Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 8 september 2010 - Straatsburg Uitgave PB

5. Lopende onderhandelingen over de handelsovereenkomst ter bestrijding van namaak (ACTA) (debat)
Video van de redevoeringen
PV
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Aan de orde is de verklaring van de Commissie over de lopende onderhandelingen over de handelsovereenkomst ter bestrijding van namaak (ACTA).

 
  
 

Beste collega's, ik wil graag even uw aandacht voor het volgende. Op de agenda zoals die is goedgekeurd, is voor dit debat geen "catch the eye"-procedure voorzien, maar als er geen bezwaren zijn, stel ik voor om, mits de sprekers zich aan hun spreektijd houden en er aan het einde nog tijd over is, een korte "catch the eye"-sessie in te lassen. Zijn er mensen die hier bezwaar tegen hebben? Uitstekend.

 
  
MPphoto
 

  Karel De Gucht, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, dank u dat ik nogmaals in de gelegenheid krijg om met u over de ACTA-onderhandelingen te praten.

In dit verband wil ik wijzen op de achtergrond van deze onderhandelingen: ACTA is een overeenkomst die van belang zal zijn om het concurrentievermogen van de EU en banen op de wereldmarkt veilig te stellen.

Als we willen dat onze economie concurrerend blijft, zijn we aangewezen op innovatie, creativiteit en merkexclusiviteit. Dit zijn een aantal van onze belangrijkste comparatieve voordelen op de wereldmarkt, en we hebben daarom de instrumenten nodig die ervoor kunnen zorgen dat deze voordelen adequaat worden beschermd op onze belangrijkste exportmarkten.

En dit gaat over kwesties die voor EU-burgers van belang zijn: niet alleen banen, maar ook de veiligheid en gezondheid van de consument.

Ons doel is simpelweg een internationale norm vast te leggen voor de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (IER's) die redelijk, evenwichtig en doeltreffend is, en dus verder gaat dan de huidige WTO-regels over IER's: de Overeenkomst inzake TRIP's. Dit is het uiteindelijke doel waarover we het naar mijn overtuiging allemaal eens zijn.

Afgelopen maart ben ik hier geweest om de belangrijkste beginselen uiteen te zetten op basis waarvan de Commissie aan deze onderhandelingen deelneemt, en heb toen toegezegd om naar het Parlement toe de transparantie inzake deze onderhandelingen te verbeteren. Zoals u kunt opmaken uit de conceptteksten die het resultaat zijn van de onderhandelingen die sinds maart hebben plaatsgevonden, die we u hebben doen toekomen, heeft de Commissie zich aan haar woord gehouden en heeft zij consequent aan deze beginselen vastgehouden. Laat mij deze beginselen nogmaals herhalen:

In de eerste plaats is het doel van ACTA om grootschalige schending van intellectuele-eigendomsrechten met aanzienlijke commerciële gevolgen te bestrijden, en dit heeft niets te maken met het controleren van de inhoud van de laptops of computers van reizigers. Het zal ook niet leiden tot het beperken van burgerlijke vrijheden of tot intimidatie van consumenten. Als sommigen van u daaraan twijfelen, dan zou ik graag uw argumenten willen horen.

Ten tweede gaat ACTA alleen over de handhaving van bestaande intellectuele-eigendomsrechten en omvat de overeenkomst geen bepalingen die het materieel intellectueel- eigendomsrecht wijzigen. De overeenkomst moet minimumregels vaststellen voor de manier waarop innovatoren hun rechten kunnen afdwingen voor de rechtbank, aan de grenzen of via het internet. Zo zal ACTA er bijvoorbeeld voor zorgen dat Europese modeontwerpers, kunstenaars of autofabrikanten hun rechten op adequate wijze gewaarborgd zien wanneer zij met namaak van hun creaties buiten Europa worden geconfronteerd.

