De Voorzitter. – Aan de orde is de mondelinge vraag (Ο-0013/2007) van Marcin Libicki, namens de Commissie verzoekschriften, aan de Commissie, over de illegale vogeljacht op Malta (Β6-0015/2007).
Marcin Libicki (UEN), auteur. – (PL) Mevrouw de Voorzitter, ik ben voorzitter van de Commissie verzoekschriften, en al enige tijd houdt deze commissie zich bezig met de kwestie van de laakbare jacht op wilde vogels op Malta. We hebben een verzoekschrift ontvangen van een aantal vogelbeschermingorganisaties met een gezamenlijk ledental van enkele honderdduizenden mensen.
Deze jachtactiviteit is om drie redenen laakbaar. Ten eerste omdat zij plaatsvindt in het voorjaar. Ten tweede omdat er vallen worden gebruikt. En ten derde omdat de jacht wordt bedreven vanaf motorboten op zee.
De jacht stuit op sterke weerstand, en de Commissie verzoekschriften heeft onlangs twee dikke banden ontvangen waarin gedetailleerd de inbreuken staan beschreven op de beginselen volgens welke de jacht dient te worden bedreven. Zoals u kunt zien, staat er een foto van een visarend op het omslag. De visarend is een bedreigde vogelsoort in Europa. Niettemin wordt er op Malta jacht op gemaakt en wordt hij daar gedood.
We moeten goed bedenken dat de beschreven jachtexpedities het uitsluitend gemunt hebben op trekvogels. Dat komt doordat vogels niet langdurig op Malta verblijven. Dit zijn allemaal vogels die enorme afstanden vliegen, vaak van zuidelijk Afrika tot het noorden van Europa of andersom. Ze landen alleen op Malta om even uit te rusten, maar worden daar gedood door jagers.
Dames en heren, we hebben ons ervan vergewist dat de meeste inwoners van Malta tegen deze jacht zijn. De Commissie verzoekschriften heeft vorig jaar een speciale onderzoeksmissie naar Malta georganiseerd om verslag te doen van de situatie. We kregen de indruk dat slechts een klein gedeelte van de bevolking betrokken is bij de jacht. Deze mensen maken echter deel uit van verschillende politieke partijen en worden daarom gesteund door politici van zowel links als rechts. Hierdoor heeft de jachtgemeenschap, al is zij maar klein, een sterke positie omdat zij zich gesteund weet door alle partijen. Met andere woorden, alle partijen zijn bereid om deze jagers, die de bedoeling hebben vogels te doden, te steunen.
Onlangs is ons ter ore gekomen dat de regering nu wederom vergunningen wil verstrekken voor de voorjaarsjacht. Die voorjaarsjacht heeft de schadelijkste gevolgen voor de vogelpopulatie van Malta en, omdat het zoals gezegd om trekvogels gaat, ook voor de vogelpopulatie van heel Europa. De gevolgen voor de vogelpopulaties doen zich gevoelen op het hele continent. Malta wordt er nog het minst door getroffen, doordat daar geen vogels permanent verblijven.
Bijgevolg heb ik een vraag gesteld aan de Europese Commissie. Mijn vraag luidt als volgt. Ondanks de inbreukprocedure van de Commissie tegen Malta en de aanbevelingen van de Commissie verzoekschriften na een onderzoek ter plaatse afgelopen mei, overweegt de Maltese regering de jacht op wilde vogels in het voorjaar van 2007 toe te laten, net als alle andere jaren sinds zijn toetreding tot de EU in 2004. Welke maatregelen denkt de Commissie te nemen om de Maltese autoriteiten te overreden de jacht op wilde vogels in met name het trekseizoen, het voorjaar dus, te verbieden, vooral omdat veel van deze vogels met uitroeiing worden bedreigd, zoals de visarend, een roofvogel? Hoe denkt de Commissie de Maltese regering ertoe te dwingen zich aan haar afspraken te houden en de Vogelrichtlijn naar behoren ten uitvoer te leggen?
Ik zie, net als de Commissie verzoekschriften en het hele Europees Parlement, uit naar uw antwoord, commissaris.
Stavros Dimas, lid van de Commissie. – (EL) Mevrouw de Voorzitter, ik wil de heer Libicki bedanken voor de gelegenheid die hij mij biedt hier het standpunt van de Commissie toe te lichten betreffende de vogeljacht op Malta. Het gaat hier om de naleving van het Gemeenschapsrecht.
De richtlijn inzake het behoud van de vogelstand verbiedt duidelijk de jacht op trekvogels tijdens de trek naar hun nestplaatsen. Dat staat in bijlage II van de richtlijn. Zoals de heer Libicki heeft gezegd, is deze voorjaarsjacht de ergste vorm van jagen.
Artikel 9 van de richtlijn geeft de lidstaten de mogelijkheid hiervan af te wijken. Maar die mogelijkheid geldt alleen in uitzonderlijke omstandigheden en vereist dat de zeer strenge criteria worden nageleefd die in datzelfde artikel staan. De betreffende afwijkingsmogelijkheid bestaat in feite alleen als er geen andere bevredigende oplossingen bestaan.
In 2004 heeft de regering van Malta besloten gebruik te maken van het recht op afwijkingen voor de jacht op kwartels en tortelduiven tijdens de voorjaarstrek van die vogels. Uit de gegevens die de Maltese autoriteiten hebben doen toekomen aan de Commissie blijkt echter niet dat die afwijking beantwoordt aan de voorwaarden in de Vogelrichtlijn. De Maltese autoriteiten konden meer bepaald niet aantonen dat er geen andere afdoende oplossingen bestonden en zij konden evenmin aantonen dat de voorjaarsjacht plaatsvond onder streng toezicht. Om die redenen is de Commissie tot de conclusie gekomen dat de afwijking in 2004 is toegekend in overtreding van de artikelen zeven en negen van de Vogelrichtlijn. In juli 2006 is een inbreukprocedure ingeleid in overeenstemming met artikel 226 van het Verdrag en tot nu toe heeft de Commissie nog geen officieel antwoord ontvangen van de Maltese autoriteiten.
De onderhavige zaak betreft de afwijking voor het jaar 2004. De Commissie weet echter dat Malta de voorjaarsjacht ook heeft toegestaan in de daaropvolgende jaren, dus in 2005 en 2006, en het lijkt erop dat dit ook in 2007 het geval is. Het voortzetten van de voorjaarsjacht gedurende al die jaren in weerwil van de wetgeving is een systematisch geval van gebrekkige toepassing van de Vogelrichtlijn. Om die reden en om de lopende inbreukprocedure uit te breiden zijn we van plan de Maltese autoriteiten een aanvullende ingebrekestelling te sturen, die betrekking heeft op de algemene handelwijze van de Maltese autoriteiten gedurende al die jaren, van 2004 tot nu. De Commissie zal hierover een besluit nemen op de vergadering van 21 maart. Als Malta de Vogelrichtlijn niet naleeft, zal de Commissie de voorziene gerechtelijke procedure tot het einde toe volvoeren. Maar dat stadium hebben we nog niet bereikt en ik blijf hopen dat de Maltese autoriteiten de Gemeenschapswetgeving zullen toepassen. In het kader van haar bevoegdheden zal de Commissie de nodige maatregelen blijven nemen opdat Malta, en bij uitbreiding elke lidstaat, de Vogelrichtlijn naar behoren ten uitvoer legt.
Simon Busuttil, namens de PPE-DE-Fractie. – (MT) Allereerst zou ik graag alle aanwezigen eraan willen herinneren, en met name de commissaris, dat tijdens de onderhandelingen tussen Malta en de Europese Unie de Europese Commissie Malta schriftelijk toestemming heeft gegeven om na toetreding tot de Europese Unie gebruik te maken van een afwijking om de voorjaarsjacht toe te staan. Hier voor mij ligt het document van 27 september 2002 waaruit dit blijkt. De Commissie is zich er terdege van bewust dat de onderhandelingen met Malta niet gemakkelijk waren, omdat de beslissing over al dan niet toetreden tot de Unie het hele land aanging. Toch heeft Malta er niet voor niets naar gestreefd een recht op een afwijking te verwerven. Daarom vind ik niet dat de commissaris bij de eerste gelegenheid dat Malta hiervan gebruik wil maken hier kan komen zeggen: "Nu mag u er geen gebruik van maken." Hoe kan de Commissie tijdens de onderhandelingen de afwijking schriftelijk bevestigen, om de eerste keer dat er gebruik van wordt gemaakt te zeggen dat dit niet is toegestaan? En bovendien, hoe kan de Commissie beweren dat er alternatieven zijn voor de voorjaarsjacht? Waarom is dat niet gezegd tijdens de onderhandelingen? Op deze vragen willen wij graag antwoord van u, commissaris.
Ik ben het hartgrondig met u eens dat deze afwijking jagers niet de vrije hand geeft. Graag wil ik u op de hoogste stellen van enkele maatregelen die Malta neemt om degenen aan te pakken die de jachtregels overtreden. Ten eerste mag er in het voorjaar slechts jacht worden gemaakt op twee soorten. Voor de toetreding van Malta mocht er in dat jaargetijde jacht worden gemaakt op 32 soorten. Dat aantal hebben we dus teruggebracht tot twee. Ten tweede is het jachtseizoen in het voorjaar bekort met achttien dagen. Ten derde, en dat is het belangrijkste punt, zijn de boetes voor degenen die de regels overtreden verhoogd tot 14 000 euro, twee jaar hechtenis en permanente intrekking van de jachtvergunningen voor recidivisten. Met andere woorden, bij de tweede overtreding wordt de rode kaart getrokken en worden zij uit het veld gestuurd. Hopelijk erkent de commissaris dat dit positieve maatregelen zijn. Helaas heeft de commissaris daar niet naar verwezen.
Laten we dus de overtreding van de regels veroordelen, maar degenen die zich wel aan de regels houden niet in het kamp van de overtreders plaatsen. Daarom ben ik tegen degenen die, en dat is het andere uiterste, de jacht volledig willen verbieden. Tot slot: ondanks de enorme politieke druk mag de Commissie niet uit het oog verliezen wat er is afgesproken tijdens de onderhandelingen.
Anne Van Lancker, namens de PSE-Fractie. – Meneer de commissaris, als Belgisch socialistisch lid van het Europees Parlement vind ik het echt belangrijk om vanavond aan dit debat mee te doen, ook omdat dit debat wordt gehouden als reactie op een verzoekschrift van de Belgische Koninklijke Vereniging voor vogelbeschermers die meer dan 200 000 handtekeningen verzamelde over de vogeljacht op Malta.
Het gaat hier, beste collega's, echt wel om een internationaal probleem. In Malta worden jaarlijks duizenden trekvogels doodgeschoten of gevangen gezet. Dat is des te erger omdat Malta een van de weinige rustplaatsen is voor trekvogels bij hun oversteek van de Middellandse Zee. Wat baat het nu immers wanneer landen in Europa veel geld en energie investeren in beschermende maatregelen in het kader van de Habitat- en de Vogelrichtlijn als dezelfde vogels op hun doortocht in andere landen worden doodgeschoten?
Aan mijn Maltese collega's zou ik willen zeggen: Malta heeft in het toetredingsverdrag inderdaad tot 2008 een aantal overgangsmaatregelen verkregen, maar die gaan alleen over het vangen van vogels met het oog op fokken om de soort in stand te houden. Dierenbeschermingsmaatregelen dus. Onder geen enkel beding staat deze overgangsmaatregel de jacht op trekvogels in de lente toe. De Europese Commissie heeft in haar ingebrekestelling duidelijk gemaakt dat Malta op dit punt de Vogelrichtlijn met voeten treedt en daarop kunnen geen uitzonderingen gemaakt worden.
Ook in het verslag van de onderzoeksmissie van de Commissie verzoekschriften van collega Libicki in juni 2006 wordt aan de kaak gesteld dat er op grote schaal op trekvogels gejaagd wordt en er wordt geconcludeerd dat een einde moet worden gemaakt aan de afwijking van de Vogelrichtlijn die Malta op eigen houtje heeft beslist. Ik denk dan ook dat het van uiterst groot belang is dat het Europees Parlement de Commissie in de procedure steunt en Malta ervan overtuigt de Vogelrichtlijn te respecteren en dus deze lente geen jacht op trekvogels toe te laten. Deze zaak, beste collega's, kan trouwens van het allergrootste belang zijn voor inbreuken op de Vogelrichtlijn die ook elders in de Europese Unie worden geconstateerd.
David Hammerstein Mintz, namens de Verts/ALE-Fractie. – (ES) Mevrouw de Voorzitter, we behandelen een uiterst belangrijk vraagstuk inzake de bescherming van het milieu, maar ook inzake de correcte toepassing van het Gemeenschapsrecht.
Het is nu bijna voorjaar en nog steeds wordt er op Malta gejaagd. Stropers hebben een belangrijk deel van het grondgebied van het land in handen gekregen. De Vogelrichtlijn wordt overduidelijk geschonden en de Maltese autoriteiten doen er helemaal niets aan.
De jagers worden door de regering beschermd en gedragen zich zelfs gewelddadig. Drie Maltese journalisten moesten in het ziekenhuis worden opgenomen nadat ze op brute wijze door jagers werden aangevallen, terwijl ze slechts hun werk deden in de nabijheid van mensen die tegen deze illegale praktijken aan het protesteren waren.
De meerderheid van de Maltese bevolking is echter tegen de voorjaarsjacht. Volgens een recente peiling verzet ruim 80 procent van de Maltezen zich tegen deze illegale praktijken. Zelfs de eigenaren van hotels en restaurants op Malta zijn tegen, en zeggen dat het slecht is voor het toerisme en slecht voor de economie.
Waarom is de Maltese regering vastbesloten deze illegale en barbaarse praktijken te beschermen? Alleen de Maltese partij "Democratisch Alternatief" – de Groenen – komt op voor het Gemeenschapsrecht op Malta. De Maltese regering toont een schandalig gebrek aan loyaliteit aan het Europees Verdrag dat zij nog maar kortgeleden heeft getekend voordat zij tot de Europese Unie toetrad. Hoe is dat mogelijk?
We vragen de Commissie vasthoudend en besluitvaardig op te treden in verband met deze inbreuk op het Gemeenschapsrecht.
David Casa (PPE-DE). – (MT) De resolutie die vandaag aan ons voorligt, dreigt een zeer ernstig en gevaarlijk precedent te scheppen. Er wordt namelijk in gesuggereerd dat een overeenkomst die reeds is goedgekeurd door de Europese Unie, door het Europees Parlement en door het Maltese volk in een referendum en in algemene verkiezingen moet worden geschonden. Deze resolutie heeft implicaties die veel verder strekken dan de voorjaarsjacht op Malta. Als zij wordt aangenomen, geven we een signaal af aan alle Europeanen dat de Europese Unie zich niet aan haar toezeggingen houdt. Dit soort resoluties ondergraven de geloofwaardigheid van de Europese instellingen. Welke garanties hebben wij Maltezen dat de Europese Unie woord houdt met betrekking tot de rest van de toetredingsonderhandelingen? Welke garantie hebben de Europese burgers dat de Europese Unie de uitkomst van de onderhandelingen blijft eerbiedigen die met zijn of haar land zijn gevoerd?
De fracties in dit Parlement hebben alle recht om hun doelen na te streven. Maar dit dient wel te gebeuren binnen de juiste parameters. Het kan niet zo zijn dat er een overeenkomst wordt geschonden, enkel en alleen omdat er enkele mensen zijn met een andere politieke agenda. Als er iemand tegen de illegale jacht is, dan ben ik het wel. Ik zal ook de eerste zijn om de gewelddadigheden tijdens de protestmars op Malta te veroordelen. Maar als we het toch hebben over barbaarse daden in EU-landen, dan hoef ik alleen maar Spanje en Italië te noemen, voorbeelden van andere landen in de Europese Unie waar illegale jacht plaatsvindt. Daarom zeg ik: laten wij de illegale jacht in de Europese Unie met alle middelen bestrijden, maar laten we dat wel in de hele Europese Unie doen en onze pijlen niet alleen op Malta richten.
De beloften die ons zijn gedaan tijdens de onderhandelingen moeten blijven gelden. Ik roep alle leden van dit Parlement op, ook degenen die geen deel uitmaken van mijn fractie, om zich in te zetten voor de bescherming van hetgeen de Europese burgers rechtens toekomt. Graag wil ik mijn collega de heer Schulz aanhalen, de voorzitter van de Sociaal-democratische Fractie in het Europees Parlement, die vanochtend, weliswaar in een ander verband, zei dat wij iedere overeenkomst die we ondertekenen dienen te eerbiedigen. Dit moet ook in het geval van Malta gelden. Daarom moeten wij respecteren wat er is overeengekomen.
Louis Grech (PSE). – (MT) Wij zijn van mening dat de regeringen van alle lidstaten, ook die van Malta, verplicht zijn om de milieuregels, ook die met betrekking tot de jacht, na te leven overeenkomstig de richtlijnen van de Europese Unie, de toetredingsverdragen en iedere andere overeenkomst die is ondertekend. Wij vinden ook dat het de plicht is van de autoriteiten om te waarborgen dat deze richtlijnen en wetten door iedereen worden nageleefd, en wij kunnen de illegale jacht dan ook op geen enkele wijze billijken. Daarom verzoekt de Sociaal-democratische Fractie in het Europees Parlement in een van de door haar ingediende amendementen om een transparantere benadering en stelt zij voor dat de Europese Commissie en de Maltese regering hun technische standpunten over dit onderwerp bekendmaken, inclusief de notulen van de vergaderingen die hebben plaatsgevonden of nog zullen plaatsvinden en waar de besluiten zijn of worden genomen.
Dit is zeer relevant omdat de Maltese regering voor de toetreding van Malta tot de Europese Unie had verklaard dat zij met de Europese Commissie een afwijking was overeengekomen met betrekking tot de voorjaarsjacht. Hoewel andere politieke krachten en maatschappelijke organisaties hun ernstige bezorgdheid kenbaar hebben gemaakt over hoe de Maltese regering het gebruik van deze afwijking zou interpreteren, koos de Commissie er, om redenen die alleen haar bekend zijn, voor om zich in stilzwijgen te hullen en een onduidelijk standpunt in te nemen. Helaas heeft dit de verwarring over de zaak alleen maar aangewakkerd. Indien beide partijen destijds opener waren geweest, dan had dit minder ambivalentie tot gevolg gehad en was de kans geringer geweest dat de Maltese samenleving ten onrechte werd opgezadeld met financiële repercussies. Dit is ook een geloofwaardigheidskwestie.
Joseph Muscat (PSE). – (MT) Het is duidelijker dan ooit tevoren dat de Maltese regering zowel milieubeschermers als vogeljagers en -vangers heeft misleid toen zij, voorafgaand aan Malta's toetreding tot de Europese Unie, de indruk probeerde te wekken dat zij erin was geslaagd om voor iedereen de hoofdprijs in de wacht te slepen. Milieuverordeningen dienen in overeenstemming te zijn met de richtlijnen van de Europese Unie en met de voorwaarden in het toetredingsverdrag. Dat is duidelijk, en daarop hebben wij van onze kant al heel lang gehamerd. Ik herhaal: de Maltese regering heeft de mensen misleid.
Voordat u echter instemmend knikt, dames en heren van de Commissie, moet worden gezegd dat dit deels ook uw schuld is. Voordat het referendum plaatsvond, bazuinde de Maltese regering rond dat het met u tot een overeenkomst was gekomen over de voorjaarsjacht, en u koos ervoor om uw mond te houden. Toen de Labour Party, wijzelf en enkele milieubeschermings- en jachtorganisaties hun twijfels kenbaar maakten over deze zogenaamde overeenkomst, hield u nog steeds uw mond, hoewel velen van u Malta hadden bezocht. Het minste dat de Maltese regering en de Commissie nu kunnen doen, is hun technische standpunten bekendmaken, want domweg beweren dat alles wat is besproken openbaar is gemaakt, is niet genoeg. Er zijn bepaalde documenten die we tot op de dag van vandaag niet kunnen vinden, hoe hard we ook zoeken. Er wordt wel naar verwezen, maar het is net of we in een enorme doolhof zijn beland. Deze documenten dienen toegankelijk te worden gemaakt voor iedereen, en de notulen van iedere gehouden of nog te houden bijeenkomst dienen te worden gepubliceerd. Dat geldt ook voor de notulen van de recente bijeenkomst in Brussel, waarna alle partijen de overwinning opeisten. Het wil er bij mij niet in dat iedereen op een en dezelfde bijeenkomst als winnaar uit de bus komt. Als deze notulen niet openbaar worden gemaakt, zullen degenen die de mensen hebben misleid dat blijven doen.
John Attard-Montalto (PSE). – (MT) Zelfs nu de Commissie verklaart dat er sprake is van inbreuk op het Gemeenschapsrecht, houden mijn collega-afgevaardigden van de andere partij vol dat er een schrijven bestaat waarin staat dat de Maltese regering gebruik mag maken van een afwijking. Niet zo vreemd dus dat er nogal wat verwarring is ontstaan. We zijn maar met een handvol mensen in dit Parlement, en toch kunnen we het niet eens worden over de feiten. Zoals mijn twee collega's uit de Sociaal-democratische Fractie in het Europees Parlement al zeiden, is er behoefte aan meer transparantie en is het zaak om het in ieder geval eens te worden over de feiten. Het probleem is dat er sprake is van onduidelijkheid en verwarring. Die is echter niet zomaar ontstaan. Volgens mij is de zaak vertroebeld doordat – hoewel de jacht voor jagers en vangers een passie is, terwijl BirdLife Malta er een kruistocht tegen voert – het uiteindelijk een politieke kwestie is geworden, namelijk: wie krijgt de stemmen uit die geledingen die de uitkomst kunnen bepalen van een referendum of van algemene verkiezingen? Net als de vorige sprekers wil ik daarom vragen of de feiten omtrent de onderhandelingsovereenkomsten tussen Malta en de Europese Unie kunnen worden bekendgemaakt en zo helder mogelijk kunnen worden uiteengezet, zodat alle betrokken partijen op de hoogte zijn. Tot slot het volgende: als wij het zelfs niet eens kunnen worden over de feiten, dan is de kans klein dat wij het eens zullen worden over de oplossing van het probleem.
Stavros Dimas, lid van de Commissie. – (EL) Mevrouw de Voorzitter, ook al hebben stemmen vleugels en vliegen zij van de ene partij naar de andere, zijn het niet zozeer de stemmen die mij interesseren, maar wel het probleem van de illegale jacht.
Ik denk dat de afgevaardigden heel goed weten wat de antwoorden zijn op de vragen die zij hebben gesteld. Zo weten zij dat wat is overeengekomen bij de toetreding van landen tot de Europese Unie openbaar is. Er bestaan geen geheime overeenkomsten en ik ben er zeker van dat de afgevaardigden dat heel goed weten, omdat zij nu al twee jaar lid zijn van het Europees Parlement. Ik begrijp dus niet precies wat die geheime documenten zijn. Hier heerst geen enkele geheimhouding. Al wat is overeengekomen, is openbaar. Voor Malta is overeengekomen dat er een overgangsperiode komt voor de vogelvangst. Andere overeenkomsten zijn niet gesloten.
Wat de afwijkingen betreft, kent artikel 9 alle lidstaten het recht toe te verzoeken om afwijkingen. Ook Malta mag een afwijking vragen in overeenstemming met de bepalingen van artikel 9. Hoewel Malta geen afwijking heeft gevraagd, is er in de praktijk wel een toegepast, dus hebben wij Malta voor het Hof gedaagd en sinds juli 2006 wachten wij op een antwoord van Malta. Dat antwoord is er nog steeds niet.
Mevrouw de Voorzitter, de Commissie juicht de actieve bijdrage van de Commissie verzoekschriften van het Parlement toe. Het bezoek van de leden van de Commissie verzoekschriften aan Malta in mei 2006 heeft vrucht afgeworpen. Het verslag van dat bezoek bevestigt dat de standpunten van de Europese Commissie en van het Europees Parlement in deze zaak overeenstemmen.
De Commissie heeft een inbreukprocedure ingeleid omdat de Maltese autoriteiten de voorjaarsjacht blijven toestaan in weerwil van de Gemeenschapswetgeving. Malta overtreedt duidelijk de wet. Het land is begonnen met de afwijking voor het jachtseizoen van 2004 en is daar de volgende jaren gewoon mee doorgegaan, ook dit jaar, zo lijkt het.
Het is een prioriteit voor de Commissie om stelselmatige en algemene schendingen van de Gemeenschapwetgeving betreffende vogels te verhinderen. Daarom zijn we van plan – zoals ik eerder heb gezegd – de huidige inbreukprocedure voor 2004 uit te breiden tot alle inbreuken door Malta. Op die manier zullen wij toekomstige schendingen kunnen bestrijden en verhinderen. Dat besluit zal worden genomen op de Commissievergadering van 21 maart.
In verband met de huidige toestand zal een delegatie van de Commissie op 28, 29 en 30 maart naar Malta reizen om de kwestie grondiger te bespreken. Zo zal uitleg worden gevraagd aan de bevoegde autoriteiten en het zal hun duidelijk worden gemaakt dat ze de Gemeenschapswetgeving onverwijld moeten toepassen. Indien de Maltese autoriteiten voet bij stuk houden, zal de Commissie de volgende stap in de procedure in werking stellen, namelijk het publiceren van een met redenen omkleed advies, zodat meteen daarna de zaak aanhangig kan worden gemaakt bij het Hof van Justitie.
De procedure die de Commissie kan volgen – in elke zaak, ik spreek niet alleen over Malta – in het kader van de verwijzing en na publicatie van het met redenen omklede advies op grond van artikel 228, is verzoeken om een gerechtelijk bevel om de lidstaat te verplichten tot het beëindigen van de inbreuk. Het Hof kan een gerechtelijk bevel uitvaardigen als het van oordeel is dat het dringend noodzakelijk is onherstelbare schade te voorkomen die het gevolg is van een duidelijke en onweerlegbare schending van het Gemeenschapsrecht.
In het geval van Malta zou de Commissie vandaag niet om een gerechtelijk bevel kunnen verzoeken, als zij niet eerst – zoals ik eerder al heb aangekondigd – de zaak van 2004 zou uitbreiden tot de daaropvolgende jaren (2005, 2006 en eventueel 2007). Het Hof zou dat verzoek namelijk verwerpen, aangezien het gevaar voor onherstelbare schade niet meer zou bestaan. Het verzoek om een gerechtelijk bevel zou ongegrond zijn omdat het enkel zou slaan op de inbreuk van 2004. Juist daarom vinden wij het – vanuit juridisch oogpunt en om toekomstige inbreuken te voorkomen – passend om de huidige procedure uit te breiden op de vergadering van de Commissie op 21 maart.
Ik hoop dat de Maltese autoriteiten tijdens het bezoek van de ambtenaren van het DG Milieu ervan zullen worden overtuigd dat zij de bepalingen van het Gemeenschapsrecht volledig dienen na te leven.
De Voorzitter. – Er zijn zeven ontwerpresoluties(1) ingediend, overeenkomstig artikel 108, lid 5, van het Reglement.
Het debat is gesloten.
De stemming vindt morgen, donderdag, om 12.30 uur plaats.