Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2008/0170(NLE)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

A6-0229/2009

Debatten :

PV 23/04/2009 - 18
CRE 23/04/2009 - 18

Stemmingen :

PV 24/04/2009 - 7.4
CRE 24/04/2009 - 7.4
Stemverklaringen
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2009)0312

Volledig verslag van de vergaderingen
Donderdag 23 april 2009 - Straatsburg Uitgave PB

18. Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap - Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap - Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap (facultatief protocol) (debat)
Video van de redevoeringen
Notulen
MPphoto
 

  De Voorzitter. − Aan de orde is de gecombineerde behandeling van:

- de verklaringen van de Raad en de Commissie over het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap;

- het verslag (A6-0229/2009) van Rumiana Jeleva, namens de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken, over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap [COM(2008)0530 - C6-0116/2009 - 2008/0170(CNS)];

- het verslag (A6-0230/2009) van Rumiana Jeleva, namens de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken, over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van het facultatieve protocol bij het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap [COM(2008)0530 - C6-0117/2009 - 2008/0171(CNS)].

 
  
MPphoto
 

  Petr Nečas, fungerend voorzitter van de Raad. − (CS) Geachte Voorzitter, dames en heren. Ik zou graag allereerst de rapporteur, Rumiana Jeleva, willen bedanken voor haar twee uitstekende verslagen. Ik denk dat ik heel kort kan zijn over de verslagen en de erin vervatte conclusies.

De Raad heeft tijdens de eerste informele ministeriële bijeenkomst inzake handicaps op 11 juni 2007 een duidelijk standpunt ingenomen ten gunste van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap. De Raad verhief op die bijeenkomst het genoemde VN-Verdrag tot fundament van de ondersteuning, bescherming en adequate tenuitvoerlegging van de mensenrechten en fundamentele vrijheden van alle personen met een handicap. Tevens zeiden de ministers bij die gelegenheid toe hiertoe het nodige beleid op te stellen om dit Verdrag volledig ten uitvoer te leggen en riepen zij de Commissie ertoe op ervoor te zorgen dat de nieuwe richtsnoeren van het Europees actieplan ten behoeve van personen met een handicap bijdragen tot een doeltreffende tenuitvoerlegging van het VN-Verdrag.

De Raad riep in zijn resolutie van december 2007 over de activiteiten in verband met het Europese Jaar voor gelijke kansen voor iedereen in 2007 de Commissie en de lidstaten ertoe op om overeenkomstig hun respectieve bevoegdheden het hele proces van ondertekening en ratificatie van het VN-Verdrag voort te zetten. Op 10 maart 2008 nam de Raad een resolutie aan over de positie van personen met een handicap in de Europese Unie. In deze resolutie vraagt de Raad aan de lidstaten en de Commissie om overeenkomstig de hen toebehorende bevoegdheden ervoor te zorgen dat personen met een handicap hun volledige mensenrechten kunnen genieten. Daartoe behoren ratificatie, sluiting en tenuitvoerlegging van het VN-Verdrag alsook gezamenlijke Europese oplossingen in het kader van een onderling samenhangend en gecoördineerd plan van aanpak ten aanzien van de tenuitvoerlegging van dit Verdrag. Daaropvolgend ontving de Raad een ontwerpbesluit van de Commissie betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap. Eind vorig jaar is dit voorstel in behandeling genomen en de Raad heeft dit proces nog niet afgerond.

Geachte dames en heren, zoals in het verslag vermeld staat, vloeien er uit het voorstel van de Commissie een aantal belangrijke bevoegdheidsvraagstukken voort. Dat vraagt om verdere behandeling door de Raad. Het voorzitterschap heeft zich er echter toe verbonden te proberen dit proces zo snel mogelijk af te ronden om als Gemeenschap zo snel mogelijk in staat te zijn het Verdrag daadwerkelijk te ondertekenen. Ik zou het Parlement graag willen bedanken voor zijn belangstelling voor dit onderwerp en beloof u dat het voorzitterschap u op de hoogte zal houden van de lopende besprekingen in de Raad ter zake.

 
  
MPphoto
 

  Olli Rehn, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap is het eerste mensenrechtenverdrag dat behalve door de lidstaten ook door de Europese Gemeenschap is ondertekend. Dit was nodig om het Verdrag in de Europese Unie ten volle te kunnen uitvoeren, waaronder op beleidsterreinen die onder de bevoegdheid van de Europese Gemeenschap vallen.

Aangezien zowel het Verdrag als het facultatieve protocol een jaar geleden, op 3 mei 2008, in werking is getreden, is het van belang dat de lidstaten en de Gemeenschap nu snel tot sluiting overgaan. Zeven lidstaten hebben dit al gedaan.

Ik wil het Parlement en in het bijzonder de rapporteur, mevrouw Jeleva, bedanken voor hun steun aan de sluiting door de Europese Gemeenschap van dit VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap en zijn facultatieve protocol. Ik ben verheugd dat het Parlement aan beide voorstellen zijn goedkeuring kan hechten.

Aangezien het Verdrag valt onder de gedeelde bevoegdheid van de Gemeenschap en de lidstaten en ook bindend is voor de EU-instellingen, doet het mij deugd te zien dat zij bereid zijn om samen te werken teneinde de correcte uitvoering van dit Verdrag veilig te stellen.

De doelstellingen van het Verdrag zijn al met al bijzonder belangrijk om een positief effect te bewerkstelligen voor onze medeburgers met een handicap. Daarnaast zorgen zij voor meer consistentie in de wettelijke interpretatie van bepaalde bepalingen die onder de bevoegdheid van de Gemeenschap vallen. Zij dragen bovendien bij aan een uniforme minimale bescherming van de rechten van personen met een handicap overal in de Europese Unie met betrekking tot de verplichtingen die uit het Verdrag voortvloeien.

Wij moeten samenwerken om de mensenrechten van personen met een handicap te beschermen. Een effectieve uitvoering van het VN-Verdrag is de manier om dat te doen en dit doel te bereiken. Ik reken op onze samenwerking om dit gemeenschappelijke doel te verwezenlijken.

 
  
MPphoto
 

  Rumiana Jeleva, rapporteur. – (BG) Minister, commissaris, dames en heren, vandaag, in dit debat van het Europees Parlement over het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap, het facultatieve protocol bij dit Verdrag en de verklaring van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken over deze twee documenten, wil ik u eraan herinneren dat meer dan 10 procent van de EU-bevolking en de wereld bestaat uit personen met een handicap. Volgens gegevens van de Wereldgezondheidsorganisatie neemt dit percentage nog steeds toe als gevolg van de groeiende wereldbevolking, de vooruitgang op medisch gebied en de mondiale vergrijzing.

Dit is de eerste mensenrechtenovereenkomst van de VN die openstaat voor toetreding of formele bevestiging door de Europese Gemeenschap. Ook voor het Europees Parlement betekent dit een unieke première. Doel van het Verdrag is het volledige genot door alle personen met een handicap van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden op voet van gelijkheid te bevorderen, te beschermen en te waarborgen, en ook de eerbiediging van hun menselijke waardigheid te bevorderen.

Ik ben er zeer verguld mee dat de besprekingen in de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken plaatsvonden in een sfeer van goodwill en samenwerking. Ik vind het heel belangrijk dat mijn collega's en ik in onze parlementaire commissie ter ondersteuning van de verslagen over het verdrag en het protocol het niet hielden op een simpel “ja” en een ontwerpresolutie hebben opgesteld.

Collega's, het Europees Parlement heeft altijd coherente steun betuigd aan elke inspanning van de Gemeenschap om wetgeving te ontwerpen, uit te voeren en te handhaven over gelijke kansen en non-discriminatie voor mensen met een handicap. Politieke meningsverschillen verdwijnen in het licht van ons ultieme doel: zorgen voor een hogere kwaliteit van leven en werken voor personen met een handicap. Er bestaan uiteraard verschillende inzichten over hoe dat doel het best kan worden bereikt, maar door het nemen van een bijna unaniem besluit – slechts één stem was geen “ja” – bewees de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken dat meningsverschillen over het verwezenlijken van verantwoorde, duurzame en houdbare oplossingen te overwinnen zijn.

Collega's, ik geloof dat onze besluiten, de besluiten van het Europees Parlement, van eminent belang zijn voor personen met een handicap in de Europese Unie. Ik hecht eraan te onderstrepen dat de bevoegdheden in verband met de tenuitvoerlegging van het VN-Verdrag en het facultatieve protocol verdeeld zijn tussen de Gemeenschap en de lidstaten. De tenuitvoerlegging van het facultatief protocol is belangrijk om (groepen van) personen de gelegenheid te geven om het VN-Comité voor personen met een handicap op de hoogte te stellen van schendingen van hun rechten uit hoofde van het Verdrag. Het is belangrijk om te benadrukken dat deze mogelijkheid slechts geldt wanneer alle beschikbare nationale rechtsmiddelen zijn uitgeput.

Zoals vermeld in het verslag betreffende het facultatief protocol, vraagt het Parlement de lidstaten en de Commissie dat zij om de drie jaar verslag uitbrengen aan de Raad en het Parlement over de stand van de uitvoering van het facultatief protocol overeenkomstig hun respectieve bevoegdheidsterreinen. Het Europees Parlement heeft, als enige rechtstreeks door de burgers van de EU gekozen Europese instelling, naar mijn mening het recht en de verantwoordelijkheid om op te komen voor de rechten van al zijn burgers.

Ik onderstreep dat toen we eind 2008 aan de documenten begonnen, slechts vier lidstaten – Oostenrijk, Spanje, Slovenië en Hongarije – het Verdrag en het facultatief protocol hadden geratificeerd. Inmiddels hebben nog drie andere landen – Zweden, Duitsland en Italië – hun voorbeeld gevolgd.

Ik denk dat we met het debat van vandaag en de stemming van morgen, die naar ik hoop een goede afloop zal hebben, twee vliegen in één klap slaan: we geven ons fiat aan de voorstellen van de Commissie voor besluiten van de Raad en wij geven een positief en stimulerend signaal af voor voortzetting van het proces van ratificatie en/of toetreding.

Ik spreek nogmaals mijn dank uit aan de collega's die betrokken waren bij de opstelling van de verslagen en de ontwerpresolutie. Ook bedank ik mijn collega's van de Europese Commissie voor de vruchtbare samenwerking en de vertegenwoordigers van belangenorganisaties voor personen met een handicap voor de suggesties die zij hebben aangedragen.

 
  
MPphoto
 

  Hiltrud Breyer, rapporteur voor advies van de Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid. − (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren. Vrouwen en meisjes met een handicap worden op diverse manieren gediscrimineerd, waarbij hun handicap duidelijk geslachtsspecifieke dimensies heeft. Wij moeten vrouwen en meisjes met een handicap meer zichtbaar maken en zij moeten met name op EU-niveau meer aandacht krijgen.

Het Europees Parlement heeft met de in 2007 aangenomen resolutie over de situatie van vrouwen met een handicap zeer belangrijke punten naar voren gebracht. De specifieke situatie van vrouwen en meisjes met een handicap moet echter ook bij de uitvoering van het VN-Verdrag volledig in aanmerking worden genomen. Helaas hebben tot nu toe slechts vier EU-lidstaten het Verdrag en het protocol geratificeerd. We moeten streven naar een geïntegreerde benadering van gendergelijkheid bij het EU-beleid voor mensen met een handicap, met name ter waarborging van de toegang tot werk en de integratie op de werkplek, scholing, antidiscriminatie en het recht op werk.

Het grootste probleem is geweld. Hier moet pertinent een einde aan worden gemaakt. Meisjes en vrouwen met een handicap hebben een veel groter risico om het slachtoffer te worden van geweld, ook van seksueel geweld, zowel binnen de huiselijke kring als daarbuiten. Vaak wordt hun recht op seksualiteit en moederschap beperkt, of vindt er gedwongen abortus of sterilisatie plaats. De lidstaten moeten derhalve zorgen voor regelgeving die beschermt tegen geweld en slachtoffers beter ondersteunt.

(Spreekster wordt door de Voorzitter onderbroken.)

 
  
MPphoto
 

  Rovana Plumb, namens de PSE-Fractie. – (RO) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, mijnheer de minister, allereerst wil ik mijn collega Jeleva bedanken voor de goede samenwerking bij dit verslag, evenals de andere collega’s en de verenigingen van mensen met een handicap.

Ik wil benadrukken dat we behoefte hebben aan een duidelijke bescherming van de achtergestelde bevolkingsgroepen, te meer als we spreken in een context waarin het effect van de economische crisis voelbaar is.

Ik wil onderstrepen dat de Europese Unie de actieve integratie van personen met een handicap en hun volledige participatie binnen de maatschappij voorstaat. Deze aanpak staat centraal in het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap en daarom dringen we erop aan dat deze internationale documenten zo snel mogelijk worden geratificeerd door de lidstaten van de Europese Unie en dat tevens de personen met een handicap en de organisaties die hen vertegenwoordigen, actief worden betrokken bij het monitoring- en implementatieproces van deze documenten. Verder dringen we er bij de lidstaten en de Commissie op aan dat wordt gezorgd voor vrije toegang en verspreiding…

(Spreekster wordt door de Voorzitter onderbroken.)

 
  
MPphoto
 

  Elizabeth Lynne, namens de ALDE-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, allereerst wil ik de rapporteur bedanken voor haar medewerking bij de behandeling van dit verslag in de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. Zoals u weet, was ik in 2003 rapporteur voor het VN-Verdrag namens het Europees Parlement toen het VN-Verdrag werd opgesteld.

Inmiddels is er een wettelijk bindend verdrag tot stand gekomen dat mijns inziens historisch is. Dat is op zichzelf al een mijlpaal, maar wat ik in 2003 gezegd heb, zeg ik nu weer. Als de EU in dit debat geloofwaardig wil zijn, zal zij het goede voorbeeld moeten geven. Internationale mensenrechtenverdragen hebben geen enkel nut als landen ze niet ondertekenen, ratificeren en uitvoeren. Ja, alle lidstaten hebben het Verdrag ondertekend, maar het protocol is nog niet door alle lidstaten ondertekend. De meeste lidstaten zijn nog niet tot bekrachtiging overgegaan, en zeker niet tot uitvoering – hiertoe hebben wij echter in talloze parlementaire verslagen opgeroepen.

De Britse regering – mijn eigen regering – bijvoorbeeld heeft vorig jaar haar termijn voor ratificatie van het Verdrag opnieuw niet gehaald, hetgeen een grote schande is. Ik vind dit zeer beschamend. Ik wil de Commissie en het Parlement verzoeken druk te blijven uitoefenen op de lidstaten om over te gaan tot ratificatie en uitvoering van het Verdrag. Dit Verdrag kan veel betekenen voor miljoenen mensen met een handicap in de EU. We moeten er alles aan doen om het werkelijkheid te laten worden.

 
  
MPphoto
 

  Elisabeth Schroedter, namens de Verts/ALE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, geachte fungerend voorzitter van de Raad, dames en heren. Het recht van mensen met een handicap op bescherming en erkenning van hun menselijke waardigheid en op volledige participatie in de samenleving is internationaal geregeld in het Verdrag. Het is daarom van groot belang dat de Raad uiterlijk op de Internationale Dag van mensen met een handicap dit jaar de akte van bekrachtiging neerlegt bij de VN.

Tegelijkertijd roepen wij alle lidstaten op om het facultatief protocol te ratificeren zodat er bij het VN-Verdrag een comité voor klachten komt. Hoe belangrijk dat is, kan ik alleen maar vanuit mijn eigen land berichten. Tot op heden krijgen mensen met een handicap geen gelijke toegang tot onderwijs. Slechts 15 procent van de kinderen met een handicap zijn opgenomen in het schoolsysteem. Het recht op toegang voor mensen met een handicap wordt in mijn land door vertaaltrucs omzeild. We moeten daarom protesteren tegen deze praktijken en ervoor zorgen dat mensen met een handicap voortaan in alle EU-lidstaten ongehinderd kunnen participeren in de samenleving.

 
  
MPphoto
 

  Richard Howitt (PSE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik ben er zeer trots op dat ik in 2001 in Sadler’s Wells aanwezig was bij de start van de campagne voor het Verdrag. Ik ben er zeer trots op dat leden van dit Parlement een voortrekkersrol hebben gespeeld bij de totstandkoming van het Verdrag. Ik ben er zeer trots op dat ik met de Subcommissie mensenrechten in Genève was bij de Commissie en de Raad voor de Mensenrechten om voor goedkeuring te lobbyen. Ik ben er zeer trots op dat de Europese Commissie en de Europese Gemeenschappen voor het eerst een mensenrechteninstrument hebben ondertekend. Ik ben er zeer trots op dat dit het snelst goedgekeurde verdrag in de geschiedenis van de Verenigde Naties is, maar wat mij het meeste met trots vervult, is dat mensen met een handicap en organisaties die hen vertegenwoordigen, een grote rol hebben gespeeld in de bespreking en goedkeuring ervan.

Onze steun voor ratificatie deze week moet drie dingen duidelijk maken. Ten eerste, doordat de Europese Unie als achtste partij het Verdrag bekrachtigt, geeft zij de EU-lidstaten het signaal dat ook zij het Verdrag en het facultatieve protocol moeten bekrachtigen en uitvoeren.

Ten tweede, geachte commissaris, moeten wij en de Europese Commissie binnen alle bevoegdheden de bestaande regelgeving en procedures onder de loep nemen om zeker te stellen dat wij aan het Verdrag voldoen en ernaar handelen.

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 

  Ilda Figueiredo (GUE/NGL). - (PT) Ook ik verheug me over het feit dat we hier nu het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap bespreken en goedkeuren en tegelijkertijd de lidstaten oproepen het facultatieve protocol bij dit Verdrag in acht te nemen.

Hiermee zetten we een belangrijke stap voor de bescherming en bevordering van de rechten van personen met een handicap en voor het eerbiedigen van hun waardigheid. Maar we zijn er nog niet als de landen dit Verdrag getekend hebben of zelfs toegezegd hebben het facultatieve protocol in acht te zullen nemen. Het Verdrag moet nu in hun landen geratificeerd worden en de landen moeten bereid zijn het Verdrag en het protocol zo snel mogelijk toe te passen.

 
  
MPphoto
 

  Petr Nečas, fungerend voorzitter van de Raad. − (CS) Geachte Voorzitter, dames en heren. Ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat ondanks het feit dat de EU de afgelopen jaren en decennia in Europa enorme vooruitgang geboekt heeft op het gebied van de bestrijding van discriminatie van personen met een handicap, we nog lang niet op onze lauweren kunnen rusten. Elke dag weer, deze maand, deze week, vandaag weer, staan duizenden, tienduizenden, honderdduizenden EU-burgers met een handicap bloot aan discriminatie. Ze worden gediscrimineerd op de arbeidsmarkt, ze worden gediscrimineerd op het gebied van de dienstverlening, ze worden gediscrimineerd in het vervoer, gediscrimineerd door een slechte toegang tot diensten van algemeen belang en zij worden zelfs alom geconfronteerd met discriminatie bij de toegang tot een aantal fundamentele openbare diensten, zoals onderwijs van elk niveau. We zijn het er ongetwijfeld allemaal over eens dat het belangrijkste gevaar op dit gebied bestaat uit de sociale buitensluiting van onze medeburgers met een handicap. Dit vraagt niet alleen om een hele reeks wetten ter bestrijding van discriminatie, maar tevens om een goed werkende sociale dienstverlening, niet alleen ter beperking van de sociale uitsluiting, maar ook ter bevordering van de sociale inclusie. Maar het grootste probleem waarmee burgers met een handicap worden geconfronteerd, is natuurlijk het hoge niveau van werkloosheid.

We zijn ons er allemaal van bewust dat in de huidige moeilijke economische tijden juist onze gehandicapte medeburgers het meest te lijden hebben onder de verslechterde situatie op de arbeidsmarkt. Zij hebben nu beduidend slechter toegang tot werkgelegenheid dan in meer welvarende tijden. Ze zijn wat dat betreft vaak slachtoffers van het feit dat ze een slechter onderwijs- en opleidingsprofiel hebben dan de rest van de bevolking. Dat heeft onvermijdelijk een schadelijke uitwerking op hun integratiemogelijkheden op de arbeidsmarkt. Ook worden zij, zoals mevrouw Schroedter terecht opmerkte, vaak sterk achtergesteld bij de toegang tot onderwijs, tot gewone, reguliere scholen en opleidingsinstellingen. Verder kan ik u verzekeren dat we ons volledig bewust zijn van de meervoudige discriminatie waar burgers met een handicap vaak het slachtoffer van zijn, een punt waar mevrouw Breyer op wees. Wat dat betreft zou ik eraan willen herinneren dat het Verdrag waarover we het nu hebben een specifiek artikel bevat over vrouwen. Met andere woorden: deze vorm van meervoudige discriminatie is hiermee afgedekt. Uiteraard verdienen de zeven landen die het Verdrag geratificeerd hebben al onze lof. Ze vormen een lichtend voorbeeld voor alle landen die deze procedure nog niet hebben afgerond. De dringende oproep van mevrouw Lynne om dit ratificatieproces te versnellen is dan ook geheel terecht. Dat neemt echter niet weg dat we ons dienen te realiseren dat het ratificatieproces gewoon bepaalde regels kent en dat deze regels eenvoudigweg nageleefd dienen te worden. Bovendien bestaan er van lidstaat tot lidstaat vaak grote verschillen die we eenvoudigweg moeten respecteren.

Verder zou ik nog graag mijn erkentelijkheid willen uitspreken voor een aantal uitspraken hier, bijvoorbeeld van mevrouw Plumb die wees op de grote rol van de vrijwilligersorganisaties, zowel bij de totstandkoming en tenuitvoerlegging van beleid ten behoeve van onze gehandicapte medeburgers als bij de bestrijding van de discriminatie van deze mensen, de bestrijding van hun sociale uitsluiting en de bevordering van hun sociale en maatschappelijke integratie. Ik zou er graag op willen wijzen dat de Raad hier buitengewoon veel aandacht aan besteedt en dat ook het voorzitterschap veel belang hecht aan deelname van de vrijwilligersorganisaties. Tevens hebben wij in de geest van ons motto “Europa zonder barrières” alle vertegenwoordigers van personen met een handicap uitgenodigd voor onze evenementen over deze problematiek. Er heeft onder auspiciën van het voorzitterschap reeds een hele reeks door organisaties voor personen met een handicap georganiseerde evenementen plaatsgevonden.

Een voorbeeld daarvan is de bijeenkomst van de Raad van het Europees gehandicaptenforum, van 28 februari tot en met 1 maart jongstleden in Praag. Ook was er die week een internationale conferentie met als titel “Europa zonder barrières”, georganiseerd door de Tsjechische Nationale Raad voor personen met een handicap, onder auspiciën van het voorzitterschap en onderdeel van de evenementenagenda van het voorzitterschap. Ik kan op basis van mijn deelname aan deze Conferentie bevestigen dat het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap een van de belangrijkste programmapunten was en ik kan u verzekeren dat het voorzitterschap zich nog grote inspanningen getroosten wil op dit vlak, onder meer door middel van frequente contacten met vrijwilligersorganisaties op pan-Europees niveau.

Tot slot zou ik graag nog willen verwijzen naar de voortschrijdende convergentie van het Europees actieplan voor personen met een handicap en het VN-Verdrag, alsook naar de met dit actieplan bereikte resultaten. Het accent in dit actieplan ligt op waardigheid, fundamentele rechten, bescherming tegen discriminatie, rechtvaardigheid en sociale cohesie. Tegenwoordig wordt algemeen erkend dat speciale aandacht voor de problematiek van personen met een handicap dé sleutel is tot de oplossing ervan. Het actieplan voor personen met een handicap roept daar dan ook toe op en werkt verder aan verbeterde toegang tot sociale dienstverlening en goederen en diensten in het algemeen. Ik weet zeker dat de Europese Unie op de ingeslagen weg verder zal gaan, wat zal leiden tot een volwaardige deelname van haar gehandicapte medeburgers aan de samenleving en hun volledige integratie daarin.

 
  
MPphoto
 

  Olli Rehn, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik wil opnieuw iedereen bedanken die aan dit interessante debat heeft deelgenomen. Mijn dank gaat in het bijzonder uit naar de rapporteur, mevrouw Jeleva, voor de belangrijke ontwerpresolutie die morgen in de plenaire vergadering zal worden aangenomen. Ik wil ook de Raad bedanken voor zijn toezegging dat hij zal streven naar een snelle afronding van de ratificatie en van het hele proces.

Ik wil ook het Parlement bedanken voor zijn recente steun aan het voorstel van de Commissie voor een horizontale antidiscriminatierichtlijn. Als de richtlijn door de Raad wordt goedgekeurd (hiervoor is unanieme goedkeuring vereist) zal dat de rechten van mensen met een handicap op Europees niveau verder versterken. En dat is, naar ik aanneem, ons gemeenschappelijk streven, zowel in de Raad als in het Parlement – in ieder geval in de Commissie.

 
  
MPphoto
 

  Rumiana Jeleva, rapporteur. – (BG) Dames en heren, ik bedank alle sprekers voor hun bijdrage en de meningen die zij naar voren hebben gebracht. Het zou goed zijn als we het debat van vandaag in een breder verband zouden kunnen plaatsen, bijvoorbeeld door in te haken op het feit dat de Economische en Sociale Raad van de Verenigde Naties vorig jaar een besluit heeft vastgesteld waarbij de thematische prioriteit in het kader van de evaluatie- en beleidscycli voor de periode 2009-2010 sociale integratie is.

Een speciale plaats in de beleidscyclus is ingeruimd voor het wereldactieprogramma voor personen met een handicap. Ook geloof ik dat het debat van vandaag de lidstaten die het Verdrag en/of het facultatief protocol nog niet hebben geratificeerd, zal aansporen daar werk van te maken in de nabije toekomst. Ik ben er zeker van, wat dat betreft ben ik het eens met de Raad, dat de stemming over de verslagen ons zal helpen een positieve stap in de juiste richting te zetten.

Het Europees Parlement moet zijn verantwoordelijkheid nemen voor het verbeteren van de omstandigheden van personen met een handicap. Zoals tijdens dit debat is benadrukt moeten wij ons werk onverdroten voortzetten en alle mogelijke controles uitoefenen opdat de door ons gecreëerde wetgeving naar behoren wordt gehandhaafd. Een goede wetgevingsbasis die slecht wordt gehandhaafd is iets waar wij niet verantwoordelijk voor zijn.

Nogmaals dank aan alle collega's van de diverse fracties voor hun steun, aan alle collega's van de Europese Commissie en aan de ngo's waarmee we gedurende al die tijd hebben samengewerkt.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. − Ik deel mee dat er een ontwerpresolutie(1) is ingediend overeenkomstig artikel 103, lid 2, van het Reglement.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt vrijdag 24 april plaats.

 
  
  

VOORZITTER: DIANA WALLIS
Ondervoorzitter

Schriftelijke verklaringen (artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  Filip Kaczmarek (PPE-DE), schriftelijk. – (PL) De rechten van personen met een handicap worden geregeld geschonden. Onlangs heeft zich in mijn geboorteplaats Poznań een incident voorgedaan dat hiervan een typisch voorbeeld is. Een Pools parlementslid parkeerde zijn auto op een plaats die voorbehouden is aan personen met een handicap. Paradoxaal genoeg heeft dit parlementslid zelf een vriend die met een handicap door het leven gaat. Vraagt u zich af waarom ik dit voorval hier ter sprake breng? Dat doe ik om aan te tonen dat wetten, verdragen en documenten de situatie van personen met een handicap nooit zullen verbeteren indien openbare ambtsdragers openlijk en ongestraft de regels overtreden die speciaal zijn opgesteld om het leven van personen met een handicap en hun sociale integratie te vergemakkelijken. Deze verdragen zijn natuurlijk van belang, maar de correcte, betrouwbare en volledige tenuitvoerlegging ervan is minstens even belangrijk. Personen met een handicap hebben niets aan rechten die alleen op papier bestaan. Zij rekenen op daadwerkelijke veranderingen die hun gelijke kansen geven. Ik dank u.

 
  

(1) Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid