Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B6-0191/2008

Debatten :

PV 23/04/2008 - 9
CRE 23/04/2008 - 9

Stemmingen :

PV 24/04/2008 - 7.5

Aangenomen teksten :


Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 23 april 2008 - Straatsburg Uitgave PB

9. Situatie in Birma (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter – Aan de orde zijn de verklaringen van de Raad en de Commissie betreffende de situatie in Birma.

 
  
MPphoto
 
 

  Janez Lenarcic , fungerend voorzitter van de Raad.(SL) De Europese Unie volgt de situatie in Birma/Myanmar met grote aandacht. Wij zijn actief betrokken bij pogingen, met name van de Verenigde Naties, om de overgang naar democratie, verzoening en de ontwikkeling van het land te versnellen. Eveneens plegen wij op deze punten overleg met onze Aziatische partners. De speciale gezant, de heer Fassino, heeft aan het Europees Parlement verslag uitgebracht over de situatie in Birma/Myanmar. Tevens heeft hij het Parlement op de hoogte gesteld van het overleg dat plaatsvindt met de buurlanden van Birma en andere leden van ASEAN.

Zoals bekend heeft de speciale VN-gezant, de heer Gambari, het land begin maart bezocht. Ik wil benadrukken dat wij zeer teleurgesteld zijn dat zijn bezoek geen duidelijke resultaten heeft opgeleverd. Wij hadden vooral de indruk dat de Birmese autoriteiten niet bereid waren om met de internationale gemeenschap samen te werken. De Europese Unie zou gaarne zien dat de autoriteiten de voorstellen van de heer Gambari voor een voortgaand politiek proces aanvaarden. De hele internationale gemeenschap is het eens met deze voorstellen, die geenszins buitengewoon verstrekkend zijn.

De EU en de heer Gambari wijzen op vergelijkbare problemen. Bovendien stuurt de EU geregeld politieke mededelingen naar Birma/Myanmar. Een van deze cruciale mededelingen betreft de resolutie die het Europees Parlement recentelijk heeft aangenomen over de toestand in het land. De kern van onze gezamenlijke boodschap is in de allereerste plaats dat nationale verzoening, stabiliteit en welvaart alleen kunnen worden bereikt via een overtuigend en alomvattend democratiseringsproces. Om die reden volgt de Europese Unie met grote aandacht de reactie van de oppositie op het aanstaande referendum over de grondwet.

Wij roepen de Birmese autoriteiten op om voorafgaand aan het referendum een ongehinderd, open debat toe te staan over de grondwet, om niet langer politieke activisten te vervolgen en om die wetten te herroepen die de vrijheid van meningsuiting belemmeren. Ondanks de huidige situatie heeft de Europese Unie niet de hoop opgegeven dat de Birmese autoriteiten een vrij en eerlijk referendum zullen garanderen en de aanwezigheid van internationale waarnemers zullen toestaan. De Unie is bereid waarnemers uit ASEAN-landen te ondersteunen.

Wij roepen Birma op niet alleen zorg te dragen voor een correct verloop van het referendum, maar ook om politieke gevangenen vrij te laten en de arrestaties een halt toe te roepen. Samen met het Europees Parlement roept de Raad Birma op om het huisarrest van mevrouw Aung San Suu Kyi niet te verlengen. Wij hopen van harte dat China en de ASEAN-landen de missie van de heer Gambari en het standpunt van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties zullen blijven steunen. Wij hebben deze boodschap via diplomatieke kanalen en via onze speciale gezant gestuurd.

Tijdens de zitting van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen die volgende week zal plaatsvinden, is de Europese Unie van plan de geldigheid van het gemeenschappelijk standpunt aangaande Birma te verlengen. Op die manier blijven humanitaire bezigheden, zij het in beperkte mate, mogelijk ondanks dat de sancties van kracht blijven. Wij roepen internationale partners op meer hulp te verwerven, aangezien de burgers van Birma die dringend nodig hebben. De Europese Unie zal voortgaan met het verlenen van deze hulp.

 
  
MPphoto
 
 

  Jacques Barrot, vicevoorzitter van de Commissie. (FR) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, mevrouw Ferrero-Waldner is niet in de gelegenheid hier vandaag aanwezig te zijn. Namens haar en namens de Commissie wil ik graag enkele woorden over Birma zeggen.

Over een paar weken, op 10 mei, zal het Birmese volk de vraag krijgen voorgelegd of het een grondwet goedkeurt of verwerpt. De Europese Unie en haar partners menen dat er bij de voorbereiding van de ontwerpgrondwet sprake is geweest van een te geringe betrokkenheid van de diverse politieke krachten en etnische groepen in dit land. De regerende junta doet bij dit proces precies wat haar goeddunkt.

Het resultaat is dat in de grondwet wordt bepaald dat 25 procent van de parlementsleden vanuit de krijgsmacht moet worden aangesteld, terwijl de overige 75 procent gekozen zal worden. Het is mogelijk dat Aung San Suu Kyi haar stem zal kunnen uitbrengen in de verkiezingen die voor 2010 gepland staan, en misschien kan ze zich zelfs kandidaat stellen, maar het regime lijkt wel te willen voorkomen dat zij ooit president wordt van de Unie van Myanmar. China, India en ASEAN hebben enige invloed: hun eerste zorg betreft de stabiliteit van het land en daarnaast de handelsbetrekkingen en investeringen.

