Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2010/2842(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B7-0493/2010

Debatten :

PV 07/09/2010 - 11
CRE 07/09/2010 - 11

Stemmingen :

PV 09/09/2010 - 5.2
CRE 09/09/2010 - 5.2
Stemverklaringen
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2010)0312

Volledig verslag van de vergaderingen
Dinsdag 7 september 2010 - Straatsburg Uitgave PB

11. Situatie van de Roma in Europa (debat)
Video van de redevoeringen
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. – Aan de orde zijn de verklaringen van de Raad en de Commissie over de situatie van de Roma in Europa. Ik wil de fungerend voorzitter van de Raad, de heer Chastel, de vicevoorzitter van de Commissie, mevrouw Reding, en de commissaris voor werkgelegenheid, sociale zaken en inclusie, de heer Andor, welkom heten in onze vergadering. Het woord is eerst aan de heer Chastel, namens de Raad.

 
  
MPphoto
 

  Olivier Chastel, fungerend voorzitter van de Raad. (FR) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de commissaris, dames en heren, de waarden en beginselen van de Europese Unie zijn duidelijk verankerd in de verdragen en in het handvest van de grondrechten, dat met de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon van kracht is geworden.

Hierin wordt een groot belang gehecht aan de rechtsstaat en naleving van de mensenrechten, inclusief het recht van personen die tot een minderheid behoren. De Raad draagt deze waarden dan ook hoog in het vaandel.

De Raad heeft herhaaldelijk zijn steun betuigd voor maatregelen die de integratie van Roma moeten bevorderen. Onze staatshoofden en regeringsleiders hebben tijdens de Europese Top eveneens de zeer bijzondere situatie van de Roma in de Europese Unie erkend en de lidstaten en de Unie opgeroepen om alles in het werk te stellen ter verbetering van hun positie in de Europese samenleving.

Tien jaar geleden heeft de Raad reeds een globale richtlijn aangenomen waarin discriminatie op grond van ras of etnische afkomst op een aantal terreinen wordt verboden. Dit zijn met name toegang tot werkgelegenheid, beroepsopleiding, sociale bescherming, waaronder sociale zekerheid en gezondheidszorg, tot onderwijs en het verschaffen van goederen en diensten, waaronder huisvesting. Deze richtlijn biedt bescherming aan alle etnische groepen en dus uiteraard ook de Roma. Tot slot omvat de richtlijn ook een clausule voor positieve actie, op grond waarvan de lidstaten specifieke maatregelen kunnen behouden of invoeren waarmee benadeling vanwege ras of etnische afkomst kan worden voorkomen of gecompenseerd.

Sommigen van u waren aanwezig tijdens de tweede Europese Top over de Roma, die in april is gehouden in Córdoba. De Raad was zeer ingenomen met deze belangrijke gebeurtenis, waarmee de belangrijkste betrokken partijen bijeen zijn gebracht. Naar aanleiding van de top in juni heeft de Raad unaniem de conclusies “Betere integratie van de Roma” aangenomen.

De ministers hebben unaniem erkend dat een grote groep Roma te maken heeft met extreme armoede, discriminatie en uitsluiting, wat ertoe leidt dat zij een laag opleidingsniveau hebben, slecht zijn gehuisvest, in ontoereikende mate toegang hebben tot werkgelegenheid en in een precaire gezondheid verkeren. Roma-vrouwen en -meisjes hebben te maken met bijzondere problemen, zoals het risico van meervoudige discriminatie. In veel gevallen zijn deze omstandigheden de afgelopen jaren in sterke mate verslechterd en we zien ook dat de Roma weer steeds vaker worden afgewezen en soms het slachtoffer zijn van gewelddadige aanvallen.

Wij moeten oog hebben voor het feit dat het in eerste instantie weliswaar de taak van alle lidstaten is om de sociale en economische integratie van de Roma te bevorderen, maar ook samenwerking op Europees niveau in dit opzicht een belangrijke bijdrage kan leveren. Daarom heeft de Raad de Commissie en de lidstaten opgeroepen de sociale en economische integratie van de Roma te bevorderen, in het kader van besluiten en aanbevelingen van de instellingen van de Unie met de waarborg doeltreffend gebruik te maken van bestaande beleidsmaatregelen en instrumenten.

Het gaat hier om een gedeelde verantwoordelijkheid: alle actoren dienen zich in te zetten voor de integratie van Roma voor zover zij hiertoe de respectieve bevoegdheid hebben, en de Raad speelt hierbij de rol die hem toekomt. De Raad heeft tevens benadrukt dat maatschappelijke organisaties, lokale overheden en de Roma zelf hieraan actief moeten deelnemen.

Er zij tevens gewezen op de concrete maatregelen die het Europees Parlement en de Raad onlangs gezamenlijk hebben genomen ter bevordering van de sociale integratie van minderbedeelde burgers. Recentelijk hebben wij bij eerste lezing een akkoord bereikt over wijziging van de bepalingen inzake het Europees Regionaal Ontwikkelingsfonds, waarmee voortaan steun kan worden geboden ter verbetering van de huisvesting van de meest gemarginaliseerde gemeenschappen in Europa, waaronder zich veel Roma bevinden.

Belangrijk punt is dat de twee instellingen zijn overeengekomen voor dergelijke maatregelen altijd een geïntegreerde benadering te volgen. Bij deze benadering gaat het met name om maatregelen op het gebied van onderwijs, gezondheidszorg, sociale aangelegenheden, werkgelegenheid en veiligheid alsmede maatregelen ter bestrijding van segregatie.

Tot slot wijs ik erop dat maatregelen tegen discriminatie in het algemeen ook kunnen worden gefinancierd met het Europees Sociaal Fonds.

De Unie moet een veilige omgeving bieden waarin verschillen worden gerespecteerd en de meest kwetsbaren in de samenleving worden beschermd. Dit is vastgelegd in het programma van Stockholm, dat in december 2009 door de Europese Raad is aangenomen. De maatregelen ter bestrijding van discriminatie en vreemdelingenhaat moeten voortvarend ten uitvoer worden gelegd. De Roma-gemeenschap wordt in het programma van Stockholm uitdrukkelijk genoemd. Hierin is vastgelegd dat de lidstaten de handen ineen moeten slaan voor volledige integratie van kwetsbare groepen.

Net als alle burgers van de Unie hebben ook de Roma recht op vrij verkeer en bescherming, en mogen zij geenszins worden gediscrimineerd.

Nu onze samenlevingen te kampen hebben met de economische crisis, moeten wij zien te voorkomen dat onze medeburgers die het meest te lijden hebben van uitsluiting als zondebok worden aangewezen. Hiertoe moeten we een duidelijk en eerlijk beeld hebben en uitdragen van de oorzaken, gevolgen en kosten van sociale uitsluiting. Wat kan een bevolking doen die onderwijs ontbeert, geen dak boven het hoofd heeft, het moet zien te redden zonder toegang tot gezondheidszorg en, en erger nog, zonder werk? Voor een betere integratie van Roma moeten wij een geïntegreerde benadering uitstippelen die strookt met de wetgeving en de Europese waarden en waarbij de verschillende partijen een actieve rol is toebedeeld.

Zo moeten zij allereerst worden betrokken bij de conferentie over armoede onder kinderen, die op 2 september heeft plaatsgevonden, en bij de top over gelijkheid die op 14 en 16 november zal worden gehouden, vooral wanneer tijdens deze top zal worden gesproken over gelijkheid en diversiteit op het gebied van werkgelegenheid; bij de conferentie over daklozen op 9 en 10 december, bij de vergadering van het geïntegreerde platform voor integratie van Roma, van 7 t/m 17 september. Tot slot zal de Raad van de Europese Unie de integratie van Roma op de voet blijven volgen, zoals is aangekondigd tijdens de Raad Algemene Zaken van 26 juli.

 
  
MPphoto
 

  Viviane Reding, vicevoorzitter van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, laat ik beginnen mijn medecommissarissen, László Andor en Cecilia Malmström, te bedanken voor de zeer hechte samenwerking tussen onze teams inzake de kwestie-Roma de afgelopen weken. Hierdoor heeft de Commissie tijdens de zomer over deze zaak een helder en evenwichtig standpunt kunnen bereiken dat vandaag is gesteund door de voltallige Commissie.

Ik zou ook graag voorzitter Barroso willen bedanken met wie ik in dit verband in de zomer, tijdens de ontwikkelingen in Frankrijk, nauw heb samengewerkt. De voorzitter stond er volledig achter dat ik op 25 augustus in het openbaar een standpunt innam over de situatie van de Roma in Frankrijk en over de noodzaak Europese regelgeving en de rechten en plichten uit het Handvest van de grondrechten te handhaven.

De positie van de Commissie, die - en daarvan bent u zich als politici natuurlijk bewust - altijd een speeltuig kan worden in debatten tussen nationale partijen, is de afgelopen weken niet veranderd.

Ten eerste zijn de lidstaten op hun eigen grondgebied verantwoordelijk voor de openbare orde en de veiligheid van hun burgers. Dit houdt in dat de lidstaten ondanks het belangrijke recht op vrij verkeer maatregelen moeten nemen tegen Europese burgers die de wet overtreden. Er mag geen sprake zijn van straffeloosheid onder het mom van recht op vrij verkeer in Europa. In bepaalde gevallen mogen lidstaten zelfs ingezetenen van de EU die de wet hebben overtreden, naar huis sturen. Mits ze de beginselen van proportionaliteit en procedurele bescherming van de Richtlijn inzake vrij verkeer uit 2004 in ogenschouw nemen.

Ten tweede mag geen enkele burger in onze Europese Unie het slachtoffer van onderdrukking worden enkel omdat hij tot een etnische minderheid behoort of een bepaalde nationaliteit bezit. Dit staat duidelijk omschreven in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie; discriminatie op grond van nationaliteit of etnische afkomst en, uitdrukkelijk, collectieve uitzettingen zijn verboden. Er mag in Europa dus geen sprake zijn van collectief straffen of het stigmatiseren van een etnische groep. Ieder mens heeft zijn eigen rechten en zijn eigen plichten.

Ten derde is de sociale en economische integratie van de Roma - zoals u allen weet met tien tot twaalf miljoen leden de grootste etnische minderheid in Europa - een uitdaging voor alle 27 lidstaten, voor de thuislanden en voor de landen die Roma te gast hebben. Volgens het subsidiariteitsbeginsel is het de verantwoordelijkheid van de lidstaten om te voorzien in toegang tot huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg en werkgelegenheid. De EU-instellingen ontwikkelen echter ook al meer dan tien jaar lang strategieën en regelgeving om nationale initiatieven financieel te ondersteunen; met name via het Europees Sociaal Fonds, het pretoetredingsinstrument en het Europees Regionaal Ontwikkelingsfonds dat onlangs is uitgebreid zodat het ook voorziet in huisvesting van Roma.

Het is van groot belang om te onderstrepen dat voor de Commissie de sociale en economische integratie van de Roma niet een kwestie is die alleen in augustus actueel was. Deze kwestie is elke dag en ieder jaar aan de orde. Commissaris Andor en ikzelf hebben eerder dit jaar, op 7 april, een mededeling over de Roma gepresenteerd – de eerste in de Europese Unie. Naar aanleiding daarvan vond er een ontmoeting tussen de ministers en de vertegenwoordiging van de Roma plaats. Zoals voorzitter Barroso deze ochtend aangaf, waren er slechts drie ministers aanwezig op die bijeenkomst.

De voornaamste beleidskwesties en politieke zaken die het gevolg zijn van de maatregelen die Frankrijk afgelopen zomer heeft genomen zijn samengevat in een gedetailleerde nota die commissaris Andor, commissaris Malmström en ikzelf afgelopen week aan het college van commissarissen hebben gepresenteerd en die vandaag steun heeft gekregen.

Laat ik u bijpraten over onze huidige standpunt. Ten eerste zie ik een duidelijke ontwikkeling met dank aan de uiterst intensieve dialoog die de afgelopen weken tussen de Commissie en de Franse regering heeft plaatsgehad. In mijn ogen was het van wezenlijk belang dat in Frankrijk duidelijk werd gemaakt dat het niet de bedoeling was om gerichte acties tegen de Roma-gemeenschap te ondernemen, omdat zulke gerichte acties in strijd zouden zijn met de fundamentele waarden en rechten waarop de Europese Unie is gebaseerd.

Daarom was het zo belangrijk dat minister Éric Besson afgelopen week een bijeenkomst in Brussel bijwoonde met Cecilia Malmström en mij. Hij heeft ons er in het openbaar van verzekerd dat de Franse regering alle burgers op dezelfde manier zou behandelen, dat er geen sprake was van gerichte actie tegen de Roma of een andere groep en dat de Franse regering haar best zou doen om nauwgezet in overeenstemming met Europese regelgeving te handelen. Ik beschouw deze garantie, die is afgegeven door een Franse minister, als een uiterst positieve ontwikkeling.

Ondertussen zijn de diensten van de Commissie – DG Justitie en de Juridische dienst – verder gegaan met een technische controle van de Franse regering om te onderzoeken of wat er is gezegd niet in strijd is met de regelgeving op dit gebied.

De Commissiediensten hebben een aantal kwesties gevonden waarover de Franse regering aanvullende informatie zal moeten geven en die actieve ondersteuning van de Commissiediensten nodig hebben om ervan verzekerd te zijn dat huidige en toekomstige acties volledig in overeenstemming met Europese regelgeving zullen zijn.

Sinds 2008 heeft de Commissie er bij Frankrijk op aangedrongen dat de EU-richtlijn inzake vrij verkeer volledig ten uitvoer wordt gebracht, inclusief de procedurele en onafhankelijke waarborgen uit die richtlijn die nog niet volledig in de Franse wetgeving zijn opgenomen.

Ondanks dat deze waarborgen in Frankrijk slechts gedeeltelijk in aanmerking komen vanwege het Franse rechtssysteem - en recentelijk hebt u kunnen zien dat de rechtbanken uitspraken op basis van de EU-richtlijn hebben gedaan ondanks dat nog geen sprake is van implementatie in de Franse wetgeving – zijn we heel duidelijk naar de Franse regering geweest door te zeggen dat implementatie van de regelgeving de juridische zekerheid in geval van soortgelijke vrij verkeer situaties als waar we deze zomer mee te maken hadden, zal bevorderen.

Daarom heb ik vandaag na afloop van de bijeenkomst van het college een brief naar de Franse regering gestuurd waarin deze aspecten worden benadrukt. Het spreekt voor zich dat andere lidstaten die in dezelfde omstandigheden verkeren dezelfde steun zullen krijgen.

Een belangrijke les die we uit de ontwikkelingen van afgelopen zomer kunnen trekken: de integratie van de Roma is een uitdaging die op de politieke agenda van alle lidstaten moet blijven staan. Daarom heb ik met Cecilia Malmström en László Andor ingestemd met vijf acties die het college van commissarissen vandaag heeft goedgekeurd.

Ten eerste, om ervoor te zorgen dat alle maatregelen die de lidstaten ten aanzien van de Roma nemen in overeenstemming zijn met EU-regelgeving op het gebied van vrij verkeer, non-discriminatie en het Handvest van de grondrechten, zullen we de voortgang op dit gebied monitoren en evalueren.

Ten tweede zullen we een Roma Task Force op hoog niveau oprichten die zal analyseren welk gevolg de lidstaten geven aan de strategische mededeling van de Commissie over de Roma van 7 april. Zo zal de inzet en effectiviteit van EU-fondsen voor de integratie van Roma in alle lidstaten vooral worden gestroomlijnd, beoordeeld en gestandaardiseerd en zullen de onderliggende mankementen in de toepassing van die fondsen worden blootgelegd. We doen dit eenvoudigweg omdat we willen weten of en bewijs willen hebben van gevallen waarbij deze fondsen (a) niet ingezet worden en (b) als ze ingezet worden, niet op de juiste wijze worden toegepast.

De eerste bevindingen van deze Task Force worden voor het einde van het jaar aan het college voorgelegd en ik zal het Parlement en de Raad hiervan op de hoogte brengen.

Ten derde roep ik het voorzitterschap op om zo spoedig mogelijk een “jumbo” Raad Justitie en Binnenlandse Zaken (JBZ), Veiligheid en Sociale Zaken te houden om een meer gerichte inzet van nationale en aanvullende EU-fondsen voor de bevordering van de sociale en economische integratie van de Roma vast te leggen. Die bijeenkomst van de Raad zou moeten worden gevolgd door jaarlijkse bijeenkomsten op ministerieel niveau; we hebben een harde leerschool doorlopen omdat lidstaten niet de verantwoordelijkheid namen op hun eigen grondgebied zaken voor zichzelf te veranderen. We moeten hen samenbrengen, officieel en openlijk, en we moeten ze de juiste richting op manoeuvreren.

Ten vierde wil ik toekomstige voorzitterschappen van de Raad oproepen aandacht te besteden aan de prioriteiten die werden aangemerkt in de in juni door het Europees platform voor de inclusie van Roma overeengekomen routekaart. In deze context moet de dialoog met vertegenwoordigers van de Roma-gemeenschap worden versterkt. Het volgende platform zal plaatshebben onder het Hongaarse voorzitterschap.

Ten vijfde roepen we ook de lidstaten op om zich met steun van de Commissie en indien nodig Europol en Eurojust – indien van toepassing - te verdiepen in mensenhandel omdat Roma in dat verband met name kwetsbaar zijn.

Ik zal nu het woord aan László Andor geven zodat hij kan spreken over een belangrijk onderwerp: de inzet van het Europees Sociaal Fonds voor de integratie van de Roma.

 
  
MPphoto
 

  László Andor, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, zoals vicevoorzitter Reding zojuist benadrukte, is de Europese Unie gebaseerd op grondrechten en plichten. De Commissie heeft zich verbonden met het beschermen van de grondrechten van de Roma en met hun volledige sociale en economische integratie in onze samenlevingen.

Het tweede punt dat ik wil onderstrepen: de integratie van de Roma is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van de Europese Unie en de lidstaten. Succesvolle sociale en economische integratie van de Roma vraagt om blijvende aandacht die voortkomt uit de samenwerking van alle betrokkenen: de Commissie, de lidstaten, lokale overheden, ngo’s en internationale organisaties.

De Commissie is al in actie gekomen vóór de onfortuinlijke recente gebeurtenissen. Op 7 april van dit jaar heeft de Commissie in haar allereerste mededeling over de sociale en economische integratie van de Roma in Europa een uitgebreide strategische benadering geschetst. Hierin zijn actiepunten voor de Commissie en de lidstaten vastgelegd die betrekking hebben op een breed scala aan gebieden die van belang zijn voor de integratie van de Roma.

De Commissie zet zich in voor het verbeteren van de effectiviteit van de instrumenten en het beleid - zowel de inhoud als het proces - en benadrukt het belang van nauwere samenwerking tussen de EU, nationale en internationale organisaties en de Roma-gemeenschappen.

De mededeling onderstreept de inzet die de Commissie aan de dag legt om de lidstaten te assisteren en aan te moedigen volledig aanspraak te maken op de mogelijkheden van de structuurfondsen en daarmee de sociale en economische integratie van de Roma te ondersteunen.

De Europese structuurfondsen kunnen een uiterst bruikbare financiële impuls geven aan de nationale inspanningen om de situatie van de Roma te verbeteren. Twaalf van de zevenentwintig lidstaten, oude en nieuwere, hebben steunprogramma’s voor de Roma en andere kwetsbare groepen; in totaal gaat het om 17,5 miljard euro waarvan 13,3 miljard euro uit het Europees Sociaal Fonds.

Voorbeelden van projecten: aanpakken van de basis om de werkgelegenheid voor Roma te bevorderen en het ontwikkelen van een nieuw programma voor het onderwijs van Roma op scholen.

Bovendien, zoals de vicevoorzitter ook aangaf, is het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) afgelopen mei aangepast en dit fonds kan nu worden ingezet om huizen te renoveren in landelijke gebieden, waar veel Roma wonen.

Integratie van de Roma is tevens een belangrijke politieke voorwaarde voor lidmaatschap van de Europese Unie en de EU steunt kandidaatlanden en mogelijke kandidaten in dit verband middels de pretoetredingsinstrumenten.

De Commissie houdt zich op dit moment bezig met de uitvoering en planning van projecten met een totale waarde van vijftig miljoen euro die geheel of gedeeltelijk ten goede komen aan de Roma.

De Commissie heeft bijeenkomsten op hoog niveau georganiseerd in lidstaten met een grote Roma-minderheid om een effectievere inzet van EU-fondsen voor de integratie van de Roma te bevorderen. In Hongarije heeft dit geleid tot een dialoog tussen de regering en de Roma onder leiding van de Commissie.

Een tweede reeks bijeenkomsten op hoog niveau waarbij commissaris Cioloş en ikzelf betrokken zijn, zal plaatsvinden in oktober in Roemenië.

Ten slotte, op het verzoek van dit Huis, voert de Commissie een proefproject uit getiteld ‘Pan-Europese coördinatie van integratiemethodes voor de Roma – integratie van de Roma’. Dit bestaat uit drie onderdelen: opvang en onderwijs voor jonge kinderen, zelfstandigen en microkrediet, voorlichting en bewustmaking. Acties in dit verband zijn begonnen in mei 2010.

Er bestaan EU-fondsen en instrumenten die kunnen worden ingezet om de gevoelige juridische, sociale en praktische kwesties op te lossen die betrekking hebben op de integratie van de Roma. De Commissie is erop voorbereid om haar uiterste best te doen om deze kwesties op te lossen. Ik ben er sterk van overtuigd dat de Europa 2020-strategie het juiste kader biedt om armoede te bestrijden en daarmee de omstandigheden van de Roma in Europa te verbeteren.

Laten we onze principes niet laten varen, laten we weerstand bieden tegen snelle maar slechte oplossingen en laten we samen deze kwestie in solidariteit aanpakken.

 
  
MPphoto
 

  Lívia Járóka, namens de PPE-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik ben blij dat de EU-instellingen zo gevoelig blijken te zijn voor de huidige situatie rond de Roma. Juist om die reden is het jammer dat beleidsmakers aan alle zijden van het politieke spectrum de kwestie van de Roma lijken in te zetten als wapen tegen hun tegenstanders.

We zijn het er allemaal over eens dat vrijheid van verkeer een van de fundamentele beginselen van het communautaire recht is en we aanvaarden dat dit recht niet onvoorwaardelijk is. Zoals de Commissie heeft bevestigd, hebben alle EU-lidstaten het recht om veiligheidsmaatregelen te nemen met betrekking tot buitenlanders die op hun grondgebied verblijven. De kernwaarden van de Europese Unie, zoals non-discriminatie, tolerantie en solidariteit, moeten volledig worden gerespecteerd en de uitzetting van EU-burgers moet per geval worden beoordeeld op basis van degelijke gerechtelijke besluiten of met de vrije, volledige en weloverwogen instemming van alle betrokken personen. Om de Commissie nogmaals te citeren: “niemand mag worden uitgezet louter omdat hij Roma is”.

Politieke opvattingen en rechterlijke uitspraken zijn twee verschillende zaken. We vinden deze uitzettingen misschien smakeloos of vergezocht en we moeten wijzen op de na te leven waarborgen en beginselen, maar het is uitsluitend de verantwoordelijkheid van de Commissie om de rechtmatigheid van de maatregelen die Frankrijk heeft genomen, te beoordelen. Grootschalige repatriëring is misschien al weerzinwekkend genoeg, maar de zaak wordt nog weerzinwekkender als we kijken naar de loze lippendienst aan de mensenrechten tijdens de afgelopen decennia toen er technisch gesproken niets werd ondernomen om de vreselijke armoede van de Roma te verlichten, afgezien van een paar kille kreten over anti-discriminatie en tolerantie toen dat politiek gezien handig was.

Wij, de Europese Roma, keuren het af dat ons probleem voor politieke doeleinden wordt misbruikt en verkeerd wordt uitgelegd. De Roma moeten de dialoog over de Roma zelf bepalen zodat de problemen aan het licht komen en wordt uitgesproken welke actie en maatregelen moeten worden genomen. Zoals dit Parlement, en meer in het bijzonder de Europese Volkspartij, al verschillende malen heeft verklaard, zijn de armoede en de sociale uitsluiting van de Roma een Europese kwestie die een eigen strategie behoeft; er moet een gemeenschappelijke Europese oplossing komen voor een gemeenschappelijk Europees probleem.

Die strategie moet het hoofd bieden aan de economische aspecten van de sociale uitsluiting van zowel Roma als niet-Roma, zoals structurele werkloosheid, het lage scholingsniveau, wonen in ernstig achtergestelde microregio’s en belemmeringen voor het opzetten van een eigen zaak – allemaal problemen waarvoor onze mensen wegvluchten als ze migreren.

(Spreekster wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 

  Hannes Swoboda, namens de S&D-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, net als de andere leden van mijn fractie ben ik diep teleurgesteld door wat we vandaag van de Commissie te horen hebben gekregen.

Dat begon met de voorzitter van de Commissie. De heer Barroso had minder kritiek op dit beleid dan sommige Franse ministers, en dat is een schandaal! Mevrouw Reding, u hebt geen duidelijk antwoord gegeven. Net als vele Europese burgers wil ik weten of de Franse regering het recht wel of niet heeft geschonden. U kunt niet weken na het nemen van de maatregelen zeggen: we zullen dat onderzoeken. Zeg nee, of zeg ja, maar geef alstublieft een duidelijk antwoord!

U gelooft alles wat de Franse ministers hebben uitgelegd, nadat ze de maatregelen hadden genomen, want van tevoren waren ze niet naar ons toe gekomen. Eerst hebben ze de mensen eruit gegooid, en daarna hebben ze u verteld dat ze rechtvaardig zijn, en dat ze niemand zullen discrimineren. En nu staat hier een commissaris, zij deelt dat mee, en ik vind dat schandalig. Dat stemt eigenlijk niet overeen met uw overtuigingen en met de manier waarop u uw ambt tot nu toe heeft uitgeoefend. Daarom ben ik diep teleurgesteld door de halfzachte manier waarop u probeert zich hier onderuit te wurmen.

(Applaus)

U hebt geen idee welke verantwoordelijkheid u op zich neemt, want nu zegt over een paar weken het volgende land – misschien Italië, misschien Hongarije, misschien een ander land – dat ze deze mensen hun staatburgerschap zullen ontnemen. Dan zijn ze stateloos, en dan komen ze in kampen terecht. Daarvoor wordt de weg vrijgemaakt, en de Commissie zwijgt. Dat vind ik schandalig, en dat is voor mijn fractie onaanvaardbaar.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 

  Renate Weber, namens de ALDE-Fractie. – (FR) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren,

na de Tweede Wereldoorlog zijn collectieve uitzettingen en deportaties in internationale wetgeving verboden. De mensheid had al voldoende geleden onder dit barbaarse beleid.

In 2010 speelt Frankrijk, de bakermat van de mensenrechten, vals spel. Het land maakt gebruik van de onwetendheid van de meest kwetsbare bevolkingsgroep van Europa, de Roma, en betaalt hun 300 euro voor een volwassene en 100 euro voor een kind als zij het Franse grondgebied verlaten. De Franse regering beweert dat het om vrijwillige terugkeer gaat, en beschouwt de schandelijke afkoping van het geweten van de Roma op cynische wijze als humanitaire hulp.

Wat wordt verzwegen, is dat de autoriteiten de vingerafdrukken van de volwassenen hebben genomen en zelfs die van kinderen, dat velen van hen niet vrijwillig hebben ingestemd met een volledig besef van de gevolgen, zoals het VN-comité tegen rassendiscriminatie overigens heeft vastgesteld, wat een duidelijke schending is van de Europese en internationale wetgeving.

Dit model is echter twee jaar geleden al toegepast door Italië, en toen heeft de Europese Commissie er de voorkeur aan gegeven de zaak geen ruchtbaarheid te geven. Daarom is de Commissie ook verantwoordelijk voor deze nieuwe stroom deportaties van Roma in Europa.

Nu moet de Commissie aantonen dat zij daadwerkelijk de hoedster is van de beginselen en grondrechten van de Europese Unie en haar wetgeving.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 

  Hélène Flautre, namens de Verts/ALE-Fractie. – (FR) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw Reding, ik moet zeggen dat ik de consternatie van de heer Swoboda en mevrouw Weber volledig deel. Het is absoluut verbijsterend dat u na de verschillende gesprekken die u hebt gevoerd en op basis van de aan u verstrekte documenten concludeert dat de objectieve schendingen door de Franse regering zijn begaan bij de uitzetting van Roma niet zijn vastgesteld. En dat is niet nieuw: een jaar geleden heeft een groep maatschappelijke organisaties kwesties aan u voorgelegd die nu aan de orde van de dag zijn, zoals het feit dat de termijn van een maand voor de terugkeer van Europese burgers, die is vastgelegd in de richtlijn inzake vrij verkeer, niet in acht wordt genomen.

Dan is er het recht op individuele behandeling. Hebt u nog andere deskundigen nodig om te kunnen concluderen dat het in een kamp uitdelen van besluiten inzake collectieve teruggeleiding naar de grens die dezelfde titel hebben, indruist tegen de individuele behandeling van situaties? Vormen kinderen van zes jaar werkelijk een bedreiging voor de openbare orde? Hebt u nog andere bewijzen nodig dat de Franse regering absoluut extensief en abusievelijk gebruikmaakt van bedreiging van de openbare orde, terwijl dit geval is beoordeeld door de Franse justitie en rechtbanken?

Als u behoefte hebt aan rechters, deskundigen of niet-gouvernementele organisaties, dan kunnen wij daarvoor zorgen. Maar u moet ophouden om uw ogen te sluiten voor de werkelijkheid en uw verantwoordelijkheid niet te nemen!

Het debat dat vanochtend heeft plaatsgevonden was schandalig. De voorzitter van de grootste politieke fractie van dit Parlement heeft in verband met de Roma gesproken over de diefstal van tractoren in zijn gemeente. We hebben de voorzitter van de Europese Commissie, de heer Barroso, tijdens het debat over de Roma horen spreken over de noodzakelijke veiligheid van Europese burgers. Dat betekent dat op het hoogste politieke niveau in Europa en Frankrijk Roma, criminaliteit, prostitutie en zwendel steeds vaker en steeds sneller in één woord worden genoemd.

Hiermee komen de fundamentele vrijheden, en de Europese integratie zelf, op losse schroeven te staan. De heer Cohn-Bendit zei het vanmorgen al: dit is uw test, mevrouw Reding. Het is de lakmoesproef van het Verdrag van Lissabon, de lakmoesproef van uw nut en belang. Zult u in staat zijn om in deze situatie aan te tonen dat het handvest van de grondrechten geen dode letter is? U bent aan zet, het is uw verantwoordelijkheid, en u moet het nu zeggen.

(Applaus van links)

 
  
MPphoto
 

  Timothy Kirkhope, namens de ECR-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, als voormalig Brits minister van immigratie ben ik, evenals mijn fractie, een oprecht voorstander van gelijke rechten en gelijke kansen voor iedereen. Ik ben het eens met de voorzitter van mijn fractie, Michał Kamiński, die vanochtend zei dat dit continent het spook van het nationalisme uit het verleden nooit meer tot leven mag wekken, dat de EU een zone van vrijheid is en dat tolerantie haar grootste verdienste is. Daar moeten we trots op zijn maar we moeten onszelf nooit wijs maken dat er geen grote problemen meer zijn.

Deze kwestie vergt ongetwijfeld debat, beraadslagingen en actie met betrekking tot de manier waarop we minderheden behandelen en de manier waarop we de Roma-bevolking beter kunnen laten integreren, en proportionaliteit tussen de rechten en de bevoegdheden van nationale regeringen en de EU. Maar ik ben ook van mening dat onze Unie gestoeld is op de rechtsstaat.

Het is het recht van een Parlementslid om gerechtvaardigde punten van zorg in dit debat aan de orde te stellen, maar ik vraag wel of we willen wachten tot de Commissie, als hoedster van de Verdragen, daadwerkelijk een formeel besluit over deze kwestie heeft genomen. Dan kunnen we een weloverwogen oordeel vellen op basis van alle feiten en beslissen hoe we de integratie van de Roma-bevolking binnen Europa kunnen verbeteren, in plaats van een medelidstaat bij voorbaat al te veroordelen.

 
  
MPphoto
 

  Cornelia Ernst, namens de GUE/NGL-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, het zogenaamd vrijwillige vertrek van de Roma uit Frankrijk is een vlammend signaal van de deportatie, en wel van de grootste en oudste minderheid in Europa. Dat is koren op de molen van de rechtse en extreemrechtse krachten. Daartegen moeten we ons verzetten, ook hier in het Europees Parlement.

Daarom eist de GUE/NGL dat deze uitzettingen worden stopgezet. Ik had gehoopt dat ook mevrouw Reding zou eisen dat deze uitzettingen voorlopig worden stopgezet, en dat we dan verder zien. De regering-Sarkozy schendt het recht van de EU, omdat ze uit lidstaten van de EU afkomstige Roma als groep en zonder aanzien des persoons deporteert, omdat ze afwijkt van het principe van het vrij verkeer van personen, omdat ze indruist tegen het Handvest van de grondrechten, in verband met de gelijke behandeling.

Er moet nu eindelijk iets gebeuren, ik zeg het in alle duidelijkheid. We hebben al talloze keren over dit probleem gesproken, en nu moeten we eindelijk maatregelen nemen, nu moeten we spijkers met koppen slaan.

De Roma zijn hier in Europa thuis! Ze zijn een deel van de Europese gemeenschap, en dat moet ook zo blijven. Dat moeten wij garanderen. Daarom hebben we ook kritiek op het feit dat landen als Duitsland, Oostenrijk, Zweden, Italië, België en bepaalde landen op de Westelijke Balkan Roma het land uit zetten. We moeten een strategie voor heel Europa ontwikkelen, en wel voor alle Roma, niet slechts voor sommige. Daar moeten we voor strijden.

Tot slot wil ik erop wijzen dat de manier waarop we omgaan met de Roma-minderheid de toetssteen zal zijn voor de Europese idee van solidariteit en zelfbestemming!

 
  
MPphoto
 

  Mario Borghezio, namens de EFD-Fractie. – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik heb kritiek gehoord op de Franse regering, die eerder ook op de Italiaanse regering werd geleverd, en ik heb ook zeer zware kritiek op de Commissie gehoord. In werkelijkheid zijn deze beschuldigingen volledig vals.

Ik heb niemand gehoord over de statistieken die zijn aangedragen door de Franse politieautoriteiten en die aantonen dat in de 18 maanden na het massale vertrek van de Roma uit Bulgarije en Roemenië, het aantal diefstallen met 250 procent is gestegen. Wat dat betreft moeten we Roemenië en Bulgarije misschien dwingen een aantal vragen te beantwoorden, nadat zij op zeer lichtzinnige wijze toestemming kregen om tot de Europese Unie toe te treden zonder dat dit probleem eerst werd opgelost.

We moeten ook duidelijke taal spreken tegen deze personen, die naar ons toekomen als gasten uit andere landen. We moeten hen duidelijk maken dat ze de burgers van hun gastland moeten respecteren, en niet zonder toestemming hun huizen mogen binnendringen en dingen doen die niet gepast zijn voor een gast. Ze moeten worden gerespecteerd en beschermd – aldus degenen die het hebben over hoogstaande principes – maar we moeten ook rekening houden met de slachtoffers van hun misdrijven: de andere, eerlijke burgers van de Europese Unie die, misschien met een goede reden, niet altijd zin hebben in Roma als buren.

Dit zijn de ongemakkelijke feiten die de meerderheid van de burgers en het volk denkt en die bepaalde wereldverbeteraars niet durven toe te geven, want de waarheid is dat er soms politieke moed voor nodig is om te zeggen...

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken).

 
  
MPphoto
 

  Bruno Gollnisch (NI). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, ik neem het niet op voor de Franse regering. De heren Sarkozy en Hortefeux zijn lid geweest van het Europees Parlement. Zij hadden moeten weten dat de verdragen waarvan zij voorstander waren, te weten het Verdrag van Maastricht, het Verdrag van Amsterdam, het ratificatieverdrag, het Verdrag van Lissabon, waarvan Sarkozy zich hoogmoedig beschouwt als één van de belangrijkste opstellers, onze grenzen daadwerkelijk zouden openstellen voor allen die zich er wensten te vestigen.

Desondanks ben ik verbaasd en verbijsterd over het gebrek aan juridische kennis van onze collega’s, die zijn vergeten dat burgers uit de Europese Unie uit Midden- en Oost-Europa nog niet het definitieve recht hebben om zich op ons grondgebied te vestigen. Dat recht verkrijgen zij pas in 2013.

Verder wordt er gesproken over onderdrukte minderheid, maar denkt u nou werkelijk, geachte collega’s, dat als de Roma zich al zes eeuwen lang niet hebben weten te integreren in de landen in Midden- en Oost-Europa, waar zij woonachtig zijn, dit eenvoudigweg komt doordat de Roemenen, de Bulgaren en de Hongaren zo boosaardig zijn en doordat de Slowaken, de Tsjechen, de Slovenen en de Serviërs hen vervolgen?

Uw verlangen om zuiver van geest te zijn is in werkelijkheid een andere vorm van racisme, een racisme dat feitelijk van toepassing is op de autochtone bevolking, die zoals in mijn land het geval is, en dat spijt me ten zeerste, niet willen dat 12 miljoen Roma zich er komen vestigen en de enige oplossing is om uit dat Europa te stappen, zoals u hebt aangegeven.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 

  Manfred Weber (PPE).(DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, het is geen toeval dat wij als Europese Volkspartij eerst het woord hebben laten voeren door mevrouw Járóka, de enige vertegenwoordiger van de Roma-minderheid in dit Parlement. We hebben dat gedaan omdat de Europese Volkspartij vandaag graag echt over de problemen van de mensen zou willen spreken. We willen geen politieke show, met of zonder Sarkozy, we willen de problemen bespreken die we hebben met de Roma-minderheid, we willen bespreken hoe we deze mensen kunnen helpen.

Ook onze resolutie is daarop gebaseerd, mijnheer Swoboda. U hebt gezegd dat het schandalig is dat de Commissie tot deze conclusie komt. Het is wel duidelijk dat u dat het alleen maar schandalig vindt omdat de Commissie niet meedoet met de politieke show die u wilt opvoeren. De Commissie heeft een serieus commentaar op de situatie geleverd. Meer wil ik daarover niet zeggen.

Ten tweede: over het vrij verkeer is alles al gezegd. We hebben in de Europese Unie heldere spelregels. Het vrij verkeer is niet grenzeloos, het kan in individuele gevallen worden beperkt, en dat gebeurt ook in Frankrijk.

Het derde punt is eigenlijk het belangrijkste. Dit politieke debat gaat over de vraag hoe we in Europa de minderheden in de samenleving kunnen integreren. We beschouwen onszelf allemaal als open en tolerant. We zijn het er ook nog wel over eens dat ongeveer negentig procent van de burgers deel willen nemen aan de samenleving, een rol willen spelen, de integratie serieus nemen. We zijn het echter niet eens over wat we moeten doen met migranten – van welke couleur dan ook - die juist niet ingaan op wat de meerderheid, de samenleving, hen aanbiedt, die niet meedoen, die zich niet aan de spelregels houden.

De linkse collega’s in dit Parlement zeggen keer op keer dat we ze iets aan moeten bieden. Wij van de EVP zeggen dat de migranten dat aanbod ook aan moeten nemen. Wanneer we dat er niet in alle duidelijkheid bij zeggen, wanneer de staat dit niet eist, dan zijn de burgers ook niet meer bereid om deze mensen te integreren. Wie de staat niet het recht geeft om met harde hand op te treden, is een handlanger van de rechtse krachten in dit Parlement. Ook dat mag gezegd worden!

(Applaus)

(Spreker verklaart zich bereid een “blauwe kaart”-vraag krachtens artikel 149, lid 8 van het Reglement te beantwoorden)

 
  
MPphoto
 

  Rui Tavares (GUE/NGL). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik dank mijn collega Manfred Weber voor het feit dat hij deze vraag wil beantwoorden.

U zei dat de vrijheid van verkeer in Europa niet onbeperkt is maar dat deze op individuele basis kan worden beperkt en juridisch gezien hebt u daar gelijk in.

Wat voor bewijs hebt u dat dit soort deportatie op individuele basis plaatsvindt en waarom weerspreekt u de informatie waarover wij beschikken, zowel van de pers als van de ngo’s die deze kwestie hebben gevolgd, namelijk dat het voornaamste criterium voor deportatie, het enige criterium zelfs, een criterium van etnische aard is?

 
  
MPphoto
 

  Manfred Weber (PPE).(DE) Mijnheer de Voorzitter, ik zou de collega willen bedanken voor deze vraag, die ik heel makkelijk kan beantwoorden. Of de hand wordt gehouden aan het recht, wordt in Europa niet beslist door politici, en ook niet door journalisten. In de Europese Unie wordt dat door de rechtbank beslist. In de Europese Unie – ook in Frankrijk – kunnen Roma die dit overkomt, individueel naar de rechtbank stappen, en hun rechten doen gelden. Dat is ook al gebeurd.

De commissaris heeft erop gewezen dat ook de Franse rechters het Europese recht als grondslag nemen voor hun oordeel. Ik herhaal: of en hoe het recht in de Europese Unie wordt toegepast wordt niet beslist door journalisten, maar door rechters. Ook de Commissie heeft duidelijk gemaakt dat dit in Frankrijk blijkbaar net zo werkt als in de andere lidstaten van de Europese Unie.

 
  
MPphoto
 

  Ioan Enciu (S&D).(RO) Op 24 juni van dit jaar hebt u in een antwoord op een parlementaire vraag bevestigd dat in het verslag van het Europees Bureau voor de grondrechten een treurig beeld van de twaalf miljoen Roma in de Europese Unie wordt geschetst.

Als de Commissie zich niet in krachtige bewoordingen uitspreekt tegen de crisis die is ontstaan als gevolg van de etnische uitzettingen door de Franse autoriteiten, is de kans groot dat het kaderbesluit betreffende de bestrijding van bepaalde vormen en uitingen van racisme en vreemdelingenhaat blijft steken in goede bedoelingen. Hetzelfde geldt voor het actieplan van het Stockholmprogramma, dat u in uw toespraak hebt genoemd.

Na hun bewering dat het aantal misdrijven dat door personen uit etnische minderheden wordt gepleegd weer zou zijn gestegen en honderdduizenden Roma de openbare orde in West-Europese steden in gevaar zouden brengen, zijn de Franse autoriteiten met geen enkel ander argument gekomen dan dat ze enkele honderden burgers uit de erbarmelijke omstandigheden in geïmproviseerde kampen hebben verwijderd en hebben overgehaald om vrijwillig naar hun landen van herkomst terug te keren in ruil voor een geldbedrag.

We moeten accepteren dat er naast de Roma in Frankrijk enkele honderdduizenden Roma in Roemenië leven, die worden genegeerd door hun eigen regering, maar die niet kunnen worden genegeerd door een strategie die erop is gericht om ze te integreren en om hun situatie in een verenigd Europa te verbeteren.

Beide situaties moeten worden aangepakt met een specifieke, onderling afgestemde aanpak. De vraag is niet of de Roma alleen bij Roemenië horen of bij de hele Europese Unie, maar hoe de integratiemaatregelen op Europees niveau kunnen worden gekoppeld aan de maatregelen die zijn bedoeld om hun situatie op nationaal niveau te verbeteren. De Commissie moet van woorden, strategieën en feiten overstappen op…

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 

  Sophia in 't Veld (ALDE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, we kennen in Europa een interne markt en die is een groot succes. Een van de voornaamste redenen daarvoor is dat de Commissie zeer streng is bij de handhaving van de marktregels. Ik zou echter willen dat de Commissie even streng is als het gaat om handhaving van fundamentele rechten in Europa.

(Applaus)

Daarom, commissaris, heeft mijn fractie er zo op aangedrongen dat er een speciale Europese commissaris voor fundamentele rechten komt. Dat bent u. En we verwachten van u dat u er staat, niet voor de Europese regeringen, maar voor de Europese burgers. Als het u niet bevalt wat u in Europa ziet gebeuren, moet u daar niet uw ogen voor sluiten, maar handelen.

We willen geen woorden van u in dit Parlement. Niet van de heer Barroso en niet van u. Dit debat was niet nodig geweest als we er zeker van hadden kunnen zijn dat de Europese Commissie de regels zou handhaven – niet alleen de regels inzake immigratie en vrij verkeer maar ook fundamentele rechten – want alleen op die manier kunnen we ervoor zorgen dat de Europese Unie een gemeenschap van waarden wordt die net zo succesvol is als de interne markt.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 

  Franziska Keller (Verts/ALE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, het is heel goed en heel belangrijk dat we het hebben over de integratie van de Roma en ik vraag me af hoe het kan dat de Commissie nu pas heeft opgemerkt dat er geld verkeerd besteed is. Het is ook belangrijk dat we het hebben over de vraag hoe we de realiteiten in de lidstaten kunnen bijstellen zodat ze aansluiten bij de behoeften van de Roma, maar ik denk dat het hier vandaag niet om draait. Vandaag hebben we het over de massale deportaties van Roma die Frankrijk heeft uitgevoerd; zelfs het ontbreken van integratie kan massadeportatie niet rechtvaardigen.

Het is overduidelijk dat de Roma in Frankrijk niet op individuele basis worden uitgezet – en ik vraag me af waarom u dat niet wil zien. Het is heel griezelig dat de Commissie, de hoedster van de Verdragen, dit niet hardop durft te zeggen, de Verdragen en het Handvest van Fundamentele Rechten niet durft te beschermen. Collectieve straf mogen we niet toestaan. Ik verzoek u om een duidelijk standpunt in te nemen en de discriminatie van de Roma in Frankrijk en ook in andere lidstaten niet te negeren, want dit is een schande voor de Europese Unie.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 

  Derk Jan Eppink (ECR). - Voorzitter, toen ik als correspondent in Oost-Europa werkte, zag ik de problematiek van de Roma's. Het was een gigantisch sociaal probleem, waarvoor de toenmalige socialistische regimes geen oplossing wisten. Nu wordt Europa ermee geconfronteerd. Het is te makkelijk de toestand van Roma's alleen maar te bekijken door het prisma van racisme of vreemdelingenhaat, zoals de linkerzijde nu doet. Mensen die in groepen met woonwagens door Europa trekken, zonder reguliere inkomsten, veroorzaken op den duur overlast. Dat is onvermijdelijk, want waar moeten die mensen van leven? Er is vrij verkeer van personen in Europa en dat is een groot goed. Maar wie een beroep op dat recht doet, heeft ook plichten en daar spreekt het Parlement te weinig over. De eerste plicht is geen overlast bezorgen. Roma-vrouwen worden door mannen op straat gezet om te bedelen. Hoe zit het met de vrouwenrechten in de Roma-gemeenschap? Ik zie kinderen bedelen. Zij moeten echter naar school en hoe zit het met de leerplicht? Als er criminaliteit is, zijn gewone burgers daar het slachtoffer van. Politieke leiders ter linkerzijde zijn meestal geen slachtoffer; zij wonen in ivoren torens. Om de problemen te doorgronden, roep ik hen op: wees gastvrij en neem een Roma-familie op in uw huis.

 
  
MPphoto
 

  Marie-Christine Vergiat (GUE/NGL). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, over de Roma bestaan veel vooroordelen. Er is al veel over gezegd. Ik deel de verontwaardiging van een aantal van mijn collega’s, maar ik wil slechts enige achtergrondinformatie geven om duidelijk te maken wat de feiten zijn.

Allereerst was er geen enkele Roma betrokken bij de gebeurtenissen afgelopen zomer in Frankrijk waardoor de discussie is aangewakkerd over veiligheid die was doorspekt met vreemdelingenhaat. Dat was slechts een afleidingstruc. Er worden geen personen naar hun land teruggestuurd die een overtreding of misdaad hebben begaan of daarvan worden verdacht. Geen van de uitgezette personen heeft een strafblad. Hier is een etnische groep als zondebok aangewezen.

Hoe vinden deze uitzettingen plaats? Er wordt systematisch gekozen voor het leeghalen van tijdelijke kampen. Meestal komt de politie ’s morgens vroeg de identiteit van de personen vaststellen. Vervolgens worden aan de lopende band uitzettingsverordeningen opgesteld, die stuk voor stuk zijn gebaseerd op hetzelfde model. Gevallen worden dus niet individueel behandeld. Daarna worden de kampen met de grond gelijk gemaakt en de geëvacueerden mogen niet eens hun persoonlijke bezittingen komen ophalen. Dit is door meerdere personen verteld.

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 

  Gerard Batten (EFD). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, Frankrijk heeft besloten dat het geen grote aantallen onuitgenodigde Roma op de stoep wil, maar deze mensen zijn uitgenodigd. Het hele probleem is een rechtstreeks gevolg van richtlijn 2004/38/EG betreffende het recht op vrij verkeer voor EU-burgers.

Iedere EU-burger heeft het recht om in een andere EU-lidstaat te gaan wonen. Net als heel veel andere EU-wetgeving is dit in de praktijk dwaasheid gebleken. Er komen niet alleen hoog opgeleide mensen met een goede arbeidsethiek uit andere lidstaten. Dit betekent dat we onszelf niet kunnen beschermen tegen de komst van sociaal onwenselijke en criminele elementen.

Franse regeringen zijn altijd enthousiast geweest over de Europese Unie. Nu leren ze door bittere ervaring dat een EU zonder Roma niet mogelijk is. De Fransen willen nu net als de Italianen “arrivederci Roma” zeggen. Welnu, dat gaat niet. Dan kun je je beter aansluiten bij de UK Independence Party en de Europese Unie gedag zeggen.

 
  
MPphoto
 

  Corneliu Vadim Tudor (NI).(RO) Als de landen van Europa een gemeenschappelijke noemer hebben, is het niet de munt, de economie of zelfs de beschaving; hun gemeenschappelijke noemer, dat zijn de zigeuners.

Als historicus en socioloog ga ik het woord ‘zigeuner’ gebruiken, dat geen enkele negatieve of neerbuigende ondertoon heeft, vooral omdat de term ‘Roma’ kunstmatig en geforceerd is. Johann Strauss heeft 125 jaar geleden tenslotte de operette ‘De zigeunerbaron’ gecomponeerd, en niet de ‘De Roma-baron’.

Het is ongelukkig dat er nog steeds geen onderscheid wordt gemaakt tussen Roma en Roemeniërs. Ik heb gemerkt dat als het om zigeuners gaat, raciale vooroordelen, foute stereotypen en onware verhalen overal ter wereld nog altijd opgeld doen. Er zijn mensen die ze Roma noemen en haten, terwijl ik ze zigeuners noem en van ze houd.

Noch de zigeuners, noch mijn land Roemenië hebben schuld aan wat er op dit moment gebeurt. De grootste immigratiegolf van zigeuners naar Europa vond plaats in 1241, in de tijd van de grote invasie van de Mongoolse horden. Ze werden naar Europa gehaald als geschoolde ambachtslieden die in hulptroepen dienden.

Dat er na zo lange tijd meer zigeuners in Roemenië zijn dan in de rest van Europa komt door de achtereenvolgende golven van uitzettingen en vervolgingen die vijfhonderd jaar geleden plaatsvonden in de meeste landen van het ‘oude continent’. Roemenië wordt nu aan de schandpaal genageld omdat het te tolerant en gastvrij is geweest.

De grootschalige uitzetting van zigeuners is geen oplossing. Het is natuurlijk geen prettige ervaring wanneer je comfortabele leventje wordt verstoord, maar wanneer er misdrijven worden gepleegd, moet de wet per individueel geval worden gehandhaafd en mag niet worden gegrepen naar collectieve sancties.

Waarom stuurt de regering in Parijs ze niet rechtstreeks naar India, hun land van oorsprong?

 
  
MPphoto
 

  Simon Busuttil (PPE). (MT) De vreselijke situatie waarin een groot deel van de Roma-gemeenschap zich bevindt, is ongetwijfeld beschamend voor Europa. Veel van deze mensen leven in een armoedeval en moeten daar zo spoedig mogelijk uit worden geholpen. Als er echter iets is wat beschamender is dan dit, dan zijn het de politieke manipulatie en het opportunisme die worden gebruikt door degenen die deze kwestie in een schaamteloos politiek spel veranderen. Ik vind dat ook schandalig en beschamend voor Europa, want dit soort politieke manipulatie vertekent de hele kwestie. Het echte probleem betreft de situatie van de Roma-gemeenschap en hoe we hen daaruit moeten helpen. Daarom zet de Europese Volkspartij zich in om ervoor te zorgen dat er een effectieve strategie wordt ontwikkeld om deze mensen te helpen; een die de instellingen en de lidstaten samenbrengt en waarbij de Roma rechtstreeks betrokken zijn. We moeten ook denken aan de wet inzake vrijheid van verkeer. Deze wet kent rechten en plichten toe en die moeten allebei volledig worden toegepast. Dat betekent dat iemand die de wet overtreedt mag worden uitgezet. Als wij, vooral degenen van de centrumpartijen, deze wet niet toepassen binnen de grenzen van de mensenrechten, dan zullen de mensen, onze kiezers, voor extremistische en populistische partijen stemmen en die vragen de wet toe te passen.

 
  
MPphoto
 

  Sylvie Guillaume (S&D). - (FR) Dames en heren, ik veroordeel de handelswijze van de Franse regering volledig. Zij heeft de situatie van de Roma aangegrepen om hen als zondebok aan te wijzen, zoals andere regeringen in de Europese Unie al eerder hadden gedaan en nog blijven doen.

Bevelen om het grondgebied te verlaten, invallen in de kampen bij het ochtendgloren, scheiding van gezinnen, bedreigingen, vernietiging van de weinige bezittingen, uitzettingen, zo heeft de Franse regering de Roma afgelopen zomer ingezet als verantwoordelijken van de onveiligheid en getracht te verhullen dat zij zelf grote moeite heeft om de sociaaleconomische problemen in het land het hoofd te bieden.

Deze woorden en deze aanpak kunnen niet door de beugel. Maar nu moeten zij dienen als drijvende kracht voor een vastberaden reactie van al diegenen die van oordeel zijn dat het naleven van rechten niet slechts een verklaring is, maar een onaantastbare realiteit die dwingt tot maatregelen.

Als de Commissie er dan ook van overtuigd is dat zij de verantwoordelijkheid heeft om recht te spreken, moet zij onverwijld en onmiskenbaar aangeven of de Franse regering de Europese wetgeving of de grondrechten al dan niet heeft geschonden. Ik heb hierover zelf wel een idee.

De Europese Commissie moet toezien op de tenuitvoerlegging van het plan voor integratie van de Roma in al zijn dimensies, waarbij een geïntegreerde aanpak centraal staat die onder meer onderwijs, werkgelegenheid, maatschappelijke bijstand en gezondheidszorg behelst. Zij moet er absoluut voor zorgen dat alle beleidsmaatregelen op elkaar worden afgestemd. De bestrijding van discriminatie is een van onze gemeenschappelijke doelstellingen en de Commissie moet in dit verband een sterke politieke wil aan de dag leggen. Deze uitdaging sluit precies aan bij het jaar 2010, dat is uitgeroepen tot Europees jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting. Daar wil ik iedereen aan herinneren.

 
  
MPphoto
 

  Sarah Ludford (ALDE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, vicevoorzitter Reding heeft me er welzeker van overtuigd dat ze deze vraag serieus neemt en dat ze er met haar collega’s hard aan werkt.

Maar net als anderen popel ik van ongeduld om te horen hoe de Commissie oordeelt over de vraag of Frankrijk nu wel of niet in strijd met de EU-wetgeving heeft gehandeld. Ik hoop dat we dat spoedig te horen krijgen, en ook of de Commissie van plan is tegen Frankrijk – en iedere andere lidstaat die dat verdient – een inbreukprocedure in gang te zetten wegens inbreuk op de richtlijn vrij verkeer.

Zoals anderen ook al hebben gezegd, aanvaard ik dat er op grond van de richtlijn vrij verkeer, en ook op grond van de – betreurenswaardige – overgangsregeling voor de toetreding, beperkingen gelden inzake verblijfsrechten, maar we willen precies van de Commissie weten of deze zijn geschonden.

Eén aspect dat elders nog niet is genoemd – en dat is een zeer gevoelige kwestie, die de Franse regering in staat stelt om de beschuldiging van etnische discriminatie te omzeilen – is dat Frankrijk geen etnische gegevens verzamelt. Toen minister Lalouche tijdens een vergadering waarbij ik aanwezig was, zei dat een op de vier jongeren die in Frankrijk worden gearresteerd, van Roemeense afkomst was, omzeilde hij de uitspraak dat het om Roma ging.

(Spreekster wordt door de Voorzitter onderbroken).

 
  
MPphoto
 

  Catherine Grèze (Verts/ALE). - (FR) Ja, nu is het tijdperk van uitzettingen ook aangebroken voor Frankrijk. Op massale wijze worden mensen het land uitgezet omdat zij tot een bepaalde etnische groep behoren, wat volledig indruist tegen het Europese recht. In het tijdperk van sociaal-sarkozisme ligt er slechts één vraag op de lippen van mijn medeburgers in Frankrijk: “Vandaag zijn het de Roma. Wie is er morgen aan de beurt?” Als we Europees denken, zoals de heer Barroso vanochtend stelde, is het nu tijd om te laten zien dat onze Europese gedachte verder reikt dan alleen de economie.

Morgen moet Europa zijn verleden onder ogen zien en de zigeunergenocide erkennen. Wanneer ik naar een aantal extreemrechtse collega’s luister, loopt er een rilling over mijn rug. Als we willen dat onze minderheden worden gerespecteerd, dat onze waarden worden gerespecteerd, dat het handvest van de grondrechten in het Verdrag van Lissabon wordt gerespecteerd, hoeft u maar één ding te doen: Frankrijk veroordelen.

 
  
MPphoto
 

  Dimitar Stoyanov (NI).(BG) Het probleem van de Roma is enorm in Bulgarije. De honderdduizenden Roma die in Bulgarije leven worden opzettelijk door de zigeunerbaronnen in armoede gehouden. Deze baronnen krijgen de kans om leider te worden van enorme bendes van georganiseerde misdaad, met alle ellende voor andere Roma als gevolg. Elke Bulgaarse burger die het slachtoffer wordt van misdaad van de Roma lijdt hieronder.

Voor de toetreding van Bulgarije tot de EU werd er veel kritiek geuit op de geringe integratiemogelijkheden in ons land door de zwakke economie. Maar wat zien we vandaag? Het machtige Frankrijk, een van de oprichtingslanden en een leidende economie in de EU, is niet in staat om te zorgen voor de integratie van een paar honderd Roma, om maar niet te spreken van de arme economie van Bulgarije, waar honderdduizenden Roma leven. De acties van de Franse regering komen niemand ten goede, zeker niet de Europese Unie. De uitzettingen duiden erop dat er met twee maten wordt gemeten, niet alleen bij Roma, maar bij alle Bulgaarse burgers, wat voor diepe teleurstellingen zorgt. De Bulgaren en de Nationale Aanvalsunie als conservatieve partij verwachten dat er solidariteit wordt getoond bij het oplossen van deze problemen. Het pan-Europese actieplan dat is aangekondigd door de heer Barroso is van essentieel belang, omdat het al een pan-Europees probleem is.

Dank u.

 
  
MPphoto
 

  Monica Luisa Macovei (PPE).(RO) Discriminatie en collectieve uitzettingen zijn verboden. Dat is de wet en die steunen we allemaal, ongeacht tot welke fractie we behoren. De Commissie moet onmiddellijk met een duidelijk en openbaar overzicht van elk geval komen en aangeven wie verantwoordelijk is en welke maatregelen moeten worden genomen.

Elke algemene associatie tussen de Roma als etnische groep en criminaliteit leidt tot racisme en discriminatie. Criminele aansprakelijkheid is individueel en wordt bevestigd op basis van bewijs en procedures.

Ik wil echter wijzen op de verantwoordelijkheid die wij allemaal, inclusief de Roemeense autoriteiten en politici van alle politieke partijen, hebben voor wat we in de afgelopen twintig jaar hebben gedaan en niet hebben gedaan voor deze etnische minderheid. Overigens, voor degenen die dat niet weten, ben ik een Roemeense burger.

We moeten nu onze krachten bundelen, als lidstaten en als Europese instellingen, en uitvoering geven aan de strategie voor de Roma, ongeacht waar ze verblijven.

 
  
MPphoto
 

  Claude Moraes (S&D). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, wat voor dit Parlement essentieel is, zijn de kernpunten armoede en sociale uitsluiting van de Roma en we zullen onze verantwoordelijkheden serieus nemen. Maar niemand twijfelt eraan dat we hier vandaag in het Parlement bijeen zijn en dat de commissarissen en de Raad hier aanwezig zijn om erachter te komen wat de Commissie, de hoedster van de Verdragen, vindt van de Franse collectieve actie – zoals mevrouw Reding het noemde – tegen de Roma.

Als ze uitstel wil en ons in een later stadium op de hoogte wil stellen, prima. Maar we zijn hier niet alleen om te vernemen of u uw besluit ten uitvoer gaat leggen, commissaris, maar ook om te horen wat dat besluit dan is. Als u met een zwakke en verwarde reactie komt op de vraag of er sprake is geweest van een collectieve straf – om het in uw woorden te zeggen – of dat er per geval geoordeeld is, wat op grond van de EU-richtlijn vrij verkeer verplicht is, dan komen we niet verder. We verwachten een antwoord van u.

Als we dat antwoord hebben, dan kunnen we daar ook uit opmaken of andere landen de collectieve straf van een etnische minderheid, een van de grootste in de Europese Unie, wel of niet als precedent mogen gebruiken. Dit is vandaag een essentiële factor voor ons en ik vraag u om specifieker te zijn, om als hoedster van de Verdragen op te treden. Alleen dan kunnen we verder en ons buigen over de Roma-strategie die iedereen in dit Parlement kennelijk wil en die een oplossing moet bieden van de kernproblemen die leiden tot de export van kwesties rond armoede en sociale uitsluiting naar de hele EU.

Maar vandaag hebben we het over uitzettingen. We zijn van mening dat ze onwettig zijn en we vinden uw reactie zwak en verward. Wees specifieker. Wees een hoedster van de Verdragen.

 
  
MPphoto
 

  Marielle De Sarnez (ALDE). - (FR) Ik denk dat deze discussie op twee voorwaarden zinvol kan zijn: als de levensomstandigheden van een bevolkingsgroep, 10 miljoen Roma, die vandaag de dag in extreem precaire omstandigheden leven, er beter van worden, en als iedereen naar aanleiding ervan zijn verantwoordelijkheden kan nemen. Ik ben van oordeel dat iedereen de hand in eigen boezem moet steken, te beginnen met de landen van herkomst, waar een doeltreffender integratiebeleid moet worden gevoerd, want de Roma worden daar te vaak aan hun lot overgelaten en gemarginaliseerd. Daarin moet verandering komen. Dit geldt ook voor de opvanglanden, want de politiek verantwoordelijken, bijvoorbeeld in Italië en nu in mijn eigen land Frankrijk, hebben te vaak de indruk gewekt dat er naar een bepaalde groep werd gewezen, dat een hele gemeenschap werd gestigmatiseerd en tot zondebok werd aangewezen voor alle angsten. Dat is onaanvaardbaar. De Unie mag geen enkel discriminerend beleid tolereren. Tot slot heeft de Europese Unie deze kwestie op het moment van de uitbreiding evenmin weten in te schatten. De Roma zijn in hun dagelijkse bestaan niets opgeschoten met de miljarden die zijn uitgegeven. De verloren tijd moet worden ingehaald. Er moet een uitgebreid integratieplan worden op touw worden gezet waarbij de Commissie, de lidstaten en lokale overheden worden betrokken, die maar al te vaak de eindverantwoordelijkheid hebben voor de opvang van Roma in plaats van de staat. Ik dank u.

 
  
MPphoto
 

  Andrey Kovatchev (PPE).(BG) Allereerst wil ik mijn collega’s ertoe oproepen niet toe te geven aan de verleiding om het debat over het onderwerp ‘Situatie van de Roma in Europa’ te gebruiken voor politieke doelen op de korte termijn en om de aanval te openen op een bepaalde regering in Europa. Dit thema is niet geschikt voor confrontaties tussen partijen. Ik heb geen enkel concreet voorstel gehoord, alleen aanvallen van links. Een langetermijnstrategie, dat is wat we nodig hebben voor de integratie van deze minderheid. Ik verwacht uiteraard dat alle lidstaten de Europese wetgeving in acht nemen en garanderen het beginsel van vrij verkeer van de burgers van de EU volledig toe te passen door zich te houden aan de wettelijke regels en de administratieve vereisten van elke lidstaat. Dit omvat ook gelijke rechten en plichten – met een sterke nadruk op het woord ‘plichten’ – voor elke EU-burger afzonderlijk.

Er is een individuele aanpak nodig. We mogen geen algemene aanpak kiezen en toelaten dat hele bevolkingsgroepen worden bekritiseerd of gestigmatiseerd vanwege hun etnische afkomst of een ander kenmerk van een minderheid. De integratie van de Roma is niet een kwestie die slechts van belang is voor één enkele lidstaat op wiens grondgebied deze minderheid zich over de jaren heen heeft gevestigd. Het is een pan-Europees probleem waar we als zodanig een pan-Europese oplossing voor nodig hebben.

We hebben een strategie nodig die is opgesteld door de Europese instellingen en de EU-lidstaten, alsmede vertegenwoordigers van de Roma-gemeenschap en de burgermaatschappij. Om ervoor te zorgen dat deze strategie meer is dan een paar woorden op een stuk papier, moet zij echter succesvol in de praktijk worden gebracht, en daarvoor hebben we de wil van beide zijden nodig: van de minderheid en de meerderheid. We moeten ons verenigen op basis van onze gemeenschappelijke waarden van tolerantie, vrijheid, veiligheid en solidariteit, zodat we een evenwichtig antwoord kunnen vinden op deze enorme uitdaging waar dit continent voor staat.

Tot slot wil ik niet dat er direct of indirect een verband met Schengen wordt gelegd...

(Spreker wordt door de Voorzitter onderbroken)

 
  
MPphoto
 

  Kinga Göncz (S&D). (HU) De uitzetting van Roma uit Frankrijk werpt vragen op over grondrechten en fundamentele waarden. Hierover is vandaag veel gesproken. Politiek gezien is het misschien nog wel belangrijker dat een kwetsbare en bijzonder arme etnische groepering is gestigmatiseerd en gecriminaliseerd, waardoor het recht op non-discriminatie wordt geschonden, maar ook gevaarlijke tendensen kunnen worden aangewakkerd. President Sarkozy heeft al aanhangers gevonden. In Hongarije heeft de extreemrechtse partij Jobbik het al over intrekking van het staatsburgerschap van Hongaarse Roma en de opsluiting van Roma in kampen. De afgevaardigde van Jobbik in het Europees Parlement spreekt over wijken ter bescherming van de openbare orde en over gedwongen integratie.

De Commissie heeft in de zomer langzame, onzekere en ineffectieve stappen gezet. Ik heb daar een paar vragen over. Wat wenst de Commissie te doen tegen de verspreiding van haatdragende taal en de toenemende uitsluiting op etnische gronden, waardoor Europa steeds verder wordt vergiftigd? Wanneer komt er een omvattende Europese strategie ten aanzien van de Roma, waarmee wordt verhinderd dat de landen het probleem op elkaar afschuiven? En wat wil de Commissie doen om de besteding van Europese middelen te monitoren en dus te onderzoeken of de situatie van de Roma hiermee wel effectief wordt verbeterd?

 
  
MPphoto
 

  Luigi de Magistris (ALDE). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik vind de beslissing van president Sarkozy zeer ernstig. In een poging binnenlandse politieke problemen te verhullen – zoals eerder al in Italië is gebeurd – probeert hij wederom steun terug te winnen door vreemdelingen en immigranten te criminaliseren, waarbij hij inspeelt op de angst van burgers over de sociale veiligheid.

Voordat Europa het Europa van markten wordt, moet Europa het Europa van rechten, het Europa van solidariteit en het Europa van integratie zijn. Daarom werd de verklaring van president Sarkozy direct gevolgd door de ingrijpende verklaring van de Italiaanse minister van Binnenlandse Zaken, die de methode van Sarkozy wil overnemen en ook wil toepassen op EU-burgers door degenen die geen inkomen en geen dak boven hun hoofd hebben, uit te zetten.

Dus in plaats van integratiebeleid te bevorderen, waarmee maatschappelijke ongelijkheid wordt teruggedrongen en wordt gestreefd naar het verenigen van mensen, probeert men wederom mensen te criminaliseren. Dat is een ernstige zaak, omdat immigranten en vreemdelingen, die worden gezien als randfiguren van de maatschappij, nuttig zijn als men ze nodig heeft, bijvoorbeeld als zwartwerkers, oftewel als er wel taken voor hen zijn, maar geen rechten. Als een vreemdeling, een Roma of een immigrant een strafbaar feit pleegt, wordt hij gestraft, maar dat mag geen voorwendsel zijn waarmee ingrijpende uitzettingen worden goedgepraat.

De Commissie moet iets doen, als zij een Europa van solidariteit, gelijkheid en vrijheid wenst.

 
  
MPphoto
 

  Mario Mauro (PPE). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, zoals ik vanochtend al zei tijdens een ander debat, zou ik graag willen dat we elkaar helpen om onze uitspraken serieus te nemen.

Als het waar is dat de Franse regering zich antidemocratisch gedraagt – zoals onze socialistische en liberale collega’s beweren – en als het waar is dat de Commissie zwak is of zelfs medeplichtig aan dit gedrag – zoals mijn collega, de heer Swoboda zei –, waarom werd de heer Swoboda dan gesteund door de leden van de Commissie uit de socialistische en de liberale hoek? En waarom stappen deze commissarissen dan niet op, zodat de Commissie en de regeringen met hun verantwoordelijkheden worden geconfronteerd?

Maar als het allemaal propaganda is, dan is het propaganda die wordt gevoerd om niet het hoofd te hoeven bieden aan de kern van het probleem, want de kern van het probleem en de belangrijkste strategie is dat alles draait om de mens. De Roma-burger is een mens, onze armen zijn mensen, want de problemen bij de integratie concentreren zich in de buitenwijken en drukken zwaar op de armste bevolkingsgroepen; al deze mensen hebben behoefte aan strikte regels.

Wat moeten wij eisen, wat heeft de Franse regering geëist? Dat de richtlijnen van de Europese Unie, die wij in dit Parlement hebben goedgekeurd, worden toegepast en dat er strikte regels worden gesteld zodat er voor onze burgers een mooie toekomst in het verschiet ligt.

 
  
MPphoto
 

  Rita Borsellino (S&D). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer Chastel, commissaris, dames en heren, het besluit van de Franse regering om meer dan duizend Roma uit te zetten is een zeer ernstige zaak, vooral als we bedenken dat deze maatregel is genomen om propagandistische en populistische redenen, op een moment waarop de Franse regering er in de publieke opinie zeker niet goed voorstaat en dat is je reinste politieke manipulatie.

Met deze maatregel wordt in de eerste plaats het beginsel van Europees burgerschap geschonden. Volgens de bepalingen in Richtlijn 2004/38/EG betreffende het recht van vrij verkeer, mogen er wat dit beginsel betreft alleen restricties worden opgelegd in bijzondere gevallen en deze restricties moeten van geval tot geval worden bekeken. Ik denk niet dat dit is gebeurd.

Het is de taak van de Commissie om, als hoedster van de verdragen, snel in te grijpen en gedrag van lidstaten dat xenofoob is of indruist tegen de communautaire regelgeving, aandachtig onder de loep te nemen. Verder wil ik erop wijzen dat het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie bindend is geworden met de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon, en dit handvest verbiedt iedere discriminatie op grond van etnische afkomst of nationaliteit.

Het debat van vandaag biedt ons de mogelijkheid om te weten te komen wat de Commissie en de Raad van deze maatregelen vinden en wat zij ertegen gaan doen, niet in de laatste plaats omdat ik eerlijk gezegd vind dat de Commissie een beetje laat in actie is gekomen.

Ter afsluiting vraag ik de Commissie en de Raad hoe het staat met het actieplan ter ontwikkeling van een Europese strategie ten gunste van de Roma en hun integratie en op welke manier Frankrijk en de andere lidstaten gebruik maken van het geld van Europa dat bestemd is voor de integratie van etnische minderheden.

 
  
  

VOORZITTER: LÁSZLÓ TŐKÉS
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 

  Jean-Pierre Audy (PPE). - (FR) Mevrouw de vicevoorzitter van de Commissie, mijnheer de commissaris, geachte collega’s, ik ben verbijsterd over de hypocrisie van een aantal sprekers die ik zojuist heb gehoord en ik wil u zeggen dat Frankrijk het recht toepast. Wij hebben geen discriminerend beleid, wij erkennen overigens zelfs geen minderheden. De Republiek is één en ondeelbaar. Wij nemen individuele beslissingen onder toezicht van een rechter, en dat blijkt ook uit de besluiten. Mevrouw de commissaris, ik dank u dat u hierop hebt gewezen. Maar het Franse volk heeft voor veiligheid gekozen. Frankrijk is mild en edelmoedig voor personen die legaal in het land verblijven. We bestrijden personen die zich illegaal in Frankrijk ophouden en het Franse volk accepteert geen illegaliteit. Natuurlijk bestaat er vrij verkeer. Dit vrije verkeer is uiteraard van toepassing op voorwaarde dat burgers de openbare orde niet verstoren en dat zij na drie maanden over voldoende bestaansmiddelen beschikken. Maar vrijheid, titel II van het handvest van de grondrechten, en veiligheid zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Er kan geen sprake zijn van vrijheid zonder orde, want vrijheid zonder orde is anarchie. In dergelijke situaties vragen alle politiek verantwoordelijken van lokale overheden overigens om politieoptreden. We moeten nu een groot Europees integratieplan opstellen. President Băsescu wil dit ook, ter bestrijding van maffioze organisaties en mensensmokkel. We moeten een oplossing vinden voor onderwijsproblemen, zorgen voor betere toegang tot gezondheidszorg, de politieke vertegenwoordiging van Roma waarborgen, en wij reiken een hand uit voor een gemeenschappelijke resolutie. Het zou jammer zijn als er geen gemeenschappelijke resolutie zou zijn ter veroordeling van Frankrijk. We missen een politiek moment en ik hoop dat we donderdag tot deze gemeenschappelijke resolutie kunnen komen.

 
  
MPphoto
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D). (SK) Minister, commissaris, heel hartelijk bedankt voor uw redevoeringen. Uit deze redevoeringen blijkt echter heel duidelijk dat u geen idee hebt wat er gebeurt in Roma-nederzettingen in de Europese Unie en in lidstaten van de EU.

Wat er in Frankrijk is gebeurd, is nog maar het topje van de ijsberg en het besluit dat de heer Sarkozy heeft genomen is niet het eerste besluit van die strekking door een Europees staatsman. Dergelijke besluiten zijn in andere landen ook al genomen. Ze zijn in Groot-Brittannië en in Italië genomen en ze zullen zeker in de toekomst nog vaker worden genomen. Het is overduidelijk dat de Commissie niet adequaat heeft gereageerd en niet wij als socialisten maken hier een politieke kwestie van, maar uw eigen fractie, die niet wil inzien dat zoiets onaanvaardbaar is in de Europese Unie.

Commissaris, als we de kwestie van de Roma echt willen oplossen, moeten we ophouden met het uitspreken van de lege woorden en zinnen die we hier nu al jaren uitwisselen. Het is nodig dat we een echt grondige analyse uitvoeren en deze situatie oplossen in samenwerking met de Roma en niet alleen met de intellectuelen binnen de Roma-gemeenschap, die vaak een heel ander idee hebben over hoe de Roma leven, maar rechtstreeks met vertegenwoordigers van de nederzettingen waarover ik het heb gehad.

 
  
MPphoto
 

  Sergio Paolo Francesco Silvestris (PPE). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, wat hebben we vandaag veel algemeen verbreide misvattingen over de evaluaties voorbij horen komen. Deze evaluaties worden helderder als we naar de rechten kijken; naar het recht om niet uitgezet te worden – waar we allemaal achter staan – maar ook naar het recht van kinderen om onder fatsoenlijke omstandigheden te leven en te leren.

Als ik mijn zoon zou dwingen om dagenlang in een wandelwagentje op een kruispunt te zitten, blootgesteld aan de zon en de regen, en als ik hem liet eten tussen de uitlaatgassen van overheidsauto’s, dan zou de rechtbank mij mijn zoon afnemen. Als een lidstaat in actie komt tegen dergelijke situaties, die worden veroorzaakt door etnische minderheidsgroepen, dan wordt er geroepen dat er sprake is van racisme.

In artikel 7 van Richtlijn 2004/38/EG is bepaald dat het verblijfsrecht voor meer dan drie maanden wordt toegekend aan iedereen die staat ingeschreven bij een onderwijsinstelling om een opleiding te volgen. Maar we kunnen geen vingerafdrukken nemen van kinderen. Dat betekent dat we ze niet kunnen identificeren als er één zich op een dag op school meldt bij het afroepen van de presentielijst, en er de volgende dag een ander komt die zegt: ‘Nee, dat ben ik’. De presentielijsten op school kunnen beter met geluiden worden afgeroepen en niet met namen, want als je kinderen identificeert, ben je een racist.

Er schuilt een vrij merkwaardige logica achter het feit dat we het recht om niet uitgezet te worden, moeten respecteren, maar niet het recht op een fatsoenlijk leven, dat we door ons in te zetten ook moeten garanderen aan de communautaire etnische minderheden die aanwezig zijn in ons Europa.

 
  
MPphoto
 

  Juan Fernando López Aguilar (S&D). - (ES) Mijnheer de Voorzitter, deze ochtend tijdens het debat over de staat van de Unie is het duidelijk geworden dat er een groeiende kloof bestaat tussen de Europese instellingen en de burgers. Dat is een politiek probleem en bovendien een Europees probleem. Het toont aan dat je geen Europa verkrijgt met een interne markt en een eenheidsmunt, maar wel met burgerschap, grondrechten en een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht.

Dat betekent dat het gebrek aan sociale integratie van een minderheid, die objectief gezien wordt uitgesloten, niet het probleem is van het land waarin de situatie zich voordoet, en evenmin het probleem is van die landen, zoals Spanje, waar de Roma-bevolking zich in grote mate geïntegreerd heeft.

Het is een Europees probleem en daarom bestaat er, los van de het juridische antwoord dat in de eerste plaats de verantwoordelijkheid is van de Commissie en in laatste instantie van de rechtbanken, een politieke procedure die de verantwoordelijkheid is van dit Parlement. Het Parlement moet eerst en vooral duidelijk zeggen dat een collectieve uitwijzing op etnische grond tegenstrijdig is met ons streven naar het opbouwen van een gevoel van Europees burgerschap. Ten tweede, moet het Parlement duidelijk maken dat de regeringen van de lidstaten die hun problemen met opiniepeilingen op een populistische manier proberen op te lossen door een zondebok te zoeken, hiermee ingaan tegen het belang van de Europese Unie en tegen de noodzaak van een Europees burgerschap. Tot slot, moet het Parlement na elke neerbuigende uitlating de boodschap de wereld insturen dat de regeringen die geen belang hechten aan de mening van de Europese Instellingen omdat ze liever luisteren naar de opiniepeilingen, in conflict zullen komen met het Parlement, de Commissie en alle Europese instellingen in hun geheel.

 
  
MPphoto
 

  Jan Mulder (ALDE). - Mijnheer de Voorzitter, vrijwel iedere spreker heeft gezegd dat overal in de Europese Unie in gelijke mate recht moet worden gesproken, en de Commissie heeft gezegd dat Frankrijk in het geval van de uitzetting van de Roma nog een aantal vragen moet beantwoorden. Mijn vraag aan de Commissie is: is er een termijn gesteld aan Frankrijk waarbinnen die vragen beantwoord moeten worden. Wanneer zegt de Commissie: "nu moet u een duidelijk antwoord geven"? En in vervolg daarop: wanneer kan de Commissie wel een duidelijke positie innemen?

Dan het punt van de grote hoeveelheid fondsen die worden besteed aan de integratie van de Roma. De commissaris van sociale zaken heeft een aantal voorbeelden genoemd en een van de voorbeelden die hij noemde was, als ik het goed begrepen heb, een geslaagde dialoog met de Roma in Hongarije. Naar mijn idee hoeft een dialoog niet zo veel geld te kosten. Zijn er geen betere voorbeelden te noemen van geslaagde integratieprojecten dan de dialoog die begonnen is in Hongarije?

 
  
MPphoto
 

  Ulrike Lunacek (Verts/ALE).(DE) Mijnheer de Voorzitter, commissaris Reding, ik ben nu sinds een jaar lid van het Parlement en ik heb u leren kennen als iemand die strijdt tegen allerlei vormen van discriminatie, en tot nu toe vond ik dat u terecht commissaris voor de grondrechten bent geworden. Na uw toespraak van vandaag, na uw uitlatingen van de afgelopen weken, na uw aarzelende aanpak van wat er in Frankrijk gebeurd is – de massale deportatie van Roma – ben ik zeer teleurgesteld. Ik ben het eens met vele sprekers die vinden dat dit een schandaal is.

Enerzijds vertelt u dat de Franse regering u heeft meegedeeld dat er geen gerichte actie heeft plaatsgevonden waarbij de grondrechten geschonden zijn. Anderzijds hebt u daarna gezegd dat u er op zult letten dat ook Frankrijk zich aan het Europese recht houdt. Dat betekent toch dat Frankrijk het Europese recht deze keer heeft overtreden? Waarom zegt u dat dan niet in alle duidelijkheid?

Er is al gezegd dat de Commissie altijd op de bres staat voor de vrijheid van de markt. Ik verwacht van u dat u het recht van alle Europese burgers op vrije vestiging en op vrij verkeer van personen even duidelijk verdedigt, en dat u zich niet klein laat krijgen.

 
  
MPphoto
 

  Jaroslav Paška (EFD). (SK) De landen van Oost-Europa, waarin grotere Roma-minderheden zijn, worden vaak bekritiseerd omdat ze onvoldoende voor de Roma zouden zorgen. Deze algemene kritiek wordt echter niet gevolgd door concrete voorstellen voor mogelijke manieren om de Roma op een beschaafde en ontwikkelde manier in de meerderheidssamenleving te integreren.

De huidige uitzetting van honderden Roma uit Frankrijk naar hun land van herkomst laat zien dat de manier van leven van de geïmmigreerde Roma-families, hun waardestelsel en hun relatie met de meerderheidssamenleving zelfs niet worden begrepen in een land met zoveel ervaring met het integreren van immigranten uit vrijwel de hele wereld.

Ik wil geen oordeel vellen over het besluit van de Franse regering. Ik weet echter wel dat dit het probleem van de Roma niet zal oplossen. Maar het zou een startmechanisme kunnen zijn voor een nieuw gemeenschappelijk proces in de Europese Unie en de lidstaten om te komen tot een alomvattende en intensieve oplossing voor dit probleem. De Europese Unie moet hier echter een leidende rol in nemen, want de afzonderlijke lidstaten benaderen dit probleem met een zekere mate van egotisme.

 
  
MPphoto
 

  Franz Obermayr (NI).(DE) Mijnheer de Voorzitter, president Sarkozy wordt ervan beschuldigd dat hij aan politiek activisme doet om de aandacht af te leiden van de Franse problemen, maar deze onfortuinlijke uitzetting van Roma toont aan dat er grote problemen bestaan. In honderden nederzettingen wonen Roma geïsoleerd in een parallelle wereld, en komen vaak in de criminaliteit terecht. De buurtbewoners zijn natuurlijk bezorgd en bang.

We mogen ook niet vergeten wat de aanleiding voor dit geval is geweest. Vijftig vermomde Roma hebben de Franse politie aangevallen, dat is geen peulenschil. Het vrij verkeer van personen voor burgers van de EU mag niet als voorwendsel worden gebruikt. Ik zou er ook op willen wijzen dat vooral Roemenië een royaal naturalisatiebeleid voert, en heel gul paspoorten verstrekt, vooral aan Roma, maar ook aan leden van de Moldavische maffia.

Het is natuurlijk niet normaal dat we in de EU aan de ene kant een volledig vrij verkeer van personen willen bereiken, dat is de mobiliteit die meerdere sprekers vandaag al hebben geëist, terwijl aan de andere kant links en rechts paspoorten en het staatburgerschap worden weggeven, waardoor we de controle verliezen over wie Europa binnenkomt.

 
  
MPphoto
 

  Roberta Angelilli (PPE). – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, dit is niet de eerste keer dat we een debat houden over de Roma. Er zijn veel goede bedoelingen, maar de uitkomsten zijn eerlijk gezegd onbevredigend. We zijn uiteraard allemaal in grote mate verantwoordelijk en we zouden in dit geval kunnen zeggen: wie wat betreft de integratie van de Roma zonder zonde is, werpe de eerste steen.

Toch wil ik de Commissie bedanken voor het nieuwe beleid dat zij vandaag uiteen heeft gezet; ik had graag een verdiepend debat over deze onderwerpen gevoerd, maar dat was niet mogelijk. We hebben het gebruikelijke schouwspel gezien en wat ik nog het ergste vind is dat de Roma vanwege politieke doeleinden worden gebruikt om een ideologie uit te dragen, zoals vandaag de dag gedaan wordt door links. Datzelfde links heeft jarenlang op nationaal en lokaal niveau geregeerd en heeft het laten gebeuren dat de Roma in smerige barakkenkampen bleven wonen, waar kinderen gedwongen worden te bedelen en niet naar school gaan, enzovoort.

Dus, mijnheer Swoboda, toen links regeerde, werd daaraan geen aanstoot genomen en heb ik geen enkel verontwaardigd woord gehoord toen deze feiten zich voordeden. Ik doe een oproep aan de Voorzitter: laten we de volgende keer een echt debat voeren over beleid, programma’s en feiten.

 
  
MPphoto
 

  Vasilica Viorica Dăncilă (S&D).(RO) Ik heb de maatregelen gezien en de verklaringen gehoord die zijn gebruikt om een etnische groep te stigmatiseren. Ook heb ik de verklaringen gehoord die een negatief beeld van een land of een volk geven, iets wat recht tegen de Europese geest en de Europese beginselen ingaat en leidt tot populistische en xenofobe opvattingen die de Europese beginselen ondergraven.

We mogen niet toestaan dat vooroordelen tegen de Roma worden gebruikt voor politieke doeleinden. We mogen niet accepteren dat er eersteklas- en tweedeklasburgers in de Europese Unie bestaan. Het doel van de coördinatie op EU-niveau moet zijn om de situatie van de Roma te verbeteren en niet om de rechten van burgers in te perken.

De twaalf miljoen Roma, zigeuners, kampbewoners of Romani, zoals ze in hun landen van herkomst worden genoemd, zijn een gemeenschappelijk probleem waarvoor gemeenschappelijke oplossingen moeten worden gevonden. Ik vind het onaanvaardbaar dat er een verband wordt gelegd tussen de kwestie van de Roma en vraagstukken die gerelateerd zijn aan Schengenvisa of de toetreding van Roemenië en Bulgarije.

 
  
MPphoto
 

  Rui Tavares (GUE/NGL).(PT) Het was een beetje beschamend om in de ochtend de voorzitter van de Commissie de kwestie te zien ontwijken, maar ik moet zeggen dat het deze middag werkelijk belachelijk was. Het eerste wat de commissaris voor de Grondrechten ons zegt is dat er gesproken wordt van misdaad. Mevrouw de commissaris, uw portefeuille behelst “Grondrechten”. Ik heb het bestaan van uw portefeuille altijd in grote mate verdedigd en het doet mij deugd te zien dat u zoveel energie eraan wijdt. Echter, ik herken mevrouw de commissaris niet in deze rol.

Terwijl wij dit onderwerp aansnijden, worden ondertussen de grondrechten van de inwoners van Europa, het recht op vrijheid van verkeer, maar ook het recht op non-discriminatie, geschonden. Het beginsel van de verdragen wordt geschonden en zelfs de geschiedenis van deze Unie wordt niet gerespecteerd. Niet alleen de geschiedenis van de tweede wereldoorlog, maar ook die van de jaren 90.

We dienen ons te herinneren wat we gezegd hebben tegen Roemenië en Bulgarije toen zij wilden toetreden tot de Europese Unie. We zeiden: jullie mogen toetreden op voorwaarde dat jullie geen minderheden vervolgen, geen etnische zuiveringen doorvoeren en de grondrechten respecteren. Zij zijn inmiddels toegetreden en worden geconfronteerd met het feit dat de centrale en meest machtige landen van de Europese Unie zonder enige problemen en zonder enige opmerking vanuit de Europese Commissie datgene toepassen waarvan wij tegen Roemenië en Bulgarije gezegd hebben dat zij dat het hoofd moesten bieden alvorens te mogen toetreden tot de Europese Unie.

 
  
MPphoto
 

  Viviane Reding, vicevoorzitter van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, er is heel veel gezegd en er is veel polemiek. Ik zal niet op dezelfde manier antwoorden; we moeten kalmeren en stilstaan bij de reden waarom we hier zijn – namelijk om de problemen op te lossen en niet om meer problemen te creëren. Eén concrete vraag die werd gesteld, was: wie was er aanwezig bij de top in Córdoba met de vertegenwoordigers van de Roma? Het antwoord is László Andor en ikzelf, twee Spaanse ministers, een Franse staatssecretaris en een Finse minister. Dat was alles van de 27 regeringen.

Als u in de beschikbare documenten leest wie hoeveel geld besteedt aan de Roma-bevolking, dan zal het u duidelijk worden dat onze regeringen, over het geheel genomen, geen fondsen benutten om te investeren in een beter leven voor de Roma-bevolking, maar het is aan mijn collega, László Andor, om daar meer over te zeggen.

Ik zal reageren op de interventie van de heer Swoboda, omdat hij dezelfde toon bezigde als veel leden van het Europees Parlement. Ik ben verbijsterd, omdat we dezelfde waarden en dezelfde beginselen delen en als ik kijk naar de resolutie van de Socialistische Partij, zie ik dat er woord voor woord wordt gekopieerd wat ik in augustus namens de Commissie heb gezegd. Ik citeer wat ik toen zei: “Ik betreur het dat... de retoriek die de laatste weken in een aantal lidstaten te horen is geweest, openlijk discriminerend en voor een deel opruiend was. De situatie van de Roma is een ernstige zaak. Deze moet niet alleen in augustus op de agenda staan, maar het hele jaar, en beleidsmakers dienen er zorgvuldig en op verantwoorde wijze mee om te gaan. Nationale beleidsmakers dienen een belangrijke rol te spelen door zowel de openbare orde als de sociale integratie van alle Europeanen die ervoor kiezen op hun grondgebied te wonen, te garanderen. Europa is namelijk niet alleen een gemeenschappelijke markt – het is tevens een Gemeenschap van waarden en fundamentele rechten. De Europese Commissie zal daarvoor waken.”

Dat was dus de officiële verklaring van de Commissie. De Commissie weigert de Roma-kwestie echter zwart-wit te bekijken en er een partijpolitieke kwestie van te maken.

Net als u heb ik de retoriek die niet alleen in Frankrijk maar ook in diverse andere lidstaten werd gebezigd, duidelijk veroordeeld. Net als u geloof ik dat vrijheid van verkeer een van de basisvrijheden van onze Europese Unie is. De hele Commissie staat hierachter.

Maar er zijn niet alleen maar rechten. Er zijn ook plichten en de Commissie heeft de plicht om deze rechten en plichten, die niet door ons waren ingediend maar waartoe dit Parlement in 2004 in het belang van de kiezers heeft besloten, op elkaar af te stemmen. Om de rechten en plichten daadwerkelijk op elkaar te kunnen afstemmen hadden we dagelijks contact met de Franse autoriteiten. We hebben de zaak uiteengezet en daarom zijn de ministers naar Brussel gekomen voor een zeer openhartige en duidelijke discussie met de Commissie. Ik heb u verteld wat de ministers de Commissie verteld hebben.

Tegelijkertijd zijn onze juridische diensten nog steeds bezig te analyseren wat de feiten in de praktijk zijn, omdat we een lidstaat niet zomaar de oorlog kunnen verklaren. Er zijn regels om te analyseren wat een lidstaat heeft gedaan en ik heb heel duidelijk aangegeven dat deze analyse nog niet is afgerond en dat we nog niet alle bewijs hebben om aan te tonen of er wel of niet sprake was van discriminatie en of, na een beoordeling per geval, de procedurele garanties zijn toegepast, met een gerechtvaardigde schriftelijke beslissing en met een maand de tijd om te vertrekken.

Dit alles wordt nog steeds geanalyseerd. We weten – en dat zijn harde feiten – dat Frankrijk de bepalingen inzake de procedurele garanties van de richtlijn vrij verkeer uit 2004 niet ten uitvoer heeft gelegd en het zijn nu precies die procedurele garanties waar we het over hebben, dus heeft de Commissie het dossier onder handen genomen. Daarom heb ik vandaag namens de Commissie juist over deze kwestie een brief aan de Franse autoriteiten gestuurd. U kunt er zeker van zijn dat ik zal handelen indien er juridisch bewijs is met betrekking tot Frankrijk of enig ander land – en u weet uit het verleden dat ik soms ook beschuldigingen inbreng tegen “grote” landen en dat ik normaal gesproken door de rechter in het gelijk wordt gesteld, maar om door de rechter in het gelijk te worden gesteld, moeten er wel serieuze gronden zijn; je kunt niet zomaar wat partijpolitieke uitspraken doen. De Commissie is een serieuze organisatie die zich aan de regels dient te houden en dat is precies wat de Commissie doet en wat zij zal blijven doen.

Eén ding betreur ik. We moeten ons niet laten meeslepen door de partijpolitieke opwinding zoals die normaal is in de politiek. Wat ik betreur is dat we het zo weinig hebben gehad over het lot van de Roma, terwijl we om die reden hier zijn.

We hebben gecommuniceerd en we hebben een actieplan opgesteld. We hebben de Roma-platforms gehad. We hebben allerlei maatregelen tot onze beschikking. Waarom worden die maatregelen niet toegepast? We hebben te maken met de armoedeval en de kwestie discriminatie. U dient de Commissie te helpen de lidstaten ertoe aan te zetten om die maatregelen toe te passen. Het geld is beschikbaar, maar het wordt niet gebruikt om het probleem op te lossen.

Hoe komt dat? Welnu, persoonlijk heb ik het idee dat het wellicht komt doordat het in onze lidstaten niet erg populair is om EU-geld in de Roma-gemeenschap te investeren. Ik hoop dat ik het mis heb en dat de vijf maatregelen die ik heb voorgesteld in de toekomst tot veranderingen zullen leiden. Ik reken hierbij op de hulp van het Parlement want met alleen de hulp van de heer Andor krijg ik dat niet voor elkaar.

Ik heb uw hulp nodig, maar niet in de vorm van partijpolemiek. Ik heb uw hulp nodig om concrete actie te kunnen ondernemen om de problemen op te lossen en te boven te komen.

 
  
MPphoto
 

  Anna Záborská (PPE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, wij hebben zojuist over een uiterst belangrijk onderwerp gedebatteerd. Niettemin hebben meer dan tien collega’s zich hierover niet kunnen uitspreken. Ik stel dan ook voor dat de Voorzitter weldra de mogelijkheid heeft om het programma te wijzigen en de discussies voort te zetten, zodat al onze collega’s in de gelegenheid worden gesteld om deel te nemen aan een debat van dergelijke betekenis.

 
  
MPphoto
 

  Hannes Swoboda (S&D). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik zal het kort houden. Ten eerste, commissaris, hadden we enkele maanden geleden een debat over Roma-kwesties. Het Parlement had op dat debat aangedrongen.

Ten tweede ben ik niet helemaal tevreden, maar wat u zojuist in uw reactie zei, was veel krachtiger en duidelijker dan wat u aan het begin van het debat zei.

 
  
MPphoto
 

  László Andor, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, net als voorheen zal ik ook in de toekomst altijd beschikbaar zijn om Roma-kwesties te bespreken.

Ik zal mijn deel van het antwoord toespitsen op een paar kernpunten. Begin dit jaar, kort na de benoeming van deze Commissie, was mijn eerste officiële bezoek een bezoek aan Parijs voor de openingsconferentie van het Europees Jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting. Ik was zeer onder de indruk van de sfeer en de zeer oprechte intentie van ngo’s en regeringsbeambten om de armoede aan te pakken en samen te werken aan wat we later zouden aanduiden als de Europa 2020-doelstellingen.

Het zou voor zich moeten spreken dat de gebeurtenissen van de afgelopen twee maanden niet waren wat we in februari in Parijs hadden voorzien of nagestreefd. Dit is een teleurstelling voor velen van ons en ik heb begrip voor het deel van dit Parlement dat zeer kritisch tegenover deze ontwikkelingen staat.

Maar zelfs als we inzicht hebben in de zeer complexe aard van deze kwesties, denk ik dat we onze aandacht moeten richten op de veel schandelijker situatie in de landen van herkomst van de Roma die nu in zeer moeilijke omstandigheden verkeren nu Frankrijk en andere landen hebben besloten ze uit te zetten. We hebben het over tien miljoen mensen en velen van hen verkeren in een onmogelijke situatie.

Dat deze mensen nooit geïntegreerd zijn, wat ik in een van de verklaringen vandaag hoorde, is niet waar. Het is niet waar dat de Roma cultureel – of anderszins – niet in staat zijn om te integreren met de reguliere samenleving. Ik wijs erop dat het weliswaar een ingewikkelde kwestie is maar dat de meeste Roma vóór 1989 werk hadden. Ze waren heel vaak arm en deden ongeschoold werk, maar ze waren tot op zekere hoogte geïntegreerd in de arbeidsmarkt en konden in hun basisbehoeften voorzien.

We zullen heel goed duidelijk moeten maken dat de economische overgang ook tot ontwrichting heeft geleid. De Roma werden duidelijk het grootste slachtoffer van deze overgangsperiode. Als we daar geen oog voor hebben, zullen we nooit beseffen waaruit het huidige probleem is voortgekomen en hoeveel inspanningen er nodig zijn. Dit moeten Europese inspanningen zijn omdat de betrokken landen over onvoldoende middelen, energie en betrokkenheid beschikken om de problemen alleen te lijf te gaan.

De veronderstelling – of beschuldiging – dat de Commissie nu pas heeft gemerkt dat dit geld – het Sociaal Fonds en de Structuurfondsen – deels niet op zijn plaats komt en niets oplevert, wijs ik categorisch af.

We hebben daar in Córdoba heel openhartig over gesproken en daar was ook George Soros bij betrokken. We hebben er tijdens de parlementaire conferentie onder voorzitterschap van de heer Swoboda over gesproken en er komen nog andere bijeenkomsten waar deze kwestie aan de orde zal komen. Tijdens de tweedaagse ESF-conferentie in juni en ook tijdens de conferentie die momenteel in Boedapest gaande is, is ook aandacht geschonken aan deze kwestie. Voor Bulgarije en Slowakije staan volgend jaar vergelijkbare conferenties op het programma. De belangrijkste conferentie, waaraan president Băsescu naar verwachting ook zal deelnemen, vindt in oktober plaats in Boekarest en zal uitsluitend gericht zijn op de vraag hoe de Europese fondsen beter kunnen worden benut om deze problemen aan te pakken.

We hebben, samen met het Parlement, zeer actief gewerkt aan de totstandkoming van de nieuwe microfinancieringsfaciliteit. Een van de voornaamste argumenten voor de microfinancieringsfaciliteit was het feit dat de reguliere financiële sector en zelfs de Europese financieringsfaciliteiten gemarginaliseerde gemeenschappen – en met name de Roma – onvoldoende bereiken en steun bieden.

Maar we hebben een langetermijnstrategie nodig. We moeten er niet van uitgaan dat er een zilveren kogel – een kant-en-klare oplossing – voor dit probleem bestaat, dat het alleen maar een kwestie van een snelle oplossing is. We hebben een langetermijnstrategie nodig. We hebben een strategie voor de lange termijn, namelijk Europa 2020, dat sterk gericht is op de bestrijding van armoede en op streefcijfers. De lidstaten werken aan hun eigen hervormingsprogramma’s. Het is simpelweg onaanvaardbaar als de landen waar grote aantallen Roma wonen, zich binnen het programma ter vermindering van de armoede niet sterk maken voor de Roma-gemeenschappen in termen van werkgelegenheid en, van even groot belang, onderwijs.

Vroegschoolse educatie is van cruciaal belang. Commissaris Vassiliou is in de geest bij al deze discussies aanwezig en zal ook deelnemen aan de door Viviane Reding voorgestelde taskforce wanneer deze is ingesteld. Het begint met vroegschoolse educatie en wordt gevolgd door een goede voorbereiding op deelname aan de arbeidsmarkt. Maar het zal een zware inspanning worden die veel energie kost.

Ik ben het echter eens met iedereen die benadrukt dat we ook de situatie van dit moment serieus moeten nemen en niet alleen maar over integratieplannen voor de lange termijn moeten praten. Er bestaat een risico op toenemend racisme en xenofobie. Zoals de Voorzitter vanochtend in zijn toespraak zei: daar is in de Europese Unie geen plek voor.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Tot slot wil ik graag een subjectieve opmerking maken. Aangezien ik de voorzitter ben van deze vergadering, kan ik niet aan het debat over dit thema bijdragen, maar heb ik mijn commentaar schriftelijk ingediend, omdat ik deze kwestie van zeer groot belang acht.

 
  
MPphoto
 

  Olivier Chastel, fungerend voorzitter van de Raad. − (FR) Mijnheer de Voorzitter, ik zou ter conclusie van dit uiterst interessante debat kort iets willen zeggen. Deze discussie zal zinvol zijn geweest als de integratie van de Roma hierbij baat heeft gehad. Mijns inziens is dat de belangrijkste conclusie van deze voormiddag, en zoals ik zojuist reeds heb gesteld, is deze kwestie regelmatig aan de orde in de conclusies van de verschillende Raadsformaties, waaronder de EPSCO-formatie, waarin steeds een betere integratie van de Roma in de lidstaten wordt beoogd. Uit de verschillende teksten is op te maken hoezeer de Raad zich verzet en uitspreekt tegen stigmatisering van een etnische groep. Het Belgische voorzitterschap heeft er onlangs overigens op gewezen dat integratie een van de grondbeginselen van de Europese Unie vormt en dat deze kwestie een debat verdient op het juiste niveau, waarbij alle betrokken landen met de nodige sereniteit een rol moet worden toebedeeld. Wij hebben uiteraard kennis genomen van de recente besluiten van de Commissie en van de oproep om de Raadsformaties EPSCO-JBZ tegelijkertijd te laten bijeenkomen. Toch spreek ik mij nu niet uit over de vraag of deze oproep navolging verdient. Wel wil ik zeggen dat de EPSCO-formatie in ieder geval deels op deze oproep heeft vooruitgelopen, want de integratie van de Roma staat op de agenda van haar volgende vergadering op 21 oktober.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Tot besluit van het debat zijn er zes ontwerpresoluties(1) ingediend, overeenkomstig artikel 110, lid 2, van het Reglement.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt donderdag, 9 september 2010 plaats.

Schriftelijke verklaringen (artikel 149)

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Băsescu (PPE), schriftelijk.(RO) Ik ben ervan overtuigd dat de problemen waarmee de Roma te kampen hebben niet kunnen worden opgelost door middel van drastische maatregelen. We moeten op verantwoordelijke wijze maatregelen nemen en daar alle Europese landen bij betrekken, hoe moeilijk dat ook moge lijken. Roma zijn Europese burgers en moeten alle grondrechten die door de Europese wetgeving worden gegarandeerd kunnen uitoefenen: het recht om zich ergens te vestigen en het vrije verkeer van personen. De schending van deze rechten in Frankrijk creëert een gevaarlijk precedent en kan op de lange termijn schadelijke gevolgen hebben. Ik ben van mening dat het onze plicht is om te voorkomen dat een bepaalde groep immigranten verdacht wordt gemaakt en wordt gecriminaliseerd, vooral omdat de gerepatrieerde Roma geen strafblad hadden. Ook ben ik van mening dat het uitzetten van Roma van één Europese regio naar een andere, of erger nog, het uitvoeren van collectieve uitzettingen, niet de oplossing is. We moeten gezamenlijke Europese actie ondernemen om deze minderheid te integreren en we moeten een Europese strategie voor de Roma ontwerpen. De prioriteitsgebieden van deze strategie zullen onderwijs, gezondheid en toegang tot de arbeidsmarkt moeten zijn. Het is voor ons van vitaal belang om samen concrete oplossingen te vinden die de sociale insluiting van de Roma bevorderen en die op geen enkele wijze toestaan dat de vertegenwoordigers van deze gemeenschap zich gemarginaliseerd voelen.

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian Silviu Buşoi (ALDE), schriftelijk.(RO) Ik wil benadrukken dat de uitzettingen van Roma door de Franse autoriteiten niet noodzakelijkerwijs in strijd zijn met het Verdrag. Dit moet per geval worden onderzocht, want Europese burgers hebben geen onvoorwaardelijk recht op vrij verkeer, maar oefenen dit recht uit in overeenstemming met Richtlijn 2004/38/EG, waarin de voorwaarden voor hun verblijf duidelijk zijn neergelegd. Bovendien kunnen EU-burgers worden uitgezet om redenen van veiligheid, openbare orde en volksgezondheid. De vraag of deze maatregelen onwettig zijn is alleen relevant als er Roma worden uitgezet die legaal in een land verblijven. Aan de andere kant hebben Roma net als andere Europese burgers zowel rechten als verplichtingen. De oplossing is een doelmatige, samenhangende Europese strategie ter ondersteuning van de sociale integratie van de Roma die erop gericht is om ze in staat te stellen hun plichten als burgers te vervullen. Een ander belangrijk aspect is dat discriminatie moet worden uitgeroeid door de perceptie van de Roma bij mensen te veranderen. Noch Frankrijk, noch de andere lidstaten moeten Roemenië de volledige verantwoordelijkheid laten dragen voor het vinden van een oplossing voor de situatie van de Roma. De misleidende beeldvorming door de media in Frankrijk en de pogingen om de uitzettingen te kapitaliseren voor electorale doeleinden zijn totaal onbehulpzaam. We moeten ons in deze zaak solidair en verantwoord tonen. Ons vermogen om dit te bereiken is een test voor de waarden die de EU al jarenlang uitdraagt.

 
  
MPphoto
 
 

  Corina Creţu (S&D), schriftelijk.(RO) Ik veroordeel de mensenrechtenschendingen die de Franse regering pleegt door collectief Roma uit te zetten volkomen. Helaas is dit model van extremistisch populistisch gedrag dat door Silvio Berlusconi wordt gepromoot ook operationeel in een land dat graag verklaart de thuishaven van de mensenrechten te zijn. Tegelijkertijd moet ik de Europese Commissie erop wijzen dat haar passieve houding tegenover de inbreuk door Frankrijk van de artikelen 14, 27 en 30 van Richtlijn 2004/38/EG inhoudt dat ze zich medeplichtig maakt aan het bestendigen en verergeren van de discriminatie van Europa’s grootste minderheid. De situatie van de Roma verslechtert, zowel door het ontbreken van een gecoördineerd Europees integratiebeleid als door extremistische acties die de Europese waarden compromitteren. Daarom vraag ik de Commissie om krachtig op te treden en een eind te maken aan de collectieve uitzettingen, in overeenstemming met de bevoegdheden die haar krachtens artikel 258 van het geconsolideerde EU-Verdrag zijn toegekend. Anders lopen we het risico dat dit ondemocratische, schandelijke gedrag zich verspreidt, zoals kan worden afgeleid uit de verklaringen van vertegenwoordigers van de Finse regering en de feedback van de informele ministeriële bijeenkomst van gisteren in Parijs.

 
  
MPphoto
 
 

  George Sabin Cutaş (S&D), schriftelijk.(RO) Het is voor iedereen duidelijk dat vrij verkeer binnen de EU een grondrecht is dat voor alle Europese burgers moet worden gegarandeerd. Een ander essentieel recht is om niet het doelwit te zijn van acties die worden ingegeven door het feit dat iemand tot een bepaalde groep behoort, bijvoorbeeld omdat hij of zij van een bepaald geslacht is of tot een bepaald ras behoort, of vanwege de etnische afkomst of sociale omstandigheden van een persoon of het feit dat die persoon een bepaalde taal spreekt of een bepaalde religie aanhangt of bepaalde politieke overtuigingen heeft. Daarom wil ik benadrukken dat de poging om een koppeling aan te brengen tussen de sociale integratie van bepaalde EU-burgers en de toetreding van Roemenië of Bulgarije tot het Schengengebied ongerechtvaardigd en oneerlijk is. De verantwoordelijkheid voor de sociale integratie van de Roma ligt niet alleen bij Roemenië, Bulgarije of Frankrijk, maar bij Europa. Om deze reden ben ik van mening dat de integratie van de Roma voor de EU een prioriteit moet zijn en dat de lidstaten samen met de Europese Commissie moeten zoeken naar gemeenschappelijke oplossingen.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), schriftelijk.(RO) De resolutie van het Europees Parlement over de uitzetting van de Roma uit Frankrijk is een noodzakelijk onderdeel van de strijd tegen de wandaden waaraan rechtse regeringen zich schuldig maken. Met deze resolutie vragen wij om inachtneming van een fundamenteel recht van alle burgers van de Europese Unie, en wel het recht op vrij verkeer en vrije toegang tot de arbeidsmarkt.

Volgens de Franse autoriteiten zijn de Roma vrijwillig teruggekeerd, maar uit talloze verklaringen blijkt iets heel anders. Afgaande op de besluiten van de Franse regering is duidelijk dat ze niet weet om te gaan met een dergelijke situatie. Vanuit politiek oogpunt bekeken lijkt de huidige Franse regering bezig een zondebok te creëren die haar moet helpen om politieke winst te behalen. Frankrijk moet zich nodig herbezinnen op zijn opstelling ten opzichte van immigranten, ongeacht hun nationaliteit of etnische afstamming.

 
  
MPphoto
 
 

  Petru Constantin Luhan (PPE), schriftelijk.(RO) De situatie van Roma die in EU-lidstaten misdrijven plegen mag niet worden beoordeeld op basis van algemene vooroordelen en stereotypen, en al helemaal niet op basis van onaanvaardbare criteria als etnische afkomst of op basis van een collectieve aanpak. Met betrekking tot de situatie van de Roma-gemeenschappen moet de Europese Commissie de lidstaten vragen om samen met hun vertegenwoordigende structuren specifieke maatregelen te nemen die bijdragen aan het oplossen van de problemen van de Roma zoals deze in elke lidstaat op nationaal niveau zijn vastgesteld. Bovendien kan de Commissie een dergelijke aanpak bevorderen door extra middelen uit ongebruikte begrotingslijnen te gebruiken voor dit doel. De sociale integratie van burgers van de Europese Unie heeft niets te maken met en behoort niet tot het toepassingsgebied van het Schengenacquis. Schengen is een gemeenschappelijke ruimte van vrij verkeer en Roemenië voldoet aan de voorwaarden van het communautaire acquis dat van toepassing is op beleidsterreinen als politiesamenwerking, bescherming van persoonsgegevens, visa en controles aan de maritieme en landgrenzen, hetgeen door alle evaluaties van externe deskundigen wordt bevestigd. Dientengevolge heeft Roemenië al bewezen dat het in staat is om de migrantenstromen aan de buitengrenzen van het Schengengebied doelmatig te beheren op basis van de normen die worden gehanteerd door de lidstaten van het Schengengebied die op dit moment met dit probleem te maken hebben.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian-Jean Marinescu (PPE), schriftelijk.(RO) Alle Europese burgers moeten de nationale en Europese wetten naleven. Alle lidstaten moeten hun eigen wetten en de wetten van de EU naleven. De EU heeft 27 lidstaten. De werkelijkheid is dat de Roma een specifiek probleem vormen. Niet alleen omdat ze worden gediscrimineerd, maar ook vanwege hun sociale omstandigheden. De situatie wordt gedicteerd door de algemene economische situatie, maar nog meer door aspecten van hun eigen tradities: ze leiden een nomadenbestaan en hebben een laag onderwijsniveau, waardoor ze weinig beroepskwalificaties hebben. Als we dit specifieke probleem werkelijk willen oplossen, moeten we een Europees beleid ontwerpen en aannemen dat door alle lidstaten wordt uitgevoerd. Dit beleid moet in de eerste plaats gebaseerd zijn op onderwijs. Onderwijs zorgt voor kansen op de arbeidsmarkt, wat een belangrijke bijdrage zal leveren aan de sociale integratie van de Roma.

 
  
MPphoto
 
 

  Katarína Neveďalová (S&D), schriftelijk. (SK) Dames en heren, de situatie van de Roma-minderheid in Europa is echt kritiek. Leden van deze bevolkingsgroep zijn vaak het slachtoffer van aanvallen en zelfs etnische zuivering. Ik wil mij aansluiten bij de kritiek op de recente maatregelen van de Franse regering, die enkele honderden van deze burgers van de Unie heeft uitgezet op grond van verschillende wetsovertredingen. Het feit waar het om gaat is echter dat we geen andere massale uitzettingen kennen van mensen die werden beschuldigd van vergelijkbare wetsovertredingen. De gebeurtenissen in Frankrijk kunnen daarom worden gekenmerkt als etnische zuivering. Mijn vraag is: wie is de volgende? Worden het burgers uit andere minderheidsgroepen of immigranten? We bevinden ons op erg glad ijs in de EU. We hebben zulke maatregelen in het verleden getolereerd in andere lidstaten, namelijk Groot-Brittannië en Italië, en nu gebeurt het weer. We moeten ons onvoorwaardelijk distantiëren van dergelijke maatregelen en de landen die ze nemen streng straffen. Door dit soort maatregelen gaan we met twee maten meten als het om gelijkheid gaat en zullen de Roma aan het kortste eind trekken. We moeten oplossingen vinden voor de huidige situatie. Naar mijn mening moeten we meer investeren in onderwijs voor deze gemeenschap, want dat is de enige manier. Misschien is het te laat om de huidige generatie te redden, maar de toekomstige generaties kunnen we wellicht nog redden.

 
  
MPphoto
 
 

  Alfredo Pallone (PPE), schriftelijk. – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, we moeten een serieus debat op gang brengen dat erop is gericht op Europees niveau een oplossing te vinden voor een probleem dat veel van onze lidstaten treft. Maar dat debat moet op een opbouwende manier worden aangepakt, waarbij pretentieuze standpunten en volksmennerij moeten worden vermeden.

Links Europa blijkt wederom blind voor een noodsituatie zoals die van de Roma, en heeft het hoofd niet willen en kunnen bieden aan deze noodsituatie. Links gebruikt dit probleem om olie op het vuur te gooien en maakt van de noodsituatie een instrument dat wordt gebruikt voor puur propagandistische doeleinden.

Ik ben altijd al een voorstander geweest van een maatschappij waarin mensen worden opgenomen en geaccepteerd, en juist daarom moet iedereen die wil integreren en deel wil uitmaken van een maatschappij, van een land, zich aan bepaalde regels houden. De socialist Tony Blair heeft verklaard dat immigratie en de versmelting van culturen altijd al een verrijking zijn geweest, maar degenen die in een ander land aankomen krijgen te maken met een stelsel van waarden. En deze waarden moeten door iedereen worden gerespecteerd. Daarom bestaan er, alle culturele en religieuze verschillen buiten beschouwing gelaten, bepaalde gemeenschappelijke grondbeginselen, gebaseerd op de rechtstaat, die deel uitmaken van ons collectieve erfgoed en die door iedereen geaccepteerd moeten worden.

 
  
MPphoto
 
 

  Sirpa Pietikäinen (PPE), schriftelijk. (FI) Tot de fundamentele waarden van de Europese Unie horen respect voor menselijke waardigheid, tolerantie en openheid. Ook het vrij verkeer van personen is een van haar steunpilaren. Met het Verdrag van Lissabon wordt het Handvest van de grondrechten juridisch bindend, wat de mensenrechtendimensie van de Europese Unie verder verstekt. De situatie van de Roma in Europa toont aan dat zaken met betrekking tot gelijke behandeling in het dagelijks leven en de implementatie van de grondrechten nog steeds veel te wensen overlaten. Wat de juridische instrumenten op Europees niveau betreft is het probleem onder andere, en ondanks het feit dat het Handvest van de grondrechten bindend is, dat de Europese Commissie niet kan ingrijpen in zaken die, in ieder geval op dit moment, niet onder haar bevoegdheid vallen. De richtlijn betreffende gelijke behandeling van personen, die elke vorm van discriminatie verbiedt en die in de Raad is blijven steken, is naar mijn mening een van de belangrijkste instrumenten ter bestrijding van discriminatie van de Roma en veel andere Europeanen. Er zijn veel kwetsbare groepen, zoals ouderen en seksuele minderheden. Het is belangrijk te waarborgen dat de richtlijn horizontaal dekkend is, zodat zowel actieve als passieve discriminatie op elke grond - zonder mazen of uitzonderingen - wordt verboden. Er is geen plaats voor discriminatie in de geciviliseerde Europese samenleving, met haar respect voor mensenrechten en gelijkheid, waar ieder van ons met gelijke mogelijkheden aan deel moet kunnen nemen. De grondrechten moeten nu meteen worden geïmplementeerd en niet pas over vijf of tien jaar.

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian Dan Preda (PPE), schriftelijk.(RO) De Roma zijn niet alleen de grootste minderheid, maar ook de meest gemarginaliseerde gemeenschap in de Europese Unie. Hun lot zal niet er beter op worden als de strijd tussen links en rechts zich van nationaal naar Europees niveau zal verplaatsen en tot een grotere sociale intolerantie in plaats van tot meer politieke verantwoordelijkheid zal leiden. Wat de Roma nodig hebben, is integratiebeleid op nationaal niveau, ongeacht in welk land ze leven, en Europees optreden wanneer dat beleid op nationaal niveau inadequaat is, zoals dat het geval is bij de behandeling van migrantengemeenschappen. Aan de andere kant moet de deskundigheid van bepaalde ngo’s in Roemenië, Bulgarije, Frankrijk of Spanje modellen van beste praktijken voor regeringen of EU-agentschappen opleveren.

 
  
MPphoto
 
 

  Daciana Octavia Sârbu (S&D), schriftelijk.(RO) Ik wil mij aansluiten bij degenen die de onaanvaardbare maatregelen van de Franse regering tegen de Roma hebben veroordeeld. De Roma zijn de grootste etnische minderheid in de Europese Unie. We hebben het over tien tot twaalf miljoen mensen, meer dan de hele bevolking van België. De problemen van de Roma zijn niet de problemen van één bepaald land: ze zijn problemen van de Europese Unie. Zolang we dit niet goed begrijpen en niet tot ons laten doordringen, zullen alle maatregelen die worden aangenomen gedoemd zijn te mislukken. Het probleem van de integratie van de Roma wordt niet opgelost door gedwongen uitzettingen of door het gebruik van geweld, het geven van bonussen van driehonderd euro of het houden van symposia over culturele diversiteit. Als we dit soort methodes blijven hanteren zullen we tijd en middelen verspillen en zal het probleem alleen maar groter worden, terwijl de Roma steeds armer worden, steeds verder uitgesloten worden en steeds meer in de criminaliteit belanden. We moeten stoppen met het toepassen van hardvochtig methoden en serieus kijken naar de oorzaken van hun gedrag, en daardoor ook naar hun precaire situatie wat betreft onderwijs en gezondheidszorg, een geblokkeerde toegang tot de arbeidsmarkt, discriminatie en ondoelmatige criminaliteitsbestrijding. Met behulp van een duidelijke strategie voor de integratie van deze mensen in de samenleving moeten concrete resultaten op de lange termijn worden behaald. We moeten deze maatregelen samen nemen, zonder dat we de verantwoordelijkheid eindeloos blijven doorschuiven naar andere landen.

 
  
MPphoto
 
 

  Bogusław Sonik (PPE), schriftelijk. – (PL) De Roma of zigeuners, zoals ze vroeger genoemd werden, verdienen net zoveel respect als andere etnische groepen. Het is een volk dat al eeuwenlang in Europa aanwezig is. De rijke cultuur van de Roma heeft de Europese cultuur beïnvloed en dat is het beeld dat we van hen zouden moeten hebben, met hun poëzie, liederen, muziek, kunstnijverheid en traditie van reizen en eeuwige zwerftochten. Er zijn pogingen gedaan om ze uit te roeien, om ze gedwongen te huisvesten en hun gewoonten af te leren en om ze hun tradities en waarden te laten afzweren. Zij gaven niet toe en zijn nog steeds onder ons. De wereld is echter veranderd. De wereld die hen nu omringt, de wereld van carrière maken tegen elke prijs, consumptie, verrijking en succes, verschilt diametraal van hun eigen wereld. Dit plaatst ons en heel Europa voor een uitdaging. De EU moet een doeltreffend steunprogramma ontwikkelen dat deze gemeenschap helpt om zich te ontworstelen aan isolatie en uitsluiting met respect voor haar traditie. De Europese Unie is niet alleen opgericht om ervoor te zorgen dat mensen in vrede kunnen leven en zich kunnen verrijken. Het is ook haar taak om de moeilijkste uitdagingen het hoofd te bieden. Het wil er bij mij niet in dat EU-lidstaten niet in staat zijn om de daadwerkelijke plegers van misdrijven ter verantwoording te roepen en dat zij zich in plaats daarvan tevredenstellen met de algemene verdenking, dat bepaalde groepen een criminele inborst hebben.

 
  
MPphoto
 
 

  Michèle Striffler (PPE), schriftelijk. (FR) De situatie van de Roma in Europa is een probleem dat mij bijzonder bezighoudt, niet als Frans Parlementslid, maar als Europees burger! De Roma zijn voor de overgrote meerderheid Europese burgers. En daarom hebben zij op grond van de verdragen en Richtlijn 2004-38-EG volledig recht op vrij verkeer en op vrije vestiging.

Maar dit recht gaat, net zoals alle rechten, gepaard met plichten! En de wet moet in al haar dimensies door iedereen worden nageleefd! Naar schatting zijn er 11 miljoen Roma in Europa. Het gaat echt om een Europees probleem en mijn fractie heeft eens te meer als enige werkelijk nagedacht over dit onderwerp en een constructieve bijdrage geleverd aan dit debat.

Zo moet er worden bekeken hoe de Europese middelen optimaal kunnen worden ingezet om de Roma beter te laten integreren in hun land van herkomst. Ook dient er op Europees niveau een echte strategie voor de Roma ten uitvoer worden gelegd. De Roma-gemeenschap moet worden betrokken bij het opstellen, de uitvoering en de follow-up van deze strategie.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Sándor Tabajdi (S&D), schriftelijk. – (HU) De afgelopen weken hebben de gebeurtenissen die zich in Frankrijk hebben afgespeeld enerzijds laten zien dat met de vereenvoudiging van het probleem geen duurzame oplossing kan worden bereikt waarmee de situatie van de betreffende personen kan worden verbeterd. De Roma vormen een bijzondere minderheidsgroepering, aangezien ze een dubbele minderheidsstatus hebben. Ze vormen een etnische gemeenschap en de meesten van hen behoren ook nog tot de sociaal achtergestelde groeperingen in de samenleving. Vandaag de dag zijn de Roma nog altijd slachtoffer van discriminatie, marginalisering en segregatie op diverse terreinen van het openbare leven en in de privésfeer. De Roma-gemeenschap is nog steeds geen erkende nationale- of etnische minderheidsgroepering in alle lidstaten en beschikt daarom niet in alle betreffende landen over de rechten die gepaard gaan met deze status. Als gevolg hiervan is hun werkelijke bijdrage aan het openbare leven beperkt en kan deze in veel gevallen slechts op vrijwillige basis plaatsvinden. De maatschappelijke verantwoordelijkheid voor de integratie van Roma-gemeenschappen is asymmetrisch verdeeld tussen de meerderheid in de samenleving en de Roma. De meerderheid in de samenleving moet de Roma zonder assimilatie accepteren en hen steunen als achtergestelde maatschappelijke groepering. Aan de andere kant moeten de Roma de regels accepteren waardoor de hele samenleving wordt bestuurd, en moeten ze meer initiatief ontplooien bij het oplossen van hun eigen problemen. De andere les van de gebeurtenissen in Frankrijk is dat de sociale integratie van Roma-gemeenschappen niet uitsluitend op nationaal niveau kan worden geregeld. Behalve op lokaal, regionaal en nationaal niveau moeten de lidstaten ook binnen Europese kaders samenwerken. Voor deze taak moeten in de begrotingscyclus na 2013 aanzienlijke middelen worden toegewezen uit de structuur- en cohesiefondsen van de EU.

 
  
MPphoto
 
 

  László Tőkés (PPE), schriftelijk. – (HU) Dag in dag uit zijn we getuige van zware kritiek op het beleid van Frankrijk en de strenge maatregelen daarin ten opzichte van Roemeense en Bulgaarse Roma. Van socialistische en liberale zijde wordt staatshoofd Nicolas Sarkozy door enkelen als populistisch, xenofoob en racistisch afgeschilderd, waarbij ze de ongelukkige situatie van de zigeuners die West-Europa binnenstromen voor hun eigen partijpolitieke doeleinden aanwenden. Helaas is de kwestie van de uitgezette zigeuners te politiek geworden. Velen benadrukken het beginsel van vrij verkeer binnen de Europese Unie te eenzijdig en zijn geneigd te vergeten dat niet emigratie of ‘nomadisering’ over het hele continent de oplossing is voor de situatie van de zigeuners uit Oost- en Midden-Europa, maar dat hun lot alleen in hun eigen land op bevredigende wijze kan worden beslecht, met de samenwerking van de lidstaten en de EU.

Met louter propagandistische doelstellingen voor ogen vergeten sommigen ook dat vrij verkeer geen doel op zich kan zijn. Integendeel: het recht om in je geboorteland te blijven en een menswaardig leven te leiden, is een fundamentele universele en Europese waarde, waar ook de grootste etnische en sociale minderheid van Europa recht op heeft. We moeten er dus naar streven dat alle burgers van de Europese Unie zich thuis voelen in hun eigen land en daardoor niet worden gedwongen hun geluk in het buitenland te beproeven. Het antwoord aan het adres van de zogenaamd democratische beschermers van de Roma, wier gedrag grenst aan politiek cynisme, kan misschien het meest treffend worden geformuleerd met de woorden van de winnaar van de Nobelprijs voor de Vrede, Elie Wiesel: per slot van rekening worden de zigeuners niet naar Auschwitz maar slechts naar Roemenië gestuurd.

 
  
MPphoto
 
 

  Traian Ungureanu (PPE), schriftelijk. – Er zijn twee manieren om met de Roma-kwestie om te gaan. De ene is door ons bij onze socialistische en liberale collega’s aan te sluiten en te zeggen: We zijn nu allemaal racisten! Maar dat zou alleen de morele aanmatiging van links maar ten goede komen. De Roma zijn daar niet mee geholpen.

De andere manier is eerlijk omgaan met het werkelijke probleem. We moeten toegeven dat het recht op veiligheid en het recht op vrij verkeer even belangrijk zijn. Verder moeten we de Roma-kwestie niet koppelen aan de toetreding van Roemenië tot de Schengenzone, maar moeten we begrijpen dat Roemenië veel heeft gedaan om het onderwijs en de integratie van de Roma te bevorderen. We moeten de Roemeense ervaring – in samenwerking met andere Europese landen – benutten omdat de Roma-kwestie geen nationaal probleem is, maar een pan-Europese realiteit die vraagt om pan-Europees beleid.

 
  

(1)Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid