De Voorzitter. − Aan de orde is het verslag (A6-0477/2007) van de heer Castiglione, namens de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling, over het voorstel voor een verordening van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt en tot wijziging van een aantal verordeningen (COM(2007)0372 - C6-0254/2007 - 2007/0138(CNS)).
Mariann Fischer Boel, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, dank u dat u mij de gelegenheid geeft om enkele opmerkingen over de hervorming van onze wijnsector te maken.
Ik wil in het bijzonder de rapporteur, de heer Castiglione, bedanken voor zijn opmerkelijke inzet bij het opstellen van dit verslag. Het Parlement heeft een waardevolle bijdrage geleverd aan het debat, dat, moet ik zeggen, op sommige momenten erg emotioneel geladen was. Ik ben bereid om op een aantal gebieden uw voorstellen over te nemen, althans tot op zekere hoogte. Zo zie ik bijvoorbeeld met betrekking tot de rooiregeling enkele voordelen in het terugbrengen van de looptijd van vijf jaar naar drie jaar, zoals in het verslag wordt voorgesteld. Ook heb ik goed geluisterd naar de zorgen die u hebt geuit over het voornemen om de overdracht van een deel van de middelen voor wijn te laten lopen via plattelandsontwikkeling. Ik wil u eraan herinneren dat al het geld uit de begroting voor de wijnsector ook specifiek aan de wijnregio’s ten goede zal komen. Desondanks ben ik bereid om een voorstel te doen voor een lagere overdracht van middelen via plattelandsontwikkeling.
Er zijn drie belangrijke punten waarover de Commissie, het voorzitterschap en het merendeel van de lidstaten nog consensus moeten bereiken in de eindsprint om de hervorming nog deze maand rond te krijgen. De eerste daarvan betreft de nationale enveloppes. Het was onvermijdelijk dat er een debat zou komen over de vraag welke maatregelen precies moesten worden toegestaan in deze envelop, ofwel welk menu we in de envelop moesten stoppen. Ik ben bereid om me op dit gebied enigermate flexibel op te stellen. Ik sta bijvoorbeeld open voor de gedachte om bepaalde ideeën over innovatie en de herstructurering van wijnverkopers in de envelop te stoppen, maar ik denk dat er een duidelijke demarcatielijn moeten blijven bestaan tussen wat mogelijk is met de instrumenten van de eerste pijler in het kader van de nationale envelop en wat mogelijk is met de instrumenten van de tweede pijler in het kader van plattelandsontwikkeling, om te voorkomen dat er een situatie ontstaat waarin een investering van beide kanten kan worden gefinancierd, het zogeheten “dubbele loket”.
Aan de andere kant zijn de nationale enveloppes niet de plek voor maatregelen als permanente crisisdistillatie. Steun voor crisisdistillatie heeft een remmende werking op de concurrentie en we moeten dat volledig afschaffen en niet proberen om het via de achterdeur weer in te voeren. Ook de algemene discussie over de vraag hoe groot de enveloppes voor de verschillende lidstaten moeten worden kan niet worden heropend. Als we dit debat heropenen, openen we een doos van Pandora en ik kan u verzekeren dat er dan aan het eind van dit jaar geen overeenstemming is. Dan voorzie ik een zeer lange en zeer moeilijke discussie.
Het tweede grote punt betreft de chaptalisatie. Hierover bestond grote onenigheid, en daar heb ik mijn oren uiteraard niet voor gesloten. De status quo vormt echter wel degelijk een probleem waarvoor een oplossing moet worden gevonden. De steun voor verrijking met most kan niet op deze manier en op deze schaal worden voortgezet. Het is een ouderwets, inefficiënt, ondoelmatig, kostbaar en handelsverstorend instrument, en ik zie, dit gezegd hebbende, heel goed het belang in van het evenwicht tussen steun voor verrijking met suiker en die voor verrijking met most om tot een compromis te komen dat zowel door de wijnproducenten in Zuid-Europa als die in Noord-Europa wordt gesteund. We zullen hiervoor een uitweg vinden. Ik heb geluisterd naar de breed gedragen roep om verrijking met suiker te blijven toestaan, maar – laten we duidelijk zijn – ik ben niet geneigd om de status quo te accepteren, dus elk compromis zal nieuwe voorwaarden impliceren.
Het derde belangrijke punt is de beëindiging van de regeling inzake aanplantrechten. Ik heb geluisterd naar discussies over het tijdstip voor de afschaffing van de regeling. We kunnen het ons echter niet veroorloven om het hele idee onder het tapijt te vegen. De wijnbouwsector heeft meer vrijheid nodig om zo snel mogelijk te kunnen inspelen op de vraag. Mijn voorstel om de regeling inzake aanplantrechten te verlengen tot eind 2013 was gebaseerd op het duidelijke idee van een tweefasenaanpak om de sector in evenwicht te brengen – eerst rooien om de productie terug te dringen en vervolgens liberalisering om succesvolle producten de vrijheid te geven om uit te breiden. Ik heb ook geluisterd naar de opmerkingen van de sector, maar één ding is zeker: een einddatum voor de regeling inzake aanplantrechten is absoluut noodzakelijk Welke datum dat precies zal zijn, zal deel uitmaken van ons definitieve compromis.
Dus al met al heb ik geluisterd naar de argumenten van alle partijen, waaronder die van het Europees Parlement, maar één keihard feit is niet veranderd: onze wijnbouwsector moet nog steeds worden hervormd als we voor het peloton uit willen blijven rijden. We moeten de kans nu grijpen en tot een echte hervorming besluiten. Een hervorming zal inspanningen vergen, maar ik ben er heel zeker van dat die inspanningen resultaat zullen opleveren. De kosten van niets doen zijn onaanvaardbaar hoog en ik hoop dat we het daar met elkaar over eens kunnen zijn.
Giuseppe Castiglione, rapporteur. − (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik ben de commissaris dankbaar voor haar samenwerking met het Parlement tijdens dit langdurige proces. Ik dank haar eveneens voor de waardering die zij voor het werk van het Europees Parlement heeft uitgesproken, een belangrijk en interessant stuk werk waartoe de Landbouwcommissie, maar ook dit hele Huis en alle collega’s een grote bijdrage hebben geleverd. Mevrouw de commissaris, ik dank u voor het feit dat u een zeer ambitieuze hervorming heeft voorgesteld, met doelstellingen die wij volledig onderschrijven.
De consumptie daalt en de import neemt toe, waardoor het dringend noodzakelijk is een radicale hervorming op stapel te zetten. Onze wijnbouwsector is aan een nieuwe start toe, heeft nieuw elan, nieuwe energie en nieuwe voorstellen nodig. U heeft gelijk als u zegt dat we in de wijnbouw moeten investeren als we concurrerend, als we wereldleider in deze sector willen blijven. We moeten de ontwikkelingen op de markt volgen, we moeten voor de markt produceren en de markt veroveren met producten van topkwaliteit.
Mevrouw de commissaris, om deze reden heb ik er – samen met mijn collega’s in de Landbouwcommissie en in het Europees Parlement, die ik nog eens zou willen bedanken – naar gestreefd om in het verslag een omvattende, coherente hervorming uit te stippelen die vooral transparant is. Het systeem moet aan de behoeften van onze producenten voldoen en in de nodige middelen voorzien opdat zijn concurrerend en succesvol kunnen zijn.
Al met al hebben wij getracht een tekst op te stellen die een antwoord biedt op de gemeenschappelijke uitdagingen, maar tegelijk ook de verschillen tussen de uiteenlopende nationale situaties te respecteren, te bevorderen en in sommige gevallen ook te overbruggen. Ik heb slechts één opmerking vooraf: er moet een radicale verandering van mentaliteit, van onze productiestrategie plaatsvinden. We moeten afstappen van het kwantiteitsdenken en ons in plaats daarvan sterk maken voor kwaliteitsproducten, voor hoogwaardige producten, en wel op een manier waarbij de specifieke nationale, regionale en lokale bijzonderheden van de Europese wijnbouw worden gehuldigd.
Daarom, mevrouw de commissaris, zijn wij het ermee eens dat marktmechanismen worden afgeschaft die niet effectief zijn gebleken en die slechts hebben bijgedragen tot overproductie en producten van mindere kwaliteit. Om slechts één voorbeeld te geven: crisisdistillatie is inmiddels een alledaagse structurele maatregel geworden en is niet langer een redmiddel voor noodsituaties. Het is een onhoudbare situatie dat per jaar 500 miljoen euro voor distillatie wordt uitgegeven. Daarom zijn wij voor een efficiënter gebruik van economische middelen: voor nationale ontwikkelingsprogramma’s en voor de tenuitvoerlegging van maatregelen die beter zijn toegesneden op de specifieke behoeften van de verschillende producerende landen.
Om deze reden, mevrouw de commissaris, achtten wij het opportuun om de lijst van mogelijke maatregelen in het verslag uit te breiden: we hebben besloten om er de herstructurering van de sector, onderzoek, innovatie en kwalitatieve verbeteringen in op te nemen. Al deze maatregelen zullen ervoor zorgen dat de bedrijfscreativiteit, die voor onze wijnen zo dringend nodig is, wordt gestimuleerd. Het is eveneens van cruciaal belang om promotiecampagnes te bevorderen, niet alleen op de internationale markt, maar ook op de thuismarkten. Wij hebben hier vroeger reeds op gewezen, en de analyse van de Landbouwcommissie heeft dit nog eens aan het licht gebracht.
Het is absurd om te geloven dat we buiten onze grenzen kunnen concurreren als we niet marktleider in eigen huis zijn, als we onze medeburgers niet van de kwaliteit van de wijnen die wij produceren kunnen overtuigen. Om deze reden pleit het verslag voor een geharmoniseerd beschermingssysteem voor oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen, duidelijke en transparante etikettering en exact gedefinieerde oenologische procedés. Alleen dan zullen de consumenten, die hier centraal staan, vertrouwen hebben in de producten die zij kopen.
Daarom is het, mevrouw de commissaris, van essentieel belang dat oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen, die voor de kwaliteit van de Europese wijnbouw staan, goed worden beschermd. Bescherming betekent dat de wijn binnen het desbetreffende geografische gebied moet zijn geproduceerd, maar betekent ook dat de aanduiding van het wijnoogstjaar op het etiket wordt voorbehouden aan wijnen met een beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding. Dit zijn de enige wijnen die voortdurend aan controles worden onderworpen en dus de enige waarvoor het mogelijk is om de verstrekte informatie te verifiëren. Anders zouden de producenten van kwaliteitswijnen worden benadeeld en de consumenten misleid.
Vanuit dezelfde logica en ten behoeve van de coherentie steunt het verslag het voorstel voor een vrijwillige rooiregeling waarbij premies worden betaald zodat de producenten die uit de markt willen stappen dit op behoorlijke voorwaarden kunnen doen. Bovendien wil ik uiting geven aan mijn tevredenheid over het feit dat de commissaris zo-even heeft ingestemd met mijn suggestie om de looptijd van deze regeling terug te brengen van vijf naar drie jaar. Het aantal hectare dat voor rooiing in aanmerking komt schijnt inderdaad te zijn gedaald van 200 000 naar 175 000.
In tegenstelling tot ons oorspronkelijke voorstel streeft het verslag er ook naar om de wijnbouwers tegemoet te komen in hun behoefte aan zekerheid voor de toekomst. Gezien deze behoefte aan zekerheid kunnen we de aanplantrechten niet liberaliseren voordat we weten of – en vooral: hoe goed – het nieuwe systeem functioneert.
In het verslag wordt derhalve voorgesteld de aanplantrechten tot minstens 2013 te beschermen en wordt de Commissie verzocht een effectbeoordeling van de eerste fase van de hervorming in te dienen, zodat met volledige kennis van zaken over verdere stappen kan worden beslist. Hierbij moet men bedenken dat bij beslissingen op het gebied van geografische aanduidingen naar behoren rekening moet worden gehouden met – en controle moet worden uitgeoefend worden door – degenen die hun kapitaal en werk in deze projecten hebben geïnvesteerd. Indien dan mocht blijken dat het systeem de ontwikkeling belemmert van bedrijven die concurrerend zijn, kunnen het systeem voor het in omloop brengen van aanplantrechten op communautaire schaal verbeteren en effectief gebruik maken van bestaande reserves.
Een laatste opmerking, mevrouw de commissaris: het valt niet te ontkennen dat het debat door het thema chaptalisatie werd beheerst. Als iemand die afkomstig is uit Italië, waar het gebruik van sacharose is verboden, en vooral als iemand die uit Sicilië komt, waar most wordt geproduceerd, kan ik als geen ander begrijpen dat de commissaris op dit punt teleurgesteld is. Maar aan de andere kant gaat het hier om de noodzaak om Europese wijnen nieuw leven in te blazen en concurrerend te maken zodat zij zich op de markt kunnen handhaven.
Dit is onze doelstelling, en om dit te kunnen verwezenlijken hebben wij gepoogd om verder te kijken dan alleen naar nationale verschillen. Dank u, mevrouw de commissaris, voor uw samenwerking en vooral voor uw waardering voor het werk van het Europees Parlement. We hebben deze hervorming
(De spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)
Elisabeth Jeggle, namens de PPE-DE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, dames en heren, we hebben een lang en soms controversieel debat over dit onderwerp gevoerd. Ik wil mijn dank uitspreken aan de rapporteur. Hij verdient een groot voor zijn werk, dat hij op zeer gerichte wijze heeft verricht, in goede samenwerking met de andere leden van zijn commissie.
Inderdaad, de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt is aan hervorming toe! Zij moet worden aangepast om rekening te houden met de huidige omstandigheden en toekomstige markten. Tegelijkertijd, mevrouw de commissaris, werpt dit voorstel de vraag op of de Commissie zich met details moet bemoeien die tot de regionale identiteit bijdragen, met methoden die in sommige regio’s sinds eeuwen worden toegepast en een deel van de cultuur van die streken vormen? De mensen hebben niets aan dergelijke inmenging. De mensen begrijpen er soms niets meer van. Het is ook niet te begrijpen dat we sacharose zouden moeten verbieden terwijl we tegelijkertijd overeenkomsten sluiten over de invoer van met behulp van sacharose geproduceerde wijnen uit landen buiten de Europese Unie.
Mevrouw de commissaris, als derde instelling naast de Raad en het Parlement dient de Commissie zich op haar eigenlijke taak te concentreren, namelijk het uitwerken van voorstellen die de verdere ontwikkeling van de Gemeenschap vooruithelpen, die bevorderlijk zijn voor dit ontwikkelingsproces als geheel. De ordening van de wijnmarkt maakt daarvan deel uit.
Ik zou op dit punt willen opmerken dat de compromissen die we in de commissie hebben bereikt, waar we hard voor hebben moeten werken en waar we in sommige gevallen nog steeds hard aan werken, goed zijn voor het hele Parlement. Namens de PPE-DE-Fractie spreek ik er mijn steun voor uit– wij allen steunen deze compromissen. Wij verwerpen elk amendement dat tegen deze compromissen ingaat.
Katerina Batzeli, namens de PSE-Fractie. – (EL) Mijnheer de Voorzitter, commissaris, vandaag beslissen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de toekomst van één van de meest complexe gemeenschappelijke marktordeningen op landbouwgebied in Europa. Het Europees Parlement heeft zijn advies ruimschoots voor het advies van de Raad uitgebracht, wat wij aan de intensieve inspanningen van onze rapporteur, de heer Castiglione, en van alle fracties te danken hebben.
Mevrouw de commissaris, ik wil een aantal punten benadrukken waarmee rekening moet worden gehouden in het uiteindelijke besluit van de Raad over de hervorming van de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt.
Ten eerste kan de hervorming van de wijnmarkt niet volgens het lineaire, boekhoudkundige model worden uitgevoerd dat u heeft toegepast bij de hervorming van de gemeenschappelijke ordening van de suikermarkt, aangezien wij twee maanden geleden werden verzocht dit model aan een herziening te onderwerpen omdat het in een impasse is geraakt. De hervorming van de wijnmarkt kan evenmin worden gebaseerd op het desastreuze model van de gemeenschappelijke ordening van de katoen- en tabaksmarkt met zijn overheveling van middelen naar de tweede pijler, dat tot een daling van de productie van deze twee producten heeft geleid, terwijl de landvlucht is toegenomen. Voor de wijnmarkt moet binnen de eerste pijler een sterk budget worden uitgetrokken om de directe maatregelen voor de wijnbouwers te versterken, die de kwaliteit moeten gaan verbeteren en meer toezicht moeten gaan houden op hun productie, en ook het promotiebeleid voor alle wijnen zowel binnen als buiten Europa te verbeteren, teneinde de commerciële distributie ervan te stimuleren.
Mevrouw de commissaris, het Europees Parlement wenst een nieuwe gemeenschappelijke ordening van de markt waarbij voorrang wordt gegeven aan een agressief promotiebeleid in plaats van aan een defensief invoerbeleid. Het verslag van het Europees Parlement zorgt ervoor dat steun wordt verleend aan wijnbouwers die maatregelen treffen ter stabilisering van het aanbod, ter verbetering van de kwaliteit en ter bescherming van het milieu. De marktreguleringsmaatregelen worden gehandhaafd en aangepast aan de huidige behoeften, zoals de distillatie van bijproducten, die ertoe dient de kwaliteit te verbeteren en tegelijkertijd de markt en het aanbod te reguleren. In het verslag wordt een efficiënte rooiregeling voorgesteld waarbij geen waardevolle Gemeenschapsmiddelen worden verspild aan een inperking van de dynamiek van de wijnbouwsector. Daarnaast wordt steun vastgesteld op het regionale gemiddelde aan steunbetalingen, zonder het beperking van de steun tot een plafond van 350 euro per hectare.
Mevrouw de commissaris, wij stellen ons op het standpunt dat alle maatregelen die overproductie tot gevolg hebben, de markt uit evenwicht doen geraken verstoren en tot verstoorde en oneerlijke prijzen ten koste van andere wijnen leiden. Wat dit betreft zal ik het, namens de Sociaal-democratische Fractie, maar ook persoonlijk toejuichen wanneer de Commissie evenwichtige maatregelen met betrekking tot verrijking met suiker zou voorstellen, aangezien wij – hierop heeft de Sociaal-democratische Fractie reeds gewezen – ter voorkoming van overgangsproblemen tot een uitgebalanceerde benadering hebben bijgedragen.
De nieuwe gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt dient echter ook de wijnkennis van de consument te verruimen en te respecteren en de consumentenbescherming via een etiketteringsregeling te verbeteren. De Landbouwcommissie heeft in dit verband onder meer in amendement 166 de vermelding van het kooldioxidegehalte genoemd, in amendement 157 gegevens inzake de volksgezondheid en gegevens en, in het amendement van de heer Graefe zu Baringdorf, de kenmerking van wijnen die uit hybride of genetisch gemodificeerde druivensoorten zijn geproduceerd. Wij moeten het respect voor de consument vergroten met behulp van een etiketteringsstelsel dat zich uitstrekt tot nadere informatie over de toegepaste vinificatiemethoden .
Mevrouw de commissaris, wij willen een nieuw beleid met betrekking tot twee categorieën wijnen inluiden: wijnen met een geografische aanduiding of oorsprongsbenaming en tafelwijnen. Het gaat hier om twee verschillende producten, die beide een plek op de Europese markt hebben, en ik ben van mening dat we scheidslijnen moeten voorkomen die een regionaal effect hebben.
Tot slot zou ik willen zeggen dat de complexiteit van de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid niet als impasse of als tekortschieten van de instanties mag worden uitgelegd. Die complexiteit, mevrouw de commissaris, heeft te maken met de culturele dimensie van dit product, die wij in onze voorstellen dienen te respecteren.
Jorgo Chatzimarkakis, namens de ALDE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, in vino veritas of, om Goethe te citeren: het leven is te kort om slechte wijn te drinken. In deze spreuken komt de kwintessens van de hervorming van de Europese wijnmarkt tot uitdrukking. Ons verslag draait om de kwaliteit van de Europese wijn, die de vergelijking met importen uit de Nieuwe Wereld absoluut kan doorstaan. Nu, hoe is de stand van zaken? In 2006 was de wijnbouw goed voor 5 procent van de waarde van de totale landbouwproductie in de EU. Met 45 procent van ‘s-werelds wijngaardoppervlak, 65 procent van de wereldproductie, 57 procent van de wereldwijde consumptie en 70 procent van het totale volume van de export neemt de Europese wijn een koppositie in op de wereldmarkt. In de wijnwereld zijn we een mondiale supermacht!
Daarom moesten we ook in actie komen om onze positie als supermacht te consolideren en met name om de kwaliteit van onze wijnen te verhogen. De hervormingen die u heeft voorgesteld, mevrouw de commissaris, behelsden onder meer een onmiddellijke stopzetting van de crisisdistillatie. Vele dingen die u heeft genoemd, waaronder particuliere opslag en de afschaffing van exportsubsidies, steun voor het gebruik van most voor verrijking en natuurlijk ook de verrijking met suiker, vormen mijns inziens centrale punten van uw voorstellen. Wij moeten evenwel opmerken dat deze wel van meet af aan blijk gaven van een nogal technocratische invalshoek van waaruit bijvoorbeeld de vraag werd opgeworpen of er een koppeling moet komen tussen chaptalisatie en steun voor het gebruik van most.
Naar mijn mening heeft het Parlement in zijn onderhandelingen een zeer goed compromis tussen de belangen van Noord en Zuid bereikt, die hier immers centraal stonden. In de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling hebben we met onze compromissen een uitstekend evenwicht weten te vinden. In dit verband gaat mijn bijzondere dank uit naar de rapporteur, de heer Castiglione, die zich grote inspanningen heeft getroost om compromissen te sluiten, waarbij het ons gelukt is om met alle belangen rekening te houden.
Mijns inziens hebben we de aanvankelijk zeer technocratische aanpak in een nieuwe, elegante vorm gegoten. We hebben een evenwicht gevonden tussen Noord en Zuid. Ik wil ook u danken, mevrouw de commissaris, voor het feit dat u in uw voordracht heeft aangegeven deze lijn principieel te willen volgen.
Wat zijn de hoofdpunten? Naast het compromis volgens hetwelk chaptalisatie blijft toegestaan, vormt de bescherming van regionale producten een ander centraal aspect van ons verslag.
In het licht van dit kwaliteitsoffensief ten behoeve van de Europese wijn blijven bovendien nationale steunmaatregelen noodzakelijk, waarvoor 1,3 miljard euro is uitgetrokken. Wij zijn overtuigd dat deze maatregelen onderdeel van de eerste pijler moeten blijven, zodat de betalingen direct naar de telers gaan. Daarnaast moet worden vermeld – en dit is mijns inziens een van onze belangrijkste resultaten van ons werk – dat bijzondere aandacht wordt besteed aan oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen op etiketten. Dat is volgens ons een uiterst belangrijk punt aangezien aanduidingen met betrekking tot de geografische oorsprong van wijnen natuurlijk een kwestie van intellectuele eigendom zijn. Deze moet worden beschermd, en ik ben van mening dat we wat dit betreft een zeer goed compromis hebben gevonden.
De ALDE-Fractie steunt deze compromissen, dat wil zeggen het hele compromissenpakket, omdat wij vinden dat zij een goede oplossing vormen. Wij hopen dat de Raad onze suggesties zal overnemen. De stem van het Europees Parlement is de stem van de Europese bevolking, maar ook die van de wijnproducenten en –consumenten. Wij verzoeken u, mevrouw de commissaris, zich ten opzichte van de Raad en het algemene publiek voor deze dingen in te zetten.
Sergio Berlato, namens de UEN-Fractie. – (IT) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, dames en heren, de tekst waarover wij gaan stemmen vormt een goed compromis en een sterke verbetering van het oorspronkelijke Commissievoorstel.
Wij hebben nog steeds de intentie een hervorming op stapel te zetten die erop is gericht de sector zowel op de interne als op de internationale markt nieuwe impulsen te geven. De mondiale vraag neemt niet af, maar toe. Daarom is het niet de juiste aanpak om minder te produceren, maar moet in kwaliteit en in het karakter van Europese wijnen worden geïnvesteerd, in het terugdringen van de kosten, in de promotie van wijn, om zo een grotere markt te ontsluiten, en in de ondersteuning van jonge, startende wijnbouwers.
Het is eveneens noodzakelijk om de door de Commissie voorgestelde vermindering van de Europese wijnproductie te beperken door de lidstaten meer autonomie te geven bij het beheer van de rooiregeling. We moeten ons ervoor hoeden wijngaarden te vernietigen die misschien geen bijzonder sterke marktpositie innemen, maar die regionale wijnen van hoge kwaliteit produceren, op een lange traditie kunnen terugblikken en vandaag de dag nog steeds voor de sociale samenhang van complete plattelandsgebieden zorgen.
Ook al dient deze hervorming ertoe voorwaarden voor een groter concurrentievermogen te scheppen, moet zij toch de band met het verleden bewaren en de voortzetting van de wijnbouw bevorderen, die een belangrijke factor is voor het behoud van het landschap en het milieu. Daarom pleiten wij ervoor de gereserveerde middelen over een periode van drie in plaats van vijf jaar uit te smeren en ze op basis van historische gegevens te verdelen, ruwweg volgens dezelfde criteria die we bij alle tot dusver ingevoerde hervormingen hebben toegepast.
Mevrouw de commissaris, wij zijn tegen de liberalisering van nieuwe oenologische procedés en het gebruik van geïmporteerde most ter verrijking van onze wijnen of het mengen van onze wijnen met wijnen uit derde landen, omdat dit naar onze mening slecht zou zijn voor het image van wijn en het vertrouwen van de consument in het product zou aantasten, wat zeer ernstige gevolgen voor de consumptie zou hebben. Aan de andere kant zijn wij van mening dat het van cruciaal belang is om steun te verlenen voor het gebruik van geconcentreerde druivenmost en gerectificeerde geconcentreerde druivenmost met het oog op verrijking, om een oenologisch procedé te beschermen dat in vele regio’s van de Gemeenschap gebruikelijk is.
Wij zijn van mening dat er rekening moet worden gehouden met de investeringen van de producenten en dat moet worden voorkomen dat de handelsstromen stokken met een groter aanbod als gevolg. Deze hervorming moet tot een sterkere bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen leiden, om de Europese producten in de context van multilaterale onderhandelingen en bilaterale handelsovereenkomsten beter te kunnen beschermen.
Tenslotte, mevrouw de commissaris, zijn wij tegen de volledige liberalisering van aanplantrechten vanaf 2014 voor wijnen met een beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding, en wij steunen het voorstel van de rapporteur om de hervorming op 1 augustus 2009 in werking te laten treden.
Friedrich-Wilhelm Graefe zu Baringdorf, namens de Verts/ALE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, wij willen dat wijn een uniek genotmiddel is, zowel wat betreft de productie als de consumptie. Ik bedoel dat wij geen oenologische procedés willen die in de richting van Coca-Cola gaan; wij willen dat de oorsprongsbenamingen en geografische aanduiding beschermd blijven. Wij willen dat ecologische productiemethoden worden gesteund en hebben de wens – en hebben een amendement van die strekking ingediend – dat regio’s er bij meerderheidsbesluit voor kunnen kiezen hun wijn alleen gebotteld in de handel te brengen. Wij zijn het met u eens dat permanente distillatie van wijn niet door de beugel kan, en er moet worden voorkomen dat deze praktijk in de vorm van crisisdistillatie weer via de achterdeur wordt ingevoerd. In dezen delen wij uw standpunt.
Met betrekking tot aanplantrechten zijn wij van mening dat de rooioptie open moet worden gehouden. Dat wil zeggen: als niet wordt bepaald dat nieuwe aanplant op een gegeven moment in een gegeven gebied wordt geliberaliseerd, is de beslissing om te rooien niet gebaseerd op de hoeveelheid wijn die kan worden verkocht. Daarom is een dergelijke koppeling absoluut noodzakelijk. Wij steunen dit dan ook.
Als u met betrekking tot de verrijking met druivenmost of suiker zegt dat het evenwicht tussen deze twee methoden moet worden verschoven, dan kunnen wij daarmee instemmen, want dat komt erop neer dat chaptalisatie blijft toegestaan. Als er op deze basis een compromis zou worden gevonden, zouden wij dat aanvaarden. Chaptalisatie is een oud oenologisch procedé. Daarom dient het te worden behouden en dienen onredelijke eisen van Amerikaanse kant met betrekking tot onze vinificatiepraktijken te worden afgewezen.
Vooropgesteld dat onze amendementen worden aangenomen, staan wij volledig achter het ontwerpverslag van de rapporteur.
Vincenzo Aita, namens de GUE/NGL-Fractie. – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik zou de heer Castiglione willen zeggen dat – zoals de minister, mijnheer De Castro, heeft opgemerkt – dat het voorstel, zoals dat door de bevoegde commissie is geamendeerd en nu aan het Parlement is voorgelegd, slechter is dan het oorspronkelijke, door de commissaris ingediende stuk.
Mijn eerste punt heeft betrekking op de rooiregeling? Ons is meegedeeld dat het om een gebied van 175 tot 200 duizend hectare gaat. Mijn eerste vraag hierover luidt: wie gaat de wijngaarden rooien en wie neemt de gerooide grond over, en wat is er mis met het voorstel om de middelen – die dan eventueel kunnen worden verlaagd in plaats van verhoogd – te gebruiken om deze wijngaarden met het oog op kwaliteitsverbetering te herstructureren? Ik zou het Parlement de volgende vraag willen stellen: waarom moeten we tientallen of zelfs honderden werknemers op straat zetten om de weg vrij te maken voor grote multinationals, zoals het geval is in Sicilië, mijnheer Castiglione?
Het punt is dus: waarom zouden we Gemeenschapsmiddelen voor rooien uitgeven in plaats van deze middelen voor kwaliteitsverbetering en herstructurering van bedrijven te gebruiken? We hebben in dit Huis en in het kader van het Gemeenschapsbeleid in de afgelopen jaren al zoveel maatregelen ingevoerd!
Mijn tweede punt betreft de vrije markt voor aanplantrechten? Waarom zou de markt voor heel Europa moeten worden geliberaliseerd? Wat voor zin heeft het om in Sicilië, Campanië; Griekenland of waar dan ook een hectare van een wijnbouwareaal te kopen en het naar een ander gebied over te dragen? Die hectare is gekoppeld aan een bepaalde kwaliteit en productie, een typisch product, een ecotype dat zich in dat gebied heeft ontwikkeld. Wat voor zin heeft zo’n voorstel?
Is het hier soms de bedoeling om grootschalige overnames te stimuleren zoals die in sommige gebieden aan de Middellandse Zee al plaatsvinden? Dit is het centrale punt, en daarom zijn wij van mening dat het voorstel van de Commissie beter was. Het door het Parlement geamendeerde voorstel is slechter dan dat van de Commissie als het erom gaat een hervorming op tafel te krijgen waardoor de kwaliteit wordt verbeterd en de wijnbouwers en hun werknemers aan het werk worden gehouden. Daarom stemmen wij tegen de geplande hervorming.
Vladimír Železný, namens de IND/DEM-Fractie. – (CS) Mijnheer de Voorzitter, de Tsjechische Republiek wordt door de voorgestelde hervorming van de wijnsector benadeeld en gediscrimineerd. Dezelfde Europese Unie, die geen bezwaar heeft gemaakt tegen het aanlengen van wijnen uit de VS die inmiddels met een watergehalte van soms wel 30 procent in de EU worden geïmporteerd, en die toestaat dat aan te zoete wijnen in het zuiden van Europa azijn wordt toegevoegd, stelt voor om het gebruik van sacharose in de meer noordelijk gelegen Europese landen wordt verboden. Het gebruik van sacharose is in ons land sinds meer dan 200 jaar traditie. De EU wil sacharose door geconcentreerde druivenmost vervangen, die maar al te graag door de zuidelijke Europese landen tegen overdreven prijzen zal worden geleverd. De subsidie voor de Tsjechische Republiek komt neer op 85 euro per hectare wijnareaal, terwijl sommige bevoorrechte landen meer dan 245 euro ontvangen. De Europese Unie probeert namelijk een zogenaamd historisch beginsel in te voeren waardoor de nieuwe lidstaten worden gediscrimineerd. Maar de wijn die in de Tsjechische Republiek wordt verbouwd en geproduceerd, wordt daar ook geconsumeerd en draagt op geen enkele wijze bij tot de Europese overproductie. Bovendien wil de Unie nu ook nog dat de Tsjechische Republiek financieel bijdraagt aan reclame voor overtollige Europese wijn in derde landen. Wij eisen daarom dat de gelden voor de hervorming van de wijnsector in nationale enveloppes wordt gestoken, zodat de lidstaten de fondsen in overeenstemming met hun eigen behoeften kunnen toewijzen.
De Unie kent twee manieren om met de productie van wijnoverschotten om te gaan: de onzinnige en barbaarse distillatie van wijn tot alcohol voor de industrie en het rooien van wijngaarden, waarbij overal wordt gerooid, behalve op de plekken waar dit nodig zou zijn. Het zou namelijk volstaan om alle illegaal aangeplante wijngaarden in de traditionele zuidelijke landen te rooien, met name in één van die landen, dan zou de hele hervorming in kannen en kruiken zijn. Het totale oppervlak van die illegale wijngaarden is namelijk even groot als het aantal hectare dat de EU zou moeten rooien. De EU kent hun exacte locatie wel degelijk en heeft bijvoorbeeld satellietopnames van de wijngaarden die in Italië stiekem buiten de quota zijn aangeplant. Ten slotte steekt in de voorgestelde hervorming ook nog een ander stokpaardje van de Eurocraten de kop op: de overdracht van desbetreffende bevoegdheden van de Raad naar de Commissie, dat wil zeggen naar niet-gekozen ambtenaren. Op deze manier wordt de kleine landen iedere zeggenschap ontnomen en wordt wijn, die in de Tsjechische Republiek sinds de tijd van de Romeinse legioenen wordt verbouwd, het zoveelste product dat ons ten gunste van de vaak illegale productie in de zuidelijke landen van de EU wordt afgepakt. Wij zijn echter niet van plan ons van deze prachtige nationale traditie te laten beroven.
Peter Baco (NI). - (SK) Ik vraag me af of het bij deze hervorming echt om goede wijn gaat. Goede wijn is, zoals men weet, wijn die wordt verkocht. Dat betekent dat de klant de tegen de gevraagde prijs geboden kwaliteit aanvaardt. Sommige EU-landen produceren echter onverkoopbare wijnen ten bedrage van 500 miljoen euro per jaar.
De Slowaakse Republiek en enkele andere lidstaten hebben aan een consequente inkrimping van de wijnsector gewerkt, zodat zij geen onverkoopbare wijnen meer produceren. Het instellen van nationale enveloppes voor financiële steun op basis van het zogenaamde “historische beginsel” druist in tegen de regels van de markt. Hierdoor worden wij gediscrimineerd en worden wij in de toekomst bestraft voor het feit dat wij de productie van onverkoopbare wijn vroeger niet hebben gesubsidieerd.
Volgens de hervormingsplannen zouden wij in de toekomst slechts een fractie van de steunbetalingen krijgen die naar de producenten van onverkoopbare wijn gaat. Daarom eisen wij dat de toekenning van steun uitsluitend wordt gebaseerd op het bestaande wijnbouwareaal, en om soortgelijke discriminatie te voorkomen zijn wij ook tegen wijzigingen bij de etikettering van wijn en willen wij vasthouden aan het bestaande systeem.
Esther Herranz García (PPE-DE). - (ES) Mijnheer de Voorzitter, komend weekend zal de Raad van ministers van Landbouw ongetwijfeld al een politiek besluit nemen over deze hervorming van de gemeenschappelijke marktordening voor wijn.
In het geval van wijn gaat het niet alleen om een voedingsmiddel, maar ook om een economische parel in de kroon van de agrarische sector, die sterk heeft te lijden onder de besluiten van de Commissie van de afgelopen jaren. Voor het eerst in lange tijd zijn we er op tijd bij: het Parlement zal een verslag opstellen dat door de Raad kan worden gebruikt om dit weekend eindelijk een politiek besluit te nemen. Dat stemt mij werkelijk zeer tevreden en ik wil de rapporteur feliciteren met zijn werk, omdat dit Parlement voor het eerst heeft besloten om te kiezen voor kwaliteit, voor cultuur, voor traditie, voor een mediterraan product dat ook naar andere Europese regio’s is overgebracht en dat niet alleen in Europa wordt gewaardeerd, maar overal ter wereld.
Onze wijn – daar hoeft niemand aan te twijfelen – is de beste van de wereld. Daarom moeten we onze wijn beschermen en promoten. Niet alleen buiten de Unie, maar ook daarbinnen, omdat de Europese jeugd in de afgelopen jaren steeds minder wijn is gaan drinken. Waarom? Omdat wij geen energie hebben gestoken in het promoten van wijn en hen niet hebben aangemoedigd om wijn te drinken.
We moeten de sector instrumenten in handen geven om zowel binnen als buiten de Unie concurrerend te kunnen blijven. We moeten de consumptie bevorderen en jongeren en de hele Europese samenleving laten deelnemen aan een cultuur: de cultuur van het wijntoerisme, de cultuur van het wijn drinken, de cultuur van het “savoir faire” en de cultuur van het converseren en het deelnemen aan de samenleving.
Er is te weinig geld voor plattelandsontwikkeling. Want we hebben een politiek besluit van december 2005 waarin onvoldoende middelen worden toegewezen aan de tweede pijler. Dat geld moet niet bij de gemeenschappelijke marktordening worden weggehaald, maar we moeten er bij de lidstaten op aandringen dat ze een iets groter deel van hun nationale begroting aan de communautaire begroting bijdragen. Het grote gat in de begroting voor plattelandsontwikkeling in deze financiële vooruitzichten zal niet kunnen worden gedicht door geld weg te halen bij de landbouwers.
Wat betreft de aanplantrechten, geachte afgevaardigden, is het duidelijk dat we de sector instrumenten in handen moeten geven om zichzelf te reguleren, en dat moeten wettelijke instrumenten zijn. En die wettelijke instrumenten moeten wij ze geven, zodat de aanplantrechten waarmee de productie onder controle kan worden gehouden kunnen blijven worden beschermd. Het is al bewezen dat de wijnsector rendabel kan zijn door de productie onder controle te houden, zoals bijvoorbeeld het geval is bij de officiële herkomstbenamingen, waaraan streng de hand wordt gehouden.
Compromissen moeten worden gerespecteerd, en daarom zullen wij tegen alle ingediende amendementen stemmen, en in het bijzonder tegen alle amendementen die al eerder gesloten compromissen niet respecteren, en dan doel ik op de socialistische fractie.
Luis Manuel Capoulas Santos (PSE). – (PT) Mijnheer de Voorzitter, ook ik wil de rapporteur allereerst feliciteren met zijn werk, evenals de schaduwrapporteur van de PSE-Fractie, niet alleen als schaduwrapporteur voor dit verslag, maar ook het initiatiefverslag dat aan dit debat voorafging.
Haar werk is kenmerkend voor de bereidheid tot compromissen en de constructieve houding van de Sociaal-democraten als het erom gaat een evenwichtige oplossing te vinden. Uit het maandenlange debat zijn drie dingen naar voren gekomen: het grote belang dat deze sector in economisch en sociaal opzicht toekomt, ondanks het feit dat hij door het gemeenschappelijk landbouwbeleid in het verleden zo stiefmoederlijk is behandeld; vervolgens het feit dat de huidige regels niet meer aan de huidige marktsituatie en de veranderingen in het consumptiepatroon beantwoorden; en ten slotte de noodzaak om hervormingen in te voeren om deze problemen op te lossen.
Het debat heeft ook aangetoond dat er sprake is van een verregaande consensus over de lijst van problemen waar de sector mee te kampen heeft. Toch zijn we het niet allemaal eens over de oplossingen die door de Commissie zijn voorgesteld. Hier heeft het Europees Parlement echter blijk gegeven van zijn constructieve houding doordat in de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling en door de gedetailleerde voorstellen van de PSE-Fractie een breed gedragen compromis werd bereikt. Deze voorstellen zijn erop gericht dit compromis met betrekking tot de meest gevoelige kwesties aan te vullen, zoals de liberalisering van aanplantrechten; het rooien van wijngaarden, de toevoeging van suiker en steun voor verrijking met most; waarborging van de productie van drinkbare alcohol, die van cruciaal belang is voor sommige prestigewijnen zoals port, die concurrerend moeten blijven; crisispreventie, promotie, enz.
Het standpunt van het Parlement zorgt daarom voor nieuwe impulsen en geeft voor de Raad en de Commissie duidelijk de te volgen koers aan. De grote lijnen van het Parlementsstandpunt laten zien dat het mogelijk is om uiteindelijk een oplossing te vinden waarmee zowel de algemene problemen van de sector als de specifieke vraagstukken van de producerende regio’s kunnen worden aangepakt.
Mevrouw de commissaris, we staan inmiddels op het punt met de discussie over de gezondheidscontrole van het GLB te beginnen en, wat voor ons van bijzonder belang is, over het scenario voor de landbouw na 2013, zodat het essentieel is deze hervorming spoedig af te ronden. Ik hoop daarom dat de Commissie zich in de te nemen besluiten door het Parlement zal laten leiden, aangezien het standpunt van het Parlement en de algemene lijn van zijn aanbevelingen een goed signaal zijn voor de Europese wijnbouw en wijn.
Donato Tommaso Veraldi (ALDE). - (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik ben de commissaris dankbaar, maar ik wil mijn speciale dank uitspreken aan de rapporteur, de heer Castiglione, voor zijn uitstekende, grondige en waardevolle werk.
De belangrijkste doelstelling van de hervorming van de Europese wijnmarkt bestaat erin het hoofd te bieden aan de uitdagingen van de mondiale concurrentie door het invoeren van regelingen ter verbetering van de kwaliteit en ter bescherming van het uitzonderlijke karakter van het product. Het is echter belangrijk om vast te houden aan steun voor geconcentreerde druivenmost en gerectificeerde geconcentreerde druivenmost die door de Europese Gemeenschap worden geproduceerd, aangezien dit een oenologisch procedé betreft dat in vele communautaire regio’s gebruikelijk is. Wat chaptalisatie betreft: elk gebruik van sacharose voor verrijkingsdoeleinden moet op het etiket worden vermeld om voor meer transparantie te zorgen en de consument voor te lichten.
Nationale steunprogramma’s moeten worden gebruikt om in de Europese Unie promotiecampagnes op touw te zetten, evenals voor crisispreventie, onderzoek, ontwikkeling en vooral de verbetering van de wijnkwaliteit.
Wat betreft de liberalisering van aanplantrechten is uitstel tot 2013 wellicht acceptabel voor wijnen die door oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen worden beschermd. Om een evenwichtige situatie voor andere wijnen te bereiken, dient een dergelijke liberalisering alleen na een effectbeoordeling van de Commissie te worden toegestaan, die vóór eind 2012 behoort te worden uitgevoerd.
Andrzej Tomasz Zapałowski (UEN). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, een van de hoofdproblemen van de wijnmarkt is het feit dat steeds meer wijn uit derde landen wordt geïmporteerd. We zouden ons wel eens kunnen afvragen of de wijn uit deze landen misschien beter is. Het antwoord op die vraag luidt echter “nee”. De kwaliteit van de wijn uit derde landen is niet beter dan die van onze wijn, maar hun wijn is een stuk goedkoper.
In grote delen van mijn vaderland wordt veel wijn geconsumeerd. Mijn landgenoten letten vooral op twee criteria, namelijk de prijs en de kwaliteit. Het etiket is daarbij minder belangrijk, hoewel men vaak meer voor het merk dan voor de kwaliteit van de wijn betaalt. Promotie op zichzelf zal weinig uithalen en zal ook in de landen van de oude EU-15 geen prijsbewuste klanten aantrekken. Ik heb dat zelf kunnen vaststellen in winkels in Brussel.
Ik ben zeer verheugd over het feit dat het in de toekomst mogelijk blijft om de handelsbenaming “vruchtenwijn” te gebruiken. Het gaat om een specifiek segment van de traditionele markt waardoor geen concurrentie met de markt voor druivenwijn ontstaat. Net als in het geval van de definitie van wodka mag het niet zo zijn dat, alleen omdat de wijnsector problemen ondervindt, maatregelen worden getroffen die ten koste gaan van nationale tradities, van merken of de kwaliteit.
Marie-Hélène Aubert (Verts/ALE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, wij staan volledig achter uw voornemen om een eind te maken aan subsidies die overproductie in de hand werken en onacceptabele averechtse gevolgen hebben, maar we vinden het onaanvaardbaar dat u van plan bent om wijn, die in de eerste plaats aan een terroir is gebonden en die een steeds sterker gestandaardiseerd product is dat overal ter wereld wordt verkocht, tot een speelbal van modes en marketing te maken.
In de eerste plaats is het absoluut noodzakelijk om de geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen te beschermen, die vaak omstreden zijn, maar toch ook de voor het Europese landbouwmodel kenmerkende verbinding met het land vormen. Wij willen dat u dit model benadrukt en het niet ten gunste van de grote markten opoffert op een wijze waarvan alleen de poenscheppers profiteren. Wij pleiten er tevens voor meer aandacht te besteden aan ecologische methoden in de wijnbouw, waar nog steeds een groot aantal chemische producten en additieven aan te pas komt. In dit verband verzoeken wij u specifieke steun te verlenen voor biologische wijnen, waarvoor thans de specificaties worden geformuleerd.
Biodiversiteit van terroirs, cultures en smaken, ontwikkeling en verbetering van kwaliteit en de buitengewone rijkdom aan Europese druivensoorten: hier ligt de toekomst, en dit zijn de beginselen waarop deze hervorming moet zijn gebaseerd.
Ilda Figueiredo (GUE/NGL). – (PT) Mijnheer de Voorzitter, wij staan zeer kritisch tegenover het voorstel van de Europese Commissie voor een hervorming van de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt. Naast het rooien van wijngaarden is met name het voorstel voor de liberalisering van aanplantrechten zorgwekkend. Wij zijn van mening dat het door de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling goedgekeurde verslag wat dit betreft geen bescherming biedt. De Europese wijnbouwtraditie staat op het spel, evenals de toekomst van uitgestrekte regio’s die niet alleen wijnbouwgebieden met oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen zijn, maar ook gebieden waar goede tafelwijnen worden geproduceerd. Om de traditionele wijn- en wijnbouwcultuur, de werkgelegenheid en de biodiversiteit te beschermen moeten daarom aanplantrechten worden beschermd en moet verder steun worden verleend voor de herstructurering van wijngaarden, de bewaking van de productie en het kwaliteitsbehoud, waarbij speciale aandacht moet uitgaan naar agrarische familiebedrijven en coöperaties, steun voor de distillatie van drinkbare alcohol en het gebruik van in de regio geproduceerde druivenmost. Evenwel zijn wij tegen de toevoeging van suiker.
Jean-Claude Martinez (NI). - (FR) Geachte commissaris, naast alle technische aspecten met betrekking tot enveloppes, premies en aanplantrechten berust dit project – het derde van zijn soort in 15 jaar – in wezen op drie gedachtelijnen, die alle gericht zijn op één en dezelfde doelstelling. De eerste gedachtelijn is het malthusianisme. De wijnproducenten doen niet wat de Commissie wil, dus wil zij wijngaarden rooien, de druiven weggooien, chaptalisatie verbieden en de productie aan banden leggen, volgens dezelfde methode waarmee zij ook het aanbod aan melk en tarwe laag houdt.
De tweede gedachtelijn is laisser-faire-kapitalisme om de winst op te drijven, laisser-faire-beleid met betrekking tot aanplantrechten, importen, het aanlengen, het toevoegen van houtspanen, versneden wijn en geïmporteerde most om een mondiaal wijnmengelmoes te brouwen.
De derde gedachtelijn is het globalisme. Na de eenheidsmarkt en de eenheidsmunt komt de eenheidswijn: een met aromastoffen en hout behandelde, “geparkeriseerde” Coca-Cola-wijn, waar niets eens wijnbouwers aan te pas hoeven te komen, want de eigenlijke intentie is om de wijngebieden aan de Middellandse Zee, en vooral de 250 000 hectare rond Languedoc-Roussillon, tweeënhalf miljoen vierkant meter grond, vrij te maken door de wijngaarden te rooien, om vervolgens huizen neer te zetten. Dat is een markt met een omvang van 1000 miljard euro.
Ik vertegenwoordig hier de laatsten der mohikanen in de wijnbouw. Ik ben niet op uw scalp uit hoor, commissaris, ik wil alleen dat de wijnbouwers, die mensen sinds meer dan 2 000 een stuk geluk schenken, met rust worden gelaten.
Agnes Schierhuber (PPE-DE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, dames en heren,, allereerst wil ik de rapporteur danken voor het feit dat hij alles heeft gedaan wat menselijkerwijs gesproken mogelijk is om dit compromis te bereiken. Sinds de Commissie voor het eerst met een document over de hervorming van de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt voor de dag kwam en ook vandaag hebben we bij vele gelegenheden kunnen zien dat wijn een van de gevoeligste agrarische producten is: wijn is niet alleen een uiterst verfijnd product, maar doet bovendien ook de gemoederen oplaaien. Mijns inziens is het Europees Parlement, met name de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling erin geslaagd een compromispakket samen te stellen en te presenteren dat gekenmerkt wordt door een verstandige aanpak en dat er bijvoorbeeld voor zorgt dat de traditionele oenologische procedés die in de lidstaten worden toegepast, worden gedefinieerd op basis van de verschillende Europese wijnculturen, en dat kwaliteitswijnen worden onderscheiden van tafelwijnen. Het is absoluut noodzakelijk dat de oorsprongsaanduidingen worden gehandhaafd. Zij zijn niet alleen goed voor de wijnbouwers, maar bovenal voor de consumenten.
Het behoud van de grenswaarden voor verrijking versterkt de traditionele wijnproductie in Europa. Er moet rekening worden gehouden met de uiteenlopende weers-, geografische en structurele omstandigheden waaronder in Europa wijndruiven worden verbouwd. Als Oostenrijkse weet ik dat bepaalde maatregelen absoluut noodzakelijk zijn, maar ik ben tegen het verplichte rooien van wijngaarden, omdat er moet worden bekeken voor welke wijnen de consument kiest en waar de consumptie nog kan worden gestimuleerd. De door middel van deze hervorming bereikt besparingen – waar ik achter sta – moeten binnen de eerste pijler blijven en moeten ook in de toekomst in de een of andere vorm ten goede komen aan de wijnbouw en de wijnproducenten te ondersteunen.
Tot slot zou ik willen opmerken dat de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling er volgens mij in is geslaagd een coherent en verstandig pakket naar voren te brengen, en ik hoop dan ook dat de stemming in het Parlement morgen het duidelijke signaal aan de Raad en de Commissie zal geven dat wij willen dat de wijnbouw in Europa een toekomst heeft.
Rosa Miguélez Ramos (PSE). - (ES) Mijnheer de Voorzitter, ik wil om te beginnen de rapporteur, de heer Castiglione, feliciteren met het fantastische werk dat hij heeft verricht, ook omdat hij in zijn verslag een groot aantal zorgen heeft opgenomen die wij, en niet alleen wij, maar ook de Europese wijnsector zelf, naar voren hebben gebracht.
Mevrouw de commissaris, sinds u dit voorstel voor een nieuwe gemeenschappelijke marktordening (GMO) voor de wijnsector hebt gepresenteerd, zijn er dingen veranderd, sommige sterk, andere minder sterk, maar naar mijn mening zijn veel van de wijzigingen positief. Zo is de rooiregeling niet meer de as waarom de hele hervorming draait, en het heeft mij genoegen gedaan om u daarnet te horen zeggen dat de Commissie bij deze maatregel inmiddels een horizon van drie jaar aanhoudt, zoals het Parlement had gevraagd, in plaats van vijf jaar, zoals u in eerste instantie had voorgesteld.
Deze hervorming van een GMO die van zo groot belang is voor de Europese landbouw heeft, zoals wij van meet af aan ook hebben gezegd, zeer positieve aspecten. Dat erken ik onmiddellijk. Een voorbeeld is de vereenvoudiging en flexibilisering van de regelgeving, waardoor we meer concurrerend zullen worden. Een ander voorbeeld, dat al door mevrouw Herranz is genoemd, is de promotie van Europese wijnen, zowel in als buiten Europa.
Er zijn veel amendementen ingediend tegen uw voorstel om de huidige marktmaatregelen af te schaffen en te vervangen door een aantal maatregelen die in de nationale steunprogramma’s moeten worden geïntegreerd. Het is evident dat de marktmaatregelen hebben bijgedragen en nog steeds bijdragen aan het op peil houden van de inkomens van landbouwers en het in stand houden van een economische activiteit in rurale gebieden. In dit verband heb ik, zonder het compromis van de heer Castiglione in gevaar te brengen, een nieuw amendement ingediend om ook rechtstreekse steun voor diversificatie op te nemen, steun die de lidstaten in hun nationale steunprogramma’s kunnen opnemen om de overgang naar de nieuwe GMO voor de landbouwers gemakkelijker te maken en waarvan de looptijd en de modaliteiten moeten worden vastgesteld door het comité van beheer.
Mevrouw de commissaris, ik denk dat dit de juiste manier is om het voor actoren die gewend zijn om binnen de huidige GMO te werken, met ondersteuning door de huidige marktmaatregelen, gemakkelijker te maken om de overgang naar diversificatie en een nieuwe GMO te maken, een nieuwe GMO die het Parlement – hopelijk – morgen zal aannemen.
Anne Laperrouze (ALDE). - (FR) Mevrouw de commissaris, ik hoop dat de boodschap van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling, die belangrijke amendementen op uw hervormingsvoorstel heeft geformuleerd, bij u is aangekomen. Ook ik wijs de automatische liberalisering van aanplantrechten in 2014 van de hand, met name voor wijnen die door oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen worden beschermd. Voor andere wijnen behoort pas een besluit over de liberalisering van aanplantrechten te worden genomen wanneer de effecten van de GMO-hervorming in kaart zijn gebracht.
Met betrekking tot chaptalisatie ben ik van mening dat we hieraan geen energie dienen te verspillen. Belangrijk is dat we de oenologische procedés handhaven waaraan de Europese wijnen hun kwaliteit en identiteit te danken hebben.
Ik wil meer specifiek nog iets zeggen over tafelwijn. Het voorstel van de Commissie voorziet in de mogelijkheid om naar een specifiek oorsprongsgebied te verwijzen: bijvoorbeeld wijn uit de Provence, wijn uit Andalusië, wijn uit Toscane, enz. Dit is echter verwarrend voor de consument en leidt tot oneerlijke mededinging tussen wijnen met oorsprongsbenamingen, die aan strikte specificaties moeten voldoen, en tafelwijnen, waarvoor veel minder strenge productiecriteria gelden. Laten we daarom vasthouden aan de bestaande wetgeving die alleen in een verwijzing naar het oorsprongsland voorziet: Spaanse wijn, Italiaanse wijn, Franse wijn, enz.
Wat betreft de informatie die op het etiket moet staan: ik vind het belangrijk dat wordt aangegeven om wat voor een bottelaar het gaat, dat wil zeggen of het om een onafhankelijke wijnbouwer, een producentengroepering of een andere organisatie gaat. De wijnbouw zoals deze in Frankrijk wordt uitgeoefend, heeft een zeer positief imago, wat niet altijd het geval is voor wijnen die in andere delen van de wereld worden geproduceerd. Daarom acht ik het van belang om bepaalde informatie hieromtrent te verstrekken.
Tot slot wil ik de rapporteur gelukwensen. Hij heeft ervoor gezorgd dat de meeste leden zich, na een debat dat de gemoederen danig heeft verhit, met een compromistekst kunnen vereenzelvigen waarvan duidelijke signalen uitgaan, opdat de EU de belangrijkste wijnproducent ter wereld blijft, een toekomst biedt voor ruim anderhalf miljoen wijnbouwbedrijven en zijn positie als grootste exporteur handhaaft.
Mikel Irujo Amezaga (Verts/ALE). - (ES) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de commissaris, ik zal me concentreren op de aanplantrechten, aangezien, zoals bekend, de hervorming bedoeld is om de markt te liberaliseren tegen 2013, waarbij de aanplantrechten zullen worden afgeschaft terwijl de steun wordt bevroren en er geen reëel alternatief wordt geboden aan de 2,4 miljoen Europese wijnboeren. Hiermee zouden met één pennenstreek de kleine en middelgrote wijnproducenten worden weggevaagd en zou eens te meer een markt die tot onze cultuur behoort in handen komen van een handvol multinationale bedrijven.
Ik vind dit onaanvaardbaar. Ziet de Commissie soms niet dat degenen die de aanplantrechten het hardst verdedigen de officiële herkomstaanduidingen zijn, zoals in mijn geval de Rioja, die de meeste en beste wijnen produceren en het meest verkopen en exporteren? Ik kom uit Navarra, waar de liberalisering al een feit is: de aanplantrechten zijn niets waard, maar terwijl in Navarra een kilo druiven voor vijftien cent wordt verkocht, is diezelfde kilo in de Rioja, tien kilometer verderop, meer dan een euro waard.
Waar de Rioja alles verkoopt, moet er in Navarra naar crisisdistillatie worden gegrepen. Het valt niet te ontkennen dat de geleidelijke afschaffing van protectionistische maatregelen een goede zaak is, maar het moet geen dogma worden. De Commissie heeft niet één serieus verslag overgelegd waarin wordt aangetoond dat de liberalisering, de afschaffing van die rechten, in 2013 of wanneer dan ook, gunstig zal zijn voor de wijnmarkt.
Diamanto Manolakou (GUE/NGL). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, het voorstel van de Commissie is erop gericht de steunbetalingen te verminderen en de sector in handen van grote kartels te concentreren. We weten heel goed waar dit toe leidt: dat hebben we in het geval van andere gewassen al mogen meemaken. Wanneer duizenden hectare worden gerooid gaan duizenden kleine en middelgrote wijnbouwers op de fles, en hele gebieden – met name bergachtige en minder begunstigde gebieden – worden verlaten en raken ontvolkt, wat ook uitwerkingen heeft voor de biodiversiteit. De gevolgen hiervan zijn dramatisch: de werkloosheid en de milieuproblemen zullen toenemen. Er zal meer worden geïmporteerd, ook wijnen van dubieuze kwaliteit, wat weer ten koste gaat van de volksgezondheid.
Wij wijzen het voorstel van de Commissie af, evenals het verslag van de Landbouwcommissie, aangezien het maatregelen bevat die nog erger zijn: zo wordt de toevoeging van suikers toegestaan om het alcoholgehalte kunstmatig te verhogen, terwijl hetzelfde resultaat met behulp van most kan worden bereikt. Bovendien mag de benaming “wijn” ook worden gebruikt voor producten die niet uit druiven zijn verkregen, waardoor de kwaliteit van de Europese wijn, die thans nog de wereldmarkt beheersen, achteruitgaat.
Deze verachtelijke afbraakbeleid is een ramp voor de Europese wijnen en de kleine en middelgrote wijnboeren en speelt de grote ondernemingen in de kaart. Deze voorstellen moeten daarom worden verworpen en veroordeeld.
Dimitar Stoyanov (NI). - (BG) Mevrouw de commissaris, u heeft er in uw toespraak verscheidene malen op gewezen dat onze wijnmarkt moet worden hervormd. Kunt u misschien uitleggen, mevrouw de commissaris, over welke wijnmarkt u het heeft, want het voorstel van de Commissie dat u verdedigt, heeft niet ten doel de markt in Bulgarije te beschermen. Het voorstel van de Commissie wordt namelijk gekenmerkt door flagrante discriminatie en is gebaseerd op dubbele maatstaven, ten koste van de landen in Oost-Europa, waar de omstandigheden voor de wijnbouw toch al minder gunstig zijn.
Toen mijn land lid werd van de Europese Unie zag het uit naar een vrije markt en economische groei, maar in plaats daarvan kreeg het alleen hoge prijzen, hoge inflatiepercentages en een mate van regulering die het Bulgaarse volk zelfs niet uit de tijd van het socialisme en de planeconomie kent. Ik dank u.
VOORZITTER: LUISA MORGANTINI Ondervoorzitter
Ioannis Gklavakis (PPE-DE). - (EL) Mevrouw de Voorzitter, ik feliciteer de rapporteur, de heer Castiglione, met zijn verslag. Er is reeds veel gesproken over de hervorming van de wijnmarkt, en hoewel ik mij altijd op het standpunt heb gesteld dat wijn uit de Gemeenschap van goede kwaliteit, traditioneel geproduceerd en onvervalst moet blijven, erken ik toch ook dat de zuidelijke Europese landen, die van overvloedige zonneschijn profiteren, de productie in de noordelijke landen niet in de weg mogen staan omdat deze anders geen vooruitgang kunnen boeken en geen concurrerende positie kunnen innemen.
Ik ben er zeker van dat iedereen in het Parlement een evenwichtig besluit wenst. Aangezien de Raad aanstalten maakt om de toevoeging van suiker toe te staan, ben ik van mening dat hij ervoor moet zorgen dat de status quo wordt gehandhaafd, d.w.z. dat het gebruik van most voor de verrijking van wijnen wordt gesteund, zodat het grote prijsverschil tussen suiker en most voor producenten die volgens traditionele procedés gebruik maken van geconcentreerde most om het alcoholgehalte te verhogen, geen al te grote parten speelt, temeer omdat het hierom een oorspronkelijk wijnproduct gaat.
Tot slot zou ik hieraan willen toevoegen dat het voorgestelde rooien van wijngaarden als maatregel kan worden beschouwd om de communautaire productie in te dammen, maar we moeten hierbij rekening houden met kleine insulaire gebieden, waar de lidstaten de mogelijkheid moeten hebben om het rooien van wijngaarden om sociale, economische en vooral ook ecologische redenen te beperken. Bovendien zijn deze wijngaarden niet verantwoordelijk voor de overproductie in de Gemeenschap. Integendeel, meestal leveren zij wijnen van uitstekende kwaliteit op.
Ik sluit af met de opmerking dat Europese wijnen de beste te wereld zijn. Het zijn wijnen waar een traditie aan vastzit. Wijnen die hier hun oorsprong hebben! Daarom moeten we de kwaliteit op peil houden en de traditie voortzetten en ook een offensiever beleid voeren: we moeten reclame maken, omdat de alcoholconsumptie onder jongeren alleen in Europa toeneemt – wat uiterst onwenselijk is –, terwijl zij minder wijn drinken. Dit toont aan dat er sprake is van een gebrek aan voorlichting.
Vincenzo Lavarra (PSE). - (IT) Mevrouw de Voorzitter, geachte commissaris, dames en heren, door deze hervorming wordt de wijnbouw fundamenteel vernieuwd met het doel om de sector concurrerend te maken op de wereldmarkten. Met het verslag-Castiglione hebben we benadrukt dat de concurrentiekracht van de Europese wijn, die zelfs de concurrentie door wijnen uit de Nieuwe Wereld kan weerstaan, gelegen is in zijn kwaliteit.
Juist ter wille van de kwaliteit hebben we dan ook het voorstel van de Commissie op een aantal punten verbeterd, onder meer wat betreft de rooiregeling, voor zover het om het tijdskader en milieubeperkingen gaat, en met betrekking tot de liberalisering van aanplantrechten, waaraan we bepaalde voorwaarden hebben verbonden, die in dit debat zijn genoemd. We hebben ons uitgesproken voor het voorstel om zorgvuldiger controles in te voeren, om ervoor te zorgen dat het niet te eenvoudig wordt om toestemming voor bepaalde oenologische procedés te krijgen, en we zijn overeengekomen de communautaire cofinanciering voor promotiecampagnes te verhogen.
Evenwel is de praktijk van chaptalisatie onverenigbaar met ons pleidooi voor kwaliteit. Wij hebben er weliswaar begrip voor, geachte collega’s, dat sommige landen deze methode om economische redenen prefereren, maar in dat geval pleiten wij voor dezelfde steunregeling voor most die tot nu toe van kracht was. Bovenal zijn we van mening dat het, ten behoeve van een transparante en juiste voorlichting van de consument, van essentieel belang is om het gebruik van sacharose te vermelden op het etiket.
Dames en heren, en ik richt het woord tot sommigen van u persoonlijk, het gaat er om dat wij het traceerbaarheidsbeginsel eerbiedigen, dat wij in dit Huis hebben doorgezet om de consumenten te beschermen.
De Voorzitter. − Kwaliteit en gezondheid. Ik kan alleen maar zeggen dat ik ziek wordt van suiker, dus laten we niet vergeten dat kwaliteit en gezondheid hand in hand gaan.
Olle Schmidt (ALDE). - (SV) Wijn is een drank met een eeuwenlange traditie, een drank die bij de Europese cultuur hoort. In vino veritas zeiden de Romeinen. Maar wijn is ook een alcoholische drank die schadelijk is voor de volksgezondheid, met name in het geval van overmatige consumptie. De wijnbouw is in vele lidstaten een belangrijke sector en zorgt voor werkgelegenheid en economische vitaliteit op het platteland. Ik beschouw wijn als een product dat over het algemeen zonder problemen wordt verkocht als de kwaliteit goed is. Daarom valt moeilijk in te zien waarom in het verslag wordt voorgesteld omvangrijke en grotere steun te verlenen voor de marketing van wijn. De Europese belastingbetaler mag niet opdraaien voor uitgaven van de wijnbouwers die ertoe dienen producten te verkopen die op de vrije markt niet concurrerend zouden zijn.
Aan de ene kant heeft de EU het over matig drankgebruik; aan de andere kant wil ze meer wijn verkopen. Die twee dingen gaan niet samen. Natuurlijk moet de communautaire wijnmarkt worden hervormd, maar laten we het op een verstandige manier aanpakken. Er zijn uiteenlopende wijnmarkten die op verschillende manieren functioneren, en ook de wensen en behoeften van het publiek in de EU verschillen.
Adamos Adamou (GUE/NGL). - (EL) Mevrouw de Voorzitter, geachte commissaris, de meest opvallende maatregelen zijn het rooien van wijngaarden en de toevoeging van suiker bij de wijnproductie.
De eerste maatregel is een contraproductieve en milieuonvriendelijke procedure die er vooral op neerkomt dat duizenden kleine en middelgrote wijnboeren geen steun ontvangen om baan werk te kunnen behouden. maar juist gedwongen worden hun werk op te geven, zodat er een leger van goedkope arbeidskrachten ontstaat.
Wij zijn gekant tegen de toevoeging van suiker omdat het optrekken van de maxima voor de verhoging van het alcoholgehalte tot 4,5 procent en het toegestane gebruik van de benaming “wijn” voor niet uit druiven vervaardigde dranken negatief zijn voor de kwaliteit en de bijzondere kenmerken van wijn. Bovendien zal de zogenaamde “vereenvoudiging” van de etiketteringsregels tot een verdere achteruitgang van de kwaliteit bijdragen aangezien het niet verplicht is aan te geven in welk gebied een wijn werd geproduceerd.
Ik zou er hier op willen wijzen dat bijvoorbeeld in mijn land in het verleden – al dan niet terecht – rooiingen zijn uitgevoerd waarvoor nu op Europees niveau geen financiële ondersteuningsmaatregelen zijn gepland. Wij schromen daarom niet om tegen het voorstel te stemmen, en wij steunen het minderheidsvoorstel dat aandacht besteedt aan de zorgen van de producenten in mijn herkomstland Cyprus en andere delen van Europa.
In deze tijden moeten we de producenten ondersteunen in plaats van hen uit te leveren aan werkloosheid en dalende inkomens.
Struan Stevenson (PPE-DE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, ik kom uit een kiesdistrict in Schotland waar geen wijn wordt geproduceerd. De klimaatverandering zal wel heel drastische gevolgen moeten hebben willen we in Schotland ooit wijn kunnen maken! We maken echter wel een paar goede whisky’s, die ik kan aanbevelen.
Ik spreek namens mijn collega, de heer Parish, die een vergadering met de heer Michel Barnier in Parijs moet bijwonen, en namens de wijnsector van het Verenigd Koninkrijk, die, zoals u weet, heel klein is – hij vertegenwoordigd 0,01 procent van de totale wijnproductie in de EU – maar die geen enkele subsidie of financiële steun van Europa vraagt. Maar tenzij het “de minimis”-productieniveau wordt verhoogd tot vijftigduizend hectoliter, zou het Verenigd Koninkrijk tot 2014 een aanplantverbod moeten invoeren. In een piepkleine sector als deze, waarin behoefte aan uitbreiding bestaat, zou het zeer oneerlijk zijn om zo’n maatregel op te leggen. Zelfs als de Britse wijnsector vier keer zo groot zou worden tegen het einde van het systeem van aanplantingsrechten, wat hoogst onwaarschijnlijk is, zou hij nog steeds maar 0,05 procent van de totale productie in de EU voor zijn rekening nemen, 1/2000ste deel van de gehele EU-productie.
Ik hoop daarom dat de geachte afgevaardigden sympathiek zullen staan tegenover de amendementen van de heer Parish. Ik probeer op geen enkele wijze het compromis te ondermijnen. De heer Castiglione heeft fantastisch werk geleverd – we hadden 795 amendementen – en heeft, door te zoeken naar een compromis, het aantal amendementen teruggebracht tot een hanteerbaar niveau. Ik wil niets doen om dat in de war te sturen, maar ik hoop dat er sympathie zal zijn voor het standpunt van het Verenigd Koninkrijk.
Gilles Savary (PSE). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, allereerst wil ik onze rapporteur, de heer Castiglione, danken voor de duidelijke verschuivingen in het standpunt van de Commissie die hij heeft weten te bereiken. We hebben hier te maken met een paradox: aan de ene kant wordt er in de hele wereld meer wijn gedronken dan ooit tevoren, en aan de andere kant horen we dat Europa teveel produceert, hoewel de wereldwijde consumptie over 10 à 15 jaar een ongekende stijging zal doormaken. Ik heb daarom het gevoel dat er geen sprake is van overproductie, maar van een verkoopprobleem, dat vooral met marketingkwesties te maken heeft. Daarom moet worden voorkomen dat de vandaag voorgestelde hervorming ons ertoe verleidt de normen van de wijnbouwsector ook maar minimaal te verlagen om ze aan te passen aan die van de nieuwe wijnproducerende landen.
We mogen niet vergeten wat er met de industrie is gebeurd. Vandaag de dag is Duitsland grootste industrienatie in Europa. Duitsland heeft zijn leidende positie weten te behouden, het heeft geweigerd de productie in te perken en is thans ‘s-werelds grootste exporteur, zelfs na de intrede van China en India op het internationale toneel.
We mogen geen afbreuk doen aan de kwaliteit van onze wijngaarden en hun reputatie. We mogen daarom niet toegeven aan een crue industrialisering van de wijnbouwsector die ertoe leidt dat er in de toekomst Heineken-wijn, Danone-wijn, Coca-Cola-wijn en Pepsi-Cola wijn op tafel komt. Ik krijg echter de indruk dat de Commissie de kleintjes weg wil hebben om de weg vrij te maken voor de groten. Op die manier zouden we onze ziel verkopen!
Daarom verzoek ik u, mevrouw de commissaris, om ervoor te zorgen dat de elementen die tot de kwaliteit van wijn bijdragen en die kwaliteit nog kunnen verhogen – beperking van de oogst, marketingsteun, zorgvuldige bescherming van oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen – behouden blijven, niet alleen in de EU, maar ook daarbuiten, in de context van belangrijke multilaterale onderhandelingen. Ik acht dit van het hoogste belang: anders verliezen we een van de ongetwijfeld belangrijkste onderdelen van onze landbouwsector en onze Europese civilisatie: wijn is een product van cultuur en beschaving. Daarom mogen we ons niet laten verleiden door de verlokkingen van de markt en de industrialisering.
Astrid Lulling (PPE-DE). - (DE) Mevrouw de Voorzitter, politiek is de kunst van het mogelijke. Deze maxime is ook van toepassing op deze nieuwe hervorming van de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt. Er moet evenwel worden opgemerkt dat de Commissie in 2006 heeft voorspeld dat er onverkoopbare wijnoverschotten zouden ontstaan, wat tot dusver niet het geval is, en dat haar wetgevingsvoorstel grotendeels voorbijgaat aan het door het Parlement in februari gegeven advies.
Net als in 1999 zijn we er, door vasthoudendheid en vindingrijkheid en in nauwe samenwerking met de sector, met name met de interfractionele werkgroep wijn, in geslaagd om een compromis te formuleren waar de wijnbouwsector zowel in het zuiden als in het noorden van Europa zou moeten kunnen leven, zolang de wijnbouwers goede wijnen produceren en binnen en buiten de EU tot een doeltreffende marketing in staat zijn. Wij zijn van plan daarvoor de nodige instrumenten in het leven te roepen, die door de regio’s binnen een gepast financieel kader dienen te worden beheerd.
In het overbodige en vermoeiende, door de Commissie aangezwengelde debat over vinificatieprocessen hebben we opnieuw een akkoord bereikt dat grotendeels op het compromis van 1999 is gebaseerd, ook al is dit niet naar de zin van de commissaris. Uiteindelijk heeft het gezond verstand zich doen gelden, evenals het bewustzijn dat de afzetproblemen in het zuiden niet kunnen worden opgelost doordat men de productie van afzetbare wijn in het noorden onmogelijk maakt. Ik hoop dat voor dit standpunt ook brede steun bestaat in het Parlement.
Het venijn zit echter zoals gewoonlijk in de details. Ik respecteer het compromis, waarvoor de rapporteur ook zelf concessies heeft gedaan, wat ik zeer waardeer. Daarom ben ik niet van plan nieuwe amendementen in te dienen, hoewel ik mijn mening niet onder stoelen of banken zal steken als het om de stemming over mislukte detailvoorstellen gaat die niets met het compromis te maken hebben.
Zo is het bijvoorbeeld uiterst contraproductief om producenten ertoe te verplichten de herkomst van de voor verrijking gebruikte druivenmost op het etiket aan te geven wanneer men van plan is deze vorm van verrijking te bevorderen. Belangrijk is dat de hervorming ertoe bijdraagt om met een in kwalitatief en kwantitatief opzicht adequaat productiepotentieel te waarborgen dat we een leidende positie behouden op de wereldmarkt, dat we in de EU en in derde landen ten behoeve van de gezondheid meer wijn drinken!
(Applaus)
Bogdan Golik (PSE). - (PL) Mevrouw de Voorzitter, om te beginnen wil ik de rapporteur danken. Bovendien wil ik aan alle leden van de Landbouwcommissie mijn dank uitspreken voor de intensieve inspanningen die zij zich hebben getroost om een consensus te bereiken over het even cruciale als ingewikkelde vraagstuk van de hervorming van de wijnmarkt.
Ik geloof dat we het er allemaal over eens zijn dat er in de sector veranderingen nodig zijn om op het globaliseringsproces en de toenemende liberalisering van de handel te kunnen reageren. Wij zijn het er echter niet altijd over eens hoe we deze veranderingen teweeg moeten brengen. De overeenkomst over centrale wijnbouwvraagstukken moet derhalve des te meer als een succes voor alle betrokkenen worden beschouwd. De overeenkomst houdt rekening met de behoeften van en de omstandigheden in de verschillende regio’s van de Gemeenschap, die qua landschap en klimaat van elkaar verschillen. Dienovereenkomstig verschillen ook de methoden van de wijnproductie.
Ik wil met name wijzen op het amendement dat de lidstaten in staat stelt de benaming “wijn” te gebruiken voor producten die niet uit druiven zijn vervaardigd. In sommige delen van Europa kent vruchtenwijn een traditie die teruggaat tot de twaalfde eeuw. Ook dit is onderdeel van ons gemeenschappelijk cultureel erfgoed. Bijgevolg is het belangrijk dat er geen wijzigingen in de etikettering van vruchtenwijn worden ingevoerd die mogelijk verwarring stichten. Wijnen die onder gebruikmaking van vruchten als appels of bessen worden geproduceerd, worden verkocht onder de benaming “vruchtenwijn” of als naar de desbetreffende vrucht genoemde wijn. Deze wijnen zijn sinds lange tijd verkrijgbaar op de Europese markt, en ik ben blij dat de bepaling inzake vruchtenwijn behouden is gebleven.
Béla Glattfelder (PPE-DE). - (HU) Hartelijk dank. Ik wil hier slechts drie punten bespreken, aangezien de wijnsector veel te breed is om op alle aspecten te kunnen ingaan. Het eerste punt betreft steun voor het rooien, het tweede steun voor de herstructurering van wijngaarden en het derde de verplichte distillatie van bijproducten.
Ik stem in met de basisprincipes van de hervorming. De huidige regels voor de wijnsector zijn niet meer bij de tijd. De steunbetalingen voor distillatie moeten worden afgeschaft, ze zijn pure verspilling. Onderwijl worden er overschotten geproduceerd, en om daar een eind aan te maken moet een substantieel deel van de wijngaarden worden gerooid. Hier beginnen de moeilijkheden pas, omdat dit alleen op een zinvolle manier kan gebeuren wanneer we wijngaarden rooien in de regio’s waar de overschotten worden geproduceerd en wanneer we de steunbetalingen voor rooimaatregelen op deze regio’s concentreren. Dit is echter niet het geval. In plaats daarvan moeten de lidstaten en de regio’s die geen overschotten produceren, in het kader van deze hervorming een onevenredig deel van de lasten dragen. Dit is vooral voor de nieuwe lidstaten onaanvaardbaar, aangezien wij voor de toetreding, voordat wij deel uitmaakten van de EU, geen distillatiesteun hebben ontvangen en ook geen overschotten hebben geproduceerd. Sedertdien is ongeveer 10 procent van onze wijngaarden in Hongarije gerooid. Hiermee is geen rekening gehouden bij de hervorming, die bovendien nu plaatsvindt, nu wij niet alleen geen overschotten produceren, maar zelfs een netto-importeur zijn geworden. Deze hervorming legt de lasten vooral bij de landen die een evenwichtige wijnproductie hadden. Zo werd bij ons inderdaad min of meer evenveel wijn geproduceerd als geconsumeerd.
Het tweede punt dat ik aan de orde wil stellen, is de steun voor de herstructurering van wijngaarden. Het is onaanvaardbaar dat deze vorm van steun voor Hongarije afneemt. Mevrouw de commissaris, u hoeft niet bang te zijn dat u de doos van Pandora opent! Het is veel beter om nu een debat te voeren dan een onrechtvaardig besluit te nemen. Het besluit van het Parlement zal een passende oplossing bieden en de aanbeveling bevatten dat de herstructureringshulp in geen enkele lidstaat lager uitvalt dan in de periode 2007-2008. Dit zou een goede oplossing zijn.
Ik ben er ook voor dat de regels met betrekking tot de verplichte distillatie van bijproducten worden ingetrokken, omdat het een overbodige maatregel betreft waarmee geld wordt verkwist, en een maatregel die uit milieuoogpunt niet duurzaam is. Dank u wel.
Csaba Sándor Tabajdi (PSE). - (HU) Dames en heren, ik ben ook van mening dat de regulering van de wijnmarkt tot dusver veel te wensen heeft overgelaten, en toch is het de vraag of deze hervorming goed uitpakt. Er zijn nog veel open vragen, en het is weliswaar duidelijk dat deze hervorming van essentieel belang is, maar ten koste zal gaan van de armste wijnproducerende landen. De verdeling van het systeem van nationale enveloppes, waar de commissaris over heeft gesproken, komt de nieuwe lidstaten duur te staan. Deze hervorming van de wijnmarkt is discriminerend en beloont diegenen die tot nu toe wijn van slechte kwaliteit voor de distillatie hebben geproduceerd – hoe dan ook, zij krijgen hun geld wel.
Het Parlement heeft een stap in de goede richting gedaan, en het uiteindelijke compromis zou er zo kunnen uitzien dat het beplante oppervlak en de omvang van de productie twee derde uitmaken en het historische aandeel van het wijnsectorbudget één derde. Het is erg zinvol dat nog steeds de mogelijkheid bestaat om het alcoholgehalte voor de toevoeging van suiker te verhogen. Marketing is een uiterst belangrijke factor, maar moet ook binnen de Unie worden gewaarborgd. Ik ga volledig akkoord met de afschaffing van de distillatieregeling, dit is het meest positieve aspect van deze hervorming, maar ik wijs er nogmaals op dat hiervan diegenen profiteren die tot nu toe voor de distillatie hebben geproduceerd. In de steunregeling voor het rooien van wijngaarden zit een constructiefout, aangezien zij zeer aantrekkelijk is voor de armste lidstaten. In de nieuwe lidstaten zullen wij ook wijngaarden moeten rooien die wijnen van goede kwaliteit opleveren. Dank u voor uw aandacht.
Czesław Adam Siekierski (PPE-DE). - (PL) Mevrouw de Voorzitter, de belangrijkste doelstelling van deze hervorming dient erin te bestaan de communautaire wijnsector duurzamer te maken en zijn concurrentievermogen te versterken. Het is tevens van belang om de positie van befaamde Europese wijnen die op eeuwenlange tradities kunnen bogen, te versterken, zodat zij het niet afleggen tegen de wijnen uit de zogenoemde Nieuw Wereld. De begroting voor dit marktsegment dient zinvoller te worden besteed. Distillatie moet niet worden gesubsidieerd, we moeten Europese wijnen promoten om verloren markten te heroveren en er nieuwe bij te winnen.
Ik zou graag op drie belangrijke punten willen wijzen. Ten eerste: met betrekking tot de toevoeging van suiker moeten we vasthouden aan de bestaande regeling. Ten tweede moeten we ook vasthouden aan de bestaande regeling voor vruchtenwijn. Dit betekent dat het mogelijk moet blijven om de benaming “wijn” voor vruchtenwijnen te gebruiken. Ten derde dient de minimis-drempel te worden verhoogd, bijvoorbeeld tot 50 000 hectoliter. Hierdoor zou de productie worden gestimuleerd en zou de lokale wijnbouw in landen worden ontwikkeld waar geen grote hoeveelheden wijn worden geproduceerd. Deze wijziging zou geen enkel effect op de communautaire wijnmarkt hebben.
Christa Prets (PSE). - (DE) Mevrouw de Voorzitter, geachte commissaris, zoals we hier vandaag reeds hebben gehoord kent de wijnbouw een eeuwenoude traditie. Sinds tientallen jaren streven we ernaar de kwaliteit van onze wijnen te verbeteren, en deze pogingen zijn uiterst succesvol, dat kan ik als Oostenrijkse ook over de inspanningen in mijn eigen land zeggen, met name in mijn herkomststreek, het Burgenland.
Dit succes is echter ook te danken aan het gebruik van sacharose al naargelang dit nodig is. Wanneer druivenmost uit andere regio’s zou moeten worden gebruikt om het suikergehalte van de wijn te verhogen, zou dit van invloed zijn op het karakter van onze wijnen, dat daardoor zou veranderen. Daarmee kunnen wij niet instemmen; onze wijnboeren, die sinds jaar en dag aan hoge kwaliteitsnormen werken, zouden daar ook geen begrip voor hebben.
Het is ondenkbaar dat de toevoeging van sacharose wordt verboden en dat sacharose door druivenmost moet worden vervangen om de afschaffing van de dure crisisdistillatie te compenseren. Daarom ben ik er voor om het oude compromispakket te steunen, om zo de regionale verschillen en regionale culturen op het gebied van de wijnbouw te kunnen handhaven!
Oldřich Vlasák (PPE-DE). – (CS) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, het lijdt geen twijfel dat er in de wijnbouwsector nieuwe spelregels nodig zijn. De Europese wijnbouw is enige segment van ons landbouwbeleid dat nog steeds niet is hervormd en dat nog steeds functioneert volgens het principe: “hoe hoger de productie, des te meer geld uit Brussel”. Dit leidt er vaak toe dat de producenten meer aandacht besteden aan de kwantiteit dan aan de kwaliteit, wat onze Europese consumenten ook is opgevallen. Zij kiezen in toenemende mate voor wijnen uit Californië, Chili of Zuid-Afrika, in plaats van onze Moravische, Tsjechische, Franse of Italiaanse wijnen. We moeten kwaliteit en concurrentievermogen bevorderen. Dit hoeft echter niet te betekenen dat we bepaalde lidstaten discrimineren en andere voortrekken. Als we echt overeenstemming willen bereiken over een hervorming van de wijnsector, dan moet het voorgestelde verbod op het gebruik van bietsuiker voor verrijking worden geschrapt.
Elk van onze landen heeft een ander klimaat en andere tradities. De geografische omstandigheden van de landen in het meer noordelijk gelegen deel van Europa verschillen enorm van die in het zuiden. Op grond van ons koudere klimaat is het vaak nodig om onze wijnen met suiker te verrijken. In mijn land wordt al meer dan 200 jaar suiker gebruikt voor de verrijking van wijn. Het is een traditionele methode. De Europese Commissie stelt voor om de verrijking met suiker te verbieden en suiker te vervangen door geconcentreerde most. Geconcentreerde druivenmost kost echter, zonder subsidies, minstens twee keer zoveel als suiker en wordt bovendien slechts door een klein aantal landen geproduceerd. Indien wij geconcentreerde druivenmost of gerectificeerde geconcentreerde most zouden gebruiken om onze wijnen te verrijken, zouden we dit product uit andere landen moeten importeren, wat evenwel zou indruisen tegen een van de grondbeginselen van de Europese wijnbouw, namelijk dat de herkomst van een wijn wordt gedefinieerd door de herkomst van de druiven. Afgezien daarvan zouden hierdoor de prijzen van onze wijnen stijgen, waardoor deze minder concurrerend zouden worden op de markt. Dat zou mijns inziens neerkomen op discriminatie. Terwijl de Commissie bezwaar maakt tegen het verzoeten van wijnen, schijnt zich niemand druk te maken om het verzuren ervan, dat wil zeggen om de toevoeging van wijnsteenzuur, die voornamelijk in de Zuid-Europese landen plaatsvindt. Ik zou graag een glas eerlijke wijn willen drinken op een eerlijke hervorming zonder discriminatie en bevoorrechting.
De Voorzitter. − Ik ben bang dat wijn eigenlijk van druiven moet worden gemaakt!
Gábor Harangozó (PSE). - (HU) Mevrouw de Voorzitter, hartelijk dank dat u mij het woord heeft willen geven. Mevrouw de commissaris, dames en heren, de hervorming van de wijnmarkt heeft ten doel de productie van aanvaardbare wijnen van goede kwaliteit te bevorderen. Wij zijn verheugd over het feit dat het volgens het voorstel mogelijk blijft om het alcoholgehalte middels suiker te verhogen in streken waar deze methode als traditionele methode geldt. Er worden goede wijnen gemaakt in de nieuwe lidstaten, ook in Hongarije, en meestal produceren wij geen overschotten. Als een wijn kwalitatief goed is maakt het niet uit of bij de productie suiker is toegevoegd.
Evenwel zijn modernisering en herstructurering voorwaarden om de wijnen beter te kunnen verkopen. Marketing en de beschikbaarstelling van een ruimer nationaal begrotingskader zijn van bijzonder belang voor investeringen ter bevordering van een structuurwijziging, met name in de nieuwe lidstaten. Juist om deze reden kunnen wij niet akkoord gaan met het voorstel om historische verdelingscriteria een groot gewicht te geven bij de indeling van de nationale enveloppes. Dit zou tot discriminatie leiden en vooral voordelen opleveren voor de landen die verantwoordelijk zijn voor de overproductie. Ik dank u voor uw welwillende aandacht.
Zita Pleštinská (PPE-DE). - (SK) De Europese Unie is een wijnproducent van wereldformaat. Door wijnen van hoge kwaliteit te produceren heeft de Unie een leidende positie op de wereldmarkt veroverd. Als gevolg van de globalisering wordt de Europese wijn echter bedreigd door goedkope geïmporteerde wijn uit de VS, Zuid-Amerika, Zuid-Afrika, Australië en Nieuw-Zeeland.
Goedkopere wijnen uit derde landen zijn misschien fijn voor de Europese consumenten, maar de Europese producenten bezorgen ze koppijn. Vanwege hun hogere productiekosten hebben de Europese wijnproducenten op de volledig opengestelde markt met grote problemen te kampen. Daarom willen we de wijnsector hervormen.
Op de EU-begroting is een bedrag van 1,3 miljard euro uitgetrokken voor de wijnsector. We moeten dit geld gebruiken om de juiste stappen te kunnen doen ter verbetering van de kwaliteit en aantrekkelijkheid van onze wijnen en voor onderzoek en ontwikkeling in deze sector.
De wijnbouw in Slowakije heeft een lange geschiedenis en was altijd al een moeilijke bedrijfstak. Wanneer de wijnhandel de producenten onder druk zet opdat deze hun prijzen verlagen, kunnen zij de telers geen behoorlijke prijzen meer voor hun druiven betalen. Daarom wordt terecht gevreesd dat de wijntelers zich, puur om te overleven, door subsidies laten verleiden om hun wijngaarden met de grond gelijk te maken. Het gevaar is dat op die manier wijngaarden worden vernietigd in gebieden waar geen sprake is van overproductie.
Pogingen om het rooien tot Zuid-Europa te beperken, waar overschotten worden geproduceerd die door gesubsidieerde crisisdistillatie worden weggewerkt, zou politiek niet haalbaar zijn, evenmin als een verbod op chaptalisatie in het noorden van Europa. In Slowakije, evenals in Duitsland en Oostenrijk, wordt de verrijking van wijn met suiker sinds mensenheugenis toegepast.
Ik wil mijn waardering uitspreken aan de rapporteur, de heer Castiglione, voor het feit dat hij zo’n gebalanceerde aanpak heeft ontwikkeld voor zo’n gevoelig thema als wijn. Hij is er door onderhandelingen in geslaagd een realistisch compromis te bereiken, dat rekening houdt met alle verschillende aspecten van de wijnsector. Vooral heeft hij ernaar gestreefd de belangen van alle producenten, zowel in het Noorden als in het Zuiden, met elkaar in overeenstemming te brengen. Alleen een goede hervorming van de wijnbouwsector kan ertoe bijdragen de beste oenologische tradities in de EU in stand te houden, de maatschappelijke structuren te versterken, de kwaliteit en aantrekkelijkheid van ons landschap te verhogen en tegelijkertijd het milieu te beschermen. Ongetwijfeld zullen diegenen die de verschillende wijnregio’s in Europa bezoeken, genieten bij het proeven van de karakteristieke wijnen die uit lokaal geteelde druiven worden vervaardigd.
Christine De Veyrac (PPE-DE). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, geachte commissaris, ja, een hervorming van de GMO voor wijn is wenselijk, maar zijn de middelen die de Commissie daartoe voorstelt, de meest geschikte. Vanuit het standpunt van Brussel hebben wij begrip voor het rekenkundige verband tussen een beperking van de productie en een beperking van het aantal producenten, maar vanuit het standpunt van Zuid-West-Frankrijk, de Italiaanse laagvlakten, de Spaanse of Portugese wijnbergen kan ik u verzekeren, mevrouw de commissaris, dat deze rekening niet opgaat en dat dit een vraagstuk is dat niet door een economische bril kan worden bekeken. De wijnbouw bestaat uit mannen en vrouwen die van de vruchten van hun werk leven. De wijngaarden voorzien in hun levensonderhoud, en we kunnen hen niet op straat zetten zonder ons in de vraag te verdiepen waarvan zij dan moeten gaan leven. Bovendien: wat voor zin heeft het om aan de ene kant wijngaarden te rooien en aan de andere kant voor te stellen om de aanplantrechten vanaf 2013 volledig te liberaliseren?
Mijn tweede vraag luidt als volgt: waarom dit regelgevingsinstrument schrappen als we er niet zeker van kunnen zijn hoe de markt zich zal ontwikkelen? Als we echt iets aan de overproductie willen doen, stel ik voor dat we de producenten eerst dwingen hun illegale aanplant te rooien. U weet namelijk net zo goed als ik dat er in Europa een hoop van dat soort aanplantingen zijn.
Het verslag voorziet daarnaast in een breder scala aan maatregelen waarvan in het kader van de nationale steunprogramma’s gebruik kan worden gemaakt. Dit is een goede zaak, aangezien het voorstel van de Commissie op dit punt zeer restrictief is. Ik betreur het daarom dat het deel over crisispreventie te mager is uitgevallen. We weten immers hoe sterk de wijnproductie op grond van de weersomstandigheden aan jaarlijkse variaties onderhevig is, en de maatregelen voor crisispreventie helpen alleen om de fluctuaties te lenigen.
Tot besluit wil ik nog opmerken dat ik begrijp dat de rapporteur ten aanzien van de gevoelige verrijkingskwestie voorzichtig blijft, maar het is jammer dat niet is voorgesteld om een combinatie van additieve en subtractieve verrijkingsmethoden te combineren, waardoor de producenten het gebruik van sacharose zouden kunnen beperken.
Wat de rest van het verslag betreft lijkt het erop dat de algemene benadering de goede kant opgaat, zodat ik het uitstekende werk van de rapporteur zal ondersteunen.
Mariann Fischer Boel, lid van de Commissie. − (ES) Mevrouw de Voorzitter, ik kan horen dat u, evenals de overige leden van het Europees Parlement, enorm veel belang stelt in de toekomst van de Europese wijnbouwsector. Ik heb in dit stadium niet genoeg tijd om op details in te gaan, en we hebben al diepgaande discussies gevoerd in de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling, dus ik zal afsluiten met een simpele boodschap over de toekomst van de hervorming van onze wijnbouwsector.
Het is tijd om knopen door te hakken. Ik weet zeker dat een hervorming groot verschil zal maken voor onze wijnbouwsector en het is tijd om knopen door te hakken omdat, zoals hier vandaag terecht is opgemerkt, we een stijging van de invoer zien, we een toename van de productie zien, maar we een afname van de binnenlandse consumptie zien. Het is tijd om knopen door te hakken omdat we de begroting van de wijnbouwsector op een intelligentere of betere wijze kunnen besteden dan we nu doen, op manieren die de sector zullen versterken en die ook beter zullen overkomen bij het publiek en de belastingbetalers.
Ik denk dat een definitief compromis binnen handbereik ligt, maar natuurlijk zeg ik daar meteen bij dat het wel het juiste compromis moet zijn. We leven in de echte wereld en ik heb blijk gegeven van aanzienlijke flexibiliteit ten aanzien van mijn oorspronkelijke voorstellen. Ik zal echter niet dulden dat de voorstellen zo verwateren dat het eindproduct totaal smaakloos en waardeloos wordt. Het compromis dat we moeten vinden moet een hervorming opleveren die die naam waardig is en moet ons een reële kans bieden om de doelen te bereiken die we onszelf gesteld hebben.
We kunnen het concurrentievermogen van onze wijnsector versterken, we kunnen een beter evenwicht tussen vraag en aanbod creëren, we kunnen de regels voor de etikettering sterk verbeteren en we kunnen op veel andere punten verbeteringen aanbrengen. Dat kunnen we allemaal doen op een wijze waardoor de wijnproductie een parel in de kroon van de Europese landbouw blijft, zoals mevrouw Herranz García vandaag zo terecht heeft opgemerkt.
Het is niet het moment om excuses te maken voor een gebrek aan daadkracht en ondertussen de kansen door onze vingers te zien glippen. Het is veeleer tijd om onze wijnbouwsector op weg te zetten naar nieuw successen. Ik weet dat ik erop kan vertrouwen dat de verantwoordelijke beleidsmakers, die de belangen van de sector na aan het hart liggen, de juiste beslissing zullen nemen, en ik weet dat ik kan rekenen op de samenwerking van het Europees Parlement. Ik wil u bedanken en ik wil nogmaals de heer Castiglione bedanken voor de wijze waarop hij de moeilijke taak heeft volbracht om alle verschillende opvattingen binnen het Europees Parlement op één lijn te brengen.
De Voorzitter. − Dank u, commissaris. Ik heb mij vandaag hier en daar een opmerking veroorloofd omdat we genoeg tijd hebben. U slaat de spijker op de kop: toen ik klein was ben ik bijna gestikt van de dampen van de druiven die onder in het vat met de voeten worden uitgeperst, dus leven en dood liggen inderdaad dicht bij elkaar.
Het debat is gesloten.
De stemming vindt woensdag om 11.00 uur plaats.
Schriftelijke verklaringen (artikel 142)
Alessandro Battilocchio (PSE), schriftelijk. – (IT) Italië en de Italiaanse leden van dit Huis hebben het Europese project altijd verdedigd, in het belang van sociale rechten, consumentenbescherming en de levenskwaliteit van onze burgers. Het Europese landbouwbeleid is ontstaan om onze boeren te ondersteunen en de kwaliteit van de Europese productie te verbeteren, teneinde de positie van de EU op de wereldmarkt te versterken.
Met de stemming over de hervorming van de wijnmarkt hebben we vandaag echter een aantal stappen terug gedaan in deze sector, met name in de mediterrane landen en in regio’s waaraan Europa de faam en het succes te danken heeft die de Europese wijnen wereldwijd hebben verworven. Steun voor de verrijking met sacharose, zonder dat dit ook maar hoeft te worden aangegeven op het etiket om de consumenten voor te lichten, rooiingen in plaats van bodemsanering, de Europawijde overdracht van aanplantrechten: dit zijn allemaal praktijken die wij, als Europeanen en vooral als Italianen, onaanvaardbaar vinden aangezien zij afbreuk zullen doen aan de kwaliteit en de goede naam van een product dat als geen ander wereldwijd voor de kwaliteit van de Europese landbouw staat. Ik hoop dat mijn collega’s in de Raad krachtdadiger zullen optreden om de toekomst van onze wijn en van al onze wijnbouwers te beschermen.
Robert Navarro (PSE), schriftelijk. – (FR) De Europese Commissie heeft er moeite mee om van de stereotype benaderingen af te stappen die zij zonder onderscheid op alle sectoren toepast. Wijn kan niet op dezelfde manier worden behandeld als reserveonderdelen voor auto’s of andere industrieel vervaardigde producten. Wijn is een product dat bepalend is voor hele regio’s, culturen en levensstijlen.
Indien er al een hervorming van de GMO noodzakelijk is, moet zij de Europese wijnbouw in stand houden, en niet afschaffen of verminken. Een dergelijke hervorming moet ertoe dienen de producenten bij aanpassingsmaatregelen te ondersteunen – met name bij de herstructurering van bepaalde productietakken – en hun de nodige middelen aan de hand doen om de interne markt te heroveren. De beperkingen van de aanplantrechten mogen bovendien niet worden opgeheven. Zij garanderen een gecontroleerde productie en constante kwaliteit. Wat betreft de instrumenten voor crisisbeheer wil ik nog kwijt dat het EP weliswaar voor een verbetering zorgt ten opzichte van het oorspronkelijke Commissievoorstel, maar dat ik het betreur dat crisisdistillatie – die als verplichte maatregel niet langer voor excessen zou zorgen zoals we die vandaag de dag meemaken – niet meer tot de instrumenten zal behoren waarmee een tijdelijke crisissituatie kan worden aangepakt.