Martin Callanan (PPE-DE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik doe een beroep op het Reglement. Ik wil, in overeenstemming met het Reglement, een financieel belang bij het verslag-Rübig aanmelden. Ik zal niet deelnemen aan de stemming over de desbetreffende punten.
De Voorzitter. – Dat is zeer fatsoenlijk. De meesten van ons hebben een mobiele telefoon!
Roger Helmer (NI). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ook ik wil op grond van artikel 166 een financieel belang aanmelden. Als lid van het Europees Parlement en frequent gebruiker van mobiele telefoons heb ik veel te winnen bij deze wetgeving. Ik sluit mijzelf daarom uit van de stemming. Ik vertrouw erop dat veel van mijn collega’s mijn voorbeeld zullen volgen!
(Gelach)
De Voorzitter. – Dat staat genoteerd!
Richard Corbett (PSE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, wilt u op basis van de logica van de vorige twee sprekers informeren of er misschien een lid van het Europees Parlement is die geen mobiele telefoon bezit? Dan kan dat lid besluiten of we deze wetgeving aannemen of niet!
(Gelach en applaus)
De Voorzitter. – Ik denk dat wij nu weer verder kunnen gaan.
– Na de aanneming van de wetgevingsresolutie
De Voorzitter. – Mijn gelukwensen aan de heer Rübig en de Europese gebruikers van mobiele telefoons!
(Applaus)
Paul Rübig (PPE-DE), rapporteur. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, ik bedank het Huis voor zijn steun en vooral de Raad voor de toezegging dat 27 juni de uiterste datum is waarop de verordening van kracht wordt. En tegen de collega’s die zich van stemming onthouden hebben, zou ik willen zeggen dat we de kosten voor de belastingbetaler reduceren.