De Voorzitter. – Aan de orde is de spreektijd van één minuut.
Iuliu Winkler (PPE-DE). – (RO) Hartelijk dank, mijnheer de Voorzitter. Het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Cohesiefonds zijn van groot belang voor de nieuwe lidstaten, omdat bij hen de verschillen tussen de regio’s groot zijn. Mijn land, Roemenië, kan in 2013 aanspraak maken op meer dan twintig miljard euro voor regionale ontwikkeling. Een jaar na onze toetreding leert de ervaring dat de voor regionale ontwikkeling bestemde fondsen steeds beter worden benut, maar wij zijn nog lang niet zover als we zouden willen zijn. Het is voor de regio’s in Roemenië van cruciaal belang dat zij beter gebruik leren maken van de fondsen, door ze op een doeltreffende manier te gebruiken en daar structureel verantwoording over af te leggen.
Roemenië heeft hiervoor instrumenten nodig, zoals bijvoorbeeld een doeltreffend en steeds meer gedecentraliseerd systeem van overheidsinstanties, en een nieuwe indeling in economische ontwikkelingsgebieden, aangezien de huidige regio’s hiervoor niet geschikt zijn, en zij zijn ook niet doeltreffend. Daarom moeten er nieuwe regio’s worden gecreëerd, van onderop en volgens passende sociale afspraken, en die worden bestuurd door gekozen regionale overheden. De nieuwe indeling van Roemenië in economische ontwikkelingsgebieden duldt geen uitstel. Ik dank u wel.
Marusya Ivanova Lyubcheva (PSE). – (BG) Ik wil uw aandacht vestigen op een aantal problemen die verband houden met rampen en ongevallen op zee. Deze worden meestal besproken op het moment dat zij zich voordoen, en vervolgens worden zulke tragedies weer snel vergeten. Ongevallen op zee vallen echter onder het gemeenschappelijk maritiem beleid. Wij moeten ons daarop terdege voorbereiden.
Onlangs is het Bulgaarse schip Vanessa vergaan in de Zee van Azov. In de afgelopen maanden hebben zich in de Straat van Kerch verscheidene ongevallen voorgedaan bij slecht weer. Daarbij kwam een aantal zeevarenden om, anderen worden vermist, en de schade liep in de miljoenen euro’s. De Zee van Azov en de Zwarte Zee raakten verontreinigd met olie. In het kader van het gemeenschappelijk maritiem beleid moeten risicobeperkende maatregelen worden getroffen en scheepvaartafspraken worden gemaakt die ertoe zullen leiden dat het aantal ongevallen afneemt. Er moeten alomvattende regels komen voor snelle hulpacties en gedragsregels bij reddingsoperaties. Wij hebben materieel nodig dat ook in zware weersomstandigheden kan opereren, zodat het bij ongevallen snel kan worden ingezet.
Magor Imre Csibi (ALDE). – (RO) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren: in de meeste lidstaten lijdt meer dan de helft van de bevolking aan overgewicht. Nog verontrustender is het dat ieder jaar meer dan 400 000 Europese kinderen overgewicht ontwikkelen. Een van de problemen die in de strijd tegen overgewicht moeten worden aangepakt, is een doeltreffende etikettering van levensmiddelen. Helaas verschaffen de Europese levensmiddelenetiketten nog niet de informatie die de consumenten nodig hebben om gezonde en veilige keuzen te kunnen maken.
Daarom ben ik ingenomen met het voorstel van de Europese Commissie tot herziening van de richtlijn inzake de etikettering van levensmiddelen, met inbegrip van de instelling van een vereenvoudigd etiketteringsysteem, dat op de voorkant van de verpakking van levensmiddelen moet worden afgedrukt. Ik betreur het echter dat het Commissievoorstel niet voorziet in een op kleurcodes gebaseerd etiketteringsysteem om de voedingswaarde van het product (laag, gemiddeld, hoog) duidelijk aan te geven. Etiketten moeten nuttig zijn voor zowel fabrikanten als consumenten, en een goed-geïnformeerde consument zal verstandige voedingskeuzen maken.
Brian Crowley (UEN). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, wat betreft het komend referendum in Ierland met betrekking tot het Hervormingsverdrag, wil ik graag het belang hiervan duidelijk maken vanuit een economisch gezichtspunt, omdat het Hervormingsverdrag er in ieder geval over gaat de Europese Unie efficiënter te maken qua besluitvormingscapaciteit, wat in zichzelf zal leiden tot groter economisch succes en grotere groei. Vanuit een Iers perspectief, vorig jaar was er een investering groot 2,6 miljard euro in de Ierse industrie en Ierse handel; er werden 9 000 nieuwe banen gecreëerd; de export bedroeg meer dan tachtig miljard euro; meer dan tachtig procent van alle in Ierland gemaakte producten werd uitgevoerd, hoofdzakelijk naar de markten van de Europese Unie. Het gemiddelde salaris in Ierland bedraagt 44 000 euro per jaar en de regering ontvangt meer dan drie miljard euro vennootschapsbelasting. Deze punten – om te zorgen voor blijvende groei in termen van economie, in termen van werkgelegenheid, in economische groei en in vermogensbeheer – zijn zo van belang. Daarom streven wij allen naar een ja-stem voor het referendum in Ierland.
Ilda Figueiredo (GUE/NGL). – (PT) Wanneer de werkloosheid in Portugal is toegenomen tot één van de hoogste niveaus in twintig jaar, die in het bijzonder vrouwen en jongeren treft, is er een andere multinational die druk uitoefent op haar werknemers om hun arbeidscontracten te annuleren. Het bedrijf in kwestie is Yasaki Saltano, dat voornemens is af te zien van de kabelproductie in Serzedo, Gaia. Het bedrijf beoogt door te gaan met het overbrengen van de productie naar andere landen in voornamelijk Azië en Afrika, nadat hij het aantal arbeidskrachten al drastisch heeft verlaagd. Deze multinational had in de vestigingen in Ovar en Serzeda 6.000 werknemers in dienst, waarvoor het bedrijf miljoenen euro’s aan communautaire hulp kreeg. Deze banen zijn nu echter met meer dan twee derde verminderd.
Wij benadrukken daarom nogmaals het belang van effectieve maatregelen om dergelijke productieverplaatsingen te voorkomen, in plaats van louter palliatieven zoals het huidige globaliseringsfonds voor werknemers die het slachtoffer zijn van verplaatsingen van multinationals in met name de auto- en auto-onderdelensector. Enkele voorbeelden zijn Opel Portugal, Johnson Controls en Alcoa Fujikura, die inmiddels gesloten zijn.
Urszula Krupa (IND/DEM). – (PL) Mijnheer de Voorzitter, aangezien ik tijdens de vorige zitting niet aan het woord ben gelaten, zou ik vandaag in het Europees Parlement willen protesteren tegen een geval van schending van de mensenrechten en de menselijke waardigheid.
Tijdens onze vlucht naar Buenos Aires, waar ik op uitnodiging van de Poolse gemeenschap in de Verenigde Staten de universele Europese waarden toelichtte en verdedigde, samen met de directeur van een katholieke radiozender die door miljoenen luisteraars wordt gerespecteerd, werden we voortdurend lastiggevallen door journalisten van de private, commerciële televisiemaatschappij TVN. Ze hebben niet alleen geprobeerd om ons tot interviews te dwingen, maar hebben de priester en mijzelf, een lid van het Europees Parlement, ook persoonlijk beledigd. Dit psychologische geweld, dat onze mentale en lichamelijke gezondheid tijdens deze veertien uur durende vlucht in gevaar bracht, werd gelukkig enkele keren onderbroken dankzij de tussenkomst van de bemanningsleden van Lufthansa, maar ging ook na de landing door.
Ik zou tevens willen wijzen op het gevaar om informatie over vluchten, stoelnummers en hotelreserveringen aan derden te verstrekken, tegen de bestaande wetgeving in, aangezien deze gegevens door terroristen van allerlei slag kunnen worden misbruikt.
Peter Baco (NI). – (SK) Dames en heren, onze Hongaarse collega’s halen in hun toespraken in het Europees Parlement regelmatig uit naar Slowakije zonder dat daar gefundeerde redenen voor zijn. De jongste aanval bestond uit leugens over de afschaffing van het nationale netwerk van radiozenders in Slowakije en pesterijen over de manier waarop Slowakije moet samenwerken met Hongarije bij de bescherming van het watergebied van het Kleine Graaneiland in de Donau.
Er bestaat immers al lang overeenstemming over het waterregiem in de hele Donauregio. Het jongste akkoord bestaat uit een verdrag dat in 1998 door vertegenwoordigers van de regeringen van Hongarije en Slowakije is gesloten. Ik had zelf de leiding over de Slowaakse delegatie, en ik herinner mij nog heel goed dat dit verdrag ook tegemoetkwam aan de Hongaarse eisen betreffende dit gebied. De Slowaakse regering heeft dit verdrag geratificeerd en houdt zich eraan, en nu moet ook de Hongaarse regering het eindelijk eens ratificeren en zich eraan houden.
Roberta Alma Anastase (PPE-DE). – (RO) Mijnheer de Voorzitter, als rapporteur voor de regionale samenwerking in het Zwarte-Zeegebied wil ik mijn verontrusting kenbaar maken over het akkoord dat Bulgarije op 18 januari 2008 met Rusland heeft gesloten over deelname aan en steun voor het Russische energieproject South Stream.
Dit project vormt in twee opzichten een probleem voor de energieveiligheid van de Europese Unie. Allereerst druist de steun van een lidstaat voor dit project in tegen de primaire doelstelling van de Unie om haar energiebronnen te diversificeren. Het South-Streamproject zou de afhankelijkheid van de EU van één enkele bron slechts vergroten. In de tweede plaats betekent het South-Streamproject als zodanig al een ondermijning van het Nabucco-project, dat algemeen wordt gezien als een project dat van strategisch belang is voor het succes van het energieveiligheidsbeleid van de EU.
Ik wil u eraan herinneren dat dit akkoord tussen Bulgarije en Rusland tot stand kwam in een periode dat een meerderheid in het Europees Parlement het verslag inzake de samenwerking in het Zwarte-Zeegebied goedkeurde.
Cătălin-Ioan Nechifor (PSE). – (RO) Ik had in mijn eerste opmerking van één minuut liever een wat positiever onderwerp aan de orde gesteld, maar wat er vorige week aan de oostelijke grens van de Europese Unie is gebeurd, moet als waarschuwing dienen voor ons allen.
Op 21 en 22 januari versperden groepen Oekraïense burgers bij de grenspost Siret-Porubnoe, tussen Roemenië en Oekraïne, auto’s de toegang. Daarmee wilden zij hun ongenoegen kenbaar maken over het feit dat zij moeten betalen voor een visum om het Roemeense grondgebied te mogen betreden, terwijl Roemeense onderdanen sinds 1 januari 2008 geen visum meer nodig hebben om naar Oekraïne te gaan.
Als lidstaat moet Roemenië zich houden aan de Europese regels inzake visa voor onderdanen van niet-EU-landen en heeft het geen enkele mogelijkheid om een voorkeursbehandeling voor Oekraïne toe te passen. Daarom ben ik van mening dat het Parlement en de Commissie bij Oekraïne moeten aandringen op duidelijker maatregelen, als teken dat het zijn Europese roeping ...
(De spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)
Marian Harkin (ALDE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik wil de aandacht vestigen op een recent verslag van het milieubeschermingsagentschap met betrekking tot de waterkwaliteit in Ierland. Terwijl we flink hebben geïnvesteerd in het verbeteren van afvalwatersystemen op grond van de waterkaderrichtlijn, moeten we nog steeds bepaalde doelstellingen realiseren met betrekking tot de waterkwaliteit.
In dit verband wil ik een kwestie noemen die we in Ierland hebben genegeerd en blijven negeren: de kwestie om substantiële financiële middelen te steken in het verbeteren en opknappen van septische putten in Ierland, in het bijzonder op het platteland van Ierland. Er is een veel te grote tendens om septische putten de schuld te geven van de dreigende vervuiling van het Ierse drinkwater. Maar, voor zover er een probleem is, is het absoluut noodzakelijk dat de Ierse regering zorgt voor een met subsidie gesteund programma om bestaande septische putten te onderzoeken en, waar nodig, te verbeteren.
Maar misschien bestaat hier een agenda om niet te investeren in het verbeteren van septische putten en dit dan te gebruiken als stok om de plattelandsbevolking te slaan. Als dat het geval is, dan is dat kortzichtig en geheel in strijd met de Europese wetgeving.
Francesco Enrico Speroni (UEN). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, collega’s, de Napolitaanse politici hebben de gewoonte om hun vuilnis over heel Europa te verspreiden. Nu komt het afval zelfs tot in het Quirinaal, waar de gemene Napolitaanse bolsjewiek heeft aangezet tot vleierij om de agonie van zijn disgenoten voort te zetten, waarbij hij de democratie verspeelt en de wens van het volk om een nieuw parlement te kiezen. Maar van iemand die de Sovjet-Russische inval in Hongarije goedkeurt, kun je ook niets anders verwachten.
Pedro Guerreiro (GUE/NGL). – (PT) Graag maak ik van deze gelegenheid gebruik om het woord te voeren in de plenaire vergadering om te verklaren dat de situatie van Kader Şahin, een jonge activist van de Turkse communistische partij die sinds januari 2007 door de Turkse autoriteiten gevangen is genomen zonder dat de reden van de beschuldigingen tegen haar of de reden van het voorarrest bekend is gemaakt, onaanvaardbaar is.
Kader Şahin werd gearresteerd toen een persconferentie over de onderdrukking van Turkse politieke gevangenen in december 2000 door de Turkse politie met geweld werd onderbroken. Ermee rekening houdend dat een nieuwe hoorzitting plaats zal vinden op 5 februari, betreuren wij deze situatie en doen wij een oproep aan de Turkse autoriteiten om haar onmiddelijk vij te laten en de ongegronde beschuldigingen tegen haar in te trekken.
Gerard Batten (IND/DEM). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, Alexander Litvinenko getuigde voor de Mitrokhin-commissie in Italië en beweerde tegen mij persoonlijk dat Romano Prodi op een of andere manier een agent van de KGB was. Mario Scaramella van de Mitrokhin-commissie kwam later naar Londen om de heer Litvinenko te waarschuwen over moorddreigingen. De heer Litvinenko werd korte tijd daarna vermoord.
De heer Scaramella keerde terug naar Italië, waar hij onmiddellijk werd gearresteerd. Hij is de afgelopen dertien maanden vastgehouden op basis van verzonnen beschuldigingen, zonder proces en wordt toegang tot de buitenwereld onthouden. De heer Scaramella is zijn inkomen kwijtgeraakt, zijn huis, het contact met zijn kinderen is afgesneden en zijn gezondheid loopt gevaar. Mario Scaramella is politieke gevangene. Zijn voortdurende opsluiting is een schandaal in het hart van de Europese Unie. Zijn enige overtreding, als dat zo kan worden genoemd, was een licht te laten schijnen in de verdorven uithoeken van de Europese politiek. Alle democraten zouden on zijn onmiddellijke, onvoorwaardelijke vrijlating moeten vragen.
László Tőkés (NI). – (HU) In dit Europese Jaar van de interculturele dialoog wil ik uw aandacht vragen voor een buitengewoon discriminerende ontwerpwet van de Roemeense Conservatieve Partij, die, indien hij wordt aangenomen, ervoor zal zorgen dat mensen die tot etnische minderheden behoren en die de officiële taal van Roemenië niet spreken, hun nationaliteit wordt ontnomen. Deze taalwet is primair gericht tegen de Hongaarse gemeenschap in hun oude thuisland Transsylvanië. Tot nu toe heeft nog geen enkele partij in het Roemeense parlement zich tegen deze wet verzet, en de Nationale Raad voor de bestrijding van discriminatie heeft er zelfs het groene licht voor gegeven. Tegelijkertijd zal het Roemeense parlement binnenkort ook een andere discriminerende wet aannemen, namelijk de Onderwijswet. Wij zullen op zeer korte termijn over deze beide kwesties contact opnemen met Leonard Orban, de Roemeense commissaris voor meertaligheid in de Europese Commissie, omdat wij stellig van mening zijn dat Roemenië zich met betrekking tot zijn taalwetten moet aansluiten bij de democratische praktijk van het Europees Parlement.
Colm Burke (PPE-DE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik wil een punt ter sprake brengen met betrekking tot de Europese Overeenkomst inzake de adoptie van kinderen. Die is door de Raad van Europa in 1967 aangenomen. Vier decennia later is zij verouderd en moet zij vervangen worden.
In 2002 besloot de Raad van Europa dat de overeenkomst veranderd moest worden. In 2004 werd overeenstemming bereikt over voorstellen. In 2007 werden de juridische deskundigen het eens over de tekst van de nieuwe overeenkomst. Nu blijkt echter dat één land een wegversperring heeft opgeworpen en daarmee voorkomt dat de overeenkomst wordt voorgelegd aan het Comité van Ministers.
Ik vind dat een duidelijke boodschap moet worden gestuurd van het Parlement naar de Raad van Europa dat deze zaak zo snel mogelijk moet worden geamendeerd en dat er voor een nieuwe overeenkomst moet worden gezorgd om haar up-to-date te brengen met wat er in de afzonderlijke landen is gebeurd, en waarbij ook rekening wordt gehouden met de beslissingen van het Hof voor de Rechten van de Mens. Ik zou willen vragen dat een duidelijke boodschap naar de Raad van Europa wordt gestuurd.
Genowefa Grabowska (PSE). – (PL) Mijnheer de Voorzitter, sinds de uitbreiding van de Schengen-zone zijn de prijzen van visa voor niet-EU-burgers sterk gestegen. Zo moeten Wit-Russen vandaag twaalf keer meer voor een visum betalen dan voordien het geval was – zestig euro in plaats van vijf euro. Zoveel verdient een beginnende arts in Wit-Rusland. Zestig euro, dat is een derde van het gemiddelde maandloon in dit land. Voor vele Wit-Russen vormt deze hoge prijs een belemmering die hen ervan weerhoudt om een visum aan te vragen en hun EU-buren te bezoeken.
De Europese Unie staat direct contact tussen de burgers in de weg, net op een moment waarop ze een beleid van goed nabuurschap in het Verdrag van Lissabon heeft opgenomen. Het verhogen van de prijzen van visa is dus niet alleen een pijnlijke paradox, maar ook een schitterend geschenk voor president Lukashenko, die blijft verkondigen dat de Wit-Russen niets van Europa te verwachten hebben.
Dames en heren, hier moet dringend verandering in komen. Laten we de nodige stappen nemen om de prijs van visa voor burgers uit Wit-Rusland te verlagen.
Toomas Savi (ALDE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, gisteren publiceerde de Russische staatsgefinancierde jeugdorganisatie Nashi de lijst van Estlanders die zij voorstellen in Rusland personae non gratae te verklaren. Onder hen bevindt zich, naast de president van de Republiek Estland, Toomas-Hendrik Ilves, voormalig lid van het Europees Parlement, mijn vriend en collega, Tunne Kelam, lid van de delegatie in de parlementaire samenwerkingscommissie EU-Rusland.
Nashi, die het niet-democratische regime van president Poetin steunt, beschrijft de heer Kelam als consequente Russofoob, die bekend heeft gestaan om zijn nervositeit en ongezonde, alledaagse nationalisme.
Al degenen onder ons die de heer Kelam goed kennen, weten heel goed dat die harteloze woorden compleet leugens zijn. Naar mijn mening zou het Europees Parlement op deze belediging moeten reageren. Maar, van de andere kant, is het feit dat hij een vijand is van de vijanden van de democratie in Rusland, een heel groot compliment voor de heer Kelam en zijn inspanningen.
Ewa Tomaszewska (UEN). – (PL) Mijnheer de Voorzitter, één van de belangrijkste en algemeen erkende beginselen in de Europese Unie is dat van non-discriminatie. In tal van documenten wordt verwezen naar de noodzaak om de rechten van personen met een handicap extra te beschermen. We zijn ons tevens bewust van de belangrijke sociale rol die sport heeft, ook op het vlak van maatschappelijke integratie. In bepaalde EU-lidstaten wordt er op dit moment wetgeving goedgekeurd in verband met sociale bijstand voor sporters en ex-sporters, vooral sportlui die in het verleden aan de Olympische Spelen hebben deelgenomen en zich in moeilijke materiële omstandigheden bevinden. Dat is uiteraard een goede zaak. Ik kan echter moeilijk aanvaarden dat sporters met een handicap in deze context over het hoofd worden gezien.
Desislav Chukolov (NI). – (BG) In de afgelopen twintig jaar had Bulgarije een rechtsstaat moeten zijn, maar dat is het niet. De neocommunisten in ons land deinzen nergens voor terug. Georgi Pirinski, de voorzitter van het Bulgaarse parlement, beperkt de vrijheid van meningsuiting door journalisten verbodsbepalingen op te leggen waardoor ze worden belemmerd bij de uitoefening van hun beroep. Tegelijkertijd blijkt dat de heer Pirinski een Amerikaans burger is, en volgens de Bulgaarse wet helemaal geen Bulgaars burger. Daarentegen heeft een van de beruchtste drugshandelaren in Europa, Budimir Kujovic, het Bulgaarse burgerschap omdat hij van de topambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken een paspoort heeft uitgereikt gekregen, zodat hij nu ongehinderd door de hele Unie kan reizen om zijn zaken te regelen. Het openbaar ministerie heeft de zaak onderzocht, niemand heeft schuld, maar het paspoort blijft geldig.
Tegelijkertijd staat de partij die in ons land het meest uitgesproken oppositie voert, Ataka, dagelijks bloot aan aanvallen van degenen die het er voor het zeggen hebben. De vrouw van onze leider, Kapka Siderova, kreeg een miskraam doordat de pesterijen tegen haar zover gingen dat zij werd aangeklaagd in een politiek schijnproces. Tot slot stel ik voor dat de heer Pöttering eens iets meer gaat doen dan onverschillig blijven toekijken en de neocommunisten in Bulgarije steunen.
