Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2008/2642(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B6-0571/2008

Debatten :

PV 22/10/2008 - 14
CRE 22/10/2008 - 14

Stemmingen :

PV 23/10/2008 - 8.7
Stemverklaringen
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2008)0523

Volledig verslag van de vergaderingen
Donderdag 23 oktober 2008 - Straatsburg Uitgave PB

10. Stemverklaringen
Video van de redevoeringen
Notulen
  

VOORZITTER: RODI KRATSA-TSAGAROPOULOU
Ondervoorzitter

 
  
  

Stemverklaringen

 
  
  

Ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2009

 
  
MPphoto
 

  Hannu Takkula (ALDE). - (FI) Mevrouw de Voorzitter, allereerst wil ik zeggen dat ik blij ben dat er over het begrotingspakket is gestemd en dat het is aangenomen. Als ondervoorzitter van de Commissie cultuur en onderwijs heb ik natuurlijk vooral de zaken op dit gebied gevolgd en ik ben blij dat een belangrijk project, het Europees Jeugd Olympisch Festival in Tampere, door de stemming is gekomen.

Het is belangrijk ervoor te zorgen dat wij de begroting gebruiken om projecten te bevorderen die dichtbij het publiek staan. Dan kunnen de mensen zien en ervaren hoe de Europese Unie in hun regio functioneert. Dit is een sterke begroting, maar ik moet zeggen dat ik bij één punt, waar wordt gesproken over de Europese Unie als mondiale partner, en dat is punt 134, vermoedelijk verkeerd heb gestemd, doordat ik de fractielijst volgde, maar het niet helemaal met alles eens ben. Het is wellicht goed hierop te wijzen, maar in andere opzichten kan ik zeggen dat ik tevreden ben met deze ontwerpbegroting en ik ben blij dat zij is aangenomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Avril Doyle (PPE-DE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, ik heb mij onthouden van stemming over amendement 134 op het verslag over het ontwerp van algemene begroting 2009, gezien de onoprechtheid en het cynisme van de indieners van dit amendement die munt willen slaan uit de echte zorgen en angsten van vele burgers, door te impliceren dat middelen uit ontwikkelingsfondsen van de EU thans – en in het verleden – aan regeringen en organisaties worden gegeven voor programma’s die onder meer gericht zijn op, ik citeer: “gedwongen abortus, gedwongen sterilisatie en kindermoord”, dingen die wij absoluut veroordelen, dat hoeft niet eens te worden gezegd. De eigenlijke motivering van dit amendement is dat de indieners al met één oog naar de komende Europese verkiezingen van juni kijken. Zij bestempelen hun amendement als, ik citeer: “poging om te voorkomen dat dergelijke projecten EU-middelen krijgen uit de communautaire begroting 2009”. Aangezien EU-middelen nog nooit voor dergelijke doelen zijn gebruikt, maar altijd worden besteed in overeenstemming met de Internationale Conferentie over bevolking en ontwikkeling van Caïro, en aangezien in de ontwerpbegroting voor 2009 ook geen voorstellen worden gedaan om EU-middelen voor dergelijke doelen uit te geven, zullen alle onbevooroordeelde en oprechte commentatoren erkennen dat de indieners hier een vals politiek spel spelen.

 
  
  

− Verslag-Haug (A6-0398/2008)

 
  
MPphoto
 

  Marusya Ivanova Lyubcheva (PSE) - (BG) Ik heb zowel de begroting voor 2009 als het voorstel om die te verhogen ten opzichte van het door de Commissie voorgestelde bedrag gesteund. Hoewel het voorstel niet ver genoeg gaat om aan de gigantische verwachtingen van alle lidstaten te voldoen, of om alle politieke prioriteiten volledig uit te voeren, ben ik van mening dat het wel in overeenstemming is met het grondbeginsel van de EU, namelijk solidariteit.

Door financiële middelen beschikbaar te stellen voor de minder ontwikkelde landen en regio’s, heeft het financiële instrument zichzelf bewezen als een belangrijke factor voor de realisering van een evenwichtige ontwikkeling. Daarbij speelt het Cohesiefonds een belangrijke rol, aangezien dat gericht is op die lidstaten die via dit fonds de kloof tussen de economische en sociale ontwikkelingsniveaus van de verschillende regio’s moeten dichten. Het is vooral belangrijk voor de nieuwe lidstaten, die de financiële middelen van de Gemeenschap hard nodig hebben. Ik ben van mening dat aan deze middelen geen voorwaarden mogen worden verbonden die verder gaan dan de goedgekeurde regels en procedures van de Europese Unie.

Zij zijn van groot belang om Bulgarije te helpen zijn ontwikkelingsachterstand in te halen en de gemiddelde levensstandaard van de Europese Unie te bereiken. Het feit dat het voorstel om middelen uit het Cohesiefonds in de reserve te zetten, is afgestemd, is een goed besluit. Het voorstel was gebaseerd op vage criteria, met name op het punt van de terugbetaling van ingehouden middelen. Naar mijn mening beschikken de Europese Commissie en het Europees Parlement over voldoende controlemechanismen om ervoor te zorgen dat de middelen doeltreffend worden besteed.

 
  
MPphoto
 
 

  Frank Vanhecke (NI). - Voorzitter, ik heb de ontwerpbegroting 2009, in het bijzonder de begroting van de Commissie, niet goedgekeurd. Waarom? Ik wil een politiek statement maken door op geen enkele manier instemming met de werking van de Commissie te laten blijken.

In het algemeen beschouw ik de Commissie als een instelling die per definitie, wat haar beginselen betreft, ondemocratisch werkt, vermits het eigenlijk gaat om een college van zuiver politiek benoemde hoge ambtenaren, die zich echter gedragen als een soort Europese mandarijnen die nauwelijks controle dulden en die eigenlijk ook niet gesanctioneerd kunnen worden.

Op politiek gebied dan, wat de begroting 2009 betreft, verzet ik mij in de eerste plaats tegen de onophoudelijke inspanningen van de Commissie om mordicus verder te gaan op de verdoemde weg van de toetreding van het islamitische en niet-Europese Turkije tot de Europese Unie. Ik ben niet van plan om deze politiek mee goed te keuren.

 
  
  

Ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2009

 
  
MPphoto
 

  Colm Burke (PPE-DE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, bij de stemming hebben wij de strekking van amendement 134 van mevrouw Sinnott gesteund, om te voorkomen dat communautaire steun wordt verleend aan programma’s van welke regering of organisatie dan ook die bijgedragen tot een programma in het kader waarvan mensenrechtenschendingen als gedwongen abortus, onvrijwillige sterilisatie of kindermoord plaatsvinden.

Ik acht het evenwel belangrijk om vraagtekens te plaatsen bij de manier waarop mevrouw Sinnott dit amendement heeft gemotiveerd. In haar persverklaring van deze week noemde zij landen als China en Vietnam, waar volgens haar EU-middelen, die worden verstrekt via het VN-Bevolkingsfonds (UNFPA), voor gedwongen abortus, onvrijwillige sterilisatie en kindermoord worden gebruikt. Vanochtend sprak ik de directeur van het UNFPA-kantoor in Brussel, die mij heeft meegedeeld dat het UNFPA geen steun geeft aan dwangmaatregelen of abortus. De organisatie houdt zich aan het mandaat van de Internationale Conferentie over bevolking en ontwikkeling van 1994, waarin duidelijk wordt gesteld dat reproductieve gezondheidszorgprogramma’s zonder enige vorm van dwang in het ruimste aanbod van diensten moeten voorzien. Bovendien heeft de wereldgemeenschap besloten dat abortus nooit had mogen worden gepropageerd als methode voor gezinsplanning. De Chinese burgers hebben geprofiteerd van de aanwezigheid van het UNFPA en de initiatieven die het in dat land heeft ontplooid. In de delen van China – en andere landen – waar het UNFPA actief is, krijgen vrouwen meer mogelijkheden voor eigen beslissingen op het vlak van reproductieve gezondheid en hebben zij de beschikking over meer informatie over en een vrijere toegang tot reproductieve gezondheidszorg.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE-DE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, dit was een ingewikkelde stemming en een ingewikkelde begroting. Ik betreur dat amendement 133 niet is aangenomen, aangezien het voor meer aandacht had gezorgd voor de behoeften van kinderen met een handicap die in tehuizen worden verpleegd. Ons doel was om die kinderen uit de tehuizen te halen. Deze kwestie is nog niet van de baan, en we zullen blijven vechten voor de rechten van deze kinderen. Ik hoop dat de voorzitter van de Commissie op mijn brief over dit onderwerp zal antwoorden.

 
  
  

− Verslag-Lewandowski (A6-0397/2008)

 
  
MPphoto
 

  Astrid Lulling (PPE-DE). (FR) Mevrouw de Voorzitter, ik heb tegen de resolutie over het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie gestemd, omdat op het laatste moment opnieuw is geprobeerd – via een amendement van de Fractie De Groenen/Vrije Europese Alliantie, dat de meeste van mijn collega’s niet hebben gezien en waarvan zij de reikwijdte niet hebben kunnen bepalen – om het befaamde Cox-pakket betreffende de toekomstige status van de parlementsleden zodanig te interpreteren dat hun vrijwillige pensioenfonds betekenisloos zou worden.

Het amendement geeft niet weer wat uitdrukkelijk in het Cox-pakket is overeengekomen. Er kan dus geen sprake van zijn dat vrijwel alle leden de mogelijkheid wordt ontnomen om nieuwe rechten te verwerven. Het kan niet zo zijn dat dit amendement ook maar enig gevolg heeft voor de uitvoeringsbepalingen die op dit gebied moeten worden vastgesteld.

Wij zullen ervoor zorgen dat deze situatie gecorrigeerd wordt, omdat de stemming is gehouden terwijl de leden volledig in het ongewisse waren. Zij zijn zojuist naar mij toegekomen en zijn allen verbijsterd over de werkelijke reikwijdte van dit amendement. Als vicevoorzitter van het pensioenfonds zal ik erop toezien dat dit wordt rechtgezet.

 
  
MPphoto
 
 

  Frank Vanhecke (NI). - Voorzitter, ik heb bij de eindstemming over het ontwerp van algemene begroting 2009 voor de verschillende Europese instellingen, inclusief uiteraard het Parlement, tegen gestemd. In de eerste plaats omdat ik er niet van overtuigd ben dat al deze Europese instellingen zonder uitzondering zuinig en verantwoordelijk omspringen met het vele belastinggeld dat erin omgaat. Integendeel, eerlijk gezegd.

De Europese instellingen, daar moeten we ons goed van bewust zijn, hebben bij onze kiezers een imago van vetpotten waar overbetaalde en onderbelaste apparatsjiks en parlementsleden een soort nomenclatuur naar Sovjetmodel vormen, waar beslissingen dikwijls over de hoofden van de burgers heen en zeker tegen de wil en de belangen van de burgers in worden genomen.

Dat is een imago dat wij hebben, dat zeker niet voor alles en iedereen terecht is, maar waarvoor in een flink aantal Europese instellingen wel een grond van waarheid is, vrees ik.

Ik denk dat we nog veel voor eigen deur zullen moeten vegen vooraleer wij een positiever beeld van ons Europa zullen kunnen schetsen.

 
  
  

− Aanbeveling: Ulrich Stockmann (A6-0375/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Oldřich Vlasák (PPE-DE). (CS) Graag licht ik hierbij toe waarom ik voor het verslag van de heer Stockmann betreffende luchthavengelden heb gestemd. Ten eerste was ik het eens met de verplichting om de volledige vervoersprijs inclusief luchthavengelden te vermelden op vliegtickets en aanbiedingen. Dit verschaft passagiers meer doorzichtigheid bij het maken van hun keuze en stimuleert de economische concurrentie. Ik sta echter vooral achter de limiet waardoor voor grote vliegvelden en het grootste vliegveld van elke lidstaat een gemeenschappelijk stelsel van luchthavengelden zal gelden. Hierdoor worden de kleinere vliegvelden in staat gesteld lagere prijzen aan te bieden en dus te concurreren op de markt, die momenteel erg ondoorzichtig is. Juist voor de regionale vliegvelden biedt dat mogelijkheden tot ontwikkeling en de uitbreiding van het beschikbare aanbod aan luchtvaartdiensten voor onze burgers.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (B6-0537/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, ik wil graag zeggen dat, gezien de toenemende dreiging van piraterij op open zee rondom de Hoorn van Afrika, de ontwerpresolutie over piraterij de wens van de lidstaten ondersteunt om een gecoördineerde marineactie uit te voeren. De amendementen betreffen, jammer genoeg, voor het merendeel vrome wensen of verwijzen naar vanzelfsprekende zaken, zoals het afglijden van Somalië naar een anarchie, gebeurtenissen waarvan uiteraard alle gevolgen in kaart moeten worden gebracht.

Het is zeker dat piraterij niet effectief kan worden bestreden wanneer de basis van de piraten niet wordt vernietigd. Het is eveneens jammer dat de tekst geen verwijzing maakt naar de hoofdoorzaak van de terugkeer van piraterij, namelijk de afkalving van de Europese invloed op de beschaving in dit deel van de wereld.

Tot slot vind ik het nogal vreemd om aan de zeestrijdkrachten van de lidstaten te willen vragen om de piraterijbestrijdingstaken als het ware los te koppelen van de acties die worden uitgevoerd in het kader van de operatie “Enduring Freedom”. Waarom is niet helemaal duidelijk: net alsof Bin Laden in een kano via Pakistan uit Afghanistan zou vluchten en zou proberen Nieuw-Zeeland te bereiken. Ik begrijp dat men een onderscheid wil maken, maar de schepen die daar ter plekke zijn, moeten uiteraard beide missies uitvoeren.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (B6-0544/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Peter Skinner (PSE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, internationale standaarden voor jaarrekeningen vormen een centraal onderdeel van de taal van financiële diensten. Voor beleggers betekent het initiatief om de nationale standaarden voor jaarrekeningen aan de IFRS aan te passen, een grote stap vooruit. Hierdoor zullen bedrijven in staat worden gesteld jaarrekeningen in één basisvorm te publiceren die in de belangrijkste economieën van de wereld wordt aanvaardt. Canada, China, Japan, de VS – en naar het schijnt inmiddels ook India – hebben overeenstemming bereikt over de wens om hun standaarden aan te passen aan de IFRS.

Als rapporteur voor de transparantierichtlijn juich ik dit toe, maar het eigenlijke werk van de aanpassing moet nog worden verricht. Daarom hebben mijn corapporteur, Margarita Starkevičiūtė, en ik ons uitgesproken voor de amendementen die erop zijn gericht de voortgang van dit aanpassingsproces te volgen. Ik ga ervan uit dat de Commissie in haar gesprekken met de verschillende nationale autoriteiten de vaart erin zal weten te houden. Wat betreft de Verenigde Staten vind ik het belangrijk dat we ervan op aan kunnen dat de nieuwe regering de duidelijke vorderingen maakt die geboden zijn. De Commissie moet daartoe de nodige druk blijven uitoefenen.

Wat de standaarden voor jaarrekeningen zelf betreft, is het van essentieel belang dat er wordt vastgehouden aan de onderliggende benadering die is afgesproken in het kader van de International Accounting Standards Board (IASB). De integriteit van deze regels zal op de proef worden gesteld door pogingen om er op allerlei nationale gronden van af te wijken. Hiertegen moeten we ons met kracht verzetten, en ondanks dergelijke druk moeten we ons inzetten voor een verslagleggingsmethode op basis van de waarde in het economisch verkeer.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (B6-0562/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Philip Claeys (NI). - Voorzitter, ik heb mij bij de resolutie over vliegtuigveiligheid en bodyscanners onthouden, niet omdat ik bezwaar heb tegen het voorbehoud dat erbij gemaakt wordt wegens het recht op privacy voor de reizigers, integendeel. Ook ben ik van oordeel dat de bodyscanners niet in gebruik genomen kunnen worden zonder een duidelijke wetenschappelijke en medische beoordeling van de mogelijke gevolgen van het gebruik van de technologie in kwestie voor de gezondheid van de gebruikers.

Ik kan alleen maar betreuren dat het voorstel om de stemming nog even uit te stellen en commissaris Tajani uit te nodigen ter zake een studie voor te stellen die ons misschien in staat zal stellen om met meer kennis van zaken over het gebruik van bodyscanners te oordelen, is weggestemd.

Het gaat om een zeer ernstige zaak: de veiligheid van de burgers en het gebruik van een baanbrekende nieuwe technologie. Daarom vind ik het bijzonder spijtig dat we deze kwestie in ons Parlement slordig aanpakken.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (RC-B6-0571/2008)

 
  
MPphoto
 

  Zita Pleštinská, namens de PPE-DE-Fractie. – (SK) Mevrouw de Voorzitter, als één van de coauteurs van de resolutie van het Europees Parlement over de herdenking van de Holodomor, de kunstmatig veroorzaakte hongersnood in Oekraïne (1932-1933), wil ik namens de PPE-DE-Fractie graag ten eerste mijn dank uitbrengen aan alle parlementsleden die voor deze resolutie hebben gestemd.

Onder leiding van mijn fractie, de PPE-DE, is er een compromis bereikt, op grond waarvan op verzoek van de Sociaal-democratische Fractie in het Europees Parlement het woord genocide is geschrapt. Na het debat van gisteren, waar u bij was, en waar de emoties hoog opliepen en er harde woorden zijn gevallen van de kant van commissaris Antonio Tajani, kan er echter geen twijfel bestaan over hoe deze afschuwelijke daad, waardoor tien miljoen mensen om het leven zijn gekomen, genoemd zou moeten worden. Het is nu aan de historici om, op grond van de feiten en zolang er nog getuigen in leven zijn, een einde te maken aan het verzwijgen en verdoezelen van wat er echt gebeurd is. Er moeten boeken verschijnen die een waarheidsgetrouwe getuigenis geven van de grote hongersnood in Oekraïne.

Door te stemmen voor deze resolutie, waarin de grote hongersnood van 1932-1933 in Oekraïne wordt beschreven als een afschuwelijk misdrijf tegen het Oekraïense volk en de menselijkheid, hebben we vandaag een door Stalin uitgescheurde bladzijde uit de Europese geschiedenis opnieuw in de geschiedschrijving opgenomen.

 
  
MPphoto
 

  Tunne Kelam (PPE-DE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, ik heb voor de resolutie over de Holodomor, de grote hongersnood in Oekraïne, gestemd. In deze resolutie wordt deze hongersnood terecht een afschuwelijke misdaad tegen het Oekraïense volk en tegen de menselijkheid genoemd. Vanwege het standpunt van sommige fracties wordt in de resolutie echter de term “genocide” vermeden, een term die in dit geval redelijk en gepast zou zijn.

Het Oekraïense parlement en 26 staten hebben deze misdaad, die de dood van minstens vier miljoen mensen tot gevolg had, als genocide gekwalificeerd. In overweging B van de resolutie wordt bovendien naar het VN-Verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide van 1948 verwezen, dat onmiskenbaar van toepassing is op het geval van Oekraïne. Ik hoop daarom ten zeerste dat het Europees Parlement zich weldra zal aansluiten bij het standpunt dat deze staten hebben ingenomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI).(FR) Mevrouw de Voorzitter, we hebben de Holodomor herdacht, de systematische vernietiging van de Oekraïense boerenbevolking door honger, en ons Parlement heeft erkend, net zoals onze collega zojuist ook heeft gedaan, dat het een genocide was.

Ik wil hier alleen benadrukken dat de daders van deze genocide zich onder de rechters van beschaving te Neurenberg bevonden, een gegeven dat vandaag de dag een discussie over de samenstelling, procedure en conclusies van het proces van Neurenberg mogelijk moet maken. Intellectuelen die deze discussie nu echter in Europa voeren, worden gearresteerd, vastgehouden, achtervolgd, kapot gemaakt, vervolgd en gevangen gezet. Of nog erger, hun advocaten, die dezelfde conclusies trekken, worden op dezelfde wijze achtervolgd.

In het land van de heer Pöttering, bijvoorbeeld, worden ze vervolgd en gearresteerd volgens procedures die doen denken aan stalinistische processen. Wij hebben de Sachorovprijs voor de vrijheid van denken aan een Chinese dissident uitgereikt, terwijl we de prijs net zo goed aan een aantal Europeanen hadden kunnen geven zoals, bijvoorbeeld, de moedige Duitse advocate, Sylvia Stolz.

 
  
  

− Verslag-Pack (A6-0378/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Posselt (PPE-DE). - (DE) Mevrouw de Voorzitter, Doris Pack heeft zoals gewoonlijk een uitstekende tekst ingediend, want ze is niet alleen een expert inzake Zuidoost-Europa, maar ook op het gebied van onderwijs.

Ik ben verheugd over het feit dat onderwijs een zwaartepunt vormt in het kader van de stabilisatieovereenkomst. We moeten onze aanpak echter nog verbreden en ons er in de eerste plaats nog intensiever voor inspannen dat eindelijk vooruitgang wordt geboekt bij de visumversoepeling, zodat de jonge mensen in Bosnië en Herzegovina daadwerkelijk in de gelegenheid worden gesteld om Europa in het kader van een studie of reizen te leren kennen.

In de tweede plaats is het van cruciaal belang dat we in Sarajevo een Europese multireligieuze universiteit oprichten, die door alle drie de religieuze gemeenschappen van het land wordt gesteund en als Europees centrum van verdraagzaamheid en wederzijds begrip kan fungeren – niet op basis van onverschilligheid, maar op basis van de geworteldheid in de eigen godsdienst. Met onze intensieve ondersteuning voor de Europese universiteit zouden niet alleen de mensen in Bosnië en Herzegovina er aanzienlijk op vooruitgaan, maar zou Bosnië en Herzegovina ook een signaal kunnen doen uitgaan voor het hele continent.

 
  
  

– Verslag-Zdravkova (A6-0358/2008)

 
  
MPphoto
 

  Frank Vanhecke (NI). - Voorzitter, het voorliggende verslag van de Commissie verzoekschriften over dit verslag 2007 van de Europese Ombudsman was globaal gesproken zeer positief en ik kan daar voor een keer zeker mee instemmen. Ik heb het verslag dan ook goedgekeurd.

Niettemin wens ik in deze stemverklaring opnieuw op te merken dat het toch merkwaardig is dat het Parlement de Europese Ombudsman feliciteert voor zijn optreden voor een correcte en volledige toepassing van wetten en regels, terwijl wetsovertredingen en verkrachtingen van de regels bij wijze van spreken voor de neus van ons, parlementsleden, dagelijks en op zeer grote schaal plaatsvinden, zonder dat het Parlement ingrijpt of zelfs met medewerking van het Parlement.

Bijvoorbeeld de wijze waarop de Commissie en het Parlement blijven voortbouwen op het Verdrag van Lissabon, dat sinds de volksraadpleging in Ierland politiek en juridisch morsdood is, is een aanfluiting van alle rechtsregels. Ik denk opnieuw dat wij dringend moeten beginnen voor eigen deur te vegen.

 
  
  

Schriftelijke stemverklaringen

 
  
  

− Ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2009 − Verslag-Haug (A6-0398/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Hélène Goudin en Nils Lundgren (IND/DEM), schriftelijk. − (SV) Wij van Junilistan zijn van mening dat de EU-begroting beperkt moet worden tot 1,00 procent van het gemiddelde BNI van de lidstaten. Daarom hebben wij besloten om tegen alle door het Europees Parlement voorgestelde verhogingen te stemmen, terwijl wij van Junilistan tezelfdertijd ingenomen zijn met de paar besparingen die de Begrotingscommissie of individuele leden in de vorm van amendementen hebben voorgesteld.

Er zijn meerdere ongelukkige begrotingslijnen, maar Junilistan betreurt met name de omvangrijke steun voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid, het cohesiefonds, de visserijsector en de begrotingslijnen die steun inhouden voor diverse soorten informatiecampagnes.

Wij van Junilistan zijn van mening dat iets moet worden gedaan aan het constante heen en weer gependel van het Europees Parlement tussen Straatsburg en Brussel, en dat het Europees Economisch en Sociaal Comité en Comité van de Regio’s moeten worden opgedoekt.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Claude Martinez (NI), schriftelijk.(FR) Dat 27 landen samen een Europese begroting hebben in de orde van 130 miljard euro, dat wil zeggen even groot als de begroting van Spanje alleen, is onder normale omstandigheden op zich al merkwaardig.

Maar in een Europa waar het ontbreekt aan TGV-verbindingen tussen Finland en Spanje en tussen Frankrijk en Polen, net als aan voorzieningen en personeel voor universiteiten, onderzoeksinstituten en bejaardentehuizen op een continent dat overspoeld wordt door een tsunami van ouderen, vereisen de wereldwijde bankencrisis, de problemen op de huizenmarkt in verschillende landen en het verminderde vertrouwen van bedrijven en werknemers een begrotingsinspanning die ver afwijkt van de gebruikelijke Europese begroting.

Er is dus een uitzonderlijk begrotingsplan nodig voor een groot infrastructureel plan dat via een grootscheeps “Europees financieel referendum” goedgekeurd dient te worden. Dat wil zeggen een Europese lening voor een bedrag van zo’n 1 700 miljard euro dat wordt vrijgemaakt voor de bankensector.

 
  
MPphoto
 
 

  Jan Andersson, Göran Färm, Inger Segelström en Åsa Westlund (PSE), schriftelijk. − (SV) Wij, Zweedse sociaaldemocraten, betreuren dat de EU steun aan tabaksproducten geeft terwijl we tezelfdertijd veel geld spenderen aan volksgezondheidscampagnes en maatregelen om het roken in de EU terug te dringen.

Wij vinden het ook een schandaal dat de EU-begroting wordt gebruikt voor steun aan stierengevechten, een traditie die volgens ons niet te verzoenen valt met moderne waarden en dierenrechten.

Wij betreuren ook dat alle vormen van exportsubsidies, samen met melkquota, nog steeds een deel van de EU-begroting opslorpen.

Wij hebben tegen al die voorstellen gestemd.

Wij willen ook verduidelijken waarom wij tegen het voorstel voor een nieuw proefproject ten gunste van kinderen en de rechten van het kind hebben gestemd. De reden is dat dit voorstel geen deel uitmaakt van het compromis tussen de fracties over proefprojecten, en om dit gevoelige compromis niet op de helling te zetten, konden wij het voorstel, waarvan de inhoud ons na aan het hart licht, helaas niet steunen (amendement 133).

Tot slot willen wij er onze grote teleurstelling over uiten dat de amendementen die ten doel hadden de vakbondssamenwerking en het overleg tussen het bedrijfsleven en de vakbondsorganisaties te versterken, niet door het plenum werden aangenomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Pierre Audy (PPE-DE), schriftelijk.(FR) Ik heb voor het verslag van mijn Duitse collega Jutta Haug gestemd over het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor 2009 en over de nota van wijzigingen nr. 1/2009 bij het voorontwerp van algemene begroting (VOB). Net als veel andere collega’s betreur ik het feit dat de Raad de toch al lage begroting nog verder heeft gereduceerd: de vastleggingskredieten in de ontwerpbegroting bedragen zo’n 134 miljard euro, dat is een verlaging van 469 miljoen euro ten opzichte van het VOB, terwijl de betalingen zo’n 115 miljard euro bedragen, dat is een verlaging van 1,8 miljard euro. De betalingen komen daarmee uit op 0,89% van het BNI, hetgeen een ongekend laag niveau is, waardoor het verschil tussen de vastleggingen en de betalingen nog groter wordt en dat is in strijd met het begrotingsbeleid. Wat de landbouw betreft, steun ik de opvoering van drie nieuwe fondsen voor het gemeenschappelijke landbouw- en visserijbeleid (het fonds voor herstructurering van de melkveesector, het fonds voor steun voor de milieuvriendelijke schapen- en geitenhouderij in de Europese Unie en het Financieel instrument ad hoc – aanpassing van de vissersvloot aan de economische gevolgen van de gestegen brandstofprijzen).

 
  
MPphoto
 
 

  Bastiaan Belder (IND/DEM), schriftelijk. − Het verslag-Haug krijgt mijn steun niet, omdat het Europees Parlement vraagt om meer uit te geven. Ik steun de nieuwe prioriteiten op het gebied van klimaatverandering en energie. Het is goed dat veel amendementen beogen deze prioriteiten in de begroting beter tot uitdrukking te brengen. Dat betekent evenwel ook dat we moeten aangeven op welke terreinen we willen besnoeien. Hierover vind ik niets in het standpunt van het Parlement terug.

Verder wil ik mij uitspreken voor evenwichtige steun aan de regeringen in het Midden-Oosten. Wat de Palestijnse Autoriteit betreft, behoeft dit punt blijvend aandacht. Het ter beschikking stellen van hulpgeld is wel op zijn plaats, omdat premier Fayad, naar het zich nu laat aanzien, een koers vaart die onze steun verdient.

Tot slot is het terecht dat de Europese Unie extra voedselhulp wil geven aan arme landen wegens de sterk gestegen voedselprijzen. Ik ben het eens met de rapporteur dat de financiering daarvan niet uit het budget voor de Europese landbouw behoort te komen, maar moet komen uit het budget voor extern beleid.

 
  
MPphoto
 
 

  Charlotte Cederschiöld, Christofer Fjellner, Gunnar Hökmark en Anna Ibrisagic (PPE-DE), schriftelijk. − (SV) Wij steunen de basisbeginselen van de EU-begroting voor 2009 en willen onderstrepen dat de begroting de burgers waar voor hun geld moet bieden. Het in de financiële vooruitzichten vastgelegde kader moet worden gerespecteerd en daarom zijn wij ermee ingenomen dat de begroting ruim binnen dat kader blijft.

Wij willen drastisch snoeien in de landbouw- en regionale steun en de totale begroting terugschroeven. Wij willen de gemeenschappelijke middelen in ruimere mate gebruiken voor onderzoek en ontwikkeling, groei, infrastructuur en veiligheid.

 
  
MPphoto
 
 

  Brigitte Douay (PSE), schriftelijk.(FR) Het Europees Parlement heeft donderdag 23 oktober de begroting voor de Europese Unie voor 2009 in eerste lezing goedgekeurd.

Deze begroting past binnen de bijzondere context van de te krappe financiële doelstellingen 2007-2013 – die de Franse socialisten overigens in 2006 weigerden goed te keuren – van de financiële crisis en de voorbereidingen van Europese verkiezingen van juni 2009.

Een begroting drukt het beleid uit maar dan in cijfers. Het Parlement is erin geslaagd de betalingskredieten weer op een aanvaardbaar niveau te brengen, ondanks de wens van de Raad om drastisch te snijden in de begrotingslijnen die voornamelijk belangrijk lijken te zijn voor de leden, zoals de maatregelen tegen de klimaatverandering, de steun voor het midden- en kleinbedrijf, de groei en het concurrentievermogen of de acties ten behoeve van de burgers.

In dit verband ben ik verheugd dat wij het niveau van de kredieten voor communicatieactiviteiten naar de burgers en de media naar een aanvaardbaar niveau hebben teruggebracht. Ter voorbereiding op de aankomende verkiezingen en om ervoor te zorgen dat burgers willen gaan stemmen, is het van essentieel belang dat zij bewust worden gemaakt van Europese vraagstukken. Alle initiatieven van de Commissie en het Parlement die bedoeld zijn om uit te leggen wat Europa is en wat de toegevoegde waarde ervan is voor het dagelijks leven en voor de voorbereiding op de toekomst, moeten gestimuleerd worden en daaraan moeten voldoende middelen worden toegekend.

 
  
MPphoto
 
 

  Proinsias De Rossa (PSE), schriftelijk. − (EN) Ik heb tegen amendement 134 gestemd. Door er voor te stemmen zou geloofwaardigheid worden verleend aan de valse beschuldiging van Kathy Sinnott dat de EU gedwongen abortus, onvrijwillige sterilisatie en kindermoord zou financieren.

 
  
MPphoto
 
 

  Pedro Guerreiro (GUE/NGL), schriftelijk. (PT) Als wij in vorige begrotingsprocedures al redenen te over hadden om ze onmiddellijk in eerste lezing te verwerpen, dan hebben wij nu nog meer redenen om hetzelfde te doen met het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2009.

Er zij op gewezen dat de Raad de komende begroting op dezelfde manier benadert als de vorige begrotingen. Ik bedoel hiermee dat hij opnieuw voornemens is dit instrument te gebruiken als basis om het neoliberale EU-beleid voort te zetten. Hoe kan het ook anders.

Uit deze begrotingsprocedure blijkt voor de zoveelste keer dat de EU een tendentieus antwoord biedt op de verergering van de kapitalistische crisis die wordt veroorzaakt door de financiële crisis in het hart van het systeem, namelijk in de Verenigde Staten. Noch de Commissie, noch het Europees Parlement, noch de Raad komt in het kader van de gemeenschapsbegroting met maatregelen die op doeltreffende wijze tegemoetkomen aan de behoeften en de groeiende moeilijkheden van de werknemers en de bevolking in het algemeen, de micro-, kleine en middelgrote ondernemingen en een groot deel van de productieve sector.

Net op het moment dat de structurele crisis in de Europese Unie in alle hevigheid toeslaat, brengt de Raad de betalingen terug tot een “ongekend laag niveau”. Het verschil met het financiële meerjarenkader bedraagt bijna negen miljard euro.

Daarom heb ik tegengestemd.

 
  
MPphoto
 
 

  Anna Hedh (PSE), schriftelijk. − (SV) Ik heb mij van stemming onthouden omdat grote delen van het resultaat een teleurstelling zijn. Het is bijvoorbeeld te gek dat de EU tabaksproducenten financiert terwijl we tezelfdertijd veel geld besteden aan volksgezondheidscampagnes en maatregelen om het roken in de EU terug te dringen.

Bovendien is het een schandaal dat de EU-begroting wordt gebruikt voor steun aan stierengevechten, een traditie die volgens mij niet te verzoenen valt met moderne waarden en dierenrechten.

Ik betreur ook dat al die soorten exportsubsidies nog steeds een deel van de EU-begroting opslorpen en dat de amendementen die ten doel hebben de vakbondssamenwerking en het overleg tussen de sociale partners te versterken, niet door het Parlement werden aangenomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Bairbre de Brún en Mary Lou McDonald (GUE/NGL), schriftelijk. − (EN) Wij spreken ons ten stelligste uit tegen gedwongen abortus, gedwongen sterilisatie en kindermoord en beschouwen deze handelingen eveneens als mensenrechtenschendingen.

Wij hebben ons onthouden van stemming over dit amendement omdat nooit EU-middelen voor dergelijke doeleinden zijn gebruikt en omdat het amendement zich niet duidelijk uitlaat over het belang van het internationale ontwikkelingswerk van geloofwaardige organisaties die vrouwen helpen op het gebied van vruchtbaarheidscontrole, met name seksuele voorlichting, reproductieve gezondheidsdiensten en gezinsplanning, en die zich inzetten voor het recht van vrouwen op gezondheidszorg.

Vanwege het belang van deze kwestie stemmen wij weliswaar voor de amendementen 612, 131, 132 en 133, maar we zouden het gepaster vinden om een aparte begrotingslijn voor kinderrechten te creëren. Hieronder zouden dan ook de vraagstukken vallen die in de genoemde amendementen aan bod komen.

 
  
MPphoto
 
 

  Erik Meijer (GUE/NGL), schriftelijk. − Door begrotingspost 05020812 en amendement 169 is het onderwerp schoolfruit opeens onverwacht belangrijk geworden, door voorstellen om er voortaan meer geld aan te besteden. Tot nu toe gaat het om een opkoopregeling waarvoor al jaren geld wordt gereserveerd met het doel de fruitkwekers te steunen. Daardoor krijgt het opgekochte fruit een nuttig doel. Voor de toekomst liggen voorstellen voor die vanaf 2010 kunnen leiden tot verruiming van het budget voor "marktordening" met EUR 90 miljoen per jaar of meer. Het Parlement mag hierover alleen maar adviseren. De Raad beslist en de subsidiariteitstoets is niet van toepassing, omdat deze bevoegdheid reeds lang door de artikelen 36 en 37 van het Verdrag is toegewezen aan de EU.

Onze partij, de Socialistische Partij in Nederland, vindt dat een rare gang van zaken. Een schoolfruitregeling kan nuttig zijn om te voorkomen dat kinderen steeds zwaarder en ongezonder worden. De vraag is waarom nu juist de EU daarvoor moet zorgen in plaats van de gemeenten die het onderwijs organiseren. Uit de EU-kas worden nu betalingen gedaan aan de lidstaten, die verplicht zijn om daar zelf een bedrag aan toe te voegen, waarna de uitvoering bij de gemeenten ligt. Die werkwijze levert vooral veel overbodige administratie en omslachtige bureaucratie op.

 
  
MPphoto
 
 

  Luca Romagnoli (NI), schriftelijk, (IT) Mevrouw de voorzitter, geachte collega’s, ik heb gestemd voor het ontwerp van algemene begroting voor het begrotingsjaar 2009, opgesteld door collega Haug. Ik ben verheugd vast te stellen dat in het voorontwerp van begroting voor het volgende begrotingsjaar meer middelen zijn gereserveerd voor de totale uitgaven aan transport. Verheugd ben ik verder over de instelling van een nieuwe begrotingslijn voor ondersteunende activiteiten in het kader van het Europees beleid op het gebied van vervoer en passagiersrechten. Toch moet ik mijn teleurstelling uitspreken over de afname van de betalingen voor deze posten, al gaat het dan niet om een excessieve afname.

Tenslotte wil ik wijzen op de opvattingen van de Commissie LIBE waarvan ik deel uitmaak. Ik sluit mij aan bij collega Dührkop inzake haar tevreden vaststelling dat de verhoging van het budget zoals die dit jaar is voorzien voor titel 18 "Ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid" ook voor 2009 blijft gehandhaafd. Dit weerspiegelt het grote belang dat wordt gehecht aan thema’s als veiligheid en bescherming van de vrijheden, aan het beheer van migratiestromen en de controle van de Europese buitengrenzen, thema’s die ook in de ogen van de Europese burgers steeds belangrijker worden.

 
  
MPphoto
 
 

  Olle Schmidt (ALDE), schriftelijk. − (SV) Zoals altijd wanneer men over een begroting van de omvang van die van de EU stemt, zijn er details waarover men op- of aanmerkingen kan hebben. In het geval van de EU is het natuurlijk in de eerste plaats het landbouwbeleid dat tegen de borst stuit. Daarom kan het vreemd lijken voor een begroting te stemmen waarvan de dominerende begrotingslijn er een is die men het liefst als een van de minst omvangrijke had gezien, of zelfs helemaal niet. Tezelfdertijd moet men het geheel zien, en het goede nieuws is dat het besef groeit dat aanzienlijk meer middelen moeten worden besteed aan wat echt gemeenschappelijke taken zijn – in dit geval het klimaat. Mijn stem moet daarom worden geïnterpreteerd in het licht van het feit dat de ontwerpbegroting dit jaar een verschuiving in de goede richting betekent, niet als kritiekloze steun voor de totale inhoud. Er zijn twee rectificaties, onder andere over steun aan tabaksproducenten, in de notulen van de stemming opgenomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Catherine Stihler (PSE), schriftelijk. − (EN) Amendement 602 is aangenomen door het Parlement. Dit is teleurstellend, omdat de subsidiëring van de tabaksproducenten in de EU hierdoor wordt voortgezet. Jaarlijks sterft een half miljoen EU-burgers als gevolg van tabaksgebruik. Het is een schande dat nog steeds subsidies worden verstrekt voor de teelt van een product dat de dood van zoveel mensen veroorzaakt.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrzej Jan Szejna (PSE), schriftelijk. – (EL) De goedkeuring van de begroting 2009 van de EU door de centrumrechtse en centrumlinkse krachten in het Europees Parlement, waarvan ook de Griekse afgevaardigden van de ND, de PASOK en LAOS deel uitmaken, toont aan hoezeer het tegen de werknemers gerichte, volksvijandige beleid op de spits wordt gedreven.

In het kader van de strategie van Lissabon en in een tijd waarin het kapitalistisch systeem in een crisis verkeert, benut de EU de begroting om de lasten van deze crisis op de schouders van de werknemers af te wentelen. Zij zet meer vaart achter de kapitalistische herstructureringen, bevordert keiharde, tegen de werknemers gerichte maatregelen om collectieve arbeidsovereenkomsten onderuit te halen, de toepassing van soepele werkgelegenheidsvormen te veralgemenen en de openbare sociale dienstverlening en de sociale verzekeringsstelsels te privatiseren.

De Europese Commissie en het Europees Parlement steken het imperialistisch optreden van de EU een hart onder de riem door de kredieten voor de militarisering van de EU te verhogen, waardoor zij het pad effenen voor de Europese monopolies en deze helpen de markt in derde landen te veroveren.

Met een ´wortel en stok´-beleid probeert de EU de arbeidersbeweging te manipuleren en versterkt zij de repressieve mechanismen om de arbeiders- en volksstrijd de kop in te kunnen drukken. Tegelijkertijd probeert zij via de sociale dialoog de werknemers zover te krijgen dat zij instemmen met het Europese eenrichtingsverkeer.

De delegatie van de Communistische Partij van Griekenland in het Europees Parlement heeft tegen de geheel in het teken van de klassenstrijd staande begroting en tegen de imperialistische plannen van het EU-kapitaal gestemd.

 
  
MPphoto
 
 

  Silvia-Adriana Ţicău (PSE), schriftelijk. (RO) Bij de stemming over het verslag ter goedkeuring van de begroting 2009, afdeling III – Commissie, heb ik voor de paragrafen 14 en 38 van het verslag gestemd, waarin wordt gepleit voor de ontwikkeling van bestuurlijke capaciteiten met betrekking tot het Nabucco-project.

Ik heb ook gestemd voor amendement 542, dat voorziet in een verhoging van begrotingspost 06 03 04 (Financiële steun aan projecten van gemeenschappelijk belang van het trans-Europese vervoersnetwerk) met 5 miljoen euro. Hoewel dit een heel klein bedrag is in vergelijking met de omvang van de begrotingen die nodig zijn voor de uitvoering van de energieprojecten, ben ik toch van mening dat het belangrijk is dat wij de voor de uitvoering van dit project benodigde institutionele deskundigheid ontwikkelen. Het aanvullende bedrag is bestemd voor de ontwikkeling van de bestuurlijke vaardigheden van de coördinator van het Nabucco-project.

Europa moet zijn bronnen van energievoorziening spreiden. In die zin is het Nabucco-project voor de Europese Unie een strategisch project. Het feit dat deze amendementen met grote meerderheid zijn aangenomen, is een erkenning van het grote belang dat het Europees Parlement aan het Nabucco-project hecht. Verder verwachten wij dat specifieke maatregelen worden getroffen die ertoe zullen leiden dat de bouw van de Nabucco-pijpleiding kan worden begonnen.

 
  
MPphoto
 
 

  Gary Titley (PSE), schriftelijk. − (EN) EP-leden van de Britse Labour-partij pleiten sinds jaar en dag voor een hervorming van het GLB, met name voor hervormingen die bezuinigingen opleveren, en zij zijn dus tegen maatregelen die onnodige kosten met zich meebrengen. In het bijzonder is de Labour-delegatie in het Europees Parlement tegen de subsidiëring van de tabaksproductie, stierengevechten, nieuwe middelen voor zuivel, schapen en geiten en middelen voor voorlichting inzake het GLB.

De leden van de Britse Labour-partij verwelkomen elke gelegenheid om kleine en middelgrote ondernemingen te steunen, aangezien deze de ruggengraat van onze economie vormen en de meeste werkgelegenheid bieden in de EU. Consolidatie van de uitgaven in één begrotingsrubriek zorgt ervoor dat er meer aandacht kan worden besteed aan de behoeften van het MKB.

 
  
  

− Verslag-Lewandowski (A6-0397/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Pierre Audy (PPE-DE), schriftelijk. – (FR) Ik heb voor de resolutie over de afdelingen van de begroting van de Europese Unie gestemd, behalve voor de begroting van de Europese Commissie, op basis van het verslag van mijn Poolse collega Janusz Lewandowski. Hoewel de begrotingen die onder dit verslag vallen geen grote problemen lijken op te werpen, blijf ik ervan overtuigd dat er niet voldoende middelen aan het Europees Parlement worden toegekend die in lijn zijn met de politieke verantwoordelijkheden die het tijdens de ontwikkeling van de verdragen heeft gekregen en de activiteiten van haar leden en, daarbij, de plaats die het Parlement inneemt bij het overbruggen van de kloof die is ontstaan tussen de Europese integratie en de Europese burgers, zoals telkens blijkt uit de verschillende recent gehouden referenda. Net als de grote meerderheid van mijn collega’s, steun ik de voorgestelde uitbreiding van de controlecapaciteit van de Europese Rekenkamer door het creëren van 20 extra posten. De kosten voor de financiering van de uitbreiding van het gebouw van de Rekenkamer moeten voor de belastingbetaler zo laag mogelijk worden gehouden. Het is een goed idee om deze kosten over een periode van vier jaar rechtstreeks via de begroting te financieren, in plaats van de veel hogere kosten die zouden voortvloeien uit een over 25 jaar gespreide huurkoopovereenkomst via een verhullende manoeuvre te proberen te maskeren.

 
  
MPphoto
 
 

  Hélène Goudin en Nils Lundgren (IND/DEM), schriftelijk. − (SV) Het uitgangspunt van het verslag is een nauwere institutionele samenwerking door een algemene toename van de posten in de EU-instellingen. De rapporteur denkt dat op die manier de efficiëntie zal verbeteren. Er wordt bijvoorbeeld voorgesteld om de personeelssterkte van de fracties met 53 posten uit te breiden. Bovendien worden, naast de nieuwe posten die in de ontwerpbegroting zijn opgenomen, nog eens twee hogere posten gecreëerd.

Wij van Junilistan zijn grote voorstanders van het effectiever maken van het EU-systeem, maar zijn van mening dat dit niet automatisch wordt gerealiseerd door meer posten. Wij zijn principieel tegen een toename van de begroting en van het aantal posten, omdat wij vinden dat dit meer bureaucratie en minder nationale zelfbeschikking inhoudt. Wat de extra posten in de fracties betreft, blijven wij erbij dat ze in de eerste plaats de grote fracties ten goede zullen komen, waardoor het voor andere fracties moeilijker wordt om een eigen beleid te voeren.

Bovendien heeft het Europees Parlement eerder al stappen ondernomen om EU-bijdragen in te voeren voor “Europese partijen” en ermee verbonden partijpolitieke stichtingen. Wij zijn van mening dat men op die manier de grote gevestigde politieke partijen en hun fracties in het Europees Parlement meer dan voldoende heeft begunstigd op kosten van de belastingbetalers. Wij van Junilistan hebben daarom besloten om tegen het verslag te stemmen.

 
  
MPphoto
 
 

  Luca Romagnoli (NI), schriftelijk, (IT) Mevrouw de voorzitter, geachte collega’s, ik heb gestemd voor het ontwerp van algemene begroting 2009, zoals gepresenteerd in het verslag van collega Lewandowski. Ik ben van mening dat de Europese Unie de financiële discipline streng in het oog moet houden teneinde een krachtig signaal te geven in deze tijden van grote onzekerheid op de verschillende markten. Ik wil benadrukken dat er veel te winnen is met het aanhalen van de interinstitutionele samenwerking.

Tenslotte acht ik het noodzakelijk mijn bezwaar uit te spreken tegen amendementen die voorzien in het serieus snijden in Europese structuurfondsen voor Zuid-Italiaanse regio’s. Hoewel moet worden onderkend dat in deze regio’s het beheer van de fondsen kan worden verbeterd, is dit niet de manier om te komen tot een geïntegreerd Europa. Als een kraan lekt, sluiten we de kraan niet af maar repareren we de leiding. Dat uitgangspunt geldt ook hier.

 
  
MPphoto
 
 

  Hannes Swoboda (PSE), schriftelijk. (DE) Met betrekking tot amendement 4 op het verslag-Lewandowski wil ik erop wijzen dat de PSE-Fractie dit amendement bij vergissing niet mede heeft ondertekend, maar wel volledig gesteund heeft en nog steeds steunt.

 
  
MPphoto
 
 

  Gary Titley (PSE), schriftelijk. − (EN) De EP-leden van de Britse Labour-partij zijn voor het beginsel dat het Europees Parlement kennisgebaseerd dient te zijn, maar heeft vanwege de huidige financiële omstandigheden en de daaruit voortvloeiende noodzaak om te bezuinigen, besloten zich te onthouden van stemming over het besluit om het fractiepersoneel uit te breiden.

 
  
  

− Aanbeveling: Ulrich Stockmann (A6-0375/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Pedro Guerreiro (GUE/NGL), schriftelijk. (PT) Zoals wij in de loop van dit proces meermaals hebben benadrukt, hebben wij hier te maken met een opzettelijke poging om “concurrentie” te verwarren en te identificeren met “transparantie”.

Uiteraard is het noodzakelijk om duidelijke criteria te handhaven en te bepalen waarvoor de luchthavengelden precies betaald worden.

Dit mag echter niet gebeuren in het kader van een beleid dat gericht is op de liberalisering en de privatisering van een strategische openbare dienst als het luchtvervoer en te dien einde zweert bij de oprichting van een “werkelijk concurrerende luchthavenmarkt”, de toepassing van het beginsel “de gebruiker betaalt” en een renderende openbare dienstverlening. Zoals wij al eerder onderstreepten, wordt zelfs geprobeerd om de zogenaamde “regulerende rol” te onttrekken aan het overheidstoezicht en in handen te geven van “onafhankelijke” regelgevende instanties of autoriteiten.

Wij herhalen dat eerdere privatiseringsrondes in de sector niet alleen geen meerwaarde in de dienstverlening hebben opgeleverd, maar bovendien banen hebben vernietigd, de rechten van werknemers hebben aangetast en soms zelfs technische en operationele problemen hebben veroorzaakt.

Ofschoon de ultraperifere regio’s niet uitdrukkelijk worden uitgesloten van de toepassing van de richtlijn (er wordt rekening gehouden met de permanente natuurlijke en geografische beperkingen en nadelen waarmee deze regio’s geconfronteerd worden en er wordt voorzien in passende uitzonderingen voor wat betreft de naleving van de verplichtingen inzake universele openbare dienstverlening), zoals wij hebben bepleit, stellen wij met voldoening vast dat het toepassingsgebied van de richtlijn beperkt blijft tot luchthavens met meer dan vijf miljoen passagiers per jaar.

 
  
MPphoto
 
 

  Timothy Kirkhope (PPE-DE), schriftelijk. − (EN) De Britse Conservatieven erkennen weliswaar dat de heffingen die luchthavens hun gebruikers in rekening brengen, af en toe gecontroleerd dienen te worden, maar zij hebben zich onthouden van stemming over de amendementen in de tweede lezing van de ontwerprichtlijn inzake luchthavengelden. Dit omdat zij menen dat de regulering van bepaalde regionale luchthavens nog steeds overbodig is en hun concurrentievermogen zou kunnen ondermijnen. De Conservatieven vonden het in de eerste lezing belangrijk om in de EU een drempelpercentage in te voeren. De huidige drempel is willekeurig en houdt geen rekening met het concurrentievermogen van de sector.

 
  
MPphoto
 
 

  Jörg Leichtfried (PSE), schriftelijk. (DE) Ik stem voor de door Ulrich Stockmann gepresenteerde richtlijn inzake luchthavengelden.

Door dit verslag wordt misbruik bemoeilijkt en concurrentievervalsing teruggedrongen. Op die manier kan worden voorkomen dat luchthavens misbruik maken van hun machtspositie op de markt door buitensporige heffingen op te leggen aan de luchtvaartmaatschappijen.

Ik vind het goed dat de hoogte van de heffingen voortaan sterker wordt gedifferentieerd en dat het nieuwe systeem dus ook consumentvriendelijker wordt. Voor passagiers is het in elk geval belangrijk om te weten hoe en op welke basis de heffingen worden berekend.

Ook is het belangrijk dat bij deze richtlijn uniforme bepalingen worden vastgesteld inzake wederzijdse informatieplicht, transparantievereisten en methoden voor de berekening van de heffingen.

 
  
MPphoto
 
 

  Astrid Lulling (PPE-DE), schriftelijk. (DE) Net als in de eerste lezing stem ik ook in de tweede lezing niet in met de richtlijn inzake luchthavengelden, omdat het onderhavige voorstel tot een onaanvaardbare discriminatie van de luchthaven Luxemburg zal leiden. Dat is geen manier om met een klein land om te gaan. De toepassing van de richtlijn op de luchthaven Luxemburg met zijn 1,6 miljoen passagiers per jaar en de niet-toepassing op de naaste concurrenten Frankfurt-Hahn en Brussel-Charleroi, die meer dan drie miljoen passagiers verwerken, is een ondraaglijke discriminatie op de interne markt, alleen maar omdat er een nationale grens tussen Luxemburg en de andere luchthavens ligt.

Niet nationale grenzen, maar objectieve criteria moeten van doorslaggevende betekenis zijn voor deze richtlijn, wanneer deze ten doel heeft te voorkomen dat een luchthaven misbruik maakt van zijn machtspositie.

Bij kleinere luchthavens bestaat, zelfs wanneer ze het enige vliegveld in het land zijn, het risico van dergelijk misbruik niet. Vooral niet wanneer de concurrerende luchthavens, waarop bovendien lagekostenmaatschappijen vliegen, dichtbij zijn. Luxemburg is zo klein dat de drie buurlanden binnen dertig minuten per auto te bereiken zijn.

We hebben hier te maken met een ernstige schending van het evenredigheidsbeginsel. Daarom stem ik ook in tweede lezing uit protest tegen deze tekst, die als compromis was bedoeld.

 
  
MPphoto
 
 

  Seán Ó Neachtain (UEN), schriftelijk. − (GA) De rapporteur en de Commissie vervoer en toerisme hebben bergen verzet met het oog op dit verslag. Het achterwege blijven van amendementen laat zien dat dit Parlement een sterk en verenigd standpunt heeft ingenomen met betrekking tot deze kwestie en dat de leden het belang erkennen om de richtlijn inzake luchthavengelden te bevorderen.

Ik ben verheugd over de goedkeuring in eerste lezing van de bepaling van de richtlijn inzake de aanpassing van de luchthavencapaciteit van 1 naar 5 miljoen passagiers per jaar. Daarnaast is het prijzenswaardig dat er milieubepalingen in het gemeenschappelijk standpunt zijn opgenomen.

Naar mijn mening ontbraken er echter specifieke elementen in dit gemeenschappelijk standpunt, maar de rapporteur kan dit in tweede lezing aanpassen. Daarom zeg ik bij dezen mijn volledige steun toe.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrzej Jan Szejna (PSE), schriftelijk. − (PL) De richtlijn inzake luchthavengelden zal een einde maken aan de aanhoudende discussies en conflicten tussen luchthavens en luchtvaartmaatschappijen aangaande de kostprijs en de kwaliteit van luchthavendiensten. De nieuwe bepalingen zullen passagiers ook beschermen tegen buitensporige luchthavengelden en zullen paal en perk stellen aan de door grote luchthavens gebruikte praktijk om kunstmatig hoge prijzen op te leggen. Tot op heden werden de kosten die de luchtvaartmaatschappijen voor het gebruik van de luchthavens dienden te betalen, afgewenteld op de consument.

De richtlijn heeft tot doel de transparantie te vergroten en de beginselen voor het innen van de luchthavengelden te verduidelijken. Voorts worden ook meer specifieke bepalingen ingevoerd aangaande de kwaliteitsnormen die van toepassing zijn op de diensten die geleverd moeten worden. Bovendien voorziet de richtlijn in de oprichting van onafhankelijke toezichthoudende instanties. Dankzij de nieuwe richtlijn zullen de luchthavengelden eindelijk afhankelijk zijn van de reële kosten en zal ook einde worden gemaakt aan de discriminatie tussen specifieke luchtvaartmaatschappijen.

De bovengenoemde richtlijn zal betrekking hebben op de 67 grootste Europese luchthavens met meer dan vijf miljoen passagiersbewegingen per jaar. De luchthaven Okęcie in Warschau behoort tot deze groep. De richtlijn zal tevens van toepassing zijn op de grootste luchthavens in de lidstaten van de Unie. Tegen 2010 zullen nog eens tien nieuwe luchthavens onder de richtlijn vallen.

 
  
MPphoto
 
 

  Lars Wohlin (PPE-DE), schriftelijk. − (SV) Vanaf het eerste moment dat dit voorstel voor aan het Europees Parlement voorgelegd werd, ben ik er tegen geweest, omdat ik vind dat het Verdrag van Chicago, waarin momenteel de basisbepalingen inzake luchthavengelden zijn geregeld, ook in de toekomst dezelfde betekenis voor de lidstaten moet hebben. Er is geen enkele reden om regels te veranderen die algemeen aanvaard worden en dus alleen door de lidstaten gereguleerd kunnen worden.

Nieuwe EU-wetgeving houdt in dat de prijsstelling in geval van een dispuut uiteindelijk door het Europees Hof van Justitie kan worden geïnterpreteerd en dat is allicht één van de redenen waarom dit voorstel werd voorgelegd. Ik denk echter dat er reden is om sceptisch te zijn wanneer het Europees Hof van Justitie het bindende Gemeenschapsrecht moet interpreteren. De afkeer om in verband met bepaalde aangelegenheden met nationale bepalingen rekening te houden, baart mij zorgen. Ik vind dat er ook in de toekomst redenen moeten zijn om vraagtekens te zetten bij de rol van het Europees Hof van Justitie, met name wat deze kwestie betreft.

 
  
  

− Verslag-Pack (A6-0378/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandro Battilocchio (PSE), schriftelijk, (IT) Ik heb gestemd voor het verslag van Doris Pack over de sluiting van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Bosnië en Herzegovina, anderzijds, omdat ik er van overtuigd ben dat een dergelijke stap bijdraagt aan de totstandkoming van contractuele betrekkingen tussen beide partijen die helpen bij de overgang van Bosnië en Herzegovina naar een volwaardig functionerende staat.

Op deze manier zal de economie van Bosnië een vlucht nemen en zal regulering en wetgeving in het land stapsgewijs bewegen in de richting van het acquis communautaire van de Europese Unie, wat weer leidt tot versterking van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst (SAO). Dit is een wenselijke ontwikkeling in het licht van de grote inspanningen die moeten worden geleverd bij het wegnemen van de nog steeds bestaande etnische scheidslijnen. Doel is voortgaan op een weg die leidt tot werkelijke verzoening tussen de verschillende partijen. Ik ben het verder volledig eens met de observatie dat dergelijke inspanningen speciaal gericht moeten zijn op de jonge generaties, waarbij de twee verschillende entiteiten gemeenschappelijke onderwijsprogramma’s krijgen aangeboden en waarbij gestreefd wordt naar een gedeeld besef van de recente tragische gebeurtenissen die zich in het land hebben voorgedaan.

 
  
MPphoto
 
 

  Pedro Guerreiro (GUE/NGL), schriftelijk. (PT) Het Europees Parlement “stemt in met de sluiting van de overeenkomst”...

Achter deze negen woorden gaan 65 bladzijden schuil van een “overeenkomst” die zich, naast vele andere negatieve elementen, laat leiden door wat eufemistisch wordt omschreven als “beginselen van de markteconomie”.

Om nog maar te zwijgen van diverse verontrustende politieke aspecten, is het hoofddoel van de overeenkomst de integratie van Bosnië en Herzegovina in de Europese interne markt om te waarborgen dat hun economie in handen komt van de grote multinationals van de EU.

De overeenkomst staat bol van termen als “vrije handel”, “vrij verkeer van kapitaal”, “liberalisering van het recht van vestiging en dienstverlening” en “liberalisering van het vervoer” (lucht, zee, binnenwateren en land). Doel is dat Bosnië en Herzegovina de communautaire wetgeving inzake vrije mededinging op de interne markt en “andere handelsgerelateerde kwesties” binnen een termijn van zes jaar “naar behoren uitvoert en handhaaft”.

Uiteraard steunen wij de verdere ontwikkeling van vriendschappelijke betrekkingen met andere landen, op voorwaarde dat daarbij wordt ingespeeld op hun reële behoeften. Bovendien is het onontbeerlijk dat deze betrekkingen voor beide partijen nuttig zijn en bijdragen tot wederzijdse ontwikkeling, met inachtneming van het beginsel van niet-inmenging en eerbiediging van de nationale soevereiniteit.

De overeenkomst is echter in strijd met dit beginsel.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (B6-0537/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Sebastian Valentin Bodu (PPE-DE), schriftelijk. (RO) Het probleem van de zeepiraterij is tegenwoordig net zo actueel als een paar honderd jaar geleden. Het is echter absoluut niet het romantische, edele “beroep” zoals dat in avonturenromans of in de filmserie “Pirates of the Caribbean” wordt voorgesteld.

Piraterij eist slachtoffers en levert degenen die dit “beroep” uitoefenen gigantische inkomsten op. Volgens sommige cijfers hebben piraten alleen al vorig jaar meer dan zestig schepen aangevallen, waarbij veertien schepen werden gekaapt en honderden zeelieden in gijzeling werden genomen. De piraterij in de Golf van Aden heeft scheepseigenaren al tussen de 18 en 30 miljoen dollar gekost aan losgeld dat werd betaald om de schepen en hun bemanningen terug te krijgen.

Bovendien kan piraterij tot gecompliceerde situaties leiden, zoals toen een Oekraïens schip met dertig houwitsers aan boord in handen viel van Somalische piraten. Deze wapens hadden heel goed bij islamitische militanten in Somalië of in andere conflictgebieden op het Afrikaanse continent terecht kunnen komen. Het is moeilijk uit te leggen hoe het kan dat wij, in het jaar 2008, net als in de Middeleeuwen nog steeds te maken hebben met piraterij. De internationale gemeenschap in het algemeen en de Europese Unie in het bijzonder hebben de plicht om deze historische anomalie te onderzoeken en mechanismen te ontwikkelen om daar een eind aan te maken in het belang van de hele regio.

 
  
MPphoto
 
 

  David Martin (PSE), schriftelijk. − (EN) Ik sta volledig achter de resolutie over zeepiraterij. Momenteel vinden rond de Hoorn van Afrika twee aanvallen per dag plaats, en de piraten verstoren het handelsverkeer en verhinderen de levering van hulpgoederen aan Somalië. Deze resolutie roept op tot een gecoördineerd optreden van de EU, de VN en de Afrikaanse Unie, teneinde de piraten in de regio te isoleren en ervoor te zorgen dat hulpgoederen deze geteisterde regio kunnen bereiken. Ik steun deze aanbevelingen.

 
  
MPphoto
 
 

  Luís Queiró (PPE-DE), schriftelijk. (PT) Een van de belangrijkste aspecten van de EU NAVCO-missie is dat het om de eerste mariene operatie van de EU gaat. Een ander meldenswaardig feit is dat de EU zich er duidelijk van bewust is dat het met deze actie tegen piraterij zijn directe belangen beschermt. Dit bewustzijn vloeit duidelijk voort uit de gevolgen van de globalisering. Naarmate de wereld dichterbij komt en de Europese economie zich over de wereld verspreidt, is het duidelijk dat onze belangen veel verder reiken dan onze grenzen. Bijgevolg vereist ook de bescherming van deze belangen middelen die verder reiken dan de geografische grenzen van Europa.

Parallel hiermee moet worden onderstreept dat deze belangen en de bescherming ervan in de regel door Europa met zijn bondgenoten wordt gedeeld. Daarom speelt onder meer de NAVO een relevante rol in de strijd tegen de piraterij. Het is belangrijk dat wij dit punt erkennen en opnemen in onze analyse van deze veranderende situatie.

 
  
MPphoto
 
 

  Luca Romagnoli (NI), schriftelijk, (IT) Mevrouw de voorzitter, geachte collega’s, ik heb gestemd voor het voorstel inzake een resolutie over piraterij op zee. Het vrije verkeer van schepen is een essentiële voorwaarde voor de ontwikkeling van de internationale handel. De Europese Unie kan niet aanvaarden dat acties van piraterij plaatsvinden ten koste van vissersboten van de Gemeenschap die actief zijn voor de kust van Somalië, een kust die geldt als jachtgebied voor zeerovers.

Ik sta achter de oproep aan de overgangsregering van Somalië om, in samenwerking met de Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie, acties van piraterij en gewapende roofovervallen die worden uitgevoerd vanaf de Somalische kust en die gericht zijn tegen schepen die humanitaire hulpmiddelen vervoeren, te beschouwen als criminele daden waarop moet worden geantwoord met de arrestatie van de verantwoordelijken, dit alles binnen de kaders van het internationale recht. Tenslotte juich ik de gemeenschappelijke actie toe, als voorgesteld door de Raad, om het gebied waarbinnen het recht op achtervolging door de lucht of over zee van deze piraten geldt, uit te breiden met de territoriale wateren van de omringende, aan zee gelegen landen, op voorwaarde dat deze landen hiermee akkoord gaan, en om te komen tot een systeem van onderlinge steun in geval van piraterij op zee.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Simpson (PSE), schriftelijk. − (EN) Ik stem voor deze resolutie, en ik feliciteer mijn collega’s van de Commissie vervoer met het feit dat zij dit initiatief op dit moment hebben genomen.

Zeepiraterij is een vorm van criminaliteit die niet alleen een bedreiging vormt voor het leven van zeelieden, maar ook het normale handelsverkeer en zelfs de hulpverlening ontwricht.

Moderne piraten zijn verstoken van romantiek. Het zijn geen Johnny Depp-achtige figuren die door het want suizen. Het zijn hopeloze, gevaarlijke criminelen die hun straf niet mogen ontlopen.

Piraterij is in de hele wereld een probleem, met name voor de kust van Somalië, waar deze vorm van criminaliteit epidemische vormen heeft aangenomen. Het is tijd voor een georganiseerd internationaal optreden om een eind te maken aan deze activiteiten. Deze resolutie komt precies op tijd, en ik hoop dat zij bijdraagt tot een goede samenwerking van onze regeringen in het kader van de internationale inspanningen.

 
  
MPphoto
 
 

  Georgios Toussas (GUE/NGL), schriftelijk. – (EL) Met de resolutie die werd aangenomen door de grote coalitie van de centrumrechtse en centrumlinkse politieke krachten in het Europees Parlement, worden onder het voorwendsel van de strijd tegen piraterij de nieuwe imperialistische interventies van de EU in het gebied van Somalië en de Hoorn van Afrika bevorderd. De gevallen van piraterij die zich hebben voorgedaan in dit gebied, waar de imperialistische wedijver tussen de EU, de VS, Rusland en andere mogendheden zich toespitst, worden aangegrepen om de aanwezigheid op te leggen van EU-militairen, die met wapengekletter haar imperialistische plannen voor het verkrijgen van de geostrategische controle probeert te bevorderen.

Het Europees Parlement juicht het besluit van de Raad toe om een EU-zeemacht op te richten en naar het gebied te sturen. Deze macht is in feite een wapen waarmee de Europese monopolies een vergroting van hun marktpenetratie en een herverdeling van de markten in hun voordeel proberen te bewerkstelligen. Deze nieuwe imperialistische operatie betekent dat de rijkdom producerende hulpbronnen in het gebied nog sterker zullen worden geplunderd, de volkeren nog sterker zullen worden uitgebuit om de winst van de monopolies te kunnen verzekeren en nieuwe gevaren ontstaan voor oorlogszuchtig avonturisme in het gebied waar de imperialistische wedijver woedt.

De volkeren kunnen een stokje steken voor deze nieuwe imperialistische plannen door hun onvervreemdbaar recht op het bepalen van hun eigen toekomst en hun eigen lot af te dwingen, uitgaande van hun eigen belangen, en aldus de plannen en aspiraties van de imperialisten dwarsbomen.

 
  
MPphoto
 
 

  Geoffrey Van Orden (PPE-DE), schriftelijk. − (EN) De delegatie van de Britse Conservatieven spreekt zich uit voor een krachtige internationale marineactie tegen piraterij, maar wij zijn niet van mening dat de EU daarbij kan, of mag, worden betrokken. Daarom hebben we ons onthouden van stemming over deze resolutie. Voor de kust van de Hoorn van Afrika wordt reeds een eskader van de NAVO ingezet tegen piraterij. De EU-lidstaten die schepen aan de “EU-zeemacht” zouden moeten bijdragen, leveren reeds een bijdrage aan de NAVO-respons. De EU beschikt niet over nog meer marinemiddelen. Een dergelijke EU-zeemacht levert geen meerwaarde op, maar zorgt alleen voor complicaties, verwarring en verdubbelingen, terwijl onder de gegeven omstandigheden een samenhangend optreden vereist is, een ondubbelzinnige commandoketen en duidelijke politieke controle en krachtige regels voor gevechtssituaties. Dit is een klus voor de NAVO. Wij maken tevens bezwaar tegen het gebruik van termen als “EU-vissersschepen”, “EU-vissers” en “communautaire vissers-, koopvaardij- en passagiersschepen”. De EU bezit geen schepen, en er zijn geen schepen die onder EU-vlag varen.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Wojciechowski (IND/DEM), schriftelijk. − (PL) In de periode tussen 2000  en 2006 zijn wereldwijd 2 400 handelingen van piraterij geregistreerd. In dit cijfer is geen rekening gehouden met de incidenten die niet worden aangegeven door vervoersondernemingen omdat ze vrezen dat hun verzekeringspremies omhoog zullen gaan. De Australische regering heeft berekend dat het reële aantal handelingen van piraterij 2 000 procent hoger ligt. Piraterij leidt tot verliezen ten belope van 13 tot 16 miljard dollar per jaar en dit bedrag zal in de loop van de volgende jaren waarschijnlijk nog aanzienlijk stijgen.

Somalië is slechts het topje van de ijsberg. Sinds 2000 moeten de wateren voor de kusten van Zuidoost-Azië, Maleisië, Indonesië, Nigeria, Irak en Tanzania als de gevaarlijkste wateren ter wereld worden beschouwd.

Deze handelingen van piraterij op zee zijn niet alleen een ernstige bedreiging voor de mens, maar ook voor de maritieme veiligheid. De Europese Unie zou bijgevolg alles in het werk moeten stellen om deze bedreiging het hoofd te bieden.

 
  
  

– Ontwerpresolutie: (B6-0544/2008) – Gelijkwaardigheid van standaarden voor jaarrekeningen

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Wojciechowski (IND/DEM), schriftelijk. − (PL) De International Financial Reporting Standards (IFRS) vormen een goede basis voor de harmonisatie van de standaarden voor jaarrekeningen in de wereld. De algemene toepassing van internationaal aanvaarde standaarden voor jaarrekeningen zal de transparantie en de vergelijkbaarheid van de financiële verslagen ten goede komen en zal zowel bedrijven als beleggers veel voordeel opleveren. De Verenigde Staten erkennen alleen financiële verslagen die zijn opgesteld conform de door de International Accounting Standards Board (IASB) uitgevaardigde IFRS. De Verenigde Staten hebben evenwel te kennen gegeven dat ze tijdens een overgangsperiode bereid zijn om zonder afstemmingsvereisten financiële verslagen te accepteren die zijn opgesteld op basis van de in het kader van Verordening (EG) nr. 1606/2002 vastgestelde IFRS.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (B6-0562/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandro Battilocchio (PSE), schriftelijk, (IT) Ik heb gestemd voor de resolutie van het Europese Parlement over de invloed van veiligheidsmaatregelen ten behoeve van het vliegverkeer. Het gaat hier in het bijzonder over de impact van body scanners (ofwel apparatuur waarmee beelden gescand worden van personen alsof ze naakt zijn, wat neerkomt op een virtuele visitatie) op de mensenrechten, het privéleven, de bescherming van de persoonlijke integriteit en de bescherming van persoonsgegevens. Ik ben er namelijk met de rapporteurs van overtuigd dat deze controlemethode meer is dan een louter technische aangelegenheid en direct raakt aan het recht op bescherming van het privéleven, de bescherming van persoonsgegevens en de persoonlijke integriteit. Om deze reden denk ik dat deze veiligheidsmaatregel gepaard moeten gaan met vergaande en adequate waarborgen.

Bij gebrek aan essentiële gegevens zijn de voorwaarden op grond waarvan een besluit mogelijk zou zijn niet aanwezig. Ik benadruk daarom dat de Commissie binnen de vervaltermijn van drie maanden dringend verzocht moet worden om een beoordeling uit te voeren van het effect op de grondrechten en om ten spoedigste, in ieder geval vóór november 2008, te komen tot een oordeel over body scanners.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE-DE), schriftelijk. (PT) Ik steun de ontwerpresolutie van het Europees Parlement over de gevolgen van maatregelen op het gebied van de beveiliging van de luchtvaart en van body scanners voor de mensenrechten, de privacy, de persoonlijke waardigheid en de gegevensbescherming.

Ik maak mij zorgen over het voorstel voor een verordening waarin voor het screenen van passagiers in luchthavens van de Europese Unie als een van de toegestane methoden is voorzien in het gebruik van body scanners. Deze apparaten produceren gescande beelden van personen alsof zij naakt zijn, wat neerkomt op een virtuele visitatie. Deze maatregel is verre van louter technisch en heeft serieuze gevolgen voor het recht op privacy, het recht op gegevensbescherming en het recht op persoonlijke waardigheid.

Ik ben van oordeel dat de voorwaarden voor het treffen van een besluit ter zake nog niet zijn vervuld, aangezien het Europees Parlement nog steeds essentiële informatie ontbeert en de Europese Commissie een beoordeling van het effect op de grondrechten moet verrichten, de onafhankelijke toezichthoudende instanties voor gegevensbescherming moet raadplegen en een wetenschappelijke en medische beoordeling dient uit te voeren van de mogelijke gevolgen van dergelijke technologieën voor de gezondheid.

Een overhaast besluit, waarbij geen rekening wordt gehouden met al het voorgaande, zal bij de Europese burgers niet in goede aarde vallen en betekent bovendien een verdere escalatie in de drang naar absolute veiligheid waarbij essentiële waarden als individuele vrijheden en persoonlijke waardigheid volkomen worden genegeerd.

 
  
MPphoto
 
 

  Rareş-Lucian Niculescu (PPE-DE), schriftelijk. (RO) Ik heb mij bij de stemming over deze ontwerpresolutie van stemming onthouden omdat er in de Europese Unie veel meer reflectie moet plaatsvinden over de balans tussen veiligheid en vrijheid. Het spreekt vanzelf dat dit voor de burgers in de lidstaten allebei kernwaarden zijn, en dat beide in gelijke mate moeten worden beschermd. Wij moeten ons echter goed realiseren dat de technologie die door criminele bendes en terroristen wordt gebruikt in heel veel gevallen geavanceerder is dan de technologie waarover onze wetshandhavinginstanties beschikken. Er is geen enkele reden voor de EU om niet van de meest geavanceerde technische hulpmiddelen gebruik te maken als daardoor mensenlevens kunnen worden gered.

 
  
MPphoto
 
 

  Luís Queiró (PPE-DE), schriftelijk. (PT) De laatste jaren is naar aanleiding van de verhoogde veiligheidseisen in het luchtvervoer steeds vaker de vraag gerezen of zij verenigbaar zijn met de individuele rechten. Dit belangenprobleem doet zich sedert jaar en dag voor, met name op het gebied van de vrijheid en de privacy. Deze bezorgdheid duikt hier nu opnieuw op. Zij vereist een passend antwoord en ik denk dat wij dat antwoord kunnen geven. Gelet op enerzijds het invasieniveau van de huidige modaliteiten en anderzijds de antwoorden die worden geboden door oplossingen waarbij beelden worden geregistreerd en tegelijkertijd een fysieke afstand wordt bewaard tussen de veiligheidsagent en de passagier, ziet het ernaar uit dat een deel van de problemen reeds verholpen is of verholpen kan worden.

Er is echter nog een andere kwestie die mijns inziens onvoldoende aandacht krijgt en een stuk zorgwekkender is. De gevolgen van deze technologie voor de gezondheid zijn nog nauwelijks bestudeerd. De waarde die hier op het spel staat, namelijk de gezondheid van de burgers, vereist dat de nodige voorzorgen worden getroffen. Deze doelstelling kan echter moeilijk worden verwezenlijkt als maatregelen worden genomen die niet voldoen aan de voorwaarden die vervat zijn in de originele versie van de in stemming gebrachte tekst. Daarom heb ik tegen het amendement gestemd waarmee deze voorwaarden werden geschrapt.

 
  
MPphoto
 
 

  Carl Schlyter (Verts/ALE), schriftelijk. − (SV) Ik stem voor deze ontwerpresolutie waarin wordt geëist dat de problemen met body scanners worden onderzocht alvorens een beslissing te nemen. De resolutie had echter verder kunnen gaan. Ik ben principieel tegen het gebruik van body scanners dat een te grote schending van de privacy inhoudt en niet in verhouding staat tot wat men wil bereiken. Het huidige systeem is al op het randje van een schending van de privacy en is voldoende veilig.

 
  
MPphoto
 
 

  Georgios Toussas (GUE/NGL), schriftelijk. – (EL) Het onaanvaardbare besluit van de EU om op de luchthavens body scanners te gebruiken heeft niets uit te staan met de veiligheid van het luchtverkeer. Dit maakt veeleer deel uit van het reactionaire beleid van de EU en is een vulgair flagrante schending van de individuele rechten en vrijheden van de werknemers, met alle pijnlijke gevolgen van dien voor hun gezondheid en leven.

De demagogische verwijzingen, voorbehouden en bezwaren die wegens een gebrek aan waarborgen in verband met body scanners in de gezamenlijke resolutie van het EP zijn opgenomen, laten de deur op een kier staan om dit onaanvaardbaar en uitermate gevaarlijk systeem alsnog toe te passen.

De voorgestelde maatregel is een aanslag op de waardigheid van de mens, op de kern van zijn persoonlijkheid, maar brengt tegelijkertijd zijn lichamelijke gezondheid ernstig in gevaar. Daarmee wordt op de meest kenmerkende wijze aangetoond hoe afstotelijk het ware gezicht is van de EU van het kapitaal. De volkeren moeten eens te meer hun conclusies trekken. Het elektronisch uitkleden van burgers is onaanvaardbaar, met of zonder “waarborgen”. Deze maatregel moet onmiddellijk, volledig en vastberaden worden veroordeeld. De volkeren hebben maar één weg om hun elementaire waardigheid te waarborgen: verzet, ongehoorzaamheid en weigering om zich te voegen naar het beleid en de maatregelen van de EU.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (B6-0541/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Erik Meijer (GUE/NGL), schriftelijk. − Bij alle bevolkingsgroepen in het voormalige Joegoslavië bestaat in grote meerderheid de wens tot aansluiting bij de EU. Dat vinden niet alleen de Albanezen en Macedoniërs in Macedonië, die pas recent een oplossing voor hun meningsverschillen over het bestuur van dat land vonden, of de Serviërs, Montenegrijnen en Albanese Kosovaren, die recent afscheid namen van een gemeenschappelijk staatsverband, maar ook de Serviërs, Kroaten en Bosniërs in Bosnië-Herzegovina. De EU doet er verstandig aan om de betekenis daarvan niet te overschatten. Het feit dat men wil samenwerken binnen de EU zegt helemaal niets over de staatsstructuur voor het eigen woongebied. Daarover beslissen die mensen zelf, niet de EU. Als zij moeten kiezen tussen regionaal zelfbestuur of overdracht van bevoegdheden naar een centraal bestuur omdat de EU dat wil, kiezen ze voor het eerste. De oorlog van 1992-1995 in Bosnië is ontstaan omdat de meerderheid van de inwoners geen centraal bestuur wilde, maar hoogstens een losse samenwerking. Het debat van gisteren heeft duidelijk gemaakt dat een grote meerderheid van dit Parlement kiest voor meer centraal bestuur in Bosnië-Herzegovina in plaats van decentralisatie. Omdat dit onbereikbaar is, veroordeelt de EU zich tot een oneindige aanwezigheid in dat land. Daarom stem ik tegen.

 
  
  

− Ontwerpresolutie: (RC-B6-0571/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Pedro Guerreiro (GUE/NGL), schriftelijk. (PT) Deze ontwerpresolutie maakt deel uit van de platvloerse campagne om de geschiedenis te vervalsen en het communisme op één lijn te stellen met het fascisme. Hierdoor wordt het fascisme op smadelijke wijze van blaam gezuiverd en worden degenen die de gehele mensheid tot slavernij wilden brengen gelijkgesteld met degenen die heldhaftig streden om de mensheid te bevrijden.

Zoals wij al eerder onderstreepten, gaat het om een verbeten anticommunistische campagne die verdeeldheid probeert te zaaien tussen de democratische krachten door de bijdrage van de communisten aan de strijd tegen het fascisme en de ontwikkeling van onze beschaving te ontkennen en te vervalsen. Wij mogen niet vergeten dat het anticommunisme de ideologische grondslag vormde van tal van fascistische dictaturen en door deze dictaturen werd gebruikt om de democratische krachten tegen elkaar op te zetten.

Deze ontwerpresolutie is tevens de zoveelste poging om te verdoezelen dat de oorzaak van de ellende en de honger in de wereld bij het kapitalisme ligt. U hoeft maar naar de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties te luisteren. Die heeft onlangs verklaard dat tienduizenden miljoenen mensen honger zullen lijden en dat thans reeds ongeveer een miljard mensen in hongersnood verkeert.

Bovendien kan de ontwerpresolutie niet los worden gezien van de opkomst van de nationalistische krachten in Oekraïne, de pogingen om de collaboratie van pro-fascistische Oekraïense groeperingen met de nazi’s te verhullen, de druk om de NAVO uit te breiden en de huidige anti-Russische campagne.

 
  
MPphoto
 
 

  Richard Howitt (PSE), schriftelijk. − (EN) De EP-leden van de Labour-partij wensen uiting te geven aan hun sterke overtuiging dat de hongersnood van 1932-33 een afschuwelijke, door mensen veroorzaakte tragedie was, en wij zijn van mening dat het belangrijk is om de herdenking van deze kunstmatig veroorzaakte hongersnood te bevorderen en het publieke bewustzijn met betrekking tot deze gebeurtenissen en de betekenis ervan in de geschiedenis van Oekraïne te vergroten.

De Britse premier Gordon Brown heeft op 15 mei 2008 samen met de president van Oekraïne een gemeenschappelijke verklaring afgegeven waarin Groot-Brittannië heeft toegezegd zich in internationale instellingen mede te zullen inzetten voor de bevordering van de herdenking van de Holodomor. Hoewel wij de gebeurtenissen van 1932-33 niet officieel erkennen als vallend binnen de definitie van het VN-Verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide van 1948, erkennen wij wel dat sommige wetenschappelijke opinies dit standpunt onderbouwen, zodat wij het debat nauwlettend zullen blijven volgen en eventuele nieuwe bewijzen zorgvuldig zullen bestuderen.

 
  
MPphoto
 
 

  Carl Lang en Fernand Le Rachinel (NI), schriftelijk. – (FR) Onze Vergadering erkent eindelijk de verschrikkingen van de Holodomor, de kunstmatig door het Sovjetregime veroorzaakte hongersnood in Oekraïne. Het is echter spijtig dat zij deze omvangrijke misdaad, in navolging van het Oekraïense parlement, niet als genocide heeft aangemerkt.

De hongersnood van 1932 en 1933 heeft geleid tot de dood van miljoenen Oekraïeners, is namelijk niet alleen het gevolg geweest van het absurdistische economische en sociale stelsel van het communisme, maar het resultaat van een uitroeiingsplan dat overeenkomt met de definitie van genocide, dat wil zeggen: “daden die worden gepleegd met het doel een bepaalde nationale, etnische, raciale of godsdienstige groepering geheel of gedeeltelijk te vernietigen”, en ook “het bewust blootstellen van een groep aan levensomstandigheden die gericht zijn op de gehele of gedeeltelijke fysieke vernietiging ervan.”

Aangezien er op dit moment, in Frankrijk in het bijzonder, een zekere extreemlinkse communistische populist de media op zijn hand heeft, zou de erkenning van een genocide zoals deze, de verschrikkingen van het marxisme-leninisme weer in herinnering kunnen brengen, dat verantwoordelijk is voor de dood van 200 miljoen mensen sinds de bolsjewistische revolutie van 1917 en dat vandaag de dag nog steeds zorgt voor de onderdrukking van meer dan 1,5 miljard mensen in Cuba, Noord-Korea, Vietnam en, voornamelijk, China, landen waarin het meest wrede kapitalisme goed samengaat met het communistische totalitarisme.

 
  
MPphoto
 
 

  Erik Meijer (GUE/NGL), schriftelijk. − Mijn fractie behoort niet tot de medeondertekenaars van deze resolutie en stemt in meerderheid tegen. De reden hiervoor is de opvatting dat het ontstaan van de Sovjetunie in het toen nog achterlijke Rusland een stap vooruit was, die veel slecht opgeleide, slecht betaalde en rechteloze mensen een beter leven gaf. Ik deel die opvatting, maar die kan geen rechtvaardiging zijn voor alle middelen die toen zijn gebruikt. Sommige voorstanders van de modernisering vonden het individuele recht op leven van mensen met een afwijkende opvatting volstrekt onbelangrijk en dat geldt het allermeest voor hun leider Stalin. Die houding paste in het kader van een lange Russische traditie van onderdrukking en geweld. Alle slechte middelen uit het verleden werden opnieuw gebruikt, nu om elk verzet tegen de vooruitgang te breken. Het oorspronkelijke ideaal van democratie en gelijkberechtiging voor alle mensen werd daaraan ondergeschikt gemaakt. Het goede dat men nastreefde, werd de rechtvaardiging voor het slechte dat men deed, vanuit de gedachte dat de geschiedenis altijd oordeelt in het voordeel van de overwinnaars. Inmiddels zijn we 75 jaar verder en wordt terecht veel aandacht besteed aan wat er toen is misgegaan en aan de vele slachtoffers daarvan. Daarom stem ik voor deze resolutie.

 
  
  

− Verslag-Zdravkova (A6-0358/2008)

 
  
MPphoto
 
 

  Robert Atkins (PPE-DE), schriftelijk. − (EN) Ikzelf en mijn collega’s van de Britse Conservatieven steunen het werk van de Europese Ombudsman en zijn van mening dat ook vele van de in dit verslag gedane voorstellen ter verbetering van de uitoefening van deze functie onze steun verdienen.

Met betrekking tot overweging B wil ik duidelijk stellen dat de delegatie van de Britse Conservatieven in het Europees Parlement gekant is tegen het Verdrag van Lissabon en tegen het opnemen van het Handvest van de grondrechten in dat Verdrag. Wij zijn van mening dat de ratificatieprocedure voor dit Verdrag moet worden afgebroken, nu de Ieren duidelijk tegen hebben gestemd.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilda Figueiredo (GUE/NGL), schriftelijk. (PT) In dit verslag moedigt de Commissie verzoekschriften de Ombudsman aan om door te gaan met de dubbele doelstelling die hij in het jaarverslag van 2006 aankondigde, namelijk het samenwerken met de instellingen om een goed bestuur te stimuleren en het verhogen van de communicatie-inspanningen zodat burgers die van zijn diensten gebruik willen maken, goed worden geïnformeerd over de juiste manier om dit te bewerkstelligen. De toename van het aantal ontvangen klachten bewijst hoe belangrijk deze informatie is.

Er zij aan herinnerd dat de Ombudsman, sinds de wijzigingen die het Europees Parlement op zijn verzoek heeft aangenomen, meer bevoegdheden heeft. In 2007 werden in totaal 641 onderzoeken door de Ombudsman behandeld. Hiervan had 64 procent betrekking op de Europese Commissie, 14 procent op het EPSO (Europees Bureau voor personeelsselectie), 9 procent op het Europees Parlement en 1 % op de Raad van de Europese Unie. De belangrijkste typen vermeend wanbeheer waren gebrek aan transparantie, inclusief het weigeren van informatie, oneerlijke behandeling en machtsmisbruik, procedurefouten, vermijdbare vertraging, discriminatie, nalatigheid, juridische dwaling en niet-nakoming van verplichtingen. Sommige dossiers zijn inmiddels afgesloten.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Wojciechowski (IND/DEM), schriftelijk. − (PL) De Europese Ombudsman, de heer Diamandouros, heeft op 19 mei 2008 zijn verslag voorgelegd aan de Commissie verzoekschriften. Hij geeft daarin niet alleen een gedetailleerd overzicht van zijn activiteiten, maar illustreert deze informatie ook met cijfers en percentages. Uit het verslag blijkt dat het aantal ontvankelijke klachten dat de Ombudsman in 2007 heeft ontvangen, gestegen is van 449 in 2006 tot 518 in 2007. Het aantal niet-ontvankelijke klachten is vorig jaar gedaald in vergelijking met 2006. De redenen voor het indienen van een klacht waren zeer divers en hielden onder meer verband met een gebrek aan transparantie, het weigeren van informatie, machtsmisbruik, procedurefouten, vermijdbare vertraging, discriminatie, niet-nakoming van verplichtingen en juridische dwaling. Het merendeel van de klachten, maar liefst 64 procent, betrof de Europese Commissie. Slechts 9 procent van de aan de Ombudsman gerichte klachten had betrekking op het Europees Parlement. De Europese Ombudsman heeft in zijn verslag ook de aandacht gevestigd op fouten die door de Europese instellingen zijn gemaakt. Zo heeft de heer Diamandouros kritiek geuit op het feit dat de Commissie in 2006 niet aan haar wettelijke verplichting heeft voldaan om het jaarverslag van 2005 inzake de toegang tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie te publiceren.

 
Juridische mededeling - Privacybeleid