Ten derde moet ACTA in overeenstemming blijven met het communautair acquis, met inbegrip van het huidige niveau van harmonisatie van de handhaving van intellectuele eigendomsrechten, de richtlijn inzake e-handel, het regelgevingskader voor de telecommunicatiemarkt en, niet in het minst, de toepasselijke EU-wetgeving inzake gegevensbescherming en privacy. Met ACTA zal er niet via een achterdeur EU-wetgeving worden gewijzigd. Maar wat is dan de toegevoegde waarde, zult u mij vragen. Het antwoord daarop is dat onze wetgeving tot de meest doeltreffende behoort, en dat als andere landen die overnemen, dit onze innovatoren zal helpen.

Ten vierde zullen we ervoor zorgen dat ACTA de toegang tot generieke geneesmiddelen niet zal bemoeilijken. De concepttekst is er nu heel duidelijk over dat ACTA zal niet als basis zal dienen om in te grijpen in de handel in generieke geneesmiddelen.

Voorts zal ACTA in overeenstemming zijn met de Verklaring over TRIP's en volksgezondheid van 2001, terwijl de verplichtingen inzake grenscontroles, wat het gevoeligste punt is met betrekking tot de toegang tot geneesmiddelen, niet zal gelden voor octrooien.

Wat de transparantie betreft, we hebben ons aan ons woord gehouden om het Europees Parlement te informeren, via specifieke vergaderingen hieromtrent na iedere onderhandelingsronde, en dat zullen we ook blijven doen. En overeenkomstig onze toezeggingen krachtens het kaderakkoord hebben we natuurlijk de conceptteksten ook doen toekomen aan het Europees Parlement.

Ik maak ook van deze gelegenheid gebruik om in het kort verslag uit te brengen van de resultaten van de tiende ronde van de ACTA-onderhandelingen die tussen 16 en 20 augustus 2010 in Washington heeft plaatsgevonden.

Ten aanzien van de civiele, douane- en strafrechtelijke hoofdstukken hebben de partijen enige vooruitgang geboekt, maar er bestond bij de partijen nog niet voldoende flexibiliteit om enkele van de meer gevoelige kwesties aan te pakken. Er is ook veel werk verricht aan de algemene en horizontale hoofdstukken (preambule, algemene bepalingen, definities, handhavingspraktijken, internationale samenwerking en institutionele bepalingen) die bijna afgerond zijn.

Maar helaas is het in de laatste twee ronden steeds duidelijker geworden dat een consensus tussen alle huidige partijen bij ACTA slechts kan worden bereikt op basis van de kleinste gemene deler, gezien het scala aan standpunten en praktijken met betrekking tot deze kwestie onder de diverse ACTA-deelnemers. Dit zal ten koste gaan van het ambitieniveau – en de doelmatigheid – van de overeenkomst.

Ten aanzien van de digitale omgeving (internet), een van de meest gevoelige maar ook een van de meest "innovatieve" hoofdstukken van ACTA, werd tijdens de laatste ronde een aanzienlijke stap terug gezet, daar de partijen niet in staat bleken het eens te worden over een gemeenschappelijke regeling voor de vrijwaring van aansprakelijkheid voor providers van internetdiensten.

Dit is ook het geval met het zeer belangrijke hoofdstuk over douanemaatregelen, waar verschillende partijen zich verzetten tegen het verrichten van controles op de uitvoer en doorvoer van inbreukmakende goederen, waardoor er dus niet wordt opgetreden tegen het wijdverspreide internationale verkeer in namaakproducten.

Een ander gebied waarop de besprekingen teleurstellend zijn voor de belangen van de EU betreft de vraag welke intellectuele-eigendomsrechten onder het akkoord zullen vallen. De EU heeft een brede en gevarieerde basis van rechthebbenden. Een landbouwer die producten met geografische aanduidingen produceert, en een textielbedrijf dat ontwerpen creëert zijn ook het slachtoffer van namaak en moeten ook worden beschermd door betere handhavingsregels. Het probleem is dat een aantal van onze partners erop staan dat alleen auteursrechten en handelsmerken het "verdienen" om in ACTA te worden opgenomen. We zijn het daar zeer mee oneens en we zullen er krachtig op aan blijven dringen dat deze offensieve belangen van de EU worden gerespecteerd.

