Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2008/2669(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

O-0113/2008 (B6-0485/2008)

Debatten :

PV 03/12/2008 - 16
CRE 03/12/2008 - 16

Stemmingen :

Aangenomen teksten :


Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 3 december 2008 - Brussel Uitgave PB

16. Maatregelen ter verbetering van het klimaat voor het mkb in de Europese wet voor kleine ondernemingen (debat)
Video van de redevoeringen
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. − Aan de orde is de mondelinge vraag aan de Raad: Maatregelen ter verbetering van het klimaat voor het mkb in de Europese wet voor kleine ondernemingen, van Nicole Fontaine en Giles Chichester, namens de PPE-DE-Fractie, en Edit Herczog, namens de PSE-Fractie (O-0113/2008 – B6-0485/2008).

 
  
MPphoto
 

  Edit Herczog, auteur. (EN) Mijnheer de Voorzitter, wij in het Parlement verwelkomen allemaal wat er in de afgelopen vijf jaar is bereikt door de Commissie, en met name door de heer Verheugen, in samenwerking met het Europees Parlement en de Europese bedrijven: het feit dat het ons gelukt is om onze benadering van Europese ondernemingen te veranderen, een prestatie die nu een naam heeft, het “Denk eerst klein”-beginsel, dat is neergelegd in de small business act: de Europese wet voor kleine ondernemingen We moeten op deze wet voortbouwen.

De huidige economische crisis onderstreept de noodzaak om de small business act zo snel mogelijk aan te nemen. De 23 miljoen Europese ondernemingen en twee derde van de Europese werknemers die in die ondernemingen werken, moeten de ondubbelzinnige boodschap krijgen dat de verschuiving van onze wetgevende aanpak naar ´Denk eerst klein´ echt de basis zal zijn voor ons toekomstige werk en ons toekomstige handelen.

Het allereerste teken dat we dat ook doen, is de ‘kleinebedrijventest’. Juist vanwege de noodzaak om een ondubbelzinnig signaal af te geven spijt het ons zeer dat de Raad geen bindend karakter heeft gegeven aan de bepalingen van de small business act.

We hopen echt dat u tijdens de Europese Raad van volgende week zult terugkomen op deze kwestie en dat de eerste ministers van de lidstaten deze small business act op enigerlei wijze bindend zullen maken. We verwelkomen echter het besluit van de Raad over prioritaire acties. We vinden het heel belangrijk om eerst klein te denken en de toegang tot financiering te verbeteren. We vinden het heel belangrijk om eerst klein te denken en de regelgeving te vereenvoudigen. En we vinden het heel belangrijk om eerst klein te denken en de toegang tot markten te verbeteren.

We vragen de Commissie en de Raad om samen te werken. We hebben een antwoord nodig dat meer Europees is. Het geven van allemaal verschillende antwoorden door de lidstaten kan heel effectief zijn, maar resulteert veeleer in divergentie dan in cohesie, wat toch het doel van de Europese idee is. Daarom is het van essentieel belang dat de Commissie de procedures voor de jaarlijkse verslaglegging door de lidstaten met behulp van het Lissabon-scorebord verbetert, en ik vraag de Raad of hij daartoe bereid is.

De Europese burgers, ondernemers en werknemers hebben behoefte aan ideeën, maar niet alleen aan ideeën: ze hebben behoefte aan innovatie van onze procedures. Maar ook dat is niet genoeg: ze hebben behoefte aan actie. Maar zelfs dat zal niet genoeg zijn. Wat we nodig hebben zijn resultaten, resultaten op basis van onze ideeën, onze innovatie en onze actie. Maak daar alstublieft werk van. Het Parlement zal u daarin steunen.

 
  
MPphoto
 

  Nicole Fontaine, auteur. − (FR) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de minister, mijnheer de commissaris, beste collega’s, onze fractie is enthousiast over het ontwerp van de small business act, de Wet voor kleine ondernemingen, dat de Commissie ons in juni van dit jaar heeft voorgelegd.

Er worden al sinds het begin van dit decennium initiatieven voor KMO’s ontplooid, waarbij ik met name denk aan het uitstekende werk van collega Dominique Vlasto over het handvest voor KMO’s. Hoewel deze initiatieven positief werden onthaald, werden ze toch ontoereikend geacht omdat ze maar al te vaak bleven hangen in het stadium van vrome wensen.

Nu moeten we verder gaan. De ernstige economische crisis die in onze landen woedt, met haar uiterst zorgwekkende consequenties voor de KMO’s, nodigt ons daartoe uit, voor zover dat nog nodig was. In dit opzicht past de small business act binnen de nieuwe, resolute aanpak, die gekenmerkt wordt door een proactieve opstelling.

Binnen enkele weken zullen wij ons buigen over het verslag van mevrouw Herczog over de mededeling van de Commissie, maar vandaag wilden we via deze mondelinge vraag de Raad even aan de tand voelen.

Mijnheer de minister, wij hebben met belangstelling kennisgenomen van de gisteren door de Raad Concurrentievermogen aangenomen conclusies en willen weten of de Europese Raad van 11 en 12 december aanstaande deze conclusies zal overnemen en een krachtige impuls zal geven. Die impuls moet ertoe leiden dat het grote leidende beginsel “Denk eerst klein” snel wordt opgenomen in de wetgeving van de lidstaten.

Wij willen dat de Raad het principe van het als bijlage opgenomen actieplan onderschrijft en dit vergezeld laat gaan van concrete maatregelen. In het korte tijdsbestek dat mij gegund is, wil ik in dit verband nader ingaan op drie richtingen waar een krachtige impuls nodig is.

De effectbeoordelingen die stelselmatig moeten plaatsvinden, en de regelmatige follow-up, met controle door het Europees Parlement, van de stand van zaken rond de small business act in de lidstaten. De toegang tot overheidsopdrachten. De gedragscode is volkomen vrijblijvend, we moeten samen wat meer verbeeldingskracht tonen en inventiever zijn, we moeten concrete, aangepaste maatregelen voorstellen die deze markten voor overheidsopdrachten daadwerkelijk toegankelijker maken voor KMO’s. Tot slot gaat het om toegang tot financiering, onmisbaarder dan ooit in de huidige situatie.

Uw voorstellen zijn goed, mijnheer de minister, maar zij moeten ook steun aan de aanbodzijde omvatten. Het is de hoogste tijd. Gelieve ons te overtuigen van de intenties van de Raad.

 
  
MPphoto
 

  Jean-Pierre Jouyet, fungerend voorzitter van de Raad.(FR) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer McMillan, mijnheer de vice-voorzitter van de Commissie, geachte afgevaardigden, zoals u hebt aangegeven, geachte dames, heeft de Raad afgelopen maandag de door de Commissie voorgestelde conclusies over de ‘small business act’ voor Europa goedgekeurd. Deze small business act zorgt voor een sterke politieke betrokkenheid bij de 23 miljoen kleine en middelgrote ondernemingen (KMO’s). Zoals mevrouw Fontaine onderstreepte, is deze wet tevens een belangrijke reactie op de huidige economische crisis. Daarom kan ik mevrouw Fontaine en mevrouw Herczog geruststellen en zeggen dat ik - evenals Hervé Novelli, die betreurt dat hij vandaag niet aanwezig kan zijn - ervan overtuigd ben dat de Europese Raad zijn krachtige politieke steun zal uitspreken voor de doelstellingen van deze small business act.

Zoals u heeft benadrukt, biedt de small business act geen oplossing voor alle economische problemen van dit moment, maar hij zou ervoor moeten zorgen dat essentiële stappen worden genomen om de financiële crisis en de daarmee samenhangende economische malaise te lijf te gaan. Daarom hebben wij maandag ook een actieplan goedgekeurd, waarin de lidstaten zich ertoe verbinden deze dringende maatregelen ten uitvoer te leggen. Deze wet is veelbetekenend en het Franse voorzitterschap is bijzonder verheugd over dit zeer zinvolle plan. Mevrouw Fontaine heeft een goed overzicht gegeven van de krachtige aanbevelingen die het bevat.

Allereerst moeten we kijken naar het probleem van de financiering van KMO’s. Vanuit die optiek moeten we de inspanningen van de Europese Investeringsbank prijzen, die tussen 2008 en 2011 30 miljard euro in de sector zal injecteren. Daarnaast moeten we er ook voor zorgen dat de richtlijn inzake betalingsachterstanden wordt herzien, om de kasstroomproblemen van bedrijven te verlichten. De small business act en het actieplan hebben tot doel ervoor te zorgen dat KMO’s binnen 30 dagen worden betaald. Ik weet niet of we dit doel zullen halen, maar ik ben ervan overtuigd dat dit de richting is die we op moeten. Door betalingsachterstanden te beperken, verminderen de kasstroomproblemen van KMO’s, en dat is belangrijk in een tijd waarin één op de vier solvabiliteitszaken in Europa wordt veroorzaakt door extreme vertragingen in betalingen.

Een andere belangrijke factor is het stimuleren van de risicokapitaalmarkt, aangezien deze markt, zoals u weet, in Europa te zeer wordt beperkt, in vergelijking met de Verenigde Staten. Wij hebben plannen om een Europees mechanisme voor risicokapitaal in te stellen en risicokapitaalfondsen tussen lidstaten onderling te erkennen.

Een andere prioriteit, zoals u heeft aangegeven, dames en heren, is vereenvoudiging. KMO’s lijden nog meer dan grote ondernemingen onder bureaucratie en de verschillende administratieve taken die zij moeten uitvoeren. Daarom moeten we het beginsel “denk eerst klein” toepassen, dat tot doel heeft bij alle wetgeving van de Unie rekening te houden met de belangen van KMO’s.

We hopen ook een KMO-test op te zetten. Verder kan ik u verzekeren dat voor elke communautaire tekst die gevolgen heeft voor KMO’s een effectbeoordeling zal worden uitgevoerd en dat die openbaar zal worden gemaakt. Het zou goed zijn als de lidstaten hetzelfde deden. Bovendien willen we voorkomen dat KMO’s meerdere keren om dezelfde informatie worden gevraagd. Met andere woorden, we zullen proberen alles in één keer te doen.

Wat financiering en vereenvoudiging betreft zijn er meer belangrijke maatregelen. KMO’s moeten ten volle kunnen profiteren van de interne markt, met name van de mogelijkheid om te exporteren. Daarom zal de goedkeuring van het statuut van de Europese vennootschap KMO’s de mogelijkheid bieden meer van deze markt te profiteren, omdat ze dochterondernemingen kunnen oprichten in de verschillende Europese markten.

In antwoord op de vragen die zijn gesteld en in het licht van het verzoek van de Raad Concurrentievermogen aan de Europese Raad, hebben de Raad, op het hoogste niveau, en de Commissie zich ertoe verbonden dit plan nauw in de gaten te houden, met name in het kader van de nationale hervormingsprogramma’s die met het Lissabon-proces gepaard gaan.

Wij zijn werkelijk zeer verheugd over de impuls die het actieplan van afgelopen maandag aan dit werk heeft gegeven. De Raad is daadwerkelijk van mening dat KMO-beleid een van de belangrijkste gebieden is van onze gemeenschappelijke strijd tegen de economische crisis en voor een spoedig herstel van de economie van de Europese Unie.

 
  
MPphoto
 

  Günter Verheugen, vice-voorzitter van de Commissie. − (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte dames en heren, aan het begin van de crisis – de crisis begint namelijk nog meer net – wordt het vraagstuk van de toekomst van onze kleine en middelgrote ondernemingen des te belangrijker. We moeten namelijk goed beseffen dat kleine en middelgrote ondernemingen sterker door de crisis worden getroffen dan grote, en wel omdat de kleinere bedrijven eenvoudigweg niet de nodige kapitaalbasis hebben om een lang aanhoudende probleemperiode te kunnen doorstaan.

Het is dus dringend nodig dat in het belang van de kleine en middelgrote ondernemingen een sterk signaal wordt gegeven. Daarom ben ik Jean-Pierre Jouyet en het Franse voorzitterschap zeer dankbaar voor de enorme ondersteuning die zij aan de totstandkoming van de small business act hebben verleend, en ik spreek mijn dank uit aan mevrouw Herczog en mevrouw Fontaine voor het initiatief tot dit debat hier van vandaag.

Dit is namelijk belangrijk, omdat we met spanning uitkijken naar de Europese Raad die volgende week wordt gehouden. De ogen van de burgers van Europa zullen de komende week zijn gericht op de staatshoofden en regeringsleiders, van wie ze een antwoord verwachten, een antwoord op de vraag: hoe kunnen we de crisis doorstaan? Hoe kunnen we onze welvaart behouden? Hoe kunnen we onze arbeidsplaatsen redden? Hoe kunnen we onze veiligheid handhaven? Ook zullen 23 miljoen kleine en middelgrote ondernemingen in Europa de ogen op Brussel richten en naar het antwoord van de staatshoofden en regeringsleiders uitzien. Daarom ben ik zo blij dat Jean-Pierre Jouyet zojuist heeft gezegd dat de Raad voor een sterke en duidelijke ondersteuning zal zorgen. En wij zijn het er allebei ongetwijfeld over eens dat we van dit onderwerp meer dan alleen een bijzin in de conclusies zullen terugvinden.

Ook met de beleidsreactie is nog maar net een begin gemaakt. Het Europees Parlement komt in dit verband een heel belangrijke rol toe. Want ook hier geldt: geen woorden, maar daden. En de daden spelen voor kleine en middelgrote ondernemingen in de eerste plaats op nationaal niveau, op regionaal niveau en zelfs op lokaal niveau. We moeten ervoor zorgen dat de beginselen die we in Europees verband vaststellen, in de lidstaten en in al onze regio’s praktisch worden ingevuld.

De kleine en middelgrote ondernemingen zijn geen uitvreters, die nu de hand op houden. Ze vormen het hart van onze Europese economie. Alleen als we nu de nodige randvoorwaarden scheppen, kunnen ze hun taak binnen de Europese economie vervullen.

 
  
MPphoto
 

  Giles Chichester, namens de PPE-DE-Fractie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, gezien het belang dat kleine ondernemingen in de economie toekomt voor werkgelegenheid en het scheppen van nieuwe banen, voor ondernemerschap en het creëren van welvaart en voor innovatie en de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten, is dit een uitstekende gelegenheid om ze in deze moeilijke tijden te helpen. Er bestaat op EU-niveau de neiging om enthousiast uit te weiden over het potentieel en de prestaties van het MKB. En het is ook nogal moeilijk om daar negatief over te zijn. De insteek van deze vraag en deze ontwerpresolutie is echter dat we het niet bij retoriek alleen moeten laten, maar dat we concrete maatregelen moeten nemen.

Een van de prioriteiten die werden vastgesteld betreft het verbeteren van de toegang tot financiering voor het MKB. Dit wordt al jaren geroepen, want dit probleem bestaat al heel lang, maar nu met deze financiële crisis, waarin alle bedrijven moeilijker aan krediet komen, moet dat voor het MKB, dat aan het eind van de voedselketen staat als het om orders en betalingen gaat, ongetwijfeld nog moeilijker zijn. Daarom steun ik de oproep om meer financiering en kredieten beschikbaar te stellen van harte. De vraag is of de banken zich daar iets aan gelegen zullen laten liggen.

Op basis van mijn eigen ervaring met het werken in en daarna leiden van een kleine onderneming kan ik zeggen dat het heel moeilijk is om manieren te vinden om alle kleine en middelgrote ondernemingen te helpen en te ondersteunen, omdat ze zo veel van elkaar verschillen. Mijn opvatting is dat toegang tot informatie de beste manier is om ze te helpen, en naar mijn mening heeft internet in dit opzicht geweldige veranderingen teweeggebracht sinds de tijd dat ik voor een kleine onderneming werkte.

Afgezien daarvan is het beste wat we kunnen doen die ondernemingen met rust laten en ze hun werk laten doen. Ik erken echter dat het niet mogelijk is om geen regelgeving te hebben, en daarom steun ik de prioriteit van betere regelgeving, niet in de laatste plaats omdat dat iets is wat wetgevers en regeringen kunnen doen. Ik steun de roep om actie aan het adres van zowel de Commissie als de lidstaten.

 
  
MPphoto
 

  Neena Gill, namens de PSE-Fractie. (EN) Mijnheer de Voorzitter, kleine ondernemingen zijn in mijn regio van fundamenteel belang. De bedrijven in het westelijke gedeelte van Midden-Engeland zullen het ‘Denk eerst klein’-beginsel verwelkomen. Door de huidige economische crisis hebben veel kleine ondernemingen echter met grote problemen te kampen. Zoals we al gehoord hebben, hebben ze problemen met de cash flow, met onbetaalde schulden en met de toegang tot kredieten. Uit de laatste insolvabiliteitscijfers blijkt dat er in de afgelopen drie maanden vijfhonderd bedrijven failliet zijn gegaan in mijn regio. Daarom verwelkom ik de financiering door de Europese Investeringsbank.

Ik vind echter dat de voorstellen zoals ze nu op tafel liggen niet ver genoeg gaan wat het bindende karakter ervan betreft, want dat zou het MKB echt kunnen helpen. Dus mijn vraag aan de Raad is: hoe gaat u dit volgende week aanpakken? Ik heb gehoord wat de Raad Concurrentievermogen heeft gezegd, maar waar het hier om gaat is dat als de voorstellen geen bindend karakter hebben, ze kleine ondernemingen op dit moment niet zo heel veel zullen helpen; kleine ondernemingen zullen hiermee geen toegang tot markten of tot financiering krijgen.

Volgens mij heb ik jarenlang horen zeggen dat het heel belangrijk is dat de Raad duidelijk maakt dat hij de administratieve lasten wil terugdringen. Kleine ondernemingen hebben te maken met hoge kosten. Waar grote bedrijven één euro uitgeven voor een werknemer, geven kleine ondernemingen tot wel tien euro uit voor die werknemer.

Tot slot wil ik nog één ding zeggen. Hoewel het zeer belangrijk is om de financiële crisis te bestrijden, moet er nu onmiddellijk iets voor het MKB worden gedaan, omdat die de echte economie zijn.

 
  
MPphoto
 

  Šarūnas Birutis, namens de ALDE-Fractie. – (LT) Kleine en middelgrote ondernemingen zijn het DNA van onze economie en moeten gesteund worden. Ook moeten het concurrentievermogen en de werkgelegenheidsniveaus in Europa worden verbeterd. De small business act is een initiatief dat op dit moment de steun nodig heeft van alle politieke partijen. Dit is een belangrijke bijdrage aan Europese kleine en middelgrote ondernemingen, gezien de huidige financiële en economische crisis.

Deze ontwerpresolutie geeft de zorgen van het Europees Parlement weer en legt uit wat de plichten van de Raad zijn.

We moeten streven naar een effectieve invoering van de small business act in alle lidstaten. Dit vereist opname van de small business act in de nationale actieplannen en juridische documenten en de invoering van een monitoringsysteem voor dit document in de lidstaten.

We moeten aanvullende maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat de small business act niet wordt getroffen door hetzelfde trieste lot als het Europese handvest voor kleine en middelgrote ondernemingen. We moeten begrijpen dat begeleidende beleidsdocumenten vaak onder op de stapel belanden bij de bureaucraten van de afzonderlijke lidstaten en dat het beoogde doel uiteindelijk niet wordt bereikt.

Dit doel bestaat onder andere uit fiscale heffingskortingen en stimuleringsmaatregelen voor startende ondernemingen, microkredieten, kredietgaranties, risicokapitaal, beschikbaarstelling van vrije informatie en begeleiding, voortdurende verbetering van het imago en het gezag van de ondernemer, enzovoort.

Het doel rechtvaardigt de middelen, maar om het doel te bereiken zijn inspanningen en moed nodig. Ik ben ervan overtuigd dat de invoering in heel de Gemeenschap van de small business act economisch en sociaal verval in Europa zal helpen te voorkomen en de consequenties van de financiële crisis zal verlichten.

 
  
MPphoto
 

  Corien Wortmann-Kool (PPE-DE). - Allereerst zou ik hulde willen betuigen aan het Franse voorzitterschap voor de haast die wordt gemaakt om goede conclusies te trekken uit deze small business act, zodat ook echt aan het werk gegaan kan worden. Wij hebben daar als Parlement ook meteen op ingespeeld door onze procedure aan te passen. Want in deze tijd van economische crisis moeten we echt alle zeilen bijzetten voor het mkb in Europa. Juist daarvoor is de small business act zo belangrijk.

Voorzitter, we moeten het potentieel aan ondernemers veel beter gaan benutten in Europa. Ik wil hier vandaag vooral aandacht vragen voor het vrouwelijk ondernemerschap. Want het is een merkwaardige paradox. Vrouwen doen het veel beter. Vrouwelijke ondernemers gaan veel minder vaak failliet, zo blijkt uit de cijfers.

Toch is het nog steeds veel lastiger voor vrouwelijke ondernemers om toegang te krijgen tot kredieten en om een onderneming te starten. Dat moet gemakkelijker worden. Dat is hard nodig. Dat betekent dat vrouwelijke ondernemers meer toegang moeten krijgen tot financiering en tot bestaande fondsen.

Ook microkredieten zijn een heel belangrijk hulpmiddel om de economische status en de zelfstandigheid van vrouwen te verbeteren. Ook voor vrouwen uit minderheidsgroepen. Dat is in deze tijden van economische crisis, nu de banken minder makkelijk krediet verlenen, veel lastiger geworden en ook daarom is het belangrijk om de garantiestellingen van de Europese Investeringsbank, juist voor deze microkredieten en voor vrouwelijke ondernemers beschikbaar te hebben.

Voorzitter, het is belangrijk dat vrouwen een eigen kleine onderneming kunnen starten, zodat zij werk en gezin goed kunnen combineren. Ook dat is voor de EVP-Fractie heel belangrijk. Het is een goede zaak dat in de conclusies van de Raad al specifiek aandacht wordt besteed aan het vrouwelijk ondernemerschap. Ga zo door, zou ik zeggen.

 
  
MPphoto
 

  Silvia-Adriana Ţicău (PSE). - (RO) We zien met belangstelling uit naar de aanneming van de Europese wet voor kleine ondernemingen. Met het Europese economisch herstelplan worden nieuwe bronnen aangeboord voor de financiering van het midden- en kleinbedrijf.

De vermindering van de administratieve last, de financiering van beroepsopleiding en de oprichting van het Europees Globaliseringsfonds vormen maatregelen die aan de bescherming van de werkgelegenheid bijdragen en het ondernemerschap bevorderen. De Europese Investeringsbank zal 30 miljard euro ter beschikking stellen voor de financiering van de door het MKB aangevraagde leningen. Ik acht dit bedrag echter ontoereikend.

Ik vind dat in deze tijd van crisis de volgende urgente maatregelen moeten worden genomen: de procedures inzake staatssteun moeten worden vereenvoudigd, de oprichtingduur van een bedrijf moet worden verkort tot drie dagen en de betalingstermijn voor door het MKB aan overheidsinstanties geleverde diensten moet beperkt worden tot hooguit 30 dagen.

Ik verwelkom het voorstel van de Commissie om het gebruik van elektronische facturen te bevorderen, een investering die geraamd wordt op 18 miljard euro. Voorts dient gezorgd te worden voor de ontwikkeling van concurrentiepolen die gebaseerd zijn op ondernemingen die investeren in onderzoek en ontwikkeling van nieuwe technologieën.

 
  
MPphoto
 

  Dominique Vlasto (PPE-DE).(FR) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de minister, mijnheer de commissaris, wij weten allemaal dat kleine en middelgrote ondernemingen de ruggengraat vormen van de Europese Unie, omdat zij meer dan 70 procent van de Europese werknemers in dienst hebben en 99 procent van de Europese ondernemingen vertegenwoordigen.

Zoals we al hebben gehoord, zijn deze miljoenen KMO’s nu bezorgd over en worden ze bedreigd door de financiële crisis, aangezien deze een gat slaat in het bestedingsvermogen en het vertrouwen van de consumenten en daarmee gevolgen heeft voor de orderportefeuilles. De kasstroom van KMO’s loopt gevaar en daarom moeten wij hun activiteiten steunen, door ervoor te zorgen dat banken daadwerkelijk toegang bieden tot de benodigde financiering, zodat KMO’s niet failliet gaan.

Dit is de essentie van de conclusie van de Raad Concurrentievermogen van 1 december, waarnaar de minister zojuist verwees, en van het door de Europese ministers van Financiën goedgekeurde herstelplan. Het is van essentieel belang dat van de behoeftes van KMO’s een permanente politieke prioriteit voor de Unie wordt gemaakt. Ik ben dan ook verheugd over het actieplan ter ondersteuning van de small business act voor Europa. Daaruit blijkt dat men echt van plan is het leidende beginsel ´Denk eerst klein´ uit te voeren en prioriteit te geven aan kleine ondernemingen, met name Europese KMO’s.

Dat neemt echter niet weg dat – zoals de commissaris aangaf en waar wij het allemaal mee eens zijn – dat de Raad moet samenwerken met de andere Europese instellingen, zodat dit beginsel ook daadwerkelijk in de praktijk kan worden gebracht. We moeten de daad bij het woord voegen en dit beginsel opnemen in alle beleidsmaatregelen en in alle Europese programma’s.

We kunnen echter zeggen dat dit actieplan een goede reactie is op het urgente karakter van de situatie. Mijnheer de minister, ik wil graag van deze gelegenheid gebruik maken om het Franse voorzitterschap te bedanken voor zijn proactieve opstelling, waardoor plannen snel in daden konden worden omgezet.

 
  
  

VOORZITTER: MIGUEL ANGEL MARTÍNEZ MARTÍNEZ
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 

  Juan Fraile Cantón (PSE).(ES) Mijnheer de Voorzitter, ik heb het woord gevraagd om de Commissie geluk te wensen met dit initiatief, dat een belangrijke stap is om de bureaucratie en andere belemmeringen te beperken waarmee het Europese midden- en kleinbedrijf dagelijks geconfronteerd wordt.

In het plan wordt de rol onderstreept die het midden-en kleinbedrijf speelt in de Europese economie. Zoals hier al gezegd is, mogen wij niet vergeten dat zo’n 23 miljoen kleine en middelgrote bedrijven op het grondgebied van de Unie actief zijn, dat zij 70 procent van de werkgelegenheid creëren en alle sectoren van bedrijvigheid omvatten.

Het actieprogramma ter vermindering van de administratieve lasten stelt zich ten doel die lasten tot het jaar 2012 met 25 procent terug te dringen. Feit is immers dat de vigerende wetgeving administratieve lasten met zich meebrengt die in het jaar 2006 al werden geschat op 3,5 procent van het Europese bruto binnenlands product. Dit ambitieuze doel maakt deel uit van een breder ondernemingsbeleid dat beoogt de toegang van ons midden- en kleinbedrijf tot andere markten te vergemakkelijken, het groeipotentieel te verbeteren, en de ondernemingsgeest te bevorderen.

Het is een goede beslissing om het midden- en kleinbedrijf te helpen zijn activiteiten tot over onze grenzen uit te breiden. Een gemeenschappelijke procedure voor het oprichten van bedrijven in de Europese Unie zal het voor bedrijven makkelijker maken om dochterondernemingen te openen in andere landen van de Unie, en het zal hun de kans geven de mogelijkheden van de interne markt optimaal te benutten.

Ten slotte wil ik nog zeggen dat het voornaamste probleem van ons midden- en kleinbedrijf op het ogenblik de financiering is, en daarom verwelkomen wij het voorstel van de Europese Investeringsbank om de ondersteunende instrumenten voor het midden- en kleinbedrijf te diversifiëren, het gebruik ervan te vereenvoudigen en het toepassingsgebied ervan uit te breiden.

 
  
MPphoto
 

  Jacques Toubon (PPE-DE).(FR) Mijnheer de minister, op het moment dat Nicole Fontaine haar vraag stelde, gaf de Raad al antwoord. Dat is zeldzaam genoeg om even op te merken.

Sterker nog, 48 uur geleden heeft de Raad Concurrentievermogen het in juli door de Commissie naar voren gebrachte plan bestudeerd en goedgekeurd, terwijl ons Parlement het nog steeds in overweging heeft. Dat is een onbetwistbaar succes voor de Raad onder het Franse voorzitterschap en ik wil u daarvoor bedanken, mijnheer de minister, en u prijzen voor het goede werk dat u en uw collega’s, met name de heer Novelli, hebben geleverd.

Het succes van de Raad is met name opmerkelijk omdat het plan van de Commissie inhield dat u een actieplan moest toevoegen, op basis van de beginselen van het plan van de Commissie, en doelen moest stellen voor de komende 3, 5 en 10 jaar.

Ik begrijp dat wij, praktisch gezien, nu bij elk stukje wetgeving en bij elke maatregel rekening moeten houden met kleine en middelgrote ondernemingen. We zullen dit doen met de Europese besloten vennootschap, met de richtlijn inzake betalingsachterstanden, en naar ik hoop met btw-verlagingen, enzovoort.

Afsluitend wil ik echter zeggen dat KMO’s vooral geen benadeelde groep mogen worden, dat wil zeggen dat de KMO-regelingen die wij introduceren niet zo specifiek moeten worden dat ze geen verbetering maar een handicap vormen. Ik ben het eens met wat mevrouw Vlasto zojuist heeft gezegd. Het is duidelijk dat wij in de huidige situatie, waarin deze bedrijven financiering nodig hebben en het zo lastig is deze te krijgen, geen maatregelen mogen nemen namens de KMO’s, zoals vrijstellingen van accountinggaranties, omdat die hun kredieten beperken, waardoor ze over onvoldoende middelen beschikken om te opereren.

Daarom zijn kleine en middelgrote ondernemingen geen subondernemingen. Het zijn ondernemingen als iedere ander, en zij zijn van essentieel belang voor de Europese economie.

 
  
MPphoto
 

  Pierre Pribetich (PSE).(FR) Voorzitter, de small business act heeft als voornaamste doel de belangrijke rol van kleine en middelgrote ondernemingen te erkennen en deze ondernemingen alle steun te bieden bij de problemen die hen kunnen belemmeren in hun groei.

Zoals u weet spelen kleine ondernemingen een cruciale rol op het Europese economische toneel. Deze steunpilaar van het ondernemerschap in Europa, die van onschatbare waarde is, wordt bekrachtigd door het door de Commissie ingevoerde beginsel ‘denk eerst klein’

Wie kan hier nu tegen zijn? Wat betekent het? Dit ambitieuze plan heeft gevolgen voor 99 procent van alle bedrijven. De twee belangrijkste zaken in elk bedrijf staan niet op de balans: de reputatie van het bedrijf en het personeel.

Waarom heb ik ervoor gekozen Henry Ford te citeren? Om ervoor te zorgen dat de werknemers, nu we het leven voor KMO’s makkelijker gaan maken, het hart van ondernemingen blijven vormen. De small business act moet ook een gelegenheid zijn om in de manier waarop deze bedrijven worden beheerd meer ruimte te bieden aan de werknemer. De small business act zou een frisse wind moeten zijn binnen deze bedrijven, die zorgt voor meer erkenning van de aspiraties van werknemers. We mogen met betrekking tot de arbeidswetgeving in geen geval toestaan dat er een afgeslankte versie van de small business act komt.

 
  
MPphoto
 

  Zita Pleštinská (PPE-DE). – (SK) In tijden van financiële crisis zijn krachtige woorden niet voldoende, maar moeten deze worden opgevolgd door concrete daden. In deze kritieke tijden moeten we ervoor zorgen dat kleine en middelgrote ondernemingen toegang hebben tot financiële middelen, zodat ze hun innovatieve activiteiten kunnen uitvoeren, zich in technologisch opzicht kunnen onderscheiden en daardoor hun concurrentievermogen kunnen verbeteren.

In dit verband is het noodzakelijk om het microkredietprogramma en het waarborgfonds voor risicokapitaal te versterken, en om de voorwaarden te creëren voor investeringen in de technische infrastructuur voor aan kleine en middelgrote ondernemingen gerelateerd onderzoek, ontwikkeling en innovatie. Om deze reden verwelkom ik het pakket van 30 miljard euro aan leningen voor kleine en middelgrote ondernemingen, waartoe de Ecofin-Raad heeft besloten.

Ik ben op het moment een verslag aan het voorbereiden over de regelgeving inzake het op de markt brengen van bouwproducten. Ik werk daarbij nauw samen met kleine en middelgrote ondernemingen en denk dat ik in staat zal zijn om een zeer positief wetgevingspakket voor kleine en middelgrote ondernemingen voor te bereiden.

 
  
MPphoto
 

  Ewa Tomaszewska (UEN). – (PL) Kleine en middelgrote ondernemingen moeten zich net als alle andere bedrijven aan de wet houden, ondanks het feit dat ze algemeen genomen niet in staat zijn om een juridische adviseur of hoogopgeleide financiële deskundigen aan te werven. Tegelijkertijd worden de meeste nieuwe banen net door deze kleine en middelgrote bedrijven gecreëerd. Daarom is het van cruciaal belang dat wij deze sector steunen, niet alleen door het vereenvoudigen van de regelgeving die op het midden- en kleinbedrijf van toepassing is, maar ook door middel van opleidingen en andere maatregelen. Met het oog op de financiële crisis is het bijzonder belangrijk dat aan deze bedrijven gemakkelijker kredieten worden verstrekt. Het Solidariteitsfonds zou misschien dienst kunnen doen als garantie voor dergelijke kredieten. Ik steun de goedkeuring van de Europese wet voor kleine ondernemingen en zou eveneens het Franse voorzitterschap van harte willen feliciteren.

 
  
MPphoto
 

  Ilda Figueiredo (GUE/NGL). – (PT) Mijnheer de Voorzitter, de urgente steun aan micro-, kleine en middelgrote bedrijven vereist een wezenlijke wijziging in het beleid dat de laatste tijd is toegepast om een gunstig klimaat te scheppen, vooral door het verbeteren van de koopkracht van de bevolking en in het bijzonder de lonen van werknemers.

Maar het is niet voldoende om maatregelen aan te kondigen en kredietlijnen te openen. Het is noodzakelijk dat deze steun ook echt de micro-, kleine en middelgrote bedrijven bereikt en niet wordt verzwolgen door de bureaucratie. We mogen niet enkel een aantal middelgrote bedrijven steunen en de micro- en kleine bedrijven vergeten. Zij vervullen juist een belangrijke rol in de economie en voor de werkgelegenheid van werknemers, wier rechten ook gegarandeerd moeten worden tijdens het gehele proces.

 
  
MPphoto
 

  Jim Allister (NI). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, in de titel van deze vraag wordt gesproken over het verbeteren van het klimaat voor het MKB. Mag ik de suggestie doen dat als de EU echt wil helpen, in plaats van alleen met maar voorspelbare praatjes te komen, er iets is dat zoden aan de dijk zet en dat onmiddellijk kan worden gedaan? Waarom roepen we geen ‘vakantie van de regels’ uit voor het MKB zolang de huidige mondiale crisis duurt? Het naleven van laag op laag aan EU-regels vraagt zo veel van het MKB en is zo belastend en duur voor het MKB dat het de output en de welvaart van de EU aantast. De kosten zijn ondraaglijk. Het gaat om miljarden per jaar. In één klap, met een ‘vakantie van de regels’, kunnen we ervoor zorgen dat bedrijven miljarden per jaar besparen en kunnen groeien.

 
  
MPphoto
 

  Paul Rübig (PPE-DE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, geachte dames en heren, ik heb een vraag aan commissaris Verheugen. Is de Commissie bereid om een rechtsgrondslag te scheppen voor een begrotingslijn in de begroting 2009 of 2010? De tweede vraag luidt: is het mogelijk om actieplannen, die gezien de crisis inmiddels steeds waarschijnlijker worden, ook vanwege de behoefte aan steun voor kleine en middelgrote ondernemingen te bespoedigen, omdat het belang van de small business act juist nu, als gevolg van de financiële crisis, nog groter is? Kunt u zich voorstellen om op dit gebied een spoedprogramma in het leven te roepen?

 
  
MPphoto
 

  Jean-Pierre Jouyet, fungerend voorzitter van de Raad.(FR) Voorzitter, ik wil graag mijn dank uitspreken aan de verschillende sprekers die tijdens dit debat enerzijds hun steun hebben uitgesproken voor de small business act en anderzijds hebben aangedrongen op strikt en verplicht toezicht. Ik wil ook graag degenen die hebben gezegd dat de financiële steun duidelijk gericht moet zijn op kleine en middelgrote ondernemingen geruststellen: de steun van de Europese Investeringsbank zal inderdaad worden geoormerkt.

U kunt er zeker van zijn dat, wat de Europese Raad betreft, de ministers deze boodschap over zullen brengen aan de staatshoofden en regeringsleiders en dat wij, als voorzitterschap, zullen pleiten voor een zo streng mogelijke toepassing. We zullen ons uiterste best doen om ervoor te zorgen dat de small business act en het bijbehorende actieplan zo duidelijk mogelijke politieke steun krijgen op het hoogste niveau. Zoals de heer Toubon heeft gezegd, moeten we ervoor zorgen dat de specifieke maatregelen en vereenvoudigingsmethoden niet leiden tot zwakkere garanties voor kleine en middelgrote ondernemingen. Ik vind dit heel belangrijk.

Tenslotte een knik voor mevrouw Wortmann: tegen haar wil ik graag zeggen dat ik me bijzonder bewust ben van het feit dat wij vrouwelijk ondernemerschap moeten steunen. Ik word daar elke avond, behalve vanavond dan, aan herinnerd omdat mijn vrouw ook een kleine onderneming runt. Ik ben me er zeer bewust van en u kunt erop rekenen dat het fungerend voorzitterschap en ik ervoor zullen zorgen dat uw woorden worden omgezet in daden, uiteraard zonder dat er sprake is van enige belangenverstrengeling; dat zeg ik tegen u allen.

Ik wil de heer Verheugen en iedereen bij de Commissie hartelijk danken voor al hun werk. Wij hebben tijdens dit voorzitterschap goed samengewerkt en ons ingezet voor kleine en middelgrote ondernemingen. Tevens wil ik u bedanken voor uw deelname aan dit debat en mevrouw Fontaine voor de kwestie die zij aan de orde heeft gesteld. Tenslotte wil ik nogmaals zeggen dat het Europees Parlement een cruciale rol speelt bij dit proces en de follow-up ervan.

 
  
MPphoto
 

  Günter Verheugen, vice-voorzitter van de Commissie. − (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte dames en heren, ik dank u voor de brede overeenstemming die u in dit debat aan de dag heeft gelegd, niet alleen met betrekking tot de doelstellingen van ons beleid ten behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen, maar ook wat betreft de stappen die we moeten ondernemen om die doelstellingen te verwezenlijken.

Ik wil kort op de gestelde vragen antwoorden. Mijnheer Chichester, de positieve reactie van de Europese Investeringsbank is er al. Er was voorzien in een kredietvolume van 15 miljard euro tot 2011, en nu is het 30 miljard euro geworden, dus is de verdubbeling al een feit. Bovendien staan er in de Europese Unie ook nog andere financieringsinstrumenten ter beschikking van het MKB, met name in het kader van de structuurfondsen. Ik wil er daarnaast op wijzen dat alle grote Europese projecten zo zijn opgezet dat zij in de eerste plaats toegankelijk zijn voor kleine en middelgrote ondernemingen.

Wat betreft de vraag over het terugdringen van kosten kan ik u met genoegen meedelen dat het programma ter vermindering van administratieve kosten voor Europese ondernemingen op schema ligt. De volgende grote stap in het kader van dit programma is een voorstel tot invoering van e-facturering, zoals dat hier is bepleit. Deze maatregel zou inderdaad jaarlijks tot een besparing van 18 miljard euro leiden voor de kleine en middelgrote ondernemingen.

Ook met betrekking tot de richtlijn inzake betalingsachterstand, de late payment directive, zijn de werkzaamheden ver gevorderd. Dit Parlement zal het desbetreffende voorstel nog kunnen behandelen.

Nu de laatste vraag van mijnheer Rübig: welke uitvoerende macht zou het aanbod van het Parlement om geld te geven afslaan? Ik vrees echter dat u ons helemaal geen geld wilt geven, maar een begrotingslijn waar een nul in staat. Als u een begrotingslijn met veel extra geld kunt aanbieden, dan graag, maar dat zie ik er nog niet van komen.

Daarom meen ik dat het momenteel toch verstandiger is om de bestaande programma’s en projecten dusdanig te optimaliseren dat zij bijdragen tot de financiering van de small business act. Dat geldt met name voor het programma voor concurrentievermogen en innovatie, dat ik onder mijn beheer heb, maar het geldt eveneens voor de grote structuurfondsen, ook voor het programma voor plattelandsontwikkeling en zelfs voor het kaderprogramma voor onderzoek. In al deze gevallen zie ik goede mogelijkheden om deze programma’s op een zinvolle manier te gebruiken om kleine en middelgrote ondernemingen in de Europese Unie te steunen.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. − Tot besluit van het debat is een ontwerpresolutie ingediend(1) overeenkomstig artikel 108, lid 5 van het Reglement.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt op donderdag 4 december om 12.00 uur plaats.

Schriftelijke verklaringen (artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  Adam Bielan (UEN), schriftelijk. – (PL) Het verbeteren van de situatie van het midden- en kleinbedrijf in Europa en het ondersteunen van de Europese wet voor kleine ondernemingen zijn van fundamenteel belang met het oog op de ontwikkeling van het ondernemerschap en van de gehele economie van de Europese Unie. Dit is met name het geval omdat deze kleine en middelgrote ondernemingen meer dan de helft van de burgers van de Europese Unie in dienst hebben en 99 procent van alle bedrijven in de Unie vertegenwoordigen. Helaas maak ik me echter grote zorgen over de uitvoering van de Europese wet voor kleine ondernemingen.

In Polen werden bijvoorbeeld ambitieuze plannen aangekondigd om de administratieve lasten te verminderen, om bepalingen te vereenvoudigen en overbodige wetgeving te schrappen. In werkelijkheid is er bij de overheidsdiensten echter niets veranderd. Ondernemers hebben nog steeds te maken met onbekwame ambtenaren en onnodige procedures. Daarenboven blijven ze het slachtoffer van overtollige bureaucratie die de activiteiten van ondernemers aanzienlijk beperkt.

Tot op heden zijn er nog altijd geen portaalsites in het leven geroepen voor overheidsdiensten. Deze internetpagina's hebben tot doel de registratie van bedrijven, het indienen van belasting- en douaneaangiften en het raadplegen van statistische gegevens te vergemakkelijken. Al deze activiteiten zouden langs elektronische weg kunnen gebeuren. Indien we onze procedures niet doeltreffender maken en de overheidsdiensten niet hervormen, zullen we er nooit in slagen de verbintenissen uit de Europese wet voor kleine ondernemingen na te komen. In dat geval zal eveneens blijken dat we niet in staat zijn om het midden- en kleinbedrijf op passende wijze te ondersteunen.

 
  
MPphoto
 
 

  Lidia Joanna Geringer de Oedenberg (PSE), schriftelijk. – (PL) Kleine en middelgrote ondernemingen zijn niet alleen van wezenlijk belang voor de Europese economie, maar ook voor de werkgelegenheid en het concurrentievermogen van de Unie. Daarenboven draagt het midden- en kleinbedrijf, dat goed is voor meer dan 100 miljoen banen, bij tot economische groei. Tot slot zijn deze ondernemingen de belangrijkste bron van regionale ontwikkeling en innovatie en bevorderen ze de gelijkheid tussen mannen en vrouwen.

Toch vertoont het midden- en kleinbedrijf in de Unie nog altijd een lagere productiviteit en een tragere groei dan in de Verenigde Staten. Indien een bedrijf blijft bestaan, is in de Verenigde Staten het personeelsbestand na zeven jaar gemiddeld met 60 procent gestegen, terwijl dat in Europa met niet meer dan 10 à 20 procent is.

Met de Europese wet voor kleine ondernemingen, die in juni van dit jaar door de Europese Commissie is voorgesteld, wordt voor het eerst een compleet beleidskader voor het midden- en kleinbedrijf gecreëerd dat niet alleen tot doel heeft kleine en middelgrote ondernemingen gelijke voorwaarden te garanderen, maar ook het wettelijke en administratieve klimaat voor deze bedrijven in de Europese Unie te verbeteren.

In dit verband rijst de volgende dringende vraag: is de Raad van plan de Europese wet voor kleine ondernemingen officieel te steunen en zullen de lidstaten zich ertoe verbinden om deze wet ten uitvoer te leggen?

Het is van cruciaal belang dat spoedig duidelijk wordt welke stappen de Raad in het licht van de huidige financiële crisis wil nemen om voor het midden- en kleinbedrijf duurzame toegang tot kredieten te waarborgen.

 
  
MPphoto
 
 

  Richard Seeber (PPE-DE), schriftelijk. – (DE) De meer dan 23 miljoen kleine en middelgrote ondernemingen worden terecht de economische ruggengraat van de Europese Unie genoemd. Ondanks zijn centrale rol kan het MKB de voordelen van de interne markt nog niet volledig benutten en wordt het vooral met bureaucratische hinderpalen geconfronteerd. De small business act is een belangrijke stap om het concurrentievermogen van het MKB te vergroten en het de kans te geven zijn potentieel te ontplooien. Hierbij is het niet alleen van cruciaal belang dat het beginsel van “betere wetgeving” succesvol in de praktijk wordt gebracht, maar moet ook in het MKB meer bewustzijn voor de kansen van de Europese integratie worden gekweekt. Het uitwisselingsprogramma voor ondernemers is in dit verband een goede stap.

Van bijzonder groot belang voor de bevordering van het MKB zijn de financiële maatregelen in het kader van de small business act. In het licht van de moeilijke conjunctuur is het absoluut noodzakelijk dat de kleine en middelgrote ondernemingen hun werknemers houden. Vereenvoudigingen op het gebied van aanbestedingen en de bestrijding van betalingsachterstanden en versoepelingen met betrekking tot het aantrekken van kapitaal en het starten van nieuwe bedrijven zijn in dit verband doeltreffende instrumenten. De small business act zorgt al met al voor een duurzame ondersteuning van de bestaande Europese ondernemingsstructuur en versterkt het concurrentievermogen van het MKB op de internationale markten.

 
  

(1)Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid