Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2007/2089(INI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A6-0249/2007

Ingediende teksten :

A6-0249/2007

Debatten :

PV 09/07/2007 - 19
CRE 09/07/2007 - 19

Stemmingen :

PV 10/07/2007 - 8.38
CRE 10/07/2007 - 8.38
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2007)0326

Volledig verslag van de vergaderingen
Maandag 9 juli 2007 - Straatsburg Uitgave PB

19. Vooruitzichten voor de interne gas- en elektriciteitsmarkt (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. Aan de orde is het verslag (A6-0249/2007) van Alejo Vidal-Quadras, namens de Commissie industrie, onderzoek en energie, over de vooruitzichten voor de interne gas- en elektriciteitsmarkt (2007/2089(INI)).

 
  
MPphoto
 
 

  Alejo Vidal-Quadras (PPE-DE), rapporteur. (ES) Mijnheer de Voorzitter, op 10 januari van dit jaar heeft de Commissie het zogeheten energiepakket gepresenteerd, waarin een globale analyse wordt gemaakt van de energievooruitzichten van de Europese Unie, inclusief de bijdrage van hernieuwbare energiebronnen, het gebruik van conventionele bronnen en de verwezenlijking van een concurrerende en open interne markt voor gas en elektriciteit.

Het verslag dat morgen door dit Huis zal worden aangenomen geeft antwoord op de belangrijkste vragen die de Commissie aan de orde heeft gesteld met betrekking tot dit laatste aspect, de interne markt. De tekst die is aangenomen in de Commissie industrie, onderzoek en energie, op basis van overeenstemming tussen alle fracties, weerspiegelt het feit dat er over de meeste onderwerpen consensus bestaat, en we hopen dat commissaris Piebalgs onze bijdragen kan gebruiken met het oog op de aanneming van het derde liberaliseringspakket in september.

Dan kom ik nu op de inhoud van het verslag. Het Parlement is van mening dat we meer coördinatie op Europees niveau nodig hebben met betrekking tot het regelgevend kader. Het huidige systeem – 27 lidstaten, 27 verschillende regels – vormt een groot obstakel voor het creëren van een interne markt, met name wat betreft de grensoverschrijdende handel en het bevorderen van de ontwikkeling van interconnecties. Daarom wordt voorgesteld om een Europese instantie in het leven te roepen om deze aspecten te reguleren.

Ook verwelkomen wij het vaste voornemen van de Raad om een interconnectiegraad van 10 procent tussen de lidstaten te bereiken, wat met name belangrijk is voor de perifere landen.

Op nationaal niveau vragen we dat de nationale regelgevende instanties volledig onafhankelijk zijn van de regeringen en de sector en dat ze meer bevoegdheden krijgen, zodat ze de wet beter kunnen handhaven. De regelgevende instanties moeten ervoor zorgen dat de markten transparant zijn, en voor iedereen openstaan en dat er geen misbruik plaatsvindt door de bestaande bedrijven.

We zijn het er ook mee eens dat de gereguleerde tarieven geleidelijk moeten worden afgebouwd. Dat geldt voor verschillende lidstaten, waarin dit soort tarieven worden gebruikt om nieuwkomers van de markt te weren; in sommige gevallen zijn deze tarieven zo laag dat ze geen afspiegeling vormen van de kosten, wat een verkeerd signaal afgeeft aan de consument.

We leven in een tijd waarin we onze consumptiepatronen radicaal moeten veranderen, en om optimaal gebruik te kunnen maken van de energiebronnen is het nodig dat de burgers zich volledig bewust zijn van de werkelijke waarde van die energie.

Ook bevat het verslag – als ik deze term mag gebruiken – een sociale paragraaf, waarin de lidstaten erop wordt gewezen dat de voltooiing van de interne energiemarkt in geen geval mag leiden tot een verzwakking van de consumentenrechten en dat onze verplichtingen jegens de kwetsbare sectoren van de samenleving van kracht moeten blijven.

Blijft over de meest brandende kwestie van het verslag: de ontvlechting van eigendom tussen de productie en de distributie van elektriciteit. De Commissie industrie, onderzoek en energie is in meerderheid van mening dat deze ontvlechting van eigendom ons een adequaat middel in handen geeft om de transparantie te vergroten, investeringen te waarborgen en de toegang van nieuwkomers op de markt te garanderen.

Dit zijn de meest essentiële punten van het verslag, mijnheer de Voorzitter, en ik wil alleen het directoraat-generaal Vertaling, het Publicatiebureau en het voorzitterschap van dit Parlement bedanken voor hun onbetaalbare hulp. Zonder hen zou het niet mogelijk zijn geweest om dit verlag in slechts vier maanden te voltooien, op tijd om daadwerkelijk een rol in het wetgevingsproces te kunnen spelen. Ook wil ik de uitstekende samenwerking met de schaduwrapporteurs en de fracties noemen. Het was een groot genoegen om met hen te onderhandelen over dit verslag en laten we hopen dat de stemming van morgen voor een mooie afsluiting van al dit werk zal zorgen.

 
  
  

VOORZITTER: RODI KRATSA-TSAGAROPOULOU
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Andris Piebalgs, lid van de Commissie.(EN) Mevrouw de Voorzitter, ik wil beginnen op het punt waar ondervoorzitter Vidal-Quadras eindigde, door hem allereerst te bedanken voor zijn toewijding en al het werk dat hij heeft verricht. Ook wil ik de Commissie industrie, onderzoek en energie bedanken voor het levendige debat, alsook iedereen die eraan heeft bijgedragen dat dit verslag zo snel kon worden aangenomen. Dit is echt een prestatie en bovendien één die bijzonder wordt gewaardeerd.

Als het verslag wordt aangenomen – en ik hoop dat dat morgen zal gebeuren – zal het de weg effenen voor een wetgevingsvoorstel van de Commissie dat we in september gereed willen hebben. We hebben dit verslag echt nodig en moeten in de resterende maanden juli en augustus een deugdelijk wetgevingsvoorstel voorbereiden waarin alle punten die door het Europees Parlement naar voren zijn gebracht terdege zijn overwogen.

Ik wil beginnen met te zeggen dat we dit voorstel nodig hebben. Ik vind het van groot belang dat we nooit de reden uit het oog verliezen waarom de Commissie echt in dit voorstel gelooft. Vanuit formeel oogpunt is daar het argument dat twee verslagen van de Commissie en het definitieve verslag over het onderzoek naar de Europese gas- en elektriciteitssectoren duidelijk hebben aangetoond dat er nieuwe juridische maatregelen op Europees niveau nodig zijn om de fundamentele doelen van leveringszekerheid en concurrentievermogen te bereiken.

Dit zijn echter niet de enige redenen. Er heeft een ingrijpende verandering plaatsgevonden in de energiewereld die dit voorstel rechtvaardigt. Ten eerste hebben we historisch hoge energieprijzen. De olieprijs ligt vandaag met 70 dollar per vat zeker zeer hoog. We horen minder van degenen die gewoonlijk zeggen dat de olieprijzen zullen zakken. Als de olieprijzen hoog zijn, betekent dat dat ook de gasprijzen hoog zijn, en het heeft ook invloed op de prijs van steenkool: in wezen zijn alle energiekosten hoger. We verwachten dat de hoge prijzen zullen aanhouden vanwege een hoger verbruik en een grotere wereldwijde vraag tengevolge van de groeiende bevolking.

De tweede uitdaging, namelijk klimaatverandering, is veel duidelijker. We weten dat de energiesector verantwoordelijk is voor een grote bijdrage van broeikasgassen, dus we moeten de instrumenten om klimaatverandering te bestrijden krachtiger maken. Tot slot, maar daarom niet minder belangrijk, is daar ook nog de uitdaging van de uitbreiding van de Europese Unie. De nieuwe lidstaten die tot de Europese Unie toetreden, brengen een veel grotere noodzaak met zich mee voor het invoeren van krachtigere solidariteitsmechanismen in de energiesector van de Europese Unie. Veel van deze landen zijn afhankelijk van slechts één leverancier en zijn uiterst kwetsbaar als de voorziening wordt ontwricht.

De doelstellingen van het energiebeleid – continuïteit van de energievoorziening, duurzaamheid en concurrentievermogen – zijn sterk afhankelijk van de situatie op de Europese gemeenschappelijke markt. Op 1 juli 2007 heeft er een grote waarnemingsverschuiving plaatsgevonden omdat iedere consument vanaf dat moment zijn leverancier mocht kiezen. Dit moet een krachtige boodschap afgeven voor investeringen en moet een hogere kwaliteit opleveren. Maar de boodschap werd afgezwakt omdat er in vele lidstaten slechts halfslachtige stappen zijn ondernomen en men daar tevens niet voldoende consequent in was.

Er is gezegd dat de prijzen van grondstoffen op de wereldmarkt stijgen vanwege liberalisering, maar dat is er nooit de reden van geweest. De reden is dat die liberalisering nooit heeft plaatsgevonden, wat inhoudt dat, welke stappen er ook worden genomen, we garanties moeten geven dat alle burgers en alle bedrijven in de Europese Unie de gelegenheid en het recht hebben om zelf een leverancier te kiezen. Als de prijs of de dienstverlening onbevredigend is, moet daar verandering in komen zonder dat men zich zorgen maakt over dat proces. Ik ben van mening dat het absoluut noodzakelijk is om krachtigere maatregelen te nemen die zorgen voor een groter concurrentievermogen en een grotere rol voor Europa, want de kracht van Europa ligt in haar omvang en reikwijdte.