De volgende ronde zal aan het eind van de maand (van 23 september tot 1 oktober 2010) plaatsvinden in Tokyo. Het lijkt erop dat we de eindstrijd beginnen te naderen; de partijen zullen de resterende grote vraagstukken tijdens de Tokyo-ronde moeten oplossen.

Ik blijf ten zeerste overtuigd van het belang om het stelselmatige en wijdverspreide misbruik van Europese intellectuele-eigendomsrechten in de hele wereld aan te pakken, en van de wezenlijke bijdrage die ACTA aan deze doelstelling kan leveren. Daarom blijf ik me inzetten om deze onderhandelingen tot een succes te maken.

Als echter aan het eind van dit proces de EU wordt geconfronteerd met een verdrag zonder veel toegevoegde waarde voor onze rechthebbenden, of met een verdrag dat een onderscheid probeert vast te leggen tussen eerste-categorie en tweede-categorie intellectuele-eigendomsrechten, dan moeten we bereid zijn om onze deelname aan het akkoord te heroverwegen.

 
  
MPphoto
 

  Daniel Caspary, namens de PPE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, waarde collega's, in 2008 werden door de douanediensten in de EU 178 miljoen artikelen in beslag genomen. 20 miljoen van die artikelen waren gevaarlijk. 54 procent van de nagemaakte goederen komen uit China, op het gebied van namaakgeneesmiddelen is India het zwarte schaap.

Door namaakproducten wordt de Europese economie enorme schade berokkend, maar ook kopers ondervinden grote problemen door dergelijke producten. Ik denk bijvoorbeeld aan geneesmiddelen. Net als vele ouders zou ik het afschuwelijk vinden als kinderen die koorts hebben medicijnen zouden krijgen en als gevolg daarvan komen te overlijden omdat wij niet in staat zijn om namaakproducten en namaakgeneesmiddelen doeltreffend aan te pakken. We moeten deze problemen dus uit de wereld helpen.

Voor de Europese Unie is productpiraterij een centraal vraagstuk. We moeten onze industrie en onze consumenten op mondiaal niveau tegen producten die gevaarlijk zijn voor de gezondheid beschermen en economische schade voor het Europese bedrijfsleven voorkomen. Ik ben derhalve verheugd over de onderhandelingen over een Anti Counterfeiting Trade Agreement (ACTA), die in de strijd tegen productpiraterij een grote stap in de goede richting betekent. We beseffen dat deze overeenkomst niet alle problemen rond productpiraterij zal oplossen, maar in elk geval gaat het om de eerste internationale overeenkomst waarmee een reeks landen de strijd met het probleem van productpiraterij aanbindt, en ik hoop dat zoveel mogelijk andere landen zich hierbij eindelijk zullen aansluiten.

Onze fractie is ingenomen met de goede samenwerking tussen de Commissie en het Parlement sinds onze resolutie van dit voorjaar, en wij betreuren dat het Parlement zijn toevlucht tot deze resolutie moest nemen. Dankzij de regelmatige verslagen van de Commissie konden we ons in de afgelopen maanden echter een beeld vormen van de onderhandelingen. Ik feliciteer de onderhandelaars met de successen die zij recentelijk hebben weten te behalen. Want ook de critici van de ACTA-overeenkomst hebben inmiddels steeds meer moeite om nog negatieve punten in de overeenkomst te vinden. Het vraagstuk van controlemaatregelen aan de grenzen in het geval van inbreuken op octrooien, en in verband daarmee de bezorgdheid met betrekking tot de handel in generieke geneesmiddelen, is van de baan. De three strikes-benadering en het doorzoeken van de bagage van de bagage van reizigersbagage is van de baan. De wettelijke aansprakelijkheid van aanbieders van internetdiensten is van de baan, terwijl de overeenkomst in lijn schijnt te zijn met het acquis communautaire. Volgens mijn zijn we op de goede weg.

