Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2007/2107(INI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A6-0034/2008

Ingediende teksten :

A6-0034/2008

Debatten :

PV 11/03/2008 - 21
CRE 11/03/2008 - 21

Stemmingen :

PV 12/03/2008 - 5.7
CRE 12/03/2008 - 5.7
Stemverklaringen
Stemverklaringen
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2008)0095

Volledig verslag van de vergaderingen
Dinsdag 11 maart 2008 - Straatsburg Uitgave PB

21. Duurzame landbouw en biogas: noodzaak tot herziening van de EU-wetgeving (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. − Het volgende onderwerp is het verslag van Csaba Sándor Tabajdi, namens de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling, over duurzame landbouw en biogas: noodzaak tot herziening van EU-wetgeving (2007/2107(INI)) (A6-0034/2008).

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Sándor Tabajdi, rapporteur. (HU) Mijnheer de Voorzitter, commissaris Fischer Boel, dames en heren, in een wereld met klimaatverandering, een toenemende vraag naar energie en stijgende prijzen is het een absolute prioriteit en een zaak van levensbelang voor de Europese Unie om de energieafhankelijkheid en het energieverbruik terug te dringen en energiebronnen te diversifiëren. Het toenemend gebruik van hernieuwbare energiebronnen maakt hiervan integraal deel uit. We moeten diversifiëren en dat betekent ook diversificatie op het gebied van hernieuwbare energiebronnen.

Op het gebied van hernieuwbare energiebronnen beschikken verschillende landen over verschillende natuurlijke energiebronnen en we moeten deze maximaal benutten. Biogas biedt een enorm potentieel als hernieuwbare energiebron en gaat om diverse redenen die worden beschreven in het verslag waarover vandaag wordt gedebatteerd, een grote toekomst tegemoet.

De eerste en belangrijkste reden, dames en heren, is dat dierlijke mest de basisgrondstof is voor de productie van biogas en het feit dat we de energieproductie kunnen combineren met de verwerking van mest voor milieutechnische doeleinden. Dat is een van de belangrijkste voordelen van de productie van biogas, hoewel biogas natuurlijk ook uit andere grondstoffen kan worden geproduceerd, zoals zuiveringsslib, slachtafval en energiegewassen.

Biogas is een multifunctionele energiebron: het kan worden gebruikt voor elektriciteitsopwekking en voor verwarmings-, koelings- en droogdoeleinden. Biogas kan onder hoge druk worden gebruikt als brandstof voor auto’s en openbare vervoersmiddelen en gezuiverd biogas kan aan het aardgasnet worden geleverd. De biogasproductie biedt de Europese energieproductie dus serieuze mogelijkheden. Als we bijvoorbeeld bedenken dat biogas uit dierlijk mest kan worden geproduceerd, kunnen we veertien keer zoveel produceren als we nu doen. Dit biedt aanzienlijke mogelijkheden, aangezien we weten dat dierlijke mest om milieutechnische redenen moet worden bewerkt voordat het in de bodem kan worden toegepast; anders kan het zeer schadelijk zijn voor het milieu.

Er was in onze commissie enige discussie over de vraag of de biogasproductie op basis van plantaardige grondstoffen en de productie van voedingsmiddelen concurrenten van elkaar zullen worden. De Europese Commissie heeft aangetoond dat van een dergelijke situatie nog geen sprake is in Europa en we hopen dat dit ook in de toekomst niet het geval zal zijn, aangezien we nu gebruik maken van de tweede generatie energiegewassen. Het kan zijn dat dit in mondiaal verband, in Brazilië en de Verenigde Staten, een probleem is, maar in Europa speelt dit momenteel niet en we hopen dat dit zo blijft.

De andere kwestie die in dit verband werd besproken, was hoe de biogassector moet worden gereguleerd. De huidige regulering op nationaal en EU-niveau is buitengewoon ingewikkeld en bureaucratisch. Om die reden heb ik in mijn verslag voorgesteld een EU-biogasrichtlijn aan te nemen. Vertegenwoordigers van de Europese Commissie hebben me er tijdens de raadplegingen met de Europese Volkspartij echter van weten te overtuigen dat een aparte biogasrichtlijn niet nodig is, aangezien er een richtlijn inzake hernieuwbare energiebronnen in voorbereiding is en de kwestie biogas in deze context aan de orde kan worden gesteld. In dit verband vraag ik de Commissie in de richtlijn inzake hernieuwbare energiebronnen speciale aandacht te besteden aan biogas en de voorstellen in mijn verslag aan te nemen.

Dames en heren, in mijn volgende reactie dank ik de Deense instelling die mij met dit verslag heeft geholpen en iedereen die er een bijdrage aan heeft geleverd. Ik dank u voor uw aandacht.

 
  
MPphoto
 
 

  Mariann Fischer Boel, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, voordat ik inga op de context, dank ik de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling en de rapporteur, de heer Tabajdi, voor dit boeiende en belangrijke verslag.

In het verslag van het Parlement worden de voordelen van de biogasproductie voor de agrarische sector, maar ook voor de maatschappij, duidelijk onderstreept. Ik kan me er volledig in vinden dat er zoveel nadruk wordt gelegd op de ontwikkeling van de biogasproductie, die milieuvoordelen biedt doordat de uitstoot van gassen die tot klimaatverandering leiden, zoals methaan en stikstofoxiden, wordt teruggebracht. Dit leidt tot een grotere ecologische duurzaamheid van de landbouw. De uitstoot van broeikasgassen is sinds 1990 al met 20 procent afgenomen. Biogasproductie biedt als bruikbaar alternatief voor aardgas ook duidelijke economische voordelen in een situatie zoals nu, waarbij de olieprijs is gestegen tot boven de honderd dollar per vat.

De biogasproductie uit landbouwgrondstoffen is in de periode tussen 2004 en 2006 meer dan verdubbeld. De totale biogasproductie neemt toe maar ik denk dat we duidelijk meer kunnen doen. Er bestaat een groot onaangeboord potentieel voor biogasproductie binnen de Europese Unie. De Commissie is zich daar volledig bewust van en we hebben een aantal belangrijke instrumenten ingesteld om de biogasproductie te bevorderen. Onze huidige richtlijn inzake groene stroom met invoeringswetgeving in enkele lidstaten is een voorbeeld van een belangrijke drijvende kracht.

Het beleid voor plattelandsontwikkeling bevordert de ontwikkeling van de biogasproductie ook. Lidstaten hebben de mogelijkheid investeringen, technische ondersteuning en coöperaties alsook andere activiteiten ter bevordering van de biogasproductie en het gebruik van biogas te steunen.

De tenuitvoerlegging van de programma’s voor plattelandsontwikkeling uit de periode 2007 tot 2013 is nog maar net begonnen maar ik vind de eerste stappen van de lidstaten veelbelovend en ik ben ervan overtuigd dat, als we het over bio-energie hebben, het meeste gevolg zal worden gegeven aan maatregelen die met biogas samenhangen.

De maatregelen die zijn opgenomen in het recente energie- en klimaatpakket van de Commissie, zullen de biogasproductie de komende jaren verder stimuleren. Met name de doelstelling van 20 procent hernieuwbare energie is belangrijk. De verwachting is dat biogas een aanzienlijke bijdrage zal leveren aan het halen van deze doelstelling. Biogas zal ook een belangrijke rol spelen bij het halen van de doelstelling van 20 procent minder uitstoot van broeikasgassen door sectoren die niet deelnemen aan het stelsel van emissiehandel. We bevinden ons dus in een zeer positieve situatie waarbij we twee vliegen in één klap kunnen vangen. Ik ben ervan overtuigd dat biogasproductie een belangrijk onderdeel wordt van de EU-strategie gericht op het bestrijden van de klimaatverandering en het halen van de doelstellingen van Kyoto.

Ik ben het met u eens dat een samenhangend biogasbeleid belangrijk is. De EU-initiatieven zijn naar mijn mening samenhangend en gaan dezelfde richting uit. Toch geloof ik dat dit beleid het beste op regionaal of nationaal niveau en op basis van lokale middelen, behoeften en economische realiteiten, gestalte kan worden gegeven en ten uitvoer kan worden gelegd.

In dit opzicht verwelkom ik de aanbevelingen inzake de vereenvoudiging van het huidige wetgevingskader. Deze sluiten aan bij onze lopende besprekingen over vereenvoudiging en betere regulering, waarbij een strategie van de Commissie heel hoog op de agenda staat.

Tot slot moet ik zeggen dat ik mijn twijfels heb over specifieke doelstellingen voor biogas en ik hoorde de rapporteur daar iets over opmerken. Ik denk dat biogas reeds valt onder de doelstelling van 20 procent hernieuwbare energie. Biogas kan ook bijdragen aan het halen van de doelstelling van 10 procent biobrandstof. Als we een speciale doelstelling voor biogas invoeren, lopen we het risico niet gericht genoeg te werk te gaan. Als we een specifieke doelstelling voor biogas vaststellen, brengt dit verdere administratieve lasten met zich mee voor particuliere beheerders en overheidsdiensten. Naar mijn mening zou het ook leiden tot bovenmatige politieke druk voor een bepaald soort hernieuwbare energie, wat later ongelukkig kan uitpakken als de economische omstandigheden voor de biogasproductie minder gunstig zijn.

Het verslag over biogas waar u de Commissie om vraagt, is zeker zinvol. Het lijkt me echter dat de indieningstermijn die u vaststelt, 2008, aan de vroege kant is als we kijken naar alle andere initiatieven die nu plaatsvinden. De Commissie zal eind 2008 evenwel verslag uitbrengen van de tenuitvoerlegging van het Europese Actieplan biomassa, dus ik ben er zeker van dat we overeenstemming over deze kwestie zullen bereiken. Het is een zeer belangrijk en ook zeer interessant verslag. Ik weet zeker dat dit een goede basis biedt voor verdere discussie.

 
  
  

VOORZITTER: MEVROUW KRATSA-TSAGAROPOULOU
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Holm, rapporteur voor advies van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid. − (SV) Mevrouw de Voorzitter, biogas kan een belangrijke rol spelen bij het bestrijden van klimaatverandering, niet alleen biogas voor de productie van warmte en elektriciteit maar ook als brandstof voor voertuigen. Biogas kan bijvoorbeeld worden geproduceerd uit mest en huisvuil. Momenteel is er een groot potentieel voor een aanzienlijke toename van de biogasproductie. De Commissie milieubeheer wil op een positieve wijze inspelen op deze mogelijkheid en ervoor zorgen dat er in de toekomst meer gebruik wordt gemaakt van biogas. Uitbreiding van de biogasproductie moet echter geen doel op zich zijn. Als het om afval gaat, moet het terugdringen van de totale hoeveelheid afval de voornaamste prioriteit blijven. Als we de hoeveelheid afval terugdringen, moeten we – het is vloeken in de kerk als je dit zegt – onze consumptie terugdringen.

Ik wil graag van de gelegenheid gebruik maken om een paar vragen te stellen aan commissaris Fischer Boel, die hier vanavond bij ons is: heeft de Commissie een strategie om de alsmaar groeiende afvalberg in de EU terug te dringen? Heeft de Commissie misschien ook een strategie om ons te helpen de consumptie van al die goederen die we niet echt nodig hebben, terug te dringen?

De Commissie milieubeheer zou ook graag een certificeringsregeling zien voor duurzaam biogas. Zo’n certificeringsregeling moet de gehele keten dekken, dat wil zeggen van akker tot voertuig. De certificeringsregeling moet gebaseerd zijn op sociale en milieuoverwegingen. Ik verwelkom het voorstel van de Commissie voor een nieuwe richtlijn inzake hernieuwbare brandstoffen, maar er moet meer gebeuren om de rol die biogas speelt, te vergroten. Ik heb nog een vraag voor mevrouw Fischer Boel: wat vindt u van zo’n certificeringsregeling?

Deze en andere milieugerelateerde vragen onderstrepen het belang van publieke verantwoordelijkheid. De meesten van ons hier zijn het ermee eens dat we de rol die biogas speelt, moeten vergroten. Er zouden meer personen- en vrachtauto’s op biogas moeten rijden. Het gebruik van biogas leidt tot een reductie van de uitstoot van broeikasgassen afkomstig van auto’s van wel 90 procent. Bovendien wordt de uitstoot van vaste deeltjes verminderd en rijden auto’s geruislozer op gas. Als we onze milieuverplichtingen echt serieus nemen, moeten we de verantwoordelijkheid echter niet overlaten aan de markt.

Om ervoor te zorgen dat er meer auto’s op biogas gaan rijden, moeten er bijvoorbeeld pompstations zijn waar biogas kan worden getankt. De overheid moet ervoor zorgen dat pompstations door middel van wetgeving en tijdelijke financiering hun verantwoordelijkheid nakomen. In mijn eigen land, Zweden, is het laatste pompstation op weg naar het noorden in Uppsala, in het midden van het land. Met andere woorden, automobilisten moeten meer dan 1 000 kilometer rijden voordat ze biogas kunnen bijtanken. Dat is natuurlijk onaanvaardbaar. We hebben dus allemaal een verantwoordelijkheid om het gebruik van biogas te stimuleren: de EU, die richtsnoeren moet opstellen, de lidstaten, die de nationale productie moeten stimuleren en, niet in de laatste plaats, de lokale overheid, die meer biogasinstallaties moet bouwen.

 
  
MPphoto
 
 

  Werner Langen, rapporteur voor advies van de Raadgevende Commissie voor industrie, onderzoek en energie. − (DE) Mevrouw de Voorzitter, ik ben de rapporteur voor advies van de Commissie industrie, onderzoek en energie, die verantwoordelijk is voor het energiebeleid. Ik heb geen persoonlijk advies, maar de commissie heeft mijn ontwerpadvies aangenomen met 45 stemmen vóór, nul tegen en nul onthoudingen. De Commissie industrie is doordrongen van het positieve effect van biogas, dat niet alleen afkomstig is van mest – zoals de rapporteur denkt – maar van allerlei soorten organisch afval.

We hebben erop gewezen dat de concurrentie met voedingsmiddelen een steeds groter probleem wordt, dat er moet worden gesproken over het feit dat de levering van biogas aan het gasnet niet-discriminerend moet zijn en dat er nieuwe processen voor technisch biogas van de tweede generatie moeten worden voorgesteld. We hebben de rol van groene gentechnologie in verband met biogas besproken en we vinden dat de jonge, innovatieve biogassector startkapitaal nodig heeft, maar geen permanente subsidie.

Daarnaast willen we uniforme steuninstrumenten in de hele EU en dat geven we expliciet aan in onze dertien punten: we willen een vereenvoudigde bouwvergunningprocedure voor biogasinstallaties. De Commissie industrie heeft geen vier nieuwe richtlijnen geëist, zoals mijn collega-afgevaardigde in zijn ontwerpverslag deed. Ik deel de opvatting van de commissaris dat we geen nieuwe richtlijnen nodig hebben, maar dat we biogas een eerlijke plaats moeten geven in onze bestaande richtlijnen inzake hernieuwbare energiebronnen.

In dit opzicht heeft de Commissie industrie een advies geformuleerd dat enigszins afwijkt van dat van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling, die verantwoordelijk is voor het verslag.

 
  
MPphoto
 
 

  Albert Deß, namens de PPE-DE-Fractie. – (DE) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, dames en heren, als schaduwrapporteur voor de Fractie van de Europese Volkspartij (Christendemocraten) en de Europese Democraten kan ik dit verslag grotendeels steunen. De rapporteur heeft goed werk verricht.

Ik ben het eens met wat al eerder is gezegd: biogas kan een aanzienlijke bijdrage leveren aan het halen van onze doelstellingen voor hernieuwbare energiebronnen. Doordat er minder fossiele energiebronnen worden gebruikt, wordt ook de CO2-uistoot verminderd. De absolute vereiste is natuurlijk dat het potentieel voor biogas wordt benut. In Duitsland staan diverse biogasinstallaties, waar alleen elektriciteit wordt geproduceerd. Slechts ongeveer 38 procent van de beschikbare energie wordt hier benut; meer dan 60 procent van de energie wordt als verloren warmte in het milieu gepompt. Dat kan toch niet de bedoeling van de biogasproductie zijn! Daarom geloof ik dat in dit verslag terecht wordt geëist dat biogas ook aan het gasnet wordt geleverd. We moeten beide doen: de warmte benutten die verloren gaat bij de productie van elektriciteit en rechtstreeks biogas aan het gasnet leveren. Met beide processen kunnen we een hoog rendement behalen.

Ik ben ook van mening dat er met moderne kweekmethoden nog betere gewassen kunnen worden gekweekt, maar ik denk dat hiervoor helemaal geen genetische manipulatie nodig is. Kwekers vertellen me dat de opbrengst van biogasgewassen op goede grond met traditionele kweekmethoden kan worden verdubbeld. We zijn in staat voor biogas het equivalent van ongeveer vijfduizend liter stookolie per hectare te oogsten. Met goede planten, die in de toekomst kunnen worden geteeld, zijn we in staat wel tienduizend liter per hectare te oogsten. Dit is een goede manier om met biogas een bijdrage te leveren aan het bestrijden van klimaatverandering.

 
  
MPphoto
 
 

  Bogdan Golik, namens de PSE-Fractie. – (PL) Mevrouw de Voorzitter, met veel interesse heb ik de voorstellen van mijn collega de heer Tabajdi gelezen. Ik wil hem graag feliciteren met zijn uitstekend verslag.

Op dit moment kent men overal ter wereld scherpe prijsstijgingen van olie en andere energiebronnen, zoals gas. Het prijsverloop is onvoorspelbaar waardoor het moeilijk is om plannen op te maken en investeringskosten te ramen. Bovendien neemt ook de energievraag van Europese landen toe. Daarom is een verslag over biogas meer dan nodig. Dit verslag toont ons wat we op het vlak van opwekking van energie nog allemaal kunnen doen. Opwekking van energie uit deze bronnen kan vele malen worden opgedreven zonder dat het milieu wordt geschaad.

Een positieve uitloper van deze ontwikkeling zou de ondersteuning van begunstigden zijn door middel van fondsen voor regionale ontwikkeling en plattelandsontwikkeling. De commissie en de verschillende landsregeringen moeten vooral ook veel aandacht schenken aan generatoren van dergelijke energie en deze ontwikkeling met specifieke financiële instrumenten ondersteunen. Ik sta dan ook volledig achter het standpunt van de rapporteur dat de Europese Commissie extra inspanningen moet leveren om energie uit dergelijke bronnen op te wekken. Dit moet tevens in de energiestrategie van Europa worden opgenomen.

Het is voor Europa van enorm belang dat de Europese Unie zorgt voor meer diversificatie om zo snel mogelijk niet meer afhankelijk te zijn van energie-invoer.

 
  
MPphoto
 
 

  Willem Schuth, namens de ALDE-Fractie. – (DE) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, dames en heren, ik wil de heer Tabajdi feliciteren met zijn evenwichtig verslag. Hij is erin geslaagd het belang van biogas voor een duurzame energiemix in kaart te brengen.

Als lid van het Europees Parlement en vertegenwoordiger van Noord-Duitsland, ben ik vertrouwd met het potentieel van biogas als een belangrijke en veelzijdige vorm van energie uit biomassa die de landbouw produceert. Duitsland, en vooral Nedersaksen waar ik vandaan kom, is leider op het vlak van biogasbedrijven. Als een EU-certificeringssysteem voor biobrandstoffen wordt geïntroduceerd, mogen we de kans niet laten voorbijgaan om strikte criteria voor biogastechnologie te bepalen. Deze moeten ook op invoer van toepassing zijn.

Onze producenten mogen administratief echter niet extra worden belast. Slechts op deze manier kan doeltreffend worden gereageerd op de bezorgdheid over het gebruik van graan en voedingsmiddelen voor de productie van biogas. Voedselproductie moet nu eenmaal de voornaamste verantwoordelijkheid van landbouwers blijven. Slechts op deze manier kan en zal biogastechnologie een bijdrage van betekenis leveren aan een verzekerde energievoorziening, aan de beperking van onze afhankelijkheid van buitenlandse invoer, aan de bescherming van het klimaat en aan plattelandsontwikkeling. Europese onderzoek- en ontwikkelingsprogramma’s zullen op deze manier tevens efficiënter worden.

 
  
MPphoto
 
 

  Wiesław Stefan Kuc, namens de UEN-Fractie. – (PL) Mevrouw de Voorzitter, de uitvoering van de ideeën van mijn collega de heer Tabajdi zou een grote stap betekenen voor een stijgende biogasproductie. Tegelijkertijd zou het een grote stap betekenen voor de verdere ontwikkeling van duurzame landbouw door een aanzienlijke vermindering van plantaardig en dierlijk afval, mest en slib en het verkrijgen van hernieuwbare energie.

Aan de productie van biogas zijn echter nadelen verbonden. Tegen de huidige productie- en verkoopprijzen zouden de kosten niet worden gedekt. Uiteindelijk zou er nog afval zijn, maar dan meer geconcentreerd. We moeten nagaan wat de voor- en nadelen zijn. Mijn fractie heeft dit gedaan en we vinden dat we, zelfs met de huidige technologie, het verslag van de heer Tabajdi moeten steunen. Misschien zorgen andere technologieën voor een verbetering van het productieproces, terwijl stijgende energieprijzen de economische efficiëntie ervan zullen verbeteren. Voor de bescherming van het milieu bestaat er echter geen twijfel over het resultaat en dat is het belangrijkste.

 
  
MPphoto
 
 

  Friedrich-Wilhelm Graefe zu Baringdorf, namens de Verts/ALE-Fractie. – (DE) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, de rapporteur heeft een goed verslag ingediend. Hij heeft het verslag tevens bij de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling ingediend om haar mening te vragen. Dat is een goede zaak. Van de heer Langen hebben we net vernomen dat de Commissie industrie, onderzoek en energie hier blijkbaar met ons wedijvert. Dat gebeurt nou steeds: als iets succes heeft, probeert die commissie er altijd mee te gaan lopen. Dat is niet noodzakelijk een goede zaak.

De pioniers van biogasproductie waren landbouwers. Tien, vijftien, twintig jaar geleden werden ze uitgelachen toen ze uit mest energie wilden produceren. De bedoeling hier, om het even plastisch uit te drukken, is om stront in goud om te toveren. Dit betekent energie produceren op basis van mest zonder met voedsel de concurrentie aan te gaan. Wat van het mest overblijft, zal zelfs een betere en meer veelzijdige meststof zijn dan agressieve meststoffen.

Biogas wordt naast wind, water, zon en hout dus beschouwd als duurzame energiebron. Als we ons beperken tot de productie uit organisch mest, is het bovendien een hernieuwbare energiebron. In een situatie, zoals die zich vorig jaar en het jaar voordien voordeed in de melksector, waarin 23,5 eurocent voor melk werd betaald, lag de zogeheten comparative excellence veel hoger als maïs rechtstreeks in de biogasinstallatie werd ingebracht, dan wanneer dit langs de koe verliep en er melk werd geproduceerd.

Dit betekent dat voedsel- en energieprijzen steeds overeenkomen en dit heeft te maken met de Electricity Feed Act die Duitsland en andere landen hebben. Hierdoor wordt in de energiesector beter gerecycleerd dan in de voedingssector. We moeten opletten dat er geen competitie ontstaat. Tussen tank en tafel ontstaat rivaliteit als we het verkeerd aanpakken. Als we de voor- en nadelen van biomassabrandstof op een rijtje zetten, blijkt dat de nadelen overheersen, terwijl bij biogas de voordelen overheersen, zelfs bij biogas voor wagens.

Het hangt dus van ons af: het beleid inzake subsidies en vergoedingen moet duidelijk kleinschalige bedrijven bevoordelen om een migratie naar industriële productie te voorkomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Derek Roland Clark, namens de IND/DEM-Fractie. (EN) Mevrouw de Voorzitter, laat ons even duidelijk zijn: de hetze rond biomassa is een gevolg van de zogenaamde opwarming van de aarde door kooldioxide-emissies waar de mens voor verantwoordelijk zou zijn.

Vergeet CO2-voetafdrukken toch. CO2 is een natuurlijk bestanddeel van de atmosfeer; het is geen duivels gif zoals verkeerdelijk wordt voorgesteld in bijvoorbeeld ‘An Inconvenient Truth’. Deze hyperactieve film is helemaal geen bewijs, zelfs geen waarheid. Het is een theorie en verre van een bewijs. Als leraar chemie – en ik ben er zeker van dat er in deze vergadering wel enkelen zitten – weet ik wat er nodig is om van een hypothese tot een theorie te komen, en van een theorie tot een chemische wetmatigheid. Ik hecht geen belang aan de theatrale of moraliserende frasen van een toekomstig Amerikaans politicus.

Gelukkig hebben we nu de Manhattan Declaration die vorige week door 500 wetenschappers werd ondertekend. Deze verklaring stelt dat er onvoldoende bewijs bestaat dat CO2, afkomstig uit moderne industrie, verantwoordelijk is voor klimaatverandering. De verklaring herinnert ons eraan dat het klimaat steeds veranderd is en dit ook zal blijven doen. Beseft niemand hier dat de aarde zoals we die kennen niet aan het einde is van haar ontwikkeling maar continu dynamisch ontwikkelt?

Het is politieke hebzucht ons te belasten om het onmogelijke en onnodige te bereiken. Bodems omploegen om biobrandstof te produceren terwijl het bevolkingsaantal toeneemt en er op wereldschaal een graanschaarste bestaat, is gewoon te gek voor woorden. Biobrandstof kweken door hele delen van het regenwoud om te hakken, hout te verbranden om enkele jaren nitraten te verkrijgen en dan verder te gaan, is verkrachting van deze kostbare wouden. Dat is gewoon crimineel.

Wat is dan de oorzaak van dat beetje opwarming van de aarde? Om het met de woorden van ex-president Clinton te zeggen: ’t is de zon, idioot!

 
  
MPphoto
 
 

  Jim Allister, namens de NI-Fractie. (EN) Mevrouw de Voorzitter, ik ben blij met de erkenning van het potentieel van een aanzienlijke stijging in de productie van biogas. Het kan veehouders helpen aan alternatieve bronnen van inkomsten en terzelfder tijd een waardevolle ecologische bijdrage leveren door problemen, die gerelateerd zijn aan afval uit de landbouw, op te lossen.

Een derde uitgesproken voordeel van biogas, dit in tegenstelling tot biobrandstoffen, is dat het voedselveiligheid helpt en niet in de weg staat. Dit is het voornaamste voordeel van biogas: door gebruik te maken van afval in plaats van oogst, wordt de essentiële productie van veevoeder en voedsel niet ontmoedigd.

De biogassector, die in volle ontwikkeling is, heeft een degelijke ondersteuning nodig om op te starten. Dit dient voor de EU te gebeuren in de vorm van een uniform ondersteuningsinstrument in plaats van het sporadische allegaartje van ondersteuning dat we op dit ogenblik hebben. Extra onderzoek naar de exploitatie van biogas van de tweede generatie als biobrandstof, is een vooruitziende noodzakelijkheid. Er is dus nog veel dat kan en moet gebeuren om biogas te promoten en zo landbouw duurzamer te maken.

Ik denk dat wij in de EU een verkeerde inschatting hebben gemaakt door te veel tegemoet te komen aan biobrandstoffen. Laten we dezelfde fout niet begaan door biogas te onderschatten.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE-DE). – (EN) Mevrouw de Voorzitter, ook ik ontvang dit verslag gunstig: het geeft een duidelijk beeld van het potentieel van biogas en ik weet dat verschillende lidstaten verschillende ervaringen hebben. Je vraagt je af waarom er zo een groot verschil bestaat tussen de productie van biogas en gebruik in sommige landen en in andere niet. Zoals de commissaris zei, ligt hier een enorm onaangeroerd potentieel en we moeten er iets mee doen, maar niet, zoals ik reeds heb gezegd, er een richtlijn voor maken. Daar hebben we er meer dan voldoende van en het zou enkel voor meer verwarring zorgen.

Kijk eens naar paragraaf 37 van het verslag. Hierin wordt geijverd voor een vereenvoudigde procedure inzake bouwvergunningen. Dit is misschien de enige keer dat dit zeer relevante feit in dit debat over het gebruik van afval en recyclage wordt vermeld. Vanuit mijn ervaring kan ik u vertellen dat in mijn thuisland bezwaren worden geopperd telkens er plannen zijn voor een groen recyclagebedrijf of voor het gebruik van vleesbeendermeel voor de productie van energie. Mensen staan immers wantrouwig tegenover dergelijke ontwikkelingen en zijn bang voor hun gezondheid. We moeten wetenschappelijke bevindingen bundelen en duidelijk zeggen wat de waarheid is inzake dit onderwerp omdat het publiek bezorgd is. Daarom moeten we het publiek inlichten over de noodzaak om afval uit de landbouw en uit slib te recycleren. Maar mensen moeten ook beseffen dat er nadelen aan deze technologie zijn verbonden en dat de productie van energie residuen met zich brengt waarmee zeer voorzichtig moet worden omgegaan.

Ik zou zeer graag commentaar horen over deze kant van het debat omdat we hier in dit Huis de neiging hebben hernieuwbare energie als iets fantastisch te bestempelen, terwijl we weten dat het publiek liever geen windturbines ziet in de eigen tuin. Daarom moeten we het publiek meekrijgen, maar we moeten ook erkennen dat er een bezorgdheid omtrent gezondheid bestaat die aangepakt moet worden.

Ten slotte wil ik zeggen dat ik volledig achter het eerste amendement van de heer Mulder sta. Het is immers een zeer zinnig en belangrijk amendement en ik stel voor dat ik het voorlees omdat het de noodzaak nog eens benadrukt om dierlijk mest opnieuw te classificeren zodat landbouwbedrijven het correct gebruiken. Naar de nitraatrichtlijn moet in deze context worden gekeken.

 
  
MPphoto
 
 

  Gábor Harangozó (PSE). – (HU) Hartelijk bedankt, Mevrouw de Voorzitter. Dames en heren, de geglobaliseerde wereld stelt ons voor enkele uitdagingen, waaronder klimaatverandering, toenemende armoede, problemen met energie-efficiëntie en energiezekerheid en vragen met betrekking tot het gebruik van hernieuwbare energiebronnen. In het belang van duurzame landbouw moeten we niet enkel reageren op de uitdagingen die betrekking hebben op de Europese Unie, maar moeten we tevens op basis van een gemeenschappelijke strategie gecoördineerde beleidsmaatregelen treffen om de moeilijkheden, waar de 27 lidstaten mee te kampen zullen hebben, aan te pakken.

Ik ben dan ook zeer verheugd over dit initiatief met betrekking tot biogas en duurzame landbouw van mijn collega, de heer Tabajdi. Hierbij wil ik hem feliciteren met een uitstekend verslag. Volgens mij is het belangrijk dat de Europese Unie een richtlijn aanneemt inzake hernieuwbare energiebronnen om EU-wetgeving en nationaal beleid te coördineren, om wetgeving op het niveau van de EU en van de lidstaten te coördineren.

Biogas, dat op geïntegreerde landbouwbedrijven wordt geproduceerd, is een van de belangrijkste bronnen van bio-energie. Biogasbedrijven opstarten is echter duur. Om het potentieel van biogas te benutten, zou het nuttig zijn cohesiebeleid, opportuniteiten op vlak van landbouw, plattelandsontwikkeling en kaderprogramma’s te coördineren en investeringen in en steun aan biogasbedrijven te promoten. De toekenning van financiële steun moet in de eerste plaats op efficiëntie gebaseerd zijn. Als efficiëntie het voornaamste criterium is, zal elektriciteitsopwekking bijna het enige zijn dat het waard is om te ondersteunen.

Biogas kan op verschillende andere manieren worden gebruikt. Daarom moeten we ons focussen op onderzoek, ontwikkeling en innovatie om meer efficiënte manieren te vinden om deze bron te gebruiken. Naast financiële ondersteuning door de Europese Unie, moeten we in de lidstaten voordelige voorwaarden scheppen om de bouw en werking van biogasbedrijven te vergemakkelijken. Om het gebruik van deze nieuwe energiebron te promoten, zou het nuttig zijn dat lidstaten zorgen voor prijssubsidies of andere maatregelen.

Zowel voor landbouwbedrijven als voor plattelandsregio’s heeft biogas een wezenlijk toegevoegde waarde in de zin dat het de economische levensvatbaarheid verhoogt. Daarom moeten minder ontwikkelde regio’s ook gebruik kunnen maken van deze opportuniteiten. Dank u.

 
  
MPphoto
 
 

  Anne Laperrouze (ALDE). (FR) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, dames en heren, ik ben blij met dit verslag van de heer Tabajdi. Energiebronnen verschillen maar ze hebben niet allemaal hetzelfde potentieel of dezelfde impact op het milieu. In onze strijd tegen klimaatverandering en verspilling van natuurlijke bronnen, is het uiterst belangrijk dat we niets uit het oog verliezen. Biogas is een van de energievormen die moet worden aangemoedigd.

Er mag geen competitie ontstaan tussen de productie van biogas en de productie van voedingsproducten. Om dit te bewerkstelligen moet de productie van biogas uit organisch mest, slib en gemeentelijk, organisch en dierlijk afval prioritair worden aangemoedigd. Wat de productie van biogas uit afval betreft, wil ik benadrukken dat dit in feite zou betekenen dat we voordeel halen uit afval, of met andere woorden uit vervuiling. Maar vergis je niet: de afvalberg moet vooral kleiner worden.

Bovendien is het volgens mij belangrijk dat biogas niet enkel wordt gebruikt om elektriciteit te produceren, maar in de eerste plaats lokaal wordt gebruikt om te zorgen voor natuurlijke gasnetwerken, dit onder strikte gezondheidsvoorwaarden. Technische beperkingen moeten worden weggewerkt om te zorgen voor toegang tot het net. Onderzoek en ontwikkeling moet in alle aspecten van de sector worden opgevoerd: bronnen, faciliteiten, distributie en gebruik. Een herziening van de wetgeving is noodzakelijk om rekening te houden met de werkelijkheid en voordelen van biogas.

 
  
MPphoto
 
 

  Leopold Józef Rutowicz (UEN). – (PL) Mevrouw de voorzitter, het verslag van de heer Tabajdi brengt een probleem aan de oppervlakte dat voor landbouwers, de economie en het milieu van zeer groot belang is. Biogas beperkt de kosten voor de invoer van aardgas en vermindert de hoeveelheid methaan die vrijkomt in de atmosfeer. Daarnaast is het een brandstof die rechtstreeks in de landbouwproductie of openbare nutsvoorzieningen kan worden gebruikt. Dierlijk mest, afval en rioolslib recycleren tot biogas is positief voor de bescherming van het milieu. Er bestaan echter enorme verschillen tussen de productieniveaus van biogas in de verschillende EU-lidstaten.

Op dit vlak moeten de EU-instellingen de volgende acties ondernemen: de rechtsregels en economische regelgeving aanpassen om de ontwikkeling van de productie van biobrandstof te promoten; onderzoek naar de optimalisatie van de productietechnologie van biobrandstof in een stroomversnelling brengen, inclusief brandstof geproduceerd uit biomassa, organisch afval, rioolslib en dierlijk mest en programma’s in het leven roepen om informatie te publiceren en positieve ervaringen van Duitse, Belgische en Deense landbouwers te delen.

 
  
MPphoto
 
 

  Nils Lundgren (IND/DEM). – (SV) Mevrouw de Voorzitter, het VN-panel voor de klimaatverandering zegt dat de mens in dergelijke mate broeikasgassen uitstoot dat het klimaat verandert. De EU heeft aanvaard dat de mensheid in de volgende decennia de uitstoot ervan radicaal moet terugschroeven. Tevens wil de EU in deze globale inspanning een voortrekkersrol spelen. Hoe kunnen we dit aanpakken? Ik vind het verschrikkelijk te zien hoe politieke bemoeienis en de ambitie om politieke macht naar de EU-instellingen te verschuiven nu uit de hand dreigen te lopen.

Wij als parlementariërs zouden geen subsidies mogen eisen voor een biogasengagement. We weten niet hoe belastingvoordelen moeten worden toegepast zodat biogas boven andere alternatieven wordt verkozen. We moeten voor elk EU-land uitstootdoelstellingen laten opstellen. Dit is intussen gebeurd. Bovendien moeten de landen zelf efficiënte manieren ontwikkelen om hun doelstellingen te behalen. De klassieke Europese oplossing is institutionele competitie en niet gecentraliseerde controle.

 
  
MPphoto
 
 

  Neil Parish (PPE-DE). – (EN) Mevrouw de Voorzitter, ik wil de heer Tabajdi hartelijk danken voor dit verslag. Net als vele andere sprekers, ben ik dit verslag over biogas warm genegen omdat het een zeer belangrijke rol zal spelen. Vooral de landbouw produceert veel afval dat in biogas kan worden omgezet. Afval van voeding en plantaardig afval kan ermee worden vermengd om elektriciteit te ontwikkelen. Daarom zal dit wellicht zeer doeltreffend zijn. Het gebruik van biogas wordt beschouwd als één van de meest doeltreffende manieren om groene elektriciteit op te wekken.

Tegen de heer Tabajdi wil ik wel zeggen dat we geen specifieke richtlijn met betrekking tot bio-energie nodig hebben: dit kan worden opgenomen in een richtlijn met betrekking tot hernieuwbare energie. Ik zou er bij hem op aan willen dringen hier niet langer naar te streven.

Landbouwers zijn ook zeer betrokken geweest bij de nitraatrichtlijn. Ze hebben op hun landbouwbedrijven bovendien veel opslagruimte nodig voor afval. Slib zou op landbouwbedrijven kunnen worden bijgehouden en daarvan zou biogas kunnen worden gemaakt. Het afval, dat hiervan afkomstig is, kan op het land worden verspreid. Zoals de commissaris zei: twee vliegen in één klap.

Mevrouw McGuinness zei dat een van de zaken die we moeten aanpakken, wellicht niet op het niveau van Europa maar dat van de lidstaten, is dat biogasbedrijven altijd fantastisch zijn zolang ze ergens anders staan en niet in mijn achtertuin. Dit is een groot probleem in Europa: het gebeurt steeds ergens anders.

Ten slotte wil ik de heer Clark nog antwoorden, hoewel ik denk dat hij reeds vertrokken is. Hij vroeg zich af of de aarde al dan niet opwarmt. Ik sprak onlangs met een vooraanstaand Israëlisch wetenschapper en die zei: misschien warmt de aarde op maar misschien ook niet. Kunnen we echter 20 jaar wachten om erachter te komen of we gelijk hadden of niet?

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian Silviu Buşoi (ALDE). – (RO) Gezien de huidige olieprijs, is biogas een energiebron waarmee we rekening moeten houden, zeker met het besef in ons achterhoofd dat de Europese Unie meer en meer afhangt van de import van koolwaterstof.

We zijn er ons allemaal van bewust dat het de bedoeling is dat op Europees niveau tegen 2020 de totale energieconsumptie voor twintig procent hernieuwbare energie bestaat. In deze situatie moet het gebruik van biogas als energiebron gestimuleerd worden, vooral dan met behulp van financiële instrumenten.

Biogas en andere biobrandstoffen, alsook zonne- en windenergie, kunnen de afhankelijkheid van conventionele energiebronnen aanzienlijk doen afnemen. Bovendien beschikt biogas in vergelijking met andere hernieuwbare energiesoorten over een extra voordeel: biogas kan worden gebruikt voor de productie van elektriciteit en thermische energie en in de transportsector.

Misschien is een nieuwe richtlijn met betrekking tot biogas te veel gevraagd, maar ik ben verheugd over het verzoek aan de commissie om te zorgen voor een speciaal verslag over biogas in de Europese Unie. Dit zou ook aanbevelingen bevatten over de Europese en nationale wetgeving ter zake.

 
  
MPphoto
 
 

  Samuli Pohjamo (ALDE). – (FI) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, dames en heren, ook ik wil de heer Tabajdi eerst bedanken voor zijn uitstekend verslag. Hij heeft zeer grondig werk verricht. Biogas is een belangrijke hernieuwbare energiebron die bijdraagt tot de duurzame ontwikkeling van de landbouw en de toestand van het milieu verbetert. Biogas kan ook worden gebruikt om landbouwers en gebieden meer autonoom te laten zijn op het vlak van energievoorziening. Bovendien wordt slechts een gedeelte van deze bron getapt.

Op het vlak van productontwikkeling is er natuurlijk nog veel werk voor de boeg. Innovatie is nodig, alsook uitwisseling van goede ervaringen en bijkomende middelen. De belangrijke ruwe materialen van biogas, mest en de nevenproducten van voeding moeten niet worden beschouwd als afval, maar als ruwe materialen die kunnen worden gebruikt om biogas en meststof van te maken. Tegelijkertijd moeten we algemene regels ontwikkelen om het gebruik van biogas in de Europese Unie te promoten en nationale obstakels en beperkingen, die hierop betrekking hebben, op te heffen.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE-DE). – (SK) De EU is voor energiebevoorrading afhankelijk van landen buiten de Unie. Bovendien is een energiecrisis in Europa niet veraf.

Daarom is het voor ons van primordiaal belang dat we ons mengen en het gebruik van hernieuwbare energie steunen. Volgens mij is biogas een geschikte optie vanuit zowel economisch als ecologisch standpunt. Zo wordt bijgedragen tot de duurzame ontwikkeling van de economie en de landbouw, tot de ontwikkeling van plattelandsgebieden en tot de bescherming van het milieu. Geproduceerd uit dierlijk mest, slib, gemeenschappelijk en dierlijk organisch afval, ontstaan er voor landbouwers mogelijk nieuwe bronnen van inkomsten.

Het is echter ook essentieel dat we voldoende aandacht schenken aan veiligheidsmaatregelen. Sommige actieve bestanddelen en bacteriën in afval uit de landbouw en de gemeenschap, kunnen zowel de publieke gezondheid als het milieu in gevaar brengen als ze worden verspreid. Ik ben het ook helemaal niet eens met het gebruik van onder meer graan en andere primaire voedingsproducten uit de landbouw voor de productie van energie. Hun verbranding veroorzaakt een prijsstijging van veevoer en voedingsproducten in het algemeen.

 
  
MPphoto
 
 

  Avril Doyle (PPE-DE). – (EN) Mevrouw de Voorzitter, de opwekking van hernieuwbare energie uit biogas is een positieve ontwikkeling op het vlak van energievoorziening. De bijdrage van biogas uit dierlijk mest aan de vermindering van broeikasgassen moet echter verder worden onderzocht.

Dit ontwerpverslag heeft het niet over het probleem van onbedoelde of diffuse emissie. Dit is emissie van gas die in de loop van het productieproces ontsnapt. Volgens sommige studies kan de vermindering van broeikasgassen teniet worden gedaan door methaanverlies tijdens het productieproces en emissie van stikstofoxide als digestaat op het land wordt gebruikt. Verder onderzoek is dringend vereist.

Een herziening van wetgeving om de productie van biogas te ondersteunen moet gebaseerd zijn op een strenge levenscyclusevaluatie om het proces te beoordelen in de context van de productie van hernieuwbare energie en als een strategie voor de vermindering van broeikasgassen.

 
  
MPphoto
 
 

  James Nicholson (PPE-DE). – (EN) Mevrouw de Voorzitter, eerst zou ik de rapporteur willen feliciteren met een gepast verslag.

Energiezekerheid, stijgende energiekosten en klimaatverandering zijn voor het Europa van de 21ste eeuw misschien de grootste uitdagingen. Een ding staat vast: Europa moet zelf meer kunnen voorzien in haar energiebehoefte zodat energiezekerheid ontstaat. Om dit te bewerkstelligen moet er diversificatie komen op het vlak van alternatieve energiebronnen en een grotere afhankelijkheid van nieuwe technologieën en hernieuwbare bronnen. In mijn kiesdistrict schat men dat een duizelingwekkende 96 procent van onze energie wordt ingevoerd.

Velen onder jullie zullen het er met mij over eens zijn dat de opkomende markt voor biogas en biobrandstoffen voor landbouwers nieuwe mogelijkheden scheppen. Het is in toenemende mate een competitieve markt: in mijn kiesdistrict in Noord-Ierland hebben landbouwers veel voordelen ontdekt toen ze zochten naar een alternatief gebruik van hun land om nieuwe zakelijke mogelijkheden te creëren in de productie van biobrandstoffen.

Hoewel ik besef dat biobrandstoffen en biomassa-energie niet het enige antwoord kunnen zijn op de toenemende bezorgdheid van Europa omtrent energie, ben ik er zeker van dat ze een belangrijke rol spelen bij de oplossing van de problematiek.

 
  
MPphoto
 
 

  Czesław Adam Siekierski (PPE-DE). – (PL) Mevrouw de Voorzitter , de rol van gas is ten eerste belangrijk voor de diversificatie van gasvoorziening, ten tweede in de strijd tegen klimaatverandering en ten derde voor de verbetering van de toestand van het milieu. Met andere woorden: om het milieu te beschermen. Vergeet niet dat biogas van huishoudelijk afval, organisch afval, drijfmest en dierlijk mest wordt gemaakt.

Biogas is een zeer belangrijke hernieuwbare energiebron. Het gas kan worden gebruikt om energie te produceren, is een goede warmtebron en kan worden gebruikt om voertuigen van energie te voorzien. Meer voertuigen zouden gebruik kunnen maken van biogas, maar het moet voor gebruik beschikbaar en kosteneffectief worden gemaakt. Om biogas te produceren moeten we echter nieuwe technologieën (van de tweede generatie) gebruiken. Voor de ontwikkeling van biogas moeten we dus stabiele voorwaarden scheppen en gepaste financiële ondersteunende instrumenten in het leven roepen.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Turmes (Verts/ALE). – (FR) Mevrouw de Voorzitter, als rapporteur voor de Richtlijn betreffende de bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen op de interne elektriciteitsmarkt, waarvoor we in dit Parlement binnenkort gaan stemmen, ben ik zeer blij met het verslag van de heer Tabajdi. In grote lijnen ga ik ermee akkoord dat biogas een van de beste manieren is om in Europa biomassa te verwerken. In mijn verslag zal ik het potentieel van biogas proberen te benadrukken. Het is een energievorm die kan worden opgeslagen. Deze vorm is dus complementair met andere bronnen van hernieuwbare energie. Ik wil ook aandringen op minder bureaucratie. Ik denk dat we in Europa werkelijk met een probleem zitten op het vlak van goedkeuring, vooral op het vlak van de productie van energie die niet gevaarlijk is. En biogas is niet gevaarlijk.

Ik wil nog een laatste probleem vermelden. Op dit moment bespreken we ook de Gasrichtlijn voor de interne markt. We moeten er ook voor zorgen dat biogas gemakkelijker toegang vindt tot het gasnetwerk. Wie hierin geïnteresseerd is, moet eens kijken naar de amendementen die ik heb ingediend met betrekking tot de Gasrichtlijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Mariann Fischer Boel, lid van de Commissie. (DA) Mevrouw de Voorzitter, ik wil iedereen, die aan deze discussie heeft bijgedragen, bedanken. Het is moeilijk om enkel over biogas te discussiëren: we beginnen steeds over alle hernieuwbare energiebronnen.

Heel deze discussie is gebaseerd op het energieverslag dat de commissie in januari publiceerde. Toen zagen we dat we voor energie sterk afhankelijk zijn van import, vooral dan van onze oosterse buren. Maar ook: hoe konden wij bijdragen aan de vermindering van CO²-uitstoot? Plots werden alle verschillende ideeën op tafel gelegd.

In de transportsector moet tegen 2020 10 procent afkomstig zijn uit hernieuwbare energiebronnen. Hier was en is de landbouwsector de belangrijkste en enige leverancier. We kennen allemaal – en we hebben er vandaag ook al over gehoord – de competitie tussen voedsel, veevoeder en brandstof. Dit zal een discussie blijven opleveren zolang we te maken hebben met de eerste generatie biobrandstoffen. Daarom ga ik ook volledig akkoord met diegenen die vandaag de nadruk hebben gelegd op investeringen in onderzoek en ontwikkeling zodat we van de eerste generatie naar de tweede generatie overstappen.

Het is cruciaal om in de toekomst economisch levensvatbaar te blijven, iets wat vandaag niet het geval is met de verschillende soorten hernieuwbare energiebronnen. We moeten een wondermiddel vinden dat wel economisch duurzaam is.

Een ander probleem is duurzaamheid – ecologische duurzaamheid. Op dit vlak hebben we een zeer duidelijk aanpak. We zullen geen hernieuwbare bronnen aanvaarden die niet op duurzame wijze worden geproduceerd. Dit heeft zowel betrekking op productie binnen de Europese Unie als op ingevoerde hernieuwbare energie. Invoer zullen we nodig blijven hebben. Probeer toch niemand ervan te overtuigen dat we enkel afhankelijk kunnen zijn van Europese productie. Dat is gewoonweg niet mogelijk: we zullen import nodig blijven hebben.

Ik denk dat we hard aan biogas moeten blijven werken. We gebruiken hier afval – drijfmest – en alle overblijfselen van slachthuizen, een zeer goede component in het productieproces. Vanuit het perspectief van landbouw en ecologie kan dit sommige problemen oplossen waar, zoals hier vanavond is vermeld, enkele lidstaten en regio’s mee kampen omwille van de nitraatrichtlijn. Het kan ook helpen om deze problemen op te lossen.

Ik denk dat er voor hernieuwbare energie veel mogelijkheden bestaan, maar we moeten nog een stap verder gaan door meer te investeren om een haalbare oplossing voor de toekomst mogelijk te maken. Nogmaals mijn felicitaties voor de rapporteur. Dit is een zeer goed verslag.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Sándor Tabajdi, rapporteur. (HU) Commissaris, Mevrouw de Voorzitter, bedankt voor dit debat. Zoals het debat vandaag heeft aangetoond, zijn biogas, noch bio-energie, noch hernieuwbare energiebronnen op zich wondermiddelen. In termen van energiediversificatie zijn ze echter heel belangrijk.

Zoals mijn collega de heer Kuc reeds zei, blijft biogas tevens duur. Velen hebben deze stelling beaamd. Technologische ontwikkeling is dus vereist. In het begin zal hiervoor, zoals commissaris Fischer Boel heeft gezegd, geld uit het fonds voor plattelandsontwikkeling nodig zijn.

Het derde punt is uiterst belangrijk. Blijkbaar ben ik niet duidelijk genoeg geweest: dit is vooral bestemd voor de heer Parish. Morgen zal ik een mondeling amendement voorstellen en mijn voorstel voor een richtlijn inzake biogas en bioafval intrekken. Ik zal voorstellen om deze op te nemen in één richtlijn inzake hernieuwbare energie. Tot dit akkoord zijn ik, mevrouw Fischer Boel, haar collega’s en de Europese Volkpartij gekomen.

Het vierde probleem is de deadline: natuurlijk zullen we op dit vlak flexibel zijn. Ik wil hier tegen mevrouw McGuiness wel zeggen dat de procedure momenteel buitensporig bureaucratisch is. In Denemarken, het land dat op dit vlak het meest ambitieus is geweest, – en dit zeg ik niet omdat de commissaris Deens is – duurt het vijf jaar vanaf het ontstaan van het idee tot de opening van het eigenlijke bedrijf. In sommige landen duurt dit zelfs tien jaar.

Ten slotte, wil ik het nog hebben over een punt waar mevrouw Doyle over sprak. Opnieuw heeft dit niets te maken met het feit dat de commissaris Deens is, maar ik heb hier een uitstekend Deens onderzoek vast dat werd uitgevoerd door net nationale centrum van de Danish Agricultural Advisory Service (DAAS of het Deense landbouwconsulentschap). Dit verslag schrijven was eenvoudig. Ik zal mevrouw Doyle het gedeelte toesturen dat zeer exacte verwachtingen bevat omtrent mogelijke milieuproblemen zoals diffuse emissie. Hoewel ik geen milieuexpert ben, vond ik ze alvast geruststellend.

Om af te sluiten wil ik mijn dank betuigen aan – en ik wil de commissaris op voorhand verontschuldigen voor mijn slechte Deense uitspraak – Thorkild Birkmose, Henning Lyngsø Foged en Jørgen Hinge van de Danish Agricultural Advisory Service, die dit uitstekende onderzoek uitvoerden. Ook wil ik Nicolas Nevez, die met de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling samenwerkte, alsook mijn collega’s Dávid Korányi en Tamás Bíró. Bovendien wil ik de twee parliamentary draftsmen Werner Langen en Jens Holm bedanken voor de mening van de twee betrokken commissies. Verder wil ik iedereen bedanken voor jullie opbouwende kritiek. Al is biogas geen wondermiddel, laten we ermee verdergaan. Bedankt voor uw aandacht.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. – Het debat is gesloten.

De stemming vindt morgen om 12.00 uur plaats.

 
Juridische mededeling - Privacybeleid