De belangrijkste maatregelen waren goed weergegeven door de rapporteur. Een aantal daarvan wil ik kort bespreken. Ontvlechting is absoluut een belangrijk thema. We zijn zeer ingenomen met de formulering met betrekking tot de ontvlechting van de elektriciteitssector.

Wat betreft de gassector moeten er enkele aanvullende argumenten naar voren worden gebracht, omdat de situatie met betrekking tot de gassector in wezen immers hetzelfde is. Ook wat betreft de gassector geldt: als de ontvlechting niet correct wordt doorgevoerd, zullen leveringen de consumenten niet bereiken waardoor de markt zal wegkwijnen wegens een gebrek aan gas.

Transparantie is belangrijk. Wat betreft regelgeving moeten we twee niveaus bekijken. Ten eerste moeten we het niveau bekijken van energiestromen op grensoverschrijdende markten, en ten tweede moeten we erop toezien dat nationale regelgevende instanties bevoegdheden krijgen, maar ook voldoen aan de verplichting om nieuwe investeringen te doen. Zij zijn niet alleen verantwoordelijk voor toezicht op de markt. Zij moeten feitelijk verantwoordelijk zijn voor het feit dat er nieuwe investeringen plaatsvinden. De samenwerking tussen transportsysteembeheerders moet worden versterkt, evenals het beleid ten aanzien van interconnecties.

Daarnaast wil ik benadrukken dat er ook een aantal goede en belangrijke punten zijn vermeld op het gebied van energie-efficiëntie, slimme netwerken, biogas en evenwicht met betrekking tot langetermijncontracten. Ik wil een punt verdedigen dat in het verslag wellicht is gemeden of zeer omzichtig is genoemd. Wat betreft regionale samenwerking tonen ontwikkelingen op de vijfzijdige markt absoluut aan dat er ook op de regionale markt veel mogelijkheden liggen. Tegelijkertijd ben ik het met het Parlement eens dat we er altijd voor moeten waken de interne markt niet op te splitsen, maar dat we dit initiatief in feite moeten gebruiken om de markt als geheel te stimuleren.

Tot slot wil ik mijn dank uitspreken aan alle betrokkenen. Alle punten uit het verslag zullen in het voorstel van de Commissie zorgvuldig in aanmerking worden genomen. We moeten niet vergeten dat energie een bepaalde grondstof is, net als aarde, water en lucht. Tegelijkertijd zou ik kunnen zeggen dat het op dit punt een schaarsere grondstof is totdat we hebben geleerd hoe we meer energie kunnen onttrekken aan de zon, de wind of uit biomassa.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophia in ’t Veld (ALDE), Rapporteur voor advies van de Commissie economische en monetaire zaken. – Voorzitter, allereerst felicitaties aan de rapporteur. Het verslag dat de Commissie economische en monetaire zaken heeft goedgekeurd, ligt eigenlijk helemaal in uw lijn en dat is grotendeels ook de lijn van de Commissie en de lijn die ik als rapporteur had uitgezet.

Het is duidelijk dat we in de 21ste eeuw een echte volwaardige interne energiemarkt nodig hebben. Dat is op de top twee weken geleden andermaal tot uiting gekomen en dat wil zeggen dat we streven naar daadwerkelijke concurrentie. Protectionisme is dus uit den boze. Het is heel goed dat in het verslag van de heer Vidal-Quadras staat dat er sprake moet zijn van wederkerigheid, want nog te vaak zien we dat landen die aan de ene kant hun eigen nationale kampioenen willen beschermen, wel gaan shoppen in andere landen en dat kan natuurlijk niet.

Natuurlijk moeten de belangen van de burgers beschermd worden, want u zegt terecht dat energie een specifiek goed is. Maar dat moet gebeuren door openbare-dienstverplichtingen, doordat de overheid haar verantwoordelijkheid neemt en niet door protectionisme. Bescherming? Ja. Afscherming van markten? Nee.

Tenslotte ben ik heel blij dat er nu zeer uitdrukkelijk een oude wens van de liberalen in het verslag staat, namelijk dat door het creëren van daadwerkelijk gelijke concurrentievoorwaarden en door het verwerken van de externe milieukosten in de prijs hernieuwbare energiebronnen eindelijk een goede concurrentiepositie krijgen ten opzichte van andere energiebronnen, want daarmee is ons milieu zeker gebaat.

 
  
MPphoto
 
 

  Brigitte Douay (PSE), rapporteur voor advies van de Commissie regionale ontwikkeling. – (FR) Mevrouw de Voorzitter, ik zou namens de Commissie regionale ontwikkeling de aandacht willen vestigen op het feit dat de voltooiing van de interne energiemarkt niet los kan worden gezien van de doelstelling van economische, sociale en territoriale samenhang van de Europese Unie. Ze moet daarom gericht zijn op een hoog niveau wat de openbare dienst betreft, de zekerheid van de energievoorziening moet gewaarborgd zijn en de consument moet optimaal in zijn behoeften worden voorzien. Volledige concurrentie op een zo specifieke markt als de gas- en elektriciteitsmarkt kan enkel gerechtvaardigd worden door lagere prijzen, uitgebreidere diensten en efficiëntere dienstverlening aan de klanten.

Ik wil er dus meer in het bijzonder op aandringen dat rekening wordt gehouden met de kwetsbaarste burgers en dat de levering in achtergebleven regio's, regio's met een natuurlijke handicap en ultraperifere gebieden gewaarborgd blijft. Daarnaast verdienen de grensregio's bijzondere aandacht, aangezien die als eerste van de gevolgen van de interne markt kunnen profiteren.

Bij de voltooiing van deze markt is totale transparantie vereist, evenals volledige en eerlijke informatie voor de consument over de herkomst van de energie, in het bijzonder voor wat betreft duurzame energie. In dat verband moet de Europese Unie de regionale en lokale overheden steunen bij hun inspanningen om energie-efficiëntie en -besparing te stimuleren, met name op het gebied van het vervoers- en huisvestingsbeleid.

Tot slot wil ik de heer Vidal-Quadras graag bedanken dat hij een aantal van onze opmerkingen in zijn verslag rekening heeft meegenomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Herbert Reul, namens de PPE-DE-Fractie. – (DE) Mevrouw de Voorzitter, dames en heren, het is buitengewoon moeilijk om tot een betere inrichting van de interne energiemarkt te komen. We lopen immers tegen nogal wat problemen aan, hetzij omdat de energie in handen is van een staatsbedrijf, hetzij omdat ze in handen is van een monopolist, hetzij omdat de staat intervenieert en prijzen vaststelt. Er is dus alle aanleiding om na te denken over de vraag met welke instrumenten we op dit terrein meer marktwerking kunnen bewerkstelligen.

Een deel van het Parlement heeft problemen met de voorstellen. Volgens sommige van deze voorstellen is eigendomsontvlechting de enige garantie voor een liberalisering van de interne markt. Die visie wordt echter niet door harde feiten gestaafd. Kijkt u maar naar de realiteit. Overheden en energiebedrijven investeren niet noodzakelijk het meest in netten die ontvlochten zijn. Volgens de beschikbare cijfers investeren overheden en bedrijven vooral in interconnectoren en netten die niet ontvlochten zijn.

We moeten onszelf de vraag stellen of er eigenlijk wel onderscheid moet worden gemaakt tussen lidstaten waar de energiebedrijven in handen van de overheid zijn en lidstaten waar ze in particuliere handen zijn. Waarom geldt het beginsel van ontvlechting eigenlijk alleen voor systemen die particulier eigendom zijn en niet ook voor systemen die staatseigendom zijn?

Hoelang duurt het eigenlijk voordat het instrument van de eigendomsontvlechting het hele wetgevingstraject heeft doorlopen en wordt geëffectueerd? We willen de veranderingen toch zo snel mogelijk doorvoeren? De ervaring heeft echter geleerd dat het naar alle waarschijnlijkheid nog jaren zal duren voordat dit mechanisme – als we het nu in gang zetten – enig effect zal sorteren.

Last but not least dient zich de vraag aan wie deze netten eigenlijk zal kopen. Wie zal straks de eigenaar zijn: de staat, andere bedrijven – Gazprom, hedgefondsen? Hoe zal dat in zijn werk gaan? Is dat echt wat we willen? Ik betwijfel of we met dit instrument de juiste weg inslaan. Daarom wil ik ervoor pleiten dat we de lidstaten meer alternatieve mogelijkheden bieden zoals ISO of RIO, dus regionale samenwerking. We moeten kijken hoe we op zo veel mogelijk manieren ons gemeenschappelijke doel kunnen bereiken. We moeten echter voorkomen dat we ons uitsluitend concentreren op één methode alsof die alleenzaligmakend zou zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Edit Herczog, namens de PSE-Fractie. – (HU) Mijn felicitaties aan de rapporteur die samen met de schaduwrapporteurs in zeer korte tijd zeer succesvol werk heeft afgeleverd. Bedankt en gefeliciteerd. In het conceptverslag is het ons gelukt een ongebruikelijk grote hoeveelheid significante compromissen uit te werken.