Jaroslav Zvěřina (PPE-DE). – (CS) Reeds in 2000 heeft de Raad van Europa de wens uitgesproken om van de Europese Unie binnen tien jaar de meest dynamische concurrerende economie ter wereld te maken. Sinds die tijd is al vaak gezegd dat we daar op de een of andere manier niet in slagen.
Er is niets substantieels gedaan op het gebied van de octrooiwetgeving, en onze hele innovatieomgeving mist dynamiek.
De gewijzigde Lissabon-strategie levert heel weinig nieuws op. Misschien zijn de doelstellingen die erin zijn geformuleerd iets bescheidener. Dat is reden te meer om te proberen doelstellingen te formuleren die gemakkelijker kunnen worden gerealiseerd. Naar mijn mening hoort daarbij ook de vereenvoudiging van de wetgeving en de afschaffing van overbodige regelgeving op alle gebieden waar dat maar mogelijk is.
Minder Europese wetgeving is een veelbelovende methode. De invoering van het beginsel van de “discontinuïteit” in de werkwijze van het Europees Parlement zou in dit verband zeker zinvol zijn. Het zou een positieve stap zijn om de wetgevingsvoorstellen die niet zijn ingediend, in te trekken zodra de parlementaire termijn is verstreken.
Pierre Pribetich (PSE). – (FR) Mijnheer de Voorzitter, de afgelopen week is het wetgevingspakket inzake klimaatverandering en energie gepresenteerd. Wij kunnen de strekking van de voorstellen van de Commissie alleen maar toejuichen. Deze problematiek raakt veel sectoren, waaronder met name huisvesting en, meer in het bijzonder, sociale huisvesting. Wij zijn ons ervan bewust dat een groot deel van het sociale woningpark op het grondgebied van de Unie met deze noodzakelijke aanpassingen te maken krijgt. De kosten voor bijvoorbeeld verwarming vormen een belangrijke uitgave voor huurders, en moeten gereguleerd en zelfs verlaagd worden. De aanpassingen aan de sociale woningen passen dus in het kader van dit beleid inzake duurzame ontwikkeling en vergen speciale financieringen om aan deze nieuwe eisen te voldoen. Tot nu toe heeft de Commissie de financieringen gericht op de nieuwe lidstaten, die op die manier omvangrijke steun ontvingen. Dit is niet het geval voor de oude lidstaten. Voor het huisvestingsbeleid op nationaal niveau is echter substantiële financiële steun nodig om de veranderingen in de sociale woningbouw te bespoedigen. Om ervoor te zorgen dat het beschreven beleid geloofwaardig is, moet de daad dan wel bij het woord worden gevoegd. De Commissie dient hieruit alle conclusies te trekken en de aanpassingen aan de sociale woningen op het gehele grondgebied van de Unie te financieren.
Hans-Peter Martin (NI). – (DE) Mijnheer de Voorzitter, ik zou graag in de notulen opgenomen willen zien wat er vanmiddag in de plenaire vergadering heeft plaatsgevonden. Onder voorzitterschap van de heer Pöttering heeft de voorzitter van de sociaaldemocratische Fractie, Martin Schulz, mij vanaf de eerste rij, zo luid en zo duidelijk dat het hier te verstaan was, toegeroepen: “Hou je waffel, idioot dat je bent”. Dat gedrag is echt onacceptabel, dat is beledigend en bovendien ook lasterlijk. Ik verwacht dat er passende maatregelen worden genomen, vooral omdat het hier gaat om iemand die de positie wil innemen die de heer Pöttering op dit moment heeft. Zo mag het in het Parlement niet gaan. Temeer niet, omdat er tegelijkertijd enkele willekeurig gekozen afgevaardigden met absurde sancties werden bedreigd, omdat ze de moed hadden een referendum te eisen.
Petya Stavreva (PPE-DE). – (BG) Het tweede jaar van Bulgarije’s lidmaatschap van de Europese Unie dreigt veel Bulgaarse melkveehouders fataal te worden. De hoge prijzen van veevoeders, de lage prijzen die de landbouwers voor hun melk krijgen en een gebrek aan middelen om de dieren gedurende in de wintermaanden te voederen, alsmede het ontbreken van een gericht overheidsbeleid voor de veehouderij zijn factoren die kunnen leiden tot de vernietiging van vee en tot het faillissement van veel Bulgaarse boeren. Nu de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid een buitengewoon belangrijk onderwerp is voor de Europese Unie, moeten wij ook rekening houden met de huidige situatie van de agrarische sector in de nieuwe lidstaten. Wij mogen onze ogen niet sluiten voor de moeilijkheden waar de landbouwers in de recent toegetreden landen mee te maken hebben als gevolg van de aanpassingen die nodig zijn om aan de Europese normen te voldoen. De Bulgaarse landbouwers verwachten, net als hun Europese collega’s, dat wij verstandige besluiten zullen nemen voor de toekomst van het agrarisch bedrijf in de Gemeenschap.
Marianne Mikko (PSE). – (ET) Dames en heren, het feit dat de directeur van de vestiging van de British Council in Sint-Petersburg, de heer Kinnock, en zijn collega’s zijn geïntimideerd — tot ondervraging door de Russische autoriteiten aan toe — vereist onze volledige aandacht. De beschuldigingen aan het adres van de British Council vormen een schakel in de keten waartoe ook de virtuele aanvallen op Estland, de blokkade van Poolse etenswaren en de radioactieve aanslag in Londen behoren. In elk van deze gevallen beweerde het Kremlin quasi-onschuldig dat het om een op zichzelf staand incident ging.
Dames en heren, zo’n groot aantal op zichzelf staande incidenten wijst op een systeem. De Russische minister van Buitenlandse zaken, de heer Lavrov, heeft afgelopen donderdag expliciet gezegd dat de hervorming van het Europese veiligheidssysteem een prioriteit is in de Russische buitenlandse politiek voor 2008. Rusland wil de Europese Unie hervormen door onze buitenlandse politiek te verlammen en ons op energiegebied klem te zetten tussen de Noordstroom en de Zuidstroom.
Omdat wij geen weerloos slachtoffer willen worden van een sterke Russische buitenlandse politiek, moeten we samen sterk staan in solidariteit. Wij in het Europees Parlement moeten de intimidatie van de British Council veroordelen.
Marian Zlotea (PPE-DE). – (RO) Vrij verkeer van goederen is een van de hoekstenen van de Europese Unie. Ik zou graag de aandacht van het Parlement vestigen op de situatie van dit fundamentele principe in Roemenië. Bij haar aantreden besloot de Roemeense regering een taks voor de eerste inschrijving van motorrijtuigen in te voeren. Vervolgens kondigde de regering aan dat zij deze taks, die door de Commissie als strijdig met het acquis communautaire wordt beschouwd, weer wilde afschaffen om voortzetting te voorkomen van de niet-nalevingsprocedure die tegen Roemenië in gang was gezet. De Roemeense autoriteiten weigeren echter burgers de taks terug te betalen die ze al betaald hebben, hoewel deze verplichting verankerd is in jurisprudentie van het EHvJ.
Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, het concept van Europees burgerschap en gelijke rechten voor alle Europese onderdanen zal alleen geheel worden gerealiseerd als alle lidstaten de in het Verdrag vastgelegde rechten overnemen en zich eraan houden. Ik zou u graag willen zeggen dat ik met een schriftelijke verklaring begonnen ben en ik zou u willen verzoeken deze te ondertekenen, om te voorkomen dat zulke situaties zich in de toekomst weer voordoen.
Silvia-Adriana Ţicău (PSE). – (RO) De Lissabonstrategie brengt tot uitdrukking dat de EU zich eraan verbindt de meest competitieve kenniseconomie te worden. De doelstellingen van de Lissabonstrategie zijn onder andere de toename van investering in onderzoek, de ontwikkeling van de informatiemaatschappij en het scheppen van banen die een hoge opleiding vereisen.
Helaas hebben betreurenswaardig weinig lidstaten drie procent van hun BBP in onderzoek geïnvesteerd. Tweederde van deze gelden zou uit de particuliere sector moeten komen. Nu we het tegenwoordig hebben over het terugdringen van de klimaatverandering, duurzame energiebronnen, groenere voertuigen, het vergroten van de energie-efficiëntie van verschillende bedrijfstakken, overstappen op digitale technologie enzovoorts, zou het investeren in onderzoek een van onze prioriteiten moeten zijn. Helaas is, ondanks de toewijzing van nationale of Europese gelden aan onderzoek, het verband tussen fundamenteel onderzoek en de industriële toepassing van de resultaten nog zeer zwak.
Ik roep de Europese Commissie op een strategie en een actieplan op te stellen om alle Europese burgers in staat te stellen van de resultaten van onderzoek te profiteren. Ik ben ervan overtuigd dat de ontwikkeling van toegepast onderzoek zal leiden tot het creëren van banen die een hoge opleiding vereisen en tot de ontwikkeling van een kenniseconomie.
Oldřich Vlasák (PPE-DE). – (CS) Dames en heren, staat u mij toe te spreken over een onderwerp dat zeer belangrijk is als het gaat om het handhaven van een variëteit aan streekproducten en het beschermen van traditionele producten, namelijk České pivo (Tsjechisch bier).
Het was deze naam, České pivo, die midden januari van dit jaar in het publicatieblad van de Europese Unie is gepubliceerd, samen met een voorstel om hem als beschermde geografische benaming te registreren.
České pivo is uniek, niet alleen volgens zijn consumenten maar ook volgens experts uit de bierbrouwindustrie en functionarissen van de Commissie. Door de manier waarop de Tsjechische bierbrouwindustrie zich in het verleden heeft ontwikkeld, hebben de gebruikte typen mout en hop en de gebruikte brouwprocessen samen České pivo een smaak gegeven die anders is dan Europese bieren als Heineken of Stella Artois.
Tsjechië heeft meer dan drie jaar op registratie aangedrongen. Langdurige en uitputtende onderhandelingen zijn geculmineerd in publicatie in het publicatieblad.
Ik zou zowel de functionarissen van de Europese Commissie als de Tsjechische experts graag willen danken voor hun verantwoordelijke aanpak van deze zaak. Ik geloof dat van nu af aan niets zal verhinderen dat České pivo deel van het culturele erfgoed van Europa wordt.
Catherine Stihler (PSE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik wil het punt aan de orde stellen van de chronisch obstructieve longziekte (COPD), een ziekte die tegen 2020 de op twee na grootste doodsoorzaak zal zijn in de wereld. In 2000 zijn 2,7 miljoen mensen overleden aan de gevolgen van COPD. Wel driekwart van de mensen met COPD heeft moeite met simpele taken zoals traplopen. COPD wordt geassocieerd met veel andere gezondheidsproblemen en roken is niet de enige risicofactor: omgevingstabaksrook en milieuvervuiling worden ook in verband gebracht met COPD. Naarmate de bevolking ouder wordt, zal COPD een steeds groter probleem worden. Ik verzoek de collega´s dringend Schriftelijke Verklaring 0102/2007 te ondertekenen.
Csaba Sógor (PPE-DE). – (HU) Mijnheer de Voorzitter, ik spreek in mijn moedertaal, het Hongaars. Thuis kan ik dat niet doen. Ik ben zeer verheugd dat het hier wel mogelijk is. Inzake het Romavraagstuk is het ons aller plicht de spanningen te doen verminderen die zich recentelijk tussen de bevolkingsgroepen hebben opgebouwd en een halt toe te roepen aan de wijd verbreide anti-Romagevoelens. We moeten dringend een oplossing vinden voor de economische migratie.
De Romastrategie van de EU vormt echter wel een basis voor het uitwerken van een beleid voor nieuwe en traditionele nationale minderheden binnen de EU. Kosovo herinnert ons er weer aan dat de kwestie van mensen- en minderhedenrechten een internationale, Europese zaak is geworden. Wij zijn verantwoordelijk voor wat er binnen en buiten de EU gebeurt. Vandaag de dag, in een van onze lidstaten, zijn het geen Gemeenschapsrechten maar Gemeenschapsmisdaden die worden opgerakeld. In Roemenië zou de taalwet enige honderdduizenden mensen van hun nationaliteit beroven. We noemen dit nu omdat wij allemaal verantwoordelijk zijn voor onze landen, voor onze buren en voor heel Europa. Deze verantwoordelijkheid is er niet alleen bij verkiezingen, maar is voortdurend aanwezig in ons dagelijkse werk en ook in het vinden van een afdoende oplossing voor het Romavraagstuk. Dank u.
Árpád Duka-Zólyomi (PPE-DE). – (SK) De situatie in het Slowaakse parlement is gespannen en ongewoon. Er zal een besluit genomen worden over het Verdrag van Lissabon, maar de parlementsleden van de oppositie zijn van plan geen deel te nemen aan de stemming als protest tegen een antidemocratische perswet. Dit is verrassend nieuws, maar wat zit erachter?
De regering van Robert Fico blijft maatregelen nemen die in tegenspraak zijn met de basisprincipes van democratie en rechtsstaat. De premier negeert de oppositie en, zoals hij zelf meer dan eens heeft gezegd, de media zijn volgens hem de voornaamste oppositie. De perswet is beperkend en de manier waarop hij de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid beknot is onacceptabel. Dit is niet alleen door de Slowaakse Bond van Journalisten benadrukt, maar ook door de OVSE; deze laatste deed zelfs een krachtig beroep op het parlement om het controversiële voorstel te verwerpen.
Namens een zeer grote meerderheid van de oppositie in het parlement kan ik zeggen dat wij het Verdrag van Lissabon steunen; wij betreuren het dat de middelen van de Slowaakse oppositie om tegen zo’n schandelijke perswet te protesteren beperkt zijn.
Zita Pleštinská (PPE-DE). – (SK) Het Europees Parlement heeft de strijd voor mensenrechten op Cuba erkend door de Sacharovprijs in 2002 aan de Cubaanse dissident Oswald Payá Sardiñas toe te kennen en in 2005 aan de Dames in het Wit; maar, dames en heren, bij solidariteit komt veel meer kijken.
Het volk van Cuba, dat alleen maar van vrijheid kan dromen terwijl het wordt bedreigd door onderdrukking en gevangenschap, heeft meer nodig dan solidariteit. De Damas de Blanco hebben vandaag concrete hulp van het Europees Parlement nodig om hun echtgenoten vrij te krijgen, opponenten van het dictatoriale regime wier gezondheid verslechterd is door de onmenselijke omstandigheden in de gevangenis en die het risico lopen in gevangenschap te sterven.
Mijnheer de Voorzitter, ik verzoek u te helpen de vrijlating te verkrijgen van de 45-jarige Antonio Ramón Díaz Sánchez, die in 2003 tot een gevangenisstraf van 27 jaar is veroordeeld. Antonio, wiens gezin wij al een tijd steunen en die ik samen met mijn mede-Parlementsleden Peter Šťastný en Milan Gaľa symbolisch heb geadopteerd, is ernstig ziek en heeft dringend hulp nodig; zonder hulp zal hij in de gevangenis aan zijn ziekte overlijden.
Péter Olajos (PPE-DE). – (HU) Dank u wel, mijnheer de Voorzitter. Vorige week heeft voorzitter Barroso hier in het Parlement het stappenplan gepresenteerd waarmee de Commissie de ambitieuze Europese reductie van kooldioxide tot stand wil brengen. De volgende dag verwierp de gemeenteraad van Trebišov in Slowakije unaniem een plan om een energiecentrale te bouwen die vier miljoen ton kooldioxide per jaar zou uitstoten en waartegen anderhalf jaar lang wijdverbreide protesten zijn geweest, met petities en boetes aan beide zijden van de grens. We zouden nu kunnen zeggen: “Hoera! Democratie, subsidiariteit en burgerlijke moed werken.” Er is echter nog een vraag. Hoe kan het zelfs maar bij het Slowaakse ministerie van Milieuzaken opkomen een dergelijke centrale te steunen en aan te bevelen? Dit is voor mij een aanwijzing dat sommige landen nog heel veel gratis kooldioxidequota van de Commissie hebben. Daarom doe ik een beroep op de Commissie de grondslagen voor de aan Slowakije toegewezen kooldioxidequota te herzien, want als de Slowaakse regering zich in 2008 het hoofd breekt over een reusachtige kolengestookte energiecentrale met ouderwetse technologie, dan betekent dat dat het stimuleringssysteem van de Unie niet werkt. Ik dank u.
Milan Gaľa (PPE-DE). – (SK) In haar op 17 januari 2008 gepubliceerde rapport stelt de Europese Groep van regelgevende instanties dat sinds het Europees Parlement en de Raad de Richtlijn betreffende roaming op openbare mobiele telefoonnetwerken binnen de Gemeenschap hebben aangenomen, de roaming-gesprekstarieven gedaald zijn en exploitanten niet geprobeerd hebben hun verlies te compenseren door de tarieven voor andersoortige gesprekken te verhogen.
Een andere uitkomst was dat de mobieletelefoonnetwerken in de EU waar het roaminggesprekken betreft tot maar liefst twintig procent te veel berekenen dankzij de gesprekstarieven: roaminggesprekken worden per minuut in rekening gebracht. Ik waardeer de inzet van commissaris Reding, die heeft aangekondigd dat de Commissie binnenkort iets aan deze situatie zal doen.
Naar mijn mening is het essentieel dat exploitanten van mobieletelefoonnetwerken de consument roaminggesprekken aanbieden die per seconde in rekening worden gebracht, zoals ze dat ook op landelijk niveau doen. Verder zou ik willen aanbevelen dat het stuk dat nu wordt voorbereid, ook ingaat op de kosten van SMS- en roaming-gegevensdiensten.
Avril Doyle (PPE-DE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, een wijs besluit in december van de Commissie om de invoer van Braziliaans rundvlees van alleen goedgekeurde veebedrijven toe te staan voorzag op 1 februari een positieve lijst van ongeveer 300 boerenbedrijven, die gebaseerd was op eerdere inspecties door het Voedsel- en Veterinair Bureau.
Verwarring alom naar aanleiding van een verklaring vandaag van commissaris Kyprianou dat er met ingang van aanstaande vrijdag een invoerverbod zou zijn, omdat de Braziliaanse autoriteiten een lijst van 2 600 bedrijven hadden gepresenteerd, waardoor ernstige twijfel werd opgeroepen, dus zal er al meer tijd nodig zijn om die te controleren. Maar de commissaris vervolgde – en ik citeer – “Er is voorlopig geen positieve lijst ... maar natuurlijk kan dit in de komende paar dagen veranderen”.
Dus, komt er een of komt er geen verbod? Zullen de 300 of zo door de VVB geïnspecteerde bedrijven de facto een positieve lijst vormen, hangende de inspectie van de andere bedrijven? Waarom is er vandaag geen persbericht gekomen van een zegsman van Kyprianou? Onze consumenten en boeren verdienen opheldering.
Mairead McGuinness (PPE-DE). – (EN) Mijnheer de Voorzitter, mag ik een zeer belangrijk verslag onder de aandacht van het Huis brengen, dat gisteren door de Commissie is gepubliceerd over het leven van meer dan een miljoen Europese mensen die in instellingen leven? Dit zijn mensen met een handicap en de conclusies zijn niet aangenaam om te lezen. De levenskwaliteit in deze instellingen varieert enorm en de waardigheid van de mensen die er leven is niet altijd gegarandeerd.
Institutionele zorg is vaak van onaanvaardbaar slechte kwaliteit. Mag ik de mensen in het Huis vragen om het verslag van hun eigen land te lezen, omdat het misschien ons allemaal wel eens wakker zou kunnen schudden? Ik weet hoe de situatie in Bulgarije onlangs nog aandacht heeft gekregen in de media en velen van ons zijn daar bezorgd over, maar zelfs in mijn eigen land zouden we op dit gebied ook nog verbeteringen kunnen bewerkstelligen.
Het gaat niet alleen om geld. Diensten in de gemeenschap zijn niet duurder dan institutionele zorg als we rekening houden met de behoeften van de bewoners en de kwaliteit van hun leven.
Tenslotte noem ik nog het Delta Centrum, dat ik vorige week nog in Carlow in Ierland heb bezocht. Het is een uitstekend praktijkvoorbeeld voor volwassenen met een handicap die in de gemeenschap kunnen leven en dit centrum kunnen bezoeken.
Mihaela Popa (PPE-DE). – (RO) Mijnheer de Voorzitter, het Romavraagstuk gaat de hele Europese Unie aan, niet alleen Roemenië. De Unie heeft significante bedragen ter beschikking gesteld om de bevordering van gelijke kansen veilig te stellen. Er zijn gelden geoormerkt voor de desegregatie van Roma; er zijn echter nog steeds problemen. Ik ben ervan overtuigd dat de besteding van deze Europese gelden moet worden gecontroleerd; met name de duurzaamheid van door de EU betaalde projecten moet worden gecontroleerd.
Een mentaliteit is moeilijk te veranderen. Maar onderwijs speelt een belangrijke rol bij het veranderen van een mentaliteit. Daarom ben ik ervan overtuigd dat er extra geld nodig is voor intercultureel onderwijs, culturele en artistieke activiteiten, sportevenementen, “tweede kans”-onderwijs, voorlichting op het gebied van gezondheidszorg, etc., met als doel de integratie van Roma in alle Europese maatschappijen. Ik zou graag willen herhalen dat deze programma’s moeten worden gecontroleerd, vooral wat betreft hun duurzaamheid.
De Voorzitter. – Hiermee zijn wij aan het einde gekomen van de spreektijd van één minuut, die iets langer duurde dan gebruikelijk. Ik denk dat het de langste spreektijd van één minuut was uit de geschiedenis van het Parlement. Dat moest er natuurlijk een keer van komen.