Ondanks hulp van de stille diplomatie van Chinese zijde is de speciale gezant van de VN de heer Gambari er niet in geslaagd het politieke proces verder open te breken en inmiddels heeft hij verklaard dat hij zich voortaan zal toeleggen op kwesties van economische, sociale en humanitaire aard.

Aangezien er geen tastbare projecten op het programma staan, zal de Raad Algemene Zaken op 29 april alle mogelijke operaties bespreken die de Europese Unie zou kunnen uitvoeren om de situatie in Birma te beïnvloeden. Graag wil ik benadrukken dat de Europese Unie beoogt een evenwichtige aanpak van de Birmese kwestie te bevorderen; wij willen bovenal objectieve resultaten bereiken. Op 19 november 2007 heeft de Raad een versie van het gemeenschappelijke standpunt aangenomen waarin nieuwe sancties worden gepresenteerd. De EG-verordening is op 10 maart van kracht geworden en de jaarlijkse evaluatie ervan zal eind deze maand plaatsvinden.

De sancties van de Europese Unie weerspiegelen onze ontstemdheid over de trage vooruitgang in de richting van de democratie, de talrijke politieke gevangenen die nog steeds vastzitten, en de schending van fundamentele vrijheden. Dat neemt niet weg dat men het effect van deze sancties geregeld moet onderzoeken zodat wij zeker weten dat deze rechtstreeks gevolgen hebben voor de leden van het regime en hun middelen. De Commissie heeft krachtens het algemene samenwerkingsbeleid hulpprogramma’s opgezet die met name gericht zijn op de gezondheidszorg en onderwijs. Het doet mij genoegen te kunnen melden dat het Europees Parlement in het kader van zijn controlerecht zijn steun aan deze maatregelen heeft uitgesproken.

Dit komt bij de humanitaire bijstand die ECHO verleent aan buurlanden en Birmese vluchtelingen in de regio. Wij zullen de missie van de heer Gambari blijven steunen. De Europese Unie maakt deel uit van de “Groep vrienden” waarin de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad van de VN, de voorzitter van de ASEAN, India, Japan en Noorwegen in New York bijeenkomen, die allen betrokken zijn bij het volgen van de situatie in Birma. De speciale VN-gezant voor Birma, de heer Fassino, speelt een cruciale rol bij de aan de missie van de heer Gambari verleende steun. Deze informatie wilde ik u namens mevrouw Ferrero-Waldner overbrengen.

 
  
MPphoto
 
 

  Geoffrey Van Orden , namens de PPE-DE-Fractie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, vandaag hebben wij het over Birma omdat de gerichte sancties van de Europese Unie over vijf dagen vernieuwd moeten worden en de Birmese autoriteiten nog steeds van plan zijn over iets meer dan twee weken een referendum over hun schijngrondwet te houden.

Wij willen het Birmese regime oproepen een stap te zetten die zeer in hun eigen belang is en in het belang van het Birmese volk, namelijk om de noodzakelijke actie te ondernemen zodat zij wederom kunnen worden opgenomen in de internationale gemeenschap van landen. Gedurende vrijwel het hele bestaan van Birma als zelfstandige staat heeft men een beleid proberen te volgen van argwanend isolement, en dat beleid heeft gefaald. Het is schadelijk geweest voor Birma zelf en voor het Birmese volk.

In 1948 was Birma de grootste rijstexporteur ter wereld, de producent van 75 procent van het teakhout en het rijkste land in Zuidoost-Azië. Men dacht dat Birma in hoog tempo een ontwikkeld land zou worden. Heden ten dage heeft het een BBP per hoofd van de bevolking dat lager is dan dat van Rwanda of Bangladesh.

De Birmese economie heeft dringend behoefte aan steun van internationale financiële organisaties, maar vanaf het moment dat Birma zich in zichzelf terugtrok en zich afwendde van de democratie weigerden de Aziatische Ontwikkelingsbank, de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds terecht verdere financiële hulp te verlenen. Het feit dat het Birmese regime weigert zich met externe realiteiten bezig te houden is voor landen overal ter wereld aanleiding geweest om het land economische sancties op te leggen.

Birma heeft vrienden nodig om zijn nationale belangen op het wereldtoneel te helpen beschermen, maar inmiddels heeft zelfs ASEAN heel terecht verklaard dat zij de Birmese autoriteiten in geen enkel internationaal forum meer zullen verdedigen

Wij zeggen tegen de Birmese regering: De wereld is niet tegen u, op voorwaarde dat u de wereld niet de rug toekeert. U hoeft de internationale gemeenschap net zo min te vrezen als u uw eigen volk hoeft te vrezen. U hebt niet het op acht na grootste leger en het op veertien na grootste defensiebudget ter wereld nodig. U hoeft niet in een bunker te wonen. Als u maar de democratische wensen van uw volk erkent, een einde maakt aan de politieke onderdrukking en de oppositie in staat stelt volledig en vrijelijk deel te nemen aan een nieuw grondwetsproces.

 
  
MPphoto
 
 

  Józef Pinior , namens de PSE-Fractie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, om te beginnen willen wij het Birmese regime oproepen om politieke tegenstanders en de ruim achttienhonderd politieke gevangenen vrij te laten, onder wie Aung San Suu Kyi, de leiders van de Studentengeneratie ’88 en de leiders van de Liga voor Democratie van Nationaliteiten in Shan die in 2005 zijn gearresteerd; verantwoording af te leggen voor alle slachtoffers en verdwenen personen na het neerslaan van de protesten van boeddhistische monniken en activisten voor de democratie afgelopen september, en openheid van zaken te geven over de verblijfplaats van verdwenen monniken en nonnen; zorg te dragen voor toelating van de speciale VN-rapporteur voor de situatie van de mensenrechten in Birma, en om oppositiepartijen toe te staan met de speciale gezant te spreken.

Wij maken ons ernstig zorgen over het zogenaamde referendum. Het gevaar bestaat dat gegeven de huidige repressieve omstandigheden het referendum de militaire leiders alleen nog maar steviger in het zadel zal helpen. Na aankondiging van het referendum heeft de regering wet nummer 1/2008 uitgevaardigd, waarin leden van religieuze ordes, waaronder monniken en nonnen, stemrecht wordt ontzegd. Ook staat er een gevangenisstraf van drie jaar op het “houden van een voordracht, het uitdelen van papieren, het gebruik van aanplakbiljetten of het op andere wijze verstoren van het stemmen in de stemlokalen of een ander openbaar of privélokaal met het oogmerk het referendum te schaden”.

Wij verzoeken de regering om garanties dat er onafhankelijke verkiezingscommissies zullen worden samengesteld, dat er een goed kiesregister wordt aangelegd, dat de sinds lang bestaande beperkingen voor de media worden opgeheven, dat in Birma vrijheid van vereniging, meningsuiting en vergadering wordt toegestaan en dat de nieuwe regels die een legitiem debat over het referendum tot een misdaad maken worden herroepen.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Cappato , namens de ALDE-Fractie. (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, commissaris Barrot. U sprak over een evenwichtige aanpak. Ik moet zeggen dat ik vrees dat dat een al te timide aanpak is, in de allereerste plaats omdat er informatie is die dit Huis dient te kennen, namelijk dat de EU over zekere instrumenten beschikt om de democratie en mensenrechten te bevorderen.

Dit zijn nieuwe instrumenten, het is inmiddels niet eens meer verplicht om de toestemming van een dictatoriaal regime te hebben om in staat te zijn fondsen uit te betalen. Dus we bespreken alles wat er gaande is als toeschouwers, of we bespreken het als mensen die willen weten wat ze kunnen doen. Als dat het geval is, moeten wij vandaag nog weten hoe we deze fondsen uitbetalen, wie we kunnen helpen, en hoe we informatie het land in en uit kunnen krijgen. Zo moeten wij bijvoorbeeld bedenken op wat voor manier dat geld in de zogenaamde oorlog tegen de drugs wordt ingezet, geld dat in Birma onmiddellijk in de zakken van het regime verdwijnt opdat zij in staat zijn hun eigen volk nog beter te onderdrukken dankzij de welwillende medewerking van het kantoor van de Verenigde Naties. Als Europese Unie moeten wij dit probleem ook aanpakken. Wat het referendum betreft: het gaat niet zozeer om het feit dat niet alle partijen er voldoende bij betrokken zijn, zoals u zei, want dit referendum is eerder een dekmantel voor het regime om naar eigen believen in Birma mensenrechten en burgerrechten te schenden.

En tegen de vertegenwoordiger van de Raad, de heer Lenarčič, wil ik het volgende zeggen: naar mijn mening heeft uw mededeling dat u niet van plan bent de Dalai Lama in Brussel uit te nodigen voor een uitermate dringende politieke dialoog met de EU-landen, in symbolisch opzicht een negatief effect gehad en zal deze dat in de toekomst ook hebben, op de geweldloze strijd van het Birmese volk, en met name op de monniken, aangezien juist de monniken sterk betrokken waren bij de geweldloze strijd en daar zelfs met hun leven voor hebben betaald.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Crowley , namens de UEN-Fractie. (GA) Mijnheer de Voorzitter, in oktober afgelopen jaar was de wereld er getuige van hoe duizenden boeddhistische monniken en gewone burgers in de straten van Rangoon vrijheid en hervormingen eisten van het onrechtvaardige en gewelddadige militaire regime van Birma. Het was de omvangrijkste antiregeringsdemonstratie sinds de bloedige onderdrukking van de eerste democratische beweging in 1988.

(EN) Als iemand meent dat de situatie erger had kunnen zijn dan die vorig jaar was, hoeven we slechts naar de bewijzen te kijken: armoede, voedseltekorten, aanhoudende onderdrukking, het uitschakelen van politieke tegenstanders, het feit dat de winnaar van de Sacharovprijs en de Nobelprijs voor de vrede nog steeds zit opgesloten, het voortdurend tot zwijgen brengen van enig ander standpunt.

Als Europese Unie is het onze taak om voort te gaan met de krachtige steunbetuigingen die wij in september 2007 hebben geuit tegenover de mensen die in Birma campagne voeren. Nu staan wij voor een situatie waarin een referendum zal worden gehouden over een nieuwe grondwet die gebracht wordt als de volgende stap naar het herstel van de democratie, terwijl een kwart van de parlementszetels is toegewezen aan het leger, mevrouw Aung San Suu Kyi zich bij die verkiezingen niet kandidaat mag stellen omdat ze met een buitenlander is getrouwd, en omdat diegenen die zich wel kandidaat mogen stellen zich geheel moeten houden aan wat de junta dicteert.

China zal druk moeten uitoefenen op de junta in Birma om ervoor te zorgen dat het volk voldoende vertegenwoordigd is, maar ook Bangladesh en Thailand zullen steun moeten krijgen om deze landen in staat te stellen de Birmese autoriteiten aan te moedigen de zaken te heroverwegen. Wij moeten de sancties aanscherpen en krachtige politieke actie ondernemen, en dat niet alleen op Europees niveau, maar wereldwijd, en met name vanuit de Verenigde Naties. Alle lidstaten van de Europese Unie zouden bij de Verenigde Naties met één stem moeten spreken om de autoriteiten ertoe te bewegen op dat niveau actie te ondernemen.

 
  
MPphoto
 
 

  Hélène Flautre, namens de Verts/ALE-Fractie. – (FR) Mijnheer de Voorzitter, zo-even is er al op gewezen dat de humanitaire en mensenrechtensituatie in Birma nog steeds verslechtert en dat het aan de volgende Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen is om dit luid en duidelijk te erkennen en om de acties zoals uitgevoerd in het kader van het Europese beleid opnieuw te definiëren.

De befaamde grondwetswijziging die op het eerste gezicht zo’n positief teken leek, werd al snel een uitgesproken machiavellistisch project. Op deze manier wordt de aanwezigheid van militairen in de regering formeel in de grondwet opgenomen, iets dat strijdig is met alle internationale normen, en dat in afwezigheid van waarnemers en terwijl iedereen die zich tegen het huidige regime verzet is uitgesloten van deelname aan de verkiezingen. Dit referendum is een schijnvertoning en het zal de ijzeren greep van de junta op Birma alleen nog maar versterken.

Gezegd moet worden dat dit wijst op het falen van de insluitingsstrategie zowel binnen Birma zelf als op regionaal niveau, zoals toegepast door de Europese Unie en de Verenigde Naties. Onze afgezant is er zelfs niet in geslaagd Birma binnen te komen. Daarom zal onze tweeledige strategie – sancties en stimulansen – effectiever en gerichter moeten worden. Met andere woorden: we hebben een betere, duidelijker en regelmatiger toepassing nodig van de criteria die al in overeenstemming met de aangegeven doelstellingen zijn geformuleerd.

Onze financiële maatregelen moeten leiden tot volledige isolering van die bedrijven die aan de junta gelieerd zijn of op een of andere wijze de junta financieren, en van diegenen die machtig genoeg zijn om in andere landen te gaan winkelen en hun kinderen naar scholen in het buitenland te sturen. Hetzelfde geldt voor banksancties die hun zijn opgelegd maar die tot nu toe geen overmakingen via Europese banken verhinderen.

Wat ASEAN aangaat moeten de onderhandelingen over het vrijhandelsverdrag gezien worden als een kans om ervoor zorg te dragen dat de buurlanden zich onthouden van strategieën waarmee de sancties tegen Birma worden doorkruist.

Het tweede aspect heeft te maken met de stimulansen. Tezelfdertijd moeten wij de bevolking van dit land ondersteunen: dit geldt uiteraard op humanitair niveau, maar ook op politiek niveau. Dat betekent dat wij publiekelijk de Birmese autoriteiten moeten veroordelen, de inhoud van het referendum en de toegepaste procedures moeten verwerpen en via EIDHR-projecten de rechtsstaat en fundamentele vrijheden met grote nadruk moeten propageren.

Dit houdt tevens in het ondersteunen en beschermen van activiteiten op het gebied van de mensenrechten, het bestrijden van het ronselen van kinderen voor gewapende groeperingen en het beschermen van kinderen tegen geweld.

 
  
MPphoto
 
 

  Luca Romagnoli (NI) . – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, wees zo goed mij niet aan te zien voor een Chinafoob, omdat ik in mijn toespraken zo vaak de opstelling van China aan de kaak stel. Er kan echter naar mijn idee geen twijfel bestaan wat betreft de situatie in Birma en de alom bekende aansprakelijkheid van de Chinese regering die de Birmese Staatsraad steunt. Dat is trouwens dezelfde aansprakelijkheid die China heeft in Darfur, Tibet en vele andere delen van de wereld waar de mensenrechten met voeten worden getreden, waaronder in China zelf.

Het spreekt dus voor zich dat ik van harte instem met de verontwaardiging, de afschuw en de veroordeling die als gebruikelijk in onze resoluties zijn vervat, maar ik blijf mijn bedenkingen houden over de doeltreffendheid daarvan. Ik sta volledig achter een duidelijke veroordeling en betreur ten zeerste dat het Birmese regime in vijfenveertig jaar geen enkele vooruitgang heeft geboekt wat betreft de mensenrechten en gewetensvrijheid.

Ik kan de politieke en morele onderdrukking van het Birmese volk onmogelijk niet veroordelen. Ik wil zelfs graag van deze gelegenheid gebruikmaken om de aandacht te vestigen op de zaak van het volk van de Karen dat al tientallen jaren strijdt voor het behoud van hun identiteit, en al even resoluut wil ik het referendummechanisme veroordelen dat ligt besloten in de grondwet die het regime aan Birma wil opleggen. Natuurlijk ben ik het op een emotioneel niveau geheel eens met alles wat er in de resolutie wordt verklaard, maar gegeven het feit dat zoals gewoonlijk alles wat van EU-besluiten uitgaat altijd op een emotioneel niveau blijft hangen, denk ik dat het uitermate zinloos is. Zoals al in de resolutie vermeld staat, hebben zelfs de vernieuwde, gerichte sancties niet het gewenste effect gehad.

Daaruit vloeit voort dat het weliswaar zeker de moeite waard is om op verscherpen van de sancties aan te dringen, maar dat vergelijkbare druk moet worden uitgeoefend op staten als China, Rusland en India, zodat zij middels hun economische en politieke invloed op het Birmese regime op dit terrein met de Europese Unie zullen samenwerken en afzien van het leveren van wapens en strategische hulpbronnen. In principe ben ik het ook eens met de punten die mevrouw Flautre zo overtuigend heeft geformuleerd.

 
  
MPphoto
 
 

  Hartmut Nassauer (PPE-DE). (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, over een paar dagen zal de Raad beslissen of zij blijft vasthouden aan haar gemeenschappelijk standpunt ten aanzien van Birma en of zij de sancties in stand houdt. In Birma hebben zich substantiële veranderingen voltrokken op het gebied van de democratie, de rechtsstaat en de eerbiediging van mensenrechten. Bijna tweeduizend politieke gevangenen zitten nog steeds vast. Oppositieleider Aung San Suu Kyi heeft al jaren huisarrest. Kortom, er is geen enkele reden om de sancties te versoepelen.

Ik geef toe, er is een grondwetsreferendum aangekondigd, en er is een ontwerpgrondwet gepubliceerd, maar die ontbeert elke democratische legitimiteit. Het algemene publiek noch de democratische oppositie is geraadpleegd. En de ontwerpgrondwet vertoont allerlei tekortkomingen op democratisch gebied. Het is absurd dat een kwart van de parlementszetels naar de krijgsmacht gaat. Het is absurd om kandidaten buiten te sluiten die met een buitenlander zijn getrouwd dan wel kinderen met een andere nationaliteit hebben. Dit alles getuigt van het ontbreken van enige vooruitgang op democratisch gebied.

Wat staat ons nu te doen? Ik sta geheel achter de oproepen van de voorgaande sprekers, en met name achter het weloverwogen commentaar van mijn collega Geoffrey van Orden. Wij kunnen de kwestie Birma echter niet alleen oplossen. Zonder de steun van de Chinezen zou de junta niet overleven. Daarom zijn de Chinezen ook deels verantwoordelijk voor wat daar gebeurt. China heeft zich opgeworpen om het economische vacuüm te vullen dat is ontstaan door de sancties van het westen en zij plukken daar de vruchten van. Dus als wij werkelijk willen dat de situatie in Birma verandert, zullen wij China moeten benaderen.

Tevens wil ik mij richten tot mijn vrienden bij ASEAN. Ik weet dat zij elk commentaar over Myanmar opvatten als bemoeienis met hun interne aangelegenheden, maar ik besef ook dat de situatie in Myanmar hen ongemakkelijk stemt. Mijn boodschap aan hen is dat Myanmar het imago van ASEAN in de wereld ernstig schaadt, en dat deze organisatie dus alle reden heeft om ook druk uit te oefenen.

 
  
MPphoto
 
 

  Richard Howitt (PSE) . – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik juich de verklaringen die de Raad en de Commissie vanmiddag hebben afgelegd ten zeerste toe, maar gezien de zevenhonderd politieke gevangenen die na de demonstraties van vorig jaar werden vastgezet en de weigering van generaal Than Shwe om de speciale VN-gezant Gambari te ontmoeten is het zeer dringend om ons gemeenschappelijk standpunt een halfjaar later nog eens te vernieuwen – al volstaat dit zeker niet. Waarom breiden we onze sancties niet uit naar olie en gas, waar het regime het grootste deel van zijn inkomsten aan ontleent? Waarom legt de Europese Unie geen sancties op ten aanzien van financiering en bankzaken zodat het regime geen toegang krijgt tot buitenlandse valuta, zoals de Verenigde Staten doen? Waarom worden er geen stappen ondernomen om oostelijk Birma toegankelijk te maken voor humanitaire hulp, aangezien daar volgens de berichten drieduizend dorpen met de grond zijn gelijkgemaakt, en terwijl Europese hulporganisaties klaarstaan om steun te verlenen? Boeddhistische monniken hebben op de muren van hun klooster “nee” geschreven als boodschap aan het Birmese volk in verband met het grondwetsreferendum in mei. De boodschap van Europa behoort ook een luid en duidelijk “nee” te zijn tegen de dictators en “ja” tegen de democratie.

 
  
MPphoto
 
 

  Pierre Schapira (PSE). – (FR) Mijnheer de Voorzitter, er zijn inmiddels zes maanden verstreken sinds bij de demonstraties in Rangoon aan het licht kwam wat voor ernstige schendingen van de mensenrechten er in Birma regelmatig plaatsvinden.

Het heeft er helaas echter veel van dat de internationale publieke opinie dit in crisis verkerende land alweer is vergeten. Maar wij zullen niet aflatende steun moeten verlenen aan het volk van Birma en moeten zorgen voor een samenhangende strategie voor op de lange termijn om uiteindelijk zorg te dragen voor een eerbiediging van de democratie, de persvrijheid en de vrijheid van religie, meningsuiting en vereniging.