Bij de kwestie van ontvlechting van eigendom moeten we de beslissing van de democratische meerderheid accepteren: tijdens de vergadering van de parlementaire commissie heeft iedereen vóór de ontvlechting van eigendom gestemd. Maar we formuleren op dit moment politieke richtsnoeren en leggen geen regels vast. Het is dus verstandig om de meeste mogelijkheden open te laten. Ontvlechting van eigendom lijkt de meest effectieve oplossing maar het is niet de enige mogelijkheid. Juist daarom zal de Sociaal-democratische Fractie het eerste amendement steunen, waardoor de toekomstige effectstudie ook zal worden toegepast op het ISO-model voor systeembesturing.

Namens de Sociaal-democratische Fractie verwelkom ik in het bijzonder het nieuwe hoofdstuk over de sociale gevolgen van de marktliberalisering en consumentenbescherming. Ik wil de Commissie oproepen zonder meer gevolg te geven aan het voorstel in het verslag en zo snel mogelijk, als het kan nog dit jaar, een Europees Handvest voor de rechten van de energieconsument op te stellen. Het staat inmiddels namelijk buiten kijf dat iedereen energie nodig heeft en juist daarom plaatsen we in ons toekomstige energiebeleid de consument centraal. In de praktijk weten de consumenten vaak niet wanneer, onder welke omstandigheden en hoe ze hun recht op energie kunnen laten gelden. Hiervoor hebben ze informatie, hulp en in sommige gevallen bescherming nodig.

Ik wil u erop attent maken dat het Parlement op het punt staat een zeer gedecideerd en vooruitstrevend standpunt aan te nemen wat betreft het openstellen van de markt en de regelgeving. In het vervolg hechten wij ook als medebeslissende instantie aan de onafhankelijkheid, de taken en de samenwerking van de regulatoren, het transparanter maken van de markt en de verwezenlijking van de ontwikkelingen.

Ten slotte wil ik iedereen eraan herinneren dat het energiebeleid de volgende doelstellingen heeft geformuleerd: de voorzieningszekerheid in Europa, het concurrentievermogen van Europa en de vermindering van koolstofdioxide. Concurrentie is slechts een hulpmiddel. Laten we deze twee zaken dan ook niet door elkaar halen en de concurrentie alleen dan en in die mate laten gelden dat de voorzieningszekerheid en het concurrentievermogen hier daadwerkelijk bij zijn gebaat – bijvoorbeeld als het gaat om prijsafspraken voor de lange termijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Anne Laperrouze, namens de ALDE-Fractie. – (FR) Mevrouw de Voorzitter, mijnheer de commissaris, dames en heren, allereerst wil ik de heer Vidal-Quadras graag complimenteren met het karwei dat hij heeft geklaard: ondanks het netelige onderwerp en het grote aantal amendementen heeft hij het voor elkaar gekregen dat in de tekst die door het Parlement zal worden aangenomen, de verschillende opties staan opgesomd die richting kunnen geven aan de komende debatten van deze herfst.

Met dit verslag wordt opnieuw bevestigd dat voor de nationale regelgevende instanties een sleutelrol is weggelegd. Dat zij onafhankelijk zijn en dat er gestreefd wordt naar meer convergentie en harmonisatie van hun bevoegdheden is niet alleen essentieel in termen van transparantie, openbaarmaking en aansprakelijkheid, maar ook in termen van de betrekkingen met de transmissiesysteembeheerders, want er moet een eind gemaakt worden aan de technische en reglementaire verschillen die een barrière vormen voor grensoverschrijdende handel en interconnecties. Ik vind dat de regelgevende instanties moeten instemmen met noodzakelijke investeringen die door de systeembeheerders worden voorgesteld, en dat zij zorg moeten dragen voor de verwezenlijking ervan. Het is dan ook een stap in de goede richting dat de Europese Commissie de samenwerking tussen de nationale regelgevende instanties wil versterken.

Het verheugt de ALDE-Fractie dat dit Parlement heeft benadrukt dat de elektriciteitssector en de gassector een verschillende aanpak nodig hebben. Laatstgenoemde sector vraagt namelijk om specifieke oplossingen waarbij rekening wordt gehouden met de verschillen tussen de markten upstream en downstream. Zo zijn de gasproducenten merendeels buiten de Europese Unie gevestigd, zodat ze niet aan dezelfde regels gebonden zijn als die van de interne markt. De ontvlechting van de eigendomsrelaties met betrekking tot de netwerken kan de Europese gasbedrijven kwetsbaarder maken.

Wat de gereguleerde tarieven betreft achten wij het noodzakelijk dat de lidstaten geleidelijk een eind maken aan de toepassing hiervan, maar dat de mogelijkheid van achtervangtarieven blijft bestaan om de kwetsbaarste consumenten te beschermen.

Ik wil afronden met het thema dat aanleiding heeft gegeven tot dit debat: de kwestie van de ontvlechting van de eigendomsrelaties, ofwel de ownership unbundling. De ALDE-fractie is van mening dat voor het goed functioneren van de interne markt een transparante en niet-discriminerende behandeling van alle marktspelers door de systeembeheerder essentieel is. Wat dat aangaat wijkt mijn standpunt af van dat van sommige van mijn collega's, want ik beschouw deze ontvlechting niet als de ultieme oplossing voor de voltooiing van de interne markt. Als deze optie niet de goede blijkt te zijn, nadat ze eenmaal is opgelegd, kan dit schadelijke gevolgen hebben voor de Europese maatschappijen en uiteindelijk ook voor de leveringszekerheid.

Het lijkt me belangrijker om een gedragscode voor de systeembeheerders op te stellen, om de noodzakelijke investeringen door te voeren en om de slagkracht van de regelgevende instanties te vergroten. Voor het functioneren van de markt hebben we zowel grote Europese energiekampioenen nodig als concurrentie. Daarbij moet gezorgd worden voor prijstransparantie en moeten woekerprijzen worden vermeden, want zowel voor de Europeanen als voor de Europese economie is energie een primaire levensbehoefte.

 
  
MPphoto
 
 

  Eugenijus Maldeikis, namens de UEN-Fractie. – (LT) Allereerst wil ik de rapporteur graag bedanken voor zijn constructieve en realistische opstelling bij de voorbereiding van dit verslag, en voor zijn werkelijk grondige inzicht in een zo complex verschijnsel als het liberaliseringsproces van de elektriciteits- en gasmarkt in de Europese Unie. Graag zou ik iets ter sprake willen brengen dat ik van groot belang acht en waar ik de aandacht op wil vestigen, namelijk dat de liberalisering van de gas- en elektriciteitsmarkt niet los van de vorming van buitenlands beleid kan plaatsvinden, omdat de gas- en elektriciteitsmarkt steeds afhankelijker wordt van derde landen en van bedrijven uit die landen. We zijn ons maar al te goed bewust van de mogelijke gevolgen, en een sterke coördinatie van de verschillende stadia en methoden van de liberalisering door het opzetten van een buitenlands energiebeleid, is dan ook essentieel. Daarnaast zou ik graag willen benadrukken dat dit geen ondubbelzinnig proces is – het is uiterst complex. Het is van fundamenteel belang dat we er uitdrukkelijk op wijzen dat 20 van de 27 landen bestaande wetgevingsvoorstellen nog altijd niet in hun nationale wetgeving hebben verwerkt, terwijl de nieuwe stappen die nog voor ons liggen voor de liberalisering van de markt, ondersteund zullen moeten worden met aanvullende middelen voor de tenuitvoerlegging van wat eerder is vastgesteld.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Turmes, namens de Verts/ALE-Fractie. – (DE) Mevrouw de Voorzitter, we hebben een Europese interne markt voor elektriciteit en gas geschapen die vooral te lijden heeft onder het feit dat de monopolisten E.ON, RWE en EDF op deze markt actief zijn. We hebben in Duitsland en Frankrijk gezien hoe allianties van concerns en politieke elites het spel vanaf het begin niet eerlijk speelden, maar hun markten afschermden en andere bedrijven opkochten: monopole in Frankrijk, monopolie buiten Frankrijk.

Wat moet er worden gedaan om een uitweg uit deze situatie te vinden en de consumenten te laten profiteren van de in principe positieve effecten van een interne markt? We moeten de rol van de regelgevende instanties versterken en de elektriciteits- en gasnetten scheiden van de elektriciteitsproducenten en gasbedrijven. Ook moeten er programma’s komen als de gas and electricity release programmes, die de regelgevende instanties of mededingingsautoriteiten de mogelijkheid bieden om elektriciteit en gas aan andere marktpartijen te verkopen wanneer de markt te sterk wordt gedomineerd.

Dat is de lijn die de Commissie industrie, onderzoek en energie in grote meerderheid heeft gekozen. Ik hoop dat mijn collega’s zich niet op het laatste moment nog iets gelegen laten liggen aan de vele e-mails van de heer Reul, die rechtstreeks van het hoofdkantoor van RWE komen. Pas nadat er tegen de zin van de Duitse energieconcerns een nationale regelgevende instantie was opgericht, gingen de tarieven in de Duitse elektriciteitsnetten naar beneden. Daarbij ging het om miljarden, die tot dan toe niet in de portemonnee van de consument terecht waren gekomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Esko Seppänen, namens de GUE/NGL-Fractie. – (FI) Mevrouw de Voorzitter, mijnheer de commissaris, eigendomsontvlechting is in de Europese Unie een gepatenteerd medicijn tegen marktziekten die worden veroorzaakt door marktvirussen en -bacteriën. Onze fractie heeft geen groot vertrouwen in zelfreguleringsmechanismen van de markt om deze ziekten te genezen. Er zijn ook sterke nationale en communautaire regelgevende instanties nodig.

Het grootste nadeel voor de consument is het prijsmechanisme voor elektriciteit. Op de beurs krijgen alle producenten dezelfde prijs voor elektriciteit, die wordt vastgesteld in overeenstemming met de allerhoogste productiekosten. Het prijsmechanisme is zodoende een winstmachine voor producenten van goedkope elektriciteit.

Wanneer de Commissie probeert de elektriciteitsmarkt te harmoniseren, dan harmoniseert zij ook de prijs van elektriciteit. Daardoor stijgt de prijs van elektriciteit in landen waar deze laag is. Op die manier moet een deel van de consumenten de elektriciteitsrekeningen van anderen betalen. Dat is zeer verkeerd.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Bobošíková (NI). – (CS) (Het begin van de interventie was niet hoorbaar) samenwerking tussen transmissiesysteembeheerders, dat er meer in de infrastructuur dient te worden geïnvesteerd. Het voorstel tot de ontvlechting van de productie en distributie van energie, echter, doet de nodige twijfels rijzen. Voor de Commissie staat vast dat zo’n ontvlechting noodzakelijk is, en wel met het oog op de bestrijding van de discriminatie van netwerkgebruikers, om het nieuw producenten mogelijk te maken zich aan te sluiten, ter bewerkstelliging van onafhankelijke besluitvorming over investeringen, alsook met het oog op een betere coördinatie tussen systeembeheerders. Dit liberale principe zou inderdaad onverkort gelden als het om een gewoon verbruiksartikel ging. In dit geval hebben we het echter over strategische, territoriaal gebonden natuurlijke grondstoffen waar we met ons hele hebben en houden van afhankelijk zijn, en dus gaat dat principe hier niet op. Weten we hoe we kunnen voorkomen dat eenmaal geliberaliseerde markten meteen worden overheerst door aan de grootste producerende landen verbonden bedrijven? En kennen we het antwoord op de vraag hoe we kunnen voorkomen dat het in staatshanden zijnde Russische Gazprom de alleenheerschappij over de markt grijpt?

Dames en heren, wel meer dan veertig procent van de huidige gasvoorziening in de EU is afkomstig uit Rusland. Sommige lidstaten laten zich door het afsluiten van bilaterale overeenkomsten in een steeds afhankelijkere positie manoeuvreren, en we moeten erkennen dat de situatie met de dag erger wordt. En dat terwijl de betrekkingen tussen Brussel en Rusland op z’n zachtst gezegd niet ideaal zijn. Niemand kent het antwoord op de vraag wat er gebeurt als Rusland om politieke redenen besluit misbruik te maken van de afhankelijkheid van de EU van zijn gas. Ik denk dat het geen overbodige luxe is om dit antwoord te kennen alvorens over te gaan tot een fundamentele wijziging van de huidige marktordening.

 
  
MPphoto
 
 

  Gunnar Hökmark (PPE-DE).(EN) Mevrouw de Voorzitter, allereerst wil ik de rapporteur feliciteren met een verslag dat een krachtige boodschap bevat voor een dynamische interne markt voor elektriciteit en gas.

Twee belangrijke punten moeten worden onderstreept. Ten eerste is een efficiënte gas- en elektriciteitsmarkt nu belangrijker dan ooit, willen we klimaatverandering bestrijden, willen we de kansen voor duurzame energie benutten en willen we het Europese concurrentievermogen bevorderen,. Dit geldt ook voor consumenten. Ten tweede moet er een energiebeleid komen dat de uitdaging het hoofd kan bieden van een te grote afhankelijkheid van ofwel grote binnenlandse producenten ofwel buitenlandse belanghebbenden die proberen economische macht te combineren met politieke druk door zowel de productie als de distributie te beheersen. Deze twee elementen moeten aangepakt worden, willen we een solide gemeenschappelijk energiebeleid hebben.

Dat zijn de redenen waarom er in de Europese Unie een energiemarkt moet komen met eerlijke en niet-vervalste concurrentie, met open markten, zonder economisch patriottisme, maar in plaats daarvan wordt gekenmerkt door liberté, égalité et fraternité. Er moet ontvlechting plaatsvinden om concurrentie en nieuwe energiebronnen te kunnen garanderen, en er moet een gemeenschappelijk elektriciteits- en gasnet komen voor heel Europa om een efficiënte markt en solidariteit te kunnen garanderen.

Op deze manier kunnen we solidariteit met efficiëntie combineren, mededinging met samenwerking en de inspanningen van het bestrijden van klimaatverandering met economische groei. Daarom is het belangrijk om de rapporteur en zijn verslag te steunen.

 
  
MPphoto
 
 

  Reino Paasilinna (PSE).(FI) Mevrouw de Voorzitter, mijnheer de commissaris, dames en heren, mijn dank voor dit kundige verslag. Europa heeft geen goed functionerende energiemarkt, omdat de meeste lidstaten zich niet aan de afspraken houden. Hieronder lijden de industrie, het mededingingsvermogen en de burgers.

Een degelijke interne markt zou de toegang tot de markt vergemakkelijken voor kleinere ondernemingen, zoals importeurs van hernieuwbare energiebronnen. Een functionerende markt zou ook waarborgen dat er voldoende wordt geïnvesteerd. De zekerheid van de energievoorziening door krachtcentrales en transmissienetwerken zou groter worden. Een goed functionerende interne markt voor de burgers betekent eerlijke prijzen en dat is belangrijk bij energiearmoede. Het schept dus ook zekerheid.

Hoe is het mogelijk dat men tegelijkertijd in de ene EU-lidstaat te kampen heeft met een consumptiepiek, terwijl men in de andere te maken heeft met ongebruikte capaciteit? Dat is toch zeker geen Unie? De energieproductie moet gedifferentieerd, ontvlochten, worden met het oog op de verdeling ervan.

Veel oude marktspelers die het netwerk domineren, stellen discriminerende voorwaarden, bijvoorbeeld met betrekking tot de aansluiting op het netwerk van krachtcentrales en het gebruik van netwerkcapaciteit door nieuwe marktspelers. Dit verandert niet zonder Europese regelgeving.

Transparantie is vooral cruciaal voor het goed functioneren van de markt. Momenteel is in veel landen onvoldoende transparantie. Grote ondernemingen spelen elkaar de bal toe. Wij kunnen niet leven in een situatie waarin sommige landen denken nieuwe markten te kunnen veroveren en tegelijkertijd angstvallig hun eigen markt beschermen. Ook een goede richtlijn helpt niet. Wij eisen dat wij tegen Rusland met één stem spreken, maar wij spreken in energiezaken niet eens tegen elkaar met één stem. Hiervoor moet de Commissie monitoren en lidstaten die de afspraken niet nakomen straffen.

 
  
MPphoto
 
 

  Konrad Szymański (UEN). – (PL) Mevrouw de Voorzitter, het wederkerigheidsbeginsel ligt aan de basis van onze betrekkingen met Rusland op het vlak van energie. Met het oog hierop stuiten we echter op een ernstig probleem, namelijk dat de Russische interpretatie van dit beginsel gebaseerd is op het gebruik van brute kracht en dat het land op geen enkele manier rekening houdt met de Europese marktverwachtingen.

Rusland heeft recentelijk een aantal Europese energiebedrijven gedwongen om zijn grondgebied te verlaten. Tegelijkertijd maakt Gazprom wel gretig gebruik van de openstelling van de Europese energiemarkt. Het bedrijf bezit groeiende investeringen in wel zestien van de zevenentwintig lidstaten van de Europese Unie. Gazprom heeft in Duitsland, Frankrijk en Italië zelfs toegang tot particuliere consumenten en we weten allemaal dat deze landen het leeuwendeel van de energiemarkt voor hun rekening nemen.

We kunnen uit deze situatie een belangrijke conclusie trekken. Hoewel de liberalisering van de energiemarkt van voordeel is voor de consument, zou ze tot stand moeten komen op een manier waarop we kunnen vermijden dat Europa nog sterker afhankelijk wordt van het Russische economische en politieke complex.

Mijns inziens vormt dit een uitdaging voor de Europese Commissie, voor het beleid op het vlak van concurrentiebescherming en voor de werkgevers. Zij moeten eerst en vooral de basis leggen die beschreven is in het document van de Commissie en in het uitstekende verslag van de heer Vidal-Quadras en die vervolgens omzetten in juridische taal.

 
  
MPphoto
 
 

  Ján Hudacký (PPE-DE).(SK) Staat u mij allereerst toe om de rapporteur te bedanken voor het grondige en kwalitatief hoogstaande verslag.

Ik zou graag enige aspecten willen uitlichten die zouden kunnen bijdragen tot de snelle totstandbrenging van een daadwerkelijk gemeenschappelijke energiemarkt in de Europese Unie. Ik sta positief tegenover de manier waarop de Commissie dit doel tracht te bereiken, namelijk door op niet-discriminerende en transparante wijze steeds verder uitgewerkte voorstellen in te dienen om de investeringen in infrastructuur aan te jagen en een gelijke toegang tot de netwerken voor meerdere marktdeelnemers te waarborgen.

Na vele discussies met betrokkenen, zowel binnen het Parlement als erbuiten, en in het licht van de ervaring in sommige lidstaten, ben ik tot de overtuiging gekomen dat de "ownership emboldening" van onafhankelijke nationale exploitanten niet de veiligste weg is om te zorgen dat deze doelen gehaald worden.

Toegegeven: de ontvlechting van de eigendomsrelaties in verticaal geïntegreerde bedrijven zal ervoor zorgen dat de economische entiteiten formeel onafhankelijk blijven en dat nieuwe spelers toegang krijgen tot de energienetwerken. De vraag blijft echter of nieuwe investeerders wel echt geïnteresseerd zullen zijn in een geografisch afgebakende, nationaal gereguleerde markt, met name in onderontwikkelde gebieden. Er kan dus moeilijk voetstoots van worden uitgegaan dat een dergelijke stap de concurrentie werkelijk zal versterken en voldoende druk zal opleveren op de energieprijzen. Bovendien zal het waarschijnlijk nog steeds nodig zijn om de nationale energiemarkten koppelen, aangezien nationale belangen waarschijnlijk de overhand zullen krijgen.

Ik zou de Commissie daarom willen aanbevelen om andere voorstellen te overwegen waarmee de situatie op omvattender wijze benaderd kan worden en die doeltreffender zouden kunnen blijken voor het tot stand brengen van de liberalisering van de energiemarkt.

 
  
MPphoto
 
 

  Hannes Swoboda (PSE).(DE) Mevrouw de Voorzitter, mijnheer de commissaris, mijnheer Vidal-Quadras, ik wil u complimenteren met uw poging om een redelijk evenwichtig verslag op te stellen. U bent daarin grotendeels geslaagd.

In het publieke debat staat paragraaf 2 over ontvlechting centraal. Zoals het hier is geformuleerd, kan ik het accepteren, omdat het waarschijnlijk – in ieder geval in theorie – de beste oplossing is. We moeten echter niet denken dat hiermee alle problemen zullen worden opgelost. Voor het feit dat uitbreiding van de netwerken uitblijft, zijn veel oorzaken aan te wijzen die niets te maken hebben met ontvlechting, maar met ingewikkelde procedures, actiegroepen en andere factoren. Belangrijk is in dit verband ook paragraaf 6, waarin wordt gesteld dat we ervoor moeten waken dat bedrijven van buiten de EU die onder overheidstoezicht staan, energie-infrastructuur verwerven, met name wanneer er ten aanzien van dat land geen sprake is van wederkerigheid of wederzijdse afhankelijkheid.

Heel belangrijk vind ik de paragrafen die betrekking hebben op de regelgevende instanties. We hebben sterkere nationale regelgevende instanties nodig, die op Europees niveau samenwerken: we hebben een geharmoniseerd kader nodig zodat we in Europa ten aanzien van deze sector een gemeenschappelijk energiebeleid kunnen voeren.

Hoe noodzakelijk liberalisering van de markt ook is, de sociaal zwakkeren mogen hiervan niet de dupe worden. De continuïteit van de energievoorziening moet zijn gegarandeerd. Dat geldt juist voor de sociaal zwakkeren, die bij gestegen energieprijzen de kosten eenvoudig niet meer kunnen opbrengen, hoe graag ze dat ook zouden willen. Wie ondanks een sociale uitkering of subsidie de energierekening niet meer kan betalen, moet toch van energie worden voorzien. Dat is de beslissende factor.

 
  
MPphoto
 
 

  Silvia Ciornei (ALDE). – Ţin să încep prin a-mi exprima aprecierile pentru modul obiectiv în care domnul Vidal-Quadras a întocmit acest raport.

Aş dori să subliniez câteva lucruri: în primul rând consider că pentru a avea o piaţă internă a energiei competitivă, avem nevoie de introducerea unei separări depline a proprietăţii între distribuţia de energie şi producţia de energie. O astfel de măsură ar conduce, aşa cum s-a mai spus astăzi, la mai multă transparenţă, la stimularea investiţiilor în domeniul infrastructurii de distribuţie şi, cred eu, ar ajuta în final la generarea unui preţ accesibil al energiei pentru consumatori.

În sectorul gazelor naturale cred că prin măsurile ce le vom lua trebuie să încurajăm construirea de noi proiecte care să diversifice sursele de aprovizionare ale Uniunii Europene, cum ar fi de exemplu proiectul Nabucco. Sub nici o formă măsurile de liberalizare nu trebuie să descurajeze realizarea unor astfel de proiecte, pentru că diversificarea surselor de aprovizionare cu gaze naturale a Uniunii Europene reprezintă un element cheie pentru crearea unei pieţe interne de gaz.

Nu în ultimul rând aş dori să subliniez necesitatea păstrării suportului cetăţenilor pentru măsurile de liberalizare a pieţei şi, în acest sens, consider că Parlamentul European, Comisia Europeană şi chiar autorităţile publice din statele membre, trebuie să-şi intensifice împreună eforturile pentru a face cunoscute oportunităţile ce rezultă din liberalizarea completă a pieţei europene de electricitate şi gaz, şi în acelaşi timp, pentru a ne asigura că drepturile consumatorilor de energie, persoane fizice sau companii, sunt protejate.

Nu putem considera finalizat proiectul de liberalizare a pieţei de energie atâta timp cât nu reuşim să creăm o piaţă pe deplin transparentă şi eficientă, în care consumatorii să poată să-şi aleagă liberi şi în cunoştinţă de cauză cea mai avantajoasă ofertă de furnizare de energie.

 
  
MPphoto
 
 

  András Gyürk (PPE-DE). (HU) Steeds meer mensen die de afhankelijkheid van Europa op energiegebied onder ogen zien, geloven dat er geen sterk Europa kan bestaan zonder een gemeenschappelijk energiebeleid. Als we nadenken over de basispijlers van het gemeenschappelijk energiebeleid die mogelijk in de toekomst worden geschapen, is het de moeite waard om de pijler te respecteren die we ook nu al hebben.

Het verslag van de heer Vidal-Quadras behandelt deze bestaande pijler, de interne energiemarkt. Ik ben het eens met de vaststelling in dit verslag dat de uitbreiding van de interne energiemarkt van de EU en het creëren van effectieve solidariteitsmechanismen onder de lidstaten tevens de voorzieningszekerheid en grotere economische efficiëntie in de hand werken. In plaats van deze principes toe te passen, wordt de interne markt veeleer gekenmerkt door het Hongaarse spreekwoord ‘er zijn evenveel gewoontes als er huizen zijn’. Het is namelijk helaas zo dat verscheidene lidstaten de richtlijnen voor liberalisering van de energiemarkt nog steeds niet volledig hebben geïmplementeerd.

De energiemarkt zal in Hongarije bijvoorbeeld naar alle waarschijnlijkheid slechts met een vertraging van een half jaar worden opengesteld, maar als het dan eindelijk zover is, wordt opnieuw een dam opgeworpen tegen de vrije concurrentie: de overdreven marktconcentratie. De regelingen voor de aankoop van elektriciteit (PPA’s) op lange termijn die het Hongaarse energiebedrijf MVM en de producenten van elektrische energie hebben afgesloten, dekken ongeveer 80 procent van de markt. De Europese Commissie veronderstelt dat achter deze overeenkomsten illegale overheidssubsidies zitten en maakt zich terecht zorgen over een eerlijke concurrentie.

Als de openstelling van de markt onder deze omstandigheden zal worden gerealiseerd, kunnen we er zeker van zijn dat de verbruikers hier allerminst van kunnen profiteren. De prijzen zullen niet omlaag gaan, noch zal het dienstenniveau beter worden. Als we niet willen dat de liberalisering faalt, moeten we ook de toepassing van de beginselen garanderen. Daarom hoop ik dat de garanties van het gemeenschappelijke energiebeleid die de totstandkoming van een sterk Europa dienen, zo snel mogelijk in het leven worden geroepen.

 
  
MPphoto
 
 

  Eluned Morgan (PSE).(EN) Mijnheer de Voorzitter, ik hoop dat de Commissie tijdens de herziening van de richtlijn nota zal nemen van de stemming van de commissie en geen knieval maakt voor lidstaten die bedrijven die hun consumenten teveel laten betalen de hand boven het hoofd houden. Zij hebben een gevestigd belang bij de instandhouding van een systeem met een ingebouwd belangenconflict dat verhindert dat concurrenten toegang hebben tot dezelfde markt. Dit zijn vaak dezelfde bedrijven die liever winsten aan hun aandeelhouders geven dan serieuze investeringen doen om ervoor te zorgen dat het licht aan blijft.

Ik verzoek u zelfs dringend om niet het OSB-model aan te bieden, waarvoor een enorm complex regelgevingssysteem nodig zou zijn waarop toezicht zou moeten worden uitgeoefend door een legertje functionarissen, maar ik begrijp ook dat er voor eigendomsontvlechting regels nodig zijn. We moeten ervoor zorgen dat we energienetwerken beschermen tegen hedgefondsen of private equity, die niet de vereiste langetermijntoezegging voor investeringen zullen geven, en laten we er ook voor zorgen dat we bedrijven uit een derde land geen opwekkings- of energienetwerken laten kopen als er geen wederzijdse overeenkomst is met dat land.

