar ook aan andere landen rond de Zwarte Zee en vooral ook aan Turkije. Ook met deze landen moeten we een gemeenschappelijk beleid formuleren. Dan kunnen we een daadwerkelijk partnerschap met Rusland bereiken.

Wat onze meningsverschillen betreft, mogen we niet vergeten dat we in onze betrekkingen met Rusland, en vooral ook in de toekomstige partnerschapsovereenkomst, een procedure nodig hebben voor geschillenregeling. Net als in de Wereldhandelsorganisatie hebben we een geschillenbeslechtingsprocedure nodig. Conflicten kunnen altijd optreden en zullen we ook in de toekomst niet kunnen vermijden. Met een dergelijke procedure kunnen strijdpunten uiteindelijk samen of door onafhankelijke arbitrage worden opgelost.

Ons doel is partnerschap. Zoals collega Schulz al zei, bestaat er geen twijfel over dat Poetin een sterke man is. Veel Russen vinden dat een goede zaak, maar als de Europese Unie de gelederen sluit, is zij sterker dan Poetin. Dan kunnen we daadwerkelijk een goed, eerlijk en gelijkwaardig partnerschap opbouwen.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Annemie Neyts-Uyttebroeck (ALDE). - Voorzitter, Raadsvoorzitter, commissaris, Finland zit de Europese Unie voor in een bijzonder moeilijk tijdsgewricht, want staatshoofden en regeringsleiders zijn het eigenlijk grondig oneens over de toekomst van de Europese Unie. En wat nog erger is, een aantal onder hen weet zelf niet waar ze met de Unie heen willen.

Een prestigieuze gast kan dan inderdaad uitkomst bieden. Het is gebeurd rond president George W. Bush en het is nu ook gebeurd rond Vladimir Poetin. Maar gelet op zijn geschiedenis, is Finland wellicht de best geplaatste lidstaat om met Rusland een open en grondige dialoog aan te gaan.

Ik wil u dan ook graag feliciteren, voorzitter, met het verloop van de informele top en ik wil u ook feliciteren met de eensgezindheid die u kon bouwen, zowel inzake energiebeleid als ten aanzien van Rusland. Maar het moet me van het hart: 25 plus 2 regeringsleiders en staatshoofden allemaal rond de leider van een grootmacht! Ik blijf het een beetje bedroevend vinden. Het is mijn grootste wens dat de Europese Unie eindelijk volwassen mag worden van haar regeringsleiders en staatshoofden.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Turmes (Verts/ALE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, op de eerste plaats wil ik hulde brengen aan premier Blair en premier Balkenende, omdat ze Europa een voortrekkersrol geven op het gebied van klimaatsverandering en omdat ze in hun brief kernenergie expliciet niet noemen. Kernenergie maakt slechts 6 procent uit van onze energieproductie en zal meer verdeeldheid zaaien in Europa dan dat het ons bindt en met één stem doet spreken.

Mijnheer Barroso, ik denk dat u nu de historische verantwoordelijkheid draagt om in januari op de proppen te komen met een allesomvattende evaluatie van de energiesituatie. In die evaluatie van de energiesituatie heeft Europa een CO2-doelstelling voor 2020 nodig. Als Europa geen CO2-doelstelling heeft, is er geen investeringszekerheid voor ons bedrijfsleven. En betere regelgeving betekent toch dat het energie- en klimaatsbeleid worden samengebracht in het document dat u op tafel zult leggen?

De tweede prioriteit van deze evaluatie van de energiesituatie is de beëindiging van de oligopolistische structuur in onze energie- en transportsector. Europese bedrijven en Europese burgers verliezen miljarden euro’s door het gebrek aan mededinging en diezelfde bedrijven voorkomen de innovatieboost die we in deze sectoren zouden kunnen hebben. Zolang deze oligopolies niet ontmanteld worden, hebben we specifiek beleid nodig inzake sectorale hernieuwbare energiebronnen, enzovoort. Zo’n strategie is de grondslag voor een buitenlands energiebeleid en een vredesproject voor de wereld. Deze technologieën zullen de druk op de energiebronnen namelijk verlichten en Europa een zakenkans bieden.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilda Figueiredo (GUE/NGL). - (PT) Het is zorgwekkend dat de Europese instellingen steeds minder belang hechten aan de sociale gevolgen van de versnelde invoering van het neoliberalisme. Dit leidt immers tot hoge werkloosheid en veel armoede en sociale uitsluiting, terwijl het aantal onzekere en slecht betaalde banen toeneemt. Men wil de werkers via de zogenaamde "flexbescherming" opnieuw verplichten om afstand te doen van hun elementaire rechten. Ze worden zo gedwongen steeds onzekerder banen te aanvaarden.

De nu doorgevoerde maatregelen en andere, reeds aangekondigde maatregelen, zoals de liberalisering en deregulering van de diensten en de ontmanteling van de openbare diensten, zullen het Europese sociale model volledig uithollen, en dat is iets waar we ons fel tegen verzetten. Het verzet tegen dit beleid blijft dan ook toenemen. Als voorbeeld noem ik de protesten in Lissabon op 12 oktober. De CGTP heeft daar de grootste manifestatie sinds de jaren tachtig georganiseerd. Bijna 100 000 werkers hebben aan deze manifestatie deelgenomen. Vindt u niet er dat met deze gerechtvaardigde protesten eindelijk eens rekening moet worden gehouden?

 
  
MPphoto
 
 

  Mirosław Mariusz Piotrowski (IND/DEM). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, het is intussen algemeen bekend dat er op de Top van Lahti geen doorbraak is bereikt. Er werd evenmin noemenswaardige vooruitgang geboekt in de onderhandelingen met Rusland over samenwerking op het vlak van energiebeleid. Ik betreur ten zeerste dat, in tegenstelling tot wat voor de Top werd verklaard, de Europese Unie niet naar buiten getreden is als een verenigd en machtig blok waarmee Rusland ernstig rekening moet houden. Met het oog hierop verdient de houding van een aantal landen, waaronder Polen, alle lof. Hetzelfde geldt voor de aanpak van de Voorzitter van het Europees Parlement, de heer Borrell, die ervoor gezorgd heeft dat de stem van de nieuwe lidstaten, de buurlanden van Rusland, op deze top werd gehoord.

Verder moet dit alles opgevat worden als een oproep tot eensgezindheid over het energiebeleid in de Europese Unie. We moeten tegenover Rusland een onverzettelijke, resolute houding aannemen. Enkel dan kunnen we hopen dat er concrete resultaten worden geboekt bij de onderhandelingen over de veiligheid van de energievoorziening. Jammer genoeg hebben nog niet alle lidstaten deze boodschap begrepen.

 
  
MPphoto
 
 

  Mario Borghezio (NI). - (IT) Mijnheer de Voorzitter, geachte collega’s, ik heb heel veel hartstochtelijke betogen gehoord ter verdediging van de mensenrechten, ook uit de gelederen van de partijen die tientallen jaren lang zwegen, toen in het Oosten de volkeren in opstand kwamen in Berlijn, Boedapest, enzovoort. Toen zweeg Europa en toen zwegen ook die partijen. Nu zijn ze echter allemaal voorvechters van de mensenrechten en zetten het Rusland van Poetin op het bankje der beschuldigden.

Ook ik ben er absoluut van overtuigd dat men de mensenrechten niet mag inruilen tegen economische belangen, maar anderzijds mogen wij bij alle aandacht voor onze vastberaden verdediging van de aan Europa ten grondslag liggende waarden, die vaak met voeten worden getreden in Rusland en niet alleen in Rusland - ik zou tussen twee haakjes graag dezelfde hartstocht willen horen in de woorden van degenen die spreken over schendingen van de mensenrechten in bijvoorbeeld Turkije, een land dat sommigen het liefst onmiddellijk zouden willen opnemen in de Europese Unie - onze ogen niet sluiten voor een noodzaak. Het is namelijk evident dat Rusland ons op het gebied van de energiesamenwerking net zo hard nodig heeft als wij Rusland nodig hebben voor een economische partnerschapsovereenkomst.

Ik wil erop wijzen dat Poetin zelf heeft verklaard dat hij de beginselen van het handvest niet afwijst. Hij heeft echter wel gevraagd om deze in gedeeltelijk gewijzigde vorm op te nemen in een ander document. Hij stelt zich dus duidelijk open. Er zijn geo-economische en geostrategische redenen voor een overeenkomst met Rusland. Die overeenkomst ligt op tafel en betreft de economische toekomst van ons land. Daarom is realisme nodig, zonder dat evenwel de verdediging van de mensenrechten wordt opgegeven, die hoe dan ook een pressiemiddel zijn, aangezien de politiek van Poetin een voor Europa zorgwekkende wending neemt en de richting uitgaat van economisch nationalisme, afwijzing van samenwerking en het ontnemen van contracten aan westerse bedrijven. Er is een realistisch beleid nodig en dat beleid moeten wij op uiterst vastberaden en verantwoorde wijze voeren.

 
  
  

VOORZITTER: PIERRE MOSCOVICI
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Timothy Kirkhope (PPE-DE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, toen ik zojuist naar collega Bloom van de United Kingdom Independence Party luisterde, was ik wat verbaasd. Ik dacht namelijk dat dinosaurussen al miljoenen jaren geleden uitgestorven waren.

Ik wil mijn overwegingen toespitsen op het hoofdonderwerp van de Top van Lahti: continue energievoorziening in Europa en onze aanhoudende betrekkingen met Rusland.

Het recente geschil tussen Oekraïne en Rusland over gasleveranties was voor ons allen een reden tot zorg. Laat er geen misverstand over bestaan: de betrekkingen tussen de EU en Rusland zijn van vitaal belang en we moeten wegen vinden om die te versterken. In de komende decennia hebben we de energiebronnen van Rusland nodig, en vice versa heeft Rusland toegang nodig tot de EU-markten om zijn economisch potentieel tot ontwikkeling te brengen. De inzet is voor beide partijen te hoog om gezwollen verklaringen voor de diplomatieke bühne af te leggen.

Met genoegen hoorde ik president Poetin zeggen dat hij betrekkingen wil die gebaseerd zijn op gemeenschappelijke waarden. Een van die waarden moet betekenen dat Rusland zich ondubbelzinnig committeert aan pluralisme en democratie. Willen we dat grootse land in de komende jaren als strategische partner kunnen omarmen, dan hebben we in Europa garanties nodig dat Rusland inzake democratie en mensenrechten dezelfde waarden en normen na zal streven als wij. In dit stadium moeten we president Poetin misschien op zijn woord geloven en hem aanmoedigen ervoor te zorgen dat de democratie in Rusland tot bloei komt. Sommigen zijn echter van mening dat het democratisch proces in Rusland onlangs eigenlijk tot stilstand is gekomen. Ik hoop dat er meer beweging komt in de goede richting.

Ik feliciteer voorzitter Barroso met zijn uitspraak dat er voor betrekkingen met Rusland transparantie, rechtsstaat en wederkerigheid nodig is. Ik hoop dat president Poetin goed heeft geluisterd.

Wat betreft de mensenrechtenkwesties was ik wat teleurgesteld. Ik was teleurgesteld dat mijn eigen Britse premier, die had beweerd dat hij die punten bij president Poetin aan zou kaarten, dat kennelijk niet gedaan heeft. Hij moet nu een gepast moment vinden om dat alsnog te doen.

We hebben niets te vrezen van een eerlijk debat over deze onderwerpen. Voor een toekomstige productieve relatie tussen Europa en Rusland is het zelfs broodnodig.

 
  
MPphoto
 
 

  Robert Goebbels (PSE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de fungerend voorzitter van de Raad, mijnheer de voorzitter van de Commissie, dames en heren, informele toppen leiden enkel tot virtuele conclusies. Het is allemaal maar verbeelding, het is allemaal maar gedroom!

Laten we ons even voorstellen dat de droom werkelijkheid wordt. Europa is een economische reus. Zelfs zonder de handel tussen de vijfentwintig landen onderling, zijn we de belangrijkste exporteur ter wereld. Europa is de belangrijkste bestemming voor directe internationale investeringen. De onderneming IBM heeft voor 2005, afgezien van fusies en overnamen, wereldwijd 8 000 investeringen in nieuwe productiecapaciteiten geteld, waarvan 900 in China, 600 in India, 1 200 in de VS en 3 200 in de EU, die zo 40 procent van de productieve investeringen op de wereld binnenhaalt.

Zeker, Europa heeft op bepaalde terreinen marktaandeel verloren, maar minder dan de VS en Japan. Zeker, China is uitgegroeid tot het land waaruit we het meest importeren, maar Europa heeft het volume van haar export naar China verdubbeld. In werkelijkheid was 60 procent van de Chinese export in 2005 afkomstig van buitenlandse ondernemingen met vestigingen in China. De landen van de triade verkopen de handelswaar die zij in China produceren, aan elkaar, ter meerdere vreugde van onze consumenten en van de aandeelhouders van de multinationals. Zeker, onze werkloosheid is te hoog, ook al scheppen we nieuwe banen. De laagste lonen zult u aantreffen in sectoren als de horeca, de bewaking, de schoonmaak en de kleine middenstand, sectoren die niet onderhevig zijn aan internationale concurrentie.

Natuurlijk zou Europa beter kunnen presteren, maar dan zouden de dwergen die ons regeren eindelijk hun eigen besluiten ten uitvoer moeten leggen: investeren in innovatie, onderzoek en trans-Europese netwerken. Dan zou de Unie een volwaardige begroting moeten krijgen, om de snelle integratie van de nieuwe lidstaten te kunnen ondersteunen voor een interne markt met meer groei voor alle landen. Bovendien, als onze leiders hun eigen handtekening gestand zouden doen, zouden we misschien tot een nieuw verdrag kunnen komen voor het Europa van de energie. Tot slot, als op de toppen geen virtuele besluiten meer genomen zouden worden, zou voorzitter Barroso een Europees Instituut voor Technologie kunnen oprichten dat over werkelijke middelen beschikt!

Mijnheer de voorzitter van de Raad, moet dat alles soms een droom blijven?

 
  
MPphoto
 
 

  Lena Ek (ALDE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik ben blij met de eendrachtige onderhandelingen en besprekingen van de Europese Unie met Rusland over de mensenrechten, de rechtsstaat, de moord op mevrouw Anna Politkovskaya en op andere journalisten in Rusland, en natuurlijk over energie.

In Rusland bestaat een oud gezegde: "Hebt uw naaste lief maar trek wel een schutting op". De huidige energiebesprekingen met Rusland moeten gebaseerd zijn op wederkerigheid, rechtsstatelijkheid en transparantie. Wat zich momenteel in Rusland afspeelt op energiegebied is echter juist het tegenovergestelde daarvan, en daar mogen we niet aan voorbij gaan. Het bewijst ook de absolute noodzaak van een gemeenschappelijk Europees energiebeleid, niet alleen voor een continue voorziening maar ook voor de strijd tegen de opwarming van de aarde. Heel binnenkort onderhandelen we over het emissiehandelssysteem met Rusland, dat het Protocol van Kyoto heeft ondertekend en geratificeerd. Dat wordt de echte test voor zowel de eenheid van de Europese Unie als wat Rusland ...

(Spreekster wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Horáček (Verts/ALE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, het is wellicht lastig om een continue energievoorziening te combineren met onze Europese fundamentele waarden. Maar moet het daarop stuklopen? Huurmoorden zijn in Rusland net zo aan de orde van de dag als de onderdrukking van niet-gouvernementele organisaties en de beknotting van de democratische grondrechten. De Yukos-zaak, de arrestatie van Chodorkovski en Lebedev en de oorlog in Tsjetsjenië blijven - wat het energiebeleid en de mensenrechten betreft - recente voorbeelden van de willekeur van de regering-Poetin. Met de moord op Anna Politkovskaja wordt opnieuw op tragische wijze duidelijk dat Rusland, als het om misdaden tegen kritische journalisten gaat, de tweede plaats inneemt, direct na Colombia.

Rusland staat momenteel op een tweesprong tussen kleine stappen in de richting van democratie en autoritaire structuren. Kritiek alleen is niet langer voldoende. Over energiebeleid en mensenrechten moet tegelijkertijd worden onderhandeld. Deze twee onderwerpen mogen niet tegen elkaar worden uitgespeeld. Volgens Poetin kunnen er voor continue energievoorziening geen betrouwbare garanties worden gegeven. Toch moeten we onze Europese normen en waarden blijvend garanderen.

 
  
MPphoto
 
 

  Kyriacos Trinataphyllides (GUE/NGL). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, ik wil stil blijven staan bij twee vraagstukken die tijdens de informele Top van Lahti aan de orde zijn gesteld. Het eerste vraagstuk betreft het innovatiebeleid dat volgens u, mijnheer Vanhanen, de bron zal zijn voor Europese ontwikkeling. Ik geloof echter niet dat wij daarbij aan hetzelfde innovatiebeleid denken, want u spreekt over het afbreken van de hinderpalen voor de grensoverschrijdende economische activiteiten en over het wegwerken van de concurrentievervalsende factoren.

Zouden wij onze aandacht niet moeten toespitsen op een sterker sociaal gekenmerkt ontwikkelingsmodel? U ziet trouwens ook dat de mening van de Europese burgers over de Unie op een laagtepunt is aanbeland. Is het niet hoog tijd dat er wordt nagedacht over een duurzame strategie voor het herstel van de geloofwaardigheid?

Het tweede vraagstuk betreft Cyprus. Ik heb enkel een vraag, mijnheer de fungerend voorzitter: hebt u een discussie gevoerd over de mogelijkheid dat Turkije ook in december nog weigert de Cyprische Republiek te erkennen en de havens en luchthavens open te stellen?

 
  
MPphoto
 
 

  Inese Vaidere (UEN). - (LV) Dames en heren, allereerst was de Top van Lahti een indicator voor de eenheid in het Europese beleid. Als we nu in staat zijn om met één stem te spreken over energie, is dat een stap op weg naar eensgezindheid over alle onderwerpen van buitenlands beleid. Ten tweede is het ook een indicator voor de vraag of en hoe we het beleid van Rusland kunnen beïnvloeden. Als Rusland met de Europese Unie over energie praat, weet het maar al te goed munt te slaan uit onze angsten, terwijl wij van onze kant vergeten dat Rusland ook belangen heeft. Het wil namelijk zijn energie met winst verkopen, een versoepeling van het visumsysteem verkrijgen en gebruik maken van alles wat de Europese beschaving te bieden heeft, als we dat zo kunnen zeggen. Die kaart moeten we uitspelen om vooruitgang te boeken op het terrein van de persvrijheid, de democratie, de mensenrechten en de gelijkheid op investeringsgebied. En dan is er ten derde ook nog het innovatiebeleid. Op dit moment wordt het potentieel van de nieuwe lidstaten niet volledig benut. Het Europees Instituut voor Technologie zou juist in een nieuwe lidstaat gevestigd moeten worden. De Letse stad Riga is, als centrum van technologie en milieubescherming in de Baltische staten, de meest geschikte locatie voor het Instituut. Dank u voor uw aandacht.

 
  
MPphoto
 
 

  Georgios Karatzaferis (IND/DEM). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, volgens mij gaan wij nog steeds de verkeerde kant uit. Waarom leggen wij het met Rusland aan? Ook op deze laatste Top is oorlog gevoerd tegen Rusland. Dat blijkt uit al het voorpaginanieuws. Amerika wil haar spelletje spelen en spant ons voor haar kar. Op die manier zetten wij Rusland er echter toe aan om een Chinees-Russische as te vormen, en dan komen wij klem te zitten tussen Amerika, Rusland en China. Waarom eigenlijk? Wat voor problemen hebben wij met Rusland? Vervallen wij soms in dezelfde historische fouten als tweehonderd jaar geleden? Waarom zouden wij ruzie zoeken met Rusland? Wat verdeelt ons?

Wat ik over de mensenrechten hoor, wel, laten wij onszelf nu niet voor de gek houden. Wij hebben de ogen gesloten voor Tsjetsjenië omdat wij wilden dat Rusland op zijn beurt de ogen sloot voor Israël en Palestina. Dat is koehandel. Kunnen wij een beleid voeren waarmee wij onder de vleugels van de Amerikanen heen kunnen kruipen? Ik hoorde iemand spreken over dwergen die Europa besturen. Wel, laten die dwergen, hoe klein ze ook mogen zijn, hun hoofd opheffen. Wij mogen ons niet door de Amerikanen op een pad laten zetten dat Europa alleen maar narigheid zal brengen. Laten wij dat wel beseffen.

 
  
MPphoto
 
 

  Philip Claeys (NI). - Voorzitter, de informele Top van Lahti heeft nogmaals de beperkingen van de Europese Unie op een pijnlijke manier blootgelegd. Men heeft President Poetin er niet toe kunnen bewegen om de energieovereenkomst te ondertekenen die een betere toegang tot Russische gas- en olievelden mogelijk moet maken. Ondernemingen uit de Europese Unie die in Rusland investeren, worden nog altijd geconfronteerd met grote rechtsonzekerheid, met name inzake de naleving en de afdwingbaarheid van contracten.

President Poetin is naar Lahti gekomen wetende dat de Europese Unie niet in staat zou zijn om als één man te spreken over de situatie van de mensenrechten in Rusland en over de houding van Rusland tegenover bijvoorbeeld Georgië. Het gebrek aan politieke eensgezindheid is blijkbaar even structureel als onze afhankelijkheid van Russische energiebronnen.

Mijnheer de Voorzitter, ik kan mij niet inbeelden dat er op de informele top niet over het onderhandelingsproces met Turkije is gepraat, gezien de weigering van Turkije om zich te schikken naar de geldende criteria, gezien de algemene verslechtering van de relaties met Turkije; een derde van de Turkse bevolking is evenwel nog voorstander van EU-toetreding. Ik zou graag van de Raad vernemen in hoeverre de lidstaten bereid zijn om nepoplossingen te aanvaarden, zoals het plaatsen van Cypriotische zeehavens onder controle van de Verenigde Naties.

 
  
MPphoto
 
 

  Margie Sudre (PPE-DE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de voorzitter van de Raad, mijnheer de voorzitter van de Commissie, dames en heren, ik zou de nadruk willen leggen op wat de burgers is bijgebleven van de informele Top van Lahti: het bezoek van de Russische president, op een moment van buitengewone spanning in de betrekkingen tussen Europa en Rusland, zowel op het terrein van de energiestrategie als op dat van de mensenrechten, na de moorden op Russische journalisten de afgelopen dagen.

Ik ben blij dat Europa de moed heeft opgevat om in Moskou onze vragen over de vrijheid van meningsuiting niet onder stoelen of banken te steken, ook al hebben we onze bewoordingen voor de camera's tamelijk diplomatiek gehouden. De Europese integratie is gegrondvest op de rechtsstaat en de inachtneming van de democratische waarden. We zijn het aan onszelf verplicht deze beginselen ook uit te dragen, zowel onder onszelf als onder onze partners. In tegenstelling tot wat de Russische president insinueerde, betekent dat niet dat Europa zichzelf volmaakt acht. Wij hebben absoluut onze gebreken, maar we hebben ook de plicht om duidelijk uiting te geven aan onze zorg en onze afkeuring ten aanzien van verontrustende misstanden. Europa is niet alleen maar een economische Gemeenschap.

Wat het energievraagstuk betreft, heeft de Russische president duidelijk aangegeven de principes van het Energiehandvest niet te verwerpen maar voorstander te zijn van een document waarin deze principes zijn overgenomen en tegelijk enkele bepalingen uit het handvest zijn gewijzigd. Daar draait mijns inziens alles om bij zowel het strategische partnerschap tussen de Europese Unie en Rusland, waarover binnenkort onderhandeld gaat worden, als de Europese energietop die president Chirac voor volgend jaar heeft voorgesteld.

Wat tot slot immigratie betreft, lopen de standpunten van beide partijen nog te zeer uiteen om snel het gemeenschappelijke beleid te kunnen vaststellen dat wij zo hard nodig hebben. Het lijkt er beslist op dat de lidstaten op dit terrein minder haast hebben bij voortgang dan de burgers, ofschoon deze voortgang nodig is om coherentie te brengen in de uiteenlopende nationale beleidsvormen binnen het Schengengebied, met name met betrekking tot illegale immigratie. In december zal het Fins voorzitterschap concrete conclusies moeten trekken over kwesties die tijdens deze informele top aan de orde zijn gekomen. Maar als de politieke wil bij de lidstaten ontbreekt, staat een voorzitterschap machteloos, alle huidige welwillendheid van Finland ten spijt.

 
  
MPphoto
 
 

  Riitta Myller (PSE). - (FI) Mijnheer de Voorzitter, de buitengewone Top van Lahti kan als een succes worden beschouwd. De Europese Unie had voor president Poetin een eensgezinde boodschap met betrekking tot het energiebeleid, de democratie en de mensenrechten. Dit debat mag echter slechts als een begin worden gezien. Zoals de voorzitter van de Sociaal-democratische Fractie in het Europees Parlement, de heer Schulz, zei, zijn er nu concrete daden nodig. Of er woorden in daden worden omgezet, zien wij binnenkort, wanneer wij gaan onderhandelen over de details van de overeenkomst tussen de Europese Unie en Rusland. Op de Top van Lahti was het belangrijk dat er mét Rusland en niet alleen óver Rusland werd gesproken.

Het was goed dat in de energiedebatten ook over de toekomst werd gesproken. Hoewel het erop lijkt dat op de korte termijn de energievoorziening het belangrijkste is, was het goed dat er ook aandacht werd besteed aan de toekomst. Gelukkig was dat nog overgebleven van het onderwerp innovatie op de agenda van Lahti.

Onze uitdagingen op het gebied van het energiebeleid en onze antwoorden op de toekomstige problemen liggen bij innovatie en bij de vraag hoe wij hernieuwbare energiebronnen kunnen exploiteren en technologie kunnen ontwikkelen om grote hoeveelheden energie te besparen. Wij moeten ervoor zorgen dat de CO2-uitstoot op de lange termijn met 60 à 80 procent wordt verminderd, en dit kan alleen gebeuren als wij als Europeanen daadwerkelijk de gemeenschappelijke wil tonen om te investeren in hernieuwbare energiebronnen en energiebesparing.

Ook het sociaal Europa kwam in Lahti aan bod, alleen niet op de agenda van de Top zelf, maar op die van een aparte arbeidsmarktvergadering. Werkgelegenheid en de verbetering ervan zijn zeer belangrijke elementen van het concurrentievermogen van de Europese Unie en moeten daarom op alle bijeenkomsten duidelijk zichtbaar zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Anneli Jäätteenmäki (ALDE). - (FI) Mijnheer de Voorzitter, Finland werd in de aanloop tot de informele EU-Top bekritiseerd wegens het feit dat het president Poetin voor de bijeenkomst had uitgenodigd. Het uitnodigen van Poetin was gerechtvaardigd, omdat de betrekkingen tussen de Europese Unie en Rusland een van de onderwerpen van de bijeenkomst was. Poetin was in Lahti een genode gast, maar geen eregast. De Finnen lieten het niet bij beleefdheden, maar spraken over de moord op Anna Politkovskaja, de mensenrechtensituatie in Rusland en de gebrekkige democratie aldaar. Sommigen vreesden van tevoren dat deze zaken niet aan de orde zouden worden gesteld.

De dialoog tussen de Europese Unie en Rusland is belangrijk. Finland droeg en draagt zijn verantwoordelijkheid voor de voortzetting ervan. De wederzijdse afhankelijkheid is goed voor Rusland en de Europese Unie, mits zij op de juiste manier wordt gebruikt. Europa heeft de Russische markt nodig, want Rusland is dichtbij en is een snel groeiende economische ruimte, maar Rusland heeft ook de Europese Unie nodig.

 
  
MPphoto
 
 

  Georgios Toussas (GUE/NGL). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, de informele Europese Raad markeert een intensivering van de internationale wedijver ten gevolge van niet alleen de gemeenschappelijke strategie van de Europese Unie maar ook de tegenstellingen tussen de lidstaten wat de controle over de energiebronnen en het energievervoer betreft, met alle narigheid van dien voor de volkeren.

De weg die de Raad bewandelt omvat activiteiten op drie niveaus: economisch, politiek en militair. Daarmee wil men het EU-kapitaal in staat stellen vaste voet aan wal te krijgen in Rusland en een strategische overeenkomst met Rusland in de wacht te slepen. Ook wil men daarmee echter een groter deel van de met de uitbuiting van de natuurlijke hulpbronnen in derde landen verkregen buit bemachtigen.

Uitgaande van de doctrine van continue energievoorziening wordt de Europese Investeringsbank gevraagd de derde landen nog sterker te chanteren en ze te dwingen zich neer te leggen bij de loodzware voorwaarden van de monopolies, om aldus de controle te verkrijgen op de energiebronnen.

De heer Solana heeft medegedeeld dat er in de komende twintig jaar 200 nieuwe kerninstallaties zullen worden gebouwd voor energieproductie. Het doel daarvan is de Europese Unie in staat te stellen het voortouw te nemen in de verkoop en uitbuiting van die installaties, maar ook het oligopolie in de sector van de uraniumverrijking te behouden. Daardoor worden de echte redenen onthuld die schuil gaan achter de agressiviteit van de imperialisten, die de controle….

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 
 

  Guntars Krasts (UEN). - (LV) Het streven van het Finse voorzitterschap naar continuïteit via de voortzetting van de discussies over de onderwerpen die vorig jaar door het Britse voorzitterschap waren aangesneden, valt te prijzen. Deze onderwerpen verdienen een serieus debat. Dit geldt des te meer daar er het afgelopen jaar weinig is bereikt op deze terreinen. De gast die bij deze gelegenheid is uitgenodigd, de president van Rusland, bewijst hoe serieus het voorzitterschap het vraagstuk van de continue energievoorziening neemt. Het was in alle opzichten een welkom initiatief, aangezien het de staatshoofden de gelegenheid heeft gegeven om niet alleen te luisteren naar de mening van de Russische leider over de kansen op ratificering van het Energiehandvest en de risico's voor Europese investeringen in de Russische energiesector, maar ook over de druk die Rusland uitoefent op Georgië en over de opvattingen van dat land op het gebied van de mensenrechten. Het was een nuttig voorschot op de voor de komende maand geplande top tussen de Europese Unie en Rusland. We mogen hopen dat dankzij deze ontmoeting de lidstaten van de Europese Unie zich er sterker bewust van zijn geworden dat de meest doeltreffende wijze om van Rusland een partner met belangstelling voor Europa te maken, is het land tegemoet te treden als een verenigd kartel van energieconsumenten. De huidige en toekomstige economie van Rusland is gebaseerd op de uitvoer van energie. Het spreekt vanzelf dat het optreden van het voorzitterschap en de Commissie moet worden beoordeeld op de mate waarin zij erin slagen een partnerschap tussen de lidstaten en eenheid in het buitenlands beleid van de Unie te bewerkstelligen. Dank u voor uw aandacht.

 
  
MPphoto
 
 

  Francisco José Millán Mon (PPE-DE). - (ES) Mijnheer de Voorzitter, ik ben blij dat er in Lahti aandacht is geschonken aan de immigratieproblematiek, maar ik vind het jammer dat de prioriteit bij andere onderwerpen lag.

Toen het Finse voorzitterschap in juni zijn programma aan ons voorlegde, heb ik ervoor gepleit om illegale immigratie als prioritaire kwestie te behandelen. Als we nu de balans opmaken van de afgelopen maanden, is er weinig reden tot optimisme. Wat er in de werkelijkheid gebeurt aan de kusten van de Canarische Eilanden, is bijzonder ernstig. Het Frontex-systeem en de solidariteit van de Europese bondgenoten in het algemeen waren ontoereikend, maar misschien ook is door eenzijdige acties een klimaat ontstaan dat niet optimaal was om medewerking van de bondgenoten te verkrijgen.

In een ruimte zonder binnengrenzen, zoals Schengen, is illegale immigratie een probleem dat iedereen aangaat. Op Europees niveau gaat het hierbij vooral om beslissen en uitvoeren. De ideeën en plannen zijn grotendeels al vastgelegd, bijvoorbeeld in de conclusies van de Europese Raad van Sevilla, in 2002, en die van Thessaloniki en Brussel, in 2003.

In die conclusies is het beginsel vastgelegd dat immigratie een plaats dient te krijgen in het buitenlands beleid van de Europese Unie, en dat we met derde landen moeten samenwerken op het gebied van de illegale immigratie. Er bestaat zelfs een mechanisme om het niveau van samenwerking met derde landen te bepalen, en verder zijn er ook evaluatiecriteria vastgesteld. Ik vind echter dat dit mechanisme te weinig en op bijzonder bureaucratische wijze gebruikt is.

Dames en heren, ik wil er verder nog op wijzen dat er in de Raad niet langer unanimiteit hoeft te bestaan als het gaat om besluiten over illegale immigratie, maar dat men deze problematiek in de jaren 2004 en 2005 steeds weer voor zich uit heeft geschoven, tot het moment waarop de hekken van Ceuta en Melilla werden aangevallen. De Unie mag niet reagerend optreden, als de gebeurtenissen al hebben plaatsgevonden, en zij mag de kwesties die zij aanvankelijk prioritair vond, vervolgens niet zo maar weer vergeten. We zijn nu al meer dan vijf jaar aan het onderhandelen over een terugname-overeenkomst met Marokko.

Mijnheer de Voorzitter, het mag toch niet zo zijn dat we pas serieus gaan nadenken over het terrorisme als er een 11 september plaatsvindt, over de energiecrisis als er een crisis uitbreekt tussen Rusland en Oekraïne en over illegale immigratie als er doden vallen bij de hekken van Ceuta en Melilla.

De Europese Unie zal worden beoordeeld op haar resultaten. Ik hoop dat die er zullen komen in de resterende maanden van het Finse voorzitterschap en op de Europese Raad van december, en ik hoop tevens dat er rekening zal worden gehouden met de vorderingen die gemaakt zijn op eerdere Europese Raden.

 
  
MPphoto
 
 

  Martine Roure (PSE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, het onderwerp immigratie had inderdaad meer aandacht moeten krijgen in Lahti. Mijns inziens hebben alle landen aan de grenzen van Europa, en met name de landen in het zuiden, daarom gevraagd. We maken ons grote zorgen, want het is duidelijk dat de lidstaten er nog altijd geen zin in hebben om een werkelijk gezamenlijk immigratiebeleid tot stand te brengen. Bovendien willen sommigen het immigratievraagstuk vanuit een louter repressieve invalshoek benaderen. Me dunkt dat de nood in de eerste plaats humanitair is. We moeten te velde trekken tegen de uitbuiting van immigranten door netwerken die er enkel opuit zijn de arbeidskosten te drukken en het arbeidsrecht en de regels inzake sociale bescherming te omzeilen.

Gisteren hadden we in het Europees Parlement een leerzame hoorzitting, waardoor wij konden vaststellen dat op Europese bodem immigranten als slaven worden beschouwd. Ze worden flink onderbetaald, gedwongen tot buitengewoon zware werktijden en gehuisvest onder afschuwelijke omstandigheden. Ze worden mishandeld. Sommigen hebben zelfs ernstige lichamelijke mishandelingen ondergaan. Omdat Spanje geconfronteerd werd met deze onaanvaardbare leefomstandigheden en met mensen in een rechteloze situatie, heeft het besloten tot massale regularisatie van alle mensen die op zijn grondgebied werken. Daarom wil ik bij deze Spanje complimenteren met zijn enorme moed. Massale regularisatie is geen oplossing en mag het ook niet zijn, maar in dit geval kon Spanje niet anders handelen. Het moest gewoon gebeuren.

Nu is het aan ons allen om er in onze eigen landen buitengewoon goed op toe te zien dat alle werkende immigranten ook rechten hebben en net zo worden behandeld als alle andere werknemers. De geloofwaardigheid van de Unie en haar waarden staat daarbij op het spel. Als we echt doeltreffend willen zijn op het gebied van immigratie, moeten de lidstaten eindelijk instemmen met samenwerking en een echt beleid gaan voeren voor legale immigratie en bovenal een echt beleid voor ontwikkelingssamenwerking, een beleid dat zo dicht mogelijk bij de plaatselijke bevolking staat. Daarbij moet zij ervoor waken met dit beleid alleen dictators te verrijken en corruptie in de hand te werken.

 
  
MPphoto
 
 

  Henrik Lax (ALDE). - (SV) President Vladimir Poetin, wij zijn bezorgd over de ontwikkeling in Rusland. Uw commentaren over Georgië tijdens de topontmoeting maken deze bezorgdheid er niet minder op.

Velen van ons in de EU willen graag een succesvol Rusland zien, als uitbreiding van een wereld die is gebaseerd op democratie en rechtvaardigheid. Wij willen dat u degenen onder ons helpt die u, Russen, het beste toewensen, maar dat doet u niet. U wilt dat wij u een gemeenschappelijk vrijhandelsgebied in het vooruitzicht stellen en dat we werken aan vrij verkeer.

Hoe moeten wij dat echter doen, mijnheer Poetin, als u uw spierballen toont aan het kleine Georgië? Hoe moeten wij dat doen als u de grensovereenkomsten met Estland en Letland niet heeft goedgekeurd? Hoe moeten wij dat doen als u het werk van Anna Politkovskaja bagatelliseert? Onze samenwerking moet gebaseerd zijn op gemeenschappelijke waarden en spelregels, maar nu na de topontmoeting voelt het helaas aan alsof we verder van elkaar zijn dan daarvoor.

 
  
MPphoto
 
 

  Herbert Reul (PPE-DE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, waarde collega’s, in Lahti is een belangrijke stap gezet in het energiebeleid, maar een mijlpaal was het mijns inziens niet. Misschien doen we er sowieso beter aan in de Europese politiek niet altijd met grote woorden te smijten. Vervolgens stellen we de mensen namelijk teleur omdat we onze plannen niet waarmaken. Ik vind de opmerking van Commissievoorzitter Barroso om realiseerbare projecten te formuleren en deze stuk voor stuk te implementeren, veel verstandiger.

Voor continue energievoorziening is een belangrijke stap gezet. Het vraagstuk van de continue energievoorziening is namelijk bovenop de agenda van het energiebeleid geplaatst. Ik hoop dat dit ertoe zal bijdragen dat we in dit Parlement het onderwerp energiebeleid niet langer alleen vanuit het oogpunt van het klimaatbeleid bespreken.

Continue energievoorziening heeft een hoge prioriteit. Sinds de ontwikkelingen in Oekraïne, toen duidelijk werd dat Rusland en president Poetin het energiebeleid als politiek middel inzetten, zijn we kennelijk eindelijk bereid om ons intensiever met deze kwestie bezig te houden, en dat is in Lahti wel gebleken. Het blijft niet bij woorden. Blijkbaar is er ook in Rusland iets veranderd. Als wij Poetin serieus willen nemen - en dat moeten we wel - moeten wij ons met deze standpunten bezighouden. Overigens geldt ook voor ons dat we serieuzer worden genomen als we gemeenschappelijk optreden. Lahti was een succes in de zin dat we met één stem hebben gesproken. Nu moeten we proberen Europa bevoegdheden op het gebied van het energiebeleid te geven. Daarnaast moeten we bij de aanpak van concrete problemen consequenter optreden.

Continue energievoorziening heeft te maken met het buitenlandse beleid, maar ook met het stimuleren van de bedrijfstakken die zich hiermee bezighouden. We moeten beter nagaan of we met de regelingen, verordeningen en controles daadwerkelijk zorgen voor zekerheid in de energievoorziening, of veeleer voor onzekerheid. Degenen die voor ons onderhandelen en degenen die wereldwijd inkopen, moeten investeren, en bedrijven zijn alleen bereid te investeren als ze weten waar ze aan toe zijn.

Last but not least, moeten we ons ook richten op diversificatie van de energievoorziening. Het zou dom zijn om kernenergie uit te sluiten. We zouden de energievoorziening daarmee een slechte dienst bewijzen.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Sándor Tabajdi (PSE). - (HU) De Top van Lahti was een daverend succes, hetgeen bewijst dat de werkelijke kracht van de Unie gelegen is in haar eenheid. Als deze Top niet was gehouden, zou de Russische president zijn toon jegens sommige lidstaten niet hebben gematigd. Ik wil onze Finse collega's dan ook feliciteren. Er zijn heel wat landen die een puntje kunnen zuigen aan de Finse diplomatie, die altijd in staat is geweest om de dialoog met Rusland gaande te houden, zelfs in de meeste moeizame perioden.

Natuurlijk bestaat er een wederzijdse maar asymmetrische afhankelijkheidsrelatie tussen de Europese Unie en Rusland op het vlak van de energievoorziening. Wij, in de EU, zijn als importerende landen het meest afhankelijk, maar ook de Russische afhankelijkheid moet in aanmerking worden genomen. Het is ons streven onze afhankelijkheid van de Russische energiebronnen terug te brengen. Voor de meeste lidstaten, waaronder Hongarije, is er op de middellange termijn echter geen realistisch alternatief. En voor wat hernieuwbare energiebronnen betreft, mijnheer Barroso, ontbeert de Europese Commissie iedere realistische visie.

We hebben terecht kritiek op de rechtsstaat in Rusland. Maar kunnen we wel over rechtsstaat spreken, mijnheer Barroso, als er geen rechtszekerheid is binnen de Europese Commissie? Als de Unie gedurende de maïsoogst de interventieregels voor maïs wijzigt? Dit is in strijd met de rechtsstaat en de rechtszekerheid. Wij hebben terecht kritiek op Rusland, maar ook wij moeten de beginselen van de rechtsstaat in acht nemen. Mijn felicitaties voor de Top, maar ik verzoek de heer Barroso om stappen te ondernemen, want anders zal Hongarije naar het Europees Hof van Justitie stappen. Dit is namelijk in strijd met de rechtsstaat en de rechtszekerheid. Laten wij de heer Poetin en de democraten in Rusland het goede voorbeeld geven!

 
  
MPphoto
 
 

  Šarūnas Birutis (ALDE). - (LT) Ik ben blij te kunnen vaststellen dat dankzij de Top van Lahti Europa eindelijk zijn krachten bundelt, zich solidair betoont en zich ferm opstelt in de dialoog met Rusland over energie en democratie. Eindelijk zien we dat er iets concreets wordt gedaan met de woorden dat de energiesector een vast bestanddeel is van het buitenlands beleid.

In de discussie over veiligheid en transparantie in de energiesector kreeg hetgeen met de Druzhba-oliepijplijn gebeurde, toen Rusland de oliekraan dichtdraaide, eerder de vorm van een politiek dan een technisch ongeluk. Moskou uitte zijn ongenoegen over het feit dat het Litouwse bedrijf Mažeikių Nafta aan het Poolse PKN Orlen was verkocht, in plaats van aan een Russische onderneming.

Dat Europa tijdens de Top met Rusland zo duidelijk heeft gezegd dat de regels moeten worden nageleefd in de energiesector, is een geweldige prestatie. Ik kan niet ontkennen dat ik bewondering heb voor de gewijzigde standpunten van Finland, Frankrijk en vooral Duitsland. Ik hoop dat hiermee een einde is gekomen aan de politiek van Schröder.

Het huidige standpunt van beleidsvormers als onze Commissievoorzitter, de heer Barroso, en mevrouw Merkel geeft hoop op een verenigd Europa met een gemeenschappelijk energiebeleid en een gemeenschappelijke toekomst.

 
  
MPphoto
 
 

  Jacek Protasiewicz (PPE-DE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, de berichtgeving over de Top van Lahti stond volledig in het teken van wat premier Vanhanen een "openhartig gesprek met de Russische president" heeft genoemd. Ik wil echter de aandacht vestigen op een ander belangrijk thema dat op deze Top is besproken, namelijk innovatie en technologische vooruitgang. Ik sluit me volledig aan bij het standpunt van voorzitter Barroso. Hij is van mening dat de burgers de Europese Unie meer zullen gaan waarderen en respecteren als de Unie zich sterker concentreert op praktische zaken en op aangelegenheden die de burgers na aan het hart liggen.

Het initiatief van voorzitter Barroso tot oprichting van een Europees Instituut voor Technologie is hier een perfect voorbeeld van. Het is een concrete maatregel die wellicht positief onthaald zal worden door de Europese burgers. Het was misschien toeval, maar in zekere zin is het toch zeer symbolisch dat het geplande Instituut uitgerekend in Finland werd goedgekeurd, het meest innovatieve land van de Gemeenschap. Het is echter eveneens van wezenlijk belang dat de nieuwe EU-lidstaten bij de ontwikkeling van moderne, baanbrekende technologieën worden betrokken, aangezien de investeringen in innovatie in de eerder genoemde landen op dit moment nog veel te laag zijn. Dankzij de door de Commissie voorgestelde structuur voor het Europees Instituut voor Technologie - een centraal bestuurde kern omgeven door een netwerk van kennis- en innovatiegemeenschappen verspreid over de hele Europese Unie - kunnen ook academische instellingen uit Centraal- en Oost-Europa bij de activiteiten van het Instituut worden betrokken.

De begroting en het vinden van de nodige financiële middelen spelen een cruciale rol in het debat over de verdere plannen voor het Europees Instituut voor Technologie. Ik stel vast dat men in mijn land, Polen, bereid is om middelen uit de structuurfondsen aan te wenden voor de oprichting van het Instituut. Op die manier wil de Poolse regering proberen de doelstellingen op het vlak van regionale ontwikkeling aan de moderne uitdagingen te koppelen. Ik denk hierbij in eerste instantie aan investeringen in kennis en in de ontwikkeling van een op moderne technologieën gebaseerde economie. In samenwerking met de regionale en lokale overheden draagt de Poolse overheid de stad Wrocław voor als zetel voor de raad van bestuur van het nieuwe Europees Instituut voor Technologie. De Poolse regering stelt Wrocław eveneens voor als een van de belangrijke wetenschappelijke onderzoekscentra. Ik ben er ten stelligste van overtuigd dat de stad Wrocław zich hiertoe uitstekend leent. Wrocław en de omliggende regio bieden niet enkel een bruisende en innovatieve academische omgeving, met meer dan honderdduizend getalenteerde en ambitieuze jonge studenten, maar kunnen ook prat gaan op de talrijke nieuwe investeringen in industriële ontwikkeling.

 
  
MPphoto
 
 

  Stavros Lambrinidis (PSE). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, vandaag worden wij verondersteld over de resultaten van Lahti te spreken.

Over welke resultaten echter? Wat energie en de betrekkingen met Rusland betreft, zeiden de premiers dat zij aandringen op de eerbiediging van de grondrechten door Rusland. Daarna namen zij hun woorden echter terug en lieten zij uitkomen dat realpolitik de enige weg is om aan de energiebehoeften van de Unie te voldoen. En tot slot slaagden zij erin Rusland zover te krijgen dat het hun de rug toedraaide, zowel bij de energievraagstukken als bij hun humanitaire eisen.

Wat het grote vraagstuk van de immigratie betreft waren de resultaten nog teleurstellender. Wij moeten, zeiden de premiers, onze aandacht toespitsen op een betere grensbewaking. Prima! Maar waarom hebben zij dan de begroting voor Frontex verminderd? Nog belangrijker is echter dat zij, zolang zij immigratie als een verschijnsel zien dat door de politie onderdrukt moet worden, onze toekomst ondermijnen. Om het hoofd te bieden aan illegale immigratie en aan de onmenselijke mensenhandel is eerst en vooral een kader nodig voor legale immigratie: zij maken echter alsmaar ruzie en weigeren dat kader vast te stellen. Er is ook behoefte aan een serieus buitenlands beleid en een beleid voor economische ontwikkeling en vrede: zij zijn niet bij machte dat uit te stippelen. En tot slot is ook een dapper beleid van integratie en gelijke behandeling van immigranten nodig: ook dat weigeren op te stellen.

 
  
MPphoto
 
 

  Alexander Lambsdorff (ALDE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, we hebben een partnerschap met Rusland nodig, en het zou mooi zijn als we gemeenschappelijke normen en waarden hadden. Maar hoe ziet de werkelijkheid eruit? In Rusland is de “verticale macht” tot in de puntjes georganiseerd, is de Doema gedomesticeerd, worden gouverneurs niet gekozen maar benoemd, is de persvrijheid beknot en worden niet-gouvernementele organisaties, evenals politieke stichtingen voor democratie en mensenrechten, steeds sterker gedwarsboomd in hun werk. In zoverre is een waardegemeenschap met de Russische regering op dit moment niet mogelijk; misschien wel met het volk, maar dat was niet aanwezig in Lahti.

Daarom heeft, premier Vanhanen, voorzitter Barroso gelijk als hij zegt: laten we het eerst eens worden over bepaalde principes voor stabiele relaties: transparantie, rechtszekerheid, nationale behandeling, wederkerigheid bij openstelling van de markt en markttoegang. Op basis daarvan kunnen we dan een partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst sluiten en tegelijkertijd hopen en ernaar streven dat we ergens in de toekomst ook een strategisch partnerschap met Rusland kunnen opbouwen dat is gebaseerd op gemeenschappelijke waarden.

Overigens ben ik van mening dat we dit debat in Brussel zouden moeten voeren en niet in Straatsburg.

 
  
MPphoto
 
 

  Piia-Noora Kauppi (PPE-DE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, de Top van Lahti was ongetwijfeld een succes voor de EU. Na uitgebreide besprekingen over concurrentievermogen en innovatie, is met Rusland een opbouwende dialoog gevoerd, terwijl ook de kwestie van de mensenrechten aan de orde is gekomen. Onze staats- en regeringsleiders hebben zich eensgezind getoond en onze gemeenschappelijke waarden weergegeven. Als vice-voorzitter van de EVP zei de heer Michel Barnier enkele weken geleden in Lyon dat niemand van ons als nationaal politicus kan deelnemen aan besluitvorming over wereldwijde zaken. Dat is zonder meer waar en ook van toepassing op de betrekkingen tussen de EU en Rusland.

De vrijheid van meningsuiting wordt ernstig bedreigd in Rusland. In een zeer recent onderzoek van Journalisten zonder grenzen - waarin veel lidstaten van de EU de bovenste plaatsen bezetten - stond Rusland van 168 landen op nummer 147.

Ik ben het zelden eens met de Voorzitter van het Parlement, de heer Borrell Fontelles, maar ik moet zeggen dat hij tegenover president Poetin terecht sterk de nadruk heeft gelegd op de kwestie van de mensenrechten en de democratie in Rusland. We moeten een duidelijk standpunt innemen over de mensenrechten, ongeacht onze gesprekspartner.

Een onafhankelijk, doelmatig onderzoek naar de moord op journaliste Anna Politkovskaya, om de vileine daders op te sporen en te veroordelen, zal moeten uitwijzen hoe het is gesteld met de vrijheid en de rechtsstaat in Rusland en met de betrekkingen van het land met de EU. De democratische wereld kan niet werkloos toezien wanneer de vrijheid wordt bedreigd en de sterkste voorvechters van de vrijheid worden neergeschoten.

Als we nu niets doen, laat de vrijheid misschien nog dertig jaar op zich wachten, zoals de Hongaren is overkomen toen het Westen hun niet kordaat genoeg ondersteunde in hun verzet vijftig jaar geleden. Samenwerking met Rusland voor praktische aangelegenheden is belangrijk, maar er is niets belangrijker dan de voortgang die Rusland maakt op de weg naar vrijheid en eerbiediging van de mensenrechten.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Zingaretti (PSE). - (IT) Mijnheer de Voorzitter, geachte collega’s, als men met China over handelszaken, met de Verenigde Staten over landbouw en met Rusland over energie spreekt, of als men optreedt in crises zoals in Libanon of meer in het algemeen in het Midden-Oosten, stelt zich telkens weer hetzelfde probleem: geen enkel Europees land kan een dergelijke klus in zijn eentje klaren, geen enkel Europees land kan in zijn eentje weerstand bieden en doelstellingen en ambities verwezenlijken. Daarom stelt zich ook bij het energievraagstuk en bij het vraagstuk van de betrekkingen met Rusland en met zijn steeds zorgwekkendere leiding steeds weer hetzelfde probleem: Europa moet eendrachtig zijn en met één stem spreken.

De Top van Lahti, heeft, zoals collega Goebbels al zei, een virtueel resultaat opgeleverd en daarom moeten wij nu de hand aan de ploeg slaan. Daarvoor hebben wij een gezaghebbende en moedige Commissie nodig, een Commissie die de landen van hun nationale egoïsme weet af te brengen en die namens allen weet te spreken. Daarvoor hebben wij een Parlement nodig dat de meest gezaghebbende voorvechter van de communautaire belangen weet te zijn, en een Raad en regeringen die inzien dat interdependentie de sleutel is om meer gewicht in de schaal te leggen.

Er zijn wat dat betreft signalen en voorbeelden. Een daarvan is de keuze die de Italiaanse regering heeft gemaakt. Italië is met ingang van januari lid van de Veiligheidsraad van de VN en heeft onmiddellijk gezegd zijn zetel in dienst te willen stellen van Europa. Dit is een concrete daad, een voorbeeld van de bijdrage die een lid van de Raad kan leveren.

 
  
MPphoto
 
 

  Nikolaos Vakalis (PPE-DE). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, wat Lahti betreft wil ik de aandacht vestigen op het voorstel betreffende het Europees Instituut voor Technologie (EIT).

De eerste boodschappen van de kant van de Raad zijn, evenals die van het Parlement positief. Ik wilde u, mijnheer Vanhanen en mijnheer Barroso, er echter op wijzen dat er een nieuw en innovatief instrument nodig is waarin onderwijs, onderzoek en innovatie op succesvolle wijze met elkaar worden gecombineerd tot een drieluik. Wij hebben een locomotief nodig die onderzoek kan omzetten in innovatieve producten en diensten. Wij zitten echter niet te wachten op een instituut dat de eeuwenlange universitaire traditie van Europa ontwricht. Dat instituut moet deze traditie veeleer respecteren en optimaal gebruiken. Daarom is het zo belangrijk dat wij de mening vernemen van de universiteiten, de onderzoekcentra en het bedrijfsleven voordat wij besluiten nemen over dit nieuwe instituut.

Heel veel instanties hebben hun mening al gegeven. Op het eerste gezicht lijken de boodschappen die wij van hen krijgen op belangrijke punten soms tegenstrijdig te zijn. Mijns inziens zijn zij echter geen uiting van onwrikbare standpunten maar eerder van twijfels. Daarom is het heel belangrijk dat wij heel veel tijd uittrekken om met alle partners een welgemeend overleg te voeren in een geest van samenwerking.

Tijdens de eerste behandeling van de ontwerpverordening zijn heel wat vragen gerezen over cruciale kwesties. Bijvoorbeeld: hoe zullen wij zorgen voor een duurzame financiering van het EIT? Hoe zullen wij particulieren ervan overtuigen geld te investeren in iets dat ze tot nu toe niet hebben gekend? Hoe zullen wil zorgen voor een daadwerkelijke deelneming van de universiteiten? Hoe zullen wij de universiteiten ervan overtuigen dan het EIT hun activiteiten niet zal dwarsbomen of afzwakken? Hoe zullen wij hen ervan overtuigen dat de onderzoeksactiviteiten niet zullen worden versplinterd, waardoor ze een averechtse uitwerking zouden hebben?

Wij moeten al deze ‘details’, mijnheer de Voorzitter, verduidelijken. Daarvan zal namelijk het succes van heel de zaak afhangen en niet van het algemene idee, dat algemeen aanvaard wordt.

 
  
MPphoto
 
 

  Andres Tarand (PSE). - (ET) De heer Barroso heeft vandaag in zijn toespraak gezegd dat de kwestie Georgië is besproken. Maar we weten allemaal dat er tussen bespreken en bespreken een hele wereld ligt.

Op een persconferentie in Lahti vorige week vrijdag kwamen we er allemaal tot onze verrassing achter dat er niets aan de hand is tussen Georgië en Rusland, maar dat er in plaats daarvan een conflict is tussen Georgië aan de ene kant en Abchazië en Ossetië aan de andere kant. Volgens president Poetin nadert de situatie het punt waarop er bloed wordt vergoten.

Vorige maand heeft Poetin het Westen echter meegedeeld dat als Kosovo zich van Servië afscheidt, ook Ossetië, Abchazië en Transnistrië zich definitief zullen afscheiden. Aangezien dit geen eilandstaten zijn, betekent afscheiding hier in de praktijk inlijving in Rusland. Dat is een forse herziening van de Akkoorden van Helsinki van 1975.

Mijnheer de Voorzitter, we weten dat het conflict tussen Rusland en Georgië niet over een provocatie van de zijde van Georgië gaat, maar over wat in feite een opnieuw ontwaken van het Russische imperium is, dat is gebaseerd op aan de ene kant het aanmoedigen van het Russische nationalisme en aan de andere kant het gebruik van energieleveranties voor de restauratie van het imperium. De oliepijpleiding Baku-Tbilisi-Ceyhan is in dit verband ook niet onbelangrijk.

Ik roep de instellingen van de Europese Unie op om Georgië met wat fermere hand te verdedigen dan…

(Spreker wordt onderbroken door de Voorzitter)

 
  
MPphoto
 
 

  Josef Zieleniec (PPE-DE). - (CS) Tot mijn ontzetting stel ik vast dat de Top van Lahti een gemiste kans is geweest voor de energiekwestie, wat betreft zowel de betrekkingen van de EU met Rusland als de onderlinge verstandhouding van de lidstaten. Onder druk van de media hebben Europese politici laten weten oog te hebben voor het belang van een eensluidend standpunt over energie. Ik vrees evenwel dat we nog geen echte eenheid en afstemming hebben bereikt op het gebied van energiezaken.

Dat blijkt uit het feit dat sommige EU-lidstaten hun onderhandelingen over hun continue energievoorziening liever bilateraal voeren dan namens de hele EU. Met nadruk zij gesteld dat de energiekwestie gevolgen heeft op milieu-, economisch en bovenal geostrategisch gebied. Europa is afhankelijk van externe energiebronnen. Dit onvermogen om onze belangen en benaderingen onderling af te stemmen verzwakt onze onderhandelingspositie op de mondiale energiemarkt, vergroot onze kwetsbaarheid en heeft een sterk ondermijnend effect op ons gezag als Europeanen op het vlak van het buitenlandse beleid. Het beperkt ook ons vermogen om wereldwijd onze waarden van democratie, rechtsstatelijkheid en markttransparantie te bevorderen.

Ik wil daarom de Raad en de Commissie oproepen praktische maatregelen te nemen, opdat er een Europees energiebeleid wordt geformuleerd en uitgevoerd. Dat is een potentiële oplossing en zou de weg kunnen bereiden voor een gemeenschappelijk Europees energiebeleid. Een dergelijk beleid zou onze energiedoelen kunnen vaststellen en maatregelen kunnen formuleren om die doelen te bereiken. Ook zou het kunnen voorzien in een duidelijk mechanisme voor gezamenlijke besluitvorming over energieprojecten en voor communicatie binnen en buiten de EU, waardoor onze solidariteit op energiegebied versterkt zou worden. Het gaat hier immers om onze toekomst binnen een gemondialiseerde wereld en ons vermogen om stabiliteit en welvaart op ons continent te waarborgen.

Ik geloof stellig dat de energiekwestie een belangrijke test is voor het vermogen van de EU om doelmatig op te treden.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Poignant (PSE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, in Finland heeft Voorzitter Borrell de mensenrechten verdedigd, hetgeen hem tot eer strekt. Voorzitter Barroso verdedigde de rechten van Europa op energiegebied. Dat is zijn plicht. President Chirac, als staatshoofd en regeringsleider, verdedigde de gasconsumenten in zijn land. Dat lijkt me normaal. Maar het zorgt wel voor enige gewetensnood in Europa, zoals ook het geval zou zijn geweest als het olie uit Saoedi-Arabië, Iran of een of ander Afrikaans land had betroffen.

Voor mij gaat het er niet om of het geoorloofd is om gas te kopen van de duivel. Er zal gas worden gekocht. De vraag is veeleer hoe we buiten het gas van de duivel kunnen. De komende jaren - en voor wat u betreft, mijnheer Vanhanen, de komende maanden - denk ik dat onafhankelijkheid het leidende principe moet zijn. Over een jaar of tien, twintig, moeten olie en gas voor onze onafhankelijkheid zijn wat kolen en staal voor onze vrede waren.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Rihards Pīks (PPE-DE). - (LV) Dank u wel, mijnheer de Voorzitter, mijnheer Vanhanen en mijnheer Barroso. Allereerst wil ik het Finse voorzitterschap bedanken voor het organiseren van deze Top, aangezien een informele top een goed platform is om moeilijke kwesties te bespreken. Daarnaast denk ik dat we onze eensgezinde opstelling, op energiegebied tenminste, te danken hebben aan de standvastigheid en het initiatief van de heer Vanhanen. Ik zou echter twee onderwerpen onder uw aandacht willen brengen. In de eerste plaats vind ik dat de bepalingen in het Energiehandvest absoluut moeten worden opgenomen in de nieuwe partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en Rusland. Dit is des te belangrijker daar de heer Poetin het een strategische overeenkomst noemde. Maar wat moeten wijzelf doen? De ongelukkige ervaring van mijn land leert dat Rusland er nooit voor is teruggeschrokken om geweld te gebruiken en druk uit te oefenen als het daar de kans toe had. Daarom denk ik dat wij bovenal harder moeten werken aan de totstandbrenging van een verenigd gas- en elektriciteitsnetwerk in de Europese Unie. In de tweede plaats moeten wij meer doen op het gebied van alternatieve energiebronnen, en ten derde moeten we werken aan programma’s voor energiebesparing. Wat dat betreft sluit ik mij aan bij de heer Schulz, die hier eerder al een zeer bevlogen betoog over afstak. Er was nog een kwestie die tijdens de persconferentie ter sprake kwam. De heer Poetin zei namelijk in antwoord op een vraag dat de kwestie met betrekking tot Abchazië, Georgië en Zuid-Ossetië hun eigen zaak was. Dat is op zijn zachtst gezegd een cynische uitspraak. Wij weten maar al te goed dat het Russische leger ook in Transnistrië zit, dat Rusland wapens heeft geleverd en dat de leiders in al die enclaves officieren zijn van officiële Russische organisaties. Mij dunkt dat Europa een initiatief zou moeten nemen …

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 
 

  Matti Vanhanen, fungerend voorzitter van de Raad. - (FI) Mijnheer de voorzitter, allereerst wil ik u bedanken voor dit debat, dat heeft aangetoond dat ook het Parlement zeer eensgezind is over de hoofdlijnen en het volledig eens is met de standpunten van de Europese Raad en de Commissie. Ik denk daarom dat de Europese Unie gemakkelijk een basisstrategie zal kunnen vinden voor het extern beleid op energiegebied.

Wij moeten beseffen dat wij op het niveau van de Europese Raad pas afgelopen maart, tijdens een diner op een Top tijdens het Oostenrijkse voorzitterschap, het debat over de externe betrekkingen op energiegebied zijn begonnen. Wij kwamen toen tot de conclusie dat ook de Europese Unie een extern beleid op energiegebied nodig heeft. Finland kreeg als volgend voorzittend land de taak om samen met de Commissie dit extern beleid op energiegebied vorm te geven, en dat doen wij.

De Commissie heeft een uitstekend document opgesteld voor de Top van Lahti en tijdens de lunch aldaar hebben wij zo'n drie uur besteed aan het bespreken van het beleid. Dit debat was zo grondig dat voorzitter Barroso en ik 's avonds namens de hele groep konden spreken in onze ontmoeting met president Poetin. In de komende maanden zullen wij dit extern beleid op energiegebied definiëren als communautaire strategie, niet alleen met betrekking tot Rusland, maar met betrekking tot al onze partners en alle derde landen.

In vrij veel interventies werd benadrukt dat de Top van Lahti een stap, of een eerste stap was in de goede richting. Dat zie ik ook zo. Ik ben het ook eens met de eis dat wij in de praktijk aantonen ook tot daden in staat te zijn. De volgende belangrijke fase zal zijn wanneer de Raad in de komende weken overeenstemming moet bereiken over het mandaat op basis waarvan de Europese Unie met Rusland gaat onderhandelen over de toekomstige partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst, of welke naam deze nieuwe overeenkomst ook moge krijgen. Op de Top tussen de Europese Unie en Rusland in november moeten wij een consensus bereiken en een besluit nemen over de opening van de onderhandelingen. In dit verband was de Top van Lahti een oefening. De boodschap van de Top van Lahti aan president Poetin was echter ook dat wij op de Top van november, waar voorzitter Barroso, Hoge Vertegenwoordiger Solana en ik de Europese Unie vertegenwoordigen, namens de hele Europese Unie zullen spreken. Dit debat hier in het Parlement heeft hieraan krachtige steun gegeven. Wij kunnen zeggen dat alle communautaire instellingen in dit opzicht één front vormen.

Wij zijn van elkaar afhankelijk. Door wederkerigheid moeten wij er voor zorgen dat beide partijen van deze afhankelijkheid kunnen profiteren. Zoals hier al vele malen is gezegd, moet afhankelijkheid ook op gemeenschappelijke waarden zijn gebaseerd. Dit is een duidelijk doel en een duidelijk beleid van de Europese Unie. Wanneer wij echter over samenwerking met Rusland spreken, moeten wij Rusland of de Russen niet als monsters afschilderen. Zij willen samenwerken, zij willen hun levensstandaard en welvaart verbeteren en zij willen met ons samenwerken. Dit was ook de krachtige boodschap van president Poetin. Hij benadrukte dat Rusland en de Russen in feite afhankelijker zijn van Europa dan Europa van Rusland. Zij hebben vooral behoefte aan samenwerking op zeer veel technologische gebieden om hun eigen ontwikkelingswerk te kunnen verbeteren, en wij moeten ook hiertoe bereid zijn.

Wat investeringen betreft wil ik iedereen erop wijzen dat Europese ondernemingen al vele tientallen miljarden euro's in de Russische energiesector hebben geïnvesteerd. Sommige grote investeringsprojecten zijn niet voltooid, sommige ondernemingen hebben problemen met de Russische overheid en sommige hebben hun projecten vrij gemakkelijk kunnen uitvoeren. Daarom zijn er gemeenschappelijke spelregels nodig, regels die voor iedereen dezelfde zijn. Ook moeten de regels voor Russische ondernemingen met betrekking tot Europa dezelfde zijn.

Ik wil u voor dit debat en uw reacties bedanken. In december zullen wij met concrete besluiten op veel van deze onderwerpen terugkomen en dan zullen wij ook beslist terugkomen op de immigratiekwesties die hier in een aantal toespraken aan de orde zijn gesteld. Bij de immigratievraagstukken - of het nu om legale of illegale immigratie gaat - hebben wij onderlinge solidariteit en een gemeenschappelijk beleid nodig, en daar zullen wij beslist op terugkomen.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Barroso, voorzitter van de Commissie. - (FR) Mijnheer de Voorzitter, fungerend voorzitter Vanhanen, dames en heren, ik denk dat zo goed als alles wel gezegd is. Met uw welnemen wil ik kort ingaan op enkele punten die tijdens het debat aan de orde zijn gesteld.

Allereerst heeft de Europese Raad - zoals premier Vanhanen al aan het einde van de Top van Lahti zei - groen licht gegeven - geen oranje maar groen licht - voor het initiatief van het Europees Instituut voor Technologie. Daarom hebben we ook al een wetgevingsvoorstel gepresenteerd, dat door de Raad en het Parlement zal worden behandeld en dat onder andere ook het door u genoemd financieringsvraagstuk bevat. Onze insteek is dat er financiële middelen moeten komen van de kant van de communautaire instellingen, maar ook van de kant van de lidstaten die het initiatief willen ondersteunen. Voor hen is dat een manier om de doelstellingen van Lissabon op het gebied van innovatie en onderzoek te verwezenlijken. Daarnaast verwachten wij ook bijdragen uit de particuliere sector. Wat dat betreft kan ik uitgaande van onze informele contacten zeggen dat er in de particuliere sector grote belangstelling is voor het financieren van bepaalde acties van dit Instituut, wat ook niet meer dan normaal is, aangezien dezelfde ideeën in veel van onze lidstaten leven. Er zijn publiek-private partnerschappen, en als de lidstaten private investeringen kunnen aantrekken voor hun initiatieven op onderzoeksgebied, waarom zouden wij dat dan niet kunnen op Europees niveau? Ik zeg dit omdat volgens ons de steun voor onderzoek een Europese dimensie moet krijgen.

Het voornaamste verschil tussen de Verenigde Staten en Europa op het gebied van onderzoek is dat er in de VS instellingen of netwerken bestaan die het hele grondgebied beslaan, zoals de bij sommigen onder u bekende National Science Foundation, of het National Institute for Health. In Europa hadden wij tot nu toe zo goed als niets vergelijkbaars. Natuurlijk zijn er in een aantal van onze landen grote instituten, grote universiteiten, maar wij zijn nu pas overgaan tot de oprichting van de Europese Onderzoeksraad, die een essentiële instelling is voor de tenuitvoerlegging van het zevende kaderprogramma voor onderzoek, en tot de oprichting van het Europees Instituut voor Technologie dat juist is gebaseerd op het idee van netwerken om een Europese impuls, een Europees perspectief te kunnen geven aan de op uitmuntendheid gebaseerde inspanningen op het vlak van innovatie, onderzoek en onderwijs. Het is dan ook een groots project en ik bedank iedereen die ervoor gepleit heeft.

We hebben gevraagd om de strijd tegen klimaatverandering en de voortrekkersrol van Europa op het terrein van hernieuwbare, milieuvriendelijke energiebronnen uit te roepen tot de topprioriteiten van dit Instituut. Ik denk dat we in dat opzicht een speciale missie hebben, en ik wil mijn opmerkingen met name richten tot degenen die zich daarover bezorgd hebben betoond, zoals de heer Turmes.

Het lijdt geen twijfel dat het energie hét vraagstuk van de toekomst wordt, niet alleen vanuit economisch maar ook vanuit politiek oogpunt. Ik ben het eens met de opmerking van de heer Poignant, waarin hij een parallel trekt met de situatie in de kolen- en staalsector. Ik beschouw energie namelijk als een sterk argument voor een federatieve benadering. Dat is ook de reden waarom we een paar maanden geleden een Groenboek over duurzame energie hebben gepresenteerd, en we waren zeer ingenomen met de steun van de Europese Raad voor het idee van een gemeenschappelijke benadering op energiegebied. Mijnheer Poignant, wij werken dus precies in die richting.

Deze benadering is van groot belang als we kijken naar onze verantwoordelijkheden ten aanzien van onze aarde en van de toekomstige generaties. De klimaatverandering is misschien wel de grootste uitdaging van de eenentwintigste eeuw. Ze is echter ook vanuit economisch oogpunt van groot belang, en wij moeten dan ook de mogelijkheid behouden om first movers te zijn en het voortouw te nemen in de strijd tegen klimaatverandering. En ze is eveneens van groot belang als blijk van solidariteit, vooral met het oog op het uitgebreide Europa. Ze biedt ons namelijk de gelegenheid om te laten zien dat solidariteit tastbaar kan zijn.

Ik denk daarom dat we hier te maken hebben met iets heel ambitieus, en ik kan u, en met name de heer Turmes, verzekeren dat dit de instelling is waarmee we werken aan het energiepakket dat in januari zal worden gepresenteerd. U heeft daar overigens al een eerste teken van kunnen zien in het onlangs door ons ingediende voorstel inzake energie-efficiëntie. Zoals premier Vanhanen al zei, heeft de Raad van Lahti de weg gebaand voor de formele besluiten op energiegebied die wij op de Voorjaarsraad, onder Duits voorzitterschap, hopen te bereiken.

Ter afronding wil ik nog zeggen dat ik de ambitie, soms zelfs het ongeduld, van de heren Goebbels, Swoboda en Schulz en vele anderen deel. Onze rol op dit moment is om - zoals de heer Goebbels het zei - de droom waar te maken. Dat is absoluut onze rol, maar zoals al gebleken is in Hampton Court, biedt een informele Raad ons de gelegenheid om het debat te verdiepen en standpunten te verstevigen. In dat opzicht kan ik u oprecht zeggen dat de Raad van Lahti vooruitgang heeft opgeleverd. Het was zeker moeilijk, met name vanwege de steeds complexere betrekkingen met Rusland, maar ook op dat vlak had ik de indruk - en de aanwezigheid van de heer Poetin heeft daartoe bijgedragen - dat er vooruitgang werd geboekt. Ik had de indruk dat de staatshoofden en regeringsleiders inzagen dat het noodzakelijk is een lijn te trekken en ons solidair op te stellen. Daarom hoop ik dat nu, met de waakzame steun van het Europees Parlement, de voorwaarden aanwezig zijn om onder Fins voorzitterschap en daarna vooruitgang te boeken op deze zo belangrijke terreinen als energie en innovatie, en om ook ons project van een sterker eengemaakt Europa vooruit te helpen.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. - Het debat is gesloten.

Schriftelijke verklaringen (artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  Richard Corbett (PSE). - (EN) Het wist dat de leden van de UKIP lijden onder een gebrek aan realiteitszin, maar toch ben ik stomverbaasd over wat de heer Godfrey Bloom zojuist heeft gezegd. Hij lijkt namelijk te beweren dat Groot-Brittannië kan voorzien in zijn eigen energiebehoeften en niet met andere landen hoeft samen te werken of zelfs maar te praten. Hij zegt dat het "levensbloed" van Groot-Brittannië uit handen van "buitenlanders" moet blijven, maar hoe denkt hij te bereiken dat we het zonder energie van buiten kunnen stellen? In elk geval niet met duurzame bronnen, want die doet hij af als "onzinnig", omdat volgens hem windparken "absurd" zijn en "geen enkele wetenschapper van naam" zou beweren dat hernieuwbare energie in belangrijke mate kan voorzien in de energievraag van Groot-Brittannië.

Dus geen energie van buiten, geen duurzame bronnen, slinkende gas- en olievoorraden in de Noordzee, kernenergie die, voor zover we ermee doorgaan, maar een klein deel van de benodigde stroom kan leveren, plus nogal beperkte mogelijkheden tot uitbreiding van kolengebruik: als we de UKIP moeten geloven, wacht Groot-Brittannië zo te horen een niet door buitenlandse handen bezoedelde, maar duistere toekomst!

 
  
MPphoto
 
 

  Pedro Guerreiro (GUE/NGL). - (PT) Achter de schermen van deze Top zijn bepaalde krachten aan het overleggen hoe ze het proces voor het alsnog opleggen van dit onaanvaardbare verdrag - abusievelijk en onheus de "Grondwet voor Europa" genoemd - weer kunnen opstarten, zonder rekening te houden met de soevereine en democratische beslissingen van het Franse en het Nederlandse volk.

Deze kwalijke ideeën beginnen nu ook in de hogere echelons weerklank te krijgen. Kijk maar eens naar de opmerkingen van António Vitorino, leider van de PS, "die nu" – zo wordt ons medegedeeld – "voor de Commissie werkt". Volgens Vitorino rust op het Portugees voorzitterschap van de Raad gedurende de tweede helft van 2007 "de zware verantwoordelijkheid om de eerste stappen te nemen bij het uitvoeren van het (zogenaamde) Grondwetswijzigingsprogramma". Het Portugees voorzitterschap moet fungeren als "lanceerplatform voor de nieuwe (zogenaamde) Europese Grondwet". Het zal dit door het Duits voorzitterschap opgestelde "programma" moeten implementeren; het is aan het Frans Voorzitterschap om dat programma in de tweede helft van 2008 af te ronden.

De Europese Unie staat voor kapitalistische - neoliberale, federalistische en militaristische - integratie, en de zogenaamde "Grondwet voor Europa" zal die integratie in juridisch en politiek opzicht versterken. Het is de bedoeling nu een grote sprong voorwaarts maken, maar men zal daarbij, niettegenstaande alle propaganda, mystificatie en demagogie, stuiten op de eensgezinde afwijzing van al degenen die strijden voor een Europa van gelijkwaardige en soevereine staten, gebaseerd op sociale vooruitgang, samenwerking en vrede.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, een paar opmerkingen over de Europese Top in Lahti.

Eerste opmerking: terwijl ons continent overspoeld wordt door een ongekende golf van illegale immigratie, hebben de staatshoofden en regeringsleiders het niet nodig geacht meer dan een half uurtje aan dit probleem te besteden. Er valt op dit terrein niets, maar dan ook helemaal niets te verwachten van de Europese Unie, en het is hoog tijd dat officieel wordt vastgelegd dat iedere vorm van immigratiebeleid alleen maar nationaal kan zijn en iedere samenwerking op dit punt intergouvernementeel.

Tweede opmerking: de heer Poetin heeft het volste recht een zekere soevereiniteit te bewaren over de energierijkdommen van zijn land en om te weigeren deze, in naam van een liberalisme dat hij niet deelt, te verkwanselen aan de hongerige oliemultinationals. Wat de mensenrechten betreft - waarvan de inachtneming een voorwaarde zou moeten zijn voor de betrekkingen van de EU met de rest van de wereld - zou de grootspraak hierover aan geloofwaardigheid winnen als deze niet zo selectief was en ook op een land als China werd gericht.

Tot slot wachten wij nog altijd op de veroordeling door de Raad van de Turkse autoriteiten, die geprobeerd hebben om de verwijdering te forceren van een Cypriotische collega uit een delegatie van Europese afgevaardigden. Het wordt hoe langer hoe onaanvaardbaarder om toetredingsonderhandelingen te voeren met een land dat weigert om alle lidstaten te erkennen.

 
  
  

(In afwachting van de plechtige vergadering wordt de vergadering om 12.00 uur onderbroken en om 12.05 uur hervat)

 
  
  

VOORZITTER: JOSEP BORRELL FONTELLES
Voorzitter

 
Juridische mededeling - Privacybeleid