Indiċi 
 Preċedenti 
 Li jmiss 
 Test sħiħ 
Ċiklu ta' ħajja waqt sessjoni
Ċikli relatati mad-dokumenti :

Testi mressqa :

RC-B6-0080/2008

Dibattiti :

PV 21/02/2008 - 9.3
CRE 21/02/2008 - 9.3

Votazzjonijiet :

PV 21/02/2008 - 10.3

Testi adottati :

P6_TA(2008)0072

Rapporti verbatim tad-dibattiti
Il-Ħamis, 21 ta' Frar 2008 - Strasburgu

9.3. Nord-Kivu (ir-Repubblika demokratika tal-Kongo)
Minuti
MPphoto
 
 

  Le Président. – L'ordre du jour appelle le débat sur six propositions de résolution concernant le Nord-Kivu (République démocratique du Congo)(1).

 
  
MPphoto
 
 

  Erik Meijer, Auteur. − Mijnheer de Voorzitter, terecht is er in dit Parlement veel aandacht voor wat er gebeurt in de voormalige Belgische kolonie Congo en in het bijzonder voor de voortdurende gevechten, verdrijvingen, verkrachtingen en massamoorden in het oosten van dat enorme land. Die gruwelen hebben voor een deel te maken met conflicten in de aangrenzende staten Rwanda, Burundi en Uganda. Internationaal erkende staatsgrenzen zijn van weinig betekenis voor groepen mensen die als gevolg van verdrijving of gebrek aan bestaansbronnen steeds een nieuw woongebied moeten zoeken. In dit gebied is alles in beweging en het gaat erom dat die beweging zo weinig mogelijk geweld en andere gruwelen oproept. Krijgsheren die aanzien, macht en rijkdom verwerven door het in stand houden van conflicten, vergroten de reeds bestaande problemen en maken ze nog moeilijker oplosbaar.

Zeer recent, op 17 januari, hebben wij hier de toestand in Congo besproken en een resolutie aangenomen, waarin de wens staat dat alle gruwelen ophouden. Ik vrees dat we over dit onderwerp nog vele resoluties kunnen aannemen zonder dat een oplossing naderbij komt. Wie de verwachting had dat de verkiezingen van vorig jaar de problemen in Congo zouden kunnen oplossen, is bedrogen uitgekomen. De zittende president, Kabila, heeft gewonnen maar hij vertegenwoordigt andere standpunten dan de beweging waaruit hij is voortgekomen en de uitkomsten van zowel de presidentsverkiezingen als de parlementsverkiezingen waren voor de oppositie omstreden.

De vraag is of zo'n groot land met slechte verkeersverbindingen en een zeer grote verscheidenheid aan volkeren wel in staat is om te functioneren op een wijze die gesteund wordt door alle bevolkingsgroepen en alle uiteenlopende politieke krachten. Nu dit niet lijkt te lukken wordt Congo een gebied waar levensbedreigende ziekten vrij spel hebben, roofbouw op natuur en landschap plaatsvindt en de mensen volkomen rechteloos blijven. De vraag is of de wapenstilstand van 23 januari voor Noord- en Zuid-Kivu, die uitgaat van ontwapening van de strijdende groepen en terugkeer van vluchtelingen naar hun woonplaatsen, uitvoerbaar is en of het optreden van de Verenigde Naties ter plekke daartoe kan bijdragen. Dat lukt niet door partij te kiezen in conflicten maar mogelijk wel door de strijdende partijen ertoe te overtuigen bijvoorbeeld af te zien van seksueel geweld en artsen toe te laten.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Hutchinson, auteur. − Monsieur le Président, je ne vais pas aborder la situation de la République démocratique du Congo dans son ensemble, mais plutôt celle du nord-est de ce pays et de cette région du Kivu, où il se déroule, depuis des années, et de manière encore plus importante ces derniers mois, une sale guerre.

Vous me direz que toutes les guerres sont sales, mais celle-là encore plus particulièrement, me semble-t-il. Elle a fait et fait encore des centaines de milliers de victimes, des morts, des déplacés, mais aussi des centaines de milliers de femmes, de petites filles, de grand-mères qui subissent ce qu'il est convenu d'appeler aujourd'hui des violences sexuelles. C'est bien plus que cela dont il s'agit; c'est de l'utilisation du viol comme une véritable arme de guerre, et c'est que tout cela se passe dans une certaine indifférence, à la fois de l'opinion publique et internationale, et plus particulièrement de l'opinion publique européenne.

Cette sale guerre dure depuis des années et elle est le fait de factions rivales: les rebelles de Laurent Nkunda – le général congolais dissident –, les anciens génocidaires rwandais, importés sur le territoire à la fin du génocide de 1994, mais aussi – hélas – des éléments de l'armée congolaise récemment défaite. Cela suffit. Heureusement, une conférence de paix a été tenue très récemment dans cette région, à laquelle l'ensemble des protagonistes ont assisté, et qui a abouti à un cessez-le-feu. Malheureusement, Monsieur le Président, ce cessez-le-feu est particulièrement fragile et déjà la tension monte à nouveau dans la région.

Nous proposons donc deux priorités essentielles: la première, c'est de protéger les populations civiles, de donner les moyens à la MONUC, qui est sur place, de défendre ces populations civiles – conformément au chapitre 7, elle peut utiliser les armes pour remplir cette mission –, car il faut que ces massacres cessent. Et deuxièmement, c'est de soutenir les efforts de paix qui sont débattus là-bas parce que la solution, dans cette région des Grands Lacs, serait une solution politique qui impliquera tout le monde, y compris le Rwanda, qui doit respecter ses engagements visant à reprendre ses ressortissants qui sont actifs au Kivu.

 
  
MPphoto
 
 

  Adam Bielan, autor. − Panie Przewodniczący! Od drugiej wojny światowej nie było chyba konfliktu równie krwawego i barbarzyńskiego, jak kongijski. Działania zbrojne w prowincji Północne Kiwu toczą się z różnym nasileniem od 10 lat i pociągnęły już za sobą ponad 5 milionów ofiar. Każdego dnia w wyniku tego konfliktu umiera 1500 osób.

Na porządku dziennym są masakry, gwałty na małych dziewczynkach i matkach, przymusowe wcielenia cywilów i dzieci do sił zbrojnych, a także liczne inne drastyczne naruszenia praw człowieka popełniane w ciągu ostatnich miesięcy we wschodniej części Demokratycznej Republiki Konga, zarówno przez grupy rebeliantów Laurenta Nkundy, bojowników demokratycznych sił na rzecz wyzwolenia Rwandy, jak i samą armię kongijską. Wschodnia część Kongo potrzebuje natychmiastowej pomocy medycznej i dostaw żywności, gdyż ostatnie wydarzenia zmusiły większość organizacji humanitarnych do zawieszenia swojej działalności.

Dlatego wzywam Radę i Komisję Europejską do uruchomienia funduszy kryzysowych ze względu na niezwykle poważną sytuację humanitarną w tym regionie.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Posselt, Verfasser. − Herr Präsident! Wer das ostafrikanische Land der großen Seen jemals aus der Luft gesehen hat, der könnte glauben, dass sich dort das Paradies befindet. Aber auf der Erde sieht man dann oftmals die Hölle. Es ist ein Land mit phantastischer Natur und großartigen Naturschätzen auf der einen Seite und entsetzlichen Qualen auf der anderen Seite. Naturkatastrophen, Kriege, Vertreibung, Hunger, Seuchen, Massaker, Massenvergewaltigungen, ethnische Konflikte wie sie schlimmer fast nirgends sind. Allein in Nord-Kivu gibt es 800 000 Vertriebene.

Man muss sehen, dass dieses Vertriebenenproblem auf beiden Seiten der Grenze existiert. Es gibt in Afrika ein Phänomen, das man in dieser Form sonst nirgends kennt, dass nämlich nicht von einer Seite auf die andere vertrieben wird, sondern es wird von einem Land ins andere vertrieben und vom anderen Land in jenes Land. Also auf beiden Seiten Vertriebene und Flüchtlinge. Dies heißt, dass die Staaten absolut instabil sind. Deshalb müssen wir humanitäre Hilfe leisten, und wir müssen massiv präsent sein, um den Menschen zu helfen.

Aber im Grunde genommen ist das nur ein Herumdoktern an Symptomen. Wenn es uns nicht gelingt, dort einigermaßen tragfähige staatliche und rechtsstaatliche Strukturen zu implementieren, wird die Katastrophe auch bei größter Hilfe niemals enden. Deshalb ist es außerordentlich wichtig, dass wir uns massiv einbringen, auch politisch. Der Waffenstillstand vom 23. Januar ist äußerst brüchig, er existiert eigentlich nur auf dem Papier. Deshalb ist es dringend notwendig, dass wir alle Parteien zwingen, am Verhandlungstisch miteinander zu reden, vor allem aber auch, dass wir unseren Teil der Aufgabe erledigen.

Leider profitieren auch oft Europäer von den Katastrophen dort. Deshalb ist die Forderung berechtigt, dass wir ernsthafter auf die Herkunftszertifikate z. B. für Rohstoffe schauen, denn oft sind es Europäer, die die Not der Menschen dort für ihre ökonomischen Interessen brutal ausnutzen. Auch hier tragen wir Verantwortung und dürfen uns nicht mit schönen Reden und Herumdoktern an der Oberfläche begnügen.

 
  
MPphoto
 
 

  Raül Romeva i Rueda, Autor. − Señor Presidente: nuevo capítulo éste de hoy, de trágico serial, que tiene como protagonista a la población de la República Democrática del Congo.

En este caso, el escenario se centra en la región del norte de Kivu, pero la trama y las víctimas son las mismas que ya fueron objeto de una resolución de urgencia en el período parcial de sesiones de enero.

Desde 1998 son casi 5 millones y medio las personas que han muerto a causa de la guerra y 45 000 personas más mueren mensualmente a causa, directa o indirectamente, de la misma. Esto significa, en definitiva, 1 500 personas cada día, es decir, desde que empezamos este período se sesiones el lunes, han muerto ya 6 000 personas en la República Democrática del Congo.

En los últimos meses, además, se han acrecentado, sobre todo en la región del este, las masacres, las violaciones de niñas y mujeres y el reclutamiento forzado de niñas y niños. De todo ello son responsables tanto las tropas rebeldes de Laurent Nkunda como los combatientes de las Fuerzas Democráticas para la Liberación de Ruanda.

Por otra parte, cabe recordar que el mandato de la MONUC se basa en el capítulo VII de la Carta de las Naciones Unidas, lo que le confiere la autoridad de usar todos los medios necesarios para disuadir cualquier intento de uso de la fuerza que ponga en peligro la vida o la integridad de civiles o que suponga una amenaza del proceso político.

Sin embargo, hasta la fecha, la presencia de la MONUC ha resultado totalmente insuficiente para frenar la barbarie. Por todo ello, es necesario apelar de nuevo al Consejo de Seguridad para que reaccione y ponga todos los medios disponibles a fin de frenar las masacres.

Asimismo, si bien debemos acoger con satisfacción la celebración de la Conferencia de Goma, que abre la puerta a una negociación política, los acuerdos, especialmente aquellos que tienen que ver con la desmovilización, siguen siendo ambiguos y su aplicación poco clara.

Por último, ésta es una nueva oportunidad para reclamar, una vez más, como ya se ha dicho por parte del señor Posselt, que se activen e implementen los mecanismos de control como el Proceso de Kimberley, relativo a los diamantes, en materia de certificación de origen de los recursos naturales importados por la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Tadeusz Zwiefka, w imieniu grupy PPE-DE. – Panie Przewodniczący! Kongo, nazwane przez Jospeha Konrada jądrem ciemności, od początku swojego istnienia, czyli od 1960 r., było areną makabrycznych pogromów, rzezi, wojen domowych, które nigdy nie pozwoliły temu przebogatemu w surowce naturalne krajowi stanąć na równe nogi. To najbardziej krwawy i barbarzyński konflikt od czasów drugiej wojny światowej, co gorsza tamtejsza wojna wciąż trwa, pochłaniając co miesiąc prawie 50 tysięcy istnień ludzkich. Połowa z tych ofiar to dzieci poniżej 5 roku życia. Przemarszom wojsk towarzyszą wszelkiego rodzaju zbrodnie na ludności cywilnej, gwałty, grabieże, zabójstwa. Dlatego z wielką nadzieją witamy wyniki konferencji pokojowej w Gomie, które być może, ale to będzie zależne także i od nas, położą kres tym walkom zbrojnym w rejonie Kivu.

Jednakże bez wsparcia ze strony społeczności międzynarodowej państw sąsiadujących rozwiązanie tego konfliktu może być niemożliwe. Co ważne, wsparcie międzynarodowe nie powinno ograniczać się tylko do politycznych deklaracji, ale przede wszystkim do udostępnienia odpowiedniej pomocy finansowej, organizacyjnej i technicznej.

 
  
MPphoto
 
 

  Karin Scheele, im Namen der PSE-Fraktion. – Herr Präsident! Die Lage in Nord-Kivu ist laut Aussage von Hilfsorganisationen teilweise schlimmer als in Darfur. Nord-Kivu steht nicht im Scheinwerferlicht der Weltpolitik, auf Nord-Kivu schaut keiner. Seit dem offiziellen Friedensabkommen 2002 versucht die Regierung Kabila regionale Milizen in eine nationale Armee zu integrieren – bisher ohne großen Erfolg. Die Zivilbevölkerung ist weiterhin den Konsequenzen der bewaffneten Konflikte ausgesetzt. „Ärzte ohne Grenzen“ weist auf die Schwierigkeiten der humanitären Helfer hin, aufgrund der anhaltenden Kämpfe Zugang zur Zivilbevölkerung zu bekommen, und bezeichnet Unterernährung als eine weitere Form der extremen Gefährdung der Bevölkerung in Nord-Kivu.

Wir fordern daher Rat und Kommission auf, sofort Hilfsmittel freizugeben und unverzüglich umfangreiche medizinische Hilfsprogramme für die Zivilbevölkerung im Osten der Demokratischen Republik Kongo einzuleiten. Weiters fordern wir Rat und Kommission auf sicherzustellen, dass die jüngste Verstärkung der UN-Mission zu einer erheblichen Verbesserung der Sicherheit der Bevölkerung führt.

 
  
MPphoto
 
 

  Urszula Krupa, w imieniu grupy IND/DEM. – Panie Przewodniczący! Mimo porozumienia zawartego w Goma, dotyczącego poprawy bezpieczeństwa i rozwoju w Kongo, w prowincjach Kivu nadal łamane są prawa człowieka. Tylko od końca 2006 roku trzysta tysięcy osób zostało zmuszonych do opuszczania miejsc zamieszkania z powodu nasilającej się przemocy, jaka dotyczy zwłaszcza kobiet i dzieci, które stają się ofiarami gwałtu oraz są siłą werbowane do wojska. Do tej pory sześć milionów ludzi zostało przesiedlonych, a pięć milionów zmarło z powodu wojny i konfliktów, za którymi stoją grupy gospodarcze i wspierające je rządy, zainteresowane korzystaniem z tamtejszych bogactw.

Dlatego potrzeba nie tylko rezolucji i debat w Parlamencie Europejskim czy pomocy humanitarnej dla mieszkańców Konga, ale zaprzestania rabunkowej gospodarki zasobami naturalnymi oraz powstrzymania spekulacyjnych działań koncernów międzynarodowych, bogacących się kosztem życia i zdrowia mieszkańców tego regionu.

 
  
MPphoto
 
 

  Koenraad Dillen (NI). – Voorzitter, we weten dat onze woorden hier waarschijnlijk weinig zoden aan de dijk zullen zetten. We kunnen alleen maar hopen dat alle partijen zich blijvend zullen houden aan de afspraken die op de Goma-conferentie zijn gemaakt en dat er nu eindelijk een einde komt aan de waanzin die Noord-Kivu al veel te lang in zijn greep houdt. Volgens de VN zijn sinds het begin van de gevechten zo'n 800.000 mensen hun huizen ontvlucht. Duizenden en duizenden vrouwen en meisjes werden het slachtoffer van gruwelijke verkrachtingen, kinderen worden gedwongen mee te vechten.

Daarbij mogen we niet vergeten dat het zeker niet alleen de militieleden van Nkunda zijn die verantwoordelijk zijn voor de massale wreedheden. Nee, alle partijen, ook de regeringssoldaten hebben op systematische wijze misdaden tegen de mensheid begaan. In Noord-Kivu zijn er niet te veel good guys. Op termijn moeten zo veel mogelijk schuldigen daarom berecht worden. Zij moeten zich verantwoorden voor hun gruweldaden. Dit is niet alleen een verantwoordelijkheid voor het internationaal strafgerechtshof, het is in de eerste plaats een verantwoordelijkheid van de Congolese leiders en van Joseph Kabila.

 
  
MPphoto
 
 

  Zbigniew Zaleski (PPE-DE). – Panie Przewodniczący! Jak powiedział kolega Posselt, że w dużej części Kongo to jest jedno wielkie piekło, do którego przykładają się podmioty niekoniecznie z Konga. Chciałem zwrócić uwagę na jedną rzecz, którą mogłem tam zauważyć, tj. wiele sierot, jako wynik konfliktu, który cały czas tam ma miejsce. Dałbym wszelkie pieniądze dla misjonarzy, po to żeby zajmowali się dziećmi, szczególnie chłopcami, z tego względu, żeby nie byli wcielani do wojska, bo raz wcieleni potrafią tylko strzelać, gwałcić i nic innego. A więc raz jeszcze, Pani Komisarz, pieniądze na szkolenie i na opiekę nad tymi nieszczęśliwcami.

 
  
MPphoto
 
 

  Zuzana Roithová (PPE-DE). – Paní komisařko, apeluji tady ve Štrasburku na Komisi, aby uvolnila prostředky rezervované pro krizové situace a zahájila již nyní projekty rekonstrukce, a zejména všeobecné rozsáhlé zdravotní pomoci civilistům v Severním Kivu.

Nedávné zemětřesení dokonalo dílo humanitární zkázy. Všichni zde žádáme, aby Komise a Rada také bezodkladně iniciovaly širokou africkou koalici na politické řešení tohoto konfliktu.

 
  
MPphoto
 
 

  Meglena Kuneva, Member of the Commission. − Mr President, the Commission remains very concerned about the dire humanitarian situation in the Kivus, and North Kivu in particular, where the number of internally displaced people – currently exceeding 800 000 in North Kivu alone – has as much as doubled in the course of 2007, thus alarmingly increasing the vulnerability of the population already suffering hardship.

At the same time, we are aware of, and condemn, the severe human rights abuses – including recruitment of child soldiers and widespread sexual violence – taking place in the region.

Yet, in this context, it is important to remember that today’s critical situation in North Kivu, while exacerbated by the fighting taking place in the second half of 2007, is a result of years of war in the region. The root causes of the Kivu conflict can be traced all the way to the Rwandan genocide at the beginning of the 1990s, while also bearing in mind that there are several local components – such as insufficient political representation of ethnic minorities, pillaging of natural resources and land tenure issues – that significantly contribute to the instability and insecurity in eastern Democratic Republic of Congo.

That is why the Commission welcomes the recent Goma Peace Conference and the following cease-fire as positive steps towards solving the enduring conflict in eastern Democratic Republic of Congo. The Conference restored President Kabila’s credibility after the army’s defeat against General Nkunda’s troops at the end of 2007, and launched an inter-provincial dialogue process – something that the Commission has always advocated.

Moreover, along the lines of the commitments made by the Democratic Republic of Congo and Rwanda in their Nairobi Joint Communiqué in November 2007, the Goma Conference also re-emphasised the need to tackle the problem of the ex-FAR as a priority. At the same time, it was made clear that there is a need to address the root causes of the conflict, while restoring the State authority in the east.

That said, it should not be forgotten that nothing was definitively solved at Goma or Nairobi. Finding a permanent solution to the root causes of the Kivu crisis, and thus a sustainable restoration of peace in the region, will take time. Indeed, while complementing each other, the Nairobi Joint Communiqué and the Goma Conference represent an encouraging start – but only a start – of a difficult and lengthy process.

The main challenge ahead is now an effective implementation of the Nairobi and Goma commitments. It ought to be assured that all the concerned stakeholders stand by their commitments. The EU will continue to follow closely and participate actively in this process.

In this context, international action in support of the Congolese is very much needed. The Commission, together with the Member States, is ready to continue to play an important role in the Kivus. We have traditionally been one of the most important donors in the east, via our humanitarian assistance and our rehabilitation and capacity-building programmes. We are willing to further increase our support for the region, especially through European initiatives, as well as in close collaboration with the United Nations.

 
  
MPphoto
 
 

  Le Président. – Le débat est clos.

 
  

(1)Voir procès-verbal

Avviż legali - Politika tal-privatezza