Ik dring er ook bij u op aan om de onjuiste impressie van eigendomsontvlechting die na de afgelopen bijeenkomst van de Energieraad is gefabriceerd door het Duitse voorzitterschap recht te zetten. De meerderheid van de lidstaten staat positief tegenover volledige eigendomsontvlechting, vooral met betrekking tot elektriciteit. Laat u niet intimideren door de grote jongens en laat democratie en de consumenten spreken.

 
  
MPphoto
 
 

  Jorgo Chatzimarkakis (ALDE).(DE) Mevrouw de Voorzitter, mijnheer de commissaris, mijnheer de rapporteur, over het doel zijn we het allemaal eens: we willen één gemeenschappelijke Europese interne markt voor energie tot stand brengen. Dat willen we in het belang van zowel consumenten als bedrijven. In de gevallen waarin dit niet werkte, waarin de markt tekortschoot, moest een gele kaart – en soms zelfs een rode kaart – worden gegeven. U hebt dat met uw voorstellen gedaan, commissaris, en het verslag van de rapporteur sluit daarbij aan.

Het doel is dus duidelijk. Dat kan echter niet worden bereikt door de bedrijven in de interne markt te ontmantelen. Daarom moeten we streven naar betere marktintegratie, meer investeringen in interconnecties en een non-discriminatoire netwerktoegang voor de concurrentie. Nu is er een antwoord gekomen. Wij juichen het nu gepresenteerde voorstel voor het tot stand brengen van regionale markten unaniem toe. Het moeten er zeven worden. Deze regionale markten moeten de verantwoordelijkheid krijgen voor de netwerktoegang, de veiligheid van het systeem, de beschikbaarstelling van capaciteit, de regelenergie, de ontwikkeling van het netwerk en het congestiebeheer. Daarvoor is EU-wetgeving nodig. We hopen dat u bij het uitvoeren van deze opdracht evenveel moed toont als u bij het nu voorliggende voorstel hebt gedaan.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Jordan Cizelj (PPE-DE). – (SL) Bij de behandeling van de interne gas- en elektriciteitsmarkt handelt één van de kernvragen over de ontvlechting van transmissienetten en productieactiviteiten.

Van de voorgestelde modellen voor ontvlechting is eigendomsontvlechting tot nu toe het efficiëntst gebleken. Dat betekent echter niet dat we dat niet kritisch mogen benaderen, integendeel. Ik ben van mening dat we moeten wijzen op verschillende factoren waaraan we in de loop van dit proces moeten aandacht schenken. Ik wil graag enkele ervan belichten.

Ik wil vooreerst benadrukken dat we de bevoegdheden van de controle-instanties duidelijk moeten definiëren. Daarbij moeten we ons ervan bewust zijn dat eigendomsontvlechting gelijkstaat met integratie van de Europese interne markt. Een dergelijke integratie vereist echter een bovenbouw van de huidige controle-instanties. Die laatste moeten we ontwikkelen en uitbouwen, of het nu gaat om nationale regelgevende instanties of om nieuwe modellen zoals ISO+. De bevoegdheden en de slagkracht van nationale controle-instanties in de EU moeten uniformer zijn. Tegelijkertijd moeten we echter zorgen voor een gepaste controle van grensoverschrijdende activiteiten.

Ik zou ook willen wijzen op het feit dat we bij de oprichting van een interne gas- en elektriciteitsmarkt en bij het proces van de eigendomsontvlechting rekening moeten houden met onze grote importafhankelijkheid. Als we willen dat de interne markt een positief resultaat oplevert, moeten we ten aanzien van derde landen met één stem spreken. Het proces vereist dus tegelijkertijd dat we een gemeenschappelijk Europees buitenlands beleid opzetten, of minstens een gemeenschappelijk Europees buitenlands energiebeleid. Ook het beginsel van de wederkerigheid moeten we respecteren.

Tot slot wil ik de aandacht vestigen op solidariteit als een van de fundamentele waarden van de Europese Unie. We moeten de interne markt zodanig vormgeven dat we tegelijkertijd ook de meest kwetsbare consumenten beschermen. Dat kan gebeuren op een neutrale manier die het Europese concurrentievermogen niet in het gedrang zal brengen. Ik steun de tekst van het verslag waarin dat wordt uitgedrukt en ik feliciteer eveneens de rapporteur met zijn uitstekende werk.

 
  
MPphoto
 
 

  Joan Calabuig Rull (PSE). (ES) Mevrouw de Voorzitter, we zijn het eens over de noodzaak van een echte interne energiemarkt die transparant en open is en die bijdraagt aan lagere kosten voor burgers en bedrijven.

De interne markt moet de efficiëntie bevorderen, voor investeringen zorgen, bijdragen aan een zekere energievoorziening en toegang tot de energiemarkt mogelijk maken, ook voor kleine ondernemingen.

Sinds 1990 is prioriteit gegeven aan het verwezenlijken van de markt, maar dat is niet voldoende, zoals de realiteit in veel lidstaten laat zien. We moeten doorgaan op de ingeslagen weg, die inhoudt dat we een gemeenschappelijk energiebeleid moeten ontwikkelen waar iedereen vertrouwen in kan hebben en dat een duidelijk kader schept voor het verwezenlijken van de doelstellingen van de Commissie in 2009.

Tot slot, en gezien het belang van de sociale dimensie van het energiebeleid, moeten we ingenomen zijn met het opnemen van maatregelen om de energiearmoede te bestrijden. Ook beklemtonen we dat er bij de Commissie op moet worden aangedrongen dat zij haar voorstel voor een handvest voor de rechten van de energieconsument nog voor het eind van dit jaar presenteert.

Mijn felicitaties aan de rapporteur.

 
  
MPphoto
 
 

  Šarūnas Birutis (ALDE). (LT) Ik zou de heer Vidal-Quadras willen bedanken voor zijn werkelijk goede verslag. Niettemin zijn er een paar dingen waar ik in elk geval de aandacht op zou willen vestigen. Ten eerste stel ik voor dat we meer nadruk leggen op het belang van prioritaire energieverbindingen voor de totstandbrenging van een gemeenschappelijke EU-energiemarkt. Zolang Litouwen, de andere Baltische landen en Polen nog geen energieverbinding hebben met de rest van West-Europa, kan er geen sprake zijn van een interne markt! Bovendien is er nog geen volledige duidelijkheid over de financiering van vier prioritaire energieverbindingen. Daarom stel ik voor om erop aan te dringen dat er voldoende middelen worden gegarandeerd worden voor een soepele tenuitvoerlegging van dit plan en om, zo nodig, mogelijkheden voor aanvullende financieringswegen te onderzoeken. Ten tweede, geachte collega's, stel ik voor te benadrukken dat we ons bij het tot stand brengen van een gemeenschappelijke Europese energiemarkt moeten laten leiden door de wetten van de economie en het solidariteitsbeginsel. Achter de alternatieve verbindingen die Rusland in de aanbieding heeft, gaan louter politieke motieven schuil! Het Russische plan om een gaspijpleiding naar Duitsland te leggen over de bodem van de Oostzee, waarmee de Baltische landen en Polen worden gepasseerd, is 30 procent duurder dan de door de Baltische landen en Polen voorgestelde "Amber-pijpleiding", en aanzienlijk gevaarlijker. Als het Russische plan wordt uitgevoerd zou dit het isolement van de Baltische landen verder versterken. Daarom stel ik voor het "Nord Stream"-project van de lijst van belangwekkende projecten voor Europa te schrappen!

 
  
MPphoto
 
 

  Jerzy Buzek (PPE-DE). – (PL) Mevrouw de Voorzitter, ik zou commissaris Piebalgs van harte willen feliciteren met het zoveelste goede voorstel waarmee hij de gemeenschappelijke Europese energiemarkt wil steunen. Daarnaast wil ik de rapporteur graag gelukwensen met zijn uitstekende verslag.

Het is zonneklaar dat de kwestie van de eigendomsontvlechting voor de meeste controverse heeft gezorgd. Toch zou ik nu drie andere problemen willen aanstippen. Het spreekt vanzelf dat ik een uitgesproken voorstander van ontvlechting ben, maar ik zou van de gelegenheid gebruik willen maken om enkele andere problemen onder de aandacht te brengen.

Ten eerste heeft de interne Europese markt behoefte aan sterke materiële connecties tussen de nationale – en zelfs tussen de regionale – markten. We moeten de transportsysteembeheerders aanmoedigen om in grensoverschrijdende connecties te investeren. Voorts moeten de Europese Unie en de betrokken landen dit soort connecties in sterkere mate ondersteunen, aangezien ze een absoluut noodzakelijke voorwaarde zijn voor de gemeenschappelijke markt en voor eerlijke concurrentie.

Ten tweede zou de Europese integratie niet alleen van toepassing moeten zijn op energie en emissierechten voor CO2, maar eveneens op de markt van groene, rode en witte certificaten. De ontwikkeling van deze markten moet ervoor zorgen dat ze Europeser worden. Met het oog op de belangrijkste en meest fundamentele kwestie zou ik willen onderstrepen dat het achterliggende probleem van de Unie op dit moment te maken heeft met het opzetten van een strategisch investeringsprogramma om de oude faciliteiten weer op te bouwen en om nieuwe, zeer efficiënte voorzieningen tot stand te brengen.

In deze context rijst de vraag of we deze investering uitsluitend op het eenvoudige principe van een geleidelijke prijsstijging willen baseren. Dit zal mogelijkerwijs veel te duur zijn voor het Europese midden- en kleinbedrijf en voor de energie-intensieve sectoren. We moeten dringend op zoek gaan naar doeltreffende reguleringsmechanismen voor investeringen die nieuwe kansen kunnen creëren. Investeringscertificaten zijn hiervan een goed voorbeeld.

Ik wil u beiden nogmaals van harte bedanken.

 
  
MPphoto
 
 

  Teresa Riera Madurell (PSE). (ES) Mevrouw de Voorzitter, mijnheer de commissaris, ook ik ben ervan overtuigd dat om vooruitgang te boeken bij het invoeren van een interne markt voor gas en elektriciteit, de koers die in het verslag van de heer Vidal-Quadras wordt gekozen de juiste is: volledige ontvlechting van eigendom, bescherming van de consumenten, vergroting van de transparantie, versterking van de bilaterale samenwerking en van de onafhankelijkheid van de regelgevende instanties, en verhoging van de interconnectiegraad tussen de lidstaten.

In dit verband is het heel belangrijk dat we de benoeming van coördinatoren voor moeilijk uitvoerbare projecten versnellen. Voor een beter klimaat voor investeringen in interconnectiecapaciteit is een Europees distributienetwerk voor gas en elektriciteit nodig, met een Europese planning voor de middellange en lange termijn, waarop een mogelijk in te stellen raad van regelgevers toezicht houdt.

Dames en heren, we moeten deze koers zeker blijven volgen, maar het zal zeker ook een tijd gaan duren voordat we ons uiteindelijke doel zullen bereiken. En hoe beter wij in staat zullen zijn om de problemen die de verschillende lidstaten tegenkomen niet te gebruiken om partijpolitiek te bedrijven, hoe korter die tijd zal zijn.

Allen gezamenlijk in de richting die wij de juiste achten: dat is onze verantwoordelijkheid als leden van het Europees Parlement en dat kan ook ons succes worden.

 
  
MPphoto
 
 

  Jan Březina (PPE-DE).(EN) Mevrouw de Voorzitter, als schaduwrapporteur voor de Commissie industrie, onderzoek en energie wil ik mijn collega, de heer Vidal-Quadras, bedanken voor het uitstekende werk dat hij heeft verricht, evenals voor deze uitgelezen kans om enkele zeer belangrijke kwesties te bespreken, zoals eigendomsontvlechting en de rol van nationale regelgevende instanties.

Ik waardeer dit initiatief van de Europees Parlement zeer omdat het ook de Europese Commissie kan helpen bij haar verdere inspanningen om de interne gas- en elektriciteitsmarkt te liberaliseren en omdat het de reeds genomen maatregelen beoordeelt. Eigendomsontvlechting, de meest controversiële kwestie, bleek de mijlpaal van dit verslag te zijn. Ik wil mijn steun uitspreken voor deze activiteit van de Europese Commissie. Echter, gezien het feit dat het een enigszins controversiële kwestie is die verder verduidelijkt en versterkt moet worden, wil ik de Commissie verzoeken om verdere effectbeoordelingen uit te voeren om andere middelen dan ontvlechting te onderzoeken voor het bevorderen van transparantie en het waarborgen van omstandigheden voor behoorlijke investeringen in infrastructuur.

Als de Commissie ten gunste van ontvlechting beslist, moet de tenuitvoerlegging zorgvuldig worden voorbereid zodat die met betrekking tot eigendomsrechten zo gevoelig mogelijk is. Met betrekking tot eigendomsontvlechting wil ik de amendementen en voorstellen steunen die de bewering verzachten dat ontvlechting de enige en meest efficiënte manier is om de interne energiemarkt te liberaliseren, en die derhalve ook andere middelen in aanmerking nemen.

Met betrekking tot de passage getiteld “regelgevende instanties” wil ik de rol van de nationale regelgevende instanties benadrukken, die onafhankelijk moeten zijn van regeringen en een deel van de verantwoordelijkheid moeten dragen bij de liberalisering van de energiemarkt.

Als afgevaardigde uit een nieuwe lidstaat wil ik tevens de meningen van sommige van mijn collega’s afkeuren die geneigd zijn alleen landen in Midden- en Oost-Europa te beschuldigen van interventionisme met betrekking tot besluiten die zijn genomen door nationale regelgevende instanties.

 
  
MPphoto
 
 

  Dorette Corbey (PSE). – Voorzitter, dank aan collega Vidal-Quadras voor zijn uitstekende verslag. Morgen stemmen we onder meer over de eigendomsontvlechting van de elektriciteitsnetten en de elektriciteitsproductie. Toevallig stemt morgen ook de Eerste Kamer van het Nederlandse parlement over dit onderwerp. De conclusie in Nederland is dat we zullen overgaan tot een splitsing van energielevering en netwerkbeheer. Als dat in de rest van Europa ook gebeurt, is dat goed nieuws voor de Nederlandse energiebedrijven. Die hoeven zich niet langer het braafste jongetje van de klas te voelen.

Het is ook goed nieuws voor de ontwikkeling van duurzame energie. Want alleen door volledige eigendomsplitsing kunnen we de energiemarkt openen voor nieuwe aanbieders en dat is hard nodig. Er is nu te weinig netwerkcapaciteit om nieuwe toetreders toe te laten tot de netwerken. De energiereuzen voelen er weinig voor om te investeren in verruiming van de capaciteit ten behoeve van nieuwe toetreders. Toegang tot netwerken is vaak moeilijk door een gebrek aan transparantie en dat leidt tot enorme vertragingen, bijvoorbeeld voor de windenergiesector. Splitsing is de oplossing!

 
  
MPphoto
 
 

  Alexander Stubb (PPE-DE).(EN) Mevrouw de Voorzitter, het energiepakket dat de Commissie heeft voorgesteld, heeft betrekking op een drietal kwesties: op de voorzieningszekerheid, de mededinging en de duurzaamheid op milieugebied. Ik zal mij richten op een enkele kwestie, namelijk de mededinging. Als er één stelling is die ik hier vandaag wil verdedigen, dan is het dat we, zelfs op de energiemarkt, behoefte hebben aan mededinging die free and undistorted is. Voor degenen onder u die een vertaling behoeven: vrije ongestoorde concurrentie.

Er zijn drie punten waarop ik wil ingaan. Wat de implementatie en de omzetting betreft hoop ik dat de Commissie zich nog harder zal opstellen. Er is veel oneerlijke prijsconcurrentie op de markt, en dit Huis heeft al vaak gewezen op de buitengewoon oneerlijke overnames die zich voordoen wanneer een bepaald soort staatsmonopolie de vrije en particuliere mededinging overneemt van een kleinere prooi. Er zijn tal van barrières die toelating in de weg staan, de inbreukprocedures dient u dan ook te handhaven. Ik zal geen namen noemen maar er is er een bedrijf dat begint met de letter een “e” en eindigt met de letter “f”, dat u eens heel goed tegen het licht zou moeten houden.

In de tweede plaats, wat de ontvlechting betreft, zijn er twee opties belicht: de eerste is de eigendomsontvlechting en de andere is een stelsel van onafhankelijke marktbeheerders. Zoals vele sprekers voor mij ben ik volledig voorstander van ontvlechting: het is de enige manier om vooruitgang te boeken, want het huidige niveau is te laag.

Om af te sluiten zal ik u een voorbeeld geven, en dat is het derde punt dat ik ter sprake wil brengen. Ik woon in Genval, net buiten Brussel. Een paar maanden geleden kreeg ik een brief van de gemeente waarin stond: “Wauw, fantastisch, eindelijk kunt u uw energieleverancier kiezen en dit zal leiden tot meer concurrentie” – alsof zij er iets aan gedaan hadden! Feitelijk hebben zij zich tientallen jarenlang geprobeerd om de markt af te schermen en de prijzen hoog te houden. Ik ben echt blij dat de heer Vidal-Quadras met een ambitieus verslag gekomen is, en dat de Commissie vasthoudt aan een strikt beleid inzake mededinging op energiegebied. Ik wens u veel succes!

 
  
MPphoto
 
 

  Eija-Riitta Korhola (PPE-DE).(FI) Mevrouw de Voorzitter, zoals mijn gewaardeerde collega, de heer Vidal-Quadras, in zijn verslag terecht zegt, is er geen alternatief voor de liberalisering van de energiemarkt. Een echte interne energiemarkt is van wezenlijk belang om de drie doelen in de Europese energiesector te kunnen bereiken, namelijk mededinging, duurzame ontwikkeling en continuïteit van de voorziening.

Gezonde concurrentie op de markt verlaagt de kosten voor de burgers en ondernemingen en stimuleert energie-efficiëntie en investeringen. Zoals de heer Paasilinna zojuist zei, zijn transparantie en het respecteren van de regels noodzakelijk. Dat is ook gunstig voor andere sectoren, waardoor het concurrentievermogen van de hele economie verbetert.

Wij moeten ons vooral realiseren dat een emissiehandelsysteem alleen doeltreffend werkt op een concurrerende markt. In het energiebeleid is het altijd goed de klimaatdoelstelling in het achterhoofd te houden en te streven naar een wereld met zo weinig mogelijk uitstoot.

Zelfvoorziening op de lange termijn op energiegebied en continuïteit van de energievoorziening moeten ook prioriteiten zijn en zullen een grote rol spelen in een goed functionerende interne markt. Tegelijkertijd moet echter een paradox worden voorkomen, die in sommige situaties helaas al een feit is.

Enerzijds maakt een open markt het mogelijk voor kleinere ondernemingen, zoals ondernemingen die in hernieuwbare energiebronnen investeren, om toegang tot de markt te krijgen. Anderzijds moeten wij voorkomen dat deze ondernemingen worden gesteund op manieren die de vorming van een echte markt belemmeren.

Bij de transmissie van elektriciteit van het ene naar het andere land wordt de markt verstoord door zeer hoge en zeer verschillende nationale steunvormen. Zo veroorzaken netleveringstarieven als steuninstrument in dit verband op sommige plaatsen een probleem. Een duidelijke en voorspelbare elektriciteitsmarkt is een voorwaarde om ons concurrentievermogen te kunnen ontwikkelen en daarom moeten wij overlappende en tegenstrijdige instrumenten voorkomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Monica Maria Iacob-Ridzi (PPE-DE). – Apreciez conţinutul raportului pe care îl dezbatem astăzi şi doresc să mulţumesc în mod deosebit raportorului pentru munca depusă.

Piaţa de energie este elementul cheie al politicii energetice europene. Aş dori în continuare să subliniez punctual câteva aspecte: în ceea ce priveşte piaţa de electricitate, consider că separarea proprietăţii sistemului de transport de activitatea de distribuţie şi cea de producţie este o măsură care va duce la creşterea competiţiei pe piaţă, la sporirea investiţiilor şi la un preţ mai bun pentru consumator. În România, sistemul de transport funcţionează deja independent şi rezultatele s-au dovedit a fi benefice. În plus, s-a efectuat listarea la bursă a companiei de transport de electricitate, fapt de natură să crească substanţial în funcţionarea acesteia.

În privinţa gazelor naturale consider că toate propunerile viitoare trebuie să încurajeze construcţia de proiecte care să diversifice sursele de aprovizionare şi rutele de transport, de exemplu proiectul Nabucco, care ar permite accesul Uniunii la resursele din zona Marii Caspice.

Din acest motiv, doresc să încurajez Comisia să iniţieze în septembrie două propuneri legislative, – una pentru electricitate şi una pentru gaz – două propuneri care să ţină cont de principiile comune de liberalizare, dar şi de specificitatea celor două domenii. Este clar că cea mai importantă consecinţă a liberalizării pieţelor gazului şi electricităţii este opţiunea consumatorului european de a alege între mai mulţi furnizori şi de a plăti un preţ corect şi competitiv care se va forma în urma concurenţei pe o piaţă liberă.

Deşi directiva liberalizării pieţelor celor două resurse a intrat în vigoare la 1 iulie, trebuie să promovăm şi o campanie adecvată de informare pentru ca cetăţenii să cunoască toate drepturile şi oportunităţile oferite de liberalizare. În acest sens doresc să salut adoptarea, vineri, de către Comisia Europeană a unor principii pentru o viitoare cartă a consumatorului de energie. Este un pas important pentru reechilibrarea raportului de forţe dintre consumatorii şi furnizorii de energie. Este esenţial însă ca aceste principii să devină obligatorii pentru statele membre. Nu trebuie să uităm niciun moment că liberalizarea pieţei se face pentru cetăţeni şi ei sunt cei care trebuie să beneficieze în primul rând de pe urma acestei liberalizări.

 
  
  

VOORZITTER: GÉRARD ONESTA
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Paul Rübig (PPE-DE).(DE) Mijnheer de Voorzitter, commissaris Piebalgs, rapporteur Vidal-Quadras, ik wil u feliciteren met dit verslag. De essentiële vraag bij dit verslag is wat deze nieuwe regeling oplevert voor de consument, dus voor de burger. De burger zal zich vooral afvragen: wat kost een kilowattuur hydro-elektriciteit tussen 12.00 en 13.00 uur? Wanneer en tegen welke prijs wordt het product geleverd? Daarbij moet niet alleen de kwantiteit, maar ook de kwaliteit van de elektriciteit worden meegewogen. We hebben het recht om te bepalen uit welke bron we onze energie in de toekomst willen betrekken. Natuurlijk zal ook de tijdsfactor een belangrijke rol spelen. Eerste vereiste bij deze nieuwe vorm van regulering is transparantie in de wijze waarop de prijzen tot stand komen.

Een tweede belangrijk aspect is dat er onderscheid wordt gemaakt tussen de eigendomskwestie en liberalisering. In principe heeft de vorm van eigendom niets met liberalisering te maken. Dat zijn twee volledig gescheiden niveaus. Daarom moeten we ervoor zorgen dat we beide elementen ook in de toekomst gescheiden houden.

 
  
MPphoto
 
 

  Andris Piebalgs, lid van de Commissie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik vind het werkelijk jammer dat dit fascinerende debat voorbij is, want ik zou graag verder praten over deze kwestie. We mogen echter niet vergeten om welke reden dit pakket werd voorgesteld. Zoals ik al zei, is het voorgesteld ten behoeve van de consument. We kunnen de kwestie van de ontvlechting niet diepgaand behandelen als we niet duidelijk voor ogen hebben om welke reden we eigenlijk ontvlechting voorstellen. De reden daarvoor is dat de liberalisering van de markt nooit een kans heeft gekregen op de elektriciteits- en de gasmarkt. Angst voor het onbekende, traagheid en een gebrek aan nationaal egoïsme in Europa zijn zo enkele redenen voor de late implementatie van de vereiste maatregelen, waardoor dingen worden doorgeschoven naar de volgende regering of, hopelijk, naar de volgende generatie. Waar het dus feitelijk om gaat, is het liberaliseren van de markt.

Ik behoor tot de mensen die onder verschillende systemen hebben geleefd. Ik heb geleefd in een situatie waarin marktkrachten onbekend waren. Ik herinner mij dat ik met mijn kinderen in de rij stond voor zeep of suiker, omdat er geen markteconomie was en een planeconomie nooit bijtijds kon leveren.

Wat de elektriciteit betreft stelde ik mij zulke vragen nooit want ik ging er vanzelfsprekend van uit dat we zouden worden afgesneden. Ik wachtte gewoon rustig af tot de voorziening weer hersteld was. Hiermee wil ik zeggen dat ik denk dat alleen de markt goed kan reageren op externe omstandigheden en tegen de laagste kosten investeringen aan te trekken.

Ontvlechting is het instrument dat ervoor zorgt dat er investeringen worden gedaan en dat de consument beschermd wordt. Ik denk dat dit een uitgangspunt is van de kwesties waarover we hier vandaag het grootste deel van de tijd gedebatteerd hebben. Ontvlechting is de allereerste voorwaarde om een concurrerende markt te creëren, maar ontvlechting is niet een doel op zich.

Overigens zou ik nog twee andere punten willen aanstippen die in dit debat aan de orde zijn gesteld. Het Parlement buigt zich op het ogenblik over de achtergrond van de kandidaten voor de functie van coördinator voor de trans-Europese energienetwerken. Ik hoop dat het Parlement de keuze van de Commissie zal onderschrijven, die zich hierover nog moet beraden.

Er is een Handvest voor energiegebruikers uitgebracht voor openbare raadpleging, en eind september, als de openbare raadpleging is afgelopen, kan dit Handvest voor energiegebruikers definitief worden aangenomen.

Ik dank u zeer voor dit debat. Ik zou de heer Vidal-Quadras nogmaals willen bedanken voor zijn uitstekende en bijzonder evenwichtige verslag, waarin terecht de aandacht wordt gevestigd op alle gebieden die we in aanmerking zullen nemen wanneer we het pakket maatregelen aan u voorleggen.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. – Het debat is gesloten.

De stemming vindt morgen 10 juli 2007 plaats.

Schriftelijke verklaringen (artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  Richard Seeber (PPE-DE), schriftelijk. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, in het licht van mondiale uitdagingen, zoals de klimaatverandering, onze afhankelijkheid van import en het toenemende energiegebruik moeten we allemaal onze verantwoordelijkheid nemen en streven naar een geïntegreerd Europees energiebeleid. Het tot stand brengen van één gemeenschappelijke Europese interne markt voor energie is zonder twijfel een van de eerste prioriteiten van de nabije toekomst. De inspanningen van de Commissie om met behulp van het derde liberaliseringspakket en een nieuwe Europese energiestrategie meer samenhang te brengen in het Europees energiebeleid, zijn dan ook zeer welkom.

Dat betekent echter niet dat we automatisch moeten overgaan tot eigendomsontvlechting bij de transmissie. Ik ben van mening dat eigendomsontvlechting een ernstige inbreuk vormt op bestaande eigensdomsrechten. Naar mijn overtuiging zal het niet mogelijk zijn om de bestaande problemen daarmee op te lossen. De Commissie zou moeten worden gevraagd om naast de optie van eigendomsontvlechting alternatieven uit te werken, bijvoorbeeld het model van onafhankelijke systeembeheerders (ISO’s) of de regionale variant daarvan, het model van onafhankelijke regionale systeembeheerders (RIO’s).

Het belangrijkste is echter dat de beste aanpak wordt gekozen om in Europa een concurrerende geïntegreerde interne energiemarkt tot stand te brengen.

 
Juridische mededeling - Privacybeleid