Ondanks alle diplomatieke druk, ondanks de voorbeeldige opstelling van Aung San Suu kyi, die overigens in 1990 de Sacharovprijs toegekend heeft gekregen, en ondanks de inspanningen van het internationale maatschappelijke middenveld, is de situatie niet verbeterd: vierhonderdduizend boeddhistische monniken kunnen niet deelnemen aan het referendum aangezien zij geen stemrecht hebben.

Deze volstrekt onacceptabele situatie bewijst dat de druk die tot nu toe is uitgeoefend niet voldoende is geweest. De sancties tegen het Birmese regime moeten worden uitgebreid en zij dienen vooral gericht te zijn tegen de politieke elite en niet tegen de bevolking.

Ik hoop bovenal dat de EU zich krachtiger zal opstellen. Om deze kwestie nadrukkelijker onder de aandacht van het publiek te brengen, stel ik, stellen wij voor om Aung San Suu Kyi – die de belichaming van deze strijd is – het ereburgerschap van alle Europese hoofdsteden te verlenen en zo blijk te geven van onze vastbeslotenheid om erop toe te zien dat de mensenrechten en de vrijheid in Birma met succes worden bevorderd.

 
  
MPphoto
 
 

  Katrin Saks (PSE) . – (ET) Wanneer ik ’s ochtends het parlementsgebouw in Brussel binnenkom, kijkt Aung San Suu Kyi met droevige ogen op me neer vanaf een groot plakkaat, en ik moet bekennen dat ik me elke ochtend weer beschamend machteloos voel.

De resoluties die wij hebben aangenomen, hebben vrijwel over de hele linie geen enkel effect gehad. Toen ik vandaag de vertegenwoordigers van de Commissie en de Raad hoorde spreken, viel de retoriek me op: “Wij hopen, wij wensen, wij overwegen, wij zijn bezorgd.” Is dat eigenlijk niet een veel te bescheiden houding tegenover dit soort regimes? Wij moeten duidelijk met één stem spreken, en wij moeten dat veel krachtiger doen.

Hoe gaan wij nu verder? We komen altijd weer bij economische sancties uit. Naar mijn mening is dat echter ook de enige manier waarop wij dit regime kunnen beïnvloeden; natuurlijk moeten wij ook uitermate zorgvuldig toezicht houden op de manier waarop onze ontwikkelingshulp wordt besteed. Onze geldelijke steun moet afhangen van heel specifieke hervormingen binnen deze maatschappij.

 
  
MPphoto
 
 

  Ana Maria Gomes (PSE) .Ik ben in Birma geweest en heb gezien in wat voor ellende en onderdrukking het Birmese volk verkeert. Schandalig genoeg heeft Europa niet voldoende gedaan om de Birmezen – hun dappere monniken, hun politieke gevangenen, hun moedige leider Aung San Suu Kyi – terzijde te staan om vrijheid te krijgen en de onderdrukkers van de junta te verdrijven.

Europa heeft zich niet voldoende ingespannen om invloedrijke buurlanden als Thailand, Maleisië, Singapore en met name Indonesië te mobiliseren om degenen die in Birma voor mensenrechten en democratie strijden te hulp te komen.

Europa heeft niet genoeg gedaan om druk uit te oefenen op China en India om niet langer op enigerlei wijze steun te verlenen aan de Birmese onderdrukkers. Europa heeft niet voldoende gedaan om Europese bedrijven, zoals het Franse Total, te weerhouden van of te straffen voor het zakendoen met Birma, waarmee ze de drugsmaffia en de onderdrukkers die de Birmese junta vormen helpen financieren. Europa moet nu optreden en weigeren de schijnvertoning die dit referendum is te accepteren.

De heer Barroso en zijn commissarissen die vandaag op weg gaan naar Beijing, moeten zich krachtig en duidelijk uitlaten over Birma, de verantwoordelijkheden van Beijing en de treurige staat waarin het land verkeert. Het huidige en het volgende voorzitterschap van de Raad dienen resoluut op te treden om invloed te krijgen op de situatie van het Birmese volk door een strikte toepassing van de voorgenomen sancties en door er bij de Veiligheidsraad van de VN op aan te dringen tegen de Birmese onderdrukkers op te treden.

 
  
MPphoto
 
 

  Marios Matsakis (ALDE) .(EN) Mijnheer de Voorzitter, dit Huis begint er een gewoonte van te maken resoluties aan te nemen die tot op zeer grote hoogte volkomen ineffectief zijn. Bovendien raken we eraan gewend sancties toe te passen die ook al volkomen ineffectief zijn, omdat ze niet gericht zijn tegen diegenen die werkelijk voor veranderingen zouden kunnen zorgen, maar, zoals in dit geval, tegen het gewone volk van Birma voor wie we het leven op deze manier alleen maar nog zwaarder maken.

Het is al eerder gezegd: de ware schuldige is in dit geval China. Maar hebben we China sancties opgelegd? Nee! De Europese markt wordt overstroomd met prullen die we in China kopen. Waarom passen we geen sancties op China toe om eens te zien wat voor een invloed dat op Birma heeft.

 
  
MPphoto
 
 

  Colm Burke (PPE-DE) . – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik ben het in deze kwestie geheel met mijn collega’s eens. Het is niet zo dat er de laatste paar maanden geen verandering is, er is al vijftig jaar geen sprake van verandering.

Dag in, dag uit worden mensenrechten geschonden. Religieuze gemeenschappen gaan alleen de straat op als ze vinden dat er echt iets ingrijpend verkeerd zit in een land. Dat hebben wij een aantal maanden geleden gezien, toen de monniken de straat op gingen omdat zij meenden dat ze hun boodschap konden overbrengen. De reactie van de junta was echter geheel anders: die zorgde ervoor dat er onmiddellijk een einde kwam aan hun protesten en de moorden die kort daarop volgden zijn een grote schande. Toch is deze regering nog steeds aan de macht.

De hoofdschuldigen zijn die bedrijven en landen die zaken doen met Birma: diegenen die wapens leveren en hun goederen kopen. Ik ben het geheel met mijn collega’s eens dat wij actiever moeten optreden en China moeten dwingen een andere koers te varen in zijn contacten met Birma. Dat is de enige manier waarop wij veranderingen kunnen bewerkstelligen. Wij moeten actie ondernemen en het gesprek aangaan met Europese bedrijven die deze junta helpen. Wij zullen zelf actie moeten ondernemen, want anders zal het heel moeilijk zijn om andere landen veranderingen op te leggen. Ik steun deze ontwerpresolutie.

 
  
MPphoto
 
 

  Jim Allister (NI) . – (EN) Mijnheer de Voorzitter, Birma is een van de kwesties die terecht een aanzienlijke hoeveelheid post oplevert voor leden van het Europees Parlement.

Ik zie parallellen tussen Birma en Zimbabwe. Beide landen waren bloeiende economieën. Beide veranderden van een democratie in een onderdrukt land en dat alles gaat gepaard met het ontzeggen van fundamentele rechten, diepe armoede en een hardvochtig militair regime.

Maar ik zie ook een parallel in de reactie van de EU op zowel Birma als op Zimbabwe. In beide gevallen is die reactie eerlijk gezegd veel te voorzichtig. We hebben vandaag de Commissie en de Raad horen spreken, maar wat hadden ze ons eigenlijk helemaal te zeggen? Heel erg weinig.

Naar mijn mening moeten wij veel steviger optreden. We moeten de economische en de andere sancties opvoeren en een goed, volledig wapenembargo instellen. Tevens moeten wij druk uitoefenen op die plaatsen waar het het meeste effect zal hebben: namelijk op die regimes die met deze junta sympathiseren en hem op de been houden, zoals China. Pas dan kan er iets veranderen, met name wanneer wij te maken hebben met diegenen die een ambivalente houding hebben tegenover de militaire junta.

 
  
MPphoto
 
 

  Janez Lenarcic , fungerend voorzitter van de Raad.(SL) Ik heb al medegedeeld dat de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen tijdens zijn volgende zitting de kwestie Birma zal bespreken en dat de Raad daarbij naar alle waarschijnlijkheid een aantal conclusies zal aanvaarden. Ik zal deze kwestie later behandelen, maar om te beginnen wil ik graag op een paar commentaren reageren.

Om te beginnen op die van de heer Cappato. Ik wil graag benadrukken dat de Raad tot nu toe nimmer de mogelijkheid heeft besproken om de Dalai Lama uit te nodigen voor een bespreking met de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen. Evenmin geloof ik dat zo’n ontmoeting ooit zou kunnen plaatsvinden. En als het al zou gebeuren, dan zou het gesprek over Tibet gaan en niet over Birma, wat op dit moment het onderwerp van discussie is. Ik zou echter het volgende willen zeggen: Om de situatie in Tibet te verbeteren is er niet zozeer een dialoog nodig tussen de Europese Unie en de Dalai Lama, als wel een dialoog tussen de Chinese regering en de Dalai Lama, iets waarop het Sloveense voorzitterschap al diverse malen heeft aangedrongen.

En dan nu iets over de volgende zitting van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen. Wij verwachten dat de Raad conclusies zal trekken en zal beslissen dat nogmaals zijn diepe zorg moet worden uitgesproken over de toestand in Birma, en dat de Birmese autoriteiten moeten worden opgeroepen om met spoed handelend op te treden en een overgang naar een legitieme burgerregering en nationale verzoening te bewerkstelligen. Wij verwachten ook dat de Raad zal oproepen tot een open discussie over het referendum, een open discussie die vrij en eerlijk moet worden gevoerd. Daarnaast verwachten wij, zoals mevrouw Flautre al heeft gezegd, dat de Birmese autoriteiten internationale waarnemers uitnodigen om toezicht te houden op het referendum.

Ik ben ervan overtuigd dat de Raad de autoriteiten zal oproepen tot onmiddellijke vrijlating van alle politieke gevangenen, zoals de heer Howitt al zei. Ik ben er eveneens van overtuigd dat de Raad zal oproepen tot vrijlating van mevrouw Aung San Suu Kyi. Daarnaast verwachten wij dat de sancties, die op het punt staan te vervallen, zoals de heer Van Norden terecht opmerkt, nog eens twaalf maanden worden verlengd met de mogelijkheid om ze te wijzigen, dat wil zeggen om ze, naargelang de situatie, te verscherpen of te versoepelen.

In antwoord op de heer Romagnoli: wat wapens aangaat heeft de Europese Unie een verbod uitgevaardigd op de export naar Birma van wapens of daarmee samenhangende materialen. Die maatregel maakt onderdeel uit van de sancties die de Europese Unie heeft uitgevaardigd en wij verwachten dat die samen met het sanctiesysteem of –mechanisme zullen worden uitgebreid. Wij proberen andere lidstaten voor ons standpunt te winnen.

Ten slotte wil ik hieraan toevoegen dat men zou kunnen zeggen dat de strategie van de Verenigde Naties ten aanzien van Birma mislukt is, zoals mevrouw Flautre al heeft opgemerkt. Men zou echter ook kunnen zeggen dat het eenvoudig nog geen vrucht heeft gedragen. Ikzelf neig tot het laatste.

 
  
MPphoto
 
 

  Jacques Barrot, vicevoorzitter van de Commissie. (FR) Mijnheer de Voorzitter, ik heb nauwlettend geluisterd naar alle opmerkingen, waaruit eens te meer blijkt hoe lang de weg nog is die Birma heeft te gaan naar democratie. Wij zijn hier allemaal maar al te zeer van doordrongen. Daarom ook zullen wij ons beleid moeten blijven aanscherpen, en in dit opzicht zou ik erop willen wijzen dat wij onlangs de sancties tegen het regime en zijn leiders in het bijzonder hebben uitgebreid. Ook onderzoekt de Raad momenteel de mogelijkheid om ingrijpendere financiële sancties te treffen.

Ten aanzien van het vraagstuk van politieke gevangenen zou ik willen toevoegen dat de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 29 april opnieuw een gelegenheid biedt het regime een boodschap te sturen met de vraag te stoppen met zijn praktijk van intimidatie en gevangenneming. Wij hechten er het grootste belang aan om onze solidariteit te betuigen met Aung San Suu Kyi. Ik zou erop willen wijzen dat wij geen direct contact met haar kunnen opnemen, maar dat wij wel contact hebben met leden van haar partij.

Behalve de sancties heeft een aantal van u uiteraard ook gewezen op samenwerking met buurlanden, hetgeen ons moet helpen de invloed op het Birmaanse regime te vergroten. Daarnaast zal mevrouw Ferrero-Waldner de kwestie van Birma deze week in China op de agenda zetten. Ook heeft de Commissie contact gezocht met de regering van Thailand en lijkt Indonesië zich voor te bereiden op nieuwe initiatieven. U hebt overigens helemaal gelijk als u het belang van stappen door overige landen in de regio benadrukt.

Ik kom nu op het probleem van ondersteuning aan de bevolking. Het mag niet zo zijn dat het Birmaanse volk de prijs betaalt voor de politieke stagnatie die in het land is veroorzaakt door zijn leiders. Voor wat Europa betreft is veroordeling en een simpele isolatie van Myanmar niet genoeg. Ik wijs erop dat wij, als wij steun bieden, ook elke gelegenheid aangrijpen om te benadrukken dat alleen door beter bestuur van de regering deze steun ook zo effectief kan zijn als wij hoopten.

Met name de heer Cappato sprak zijn bezorgdheid uit over de wijze waarop de internationale steun wordt gecontroleerd. Ik moet erop wijzen dat de internationale steun wordt geboden via de agentschappen van de VN en de NGO-partners, en ik kan u zeggen dat dit zeer nauwlettend wordt gecontroleerd. Het is echter terecht dat u dit punt aanroert.

Ik geloof derhalve dat wat wij allen willen is om zoveel mogelijk druk uit te oefenen teneinde te zorgen dat Birma zich sneller ontwikkelt tot een democratische staat. Tegelijkertijd moeten wij ervoor zorgen dat het Birmaanse volk niet nog meer te lijden krijgt als gevolg van een algehele isolatie, aangezien dit waarschijnlijk niet de juiste reactie is.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. − Ter afsluiting van het debat heb ik zes ontwerpresoluties(1) overeenkomstig artikel 37, lid 2 van het Reglement ontvangen.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt donderdag 24 april 2008 plaats.

Schriftelijke verklaringen (artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  James Nicholson (PPE-DE), schriftelijk. (EN) Ik verwelkom deze resolutie, waarin de voortdurende zorg van het Parlement ten aanzien van de situatie in Birma tot uitdrukking wordt gebracht, van harte. Het is onze verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat de gebeurtenissen in dit land niet buiten beeld raken.

Het is algemeen bekend dat Birma ondanks zijn overvloedige bronnen en vruchtbare grond een van de armste landen ter wereld blijft. Ook is het algemeen bekend dat de militaire junta verantwoordelijk is voor een hele reeks schendingen van de mensenrechten, waaronder de onmenselijke behandeling van boeddhistische monniken die zich tegen het regime hebben verzet.

Met het oog op de recente ontwikkelingen, met name de plannen van de militaire junta om er een totaal ondemocratische en onwettelijke grondwet door te drukken, is het de hoogste tijd dat de Europese Unie al haar invloed aanwendt om te proberen de situatie te verbeteren.

De tijd om in de internationale arena enkel te debatteren over de situatie in Birma, is voorbij. Onderhandelingen tussen de VN en de Birmaanse autoriteiten zijn geheel ondoeltreffend gebleken. Daarom is er nu behoefte aan gerichte sancties tegen de junta en de daaraan gelieerde ondernemingen.

Ik geef mijn volledige steun aan deze resolutie, waarin de Raad wordt opgeroepen uitgebreidere en hardere sancties te treffen tegen het Birmaanse militaire regime. Ik hoop oprecht dat onze woorden in dit opzicht zullen worden gevolgd door daden.

 
  

(1) Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid