Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Volledig verslag van de vergaderingen
Dinsdag 15 september 2009 - Straatsburg Uitgave PB

4. Immigratie, de rol van Frontex en samenwerking tussen de staten (debat)
Video van de redevoeringen
Notulen
MPphoto
 

  De Voorzitter. − Aan de orde zijn de verklaringen van de Raad en de Commissie over immigratie, de rol van Frontex, en samenwerking tussen lidstaten.

 
  
MPphoto
 

  Tobias Billström, fungerend voorzitter van de Raad. − (SV) Mijnheer de Voorzitter, migratiekwesties zijn altijd actueel in de werkzaamheden van de EU. Een belangrijk onderdeel van de omgang met migratiestromen bestaat uit grenscontroleactiviteiten. Het vrije verkeer van personen in de EU en het ontbreken van controles aan de binnengrenzen houden een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor en een toenemende behoefte aan een correct en effectief beheer van onze buitengrenzen in.

De taak van het Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen van de lidstaten van de Europese Unie (Frontex) bestaat erin de inspanningen van de lidstaten inzake bewaking van en controle aan de buitengrenzen van de EU te coördineren en te steunen. Frontex is een belangrijk onderdeel van de geïntegreerde grensbeheerstrategie van de EU. Sinds zijn oprichting in 2005 is zijn capaciteit geleidelijk uitgebouwd. In lijn met zijn toegenomen begroting speelt Frontex nu een nog belangrijkere rol in het leiden van de operationele samenwerking tussen de lidstaten met betrekking tot de controle aan de buitengrenzen van de EU.

Momenteel coördineert het agentschap een aantal gemeenschappelijke activiteiten en proefprojecten voor de zee-, land- en luchtgrenzen ter bestrijding van illegale immigratie, waarbij de klemtoon ligt op bepaalde risicogebieden, zoals de zuidelijke zeegrenzen van de EU, hoewel ook de noordelijke en oostelijke grenzen aandacht krijgen. In de Raad hebben we meermaals de noodzaak benadrukt om Frontex verder te ontwikkelen en versterken. In de conclusies van de Raad van 2008 staan de politieke prioriteiten voor de verdere ontwikkeling van het agentschap. Op korte termijn werd benadrukt dat Frontex de nodige middelen moet krijgen en dat de uitrusting die door de lidstaten in het kader van het centraal register van beschikbare technische uitrusting (CRATE) ter beschikking wordt gesteld, maximaal moet worden benut. De Raad riep Frontex ook op de samenwerking te bevorderen met andere grenscontrole-instanties, met inbegrip van de douane, en met derde landen met betrekking tot grenscontroles.

Onderstreept werd dat de toekomstige ontwikkeling van de activiteiten van Frontex ook op lange termijn geleidelijk moet verlopen. De Raad was ingenomen met de intenties van de Commissie om na te gaan hoe het mandaat van Frontex kan worden uitgebreid om meer samenwerking met derde landen mogelijk te maken. Momenteel vindt een evaluatie plaats van de Frontex-verordening en begin 2010 zal de Commissie eventuele wijzigingen voorstellen. De Raad ziet ernaar uit om samen met het Europees Parlement een standpunt in te nemen ten aanzien van de door de Commissie voorgestelde wijzigingen.

Ook in het Europees immigratie- en asielpact, dat in oktober 2008 door de Raad werd vastgesteld, werd benadrukt dat de rol en de middelen van het agentschap voor samenwerking versterkt moeten worden. In het pact werd tevens gewezen op de mogelijkheid om binnen Frontex afzonderlijke afdelingen op te richten omdat de omstandigheden, bijvoorbeeld aan de landgrenzen in het oosten en de zeegrenzen in het zuiden, zo verschillend zijn. In het licht van de gebeurtenissen in het Middellandse Zeegebied beklemtoonde de Raad in zijn conclusies van juni 2009 de noodzaak om de activiteiten uit te breiden en om humanitaire rampen aan de zuidelijke zeegrens van de EU in de toekomst te voorkomen. Met name de behoefte aan verscherpte grenscontroles, duidelijke regels voor gemeenschappelijke patrouilles en het aan land brengen van op zee opgepikte migranten alsmede een intensiever gebruik van gezamenlijke terugkeervluchten werden beklemtoond.

Tot slot zou ik willen verduidelijken dat het er in de situatie in het Middellandse Zeegebied niet alleen om gaat maatregelen te nemen op het gebied van grenscontroles. Die situatie vereist een breed spectrum maatregelen op korte en lange termijn. Het uitgangspunt daarbij zou de globale benadering van de EU inzake migratie moeten zijn, die samenwerking en maatregelen op het hele gebied van het migratiebeleid omvat. Versterkte samenwerking met landen van oorsprong en doorreis is fundamenteel en de dialoog met derde landen zou geïntensiveerd moeten worden op gebieden die bijvoorbeeld verband houden met legale immigratie, migratie en ontwikkeling, capaciteitsopbouw en verwijdering van personen zonder beschermingsbehoeften. Een dergelijke dialoog moet gebaseerd zijn op het beginsel van solidariteit en gemeenschappelijke verantwoordelijkheid.

 
  
  

VOORZITTER: GIANNI PITTELLA
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 

  Jacques Barrot, vicevoorzitter van de Commissie. − (FR) Mijnheer de Voorzitter, migratie is een belangrijke kwestie waar de instelling zich intensief mee zal blijven bezighouden, en ik wil de heer Billström, die goed bekend is met dit probleem, graag bedanken.

Wij zijn bezig met het opstellen van een immigratiebeleid dat gebaseerd is op drie pijlers: eerbiediging van het asielrecht, bestrijding van illegale immigratie en Europese coördinatie om de legale migratie in goede banen te leiden.

Toegang tot het grondgebied van de Unie dient te worden verkregen volgens bepaalde regels, overeenkomstig het nationale beleid van de lidstaten en de gemeenschappelijke normen die de Unie toepast, en niet op een illegale manier, die vaak ten koste gaat van mensenlevens. De Middellandse Zee moet de verbinding blijven tussen onze beschavingen, in plaats van een oord van verderf en verdriet.

De oplossing voor het probleem van de illegale immigratie kan niet alleen worden aangedragen door de lidstaten die hieraan in het bijzonder blootstaan omdat hun grenzen samenvallen met de buitengrens van de Unie. Het is echt noodzakelijk dat alle lidstaten van de Unie zich solidair opstellen als het om dit probleem gaat. De Unie heeft reeds gemeenschappelijke normen vastgesteld, hier de financiële middelen voor uitgetrokken en belangrijke actiemiddelen ontwikkeld. Dit gezegd hebbende, klopt het dat nieuwe initiatieven noodzakelijk zullen zijn, gezien de omvang van de illegale migratiestromen.

Het probleem van de illegale migratie vereist, uiteraard, een doeltreffend preventiebeleid, dat wordt gevoerd in samenwerking met alle landen die aan de migratieroutes liggen. De Europese Unie spant zich ervoor in deze dialogen en deze samenwerking tot stand te brengen. De bedoeling van deze brede aanpak is om met elkaar en op een evenwichtige manier alle essentiële aspecten van migratie te behandelen. Zoals de heer Billström zojuist heeft gezegd, vormt deze aanpak de leidraad voor ons optreden in het Middellandse Zeegebied, waar de migratiestromen die afkomstig zijn uit verschillende regio's en die door verscheidene Aziatische en Afrikaanse landen voeren, samenkomen.

De Commissie heeft zich er op vastberaden wijze op toegelegd om adequate kaders voor regionale bilaterale samenwerking tot stand te brengen. Gezien het feit dat er zich steeds meer onaanvaardbare menselijke tragedies voordoen, heb ik een bezoek gebracht aan deze toegangspoorten van Europa: Lampedusa, Malta, de Canarische Eilanden en Griekenland. Ik heb het debat binnen de Commissie aangezwengeld en ik heb mijn collega-ministers binnen de Raad suggesties gedaan voor een meer solidair en effectiever Europees beleid.

Op basis van de werkzaamheden die hierop volgden, heeft de Europese Raad van juni een reeks besluiten genomen. Sindsdien heeft de Commissie zich met drie belangrijke thema's beziggehouden. Het eerste betreft de asielkwestie: de Europese Raad dringt aan op de coördinatie van vrijwillige maatregelen voor de interne spreiding van personen die internationale bescherming genieten en die verblijven in de lidstaten die het meest blootstaan aan deze druk. Als reactie op deze oproep is de Commissie in juli met een proefproject gestart ten behoeve van Malta. Zij heeft ervoor gezorgd dat lidstaten die blijk willen geven van solidariteit met Malta, een beroep kunnen doen op Gemeenschapsfinanciering. Tot op heden heeft Frankrijk ermee ingestemd om een kleine honderd vluchtelingen op zijn grondgebied te hervestigen. Ik zou graag willen, dames en heren, mijnheer de Voorzitter, dat dit gebaar ook in andere lidstaten navolging vond.

Daarnaast heb ik op 2 september jongstleden een mededeling voorgelegd aan het Europees Parlement en de Raad betreffende de vaststelling van een gemeenschappelijk hervestigingsprogramma van de EU, voor de hervestiging van vluchtelingen vanuit derde landen. Mijnheer Billström, ik weet dat dit programma u na aan het hart ligt. Het programma beoogt jaarlijks gemeenschappelijke EU-hervestigingsprioriteiten vast te stellen en omvat tevens voorstellen voor een efficiënter gebruik van de financiële steun die uit hoofde van het Europees Vluchtelingenfonds (EVF) aan de lidstaten wordt toegekend.

Bij een effectieve tenuitvoerlegging van deze initiatieven moet het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken een doorslaggevende rol kunnen spelen. Het door de Commissie gepresenteerde voorstel voor een verordening betreffende de oprichting van dit ondersteuningsbureau wordt momenteel binnen de communautaire instellingen onderzocht. Ik hoop van harte dat het Parlement en de Raad onder het Zweedse voorzitterschap overeenstemming zullen bereiken over de inwerkingstelling van dit ondersteuningsbureau in 2010, en ik verwacht in dit opzicht veel van onze Commissie en van het Zweedse voorzitterschap. Tot zover wat de asielkwestie betreft.

Het tweede thema betreft de buitengrenzen. Zoals de heer Billström heel goed heeft uitgelegd, heeft de Europese Raad beklemtoond dat er behoefte is aan intensievere, door Frontex gecoördineerde grenstoezichtoperaties. De Europese Raad heeft ons verzocht duidelijke regels op te stellen voor de inzet van gezamenlijke patrouilles en het aan land brengen van geredde personen, evenals voor de organisatie van gezamenlijke terugkeervluchten.

Daarnaast moeten wij onderzoeken hoe Frontex met derde landen kan samenwerken. De begroting voor de financiering van de Frontex-operaties is verhoogd tot 36 miljoen euro, en wij bekijken momenteel hoe Frontex de repatriëring van illegale migranten kan organiseren.

Er dient op te worden gewezen dat de grenstoezichtoperaties worden uitgevoerd overeenkomstig het Gemeenschapsrecht, met name overeenkomstig de Schengengrenscode. De fundamentele rechten en het uitzettingsverbod dienen te worden geëerbiedigd. In maritieme gebieden dient bij deze operaties tevens het internationaal zeerecht te worden geëerbiedigd. Deze regels worden door de lidstaten echter niet op uniforme wijze geïnterpreteerd en toegepast. Daarom gaan wij bekijken hoe wij deze regels kunnen uitwerken en verduidelijken om in het kader van deze operaties tot een betere toepassing van het Gemeenschapsrecht en het internationale recht te komen.

Wij zijn ook bezig met het opstellen van een voorstel tot wijziging van de Frontex-verordening en zijn werkmethoden. Dit voorstel zal begin 2010 worden gepresenteerd. In het voorstel zal rekening worden gehouden met het verslag van het Europees Parlement en met de evaluatie van het agentschap die overeenkomstig artikel 33 van de Frontex-verordening zal zijn uitgevoerd. Het streven is om de rol van Frontex in de samenwerking aan de grenzen te optimaliseren en versterken.

Dan kom ik nu op het derde thema. De Europese Raad heeft gewezen op de noodzaak van een aanzienlijke versterking van de samenwerking met de voornaamste landen van herkomst en doorreis, en heeft de Commissie verzocht een onderzoek te doen naar concrete samenwerking met deze landen. Naar aanleiding van dit verzoek heeft de Commissie zich ingezet voor een intensivering van de dialoog en de samenwerking met Libië en Turkije, de twee belangrijkste landen op de illegale migratieroutes in het Middellandse Zeegebied.

Wat Libië betreft, hebben de heer Billström en ik in juli een brief gestuurd waarin wij onze Libische gesprekspartners samenwerking voorstellen op een reeks gebieden teneinde tot een gezamenlijk en evenwichtig beheer van de uit Libië afkomstige migratiestromen te komen. Wij hebben de Libische autoriteiten uitgelegd dat wij bereid waren hen te helpen hun capaciteiten te versterken om te voorkomen dat migranten op illegale wijze hun grondgebied binnenkomen en verlaten, maar ook om ervoor te zorgen dat migranten beter worden behandeld, waarbij de mensenrechten en de internationale regels worden geëerbiedigd, en daarnaast om de identificatie van en bijstand aan migranten die behoefte hebben aan internationale bescherming, te bevorderen.

De Commissie cofinanciert reeds een aantal proefprojecten via de Hoge Commissaris voor de vluchtelingen van de Verenigde Naties, de Internationale Organisatie voor Migratie en het Italiaanse ministerie van Binnenlandse Zaken. Onze actie kan echter alleen een adequate reikwijdte hebben, als er sprake is van een duidelijk engagement van de zijde van de Libische autoriteiten. Ik wil u niet verhullen, mijnheer Billström, dat ik enigszins ongeduldig uitkijk naar de reactie op onze brief.

Wat Turkije betreft, is de directeur-generaal van het DG Justitie, vrijheid en veiligheid, Jonathan Faull, vandaag op bezoek in Ankara, om te onderzoeken in welke mate en op welke manieren nauwere samenwerking zou kunnen leiden tot een grotere betrokkenheid van de Turkse autoriteiten bij een verantwoordelijker beheer van de migratie, met de bedoeling om enerzijds clandestiene migranten opnieuw toe te laten en anderzijds, vooral, vluchtelingen internationale bescherming te bieden. Als Turkije en Libië op ons aanbod willen ingaan, dan zouden wij en de heer Billström deze twee landen nog voor het einde van dit jaar kunnen bezoeken.

Tot slot zou ik het Stockholm Programma willen noemen, dat de basis moet leggen voor een effectiever gemeenschappelijk beleid, dat ons in staat zal stellen gecoördineerde immigratie te bevorderen in de geest van het Europees pact inzake immigratie en asiel. Wij hebben onze voorstellen in juni gepresenteerd, en deze zijn positief ontvangen tijdens een informeel ministerieel debat dat het Zweedse voorzitterschap in juli had georganiseerd.

Ik zal niet herhalen wat ik zojuist heb gezegd, dat wil zeggen de drie belangrijkste thema's van dit beleid: een gemeenschappelijk asielsysteem dat aansluit op onze humanitaire tradities, een effectievere beheersing van de illegale immigratie door een meer geïntegreerd beheer van onze binnengrenzen en ons visumbeleid, en verder, uiteraard, een grotere doeltreffendheid in onze strijd tegen mensenhandel, en de invoering van een daadkrachtig terugkeerbeleid dat gericht is op een duurzame re-integratie van migranten in hun gemeenschap van herkomst, evenals een opening naar legale migratie binnen een kader waarin rekening wordt gehouden met de behoeften van het gastland, zonder dat voorbijgegaan wordt aan de behoeften van de herkomstlanden en aan de eerbiediging van de rechten van migranten.

Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik ben een beetje lang van stof geweest, maar ik wilde, in aansluiting op de uitstekende uitleg van de heer Billström, de nadruk vestigen op de belangrijkste thema's van een Europees beleid, een Europese strategie die volgens mij nu vorm begint te krijgen. Maar dan moeten onze lidstaten wel blijk geven van alle solidariteit en vastberadenheid die nodig zijn om deze strategie ten uitvoer te leggen. Ik reken er sterk op dat het Europees Parlement ons hierbij wil helpen.

 
  
MPphoto
 

  Simon Busuttil, namens de PPE-Fractie. (MT) Bedankt, mijnheer de Voorzitter. Ik wil ook graag minister Billström en met name Jacques Barrot, de vicevoorzitter van de Europese Commissie, welkom heten. Mijnheer de Voorzitter, ik wil de vicevoorzitter van de Europese Commissie graag bedanken voor de aanzienlijke en oprechte inspanningen die hij heeft verricht op het gebied van immigratie en asiel. Ik wil graag mijn waardering en dank uitspreken voor de passie waarmee de heer Barrot dit werk heeft verricht en voor de concrete initiatieven die hij op dit moeilijke, controversiële en gevoelige gebied in het leven heeft geroepen. Dit brengt mij bij het eerste punt dat ik graag ter sprake wil brengen, mijnheer de Voorzitter, namelijk de complexiteit van dit onderwerp.

Het is erg gemakkelijk om een bepaald land verwijten te maken. We moeten de situatie echter ernstig en grondig analyseren, anders lopen we het risico ten prooi te vallen aan het absurde. Laat ik dit verduidelijken met een voorbeeld. Er is de laatste tijd veel kritiek geuit op de Italiaanse overheid, omdat deze immigranten die overkwamen uit Libië direct terugstuurde. We moeten echter inzien dat als gevolg van het optreden van Italië, het aantal immigranten dat ervoor koos deze gevaarlijke reis te maken en hun leven te riskeren, dit jaar aanzienlijk is gedaald.

Ook moeten we beseffen dat dit terugstuurbeleid een grote klap is geweest voor de georganiseerde misdaad en mensensmokkel. Hoewel het dus ongetwijfeld nodig is het asielrecht van immigranten te respecteren, is het net zo noodzakelijk om te volharden in onze inspanningen om voor eens en altijd een einde te maken aan deze tragedie die plaats vindt in het Middellandse Zeegebied. Wat net zo belangrijk is, is dat we de strijd blijven voortzetten tegen mensensmokkelaars die misbruik maken van de ellende en problemen van immigranten die de oversteek naar Europa willen maken.

Daarom mogen we de complexiteit van dit onderwerp niet uit het oog verliezen. Ik wil graag nog enkele andere punten noemen. We moeten Frontex verbeteren, met name op het gebied van de potentiële samenwerking tussen landen en met betrekking tot concrete kwesties zoals een terugkeerbeleid waarbij meer dan één land betrokken is. Helaas zijn er op dit gebied nog niet voldoende inspanningen verricht binnen Frontex. De initiatieven die vicevoorzitter Barrot noemde verdienden ook aandacht, zoals het algemene hervestigingsprogramma, het proefproject voor landen zoals Malta en de oprichting van een ondersteuningsbureau voor asielzaken. Dit zijn initiatieven die onmiddellijk moeten worden gerealiseerd. Tot slot is de samenwerking met Libië en andere derde landen waaruit immigranten vertrekken een net zo belangrijke factor die onze aandacht vereist. Als we niet samenwerken met deze landen, zullen we niets bereiken.

 
  
MPphoto
 

  Juan Fernando López Aguilar, namens de S&D-Fractie.(ES) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer Billström, commissaris Barrot, zowel het voorzitterschap als de Commissie hebben er met klem op gewezen dat dit een van de belangrijkste aspecten van de mondialisering is, en dat we er een Europees antwoord op zullen moeten formuleren. Ik sluit me daarbij aan.

Hier kan Europa iets betekenen. Europa kan meerwaarde bieden aan het beheer van een van de meest in het oog springende gevolgen van de mondialisering – migratie van ongekende omvang. Deze migratiestromen hebben immers een impact op alle elementen die bij de Europese integratie een rol spelen.

Geen enkele lidstaat kan alleen, op eigen kracht, een antwoord formuleren op dit fenomeen. Daarom hebben we dringend behoefte aan een gemeenschappelijk beleid, en dat komt er maar niet. Dat beleid had moeten worden verwerkt in de Europese Grondwet en moet nu in het Verdrag van Lissabon – dat er nog niet is – worden ingepast. Wat we tot hebben gedaan is dus weinig meer dan een voorbereiding op wat er nog steeds gedaan moet worden.

Wat wel duidelijk is, is dat onze reactie moet aansluiten bij de Europese identiteit. Er moet dus iets gedaan worden om de kloof met de oorsprongslanden te dichten, via een extra inspanning op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking. Dat is het eerste punt.

Tweede punt: er moet een strengere aanpak komen van de politieke en criminele aspecten van dit fenomeen. Organisaties die zich bezig houden met mensensmokkel moeten worden aangepakt, maar er moet tegelijk meer informatie worden verschaft over de risico's van illegale immigratie en mensensmokkel, over opleidingen in het oorsprongsland en illegale tewerkstelling. Legale migratie moet een deel van het antwoord zijn, als alternatief voor illegale immigratie.

Tot slot is het van belang dat we de mensenrechten op een degelijke wijze garanderen. En dan heb ik het over immigratie en asiel en de naleving van het in oktober 2008 overeengekomen Europees Immigratie- en Asielpact.

Intussen moeten we ook de Europese buitengrenzen versterken. De grenscontrole moet beter, en dat is een gedeelde verantwoordelijkheid. De impact van illegale immigratie in Italië en Spanje – via de Middellandse Zeegrenzen of via de Canarische Eilanden, waar wankele bootjes wanhopige mensen blijven aanvoeren – is niet alleen een zaak die Italië en Spanje aangaat. Het is een zaak die heel Europa aangaat. Het gaat er dan niet om solidariteit te tonen met Spanje of Italië, of erop te vertrouwen dat deze landen in hun bilaterale betrekkingen met de Afrikaanse landen het Europese model zullen aanhouden. Neen: het gaat hier om een gedeelde verantwoordelijk, die noopt tot een gemeenschappelijk antwoord.

Daarom steunt de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken het voorstel om Frontex te versterken, ook als het om de budgettaire aspecten gaat. Wij hopen dat dit Parlement zich daarbij aansluit. Het Zweeds voorzitterschap hecht veel belang aan dit onderwerp, en wij steunen de voorzitter op dit punt.

 
  
MPphoto
 

  Sonia Alfano, namens de ALDE-Fractie. (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, hartelijk dank, vicevoorzitter Barrot en mijnheer Billström. Ik heb al op 31 augustus een prioritaire vraag gesteld aan de Commissie. Het aantal immigranten dat aankomt op de Italiaanse en Libische kusten is weliswaar gedaald, maar dat is omdat het aantal doden in de Middellandse Zee is toegenomen.

Helaas is het Middellandse Zeegebied inmiddels één groot kerkhof geworden, en de regering Berlusconi, oftewel de Italiaanse regering, heeft een akkoord getekend met Libië waarmee niet alleen immigranten kunnen worden uitgezet, maar ook vluchtelingen uit landen waar mensen worden vervolgd en burgeroorlogen woeden, zoals Somalië en Eritrea, kunnen worden teruggestuurd. De regering weigert deze noodlijdende personen bovendien het recht om asiel aan te vragen, waardoor ze alle internationale normen schendt, en in het bijzonder het Verdrag van Genève.

Ik wil u eraan herinneren dat het beginsel van non-refoulement een beginsel is dat geen geografische beperkingen kent en waarover onder geen beding kan worden gemarchandeerd of onderhandeld. We willen niet blijven denken dat het bij dit akkoord tussen Italië en Libië uiteindelijk alleen om een economisch belang van circa 5 biljoen euro gaat.

Ik eis dat de Commissie – mocht zij dit van plan zijn – geen akkoord tot stand brengt tussen de Europese Unie en Libië dat soortgelijk is aan het akkoord van Italië, want we hebben gezien waar dit schurkachtige akkoord toe heeft geleid. Nogmaals, dit akkoord heeft ertoe geleid dat deze mensen worden gedwongen martelingen te ondergaan. Want dat is waar we hier mee te maken hebben: in de detentiecentra waarin ze worden opgevangen vinden martelingen plaats, zoals blijkt uit mediaberichten, maar ook uit foto's, bijvoorbeeld foto's waarop veel van deze immigranten te zien zijn in de gevangenis van Ganfuda op tien kilometer van Benghazi. Dat is marteling, wat in mijn ogen door geen enkel bondgenootschap of institutioneel akkoord kan worden gerechtvaardigd.

Zoals de Hoge Commissaris voor vluchtelingen van de VN heeft benadrukt, is het op grond van het beginsel van non-refoulement verboden mensen terug te sturen naar gebieden waar hun leven mogelijk in gevaar is en waar hun vrijheid kan worden bedreigd. Het is echt ongelooflijk dat deze mensen worden teruggebracht naar Libië, dat – daar wil ik nogmaals uitdrukkelijk op wijzen – het Verdrag van Genève heeft ondertekend noch geratificeerd. En wat de zaak nog erger maakt, is dat illegale immigratie in Italië ook nog eens een misdrijf is waar deze personen voor worden vervolgd. Ik denk bijvoorbeeld aan de tragische overtocht van asielzoekers in de laatste dagen van augustus, waarbij talloze Somaliërs om het leven zijn gekomen. De weinige Somaliërs, ik geloof vier of vijf van hen, die erin geslaagd zijn hun bestemming te bereiken, zijn beschuldigd van illegale immigratie en worden op dit moment dus wettelijk vervolgd.

Ik vraag de Commissie nu daadwerkelijk tot actie over te gaan, te beoordelen of het akkoord tussen Italië en Libië in overeenstemming is met het internationaal recht en eindelijk eens een beslissende omslag te maken zonder zich aan te sluiten bij het schofterige beleid van de Italiaanse regering.

 
  
MPphoto
 

  Hélène Flautre, namens de Verts/ALE-Fractie. – (FR) Mijnheer de Voorzitter, de laatste keer dat wij een debat hebben gevoerd na een drama op de Middellandse Zee, was op 1 april.

U zult zich herinneren dat er toen honderden migranten waren omgekomen voor de Libische kust. Wij hadden om een onderzoek gevraagd. Tot op heden hebben we echter geen enkele informatie gehad over de omstandigheden waaronder dit drama plaatsvond.

Sindsdien zijn half augustus, zoals u weet, 73 Afrikanen dood aangetroffen voor de kust van Lampedusa. Op 25 augustus zijn 57 Eritrese migranten uiteindelijk gered, nadat zij lange tijd in de wateren van Malta hadden rondgedoold. Op 31 augustus werd 75 Somaliërs de toegang geweigerd tot Libië.

De buitengrenzen van de Europese Unie zijn echt moorddadig geworden. Dat is ook de titel van een rapport van de NGO "Migreurop" dat binnenkort verschijnt: Les frontières assassines de l'Europe. Ik raad u allen aan, dames en heren, dit rapport aan te schaffen en het aandachtig te lezen.

In het licht van deze situatie wijst u op een aantal essentiële zaken, mijnheer Barrot. U wijst op het asielrecht en op het recht op internationale bescherming. U zou tevens moeten wijzen op het recht van ieder mens om welk land dan ook te verlaten, en op de verplichting die op iedereen rust om anderen, wie dan ook, te hulp te komen. Dat is internationaal zeerecht. Er is sprake van een sterke toename van deze situaties, die zich ook steeds vaker voordoen bij de grens tussen Turkije en Griekenland. Daarom geloof ik niet, mijnheer Barrot, dat versterking van de middelen van Frontex de oplossing voor deze situatie zal zijn.

Mijns inziens ziet de Europese Unie zich momenteel voor haar eigen project gesteld. De Europese Unie is ontstaan vanuit de weigering om de waardigheid van anderen te verloochenen, en die gedachte moet zij trouw blijven.

 
  
MPphoto
 

  Timothy Kirkhope, namens de ECR-Fractie.(EN) Mijnheer de Voorzitter, wat de Commissie nastreeft met het door haar voorgestelde gezamenlijke hervestigingsprogramma, namelijk het stimuleren van meer samenwerking tussen regeringen bij de hervestiging van vluchtelingen en asielzoekers, is zeker prijzenswaardig. Als Brits conservatief is mijn bezorgdheid over de uitvoering van dat programma echter niet weggenomen. We willen dat er een einde komt aan problemen zoals zich in Sangatte, Frankrijk, hebben voorgedaan.

Samenwerking en solidariteit tussen de lidstaten is natuurlijk belangrijk wanneer we praten over de lasten die op landen drukken, maar we moeten meer onderscheid maken tussen economische migranten en asielzoekers. Zij hebben natuurlijk het volste recht om asiel te vragen, maar de afzonderlijke lidstaten moeten zelf kunnen bepalen wie dat wel en wie dat niet krijgt. De Europese wetgeving moet de lidstaten die vrijheid laten. Een gezamenlijke aanpak zoals de Commissie die voorstelt, ondergraaft die vrijheid.

Ondertussen moet het bewaken van de zuidelijke grenzen een van onze hoofdprioriteiten zijn. Frontex moet hierbij een grotere rol spelen en door zijn acties een krachtige afschrikkende werking uitoefenen op economische migranten die de gevaarlijke oversteek over de Middellandse Zee willen maken. We moeten krachtiger optreden tegen derde landen die zich schuldig maken aan onverantwoord gedrag door dit aan te moedigen. De Commissie zegt dat de nationale regeringen uiteindelijk zelf blijven bepalen hoeveel mensen ze toelaten en dat Groot-Brittannië en andere landen niet worden gedwongen meer economische migranten toe te laten dan ze aankunnen of in deze economisch moeilijke tijden kunnen onderhouden. Dat is nodig en billijk. Landen als Groot-Brittannië moeten de zekerheid hebben dat ze hun asiel- en immigratiebeleid zelf kunnen blijven bepalen en dat de EU-aanpak gebaseerd zal blijven op open samenwerking, en niet op dwang.

 
  
MPphoto
 

  Willy Meyer, namens de GUE/NGL-Fractie.(ES) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer Billström, commissaris Barrot, we beginnen nu een nieuwe zittingsperiode, en dat is een goed moment om ons immigratiebeleid te heroverwegen.

Ons immigratiebeleid is immers overduidelijk op hypocrisie en cynisme gebaseerd. Aan de ene kant zeggen we dat het Europese project zonder de migrantenwerkers onmogelijk is, maar aan de andere kant maken we van diezelfde migrant een misdadiger – door wetgeving als de terugkeerrichtlijn, die terecht de "richtlijn van de schaamte" wordt genoemd, omdat hij niet strookt met de beginselen en waarden van de Europese Unie.

Waarom we tijdens deze drievoudige crisis, deze financiële, voedsel- en energiecrisis, een beleid voeren dat erop gericht is van Europa een vesting te maken, is niet goed te begrijpen. Niet iedereen is het daar dan ook mee eens, en wel omdat we op deze manier de verkeerde kant opgaan. Als we Europa nodig vinden en daarvoor afhankelijk zijn van migrantenarbeid, dan moeten we die migranten al hun rechten gunnen en niet als misdadigers bestempelen. En dat is precies wat de Europese Unie doet. Op die manier veroorzaken we alleen maar nog meer leed voor al die families die niets anders doen dan honger en oorlog ontvluchten.

In de lente zal er in Madrid een topontmoeting van staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie, Latijns-Amerika en het Caribisch gebied plaatsvinden. Het beste visitekaartje voor deze ontmoeting zou bestaan in het herroepen van de "richtlijn van de schaamte". Die deugt niet en geen enkele regering, vooral in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied – de landen van waaruit duizenden migrantenwerkers naar de Europese Unie komen – begrijpt er iets van.

Ik verzoek u dus nog eens na te denken en deze "richtlijn van de schaamte" te herroepen.

 
  
MPphoto
 

  Gerard Batten, namens de EFD-Fractie.(EN) Mijnheer de Voorzitter, de maatregelen waarover we vandaag spreken, maken deel uit van het streven naar een zogeheten "ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid", waarvan immigratie één aspect is. Dit gaat over een gezamenlijk immigratie- en asielbeleid, en hoe de Britse regering ook liegt tegen de bevolking, we weten gewoon dat ze voornemens zijn uiteindelijk ook Groot-Brittannië hieraan te binden.

Maar een immigratiebeleid volgens standaardmaten werkt niet voor Groot-Brittannië. Groot-Brittannië is een van de dichtstbevolkte landen ter wereld, zelfs nog dichter bevolkt dan India, China en Japan. De netto-immigratie in Groot-Brittannië bedraagt nu jaarlijks ongeveer 230 000 mensen, waardoor de bevolking elke vijf jaar met ruim een miljoen nieuwkomers groeit. Het huidige bevolkingscijfer van 61,4 miljoen – het hoogste ooit – zal in 2031 zijn opgelopen tot ruim 70 miljoen, en daarna spiraalsgewijs steeds verder stijgen. Deze groei is volledig toe te schrijven aan immigratie en geboorten onder immigranten.

De Britse Independence Party is niet tegen een beetje immigratie, maar het moet wel gecontroleerd gebeuren en in het voordeel van Groot-Brittannië zijn, en niet in het voordeel van de Europese Unie of iemand anders. Groot-Brittannië hoeft geen gezamenlijk immigratiebeleid. Wat we moeten doen, is onmiddellijk een einde maken aan massa-immigratie en een sterk beperkt en streng gecontroleerd immigratiebeleid gaan voeren. We moeten de bepalingen van het Vluchtelingenverdrag van 1951 gaan toepassen, wat betekent dat vluchtelingen asiel moeten aanvragen in het eerste als veilig aangewezen land waar ze aankomen, en dat is niet dat kleine eiland voor de kust van Europa dat Groot-Brittannië heet.

We moeten stoppen met het bevorderen van multiculturalisme, dat tweedracht zaait en een recept is voor conflicten, en de aanwezige migranten integreren in een gemeenschappelijke cultuur waar respect heerst voor gemeenschappelijke politieke en wettelijke instellingen. Er is in Groot-Brittannië geen plaats voor de sharia, en wat mij betreft ook nergens anders in Europa.

 
  
MPphoto
 

  Louis Bontes (NI). - Voorzitter, Frontex werkt niet. Het budget voor Poseidon, de operatie die nu plaatsvindt, is 11 miljoen. Het leidt tot niets. Het is weggegooid geld. Direct terugsturen en de landen die deze immigratie mogelijk maken keihard aanpakken, is de enige oplossing. Het Europees asiel- en immigratiebeleid is niet in het belang van het Nederlandse volk. De Partij van de Vrijheid waarvoor ik spreek, is hier fel tegenstander van. Het zal leiden tot nog meer kansloze mensen die Europa binnenkomen. Het Nederlandse volk zit niet te wachten op solidariteit, het Nederlandse volk zit erop te wachten dat wij hier opkomen voor het Nederlandse belang. Dus stop daarmee.

Een verdere reactie op het Zweeds voorzitterschap. Het Zweeds voorzitterschap is van mening dat we de grenzen verder open moeten zetten voor massa-immigratie, in het kader voor de arbeidsmarkt van Europa. De Partij van de Vrijheid gelooft hier helemaal niet in. Het is een rookgordijn dat opgeworpen wordt om massa-immigratie mogelijk te maken. Kijk naar wat er gebeurt in de grote steden. Kijk naar wat een enorme problemen daar zijn. Denk aan uw eigen volk, denk aan uw eigen land, denk aan uw eigen cultuur. Dat doen wij in ieder geval wel. Verder wil ik daaraan toevoegen dat genoeg genoeg is. Stop met de massa-immigratie. Tot hier en niet verder.

 
  
MPphoto
 

  Agustín Díaz de Mera García Consuegra (PPE).(ES) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de vicevoorzitter van de Commissie, mijnheer de fungerend voorzitter van de Raad, we worden op het gebied van migratie nog steeds met dezelfde uitdagingen geconfronteerd. Onze wil om de daarmee samenhangende problemen op te lossen houdt echter ook stand.

We moeten om te beginnen verder met het ontwikkelen van een gemeenschappelijk migratiebeleid. Dat is één. Twee: de legale immigratie moet veel beter worden beheerd. Drie: de procedures voor het bevorderen van integratie moeten worden verbeterd. Vier: we moeten de ongeregelde en clandestiene immigratie met grote doortastendheid bestrijden. Vijf: Frontex moet worden uitgebreid. Zes: de procedures, overeenkomsten en verdragen met de oorsprongs- en doorvoerlanden moeten beter worden vormgegeven. En zeven: we moeten vooruitgang boeken met het gemeenschappelijk asielbeleid.

Het Europees ondersteuningsbureau voor asielzaken moet een eerlijk, oprecht en egalitair bureau worden, dat de verantwoordelijkheden zodanig verdeelt dat solidariteit verzekerd is en internationale of subsidiaire bescherming geboden kan worden. En dat moet in 2010 allemaal verwezenlijkt zijn.

Wat Frontex betreft: dat is een zaak van samenwerking en coördinatie. Frontex kan onder geen beding de nationale bevoegdheden overnemen. De Frontex-missies aan onze zuidgrenzen – in Zuid-Europa, en dan vooral langs de Mediterrane en Atlantische kusten – moeten worden uitgebreid. Daarmee reageert de Europese Unie niet alleen op de toenemende migratiedruk op Griekenland, Malta, Italië of Spanje – we geven zo ook een humanitaire respons met de bedoeling om drama's en doden te vermijden.

Kijk maar eens wat er met de begroting voor Frontex is gebeurd. Die is gestegen van 6 miljoen euro in 2006 tot 78 of 83 miljoen euro in 2010. Wij zijn echter bang, mijnheer de Voorzitter, dat Frontex niet zal kunnen omgaan met het budget dat het van het Parlement krijgt. Dat zou onaanvaardbaar zijn – er zijn immers zo veel uitdagingen en missies.

Het is van groot belang dat via Frontex wordt aangezet tot het verder ontwikkelen van CRATE, het centraal register van beschikbare technische uitrusting. Het is van eenzelfde belang dat de lidstaten hun beloften met betrekking tot CRATE gestand doen. Ook de coördinatie met Europol moet worden uitgebreid en verbeterd. We moeten Iconex beter beheren en tot slot is het voor de eerbiediging van de mensenrechten absoluut noodzakelijk, mijnheer de Voorzitter, dat de coördinatie tussen Frontex, de Internationale Organisatie voor Migratie en de Hoge Commissaris voor de vluchtelingen uitgebreid en verbeterd wordt.

Dat zijn de uitdagingen en dat is waar we ons voor gaan inzetten.

 
  
MPphoto
 

  Claude Moraes (S&D).(EN) Mijnheer de Voorzitter, niemand onderschat de enorme moeilijkheden van het creëren van het evenwicht waarop de voorzitter van onze commissie doelt en het enorme probleem van de migratiedruk op de Europese Unie en met name op de lidstaten aan de Middellandse Zee. Deze zomer zijn we eens te meer herinnerd aan de harde realiteit waarmee migranten en asielzoekers die vluchten voor vervolging en armoede worden geconfronteerd.

Frontex speelt ongetwijfeld een sleutelrol in de Europese aanpak van migratie. Naarmate we een meer gecoördineerd stelsel voor het controleren van onze buitengrenzen opzetten, neemt het belang van Frontex toe. Vandaar dat mijn fractie het van cruciaal belang acht dat het juiste evenwicht wordt gevonden tussen enerzijds de financiering van Frontex – wat door veel collega's is genoemd – en anderzijds een grotere bewustwording bij Frontex van het belang van de humanitaire aspecten van zijn werk. Hoe kan Frontex bijvoorbeeld helpen het aantal verdrinkingen te verminderen – meer dan twaalfduizend in de laatste tien jaar? Daarvoor is het om te beginnen nodig dat reddingsoperaties op zee tot zijn takenpakket gaan behoren. Het probleem zit hem in de details. Veel van deze beleidsplannen moeten in de praktijk ook uitvoerbaar zijn, en ik weet dat het Parlement, de Commissie en de Raad dat ook proberen te realiseren.

Frontex mag niet verworden tot een instrument dat er uitsluitend op is gericht mensen buiten Europa te houden. Mensen die werkelijk bescherming behoeven, moeten toegang tot het EU-grondgebied krijgen.

Commissaris, u sprak over het beginsel van non-refoulement. Het is belangrijk dat u daar nog eens op wees. De situatie met betrekking tot Italië en Libië is iets waar mijn Italiaanse collega's zich natuurlijk nog uitgebreid over zullen uitspreken. Maar dit beginsel mag door geen enkele persoon en geen enkel land worden geschonden.

We bevinden ons in een situatie waarin het beginsel van non-refoulement zelfs wordt toegepast door landen die het Vluchtelingenverdrag van 1951 niet hebben ondertekend. Het is belangrijk dat we de mensenrechten respecteren. We mogen niet terugschrikken voor onze verantwoordelijkheid om bescherming te bieden aan mensen die die bescherming nodig hebben.

Frontex moet daarom onderdeel zijn van een rechtvaardige en evenwichtige aanpak van het migratie- en asielvraagstuk. We moeten ervoor zorgen dat het asielpakket wordt uitgevoerd en dat legale migratie en vluchtelingenbescherming met elkaar in evenwicht zijn.

 
  
MPphoto
 

  Sarah Ludford (ALDE).(EN) Mijnheer de Voorzitter, de Britse pers, daartoe mede aangezet door enkele paranoïde en eurosceptische leden van het Parlement, heeft in Groot-Brittannië paniek gezaaid met het bericht dat een toekomstige commissaris voor Justitie, Grondrechten en Burgerlijke Vrijheden, waarvan de heer Barroso de invoering op voorstel van de ALDE-Fractie heeft aanvaard, het Verenigd Koninkrijk zal dwingen uit heel Europa meer asielzoekers toe te laten.

Dat is niet waar. Zoals vicevoorzitter Barrot heeft bevestigd, is deelname aan het proefproject voor bijstandverlening aan Malta vrijwillig, net als deelname aan het voorgestelde programma voor de hervestiging van door de UNHCR erkende vluchtelingen die rechtstreeks afkomstig zijn uit een derde land.

Geen enkel onderdeel van EU-beleid heeft ooit voorzien in quota of dwang ten aanzien van de toelating van migranten. Wat we wel proberen te bereiken, en waarin we ook slagen, is vrijwillige solidariteit. Ik hoop overigens wel dat de toekomstige commissaris voor Justitie, Grondrechten en Burgerlijke Vrijheden zal helpen een einde te maken aan de verdrinking van migranten in de Middellandse Zee.

Volgende maand is het tien jaar geleden dat de EU zei te zullen streven naar een gemeenschappelijk asielsysteem en een gecoördineerd migratiebeleid. Ondanks het feit dat met name de Europese Commissie, met steun van leden van het Parlement, op een aantal punten aanzienlijke inspanningen heeft gedaan, zijn we daar nog ver van verwijderd.

Wat allerhoogste prioriteit heeft, is het beheersen van de migrantenstromen. Daarbij gaat het in de regel om zogeheten 'gemengde stromen' van vluchtelingen en economische migranten, die van elkaar worden onderscheiden. De bedoeling is enerzijds het Europese publiek gerust te stellen dat de zaken onder controle zijn en anderzijds te voorkomen dat mensenlevens verloren gaan en diegenen te beschermen die daarvoor in aanmerking komen.

Wanneer mensen in fragiele bootjes weer terug de zee in worden geduwd zonder te beoordelen of ze wellicht bescherming behoeven, dan wordt geen van deze doelstellingen bereikt. Het is schokkend om van commissaris Barrot te moeten horen dat de lidstaten het zeerecht niet eenvormig toepassen. Dat is onaanvaardbaar. Frontex moet naar behoren worden gefinancierd en de mensenrechten van migranten respecteren. Die moeten aan land kunnen komen, waarna beoordeeld moet worden wie wel en wie niet in aanmerking komt voor een vluchtelingenstatus.

Lidstaten die verzuimen dit te doen, moeten voor het Europese Hof van Justitie worden gebracht. De opmerking van mijn collega Sonia Alfano dat Libië evengoed kan beoordelen of mensen in aanmerking komen voor een vluchtelingenstatus, is gezien de mensenrechtenschendingen van dat land absurd en ongehoord.

Een rationeel Europees immigratiebeleid omvat een gemeenschappelijk kader van criteria voor economische migratie waarbij lidstaten zelf kunnen bepalen hoeveel economische migranten ze onder deze criteria toelaten. Wat we nodig hebben is coördinatie, gemeenschappelijke normen, een gemeenschappelijk kader én solidariteit.

 
  
MPphoto
 

  Franziska Keller (Verts/ALE).(EN) Mijnheer de Voorzitter, ik deel uw enthousiasme over Frontex niet echt. We hebben meldingen gehoord van zowel Frontex als de lidstaten waaruit blijkt dat mensenrechten en het recht op non-refoulement worden geschonden en vluchtelingen niet de mogelijkheid krijgen asiel aan te vragen, en die mensenrechtenschendingen gebeuren in naam van de Europese Unie.

Minister Billström, u heeft gezegd dat aan onze buitengrenzen "checks and balances" nodig zijn. Maar hoe zit het met de "checks and balances" ten aanzien van die mensen die onze buitengrenzen beschermen? Waarom is er niet meer transparantie en duidelijkheid over Frontex en het werk dat ze daar doen? Zonder duidelijkheid en transparantie over de werkzaamheden van Frontex kunnen we in het Parlement ons werk niet doen. Er moet duidelijkheid komen over de stand van zaken met betrekking tot de nieuwe Frontex-voorschriften waarover u sprak, commissaris, en over de manier waarop vluchtelingen die op zee worden onderschept, internationale bescherming kunnen krijgen.

Ook over de afspraken die met derde landen worden gemaakt, is meer transparantie nodig. Wat gebeurt er bijvoorbeeld precies met het EU-geld dat naar Libië gaat? Ik betwijfel of vluchtelingen blij zijn met wat u de "vluchtelingenhulp" van Libië noemt, maar ook op dit punt ontbreekt het dus aan transparantie. En als het waar is wat u zegt, dat u zelfs met sommige lidstaten van mening verschilt over de interpretatie van de rechten van migranten, hoe gaat u er dan voor zorgen dat derde landen zoals Libië uw interpretatie gaan volgen?

Ik herinner u eraan dat het Parlement steeds het idee heeft ondersteund dat de behandeling van asielaanvragen een gedeelde verantwoordelijkheid moet worden waaraan lidstaten zich niet moeten kunnen onttrekken, en ik denk dat uw verslag van het proefproject, waarbij alleen Frankrijk een zeer, zeer klein, bijna bespottelijk laag aantal van honderd vluchtelingen van Malta overnam, laat zien dat we niet ver komen met vrijwillige solidariteit. Er is een zekere mate van dwang nodig.

 
  
MPphoto
 

  Ryszard Czarnecki (ECR). (PL) Wij willen immigratie bestrijden. Dit is een belangrijk probleem. Intussen laten het mededelingenbord en de computer het afweten. Laten we een oplossing zoeken voor problemen die we daadwerkelijk efficiënt kunnen aanpakken.

Migratie is uiteraard een van de grootste problemen waarmee Europa vandaag te kampen heeft. Meer nog, dit is niet alleen een probleem voor ons, politici, maar ook voor de burgers in de lidstaten van de Europese Unie. Dit is misschien wel een van de grootste uitdagingen die de politieke klasse in Europa vandaag het hoofd moet bieden, alsook een van de belangrijkste problemen voor onze kiezers. Immigratie heeft veel omschrijvingen, want mijn geachte collega's hebben vandaag gesproken over immigratie uit Afrika die zich voornamelijk richt op de landen in het Middellandse Zeegebied. Wat zij hebben gezegd, is in zekere zin gerechtvaardigd. Ik vertegenwoordig een land, Polen, waar het probleem van illegale immigratie ongetwijfeld beperkter is, maar dat ook te maken heeft met immigratie uit de landen van de voormalige Sovjet-Unie en voor een gedeelte ook uit Azië.

We moeten een antwoord bieden op de vraag naar de filosofie van de strijd van de Europese Unie tegen illegale immigratie en – laten we er geen doekjes om winden – van de beperkingen op legale immigratie. Moet Frontex deze strijd volledig op zich nemen? Is dat echt wenselijk? Zou het niet doeltreffender zijn om de extra middelen die we aan Frontex willen geven toe te kennen aan de landen waar het probleem van illegale immigratie het grootst is, evenals aan de EU-lidstaten die externe grenzen met de Europese Unie hebben? Mijnheer de Voorzitter, ik zou willen afronden met de opmerking dat dit naar mijn mening veel wenselijker zou zijn.

 
  
MPphoto
 

  Rui Tavares (GUE/NGL). - (PT) Mijnheer Billström, mijnheer Barrot, als de Conventie van Genève en mensenrechten in het geding zijn, kunnen we ons geen keuzes veroorloven. Het enige wat ons dan te doen staat is het eerbiedigen van de conventies die we hebben ondertekend. De jurisprudentie is duidelijk: het terugsturen van vluchtelingen die onze kusten bereiken naar landen die de Vluchtelingenconventie van Genève niet ondertekend hebben, vormt een schending van die Conventie. Dat is geen abstracte juridische redenering maar een reëel argument.

Wanneer wij via Frontex of de lidstaten vluchtelingen naar Libië sturen, eerbiedigen wij de Conventie niet. Dat geldt des te meer daar we op basis van gegevens van de Italiaanse regering weten dat 75 procent van de mensen die de Europese kusten bereiken asiel aanvraagt en dat de helft van die 75 procent – zo'n 38 procent, dat wil zeggen een derde van het totaal – recht heeft op humanitaire bescherming.

Politieke keuzes leiden tot morele keuzes, en op dit moment zien we ons voor een morele keuze geplaatst. Is het rechtvaardig en moreel te verantwoorden dat er meer dan 14 000 mensen de afgelopen jaren zijn omgekomen bij hun poging de Europese kusten te bereiken? Is het moreel te verantwoorden dat een groot deel van deze mensen die hun leven wagen gewoon recht heeft op asiel? Is het echt noodzakelijk dat ze hun leven op het spel zetten? Nee, dat zou niet noodzakelijk moeten zijn.

Wij zeggen al een hele tijd dat een louter repressief immigratiebeleid zoals dat tot nu is gevoerd, ons voor de keuze plaatst tussen leven of dood van mensen en ons allemaal medeverantwoordelijk maakt voor die keuze.

Het geven van extra geld aan Frontex aan het begin van deze zittingsperiode, terwijl de Commissie het op dit moment afraadt en Frontex er niet in slaagt het te besteden, leidt niet tot het oplossen van het probleem. Wel kan het wijzigen van het mandaat van Frontex ons helpen het probleem op te lossen. Op grond van een gewijzigd mandaat zou Frontex meer geld nodig kunnen hebben. Met het oog daarop zou Frontex moeten samenwerken met en volledige informatie moeten verstrekken aan de UNHCR, wat nu niet gebeurt. Daarvoor zou Frontex bij zijn beleid ook rekening moeten houden met humanitaire overwegingen. Nu is dat niet het geval en dat is des te erger, collega's, als we zien dat op dit moment wordt voorgesteld minder geld uit te geven aan vluchtelingen terwijl er meer kredieten naar Frontex gaan.

 
  
MPphoto
 

  Roberta Angelilli (PPE).(IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, het spijt mij oprecht dat enkele van mijn Italiaanse collega's de gelegenheid niet onbenut hebben gelaten om weer de gebruikelijke ophef te maken die enkel en alleen bedoeld is om de Italiaanse regering aan te vallen. Ik ben van mening dat we van de immigratiekwestie geen ideologisch instrument meer moeten maken. We moeten juist tot het uiterste gaan in het volgen van de beleidslijnen van het Europees pact inzake immigratie en asiel, dat berust op de waarden integratie en solidariteit.

Ik heb oprecht waardering voor de inzet van de Commissie in de afgelopen jaren, maar commissaris Barrot zal het met mij eens zijn dat we het tempo moeten versnellen om een echte Europese strategie inzake immigratie te ontwikkelen, waarvan de bestrijding van illegale immigratie, illegale handel, mensensmokkel en uitbuiting de prioriteit zal vormen.

Er moet hard worden opgetreden tegen al diegenen die van deze praktijken profiteren, inclusief werkgevers die gebruikmaken van illegale werknemers. De opvatting dat immigratie alleen een probleem is van grenslanden die aan de Middellandse Zee liggen, kan niet langer worden aanvaard. Het recente voorstel van de Commissie voor een gemeenschappelijk programma voor re-integratie is een stap vooruit in de politieke en praktische samenwerking tussen de lidstaten, maar er dient dringend een reeks initiatieven te worden gelanceerd om een efficiëntere solidariteit binnen de Gemeenschap te ontwikkelen.

Daarom hopen wij dat spoedig gevolg wordt gegeven aan de verklaring van de fungerend voorzitter van de Europese Unie, die aansloot bij onder meer een welgemeende oproep van de Italiaanse minister Franco Frattini tot het organiseren van een debat om tot een gelijke verdeling te komen van de kosten en de verantwoordelijkheden met betrekking tot de stroom illegale immigranten en politieke asielzoekers.

Dat is naar mijn mening heel belangrijk, want anders ontstaat de paradox dat er lidstaten zijn, waaronder Italië, Malta, Griekenland en Spanje, die verplicht immigranten moeten opvangen, terwijl anderen zich verschuilen achter het discretionair concept van solidariteit op vrijwillige basis. Ze kunnen er niet langer onderuit komen! Ik wil Frankrijk bedanken, omdat het zich bereid heeft gesteld honderd asielzoekers op te vangen. Honderd asielzoekers dus, maar er zijn er duizenden, ja zelfs tienduizenden. Dank aan Frankrijk dus, maar het is slechts een druppel in een oceaan.

Ik sluit af met te zeggen dat we niet meer mogen denken dat immigratie een middel is tegen alle kwalen. Als er geen serieus beleid van ontwikkelingssamenwerking wordt gevoerd, waarbij Europa de hoofdrol moet spelen, veroordelen we een deel van de wereld tot een onontkoombaar lot van armoede en wanhoop.

 
  
MPphoto
 

  Stavros Lambrinidis (S&D). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, het Parlement heeft met klem verzocht om samenwerking op Europees niveau met landen van herkomst en doorreis van immigranten. Tot die landen behoort niet alleen Libië, maar ook Turkije. Turkije is in dit kader bovendien niet alleen een herkomst- en doorreisland, maar ook een kandidaat-lidstaat. Men zou, met andere woorden, kunnen zeggen dat Turkije een dubbele plicht heeft: het moet zowel de politieke beginselen als de instellingen van de Europese Unie eerbiedigen.

De afgelopen tijd werden helikopters van Frontex minstens vier keer tijdens de uitoefening van hun taken in het Griekse luchtruim gehinderd door Turkse radars. Gisteren dreigde een Turks gevechtsvliegtuig een helikopter van Frontex zelfs te onderscheppen.

Wat gaat u ondernemen en hoe gaat u namens de Europese Unie reageren op deze intimidaties tijdens operaties van Frontex, van een Europees orgaan?

Bovendien mag deze verplichte solidariteit zich niet beperken tot alleen politiemaatregelen, zoals die van Frontex met betrekking tot de zuidelijke landen. Er moet ook solidariteit bestaan bij de opvang van immigranten die onze landen binnenkomen. Onze landen kunnen niet telkens zulke grote hoeveelheden immigranten aan. Ten aanzien daarvan willen de Commissie en de Raad echter vrijwillige solidariteit, oftewel iets dat alleen op papier bestaat. Kunt u ons vertellen waarom u ook op dat punt niet overgaat tot verplichte solidariteit?

Tot slot: het proefprogramma tussen Italië, Malta en Libië mag niet het enige proefprogramma zijn. Waarom is er geen proefprogramma voor terugkeer van immigranten in Turkije? Turkije is momenteel een open wond wat dit probleem betreft. Heeft de Griekse regering u er ooit om gevraagd, mijnheer de commissaris, en heeft u dat geweigerd? Of was het eenvoudig zo dat Libië, Italië en Malta bij u aanklopten en u zonder verdere vragen met hen heeft ingestemd?

 
  
MPphoto
 

  Hélène Flautre (Verts/ALE).(FR) Mijnheer de Voorzitter, dit biedt mij de gelegenheid nog even in te gaan op twee kleine punten die mijns inziens, zoals een van mijn collega's zojuist al zei, het hypocriete karakter van ons beleid illustreren.

Het eerste punt betreft de overeenkomsten van Dublin. Mijnheer de commissaris, u bent goed bekend met de situatie in Calais; u weet dat het voor veel mensen zeer wel mogelijk is om in Calais de status van politieke vluchteling aan te vragen en te krijgen. Waarom doen zij dat dan niet? Omdat zij er vanwege de Dublin-overeenkomsten zeker van kunnen zijn dat ze naar landen worden gestuurd waar ze niet heen willen, en daar hebben zij soms uitstekende redenen voor. Ze willen niet naar Griekenland, waar ze vrijwel geen kans hebben dat hun de vluchtelingenstatus wordt toegekend.

Tegenwoordig zijn de Dublin-overeenkomsten een instrument dat haaks staat op de bescherming van mensen die dit het hardst nodig hebben. Bovendien creëren ze ongelijkheid tussen de lidstaten. Laten wij dus ophouden om over solidariteit te praten, terwijl wij instrumenten invoeren die ongelijkheid tussen de staten creëren.

Het tweede punt betreft de overnameovereenkomsten. Ik begrijp heel goed dat het de bedoeling is om dergelijke overeenkomsten met Turkije en met Libië te sluiten. Anders gezegd: men speelt met de gedachte zich te omringen met een enorme haag, gevormd door onze buurlanden, en te kunnen beschikken over uitgestrekte kampen om de migratiestromen op te vangen. Dat is om praktische redenen, om morele redenen en om politieke redenen niet aanvaardbaar, en dat weet u, mijnheer Barrot!

 
  
MPphoto
 

  Clemente Mastella (PPE).(IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik wil al meteen aan het begin van mijn betoog en zonder te overdrijven zeggen dat gastvrijheid voor mij een heilige waarde is. In wezen ontstaan de gemeenschappen in een staat uit de solidariteit tussen mensen, en deze gemeenschappen functioneren op basis van een reeks speciale bindende factoren: de rechten en plichten. Daarom ben ik, voor wat mij betreft, resoluut tegen alles wat tegen dit elementaire Bijbelse principe ingaat. De opvang van immigranten en de manieren waarop we ze moeten opvangen, geven samen vorm aan integratie en alles wat daarmee samenhangt.

Wat kunnen we doen? Hoe kunnen we deze door wanhoop geplaagde mensen die onze landen binnenkomen hun plaats geven en tegelijkertijd de daaruit voortvloeiende conflictsituatie vermijden, die soms gepaard gaat met wrok, woede en razernij, en waardoor nogal onrustbarende vormen van rivaliteit ontstaan?

En hoe moeten we ervoor zorgen dat we door de instandhouding van het asielrecht, een beginsel dat ook de afgelopen dagen is aangehaald, niet tegelijk ook de deur openzetten voor oneerlijke asielzoekers die het als een excuus gebruiken: mensen die zich achter dit universeel recht verschuilen terwijl ze niets met het asielrecht te maken hebben, maar alleen met illegaliteit en criminaliteit?

Mijnheer Billström, denken we echt dat de verantwoordelijkheid voor dit alles door de afzonderlijke lidstaten kan worden gedragen? Het lijkt mij toch dat Europa, dat tot nu toe hoogstwaarschijnlijk enigszins onzeker gehandeld heeft, er niet onderuit kan om een unitaire en serieuze koers uit te stippelen op het gebied van immigratie. Het kan niet met zoveel tegenstrijdige stemmen blijven spreken, het kan de grenslidstaten die het meest worden blootgesteld en die het gevoeligst zijn, niet dwingen zich af te zonderen. Het kan niet doorgaan zonder in goed overleg een gemeenschappelijke positie te bepalen, die we tot op heden niet hebben gehad, maar waarvan wel voortdurend de grondbeginselen worden verdedigd.

Mijnheer de Voorzitter, Europa kan niet negeren dat de buitengrenzen een Europese kwestie vormen en niet een kwestie van afzonderlijke lidstaten. Het kan niet op een onvolwassen, theatrale manier gaan ruziën over wat de Italiaanse regering en andere regeringen doen, zoals ook in deze zaal al is gebeurd. Het lijkt mij vanzelfsprekend dat we niet kunnen volhouden dat de tragedies die zich voor de kusten van Lampedusa, Ceuta en Melilla hebben voltrokken Brussel, Berlijn en Parijs niet aangaan.

Spanningen tussen afzonderlijke lidstaten en Europa komen daar vandaan en zorgen voor problemen. Dat zorgt er ook voor dat het democratisch tekort in Europa groeit, en Europa maakt dat tekort alleen maar groter als het geen gecoördineerd immigratiebeleid formuleert. Het versterkt het idee dat het egoïsme van afzonderlijke lidstaten vóór het algemeen belang komt. Het versterkt het frustrerende beeld, mijnheer de Voorzitter, dat men zich in Brussel en Straatsburg heel vaak met obscure zaken bezighoudt in plaats van met onderwerpen waar het publiek zich werkelijk zorgen om maakt. Het verzwakt in wezen de politieke identiteit van Europa.

Daarom hoop ik dat het Zweeds voorzitterschap gaat werken aan een akkoord met de landen die het meest kwetsbaar zijn, om verstandig na te denken en te bewerkstelligen wat we tot op heden hebben moeten ontberen, namelijk een sterk, helder, doordacht en streng beleid inzake immigratie.

 
  
MPphoto
 

  David-Maria Sassoli (S&D). - (IT) Mijnheer de Voorzitter, commissaris Barrot, minister Billström, dames en heren, we hebben dit debat aangevraagd om de aandacht van de Europese Unie te vestigen op de ernstige schendingen van grondrechten in Italië. In de periode van mei tot heden zijn meer dan duizend immigranten door de Italiaanse autoriteiten opgepikt op zee en uitgeleverd aan Libië. Het ging hierbij om inofficiële uitzettingen zonder onderscheid des persoons en zonder identificatie, en waarbij de immigranten geen recht op beroep hadden, geen toegang kregen tot de procedure voor asielaanvraag en het gevaar liepen in Libië op onmenselijke en vernederende wijze behandeld te worden. Zoals commissaris Barrot heeft bevestigd toen hij Italië vroeg een verklaring te geven, zijn wij van mening dat deze praktijken een schending zijn van de grondbeginselen waar Europa op is gevestigd.

Dit soort acties zijn noch verenigbaar met het Europees Verdrag inzake de rechten van de mens, noch met het Gemeenschapsrecht, met name de Schengengrenscode en de terugkeerrichtlijn, noch met de Italiaanse wetgeving. Gisteren heeft de VN Italië opgeroepen het internationaal recht te eerbiedigen en, eveneens gisteren, hebben 24 vluchtelingen uit Somalië en Eritrea tegen Italië een aanklacht ingediend bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg wegens schending van het Europees Verdrag inzake de rechten van de mens.

Dames en heren, illegale immigratie is in Italië bovendien een strafbaar feit geworden, een verzwarende omstandigheid. Enkel het feit dat men immigrant is, vormt aanleiding tot discriminatie en ongelijkheid, en tot het geven van zwaardere straffen voor hetzelfde strafbare feit. Het feit dat men illegale immigrant is, zoals de families van onze Italiaanse, Portugese, Poolse en Griekse gemeenschappen dat zijn geweest, blokkeert de toegang tot grondrechten, tot de meest primaire zorg, waaronder de gezondheidszorg, doordat men bang is om te worden aangegeven. Dat is wat er gaande is in Italië, mijnheer de Voorzitter, en waar ook juristen, grondwetdeskundigen en katholieke en niet-religieuze organisaties voor hebben gewaarschuwd.

Welke acties heeft de Commissie voor ogen om een einde te maken aan deze rechtenschendingen? Dit Parlement heeft zich altijd voor de strijd tegen illegale immigratie uitgesproken, maar onder eerbiediging van de grondrechten.

We willen weten, mijnheer de Voorzitter, of de Commissie van plan is de Italiaanse wetgeving aan te vechten en het akkoord tussen Italië en Libië te controleren. We kunnen twintig jaar na de val van de Berlijnse muur niet tolereren dat bepaalde regeringen een nieuwe bouwen.

 
  
MPphoto
 

  Niki Tzavela (EFD). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, wat er ook gezegd wordt in deze zaal, het blijft ver achter bij de realiteit.

We zien dat president Gaddafi het vraagstuk bagatelliseert maar dat hij, volgens steeds weer terugkomende berichten in de internationale media, een miljard euro nodig heeft om zijn verplichtingen na te komen. We zien dat Turkije dagelijks vliegtuigen van Frontex onderschept – en daarbij gaat het om een land dat tot de Europese Unie wil toetreden – en dat de Unie niet naar behoren reageert.

We zien dat illegalen van de handelaren door wie ze vervoerd worden, de instructie krijgen om in geval van arrestatie zichzelf in het been of de hand te schieten, zodat de lidstaten verplicht zijn om andere wetgeving toe te passen dan de wetgeving inzake illegale immigratie, omdat het dan om gewonden zou gaan. We zien hoe handelaren illegalen instructies geven om hun papieren te vernietigen voordat ze een land binnenkomen, omdat het land van opvang – zoals Griekenland – dan niet weet naar welk land het deze mensen moet terugsturen. We zien hoe immigranten zonder papieren beweren asielzoekers te zijn maar wij geen papieren hebben om te achterhalen wat er precies aan de hand is.

Mijnheer de commissaris, er heerst chaos. Op een zeker moment moet er orde op zaken worden gesteld en moet de Europese Unie een strenge en standvastige houding innemen met betrekking tot deze kwestie.

 
  
MPphoto
 

  Sylvie Guillaume (S&D).(FR) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de vicevoorzitter, dames en heren, er wordt steeds maar weer gezegd dat de lidstaten de noodzaak inzien van het opstellen van een gemeenschappelijk beleid op Europees niveau inzake immigratiebeheer en inzake de sociale integratie van immigranten.

Toch zien wij iedere dag dat het er in de praktijk heel anders aan toe gaat. Zo wordt er, in het kader van de begrotingsbesprekingen, drastisch gesneden in de actiemiddelen van het Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen. Wat de lidstaten betreft: veel van hen blijven eenzijdig wetten en regels opstellen die de mobiliteit naar en op hun grondgebied beperken. Ook beperken zij nog steeds de toegang tot hun arbeidsmarkten, sociale stelsels en onderwijssystemen, en werpen zij belemmeringen op voor gezinshereniging.

Evenzo komt het Europees beleid ter bestrijding van illegale immigratie en voor het beheer van de buitengrenzen er uiteindelijk op neer dat de verantwoordelijkheid voor de grenscontroles op onze buurlanden wordt afgeschoven, waarbij volledig voorbijgegaan wordt aan de mensenrechten. Wij hebben dit zien gebeuren tussen Italië en Libië.

Deze tendens om problemen af te schuiven leidt er uiteindelijk toe dat Europa zichzelf ontslaat van zijn verantwoordelijkheden. Dat is onaanvaardbaar. De extra middelen die aan Frontex worden toegekend, kunnen nooit de plaats innemen van de noodzakelijke solidariteit die de lidstaten moet verenigen, zodat zij gezamenlijk kunnen optreden, zowel bij het toelaten van mensen die behoefte hebben aan internationale bescherming, als bij het toelaten van buitenlandse arbeidskrachten die wij nodig hebben om toekomstige democratische uitdagingen het hoofd te kunnen bieden.

Wat zijn uw plannen om echte solidariteit tot stand te brengen en echte oplossingen aan te dragen voor het leed van migranten?

 
  
MPphoto
 

  Rita Borsellino (S&D).(IT) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer Barrot, mijnheer Billström, dames en heren, de afgelopen dagen, tijdens de presentatie van het Europees asielplan, hebt u, commissaris Barrot, gesproken over een sterk optreden tegen illegale immigratie en een menselijke behandeling bij de opvang van slachtoffers van vervolging. In juridische termen betekent dit dat mensen die vluchten door hongersnood, oorlog of vervolging bescherming genieten en zich kunnen beroepen op het asielrecht, en dat wordt vermeden dat ze worden uitgezet naar landen waar ze gedood kunnen worden of onmenselijk kunnen worden behandeld.

Dat is praktisch het tegengestelde van wat de Italiaanse regering doet, zoals blijkt uit de meest recente, ernstige episode van de uitzetting van 75 immigranten uit Eritrea en Somalië naar Libië, waarbij niet eens is nagegaan of er zich onder hen potentiële asielzoekers bevonden, zoals het internationaal recht voorschrijft en zoals gisteren de Hoge Commissaris voor de mensenrechten van de VN heeft benadrukt. Een akkoord tussen Italië en Libië kan van dat stukje zee geen vrije zone maken waar de mensenrechten worden geschonden.

Derhalve vraag ik de Commissie zo snel mogelijk in te grijpen om ervoor te zorgen dat de voorschriften van het internationaal recht in stand worden gehouden en worden geëerbiedigd. Ik zou ook willen weten wat de stand van zaken is bij de onderhandelingen over het bilateraal akkoord tussen de Europese Unie en Libië, die al enkele jaren in gang zijn. Wanneer verwacht men dat het akkoord gereed is? Kunnen de Raad en de Commissie bevestigen dat dit akkoord voorrang heeft boven het bilateraal akkoord tussen Italië en Libië? Kunt u voor dit Parlement uiteenzetten wat de hoofdpunten zijn op het gebied van de bestrijding van de illegale immigratie en waarborging van het asielrecht en het beginsel van non-refoulement?

 
  
MPphoto
 

  Anna Maria Corazza Bildt (PPE).(EN) Mijnheer de Voorzitter, met veel genoegen neem ik nu voor de eerste keer het woord in deze plenaire vergadering en gebruik ik deze gelegenheid om minister Tobias Billström te prijzen voor zijn grondig inzicht in de ernstige situatie waarmee de mensen en landen in het Middellandse Zeegebied worden geconfronteerd – als iemand die van oorsprong de Italiaanse nationaliteit heeft, weet ik waar ik over praat.

Ik ben blij met zijn inspanningen om te komen tot een consensus over een gemeenschappelijk Europees migratiebeleid, dat heel erg nodig is. Ik ben ook blij met zijn initiatief voor een ondersteunende functionaris voor asielzaken, wat een zeer praktische en concrete manier is om lidstaten te ondersteunen die het gevoel hebben overbelast te zijn en de onderlinge samenwerking van lidstaten in de hand te werken.

Ik zou minister Billström willen vragen om, vanuit een langetermijnperspectief, wat dieper in te gaan op eventuele andere dan de reeds door hem genoemde maatregelen waarmee we de mensen en landen in het Middellandse Zeegebied kunnen helpen op basis van zijn aanpak, waarbij met menselijkheid, maar solidair en doortastend, wordt opgetreden tegen elke vorm van illegaliteit.

 
  
MPphoto
 

  Georgios Papastamkos (PPE). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, er bestaat geen twijfel over dat we een gemeenschappelijk immigratiebeleid nodig hebben en moeten zorgen voor een coherentere en effectievere samenwerking met derde landen. In deze samenwerking nemen – zoals trouwens ook uit het debat blijkt – Libië en Turkije een toppositie in.

Turkije toont provocerend gedrag. Het ligt voortdurend dwars en ik wil dit iedereen in deze zaal duidelijk maken, maar vooral ook de heer Barrot laten weten dat Turkije helikopters en vliegtuigen van Frontex hindert die zich van hun Europese missie en hun Europese taken kwijten. De Parlementsleden van de Griekse partij Nea Dimokratia hebben parlementaire controle uitgeoefend. Mijnheer Barrot, u zult uitvoerig in kennis worden gesteld van deze provocerende gebeurtenissen en het provocerende gedrag van Turkije.

Watt overname en hervestiging betreft: we moeten Frontex nog verder versterken en gezamenlijke terugkeervluchten regelen. Mijnheer Barrot, mijnheer de Voorzitter, u moet uw bezoek aan Turkije en Libië bespoedigen. Het is een zeer acuut probleem. Wacht u hiermee niet tot het einde van het jaar. Vandaag, morgen…

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 

  Barbara Lochbihler (Verts/ALE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, krachtens het Europees mensenrechtenverdrag is het voor ambtenaren in Europese landen die belast zijn met de grensbewaking in principe verboden om potentieel kwetsbare personen op zee terug te sturen, onder begeleiding terug te brengen, te hinderen bij de voortzetting van hun reis of terug te voeren naar derde landen. Uit de talrijke voorbeelden die hier vandaag gegeven zijn, is opnieuw gebleken dat Frontex zich daar in de praktijk niet aan houdt. Controle is daarom nodig, ook voor ons, als leden van het Europees Parlement; het is immers onze verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat het Europees mensenrechtenverdrag wordt nageleefd.

Ik vraag u welke mogelijkheden wij eigenlijk hebben om te controleren of deze ambtenaren in internationale wateren de onvervreemdbare mensenrechten eerbiedigen. Het gaat niet alleen om de incidenten in voorbije jaren waarbij mensenrechten door Frontex zijn geschonden; ook is het zo dat het werk van dit agentschap als geheel fnuikend is voor de geloofwaardigheid van de EU met betrekking tot de bescherming van de mensenrechten.

 
  
MPphoto
 

  Alf Svensson (PPE).(SV) Mijnheer de Voorzitter, dank u, minister Billström. Ik vraag me af of we ons af en toe niet wat te zeer blind staren op de term "illegale immigratie". Het kan immers niet illegaal zijn om te vluchten voor je leven, want mensenrechten en fundamentele vrijheden gelden voor iedereen, ongeacht waar iemand woont.

Ik zou graag willen onderstrepen dat het ook cruciaal is om oog te hebben voor de toestand in de landen die de mensen ontvluchten. Misschien kan de EU een grotere inspanning leveren en meer doen in die landen zodat mensen ze niet hoeven te ontvluchten en vervolgens illegale vluchtelingen worden genoemd. Misschien staren we ons, zoals gezegd, te zeer blind op de term "illegaal". Zoals gezegd, is het volkomen legaal om zowel binnen als buiten de EU op te komen voor mensenrechten en fundamentele vrijheden.

 
  
MPphoto
 

  Antonio Cancian (PPE).(IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, vanochtend leek dit wel het Italiaans parlement, met u als voorzitter. Hoe dan ook, ik ben van mening dat immigratie veiligheid en eerbiediging van de mensenrechten betekent. Maar helaas zijn de globalisering en de uitbreiding van de Europese Unie tot 27 lidstaten te snel gegaan en zijn er geen geschikte voorzorgsmaatregelen getroffen om de veiligheid en de eerbiediging van de mensenrechten in stand te kunnen houden.

Ik heb de Commissie aangehoord: goede ideeën over de strategie, uitstekende ideeën over toekomstige acties, maar we vergeten dat dit een urgent probleem is en dat we ons in een noodtoestand bevinden. Wat er vanmorgen is gezegd, geldt voor een normale situatie, maar vandaag zitten we niet in een normale situatie, zeker niet in Italië. Dus ik vraag de Commissie meer naar de tactiek dan naar de strategie te kijken en dit probleem als een in alle opzichten Europees probleem te beschouwen. Dank u wel.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. - De Voorzitter die op dit moment de vergadering voorzit is ontegenzeggelijk Italiaans, maar het debat was daarentegen absoluut geen zuiver Italiaanse aangelegenheid. Het was gelukkig juist veelomvattend, met bijdragen van meerdere kanten en vanuit meerdere denkrichtingen van de Europese Unie.

 
  
MPphoto
 

  Tobias Billström, fungerend voorzitter van de Raad. − (SV) Mijnheer de Voorzitter, ik wil u eerst en vooral bedanken voor een erg interessant debat. Er zijn hier vandaag heel wat waardevolle standpunten verwoord. Ik wil de standpunten van de heer Busuttil over sterkere samenwerking met Libië vermelden. Ik hoop samen met commissaris Barrot naar Libië te kunnen reizen om onze betrekkingen met dit land uit te bouwen, en het werk met Turkije zal ook voortgezet worden. Ik ben het ook eens met de heer Aguilar, voorzitter van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken, dat het mogelijk maken van legale immigratie een manier is om illegale immigratie aan te pakken. Daardoor kan bijvoorbeeld de druk op het asielstelsel worden verminderd.

De criminele netwerken die de wanhoop van mensen uitbuiten, moeten worden bestreden. Het Zweedse voorzitterschap zal daarover en over de strijd tegen mensenhandel een speciale conferentie houden in Brussel. Het is een van de belangrijkste prioriteiten van het Zweedse voorzitterschap om te proberen een overeenkomst te bereiken inzake het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken en de samenwerking in de praktijk te verbeteren. Wij hopen vanzelfsprekend op de steun van het Europees Parlement voor deze kwesties.

Aan mevrouw Alfano zou ik willen zeggen dat het belangrijk is dat de door de Europese Raad vastgestelde wetgevingsbesluiten nageleefd worden en dat alle lidstaten ze uitvoeren zoals ze zijn besloten. Het is ook belangrijk het Bureau van de Hoge Commissaris voor de vluchtelingen van de Verenigde Naties bij ons werk te betrekken om de door ons nagestreefde hoge kwaliteit te behalen. Ik moet ook zeggen dat ik het eens ben met de heer Kirkhope dat het belangrijk is asiel en arbeidsmigratie van elkaar gescheiden te houden. De conclusie van die redenering is natuurlijk dat de EU enerzijds een gemeenschappelijk Europees asielstelsel nodig heeft en anderzijds betere mogelijkheden voor legale arbeidsimmigratie gebaseerd op nationale behoeften, rechtszekerheid en bescherming tegen loondumping en sociale uitbuiting.

Als we dat hebben, zullen we het beleid van de heren Meyer, Batten en Bontes niet nodig hebben. We hebben een verstandig en doordacht migratiebeleid nodig om de demografische structuur in de EU te verbeteren en de economie en welvaart te versterken.

Mevrouw Corazza Bildt en de heer Svensson brachten ter sprake hoe wij een einde kunnen maken aan de sterfgevallen in de Middellandse Zee. Eén enkele oplossing voor de migratieproblematiek bestaat niet. Er is een pakket met meerdere initiatieven op verschillende gebieden nodig om het probleem op te lossen. Bijzonder belangrijk is meer samenwerking met landen van oorsprong en doorreis. De ontwikkelingssamenwerking met die landen moet bijvoorbeeld worden uitgebreid om stabiliteit, zekerheid en duurzaamheid tot stand te brengen.

De landen van oorsprong en doorreis, alsmede de lidstaten moeten ook hun reddingsacties op zee verbeteren. Verder moet duidelijk worden gemaakt hoe de lasten van het redden van drenkelingen over de landen worden verdeeld. Bovendien moet er een gemeenschappelijke interpretatie van de regelgeving inzake het redden van drenkelingen komen, gebaseerd op het recht op internationale bescherming enerzijds en het internationale zeerecht anderzijds.

Tot slot wil ik u namens het voorzitterschap en mezelf bedanken voor de mogelijkheid om naar het Europees Parlement te komen en u onze standpunten mede te delen. Het is belangrijk te onderstrepen dat onze strategie op vele verschillende elementen en inspanningen gebaseerd moet zijn. Ik denk dat dit debat dat duidelijk heeft aangetoond. Dank u wel.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 

  Jacques Barrot, vicevoorzitter van de Commissie. − (FR) Mijnheer de Voorzitter, dit debat heeft wel aangetoond, voor zover dat nog nodig was, hoe groot deze migratieproblemen zijn.

Ik wijs er nog eens op dat wij in onze aanpak een balans moeten vinden tussen drie dingen. Ten eerste het afwijzen van illegale immigratie, die overigens vaak is toe te schrijven aan mensensmokkelaars en -handelaars. Ten tweede de bereidheid om met het oog op deze strijd tegen illegale immigratie een bepaalde vorm van legale migratie te bevorderen, waarbij het de lidstaten zijn die hierover beslissen. En ten derde de bereidheid om in ieder geval de plicht om asiel te verlenen in stand te houden.

Ik zou om te beginnen even kort willen reageren op de kwestie Frontex. Ik wijs er nog eens op dat wij aan een voorstel werken om de verordening tot oprichting van het Frontex-agentschap en zijn werkmethoden te wijzigen. U hebt aangegeven dat u behoefte hebt aan meer transparantie en daar heb ik goede nota van genomen.

Anderzijds gaan wij ook proberen de regels die een coherente toepassing van het Gemeenschapsrecht en het internationale recht in het kader van de Frontex-operaties moeten bevorderen, te verduidelijken.

Wat betreft de Italiaanse problemen kan ik u melden dat wij in juli een brief aan de Italiaanse autoriteiten hebben gestuurd met het verzoek ons alle relevante informatie te doen toekomen over het terugsturen van schepen die in de internationale wateren zijn onderschept. Wij hebben onlangs een reactie van de Italiaanse autoriteiten ontvangen, die momenteel grondig door onze diensten wordt onderzocht.

Ik voeg hier nog aan toe dat de communautaire wetgeving voorschrijft dat de lidstaten grenstoezichtoperaties overeenkomstig het beginsel van non-refoulement moeten uitvoeren. Dit beginsel houdt in dat een staat mensen niet mag terugsturen naar een gebied waar zij het risico lopen te worden onderworpen aan folteringen of aan onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen. Als het om asielzoekers en vluchtelingen gaat, dan mogen zij niet worden teruggestuurd naar een gebied waar hun leven en hun vrijheid gevaar kunnen lopen op grond van hun ras, godsdienst of nationaliteit. Kortom, wij zien erop toe dat deze beschermingsplicht wordt nageleefd.

Tot slot wil ik nogmaals onze wens uitspreken om, samen met de heer Billström, een echte dialoog aan te gaan met enerzijds Libië en anderzijds Turkije. Deze dialoog moet ons in staat stellen om tot de kern van de zaak door te dringen, om samen te werken in het bewaken van de grenzen om illegale migratie te voorkomen, maar ook om te bekijken hoe wij in deze landen aan de Middellandse Zee, met de steun van de Hoge Commissaris voor de vluchtelingen, procedures kunnen opstellen waardoor echte asielzoekers niet langer hun toevlucht hoeven te nemen tot mensensmokkelaars of -handelaars om het Europese vasteland te bereiken en waardoor hun asielverzoek in deze landen behandeld wordt.

Dit is dus een belangrijke dialoog, die dit laatste kwartaal in beslag zal nemen. Ik dank het Zweedse voorzitterschap voor zijn bereidheid om hieraan zo efficiënt te willen meewerken.

Ter afsluiting wil ik nog eens herhalen dat wij behoefte hebben aan een Europese strategie als het gaat om migratiebewegingen. Wij hebben het gevoel dat de lidstaten echt blijk moeten geven van meer solidariteit met elkaar. De lidstaten hebben met dezelfde problemen te maken. Het moet gezegd worden dat illegale immigratie uiteindelijk alle lidstaten aangaat, en niet alleen de lidstaten aan de buitengrenzen.

Ik vind het echt belangrijk dat deze solidariteit tot uitdrukking komt. Wij stellen voor om dit op basis van vrijwilligheid te doen, maar om een echte oplossing voor de problemen te vinden zal het waarschijnlijk nodig zijn deze vrijwillige basis te formaliseren.

Tot zover mijn reactie; ik zal niet langer uitweiden in mijn antwoorden. Ik heb veel notities gemaakt tijdens de verschillende betogen die zijn gehouden.

Tot slot zou ik het Europees Parlement, met enige nadruk, willen verzoeken ons te helpen, met name als het om deze strategie, dit Europese asielbeleid, gaat. Ik wijs er nog eens op – omdat dit ter sprake is gekomen – dat het onze bedoeling was de toepassing van de Overeenkomst van Dublin te verbeteren door een zekere flexibiliteit in te bouwen. Wij hebben de Raad en het Parlement verzocht dit ondersteuningsbureau voor het eind van het jaar in werking te stellen, en daarnaast gaan wij een harmonisatie van de onderzoeksprocedures voorbereiden. Met dit alles sturen wij aan op een echt Europees asielbeleid, dat mijns inziens volledig aansluit op de waarden waarover, in mijn optiek, overeenstemming heerst in Europa. Wij geloven in deze waarden. Dan moeten wij ze omzetten in daden.

Ik wil het Europees Parlement in ieder geval bedanken dat het ons in deze moeilijke taak wil bijstaan.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Het debat is gesloten.

Schriftelijke verklaringen (artikel 149)

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), schriftelijk.(IT) Illegale immigratie is een regelrechte plaag die al jaren voornamelijk de zuidelijke landen van de Europese Unie treft, in het bijzonder Italië, Malta en Spanje. Het is bekend dat de Italiaanse regering van alle lidstaten van de Europese Unie het grootste aantal illegale immigranten opvangt, die hoofdzakelijk afkomstig zijn van het Afrikaanse continent en wanhopig op zoek zijn naar een betere toekomst.

In tegenstelling tot wat is beweerd door vertegenwoordigers van het linkse kamp in Italië, die voor de zoveelste keer onterecht de zetel van het Europees Parlement gebruiken om ongegronde aanvallen te plegen op de Italiaanse regering-Berlusconi, verlenen de centra voor eerste opvang medische zorg, kost en inwoning, alsmede juridische hulp gedurende de hele periode die nodig is om te bepalen of een illegale immigrant op Italiaans grondgebied mag blijven dan wel krachtens internationale overeenkomsten naar eigen land moet worden teruggestuurd.

Er moeten dringend efficiënte communautaire maatregelen worden aangenomen op het gebied van immigratie en asiel. Er kan niet serieus worden gedacht dat Italië alle lasten op zich neemt van een fenomeen dat zich op explosieve wijze zal uitbreiden.

Sommige afgevaardigden hebben het idee geopperd om "quota voor illegale immigranten" vast te stellen. Dat is een goed voorstel, dat echter helaas niet wordt ondersteund door een concrete politieke wil. Onlangs heeft het Zweedse voorzitterschap er namelijk op gewezen dat het moeilijk zal zijn de quota te laten aanvaarden.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Grech (S&D), schriftelijk.(EN) Ik ben blij met dit debat, omdat daarmee de aandacht wordt gevestigd op het gefragmenteerde en onsamenhangende EU-beleid inzake grenscontrole, immigratie en asielzoekers. Het is goed om te horen dat de Raad en de Commissie erkennen dat dit prioritaire kwesties zijn, maar tot dusver hebben we alleen halfhartige maatregelen en geen betekenisvolle resultaten gezien. Op EU-niveau lijkt de politieke wil te ontbreken om voldoende middelen te verschaffen om deze kwesties op een rechtvaardige manier aan te pakken. Voorlopig dragen de lidstaten aan de buitengrenzen van de Unie nog de zwaarste lasten, en hun situatie wordt met de dag erger, omdat het ontbreekt aan middelen en capaciteit. Onlangs hebben we hier enkele goede voorstellen besproken, zoals de herziening van het mandaat van Frontex, een gezamenlijk EU-hervestigingsprogramma voor vluchtelingen, en de oprichting van een Europees ondersteuningsbureau voor asielzaken. Ik vraag de Commissie met klem snel te beginnen met de uitvoering daarvan. We hebben meer oplossingen nodig die op lastenverdeling zijn gebaseerd, want dat is de enige adequate reactie. De Commissie en de Raad moeten meer vastberadenheid tonen in het verschaffen van de noodzakelijke middelen voor Frontex. Wil Frontex onze grenzen effectief kunnen beschermen, dan moet het over eigen materiële middelen beschikken en het hele jaar door actief zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian-Jean Marinescu (PPE), schriftelijk.(RO) De toekomstige uitbreiding van het Schengengebied met Roemenië zal ervoor zorgen dat de bescherming van de Roemeense buitengrenzen belangrijker wordt en zal er zodoende ook voor zorgen dat Frontex een grotere rol gaat spelen in Roemenië. Frontex moet een steeds belangrijkere rol gaan spelen in het verbeteren van de controle van en het toezicht op de Roemeense buitengrenzen, die samen meer dan 2 000 kilometer van de buitengrens van de EU vormen, ofwel van de toekomstige buitengrens van het Schengengebied. Vorig jaar heeft Frontex samenwerkingsovereenkomsten getekend met Rusland en de landen in de voormalige Joegoslavische Republiek, evenals met Oekraïne en Moldavië. Dit is een stap in de goede richting voor het beheer van alle grenzen. Een welkome maatregel op dit gebied zou zijn dat de Europese Commissie zou onderzoeken op welke manieren Frontex gebruik kan maken van deze wettelijke basis. De mogelijkheid om samenwerkingsovereenkomsten te ondertekenen met andere derde landen is een andere kwestie die de Commissie nader moet bestuderen. Door zoveel mogelijk van deze overeenkomsten te sluiten, wordt het gemakkelijker om gemeenschappelijke activiteiten effectief te coördineren, wat weer zal bijdragen aan het respect voor mensenrechten en burgerlijke vrijheden en aan de strijd tegen grensoverschrijdende misdaad.

 
  
MPphoto
 
 

  Tiziano Motti (PPE), schriftelijk. (IT) Ik ben het eens met de stelling van Voorzitter Buzek dat immigratie altijd voordelen heeft gehad voor Europa, voor zover hij het heeft over immigratie die reglementair en geïntegreerd verloopt en waarbij de instellingen en de wetten van het land van bestemming worden gerespecteerd. Als sociale vernieuwing en personeelsverloop noodzakelijk zijn en als culturele uitwisselingen een verrijking zijn voor de volkeren, dan is immigratie uitermate waardevol. Onze joods-christelijke wortels stellen ons in staat hen die lijden met naastenliefde en gastvrijheid te bejegenen.

Maar als de illegaliteit noodtoestanden, overlast, misdaad en onveiligheid veroorzaakt, is een concrete strategie voor integratie nodig op een schaal die de landen in demografisch opzicht kunnen dragen. We nemen onszelf in de maling als we denken dat het probleem alleen de landen aan de Middellandse Zee treft: het vrije verkeer van burgers in de EU werkt het vrije verkeer van de vele illegale immigranten die het criminele pad op zijn gegaan onvermijdelijk in de hand. De kwestie is van rechtstreeks belang voor alle landen in Europa, omdat ze in direct verband staat met het probleem van de misdaad en met de veiligheid van een half miljard burgers. Die burgers hebben ons het mandaat gegeven om hen te beschermen door middel van dringende en concrete maatregelen, zowel tegen bestaande problemen als tegen nieuwe problemen waarmee we volgens de vooruitzichten heel snel geconfronteerd zullen worden. De burgers hebben recht op meer dan alleen maar de algemene onverschilligheid van de lidstaten of een handvol waarschuwingen van de Europese Commissie als wijze wetgever.

 
  
  

VOORZITTER: ALEJO VIDAL-QUADRAS
Ondervoorzitter

 
Juridische mededeling - Privacybeleid