Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B6-0588/2006

Debatten :

PV 15/11/2006 - 11
CRE 15/11/2006 - 11

Stemmingen :

PV 16/11/2006 - 6.2
CRE 16/11/2006 - 6.2
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :


Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 15 november 2006 - Straatsburg Uitgave PB

11. Situatie in Gaza (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. – Aan de orde zijn de verklaringen van de Raad en de Commissie over de situatie in Gaza.

 
  
MPphoto
 
 

  Paula Lehtomäki, fungerend voorzitter van de Raad. – (FI) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, de Europese Unie maakt zich ernstige zorgen over het geweld in Gaza in de afgelopen weken. Bij een militaire actie door Israël stierven op 8 november in Beit Hanoun verscheidene mensen en in een noodlottig artillerievuur vonden bijna twintig Palestijnen, waaronder vrouwen en kinderen, de dood toen zij het gebied wilden verlaten. Bovendien raakten verscheidene mensen gewond. De militaire actie veroorzaakte ook schade aan de infrastructuur van de stad. De Europese Unie betreurt ten zeerste de doden en gewonden als gevolg van dit geweld.

Tegelijkertijd gaan de Palestijnen door met het ongericht afvuren van Qassam-raketten op Israël, onder andere op de steden Ashkelon en Sderot. Deze aanvallen hebben nu ook geresulteerd in een dodelijk slachtoffer, een aantal gewonden en materiële schade. De Europese Unie heeft de Palestijnse leiders opgeroepen er alles aan te doen om een eind te maken aan deze aanvallen.

De Europese Unie kan het gebruik van geweld niet accepteren. Elk land heeft het recht zichzelf te verdedigen, maar dat geeft een land nog niet het recht op het gebruik van onredelijk veel geweld of op acties zoals in Beit Hanoun. Israël moet de omvang van zijn acties aanpassen aan de situatie. Het moet zich aan het internationaal humanitair recht houden. Veiligheid heeft niet alleen betrekking op één partij, maar op alle mensen in het Midden-Oosten. De Europese Unie eist van Israël dat het zijn militaire actie in Gaza stopt.

De Europese Unie heeft ook een beroep gedaan op de Palestijnse leiders om een eind te maken aan de raketaanvallen die het hele najaar in verschillende mate zijn doorgegaan. Het doel van de aanvallen is waarschijnlijk het vergroten van angst en onzekerheid, wat natuurlijk fout is ten opzichte van de burgerbevolking. De Israëliërs zouden niet langer meer moeten leven in een sfeer van voortdurende angst en hebben ook recht op vrede. De Palestijnen moeten stoppen met het gebruik van geweld voor politieke doeleinden.

De neergaande spiraal van geweld dreigt de mogelijkheden teniet te doen om het vredesproces in het Midden-Oosten te hervatten. Gebeurtenissen zoals hiervoor beschreven hebben alleen maar tot gevolg dat de partijen zich afkeren van de beschikbare mogelijkheden, juist nu een vredesproces noodzakelijk is om te onderhandelen over het tot stand brengen van een tweestatenmodel. Het doel is nog steeds de creatie van een levensvatbare Palestijnse staat, een staat die vreedzaam naast Israël leeft. De Europese Unie hoopt dat de gebeurtenissen in Beit Hanoun de partijen en de internationale gemeenschap niet ontmoedigen en hen er niet van weerhouden te zoeken naar duurzame en rechtvaardige vrede.

De Europese Unie hoopt ook dat de aanvallen op Beit Hanoun de Palestijnen niet ontmoedigen het streven naar onderlinge harmonie voort te zetten en een regering van nationale eenheid te vormen die aan de voorwaarden van het Kwartet kan voldoen. De hele internationale gemeenschap heeft een serieuze partij als partner nodig. De Palestijnen hebben recht op een regering die de belangen van alle burgers behartigt.

Tegelijkertijd is de humanitaire situatie onder de Palestijnen een grote zorg voor de Europese Unie. De economische en humanitaire situatie in de Palestijnse gebieden is onhoudbaar. De situatie zou aanzienlijk worden verbeterd als Israël de grensposten bij Rafah en Karni open zou houden en de Palestijnse mobiliteit zou verbeteren. Bovendien heeft de Europese Unie Israël opgeroepen de douanetarieven en belastinginkomsten die zij hebben geïnd en die van de Palestijnen zijn als inkomsten te beschouwen. Dit zou de economische situatie van de Palestijnen aanzienlijk verlichten.

De Europese Unie heeft zelf ook geprobeerd de Palestijnen te helpen. Al met al is dit jaar via verschillende kanalen meer dan 650 miljoen euro aan hulp gegeven, wat ongeveer 25 procent meer is dan vorig jaar. Het tijdelijk internationaal mechanisme is een goed functionerend instrument om de Palestijnen te steunen en wij hopen dat ook Israël en de andere partijen hiervan gebruik kunnen maken.

De situatie in het Midden-Oosten belooft dus weinig goeds in het licht van de afgelopen dagen, maar ondanks dit moeten wij in een betere toekomst blijven geloven. De Europese Unie doet al het mogelijke om het vredesproces te steunen.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Wallström, vicevoorzitter van de Commissie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, dank u dat u mij heeft uitgenodigd op deze symbolische datum, 15 november, de nationale dag van Palestina, om het woord te voeren over de situatie in Gaza.

Het escalerende geweld in Gaza mondde onlangs, op 8 november, uit op de aanval door de Israëlische verdedigingstroepen op Beit Hanoun, met als gevolg achttien dodelijke slachtoffers onder de Palestijnse burgers. In een reactie verklaarde mijn collega commissaris Ferrero-Waldner dat zij diep geschokt was door deze gebeurtenis. Onze gedachten gaan nu in het bijzonder uit naar de familie Uthamina – zes vrouwen en acht kinderen uit deze familie kwamen om het leven terwijl ze lagen te slapen – en naar alle onschuldige Palestijnen en Israëli’s die zijn omgekomen in deze geweldsspiraal.

Na de aanval riep commissaris Ferrero-Waldner alle partijen op een einde te maken aan het geweld en de dialoog een kans te geven. Palestijnse facties moeten ermee ophouden Israëlisch grondgebied te bestoken met raketten. Hoewel wij het recht van Israël zichzelf te verdedigen erkennen, mag dit recht niet ten koste gaan van onschuldige levens.

De aanval op Beit Hanoun is de laatste van een reeks invallen in de Gazastrook, die begonnen is op 28 juni. Door militaire operaties is, vooral in Gaza, vitale infrastructuur beschadigd – met inbegrip van de energiecentrale, belangrijke wegen en bruggen, en regeringsgebouwen – en zijn bijna driehonderd Palestijnen, waarvan het merendeel burgers, om het leven gekomen. De Commissie heeft als reactie daarop haar bijstand geïntensiveerd om tegemoet te komen aan de toegenomen behoefte aan noodhulp en humanitaire hulp.

In juni 2006 hebben we het startsein gegeven voor het tijdelijk internationaal mechanisme, dat als kanaal fungeert voor de begrotingsmiddelen van de lidstaten en de Europese Gemeenschap die bedoeld zijn om de sociaaleconomische crisis in de Palestijnse gebieden te helpen verlichten. Dankzij dit tijdelijk internationaal mechanisme konden elementaire voorzieningen worden gerealiseerd voor 1,3 miljoen inwoners van de Gazastrook, evenals sociale uitkeringen voor 100 000 kwetsbare Palestijnen. De actieradius van deze operatie wordt nu uitgebreid tot 150 000 mensen.

Via ECHO heeft de Commissie 84 miljoen euro gereserveerd voor hulp aan kwetsbare Palestijnse huishoudens in de vorm van voedselverstrekking, watervoorziening en -zuivering, gezondheidszorg en sociale bescherming. De Europese Commissie zorgt ook voor voedselhulp ter waarde van 26 miljoen euro. Via de VN-organisatie voor hulp aan Palestijnse vluchtelingen, UNRWA, worden subsidies voor voedsel en contant geld doorgesluisd naar Palestijnse vluchtelingen die als bijzonder hulpbehoevend geregistreerd staan, terwijl via het Wereldvoedselprogramma van de VN voedselpakketten worden verspreid onder niet-vluchtelingen.

De Commissie is ook een belangrijke donor van UNRWA. In 2006 hebben wij 64 miljoen euro bijgedragen aan het algemeen fonds van de organisatie, die diensten voor Palestijnse vluchtelingen beheert op het gebied van de volksgezondheid, onderwijs en andere sociale zaken. In Gaza vormen deze diensten de enige stabiele factor in een instabiele omgeving.

Onze inspanningen kunnen de humanitaire crisis verlichten voor de Palestijnen. Dit neemt echter niet weg dat de diepere oorzaak ervan, namelijk dat er geen uitzicht is op een vreedzame oplossing voor Israëli’s en Palestijnen, met spoed moet worden aangepakt. Het is dringend noodzakelijk dat er weer een alomvattend vredesproces met een helder politiek perspectief in gang wordt gezet.

Het proces van verzoening tussen Palestijnen onderling dient een kans te krijgen. We moeten president Abbas aanmoedigen zijn pogingen voort te zetten om een regering van nationale eenheid te vormen, met een politiek programma dat de zogeheten ‘Kwartet-beginselen’ weerspiegelt, te weten geweldloosheid, erkenning van internationale overeenkomsten en erkenning van Israël als staat, en dat op korte termijn besprekingen mogelijk maakt.

Om die reden heeft de Raad Algemene Zaken en Buitenlandse Betrekkingen, die maandag bijeenkwam, zich positief uitgesproken over het voorstel van de Commissie om de Palestijnen aanvullende steun te bieden zodra er een regering van nationale eenheid is gevormd. Om die steun voor het eind van dit jaar te kunnen geven, zullen we onze toevlucht moeten nemen tot de reserve voor noodhulp en toestemming moeten krijgen van de begrotingsautoriteit. De Commissie rekent in dit verband op de steun van het Europees Parlement.

Parallel aan de EU-bijstand dient Israël de honderden miljoenen dollars aan belasting- en douane-inkomsten vrij te geven, die het namens de Palestijnse Autoriteit geïnd heeft en die het sinds maart ingehouden heeft als reactie op de vorming van de door Hamas geleide regering.

Laten wij allen de handen ineenslaan, zodat we volgend jaar op de nationale dag van Palestina kunnen vieren dat er vooruitgang is geboekt op de weg naar een democratische, levensvatbare en soevereine Palestijnse staat.

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Gert Poettering, namens de PPE-DE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de fungerend voorzitter van de Raad, mevrouw de vicevoorzitter van de Commissie, dames en heren, de situatie in het Midden-Oosten is verontrustend, gevaarlijk en tragisch tegelijk. Verontrustend, omdat de conflicten al tientallen jaren duren en het einde nog niet in zicht is; gevaarlijk, omdat spanningen tussen beide partijen voortdurend escaleren en omdat de invloed van externe machten – zoals Syrië en Iran – steeds verder toeneemt, en ten slotte tragisch, omdat gewone mensen, met name veel kinderen, tot de slachtoffers behoren.

Zoals wij tegen alle partijen in het Midden-Oosten zeggen: er zal geen militaire oplossing komen – vrede moet tot stand worden gebracht door middel van dialoog en onderhandelingen. Wij zeggen eveneens dat een beleid van ‘oog om oog, tand om tand’ uitgesloten is, omdat de situatie daardoor alleen nog verder zal escaleren. Iedere partij zal immers nog heviger reageren op aanvallen van de tegenpartij. Deze vicieuze cirkel van geweld moet worden doorbroken. Daar dringen wij zowel bij Israëlische als bij Palestijnse zijde op aan.

Het standpunt van de Fractie van de Europese Volkspartij (Christen-democraten) en Europese Democraten is helder. Wij willen een Israëlische staat met veilige grenzen, maar wij willen ook een Palestijnse staat met veilige grenzen. De waardigheid van een Israëli is dezelfde waardigheid als van een Palestijn en wij mogen niet met twee maten meten. Wij willen een Libanese staat die onafhankelijk en democratisch is. Iedereen die het bestaansrecht van een van deze staten – een Israëlische en een Libanese staat zijn er al, een Palestijnse staat moet er komen – in twijfel trekt, brengt daarmee niet alleen blijvende schade toe aan de vrede in deze regio, maar mogelijk ook aan de wereldvrede, zoals de situatie er nu uitziet.

De Europese Unie en andere partijen moeten nu een bijdrage aan vrede leveren. Mijns inziens is de Europese Unie bijzonder blij dat ze een bijdrage aan vrede kan leveren door in deze regio troepen te stationeren, hoewel wij er de voorkeur aan gegeven zouden hebben een Europese strijdmacht te sturen in plaats van nationale troepen van de afzonderlijke lidstaten. Dit is echter een kwestie waarbij de Europese Unie er in de toekomst over moet gaan nadenken hoe wij hier daadwerkelijk een Europese bijdrage kunnen leveren. Desalniettemin is het al een vooruitgang dat daar troepen zijn gestationeerd. Nu moet echter de ontwikkeling worden voortgezet dat wij een daadwerkelijk pan-Europese – ook militaire – bijdrage leveren.

Het is nu de beurt aan de politici; hun belangrijkste kwaliteiten zijn vertrouwen en geloofwaardigheid. Als er iets bekritiseerd moet worden, dan moeten wij dat doen, los van het feit of de Israëliërs of de Palestijnen verantwoordelijk zijn. Met betrekking tot besluiten van de Veiligheidsraad – en ik zeg dit als iemand die zeer pro-Amerikaans is – mag het niet zo zijn dat het veto van de Verenigde Staten alle kritiek of veroordelingen van Israël verhindert.

(Applaus)

Ik wil hier in alle ernst opmerken dat wij op die manier geen geloofwaardigheid creëren en met name geen vertrouwen bij alle betrokken partijen scheppen. Mijns inziens liggen de kansen van de Europese Unie in haar geloofwaardigheid ten aanzien van deze kwestie, omdat wij het bestaansrecht van zowel de Israëlische als de Palestijnse staat erkennen en willen dat er vrede komt in Libanon.

Als Israël met het bloedbad in Beit Hanoun – dat het gevolg zou zijn van een technische fout – deze afschuwelijke gevolgen zou hebben veroorzaakt, dan is een verontschuldiging alleen niet voldoende. Dan moet het zijn beleid in de toekomst zodanig vormgeven dat het niet voortdurend reageert op basis van het principe ‘oog om oog, tand om tand’.

(Applaus)

Ik heb zojuist het bericht ontvangen dat vandaag ten gevolge van Qassam-raketten een vrouw is gedood en bij een lijfwacht van een minister beide benen zijn afgerukt. Hier moet een einde aan komen. Daar moeten wij bij beide kanten op aandringen, en daarbij moeten wij geloofwaardig zijn. Europa mag niet de andere kant op kijken, maar moet verantwoordelijkheid nemen!

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Martin Schulz, namens de PSE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, dit is niet het eerste debat dat het Europees Parlement over de situatie in Gaza voert, en het zal waarschijnlijk ook niet het laatste zijn. Dit is echter wel het eerste debat waarin het Parlement een standpunt lijkt te vormen dat een verandering teweeg zal brengen in de verhouding tussen de Europese Unie en een van onze partnerlanden, namelijk Israël.

Uit de opmerkingen van de heer Poettering blijkt, dat we een fractieoverschrijdend debat moeten voeren over de vraag welk standpunt de Europese Unie moet innemen ten aanzien van deze ontwikkeling en in het bijzonder wat betreft de rol van Israël en de Israëlische regering bij de ontwikkeling in deze regio.

Ik koester geen hoge verwachtingen van terroristische organisaties. Wat kunnen wij daar immers van verwachten? Het antwoord is terreur, minachting voor de menselijkheid, het onbeschrijflijke leed, dat deze criminelen in de wereld hebben gebracht en nog dagelijks brengen – daar heeft de heer Poettering zojuist een voorbeeld van gegeven. Welke verwachtingen kan een rechtsgemeenschap als de Europese Unie van zulke mensen hebben? Het antwoord is geen. Dat zijn geen geschikte partners voor ons. In die mensen mogen en kunnen wij niet onze hoop stellen als het erom gaat vrede tot stand te brengen.

Wij moeten echter verwachtingen koesteren van een democratische rechtsstaat. Israël, dat prachtige land, dat is ontstaan als antwoord op het dieptepunt van de geschiedenis van de mensheid, heeft recht op onze volledige solidariteit in deze regio. Iedereen die deze staat ook maar probeert te bedreigen of het bestaansrecht ervan in twijfel trekt, zal op tegenstand van alle Europeanen stuiten. Onze solidariteit met Israël kent geen grenzen!

Israël is echter een democratische rechtsstaat en moet derhalve openstaan voor vragen. Het moet mogelijk zijn om aan een democratie die is gebaseerd op dezelfde fundamentele waarden als onze democratie, de vraag te stellen hoe een voorval zoals in Beit Hanoun kan worden omschreven als een technische fout. Ik verwacht dat in een democratische rechtsstaat degenen die verantwoordelijk zijn voor deze ‘technische fout’ ter verantwoording worden geroepen voor hetgeen ze hebben aangericht!

(Applaus)

Helaas werd het zomerreces van het Europees Parlement onderbroken door een technische fout zoals in Qana. Tot op de dag van vandaag vraag ik mij af wie daarvoor verantwoordelijk was.

Als er collaterale schade is bij de ontwikkeling van de regio, dan moet Israël ervoor zorgen dat de rechtscultuur van het land daar niet bij hoort. Uiteraard moet Israël zich verdedigen, dat ook kunnen doen, en moeten wij het land helpen. Wat in Libanon gebeurt, is in het belang van de veiligheid van Israël. Wat Europa wil om ervoor te zorgen dat er een stabiele Palestijnse staat is, is in het belang van de veiligheid van Israël. Al onze inspanningen – van financiële, diplomatieke dan wel militaire aard – zijn in het belang van de veiligheid van Israël. De Europese Unie, een rechtsgemeenschap, kan echter niet accepteren dat rechteloosheid wordt beantwoord met rechteloosheid. Dat is onaanvaardbaar!

Het is eveneens onaanvaardbaar dat wij zwijgen, als een partij die burgers op basis van hun etnische afkomst beoordeelt, zoals de partij van de heer Liebermann doet, in de regering komt van een staat als Israël. Dat is onacceptabel!

(Applaus)

Het is het soevereine recht van de Israëlische burgers om een dergelijke partij te kiezen, maar het is eveneens het soevereine recht van de afgevaardigden van het Europees Parlement om een dergelijke politiek te veroordelen. Geen enkele sociaaldemocraat waar ook ter wereld heeft iets gemeen met de heer Liebermann.

De enige mogelijkheid tot een oplossing in deze regio is het afzweren van geweld. Alleen de dialoog biedt soelaas. De partijen moeten proberen verder te kijken dan al het geweld en alle pijnlijke ervaringen, en ze moeten proberen met elkaar te praten. Er zijn goede pogingen ondernomen: denk aan de inspanningen van Yitzhak Rabin, die opperbevelhebber van de Israëlische strijdkrachten was, maar tegelijkertijd wist dat de dialoog de enige mogelijkheid was om oorlogen en conflicten te overwinnen.

Dialoog is geen garantie voor succes, maar zonder dialoog maakt vrede nooit ergens een kans. Dat is zeker. Daarom verwachten wij met name van Israël dat het de prioriteit geeft aan de politieke dialoog, niet aan een verdere militarisering.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Graham Watson, namens de ALDE-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, we hebben de afgelopen maanden zó vaak gedebatteerd over het Midden-Oosten dat ik de tel ben kwijtgeraakt, maar één ding weet ik wel: sinds het debat dat wij in september hebben gevoerd zijn er honderdvijftig Palestijnen omgekomen in Gaza, zeventig daarvan alleen al in de afgelopen week. De monsterlijke aanval op Beit Hanoun, waarbij achttien Palestijnse burgers om het leven kwamen, valt te verdedigen noch uit te leggen.

In een geweldsspiraal waarin sprake is van gewapende agressie door beide partijen is het vaak moeilijk te zeggen wat een aanval is en wat vergelding, maar wat mij betreft lijdt het geen enkele twijfel dat David Grossman gelijk had toen hij vorige week zei dat de leiders van Israël zich gedragen als regelrechte schurken.

Mijn collega de heer Davies was onlangs in Gaza. Net als anderen bericht hij dat Gaza een gevangenis is geworden, waarbij dagelijks melding wordt gemaakt van wederrechtelijke executies, ontwrichte en ellendige levens en buitenproportionele vergelding – vooral sinds operatie Summer Rains. In twee jaar hebben Qassam-raketten veertien dodelijke slachtoffers onder burgers gemaakt. De Israëlische verdedigingstroepen hebben in de afgelopen maand 126 dodelijke slachtoffers gemaakt, waarvan er 63 niet betrokken waren bij gevechten.

De tijd is op. We kunnen niet langer wachten. De internationale gemeenschap mag niet blijven veroordelen en ondertussen het oplossen van de situatie uitstellen. Dat is een rampzalige strategie die het handelen aan anderen overlaat. We moeten de besprekingen en onderhandelingen weer op de rails zetten. We mogen geen tijd verliezen en zo snel mogelijk internationale en militaire waarnemers naar Gaza sturen. We moeten de betrokkenheid van het Kwartet versterken, en ik hoop dat de Verenigde Staten zich sterker zullen laten gelden door, bij wijze van testcase voor een nieuw multilateralisme, hulp te bieden bij de onderhandelingen.

De Palestijnen moeten inzien dat ze de erkenning waarnaar ze streven nooit zullen krijgen door terreur te zaaien en de Israëli’s moeten inzien dat ze de erkenning die ze krijgen, kwijtraken door onophoudelijk het internationale recht aan hun laars te lappen en buitenproportionele militaire maatregelen te treffen tegen burgerdoelen.

Tijdens de herdenkingsdienst voor Yitzhak Rabin sprak de heer Grossman van een land dat in de ban is van waanzin, onbeschaafdheid, geweld en racisme, van een staat die zijn krediet verspeelt, die zijn eigen volk, en dan vooral zijn jongeren, verkwist. Datzelfde Israël zette onlangs bulldozers van het leger in om de graven te vernietigen van Britse soldaten die in 1917 in Gaza waren gesneuveld en stuurde op 31 oktober gevechtsvliegtuigen van het type F-15 af op Franse soldaten die deel uitmaakten van UNIFIL, de interim vredesmacht van de Verenigde Naties in Libanon. Hoeveel vijanden willen de Israëli’s hebben? Hoelang denken ze zich nog staande te kunnen houden in een onopgeloste conflictsituatie?

Het is tijd dat redelijke mensen van beide kanten bij elkaar komen, om als het kan het proces van Genève nieuw leven in te blazen, en het is tijd dat de Europese Unie alles doet wat in haar vermogen ligt om dat proces te bevorderen, aan te moedigen en te steunen.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Hélène Flautre, namens de Verts/ALE-Fractie. – (FR) Mijnheer de Voorzitter, ik ben twee weken geleden met de heer Davies, mevrouw Morgantini en andere leden in Gaza geweest, op de dag waarop het Israëlische leger begon met de belegering van Beit Hanoun: dat was het begin van een campagne van buitengerechtelijke terechtstellingen, slachtpartijen en de vernietiging van het eigendom van burgers. Israël, de bezettingsmacht in de Palestijnse gebieden, schendt keer op keer de mensenrechten en het internationale recht, en blijft volkomen straffeloos.

Israël gebruikt excessief en blind geweld tegen burgers en civiele doelen, vernietigt installaties voor de water- en stroomvoorziening, blaast openbare gebouwen op, beperkt de bewegingsvrijheid, met alle gevolgen van dien voor de volksgezondheid, de voedselvoorziening, het gezinsleven en de geestelijke gezondheid van het Palestijnse volk. Dat is een buitensporige collectieve straf, en daarmee een even buitensporige schending van de vierde Conventie van Genève.

Er kan natuurlijk geen enkel excuus bestaan voor het permanent afvuren van Qassam-raketten op Israël, maar niets kan rechtvaardigen dat een draconische straf wordt opgelegd aan een heel volk, wat Israël nu doet. Daarom moet de Europese Unie stoppen met haar steun voor het beleid van Israël.

We moeten vooral onze volledige verantwoordelijkheid op ons nemen in verband met het toezicht op de grenspost bij Rafah, we mogen ons niet meer zomaar neerleggen bij de wensen van de Israëlische regering. De Unie moet alle instrumenten gebruiken waarover ze door de associatieovereenkomst beschikt, met name de clausule inzake de mensenrechten. Op die manier kunnen we garanderen dat de schendingen van de mensenrechten en het humanitaire recht niet ongestraft blijven. We moeten eisen dat de Israëli’s de belastingen terugbetalen die ze zonder een wettelijke basis hebben geïnd. We moeten de dialoog met de toekomstige regering van nationale eenheid zo snel mogelijk weer op gang brengen en de directe steun aan de Palestijnse instellingen hervatten.

Tot slot moeten de Europese Unie en de lidstaten alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat het oordeel van het Internationaal Hof van Justitie over de illegale bouw van de muur wordt gerespecteerd. We moeten zo snel mogelijk een vergadering beleggen van de Associatieraad EU-Israël. Wanneer er geen einde komt aan de schendingen van de regels, moeten we overwegen om de overeenkomst te herzien.

Bovendien moet de Europese Unie een actieve rol spelen bij het beleggen van een internationale conferentie voor de vrede in de regio.

 
  
MPphoto
 
 

  Luisa Morgantini, namens de GUE/NGL-Fractie. – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren. “Waarom blijven de politieke leiders steeds weer de standpunten van de radicalen weerspiegelen en niet die van de meerderheid van het electoraat? Hoe is dat zo ontstaan? Hoe kan het dat we tegenwoordig aan de zijlijn staan toe te kijken, alsof we gehypnotiseerd zijn, hoe een vloedgolf van waanzin, wreedheid, geweld en racisme ons land overspoelt? […] Het ontbreekt ons politieke en militaire bestuur aan inhoud. [Beste meneer Olmert,] kijkt u voor één keer eens echt naar de Palestijnen, niet door de loop van een geweer of van achter de gesloten hekken van een uitkijkpost: u zult dan een volk zien dat net zo geteisterd is als het onze, verslagen, onderdrukt en zonder hoop. Wellicht daarom heeft de meerderheid van ons onverschillig gereageerd op de zware slag die aan de democratie is toegebracht door de ministeriële aanstelling van Avigdor Liebermann, een potentiële pyromaan die tot hoofd van de overheidsdiensten is aangesteld en verantwoordelijk is voor het blussen van branden.”

Dit zijn duidelijk niet mijn woorden; ik ben geen Israëlische of Palestijnse. Dit zijn de woorden van David Grossman, die zijn zoon verloor tijdens een zinloze oorlog, een oorlog die natuurlijk ook ontstond door de Katyusha-raketten, maar die de dood van duizenden Libanese en Israëlische burgers tot gevolg had, inclusief de zoon van David Grossman. Mevrouw Wallström vertelde dat het vandaag, 15 november, de nationale Palestijnse feestdag is. Wat gebeurde er op 15 november 1988? De verklaring en acceptatie van de Palestijnen van een Palestijnse staat bestaande uit de gebieden van 1967: kortom, erkenning van de staat Israël. De Israëlische regering heeft echter nooit een soortgelijke stap gezet en nooit de veilige grenzen van 1967 erkend, aangezien ze er nog steeds nederzettingen bouwt, noch de Palestijnse staat.

Ik ben moe: tijdens de zeveneneenhalf jaar dat ik voor dit Parlement werk, heb ik de aloude uitdrukking ‘twee volkeren, twee staten’ herhaaldelijk voorbij horen komen. Alles moet in het werk worden gesteld om ervoor te zorgen dat er twee volkeren in twee staten in vrede naast elkaar kunnen leven. Maar wat heeft het voor zin om lege clichés te blijven herhalen, wanneer er geen Palestijnse staat wordt opgericht en wanneer de politieke besluitvorming, gesteund door de waanzin van Palestijnse extremisten, de Palestijnse staat niet helpt om te groeien, maar het land telkens weer richting de afgrond laat glijden?

Afgelopen week ben ik, met twaalf leden van het Europees Parlement, in de Gazastrook geweest en ik betreur dat de officiële parlementaire delegatie daar niet was. Wij hebben gezien hoe het is om daar te wonen, in die openluchtgevangenis. Wij hebben gezien wat het inhoudt om wapens te gebruiken die nog niemand kent en die wellicht worden uitgeprobeerd op de uiteengereten lichamen van jongeren die zijn gedood door de bommen die vielen en huizen verwoestten. Wij hebben het gezien en u zou het ook moeten zien! Daarom kunnen we niet langer alleen maar praten over ‘twee volkeren, twee staten’; we moeten krachtig in actie komen. Ik denk dat er dringend behoefte is aan een internationale vredesconferentie met alle betrokken partijen. We moeten dit echt op touw zetten, dus zullen we in actie moeten komen!

De Palestijnen zouden onze 650 miljoen euro niet nodig hebben als de Israëli de belastingen zouden betalen die aan de Palestijnen toebehoren. Laten we druk uitoefenen op Israël, net zoals we dat bij anderen doen – en natuurlijk niet door het gebruik van wapens – zich te houden aan zijn …

(Spreekster wordt door de Voorzitter onderbroken)

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Eoin Ryan, namens de UEN-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, de internationale gemeenschap heeft haar aandacht voor de aanhoudende crisis in Gaza laten verslappen. Ze werd afgeleid door andere gebeurtenissen in het Midden Oosten, zoals de oorlog in Libanon en de situatie in Irak en Iran. We moeten ons er allemaal weer voor inzetten een opening voor een vredesproces in Gaza te vinden en te stimuleren dat dat proces weer op gang komt. Om een einde te maken aan het conflict, dat aan beide zijden zoveel levens eist, moeten zowel de Palestijnen als de Israëli’s water bij de wijn doen.

Ik juich de moeite toe die Hamas en Fatah zich getroosten om een eenheidsregering te vormen in een poging een einde te maken aan het internationale embargo tegen Palestina. Ik doe een dringend beroep op Hamas om, wanneer de nieuwe regering is gevormd, Israël te erkennen of een levensvatbare tweestatenoplossing voor het conflict in het Midden-Oosten te aanvaarden. Naar mijn mening is dat de enige manier waarop we verder kunnen komen.

Ik veroordeel de raketbeschieting die Palestijnse militanten vanmorgen vanuit Gaza hebben uitgevoerd, waarbij in de Israëlische stad Sderot een oudere vrouw om het leven kwam en iemand anders gewond raakte. Ik veroordeel eveneens de beschieting van Beit Hanoun die vorige week werd uitgevoerd door de Israëlische defensiemacht, waardoor achttien burgers gedood werden. Maar wanneer ‘oog om oog’ het uitgangspunt is, zal uiteindelijk iedereen blind zijn.

Ik erken dat Israël het recht heeft zichzelf te verdedigen als het aangevallen wordt. Velen van ons hebben gisteren echter de documentaire over Gaza gezien en geluisterd naar onze collega’s die de regio onlangs hebben bezocht. Ik was geschokt door wat ik hoorde en zag: de volslagen onmenselijkheid waaronder Palestijnse burgers te lijden hebben. Beide partijen moeten zich realiseren dat praten de enige oplossing is. Alleen een dialoog biedt een uitweg uit deze situatie. Aan beide zijden is moedig leiderschap vereist. In Ierland kennen we de geweldsspiraal die door dergelijke conflicten wordt veroorzaakt maar al te goed. We weten daarentegen ook maar al te goed wat een enorme voordelen het iedereen kan opleveren als er een einde komt aan het geweld en er echte onderhandelingen en een echte dialoog kunnen plaatsvinden.

We moeten er allemaal naar streven dat er vertrouwen groeit. De EU heeft haar hulp aan het Palestijnse volk dit jaar geïntensiveerd en Israël opgeroepen de ingehouden belasting- en douane-inkomsten onmiddellijk uit te betalen. Zij blijft zich er ook voor inspannen dat de gevangengenomen Israëlische soldaat en de Palestijnse wetgevers die in Israël worden vastgehouden, vrijgelaten worden en dat de grensovergangen in Gaza weer worden opengesteld.

De EU heeft de plicht het leven van burgers te beschermen. Zij bevindt zich op dit moment meer dan het Verenigd Koninkrijk of de Verenigde Staten in de positie om als bemiddelaar op te treden. Er moeten redelijke mensen opstaan en iets doen aan wat er gaande is. Als we niets doen, zal het kwaad blijven overheersen.

 
  
MPphoto
 
 

  Bastiaan Belder, namens de IND/DEM-Fractie. – Voorzitter, zeven Palestijnse raketaanvallen op Israëlisch grondgebied deze morgen. De trieste balans, een dode en een zwaargewonde in de plaats Sderot. Een wraakactie voor het bloedbad van vorige week in Beit Hanoun zeggen de geweldplegers. Niet uit naam in elke geval van de zwaar getroffen familie Athamna uit Beit Hanoun. Integendeel, zij onderstrepen – u kunt het nalezen in de Israëlische pers van vandaag – dat er genoeg bloed heeft gevloeid. Treurig genoeg vindt deze Palestijnse geest van verzoening totaal geen weerklank bij diverse prominente vertegenwoordigers van Hamas. Zij beklemtoonden de afgelopen dagen in alle toonaarden dat de nieuwe Palestijnse regering niet is gevraagd de zionistische vijand te erkennen. Raad en Commissie, kunt u helderheid verschaffen over deze herhaalde Palestijnse politieke controverse tussen Fatah en Hamas? Gelijktijdig zou ik uw reactie willen vernemen op de uitspraak van de voorziene premier van dat eventuele Palestijnse eenheidskabinet, Mohammed Shabir: "Ik zal mijn positie duidelijk maken na een benoeming". Bent u reeds met hem in contact getreden?

Mijnheer de Voorzitter, naar verluidt komt vandaag het kwartet in Cairo bijeen voor een herlancering van het vredesproces. Naar ik verwacht staat de explosieve situatie in Gaza dan hoog op de agenda. Het zal Raad en Commissie immers niet zijn ontgaan wat gisteren door de chef van de Israëlische veiligheidsdienst Shin Bet in de Knesset is gezegd. Als het radicale politieke en militaire tij in Gaza niet keert, rest Israël nog slechts de optie van een grootscheepse militaire operatie. De chef van Shin Bet, Yuval Diskin, meldde verder dat sedert Israëls terugtrekking uit Gaza maar liefst 33 ton militaire explosieven, grote hoeveelheden wapens en tussen de 50 en 70 miljoen dollar cash de Gazastrook zijn binnengesmokkeld. Met name Egypte laat het hier afweten, in strijd nota bene met een gespecificeerde militaire overeenkomst met Israël.

De Europese Unie dient, kortom, de kwartetbijeenkomst aan te grijpen om Egypte en trouwens de hele Arabische wereld op hun verantwoordelijkheid te wijzen. Laat Gaza niet verworden tot het zo gevreesde Hamasstan.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandro Battilocchio (NI). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, ik kom net terug uit Palestina. Ik vetrok zonder enige vooroordelen of vooropgezette ideeën, maar de situatie die ik aantrof was erger dan ik had verwacht: het is een kruitvat dat op het punt staat te exploderen, en dat een domino-effect op de rest van het gebied zal hebben.

Al negen maanden lang worden er geen belastingen betaald vanwege de blokkade op het betalingsverkeer, met als gevolg dat openbare gebouwen en scholen worden gesloten en ziekenhuizen alleen de, helaas veelvoorkomende, spoedgevallen toelaten. Er zitten 11 000 Palestijnse politieke gevangenen in de Israëlische gevangenissen, inclusief 400 kinderen en 41 parlementsleden die gekozen zijn tijdens volksraadplegingen die door de internationale gemeenschap als vrij en transparant werden bestempeld. 19 mensen, waaronder 12 minderjarigen, zijn het slachtoffer geworden van de ongeregeldheden van de laatste dagen, die in feite de dag nadat wij vertrokken, zijn begonnen. De enorme, 912 kilometer lange muur verdeelt het land in twee kampen en houdt hele families uit elkaar, om redenen die weinig of niets met veiligheid te maken hebben. 900 000 olijfbomen, sommige eeuwenoud, zijn verwoest om dit indrukwekkende maar nutteloze bouwsel neer te zetten. Het armoedepercentage ligt op 87 procent in de Gazastrook, waar alle banden met de buitenwereld zijn doorgesneden en import of export van goederen onmogelijk is. De gemilitariseerde grens van de Gazastrook is 1315 meter breed en kan alleen te voet worden gepasseerd, ook door ouderen en kinderen, na eindeloze controles. Het is een afschuwelijke overtocht, alsof je ver terug in de tijd gaat. Toch gloort er nog een sprankje hoop in de vermoeide ogen van de mensen als je door de straten loopt.

Europa heeft nog een kans om het goed te maken, mits we beginnen waar we geëindigd zijn en de draad weer oppakken die onlangs doorgeknipt is. Laten we toewerken naar een eerlijke en rechtvaardige oplossing voor twee volkeren en twee staten: veiligheid voor de staat Israël, waarvan de erkenning niet ter discussie staat, en rechten voor een vrij en onafhankelijk Palestina. De tijd is om: ofwel nemen we nu een krachtig, slagvaardig initiatief aan, ofwel moeten we volledige verantwoordelijkheid nemen voor het feit dat we niet voldoende hebben willen en hebben kunnen doen.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra (PPE-DE). (ES) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de fungerend voorzitter van de Raad, mevrouw de vicevoorzitter van de Commissie, ik denk dat we uit het debat van vanmiddag twee conclusies zouden moeten trekken.

De eerste daarvan is genoemd door de voorzitter van mijn fractie, de heer Poettering, toen hij zei dat wat we doen in overeenstemming moet blijven met de standpunten die we in het verleden hebben ingenomen en dat we, zoals we de willekeurige aanvallen op onschuldige Israëli’s hebben veroordeeld, deze buitenproportionele aanval van de Israëlische strijdkrachten, waarbij burgers, en vooral vrouwen en kinderen zijn omgekomen, eveneens moeten veroordelen.

Helaas, mijnheer de Voorzitter, zullen deze mensen, ook al heeft de premier zijn excuses aangeboden en de Israëlische regering een onderzoek aangekondigd, hun leven niet meer terugkrijgen.

Mijnheer de Voorzitter, vanochtend zijn we er tijdens de plechtige vergadering aan herinnerd dat het probleem van het terugkerend geweld in het Midden-Oosten alleen door een rechtvaardige en allesomvattende oplossing tot het verleden kan gaan behoren.

Maar er is mij een betreurenswaardig feit opgevallen – en het doet me genoegen dat het fungerend voorzitterschap van de Raad hier aanwezig is – en dat is iets waar Mark Eyskens, voormalig premier van België, ook al op gewezen heeft, namelijk dat van elke honderd keer dat de Europese Unie in de Verenigde Naties stemt, de lidstaten dat zestig keer naar eigen inzicht doen. Op deze manier, mijnheer de Voorzitter, zal de Europese Unie nooit gewicht in de schaal kunnen leggen op het internationale podium.

Ik denk dat iedereen hier in dit Huis het legitieme recht op zelfverdediging van Israël erkent, maar het zou helemaal niet erg geweest zijn als de Verenigde Naties deze trieste gebeurtenis hadden veroordeeld.

Daarom, mijnheer de Voorzitter, vraag ik het fungerend voorzitterschap van de Raad om ervoor te zorgen dat de Europese Unie, als zij gewicht in de schaal wil leggen op het internationale podium, met één stem spreekt, vooral op het internationale podium, en met name in de Verenigde Naties, waar onze lidstaten niet het betreurenswaardige spektakel zouden moeten opvoeren dat we hebben gezien naar aanleiding van de trieste gebeurtenissen die we aan het veroordelen zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Véronique De Keyser (PSE). – (FR) Mijnheer de Voorzitter, sinds juni zijn er in Palestina meer dan driehonderd doden gevallen! De diplomatieke term hiervoor is ‘onevenredige reactie’. Waarin zit ‘m het onevenredige? Tijdens de tweede intifada zijn er voor iedere dode Israëli tien Palestijnen om het leven gekomen, en tijdens deze Libanon-oorlog honderd. Dat is dus niet in verhouding. Feit is echter dat al deze mensen voor niets zijn gestorven.

De allerhoogste internationale instanties, de VN, maar ook het Kwartet, lijken wel verlamd tegenover de Verenigde Staten. Europa moet doen wat het in Libanon heeft gedaan: een unaniem en krachtig standpunt innemen; dat hebben we trouwens ook gedaan in de gemeenschappelijke resolutie die we vandaag hebben aangenomen! Europa moet alle politieke instrumenten gebruiken waarover het beschikt, inclusief de associatieovereenkomst met Israël, om een einde te maken aan het geweld. Dat geweld veroordeelt alle Palestijnen ter dood, maar betekent ook het einde van de democratie in Israël. De regering van dat land heeft zojuist een partij aan boord gehaald die vreemdelingenhaat preekt en stellingen voorstaat die neerkomen op etnische zuivering.

Laten we op zijn minst zo moedig zijn als de Israëli’s die ons nu schrijven dat ze verontwaardigd zijn over de slachtpartijen, die een beroep doen op de rechtvaardigheid en op het internationale recht. Ik denk daarbij met name aan de dappere ondertekenaars van het manifest dat de belangrijkste Israëlische organisaties voor de mensenrechten hebben gepubliceerd, waarin wordt gevraagd om een einde te maken aan de wurggreep waarin de Gazastrook wordt gehouden. Daarom eis ik dat er een einde komt aan de blokkade tegen de Gazastrook, dat de hulp aan Palestina wordt hervat en dat we steun geven aan de regering van nationale eenheid, die op dit moment wordt gevormd. Dat zou een overwinning zijn van de gematigde krachten op de extremisten van alle zijden.

Ik maak me ook zorgen over de mogelijkheid dat Israël in deze smerige oorlog gebruik maakt van nieuwe massavernietigingswapens, die naar men vermoedt ook al in Libanon zijn gebruikt. In dat verband vraag ik om een internationaal onderzoek. Ik sta achter de idee van een internationale vredesconferentie, met alle partijen die bij dit conflict in het Midden-Oosten betrokken zijn, inclusief Syrië en Iran. Net als het dagblad Haaretz dat in een commentaar heeft gedaan, vraag ik om een internationale interventiemacht naar Gaza te sturen.

Tot slot doe ik een dringend beroep op de Europese Unie om alle kansen te benutten die we in deze explosieve situatie hebben om voor vrede te zorgen. Een klimaat van honger en dood is niet bevorderlijk voor de vrede! We dragen niet de hele verantwoordelijkheid voor deze crisis, maar wel een deel ervan. Ik durf wel te zeggen dat we hebben bijgedragen aan de chaos die in Palestina heerst: we hebben de steun aan Palestina vervroegd stopgezet, en we hebben een interim-mechanisme bedacht dat slechts langzaam op gang is gekomen. Natuurlijk, iedereen heeft zijn taak, maar wij hebben fouten goed te maken en een verantwoordelijkheid te dragen.

 
  
MPphoto
 
 

  Alyn Smith (Verts/ALE).(EN) Mijnheer de Voorzitter, net als vele anderen die hier vandaag aanwezig zijn, was ik slechts een paar weken geleden, toen deze nieuwste episode in de huidige crisis begon, met mevrouw Morgantini in Gaza. We waren getuige van de stelselmatige, welbewuste en uiterst geraffineerde en effectieve onmenselijkheid waarmee een heel volk bejegend wordt.

Gaza is een gevangenis zonder hoop. Eventuele gematigde Palestijnen worden aan alle kanten tegengewerkt wanneer ze proberen een ordelijke Palestijnse staat te ontwikkelen die kans van slagen zou kunnen hebben. Ze worden tegengewerkt door de Israëli’s en we moeten de verantwoordelijkheid daar leggen waar zij hoort. Dit alles kan alleen maar leiden tot geweld zonder einde en wij kunnen niet tot in het oneindige aan symptoombestrijding doen.

We hebben goedbedoelende EU-functionarissen gezien – er is vandaag gesproken over het tijdelijk internationaal mechanisme – en het is zonder meer waar dat de EU het een en ander doet om de humanitaire symptomen van deze ramp te verlichten. Zoals de commissaris echter al zei, zijn de oorzaken van deze situatie politiek van aard en er moet dus ook een politieke oplossing komen. We moeten de associatieovereenkomst ter sprake brengen en sancties overwegen, anders zullen we tot in lengte van dagen de symptomen van een humanitaire ramp blijven bestrijden. Er zijn wapens die we kunnen gebruiken en we moeten alle middelen inzetten die we maar tot onze beschikking hebben.

 
  
MPphoto
 
 

  Adamos Adamou (GUE/NGL).(EL) Mijnheer de Voorzitter, “Europa”, “vrede”, “mensenrechten”, “Palestina”, “Gaza”: onze woordenschat is rijk. De realiteit is echter ‘rijk’ aan oorlog, misère en leed. Wij blijven hier maar praten, wij blijven resoluties aannemen en zeggen alsmaar: “mensenrechten”, “vrede”. Maar het blijft bij praten. Hoeveel misdaden en hoeveel doden zijn er nog nodig voordat Europa eindelijk ophoudt voor Pontius Pilatus te spelen? In Palestina sterven niet zomaar mensen; daar sterft de hoop. Toch geloof ik dat je aan menselijk leed nooit kunt wennen.

Het bezoek van het Europees Parlement is uitgesteld – om technische redenen, zei men ons. Iemand moet ons echter uitleggen wat die technische redenen zijn, en wie daarvoor verantwoordelijk is. Waren er soms mensen die niet wilden dat wij gingen? Als wij niet reageren, zullen wij opnieuw medeplichtig worden aan de misdaden die, niet nu of sinds gisteren, maar al tientallen jaren lang worden begaan.

Laten wij eindelijk onze woorden omzetten in daden. Ook aan Israël moeten sancties worden opgelegd, in het kader van het internationaal recht en zonder dat ook maar enige intentie bestaat om het eenvoudige volk te treffen. Wanneer zal het de staat Israël behagen om het geld terug te geven dat het inhoudt van de rechthebbende Palestijnen die honger lijden? De Palestijnen zijn geen terroristen. Zij bedelen niet om gunsten. Zij zijn een volk dat, tegen de belangen van anderen in, strijdt voor zijn waardigheid en zijn voortbestaan. Zij zijn een volk dat tegen de hypocrisie van de internationale gemeenschap, de bezetting en de terreur in, strijdt om te kunnen overleven.

 
  
MPphoto
 
 

  Elmar Brok (PPE-DE). – (DE) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de vicevoorzitter van de Commissie, mevrouw de fungerend voorzitter van de Raad, dames en heren, het belangrijkste aspect in deze kwestie is het feit dat aan beide zijden mensen lijden als gevolg van politiek. Verder heeft het Midden-Oostenconflict in internationaal verband gezien nu zulke proporties aangenomen dat het bepalend is voor het behoud dan wel de verstoring van de wereldvrede. Dit zijn beide redenen waarom hiervoor snel een oplossing moet worden gevonden en het Kwartet daar gezamenlijk volledig aanwezig moet zijn en strikte, persoonlijke eisen moet stellen in plaats van ieder voor zich documenten op te stellen.

Wij moeten erkennen dat Israël Gaza heeft verlaten en dat dit deels een interne strijd tussen Palestijnen onderling is, die gepaard gaat met terreur, die bijna in een burgeroorlog escaleert. Bovendien moet Israël als staat reageren op terroristische organisaties waarvoor geen enkele staat in het bijzonder verantwoordelijk is. Dat verklaart waarom het voor ons lastig is de situatie te beoordelen. Het is echter geen excuus voor bijvoorbeeld acties zoals het bombarderen van burgers en hun huizen, want ook Israël moet inzien dat de enige kans op vrede en een duurzame veiligheid voor het land, en op een levensvatbare Palestijnse staat, het doorbreken van de vicieuze cirkel van geweld is. Om die reden moet Israël erover nadenken of de strategieën die het toepast, inderdaad de juiste zijn.

Wat heeft Israël immers gewonnen met de oorlog die het in Libanon is begonnen als wraakactie voor de gevangenneming van individuele soldaten, en die ertoe heeft geleid dat de pro-Syrische machten uiteindelijk via de Iran-Syrië-Hezbollahketen de macht in Libanon hebben overgenomen? Op welke wijze zijn de belangen van Israël met deze oorlog gediend?

Hier moet eveneens een bepaalde vorm van verantwoording worden gezien, en de nieuwe consensusregering in de Palestijnse gebieden, die onlangs is gevormd, kan wellicht een middel vormen voor een nieuwe start, teneinde de wereldvrede te garanderen en de burgers in deze regio een toekomst te bieden.

 
  
MPphoto
 
 

  Proinsias De Rossa (PSE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, Gaza is een interneringskamp voor 1,3 miljoen Palestijnen, dat hermetisch wordt afgesloten door Israël.

De inwoners worden uitgehongerd; de infrastructuur voor hun gezondheidszorg en onderwijs wordt vernield; hun economie wordt verwoest en zijzelf worden afgeslacht. Maar liefst tachtig – en niet achttien – mannen, vrouwen en kinderen kwamen vorige week om het leven, en de meesten daarvan waren burgers die alleen maar hun dagelijkse bezigheden uitvoerden en probeerden door te gaan met hun leven.

Dit alles wordt gedaan door een staat die beweert de enige democratie in de regio te zijn. Wat een schandalige uiting van democratie. Israël is nu ook bezig deze ongelukkige mensen te vermorzelen met experimentele wapens. Geen woord van de Commissie of de Raad over wat zij doen om deze zaak te onderzoeken.

Het afvuren van Qassam-raketten zal het Palestijnse volk geen vrijheid brengen, en ik veroordeel het afvuren van dergelijke wapens. Het is echter ook duidelijk dat de Israëlische vuurkracht en de onderdrukking van het Palestijnse volk evenmin zal leiden tot een veilige toekomst voor Israël. Uitsluitend onderhandelingen over een tweestatenoplossing zal die veiligheid tot stand brengen en ik roep alle betrokkenen op zo snel mogelijk met die onderhandelingen te beginnen.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE-DE). – (FR) Mijnheer de Voorzitter, na de slachtpartij in Qana in Libanon heeft er weer een slachtpartij onder de burgerbevolking plaatsgevonden, maar deze keer in Beit Hanoun.

De Israëlische regering heeft deze nieuwe tragedie betreurd, en noemt die een technische fout. We weten echter nu al dat deze verklaring niet voldoende zal zijn om een einde te maken aan de slachtpartijen, waarvan onschuldige burgers het slachtoffer worden. We moeten een einde maken aan deze eindeloze escalatie, Europa moet de handen uit de mouwen steken, we moeten eindelijk krachtige initiatieven nemen voor een snelle en duurzame vrede.

We moeten allereerst een einde maken aan de financiële verstikking van de Palestijnse gebieden, een beleid dat er alleen maar toe kan leiden dat het geweld en de chaos toenemen. Bovendien moeten we zo snel mogelijk een militaire troepenmacht tussen Israël en Palestina stationeren, zoals we dat met UNIFIL tussen Libanon en Israël hebben gedaan. Als die troepenmacht in Libanon nuttig is, zal dat ook in Palestina het geval zijn. Het belangrijkste is dat we eindelijk eisen dat er een Palestijnse staat komt, met veilige en erkende grenzen.

Misschien gaat er nu een raam op een kiertje, gezien het resultaat van de tussentijdse verkiezingen die nu net in de Verenigde Staten hebben plaatsgevonden. De Amerikaanse regering zal hopelijk nog eens nadenken over haar beleid voor het Midden-Oosten. Er lijkt een nieuwe strategie te ontstaan, en Europa moet het initiatief nemen voor een nieuw en ambitieus vredesproces, waarin we eindelijk de politieke plaats innemen die we verdienen, en meer zijn dan een geldschieter.

We mogen nooit vergeten dat het conflict tussen Israël en Palestina geen gewoon conflict is. Er staan grote internationale belangen op het spel. De tijd is rijp, en het is dringend. We moeten moedig zijn en onze verantwoordelijkheid dragen, voor het te laat is!

 
  
MPphoto
 
 

  Panagiotis Beglitis (PSE).(EL) Mijnheer de Voorzitter, de in het zwart geklede vrouwen in Beit Hanoun, die de straat op renden om hun kinderen te redden, deden – zoals de internationale media hebben laten zien – denken aan het koor van een moderne tragedie, van de tragedie van het Palestijnse volk dat verlossing wil. Er kan echter geen verlossing zijn voor het Palestijnse volk zolang de gevaarlijke en uitzichtloze strategie van de Verenigde Staten in het gebied wordt voortgezet, zolang het gevaarlijke en uitzichtloze beleid van de politieke en militaire leiding van Israël wordt voortgezet.

Toen wij vandaag de commissaris hoorden spreken, leek het helaas wel alsof de Europese Unie een internationale niet-gouvernementele organisatie was. De Europese Unie is, mevrouw de commissaris, een politieke organisatie met internationale verplichtingen en verantwoordelijkheden voor de bescherming van de democratische beginselen en het internationaal humanitair recht. De Europese Unie heeft voor de zoveelste keer aangetoond dat er een enorm strategisch deficit bestaat in de Palestijnse zaak. Vandaag had de heer Solana hier moeten zijn om te zien welke resultaten zijn geboekt met het besluit van de Raad van februari jongstleden om economische sancties op te leggen aan het Palestijnse volk, dat zich heeft uitgesproken via democratische verkiezingen. Voor de impasses van de Europese Unie betaalt nu het Palestijnse volk het politieke en humanitaire gelag.

 
  
MPphoto
 
 

  Ioannis Kasoulides (PPE-DE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, de Israëlische regering en het leger hebben hun verontschuldigingen aangeboden voor de tragische ‘technische vergissing’ die het leven kostte aan negentien onschuldige burgers, voornamelijk vrouwen en kinderen, in Beit Hanoun. Het gaat er niet om of die verontschuldiging acceptabel is of niet. Het gaat erom dat het zo makkelijk en zo vaak inzetten van zulke krachtige machtsmiddelen wel tot ‘technische vergissingen’ moet leiden, vooral wanneer zo weinig rekening wordt gehouden met mensenlevens.

Israël en Palestina zullen nooit vrede en rust vinden als ze zo heethoofdig blijven. De Palestijnen zullen hun doel nooit bereiken met Qassam-raketten en zelfmoordaanslagen. De Israëli’s zullen zichzelf steeds weer het doelwit maken van nog meer Qassam-raketten en zelfmoordaanslagen als ze zo buitenproportioneel en zo sterk reageren. Geen van de partijen kan unilateraal winnen. In Libanon is de mogelijkheid van een unilaterale oplossing voorgoed om zeep geholpen.

Maar laten we de zaak eens van de positieve kant bekijken: premier Olmert heeft president Abbas opgeroepen besprekingen te voeren zonder voorwaarden vooraf; er zit schot in de formatie van een regering van nationale eenheid van Fatah en Hamas, een regering van technocraten – die niet geleid zal worden door premier Haniya – en Hamas aanvaardt impliciet dat het samen met Israël om de tafel zal moeten. Het is tijd dat het Kwartet in actie komt en dat de Europese Unie zich binnen het Kwartet niet langer passief opstelt.

Tot besluit hoop ik dat de uitslag van de Amerikaanse verkiezingen ertoe zullen leiden dat de Amerikaanse regering haar Midden-Oostenbeleid en de rol die zij in die regio speelt, herziet.

 
  
MPphoto
 
 

  Béatrice Patrie (PSE). – (FR) Mevrouw de minister, mevrouw de commissaris, geachte collega’s, ik ben blij met deze bijna historische consensus tussen de verschillende fracties in ons Parlement. Daardoor kunnen we een duidelijk politiek signaal laten horen.

Het is duidelijk dat de aanval van het Israëlische leger allerminst als “technische fout” kan worden bestempeld. We hebben eerder het gevoel dat het weer eens een collectieve bestraffing van Palestijnse burgers is, die verantwoordelijk worden gesteld voor de politieke resultaten van de recente parlementsverkiezingen. Ik betreur ten zeerste dat dit wel een herhaling lijkt van de manier waarop er tijdens de oorlog in de zomer van 2006 is omgesprongen met de burgerbevolking van Zuid-Libanon. In beide gevallen zijn er fragmentatiebommen gebruikt.

Ik weet ook wel dat de bevolking van Israël ook het doelwit van moordende aanvallen is, maar van terroristische organisaties kunnen we niet verwachten dat ze zich aan het internationale recht houden. Van een democratische staat als Israël mogen we dat wel verwachten.

Om al deze redenen moet de Europese Unie in het Kwartet de rol van stuwende kracht opeisen, wij moeten ervoor strijden dat de routekaart weer ter hand wordt genomen. De nieuwe politieke situatie in Amerika, het vooruitzicht op de vorming van een regering van nationale eenheid in Palestina en ook, en dat is het belangrijkste, de protesten die we in de Israëlische samenleving horen, zijn redenen om optimistisch te zijn over de hervatting van het vredesproces.

 
  
MPphoto
 
 

  Charles Tannock (PPE-DE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, het incident dat vorige week in Gaza plaatsvond, toen een granaat van de Israëlische defensiemacht per ongeluk insloeg in Beit Hanoun waardoor negentien onschuldige Palestijnen omkwamen, is een tragedie, dat mag duidelijk zijn. De premier van Israël heeft zijn verontschuldigingen aangeboden en opdracht gegeven de zaak tot op de bodem uit te zoeken.

We moeten niet vergeten dat Israël zich in goed vertrouwen heeft teruggetrokken uit Gaza, maar dat de Palestijnse Autoriteit er niet in geslaagd is daar orde en rust tot stand te brengen. In plaats daarvan hebben we gezien hoe het gebied tot chaos en interne oorlog verviel en er herhaaldelijk en doelbewust Qassam-raketten werden afgevuurd op Israëlische burgers, zoals de vrouw die vandaag in Sderot om het leven kwam, zonder dat de gewapende groeperingen – Hamas bijvoorbeeld – daarvoor hun verontschuldigingen aanboden. De milities maakten ook nog eens doeltreffend gebruik van menselijke schilden, zoals Hezbollah deed in Libanon door raketten af te vuren vanuit burgergebieden, en lokten daarmee vergeldingsmaatregelen uit, wat geleid heeft tot de tragedie in Beit Hanoun. Bovendien hebben deze milities, die onder gezag van Hamas staan, de ontvoerde korporaal Shalit nog steeds niet vrijgelaten.

Gisteren werd aangekondigd dat er een nieuwe regering van nationale eenheid is gevormd onder leiding van de onafhankelijke technocraat Mohammed Shbair. De woordvoerder van die regering, Fawzi Barhoom, ontkent echter dat Hamas Israël nu zal erkennen. In plaats daarvan legde hij de teleurstellende verklaring af dat de nieuwe regering de voorwaarden zal accepteren van het ‘gevangenendocument’, een manifest dat dit jaar is ondertekend door Palestijnen die in Israëlische gevangenissen worden vastgehouden en waarin Israël impliciet – maar niet expliciet – wordt erkend doordat erin wordt opgeroepen tot de stichting van een Palestijnse staat op de Westoever en in Gaza. We moeten nog maar afwachten of dit genoeg is om het tijdelijk internationaal mechanisme te ontmantelen en de steun voor de Palestijnse Autoriteit volledig te hervatten, en er zal ook een verzekering gegeven moeten worden dat het terroristische geweld wordt beëindigd.

Ik zal deze resolutie met tegenzin steunen, maar ik kan mij niet aansluiten bij de oproep een multinationale VN-macht in de bezette gebieden te stationeren om de orde te handhaven, omdat niet bewezen is dat het optreden van UNIFIL in Libanon succesvol is geweest. Ik vrees dat Hezbollah, op dit moment, druk bezig is zichzelf te herbewapenen en een excuus zoekt om weer een oorlog tegen Israël te beginnen.

Evenmin sta ik achter een oproep aan Israël onmiddellijk alle militaire handelingen te staken zolang het nog wordt aangevallen, zoals mijn liberale collega de heer Davies bepleit.

 
  
MPphoto
 
 

  Edith Mastenbroek (PSE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, als ik kijk naar het beleid dat wij ten opzichte van de Palestijnen voeren, dan zie ik wel de stok, maar waar is de wortel? Het beetje vertrouwen dat de Palestijnen nog overhadden in een oplossing en in ons als deel van de internationale gemeenschap, beginnen ze nu te verliezen. We hebben hier te maken met twee volken die hunkeren naar vrede en rust in hun leven, en we kunnen niet langer volstaan met de oude, vertrouwde retoriek. We weten allemaal in welke richting de oplossing gezocht moet worden. We moeten toegeven dat de twee partijen het niet in hun eentje redden. Een oproep tot onderhandelingen – hoe gerechtvaardigd ook – is deze keer niet voldoende.

Mijn vraag aan de Raad en de Commissie is: bent u bereid gedurfde ideeën te overwegen? Laat de Palestijnen hun staat gestalte geven met de zogeheten groene lijn als grens. Laten wij die staat dan erkennen en al ons gewicht in de strijd gooien om het Kwartet zover te krijgen dat het die staat ook erkent en laten we vervolgens Israël dwingen hem te erkennen. Alleen dan zullen maatregelen om hoop en vertrouwen te laten groeien kans van slagen hebben, want zonder gerechtigheid kan er geen vrede zijn. Ik zeg dit als vriendin van Israël in de overtuiging dat we niet alleen de toekomst van de Palestijnse staat moeten veiligstellen, maar ook Israël tegen zichzelf moeten beschermen. Dat is onze verantwoordelijkheid.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio Tajani (PPE-DE). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, de Gazastrook is de kern van de kern van het probleem: het vormt de kern van de Israëlisch-Palestijnse crisis en van de crisis in het Midden-Oosten. Het heeft het grootste offensief van terrorisme veroorzaakt; de uitblijvende oplossing voor het Israëlisch-Palestijnse conflict heeft tot 11 september geleid, de toenemende macht van Al-Qaeda en de Midden-Oostencrisis. Daarom moet Europa een grote rol spelen en landen als Syrië, waarvan de rol los van die van Iran moet worden gezien, erbij betrekken.

Natuurlijk wil niemand Israël van alle blaam zuiveren na wat er de afgelopen dagen in de Gazastrook is gebeurd – de Israëlische gewapende strijdkrachten zouden een deel van de verantwoordelijkheid op zich moeten nemen – maar het zou absoluut onjuist zijn om alleen Israël als schuldige aan te wijzen voor de gehele crisis. We mogen niet vergeten wat er aan de hand is, dat er raketten van Palestijns grondgebied worden afgevuurd, met medewerking van terroristische en extremistische organisaties, omdat er mensen zijn die het vredesproces niet in de weg willen staan.

Europa zal een constructieve en vastberaden rol moeten spelen om het vredesproces te bevorderen, en iedere vorm van provocatie van beide kanten de kop moeten indrukken. Europa’s rol moet in balans zijn: het zou rampzalig zijn als Europa zich tegen Israël zou keren en het land verantwoordelijk zou houden voor alles wat er is gebeurd, want hiermee lossen we het probleem niet op.

We moeten ons hardmaken voor een Palestijnse staat en alles op alles zetten om Israël zich veilig te laten voelen binnen de eigen grenzen, zodat geen enkel Israëlisch gezin zich genoodzaakt ziet om iedere morgen één kind met de ene bus en een ander kind met een andere bus naar school te sturen, omdat ze niet weten wie van de twee weer thuis zal komen. We moeten hier vastberaden in zijn en Hamas laten inzien dat er geen ruimte is voor militaire en terroristische acties, en Hezbollah laten zien dat er voor hen geen politieke rol binnen het vredesproces is weggelegd.

 
  
  

VOORZITTER: GÉRARD ONESTA
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Paula Lehtomäki, fungerend voorzitter van de Raad. – (FI) Mijnheer de Voorzitter, ik wil de leden van het Parlement bedanken voor dit zeer waardevolle debat. De Raad is het eens met het in dit debat zo krachtig naar voren gebrachte standpunt dat het tijd is voor beleid. Het is tijd voor beleid en wij zijn de hele tijd van mening geweest dat deze crisis niet met militaire middelen kan worden opgelost en dat er een alomvattende politieke oplossing moet komen. Wij hebben een oplossing nodig waarbij twee staten naast elkaar bestaan en dat vereist dat de mensen in de regio, ook de gewone mensen, dit doel van coëxistentie daadwerkelijk accepteren en zich hier op elk niveau van de maatschappij aan verbinden.

Hier is met nadruk de hoop geuit dat de Europese Unie doet wat ze kan. Namens de Raad kan ik verzekeren dat de Europese Unie en het voorzitterschap doen wat ze kunnen. Het potentieel en de kracht van de Europese Unie voor een oplossing van deze crisis liggen in het feit dat de Europese Unie in de ogen van alle partijen een geloofwaardige partij is. Die kracht heeft niet iedereen. Om haar werk en haar rol van geloofwaardige partij bij het oplossen van deze crisis te kunnen voortzetten, moet de Europese Unie in staat zijn een samenhangend en consistent beleid te voeren en het koesteren van deze samenhang is een dagelijkse uitdaging.

Wij proberen er op actieve wijze voor te zorgen dat het Kwartet een leidende rol speelt bij het oplossen van deze crisis en wij proberen de actieve betrokkenheid van het Kwartet steunen. Het is ook van wezenlijk belang dat wij voor het vinden van een alomvattende oplossing de landen in de regio bij dit proces kunnen betrekken.

De volgende keer dat de kwestie van het Midden-Oosten in onze multilaterale samenwerking op de agenda staat is in ieder geval volgende week op de Top tussen de Europese Unie en Rusland en eind november in Tampere op de bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken in het kader van het Barcelona-proces. Wij doen ook ons uiterste best om in december het Kwartet bijeen te brengen. Dit is een belangrijke kwestie en een serieus en langdurig probleem dat zich op de stoep van Europa afspeelt en daarom moeten wij al onze krachten bundelen om een alomvattende, duurzame politieke oplossing voor de lange termijn te vinden.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Wallström, vicevoorzitter van de Commissie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, het escalerende geweld in Gaza verhevigt slechts het lijden van burgers en is een voedingsbodem voor extremisme. Zoals ik al zei, heeft de Commissie haar bijstand geïntensiveerd om tegemoet te komen aan de behoefte aan noodhulp en humanitaire hulp. Dat is een nuttige bijdrage, maar de oplossing is elders gelegen. Het overeenkomen van een levensvatbare tweestatenoplossing is de enig mogelijke weg voor Israël en de Palestijnen. De internationale gemeenschap heeft – velen van u hebben hier al op gewezen – de plicht ervoor te zorgen dat er weer een geloofwaardig vredesproces op gang komt. De Europese Unie moet in dat verband een leidende rol spelen en als lid van het Kwartet alle ideeën aanmoedigen die het bevorderen van vrede in dat gebied tot doel hebben, inclusief een internationale conferentie over het Midden-Oostenproces.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. – Er zijn zes ontwerpresoluties ingediend, overeenkomstig artikel 103, lid 2, van het Reglement(1).

Het debat is gesloten.

De stemming vindt morgen plaats.

Schriftelijke verklaring (artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  David Martin (PSE). – (EN) De Europese Unie moet alles doen wat in haar vermogen ligt en alle middelen aanwenden die tot onze beschikking staan, inclusief de associatieovereenkomst van de EU met Israël, om het geweld in Gaza een halt toe te roepen. Het aanhoudende geweld veroordeelt de Palestijnen tot een langzame dood en dreigt het hele Midden-Oosten in brand te zetten. Dood en hongersnood zijn geen vruchtbare voedingsbodem voor vrede. Er moet een einde komen aan de blokkade van Gaza door Israël, de hulp aan Palestina moet hervat worden en er moet steun geboden worden aan een regering van nationale eenheid. Ik sta volledig achter het idee van een international vredesconferentie waarop alle actoren in het Midden-Oosten, met inbegrip van Syrië en Iran, samenkomen. Er moet dringend een internationale troepenmacht in Gaza worden gestationeerd.

 
  

(1) Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid