Stenograma dezbaterilor

Miercuri, 30 ianuarie 2008 - Bruxelles

18. Sistemul de apărare antirachetă al Statelor Unite (dezbatere)

  Presidente. − L'ordine del giorno reca la dichiarazione del Consiglio e della Commissione sul sistema di difesa antimissile negli Stati Uniti.

  Janez Lenarčič, predsedujoči Svetu. − O vzpostavitvi protiraketnega ščita Združenih držav Amerike in o njegovi namestitvi na ozemlju Evropske unije Svet ni razpravljal. Zato tudi danes ne morem podati stališča Sveta do tega vprašanja. Žal. Rad pa bi spomnil, da je odločitev o morebitni namestitvi vojaških sil ali vojaške opreme v nacionalni pristojnosti vsake države članice. In prav zato se države članice o tovrstnih vprašanjih odločajo samostojno.

Dovolite še, da pojasnim, da med Evropsko unijo kot tako in Združenimi državami Amerike doslej ni bilo nikakršnih pogovorov o vzpostavitvi protiraketnega ščita. Obe omenjeni strani tudi nista načrtovali morebitnega sodelovanja na tem področju. Svet Evropske unije tako ni načrtoval obravnave tega vprašanja, bodisi v pogovorih z Združenimi državami Amerike ali z zvezo Nato. Kot veste, pa je protiraketna obramba predmet sodelovanja tako znotraj zveze Nato kot tudi v svetu Nato-Ruska federacija.

  Benita Ferrero-Waldner, Member of the Commission. − Mr President, I will be very brief today, because the Commission has very little competence in this matter.

But let me say that interaction between the United States of America, Russia and the EU Member States in the areas of security and defence has wider implications for these important partnerships. That is clear. Therefore, although, as I said, we really do not have competence or responsibility in this question, we hope that a balanced solution can be found that is, in the end, satisfactory for all.

We have welcomed, from the very beginning, the high-level talks that started in Moscow last October, followed by expert meetings. And we see in the recent direct dialogue between Moscow and Warsaw an opportunity to clarify respective positions in respect of national sovereignty.

In conclusion, in whatever forum these issues are discussed, be it NATO or be it the OSCE, I think it would be important that decisions on the future of the European security architecture should also involve the European Union.

  Karl von Wogau, im Namen der PPE-DE-Fraktion. – Herr Präsident, meine sehr verehrten Damen und Herren! Wenn wir in Europa über Raketenabwehr sprechen, dann dreht sich die Diskussion meist um die von den Vereinigten Staaten vorgesehenen Installationen in Polen und in Tschechien. Vielen ist die Tatsache nicht bewusst, dass es sich hier lediglich um die Ergänzung eines bereits bestehenden Systems handelt, dessen Aufgabe es ist, die Vereinigten Staaten von Amerika zu schützen. Für uns im Europäischen Parlament muss es jedoch in erster Linie um die Frage gehen, was dies für die Sicherheit des europäischen Kontinents bedeutet. Die Vereinigten Staaten haben ja für ihr Raketenabwehrsystem bereits über 100 Milliarden Dollar ausgegeben, pro Jahr investieren sie weitere 10 Milliarden in den Ausbau des Systems. Dabei sind die Vereinigten Staaten von potenziellen Gefahrenquellen deutlich weiter entfernt als wir in Europa. Die aktuelle Situation ist ungefähr so, als würde Luxemburg Geld für Deichbau ausgeben, während die Niederlande dies nicht für notwendig halten.

Wir müssen uns die Frage stellen, ob überhaupt eine Bedrohung besteht und ob es notwendig ist, darauf zu reagieren. Die Debatte mit Javier Solana, die wir soeben gehört haben, zeigt, dass die Situation im Iran nach wie vor besorgniserregend ist. Auch wissen wir, welche Bedrohung von der instabilen Lage in Pakistan ausgehen könnte.

Wir im Unterausschuss Sicherheit und Verteidigung haben intensive Gespräche mit Vertretern der Vereinigten Staaten geführt, unter anderem auch mit dem für die Raketenabwehr zuständigen General Obering. Dabei wurde deutlich, dass das amerikanische System theoretisch dazu in der Lage wäre, einen Teil Europas zu schützen, jedoch nicht ganz Europa. Vor allem Zypern, Malta, Teile von Griechenland, Rumänien, Bulgarien und Süditalien können durch dieses System nicht geschützt werden. Aus europäischer Sicht dürfen wir aber nicht zulassen, dass unser Kontinent in unterschiedliche Zonen mit unterschiedlichen Niveaus von Sicherheit auseinander bricht. Darum müssen wir unsere gemeinsamen europäischen Sicherheitsinteressen in diesem Zusammenhang auch gemeinsam definieren.

Es wird uns bei dieser Gelegenheit bewusst, dass zurzeit kein Forum besteht, in dem eine solche Debatte stattfindet und in dem diese gemeinsamen europäischen Sicherheitsinteressen definiert werden. Es ist klar, dass hier auch eine sehr intensive Abstimmung mit Russland notwendig ist.

Wir erwarten, dass der NATO-Gipfel in Bukarest im April Vorschläge für ein gemeinsames System vorlegen wird, und wir erwarten, dass dabei unsere spezifischen europäischen Sicherheitsinteressen in angemessener Art und Weise berücksichtigt werden.

  Jan Marinus Wiersma, namens de PSE-Fractie. – Voorzitter, het is niet de eerste keer dat we deze discussie voeren; het is ook niet de eerste keer dat we dezelfde antwoorden krijgen van de Raad, die zich incompetent verklaart, en de Commissie die dat eigenlijk ook doet, maar nog wel - en daar prijs ik de commissaris voor - aan het eind zegt dat het anders geregeld zou moeten zijn in de Europese Unie.

Als er iets gebeurt wat de veiligheid van alle Europeanen aangaat, wat eigenlijk binnen de veiligheidsafspraken valt, binnen de veiligheidsstrategie die Javier Solana voor ons ontwikkeld heeft, dan zou je er ook onderling over moeten kunnen praten. Ons Parlement heeft gelukkig wel de mogelijkheid erover te praten. Dit is een zaak die de burgers, en ook de lidstaten van de Europese Unie bezighoudt. Dus in die zin vinden we dat we het wel degelijk aan de orde moeten stellen.

Ik zal niet alle bezwaren herhalen die wij als fractie in het verleden geuit hebben bij dit plan dat van de Amerikanen komt. Wat wij fout vinden, is dat er bilaterale onderhandelingen zijn met twee lidstaten van de NAVO die - toevallig of niet toevallig - ook lid zijn van de Europese Unie en dat dat effecten heeft voor de relatie met Rusland. Ook effecten dus voor de relatie van de Europese Unie met Rusland; dat het systeem ook binnen de NAVO op een eenzijdige manier verder wordt ontwikkeld; dat niet helder is uitgelegd waarvoor dat systeem nu precies nodig is, of het zal werken, of het niet te duur wordt.

Interessant is de discussie die op dit moment in Polen plaatsvindt, waar de nieuwe regering heeft gezegd dat ze misschien wel willen meewerken aan dat systeem, maar dat dat dan is, omdat de Amerikanen dat willen en omdat het over de veiligheid van Amerika gaat en niet zozeer over de veiligheid van Polen. Want eigenlijk wordt de veiligheid van Polen eerder bedreigd door dat systeem dan verbeterd. Daarom vragen de Polen ook om extra steun bij de ontwikkeling van bijvoorbeeld luchtafweer voor de Poolse krijgsmacht, hetgeen een soort wedloopeffect in zich heeft.

Dus op zich is het interessant dat in Polen opnieuw het debat is begonnen over het nut en de noodzaak van het systeem en dat de nieuwe Poolse premier en in ieder geval de Poolse minister van Buitenlandse Zaken het lef hebben om ook met de Russen hierover een discussie aan te gaan. Wij ondersteunen dat van harte.

In Tsjechië ligt dat anders. Daar hebben we het gevoel dat het systeem en de Tsjechische bijdrage er doorheen gedrukt worden tegen de zin van de bevolking in. Ik geloof dat 70% van de Tsjechen tegen de ontwikkeling van dat systeem is. Dat brengt me een beetje tot de conclusie dat ik bang ben dat er een soort spel gaande is om nog dit jaar beslissingen door te drukken, verdragen af te sluiten met Polen en Tsjechië, voordat een andere regering het - hopelijk in de Verenigde Staten - overneemt. We weten dat de democraten tamelijk sceptisch staan tegenover de ontwikkeling van het Air Missile System.

Wij hopen in ieder geval dat er een discussie gevoerd gaat worden binnen de Raad; we vragen er nog eens om om niet dommetje te spelen. Als dit doorgaat, heeft dit gewoon gevolgen voor de toch al moeilijke relatie met Rusland. Het leidt tot angst onder de bevolking. Er is hier sprake van een nieuwe wedloop en er zijn een aantal andere zaken waarvan wij vinden dat het Europees Parlement zich er in ieder geval over moet uitspreken. Dat hebben we in het verleden gedaan en dat zullen we ook blijven doen.

Ik denk dat het vooral onze rol is om te kijken of dit nodig is, of er een nieuwe wapenwedloop ontstaat, of het echt een bijdrage is aan de veiligheid, of het echt een bijdrage is aan de bestrijding van de zogenaamde rogue states. Ik ben er nog steeds niet van overtuigd dat de Iranezen zo snel de capaciteit zullen hebben om raketten af te schieten als de Amerikanen beweren. Ook daarover is ons tegenstrijdige informatie toegekomen. Dus hopelijk kunnen we in dit debat, in dit Parlement de discussie voortzetten en ook volgen wat er gebeurt in Tsjechië en in Polen. Mijn fractie blijft vooralsnog tegen.

  Anneli Jäätteenmäki, ALDE-ryhmän puolesta. – Arvoisa puhemies, ihmiskunnan suurin uhka ei ole ydinaseiden leviäminen uusiin maihin. Todellinen ongelma on ydinaseiden olemassaolo ylipäänsä. Ainoa eettinen ja kestävä tapa suhtautua ohjuspuolustusjärjestelmiin ja muihin uusiin ydinasejärjestelmiin on ydinaseista luopuminen. EU:nkin on sitouduttava asevarustelua kontrolloiviin uusiin sopimuksiin ja oltava aktiivinen sekä pyrkimään aseiden riisunnan käynnistämiseen.

USA:n ohjuspuolustusjärjestelmä alentaisi ydinsodan kynnystä. Puolaan ja Tšekkiin suunniteltu ohjuskilpi perustuu oletukseen, että ydinsotaa voidaan käydä voitollisesti. Yhdysvaltain harjoittama ohjuspuolustus eroaakin ratkaisevasti aiemmasta pelotepolitiikasta, koska sen tavoite on estää toista valtiota kostamasta toiselle. Näin ydinaseistuksen aiempi pelotevaikutus poistuu. Kauhun tasapaino siis katoaa. Siksi USA:n mahdollisesti Puolaan tai Tšekkiin sijoitettava ohjuspuolustusjärjestelmä koskettaa aivan ratkaisevasti koko Eurooppaa ja kaikkia sen jäsenvaltioita. Näin ollen on tärkeää, että EU:ssa keskustellaan asiasta ja otetaan esille kansalaisten huolenaiheet. Täällä on todella myös mietittävä, auttaako tämä parantamaan Euroopan turvallisuutta ja Euroopan puolustusta vai käykö päinvastoin niin, että tämän uuden järjestelmän myötä Euroopan turvallisuus heikkenisi.

  Ģirts Valdis Kristovskis, UEN grupas vārdā. – Cienījamie kolēģi! Savā retorikā Putins laiku pa laikam atgādina par Krievijas iespējām vērst savas raķetes pret Eiropu. Tas liecina, ka pastāv zināms stratēģisks līdzsvars starp ASV un Krieviju. Taču tāda nav Eiropas un Krievijas starpā. To nenodrošina arī Francijas un Lielbritānijas nacionālie „kodollietussargi”. Šķiet, ka vietā ir jautājums: kā nodrošināt tieši Eiropas, nevis ASV kopējo pretraķešu aizsardzību? Vai tiešām par šiem jautājumiem runājam tikai tāpēc, ka par savu drošību rūpējas ASV? Valdneres kundze, Komisijas pārstāvji, Eiropas Savienība par šo aizsardzības veidu pati nerūpējas! Vai jums nešķiet, ka tas ir tikai likumsakarīgi, ja par to lemj ASV, NATO un arī atsevišķas Eiropas Savienības valstis divpusēji? Domāju, ka Eiropas Savienībai noteikti ir jāformulē nepārprotama attieksme, un tad tā būtu realizējama kopā ar NATO un ASV. Pretējā gadījumā mums nevajadzētu šeit tērēt laiku, jo visu izlems NATO.

  Daniel Cohn-Bendit, au nom du groupe Verts/ALE. – Monsieur le Président, Monsieur le Ministre, Madame la Commissaire, j'avoue, Monsieur le Ministre, que c'est sans doute là la nouvelle politique européenne. Cela me rappelle mon fils, quand il avait quatre ans. Quand on lui demandait "Où es-tu?", il mettait ses deux mains devant les yeux et il disait "Je ne suis pas là". Et voilà la Commission qui nous dit: "On n'est pas là! Cela n'a rien à voir avec nous et avec l'Europe."

Entschuldigung, das ist ja absoluter Unsinn! Entweder entscheiden wir uns jetzt, dass wir eine gemeinsame europäische Außen- und Sicherheitspolitik wollen? Wir haben sogar einen neuen Vertrag, wonach wir einen eigenen Außenminister für eine Gemeinsame Außen- und Sicherheitspolitik haben. Und wenn wir einen Außenminister haben, dann müssen wir doch auf europäischer Ebene diskutieren, nicht als einzelne Staaten mit anderen einzelnen Staaten, die über ihre Sicherheit diskutieren, oder wie Herr von Wogau, der sagt, ganz Europa ist bedroht vom Iran, oder ich weiß nicht von wem. Ich bin nicht dieser Meinung, auf jeden Fall müssen wir auf europäischer Ebene diskutieren. Wir können doch nicht einfach sagen, die Amerikaner haben jetzt irgendeine spinnerische Idee. Vielleicht ist Herr Bush in sechs Monaten nicht mehr da, dann haben sie diese spinnerische Idee nicht mehr. Aber wir Europäer haben damit nichts zu tun.

Wir sind sehr skeptisch gegenüber dieser ganzen Raketenverteidigungsstrategie, aber wir sind der festen Überzeugung, dass dies etwas ist, was wir in Europa diskutieren müssen, als Europäer. Es ist nicht eine Entscheidung der polnischen oder der tschechischen Mitglieder, oder welcher Mitglieder auch immer — morgen Rumänien, Bulgarien, übermorgen Sizilien —, sondern wir haben ein gemeinsames Interesse daran, über unsere Sicherheit Entscheidungen zu treffen. Das ist im Grunde genommen in dem Vertrag festgelegt, den Sie ratifiziert haben, den wir ratifizieren wollen: eine gemeinsame Außen- und Sicherheitspolitik. Und deswegen muss dieses Thema Thema der Europäischen Union sein. Die Entscheidung darf nicht bilateral — zwischen Polen und den Vereinigten Staaten oder zwischen Tschechien und den Vereinigten Staaten — getroffen werden. Es ist eine europäische Entscheidung, es ist ein europäisches Problem, und das müssen wir europäisch lösen.

  Vladimír Remek, za skupinu GUE/NGL. – Vážení přítomní, oceňuji, že se problém umístění prvků americké protiraketové obrany na území Česka a Polska, tedy na území Evropské unie, dostává na půdu Evropského parlamentu, tj. nejdemokratičtější instituce, protože přímo volené občany Unie, a těch se tento problém dotýká.

V této souvislosti zdůrazňuji, že se opírám jak o názory svých kolegů z frakce GUE/NGL, tak o svoji vlastní zkušenost vojenského odborníka, ale hlavně o většinový názor občanů mé země, kde je 70 % obyvatel proti umístění amerického radarového systému.

Americká protiraketová obrana je nám prezentována jako obranný štít. Proč tedy nebylo například umožněno České republice prodat pasivní radiolokační systém Tamara bez výkonných zbraňových prostředků do Číny? Zdůvodněním je, že by Čína získala neadekvátní výhodu ve vztahu k ostatním zemím. Není to ale manipulace s pojmy? Není pravým důvodem instalace radaru v České republice také získání výhody? I laik chápe to, co znali válečníci už dávno před Hanibalem, že totiž štít v rukou bojovníka je prostředek pro lepší a efektivnější využití jeho meče.

Deklaruje se zvýšení bezpečnosti. Ale nejde vlastně o zvýšení bezpečnostních rizik? Budeme totiž logicky rázem cílem číslo jedna pro potencionální protivníky. Tvrdí se nám, že máme USA vyhovět, abychom potvrdili, že jsme dobří spojenci. Kanada také nevyhověla a je špatný spojenec USA? Nepoučila se třeba z účelového zdůvodnění vojenských akcí v Iráku?

Divíme se reakci Ruska. Pokud USA jednostranně vypověděly dohodu o ABM a podnikají kroky, které jim mají přinést výhodu, pak se mi tato reakce nezdá nelogická. Byla snad Spojeným státům po chuti před lety blízká přítomnost sovětských raket na Kubě?

USA jsou určitě velmocí a jejich stanoviska, návrhy a požadavky nelze jen tak shodit ze stolu. Ale pokud nám jde skutečně o větší bezpečnost, zejména pro Evropu, cesta vede složitějším směrem vyjednávání a dohod, a ne jednostranných kroků. V tom je zodpovědnost nejen velkých hráčů USA a Ruska, ale i nás samotných v Evropské unii.

  Jana Hybášková (PPE-DE). – Proliferace nosičů středního a středně-dlouhého doletu na přelomu 21. století je ohromná. Bohužel bez existence mezinárodního bezpečnostního režimu ji neumíme zastavit jinak než účinnou obranou.

Účinná obrana je svrchovaným právem členských států Unie. Sjednávání SOFA, které právě probíhá v Praze, je legitimním právem České republiky. Protože radar umístěný na území České republiky bude poskytovat bezpečnost mnoha evropským zemím a bude to poprvé, co Česká republika, po léta okupovaný stát, bude moci aktivně přispět k evropské bezpečnosti, musí česká vláda jednat obzvláště odpovědně.

Protiraketová obrana musí být důvěryhodná, obranná a musí respektovat nedělitelnost bezpečnosti. Proto vítáme informace o bukurešťském summitu, který by měl rozhodnout o výstavbě komplementárního LTBMD systému. Přenesení jednání do NATO je zárukou splnění nedělitelnosti. Vyjasnit, že se jedná o čistě obranný systém, je předmětem americko-polsko-česko-ruských jednání.

Zbývá třetí bod − účinnost. I s ohledem na to, co víme o íránských listopadových testech, musíme si říct: „Uvědomme si společnou odpovědnost. Neničme účinnost společné obrany vzájemnými spory o to, zda se vůbec máme bránit.“

  Libor Rouček (PSE). – Dovolte, abych využil tohoto jednominutového projevu a vyzval Radu Evropské unie i vysokého představitele pro společnou zahraniční a bezpečnostní politiku k diskuzi k tématu americké protiraketové obrany na evropské úrovni.

Umístění prvků americké protiraketové obrany v Evropě je celoevropskou otázkou. Není to jen záležitostí Čechů, Poláků či Američanů. V sázce jsou vztahy uvnitř Evropské unie, vztahy EU-NATO, vztah Evropa-Spojené státy, Evropa-Rusko. Zařaďte proto tuto otázku na pořad jednání Rady.

Pokud jde o Českou republiku, zde bych chtěl uvést jednu skutečnost. Sedmdesát procent občanů České republiky je proti tomuto systému. Tři čtvrtiny občanů České republiky vyžadují referendum k tomu systému. Česká vláda nekomunikuje s veřejností, česká vláda neinformuje poslance českého parlamentu, česká vláda dělá vše za zády českých občanů. I to je potřeba vědět a i na to je potřeba v Radě Evropské unie poukázat.

  Janusz Onyszkiewicz (ALDE). – Panie Przewodniczący! Po pierwsze chciałbym przypomnieć wszystkim, że sprawa tarczy antyrakietowej to nie jest sprawa tylko Polski i Czech, to jest także sprawa Wielkiej Brytanii i Danii, dlatego że instalacje, które są w tych krajach, mają wejść w skład tego systemu. W związku z tym nie mówmy tylko wyłącznie o Polsce i o Czechach.

Druga uwaga jest taka: tarcza antyrakietowa, instalacje tej tarczy rakietowej to nie jest magnes, który będzie przyciągał terrorystów. Przecież terroryści uderzają w cele miękkie, a nie w te bazy, w których będzie dosyć dobra ochrona.

I wreszcie trzecia sprawa. Unia Europejska nie jest sojuszem militarnym. Może szkoda, że nie jest, ale tak to jest i nowy traktat, traktat lizboński, niczego tutaj nie zmienia. W związku z tym sprawa obrony to jest sprawa, która jest po prostu albo w odpowiedzialności NATO, albo tych krajów, które się nie zdecydowały na sojusz i chcą bronić się oddzielnie. Konieczna jest oczywiście dyskusja w ramach NATO nad tym, jak ulokować ten system w ramach innych systemów, które NATO chce rozwijać, to jest koniecznie potrzebne. I pamiętajmy, że 21 krajów Unii Europejskiej to są kraje natowskie.

  Milan Horáček (Verts/ALE). – Herr Präsident! Einer der großartigsten Anti-Kriegsromane ist über„den braven Soldaten Schwejk“ von Jaroslav Hašek! Was die Position von Rat und Kommission bringt, übertrifft aber den Schwejk, es übertrifft auch den Franz Kafka, es übertrifft auch den Vogel Strauß. Diese Vogel-Strauß-Politik können wir nicht machen! Wir müssen das diskutieren auf dem Boden des Europäischen Parlaments, unter uns, aber natürlich auch mit den NATO-Staaten. Wir müssen das diskutieren mit den Tschechen, den Polen und den Russen. Das ist ein Vorgang, der gesamteuropäisch notwendig ist.

  Tobias Pflüger (GUE/NGL). – Herr Präsident! Das geplante Raketensystem ist zur Verhinderung der Zweitschlagsfähigkeit da, das ist technisch eindeutig. Das bedeutet, es ist auch ein Angriffssystem. Das sollte bei der Debatte mit berücksichtigt werden. Ob das Raketensystem nun von den USA, oder von der NATO zusammen mit den USA oder wie auch immer aufgebaut wird – es bleibt ein Aufrüstungsprogramm! Der bezeichnende Punkt für mich ist, dass die Europäische Union dazu keine gemeinsame Position findet. Diese Gemeinsame Außen- und Sicherheitspolitik der Europäischen Union macht sich an diesem Punkt völlig lächerlich! Da kann Daniel Cohn-Bendit den Reformvertrag zitieren, solange er lustig ist. Solange so agiert wird, wie das gerade eben passiert, dass man nämlich gar keine Position bezieht, macht man sich einfach nur lächerlich.

Was wir machen müssen, ist klar sagen, dass wir dieses Raketensystem nicht wollen. Hier im Europäischen Parlament gibt es nämlich eine ganz klare Mehrheit, die zu diesem Raketensystem Nein sagt. Außerdem ist auch in den Ländern, z. B. in Tschechien, die Bevölkerung sehr deutlich gegen dieses Raketensystem, und die polnische Regierung vertritt inzwischen ja durchaus eine differenziertere Position als zuvor. Deshalb wäre es mir recht, wenn wir hier einmal eine Entschließung verabschieden, die zu diesem Raketensystem klar Nein sagt.

  Jan Zahradil (PPE-DE). – Dovolte, abych poděkoval Radě, ztělesněné slovinským předsednictvím, a Komisi v podobě paní komisařky Ferrero-Waldnerové za to, že se celkem striktně přidrželi znění evropských Smluv, podle kterých jde o problematiku, která spadá plně do jurisdikce národních států. A dovolte mi, abych připomněl, že i v nové Lisabonské smlouvě se explicitně praví, že otázky národní bezpečnosti jsou plně v jurisdikci jednotlivých členských států Evropské unie.

Jsem přesvědčen, že evropská bezpečnost je nedělitelně spojena s bezpečností celého euroatlantického prostoru a v situaci, kdy Evropská unie není ani finančně, ani technologicky schopná zajistit bezpečnost svých členů před novými riziky, toto spojení vyvstává ještě v daleko větší naléhavosti.

Pokud jde o vůli obyvatel, která tady byla několikrát zmíněna, mohu jenom připomenout, že ti, kdo se odvolávají na průzkumy veřejného mínění a požadují referendum, jsou často titíž, kteří odmítali referendum v jiné velmi důležité otázce, tj. v otázce nových evropských Smluv.

  Oldřich Vlasák (PPE-DE). – Dámy a pánové, já bych s dovolením shrnul veškeré argumenty.

V podstatě se nejedná pouze o zvýšení vlastní bezpečnosti České republiky, Polska, ale v podstatě i celé Evropy jako takové. Jednání o umístění takového zařízení spadá do kompetence národního státu jako takového. Obdobná zařízení existují i v jiných státech, v členských státech Evropské unie.

Řečníci, kteří zde dnes vystoupili, jasně poukázali na to, že existuje reálné nebezpečí. Uvědomme si, že v otázce bezpečnosti je třeba rozhodovat velmi rychle. A toto rozhodnutí má význam i preventivní. Jedině, když budeme připravení a silní, můžeme přinutit agresory k jednání a k dodržení bezpečnostních podmínek.

A závěrem bych chtěl říci, že naprosto odmítám, že by česká vláda nekomunikovala o tomto zařízení s občany, a že v současné době probíhá již několikaměsíční informační kampaň.

  Miloslav Ransdorf (GUE/NGL). – Já bych si dovolil čtyři poznámky k tématu.

Za prvé, je tady zakládající akt mezi NATO a Ruskou federací z května 1997. V tomto aktu se obě strany zavázaly, že na evropském kontinentu vyloučí společně použití síly a dokonce hrozbu silou. Pokud je tento akt platný, tak vlastně vylučuje, že by mohla na našem kontinentu vzniknout situace, o které se tu mluví.

Druhá poznámka se týká helsinského procesu. V Helsinkách se signatáři tehdejší smlouvy, tehdejší deklarace, zavázali, že budou snižovat přítomnost zbraňových systémů na evropském kontinentu. Tento trend by tímto postupem byl zvrácen. A domnívám se, že by se ve snižování zbraňových systémů na evropském kontinentu mělo pokračovat.

Třetí poznámka se týká počtu základen. Máme v osmnácti zemích Evropy americké základny. Teď s těmi novými základnami by jich bylo dvacet. Potvrdili bychom to co, říkal Zbigniew Brzeziński o Evropské unii, že je v podstatě americkým protektorátem.

A čtvrtá poznámka se týká smyslu celého systému. Ten je podle mě jasný. Jde o zpravodajské pokrytí a zpravodajskou kontrolu evropského celého kontinentu.

  Urszula Gacek (PPE-DE). – Panie Przewodniczący! Rząd premiera Tuska jest wrażliwy na argumenty swoich europejskich sąsiadów. Ewentualne uczestnictwo Polski w tym amerykańskim projekcie nie może stać się przedmiotem nieporozumień w samej Unii. Nowy rząd w Polsce ceni sobie dobre stosunki ze Stanami, ale pamięta, że Polska jest przede wszystkim częścią europejskiej rodziny.

Polska wsłuchuje się również w zastrzeżenia Rosji, reaguje spokojnie pomimo ostrej retoryki niektórych przedstawicieli rosyjskich sił zbrojnych. W chwili obecnej, kiedy Unia Europejska nie ma wspólnej polityki zagranicznej i bezpieczeństwa, ostateczna decyzja Polski o umieszczeniu elementów tarczy na jej terytorium będzie jej suwerenną decyzją. Polska szanuje zdania odmienne, nie obraża się na głosy krytyki.

Szanowni Państwo! Uszanujcie nasze stanowisko, które musi postawić bezpieczeństwo polskich obywateli na pierwszym miejscu.

(oklaski)

  Janez Lenarčič, Predsedujoči Svetu. − Rad bi se zahvalil spoštovanemu poslancu, gospodu Cohn-Benditu, ker je spomnil na dejstvo, da je Slovenija včeraj kot druga država članica ratificirala novo lizbonsko pogodbo. Ampak ta še ne velja. Kot je znano, potrebujemo še 24 ratifikacij in slovensko predsedstvo upa, da bodo te ratifikacije pravočasno opravljene in da bo nova lizbonska pogodba začela veljati v roku, ki smo ga predvideli.

To pa, in to bi rad poudaril, ne bo prineslo bistvenih sprememb oziroma novosti glede temeljnih predpostavk, na katerih temelji evropska varnostna in obrambna politika. Predvsem na dejstvu, da ta politika temelji na nacionalni pristojnosti, ki jo države članice zadržijo na področju nacionalne varnosti in obrambe.

Že sedaj ima Evropska unija evropsko varnostno in obrambno politiko in ta že sedaj predstavlja okvir, ki omogoča tovrstne razprave tudi v okviru Sveta – ali pa bo do tovrstnih razprav v okviru Sveta prihajalo, pa ni toliko odvisno od predsedstva, temveč od volje in interesa držav članic. Naj zagotovim, da bo Svet podrobno seznanjen z današnjo razpravo in s stališči, ki so bila v njej izražena.

  Presidente. − La discussione è chiusa.