Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2007/0819(CNS)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

A6-0433/2007

Debatten :

PV 29/11/2007 - 4
CRE 29/11/2007 - 4

Stemmingen :

PV 29/11/2007 - 7.26

Aangenomen teksten :

P6_TA(2007)0570

Volledig verslag van de vergaderingen
Donderdag 29 november 2007 - Brussel Uitgave PB

4. Benoeming van 7 leden van de Rekenkamer (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter . Aan de orde is de gecombineerde behandeling van de zeven verslagen door mevrouw Ayala Sender van de Commissie begrotingscontrole over de voordracht van David Bostock, Michel Cretin, Maarten B. Engwirda, Henri Grethen, Harald Noack, Ioannis Sarmas en Hubert Weber voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer.

 
  
MPphoto
 
 

  Inés Ayala Sender, rapporteur. (ES) Mijnheer de Voorzitter, zoals u allen weet, worden de leden van de Rekenkamer genomineerd door de Raad voor een zesjarig mandaat, na raadpleging van het Parlement. Het is de taak van de Commissie begrotingscontrole om het advies van het Parlement op te stellen.

De Rekenkamer telt momenteel 27 leden, afkomstig uit de 27 lidstaten van de Unie. Momenteel richten wij ons op verlenging van het mandaat van vier kandidaten: David Bostock, namens het Verenigd Koninkrijk; Maarten B. Engwirda, namens Nederland; Ioannis Sarmas, namens Griekenland; en Hubert Weber, namens Oostenrijk. Daarnaast gaat het om de voordracht van drie nieuwe leden: Michel Cretin, namens Frankrijk; Henri Grethen, namens Luxemburg; en Harald Noack, namens Duitsland.

In principe zijn tijdens de procedure van de Commissie begrotingscontrole alle kandidaten goedgekeurd, zij het niet allemaal unaniem. U zult echter zien dat, behoudens enige uitleg, mijn uiteindelijke voorstel zal zijn om, mochten er geen verdere kanttekeningen worden gemaakt, al deze nominaties goed te keuren.

Naar aanleiding van de drie interviews met de drie nieuwe kandidaten, zou ik de goede indruk willen benadrukken die de heer Cretin, de Franse kandidaat, heeft gemaakt. Hij heeft de Rekenkamer aanzienlijke ervaring te bieden in internationale controle, zowel in verband met de VN als in verband met de NAVO. De Commissie begrotingscontrole beschouwt zijn bagage als een enorm pluspunt.

Tijdens de persoonlijke interviews met de vier leden die in aanmerking komen voor verlenging van hun mandaat, waren de belangrijkste onderwerpen hun mening over het zelfbeoordelingsproces dat de Rekenkamer heeft ingezet en dat eind 2008 moet worden afgerond, en de bijdrage van elke kandidaat aan het huidige debat over de noodzaak om de wijze waarop de Rekenkamer is georganiseerd te hervormen, in het bijzonder sinds de uitbreiding, gelet op het feit dat de Rekenkamer momenteel een college heeft van 27 leden, en tevens met het oog op verbetering van de effectiviteit en op modernisering.

In deze context zou ik willen opmerken dat met name de heer Sarmas een goede indruk maakt. Hij kreeg de unanieme steun van de commissie, naar ik meen vanwege zijn specifiek coöperatieve houding tijdens het goedkeuringsproces.

Anderzijds was de overeenkomst die was bereikt tussen de heer Engwirda en de Nederlandse overheid niet geheel en al transparant en dit leidde tot enige bedenkingen bij de commissie.

Ten aanzien van de heer Weber, de huidige voorzitter van de Europese Rekenkamer, zou ik op één punt, dat van specifiek belang is voor mij en dat in de Commissie begrotingscontrole naar boven kwam na de hoorzitting, duidelijkheid willen hebben. Ik denk dat dit forum een uitgelezen gelegenheid biedt om op dit punt opheldering te krijgen.

Mijnheer de Voorzitter, met dit in het achterhoofd zou ik u willen vragen de heer Weber gelegenheid te geven te spreken wanneer ik uitgesproken ben, teneinde duidelijkheid te geven in de volgende kwestie.

Op 13 november 2007, naar aanleiding van de presentatie van het jaarverslag van de Rekenkamer waarvan de heer Weber voorzitter is, zijn diverse verklaringen gedaan op BBC News door een voormalige hoofdaccountant van de Commissie die beweerde dat tachtig procent van de Gemeenschapsbegroting nog altijd verdacht was. Dit werd direct gevolgd door een uitspraak van de heer Weber, die stelde dat die analyse uitging van een wat meer orthodoxe benadering, maar dat de behoorlijk afwijkende verklaring van de heer Kallas eveneens geldig was.

Ik zou graag horen hoe het werkelijk zit en de heer Weber willen vragen of hij kan bevestigen dat deze uitspraken inderdaad van hem zijn. Zo niet, dan zou ik graag zien dat hij dit openlijk ontkent en een kopie hiervan naar dit Parlement stuurt, dit om de schade te voorkomen die een dergelijke contradictie doet aan de publieke opinie onder de bevolking.

Om terug te keren tot de inhoud van mijn verslag, zou ik graag uiting willen geven aan mijn frustratie over het feit dat de Raad, waarvan de afwezigheid bij deze zitting – ik herhaal het nog maar eens – zeer te betreuren is, opnieuw de criteria heeft genegeerd die het Parlement in zijn resolutie van 1992 heeft vastgelegd met het oog op het bereiken van meer transparantie.

In principe heeft de Raad in twee gevallen de aanbeveling genegeerd om een maximum van twee mandaten, met andere woorden een dienstverband van twaalf jaar, aan te houden. Erger nog is dat de Raad de aanbeveling van dit Parlement inzake het belang van een beter evenwicht tussen mannen en vrouwen in de Rekenkamer, terzijde heeft geschoven. Terwijl tot op heden slechts vijf van de 27 leden vrouw waren, wordt dit aantal met de huidige voorstellen gereduceerd tot vier. In dit verband vind ik dat het nu echt tijd is dat de Raad speciale maatregelen neemt.

In dit verband eisen wij tevens dat de Raad erkent dat de goede betrekkingen tussen het Parlement en de Rekenkamer essentieel zijn, wil het controlesysteem goed functioneren. Wij zouden derhalve het voorstel van de Raad met de voorgestelde nominaties tijdig moeten ontvangen om in de periode voorafgaand aan het besluit beter samen te kunnen werken met de parlementsleden.

Nog belangrijker is dat wij de Raad eraan zouden willen herinneren dat het belangrijk is om de mening van het Europees Parlement te respecteren teneinde een herhaling te vermijden van wat er in 2004 is gebeurd, toen een negatief advies ten aanzien van een van de voorgestelde leden geheel werd genegeerd door de Raad.

Met de toekomst van de Rekenkamer in het achterhoofd zou ik uiting willen geven aan de zorg, die alom heerst onder leden van het Europees Parlement, over de doeltreffendheid van een dergelijk belangrijk orgaan wanneer het wordt bestuurd door een college van niet minder dan 27 leden. Wij wachten daarom met enig ongeduld op de uitkomst van de zelfbeoordeling van de Rekenkamer en ik heb in mijn verslag feitelijk al aanbevolen dat het Parlement deze, wanneer zij eind 2008 wordt ingediend, zorgvuldig moet bestuderen en dat het een standpunt moet innemen over de diverse opties.

Ondertussen kan er echter het nodige worden verbeterd en daarom nodig ik de Rekenkamer uit alle middelen die het tot zijn beschikking heeft aan te wenden om zijn werk doelmatiger en eenvoudiger te maken, met name door gebruik te maken van de opties die beschikbaar zijn onder het huidige Verdrag: bijvoorbeeld de mogelijkheid om verslagen aan te nemen bij meerderheid en niet altijd bij eenstemmigheid, alsmede de mogelijkheid om panels in het leven te roepen met verantwoordelijkheid voor specifieke verslagen, die om die reden niet door het hele college hoeven te worden behandeld.

Dienovereenkomstig beveel ik aan, met alle genoemde voorbehouden, dat bij het goedkeuren van het voorstel inzake de nominatie van de leden, het Parlement de wens uit moet spreken dat het in ieder geval uitleg krijgt over hetgeen ik eerder heb voorgesteld.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter . Hartelijk dank, mevrouw Ayala. Aangezien de heer Weber op dit moment niet aanwezig is, hoop ik dat uw verzoek door een van zijn collega’s zal worden overgebracht, opdat de heer Weber alsnog in kan gaan op uw bezwaren.

 
  
MPphoto
 
 

  Petya Stavreva namens de PPE-DE-Fractie. (BG) Vandaag gaan wij stemmen over zeven nieuwe leden van de Rekenkamer. Het Europees Parlement en zijn leden hebben altijd groot belang gehecht aan deze instelling. Als parlementslid uit Bulgarije en vertegenwoordiger van een nieuwe lidstaat acht ik een goed functioneren van de Rekenkamer en een effectieve samenwerking met de parlementsleden van cruciaal belang voor de financiële gezondheid van de gehele Europese Unie.

Tijdens de interviews met de genomineerden die de Commissie begrotingscontrole heeft afgenomen, hadden wij gelegenheid te kijken naar hun professionele vaardigheden, hun persoonlijke kennis en hun individuele motivaties. Uiteraard konden wij enkel betreuren dat er geen vrouw of jonger persoon tussen de genomineerden was, maar het Europees Parlement heeft geen macht over de lidstaten en de selectie die daar op nationaal niveau plaatsvindt.

Als parlementsleden hebben wij de verantwoordelijkheid de genomineerden te beoordelen en ik geloof dat degenen met wie wij bij de Commissie begrotingscontrole hebben gesproken, het waard zijn te worden gekozen voor de Rekenkamer. De meerderheid die elk van de zeven genomineerden bij de stemming van de Commissie wist te behalen, getuigt van de hoge waardering die wij voor elk van hen hebben. Onder de fundamentele criteria die wij voor de beoordeling van de genomineerden hebben gehanteerd, is hun politieke en professionele onafhankelijkheid. De PPE-DE-Fractie in het Europees Parlement ondersteunt alle nominaties en verwacht een goede en vruchtbare samenwerking met de leden van de Europese Rekenkamer.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriele Stauner (PPE-DE) . (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik verwelkom de voorstellen voor de benoeming van de zeven leden van de Rekenkamer en kan enkel herhalen hoe belangrijk het werk van de Rekenkamer is bij de bescherming van de financiële belangen van de EU en de lidstaten. De Rekenkamer speelt een belangrijke rol bij de verwezenlijking van dit doel en heeft met de tijd een uitstekende reputatie opgebouwd. De Rekenkamer kwijt zich onverschrokken, eerlijk, professioneel en onafhankelijk van zijn taken, maar blijft daarbij uiteraard afhankelijk van individuele personen, aangezien zij het zijn die het instituut draaiende houden. En omdat de genomineerden worden aangewezen door de lidstaten, zijn mijn woorden dan ook eigenlijk primair gericht tot de lidstaten.

Bij de beoordeling van de genomineerden zou je bezwaar kunnen maken tegen de relatief hoge leeftijden. Voor een dergelijke functie beschouw ik echter de persoonlijke en beroepsmatige ervaring als een cruciale factor en een genomineerde beschikt nu eenmaal niet over deze ervaring op een leeftijd van 25, 30 of 35 jaar. De kritiek op het percentage vrouwen, dat erg laag is, is naar mijn mening meer gerechtvaardigd. De kwaliteit van de kandidaten moet echter prevaleren boven hun geslacht. Ik hecht grote waarde aan het ontwikkelen van teamgeest en esprit de corps, alsmede aan het streven naar nauwe banden met de nationale controlebureaus. Er zal moeten worden samengewerkt, zonder daarbij afhankelijk te worden.

Zoals u weet is de vraag of de Rekenkamer te veel leden heeft, de laatste tijd onderwerp geweest van hevige discussie. Op basis van het Hervormingsverdrag is nu een besluit genomen. Al blijven sommige bezwaren – en deze zijn gerechtvaardigd – ten aanzien van de vraag of een college van 27 leden wel optimaal efficiënt kan werken. Het aantal en het profiel van de leden moet juist zijn. Maar bovenal geldt, met name op dit vlak, dat de professionele competentie niet ondergeschikt mag worden gemaakt aan politieke overwegingen. Als wij vooruit denken aan toekomstige hervormingsplannen – en die zullen er zeker zijn – zou ik het voorbeeld willen aanhalen van het landelijke controlebureau uit het land waar ik vandaan kom. Dit bureau heeft een groot aantal leden – ik geloof zelfs meer dan vijftig – maar elk lid is hoofd van een bepaalde afdeling en is volledig betrokken bij de controleactiviteiten en heeft daarnaast volledige gerechtelijke onafhankelijkheid.

Wat de toekomst ook moge brengen voor het nationale controlebureau, het is en blijft onze voornaamste bondgenoot bij de taak van budgettair onderzoek.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter . Ik denk dat wij de heer Weber moeten vragen of hij iets wil zeggen als commentaar of reactie op het verzoek dat is gedaan door de rapporteur voor dit debat, mevrouw Ayala.

Mijnheer Weber, wilt u iets zeggen?

 
  
MPphoto
 
 

  Hubert Weber, voorzitter van de Rekenkamer. (DE) Mijnheer de Voorzitter, ik had de zaal reeds verlaten toen deze vraag werd gesteld. Het behoeft geen uitleg dat ik de zaak graag ophelder. Er werd beweerd dat ik in een interview van de BBC de zijde zou hebben gekozen van mevrouw Andreasen. Ik kan u zeggen dat ik inderdaad door de BBC ben geïnterviewd, maar dat in dat gesprek de naam van mevrouw Andreasen in het geheel niet is gevallen. Twee van mijn hier aanwezige stafleden kunnen dit bevestigen.

Een ander specifiek belangrijk punt is dat ik zou hebben gezegd dat tachtig procent van de uitgaven een rood licht had gekregen, als ik de zaak even in deze simpele bewoordingen mag weergeven. Wat ik zei was feitelijk precies het tegenovergestelde. De interviewer, die uiteraard vrij is de dingen te presenteren zoals hij dat wil, vroeg mij of ik problemen had met de uitspraak van de heer Kallas dat veertig procent van de uitgaven een groen licht had gekregen. Ik antwoordde dat ik daar geen problemen mee had. Ik zeg dit om duidelijk te maken dat er geen verschil is in hoe de heer Kallas en ik over de zaak denken. Over percentages kan altijd worden getwist. Het percentage zou zelfs hoger kunnen liggen dan veertig procent, maar ik kan u verzekeren dat het cijfer tachtig niet over mijn lippen is gekomen. Ik heb geen enkele verwijzing naar mevrouw Andreasen gemaakt, aangezien het een kwestie betreft die speelt tussen de Commissie en mevrouw Andreasen, en de Rekenkamer niet van plan is zich daarin te mengen. Ik dank u dat u mij de gelegenheid gaf om op deze kwestie te reageren.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter . Hartelijk dank voor uw verklaring in antwoord op de door de rapporteur uitgesproken zorgen. De gecombineerde behandeling is nu gesloten.

De stemming vindt morgen om 11.00 uur plaats.

 
Juridische mededeling - Privacybeleid