Ik zou de Commissie evenwel willen verzoeken het been stijf te houden om de belangen van de Europese Unie te beschermen. Zo sta ik achter het initiatief om octrooirechten en geografische oorsprongsaanduidingen en ook inbreuken op octrooirechten op te nemen in het civielrechtelijke deel van de overeenkomst. Ik ben ervan overtuigd dat onze Parmaham, Tiroolse bergkaas en Champagne evenzeer beschermd moeten worden als Coca-Cola of Kellog's Corn Flakes. Daarom dring ik er bij de VS op aan hun verzet tegen het openbaar maken van de teksten te laten varen. De publicatie na de onderhandelingsronde in Nieuw-Zeeland heeft immers laten zien dat transparantie voordelen biedt en heeft ertoe geleid dat de kritiek op de overeenkomst goeddeels is verstomd.

Ik zou de Commissie willen vragen zich er ook in de toekomst voor in te zetten dat de onderhandelingstekst in elk geval vóór ondertekening van de overeenkomst openbaar wordt gemaakt. Ik wens de Commissie veel succes voor de komende onderhandelingsronde in Japan en hoop weer op een tijdige en uitvoerige verslaglegging daarover. Na afloop van de onderhandelingen zal onze fractie de resultaten op basis van de tegen die tijd opgestelde teksten in alle rust en met de nodige omzichtigheid beoordelen en haar standpunt formuleren ten aanzien van de ratificatie. Ik wens de onderhandelaars verder veel succes.

 
  
MPphoto
 

  Kader Arif, namens de S&D-Fractie. – (FR) Mijnheer de Voorzitter, Commissaris, geachte collega's, u hebt zojuist geruststellende woorden gesproken, maar toch denk ik dat de bezorgdheid van een groot aantal afgevaardigden over de handelsovereenkomst ter bestrijding van namaak (ACTA) niet volledig is weggenomen.

Ik heb reeds in maart een resolutie voorgesteld die door een grote meerderheid in dit Parlement werd gesteund, en die het mogelijk maakte de onderhandelingstekst openbaar te maken. Tijdens het debat hebben wij gevraagd het acquis communautaire – u noemde het zojuist – de veiligheid en levering van generieke geneesmiddelen en de fundamentele vrijheden van onze medeburgers te garanderen. Ook hebben we geografische indicatoren aan de orde gesteld, en wel om u deelgenoot te maken van onze prioriteiten, waaraan ik u zal blijven herinneren zodat het standpunt dat u over enkele weken in Japan zult innemen gebaseerd is op het parlementaire debat dat wij op gang hebben weten te brengen.

Gisteren, tijdens het debat over de Staat van de Unie, hebben talloze sprekers er terecht op gewezen dat wij als afgevaardigden de woordvoerders van onze medeburgers moeten zijn en dat, zonder deze relatie, de Commissie in een steriele confrontatie met het Parlement dreigt te geraken. Ik vraag u dan ook, Commissaris, om te bedenken dat de afgevaardigden die u tegenover u hebt bovenal uw partners zijn en er niet enkel hier om u tegen te spreken.

Het partnerschap dat wij voorstaan is er niet één waarbij we, zoals uw diensten soms lijken te willen, verplicht zijn tot geheimhouding. Uw diensten hebben zojuist onze vragen achter gesloten deuren beantwoord. We krijgen de laatste versie van de tekst inzake de ACTA maar we mogen er na afloop van deze bijeenkomsten of na het lezen van de overeenkomst op generlei wijze verslag van doen, terwijl onze rol is om te waarschuwen en tekst en uitleg te geven. Mijn tweede verzoek aan u is dan ook om de transparantie van debatten te beschouwen als een element dat uw beraadslagingen verrijkt en niet als een vertrouwensbreuk.

Afgezien van deze twee hoofdzaken, en omdat ik vertrouwd begin te raken met de gang van zaken, zal ik mijn punten van bezorgdheid nogmaals voor u op een rijtje zetten. Allereerst de toegang tot geneesmiddelen. Dit punt is aan bod gekomen. U zegt dat het waarborgen van toegang een van uw prioriteiten is, dat u al het mogelijke doet om ervoor te zorgen dat niets in deze overeenkomst de productie of het vrije verkeer van deze geneesmiddelen belemmert. Maar dan ben ik toch benieuwd naar octrooien. Waarom wilt u die opnemen in deze overeenkomst? Het streven om de gerechtvaardigde strijd tegen namaak doeltreffender te maken mag niet als excuus dienen om de ACTA aan te wenden om octrooihouders veel meer rechten te geven dan ze uit hoofde van het TRIPS-akkoord hebben. Gelieve generieke geneesmiddelen en namaakgeneesmiddelen niet over één kam te scheren.

Nog een belangrijk punt zijn waarborgen. Teksten kunnen niet rigoureus genoeg zijn om de rechten van gebruikers en die van rechthebbenden daadwerkelijk met elkaar in evenwicht te brengen. Ik verwijs u naar de verschillende formuleringen die in het TRIPS-akkoord zijn opgenomen.

Ik ben blij met wat u hebt gezegd over Internet, en ik heb er alle vertrouwen in dat de ACTA het in de richtlijn inzake e-commerce duidelijk tot uiting gebrachte EU-standpunt niet zal ondermijnen.

Commissaris, er zijn beslist nog andere punten die ik vanochtend zou moeten aankaarten, maar de voornaamste taak die ik mezelf stel is dat we, dankzij dit debat, zoveel mogelijk informatie over deze overeenkomst kunnen geven aan al onze medeburgers, en u te duidelijk te maken dat de bescherming van hun rechten en hun fundamentele vrijheden voor mij het allerbelangrijkste is. Om die reden verwacht ik van u dat u rekening houdt met de door leden van het Parlement opgeworpen punten en deze tijdens de onderhandelingen verdedigt; tevens vraag ik u uw toezegging gestand te doen om de tekst openbaar te maken zodra de onderhandelingen afgerond zijn, hetzij na afloop van de ronde in Japan of in een latere fase.

Het openbare debat zal onder meer binnen dit Parlement moeten plaatsvinden. Ik zal dan ook vragen om een resolutie, en wij rekenen erop dat u ons standpunt in ogenschouw neemt voordat de ACTA eventueel ondertekend wordt, zelfs wanneer dit een terugkeer naar de onderhandelingstafel inhoudt.

 
  
MPphoto
 

  Niccolò Rinaldi, namens de ALDE-Fractie. – (IT) Mijnheer de Voorzitter, commissaris, "acta est fabula, plaudite!" – "het spel is over, applaus graag!" – zoals Romeinse acteurs zeiden aan het eind van een voorstelling. Het spel is over en misschien staan we op het punt deze conclusie te trekken, hoewel het misschien nog te vroeg is om te applaudisseren.

Tijdens dit debat heeft de heer De Gucht ons belangrijke garanties gegeven, maar wij weten dat 64 procent van alle namaakproducten afkomstig is uit China, dat zich niet verbindt aan de handelsovereenkomst ter bestrijding van namaak (ACTA). Daarom moet verder beoordeeld worden of het de moeite waard is – in andere woorden, of we de overeenkomst moeten ondertekenen als deze geen werkelijke voordelen oplevert, zoals de commissaris concludeerde. Er zijn niet veel redenen meer tot zorg, maar de zorgen die we hebben, zijn ernstig. Er is veel gezegd over het internet en wij waarderen de inzet van de Commissie, maar wij blijven waakzaam.

Voor wat betreft de toegang tot medicijnen, herhaal ik wat andere leden eerder al hebben gezegd: namaakmedicijnen enerzijds en generieke medicijnen anderzijds mogen niet op een hoop worden gegooid. Het is van groot belang dat men tegen concurrerende prijzen toegang heeft tot medicijnen. Dit is cruciaal voor patiënten in ontwikkelingslanden. De vraag die ik hier wil stellen is of de Verklaring van Doha over de TRIPS-overeenkomst (inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom) en de volksgezondheid in elk geval in de preambule van de ACTA-tekst wordt opgenomen.

Tot slot treedt, voor wat betreft de geografische aanduidingen, mogelijk de paradoxale situatie op dat geregistreerde handelsmerken die de geografische aanduidingen wellicht schenden, beter beschermd zouden worden dan de geografische aanduidingen zelf. Ook hier geldt dat TRIPS in veel opzichten een stevigere basis vormt, en daarom roepen wij op tot waakzaamheid en standvastigheid.

 
  
MPphoto
 

  Jan Philipp Albrecht, namens de Verts/ALE-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, in de eerste plaats ben ik verheugd dat de schriftelijke verklaring nr. 12 over de ACTA-overeenkomst gisteren in het Parlement met de nodige meerderheid van stemmen is goedgekeurd. Daaruit blijkt dat het Europees Parlement nog steeds achter de duidelijke standpunten van zijn resolutie van maart staat.

Met die schriftelijke verklaring wordt bovendien een belangrijk punt toegevoegd. Wij zijn tegen de uitbesteding van de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten aan particuliere instanties. In de rechtsstaat en de democratie mogen ingrepen in de grondrechten – ook in het internet – alleen door legitieme vertegenwoordigers van de staat worden verricht onder naleving van de hoge normen die zijn verankerd in onze grondwet, het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en het Verdrag van Lissabon.

Een overeenkomst zoals de nu voorgestelde ACTA-overeenkomst, die particuliere kartels van rechthebbenden ronduit aanmoedigt om de wereld overeenkomstig hun commerciële belangen te reguleren, mag nooit en te nimmer in werking treden! Het optreden van de Commissie in de ACTA-onderhandelingen is niet ver verwijderd van een schending van de Verdragen. In plaats van de door het Parlement bekritiseerde maatregelen te schrappen worden de formuleringen in het voorstel voor de overeenkomst alleen maar vager. Het lijkt steeds onwaarschijnlijker dat de overeenkomst aan de eisen van het acquis communautaire van de EU zal voldoen.

Gelukkig lijken de reeds lang geuite protesten van het Parlement inmiddels gehoor te vinden. Er moet nog heel wat gebeuren voordat de ACTA-overeenkomst in dit Huis op een meerderheid kan rekenen. Dat moet u op zijn minst sinds gisteren duidelijk zijn.

 
  
MPphoto
 

  Syed Kamall, namens de ECR-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik wil allereerst zeggen dat ik verheugd ben over drie dingen die aan het begin werden gezegd: ten eerste dat er geen nieuwe intellectuele-eigendomsrechten zullen bijkomen; ten tweede dat bestaande wetgeving niet via een achterdeur zal worden gewijzigd; en in de derde plaats de toegenomen transparantie waar de Commissie blijk van heeft gegeven, met name ten aanzien van de andere onderhandelingspartners.

We moeten het verschil begrijpen tussen de digitale wereld en de wereld van atomen. Zoals Chris Anderson, de redacteur van het tijdschrift Wired eens heeft gezegd, in een wereld van toegenomen bandbreedte, goedkopere opslagcapaciteit en goedkopere verwerkingscapaciteit, neigen digitale producten ernaar op den duur geheel gratis te worden. Wat dit betekent is dat veel van de industrieën die over de digitale wereld klagen moeten begrijpen dat zij naar nieuwe bedrijfsmodellen moeten kijken. Met name de fonografische industrie en vergelijkbare industrieën kunnen zich niet meer verlaten op oude bedrijfsmodellen.

Ik geloof dat het een ander verhaal is in de wereld van atomen – in de wereld van de vervaardiging van producten. We moeten ervoor zorgen dat, hoewel de EU misschien niet concurrerend is op het gebied van arbeidskosten, de EU-landen wel concurrerend zijn wanneer het aankomt op onderzoek en ontwerpen. Het moet wel heel bitter zijn voor bedrijven die miljoenen – soms miljarden – investeren in nieuwe producten en nieuwe ontwerpen om te zien dat die producten worden ondermijnd door namaakproducten elders. We zijn koplopers op het gebied van hoogwaardige auto's en producten zoals smartphones, en we moeten ervoor zorgen dat nadat miljoenen of miljarden in deze producten zijn geïnvesteerd, deze niet simpelweg worden ondermijnd.

Ik ben blij met de verklaring van de Commissie, maar we moeten wel het verschil begrijpen tussen de wereld van atomen en de digitale wereld.

 
  
MPphoto
 
 

  Helmut Scholz, namens de GUE/NGL-Fractie. – (DE) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, waarde afgevaardigden, beste collega's, de bescherming van vindingrijke geesten en bedrijven tegen diefstal van hun ideeën is een belangrijke kwestie, met name voor kleine en middelgrote bedrijven. Ik vraag me echter opnieuw af of de productpiraterij aan banden kan worden gelegd als een kleine club landen een overeenkomst sluit, vooral gezien het feit dat deze landen meer door uitvindingen dan door namaak opvallen. De desbetreffende onderhandelingen horen volgens mij meer thuis in een internationaal kader, bijvoorbeeld dat van de WIPO.

Algemeen gesproken gaat het dus om een nieuw kader, om de insteek, mijnheer de commissaris. Uw slotopmerkingen van vandaag wijzen in die richting. Ik weet dat de onderhandelaars van de Commissie en de Raad zich van dit dilemma bewust zijn. Zij willen een oplossing waarbij ondernemingen uitgebreide rechten krijgen om op de markten van de potentiële productvervalsers gerechtelijke procedures aanhangig te maken. Zij willen dat de importeurs, en volgens de ontwerptekst ook de eindgebruikers, worden aangehouden, en wel meteen aan de grens, voor zover een verdragsstaat niet in een uitzondering voorziet. Volgens de ontwerptekst mogen:

– "Partijen namelijk bepalen dat de grensmaatregelen niet van toepassing zijn op kleine hoeveelheden goederen van niet-commerciële aard die in de persoonlijke reizigersbagage worden vervoerd."

(DE) Zij willen zich ertoe verplichten in de Europese Unie wetgeving in te voeren waarbij op verzoek van een onderneming uit een staat die partij is bij de ACTA-overeenkomst ingevoerde goederen of ook softwareproducten op last van de rechter in beslag kunnen worden genomen en zelfs kunnen worden vernietigd. Desnoods ook inaudita altera parte, dat wil zeggen zonder de tegenpartij te hebben gehoord. In het geval van een container met nagemaakte kettingzagen lijkt dat nog betrekkelijk eenvoudig, maar volgens de overeenkomst zou deze procedure worden uitgebreid tot goederen zoals softwarecomponenten.

Krijgen softwaregiganten als Microsoft de mogelijkheid om jacht te maken op kleinere concurrenten en deze door gerechtelijke procedures te ruïneren? Ook de reusachtige entertainmentconcerns hebben ervoor gezorgd dat hun belangen in de ACTA-onderhandelingen goed worden vertegenwoordigd. Zo wordt beoogd niet alleen het downloaden en kopiëren te vervolgen, maar zelfs de productie en distributie van technologie waarmee bijvoorbeeld de kopieerbeveiliging kan worden omzeild.

U hebt verklaard dat er sprake is van vorderingen, en de VS hebben hun eis van een wettelijke aansprakelijkheid van aanbieders van internetdiensten weliswaar laten vallen, maar het strafrechtelijke deel van de overeenkomst bevat nog steeds een bepaling over medeplichtigheid aan inbreuken. Bovendien zouden aanbieders worden gedwongen om op gegrond verzoek van een onderneming de persoonsgegevens van klanten bekend te maken die worden verdacht van inbreuken op het auteursrecht. We hebben hier in het Parlement al bij de SWIFT-onderhandelingen geleerd dat bijvoorbeeld de Verenigde Staten geen gegevensbescherming naar het voorbeeld van de Europese Unie kennen. Hoe zit het met de andere verdragsstaten? De overeenkomst mag geen afbreuk doen aan het acquis. Kleine en middelgrote ondernemingen moeten worden beschermd tegen octrooicampagnes van softwaregiganten, en de bescherming van persoonsgegevens van internetgebruikers moet worden gewaarborgd.

 
  
MPphoto
 

  Francesco Enrico Speroni, namens de EFD-Fractie. – (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik dank de commissaris en de Raad voor dit debat, hoewel ik helaas moet zeggen dat het moeilijk discussiëren is als je niet over de juiste documenten beschikt.

Op het internet is niets te vinden en de parlementaire diensten die ik heb gecontacteerd, hebben geen antwoord gegeven, omdat de Commissie niet alle documenten openbaar maakt. Ons rest niets anders dan in algemene bewoordingen te discussiëren. Toch is het nuttig dat we dit onderwerp bespreken, dat deel uitmaakt van de Europese plannen ter bescherming van onze producten, en daarmee van onze bedrijven en werknemers, ook al is er enige tegenstand, bijvoorbeeld met betrekking tot de regelgeving op het gebied van merken en producten.

Het is onze plicht om onze werknemers te beschermen door na te gaan of er sprake is van oneerlijke concurrentie, concurrentie die gestoeld is op de uitbuiting van werknemers, en – in dit geval – concurrentie die gestoeld is op namaak en vervalsing. Daarom is het nodig dat wij dergelijke onacceptabele vormen van concurrentie bestrijden, juist om Europese producenten en werknemers te beschermen, die met inzet, intelligentie en betrokkenheid hun brood verdienen en bijdragen aan de ontwikkeling van ons continent.

 
  
MPphoto
 

  Angelika Werthmann (NI). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte collega's, de geplande plurilaterale handelsovereenkomst ACTA is erop gericht de bestrijding van productpiraterij en inbreuken op het auteursrecht te verbeteren door internationale samenwerking, coördinatie van de handhaving en nieuwe wetten ter bescherming van intellectuele eigendom. Het staat buiten kijf dat continue transparantie vereist is. Want maatregelen die een verwatering van de Europese gegevensbeschermingsrichtlijn met zich meebrengen of zelfs beperkingen van de vrijheid van meningsuiting tot gevolg hebben, staan in geen verhouding tot de bestrijding van productpiraterij en inbreuken op het auteursrecht en zijn onaanvaardbaar.

De Commissie is door het EP verzocht een beoordeling te maken van het mogelijke effect van de overeenkomst. Helaas is deze beoordeling nog niet uitgevoerd. Aan de bescherming van intellectuele eigendom mag niet worden getornd, maar de bescherming van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer zijn allebei even belangrijk. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, Peter Hustinx, heeft hierover advies uitgebracht. Ik citeer:

(EN) "Hoewel intellectueel eigendom belangrijk is voor de maatschappij en beschermd dient te worden, mag het niet boven de fundamentele rechten van personen op privacy, gegevensbescherming en andere rechten worden geplaatst." Einde citaat. Laten we dus met inachtneming van de bestaande wetgeving aan deze overeenkomst werken. En wel gezamenlijk!

 
  
MPphoto
 

  Elisabeth Köstinger (PPE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte collega's, een doeltreffende handhaving van de bestaande wet- en regelgeving ter bestrijding van productpiraterij en ter bescherming van intellectuele-eigendomsrechten moet ongetwijfeld worden toegejuicht. Onder het publiek heerst helaas veel onwetendheid en onzekerheid. Ik krijg regelmatig e-mails van verontruste burgers die hun beklag doen over het gebrek aan transparantie in de ACTA-onderhandelingen en die de ACTA-overeenkomst als een vergaande beperking van hun rechten en vrijheden beschouwen. Hier moeten we nog veel voorlichtingswerk doen en duidelijk maken dat niet de ACTA, maar ten dele het acquis communautaire het probleem is.

Uit de prejudiciële beslissing van het Europees Hof van Justitie van 19 februari 2009 komt duidelijk naar voren dat aanbieders van internetdiensten aansprakelijk kunnen worden gesteld voor inbreuken op de auteursrechten van hun klanten. Op grond van de bestaande verdragen is het dus mogelijk dat de internettoegang van EU-burgers wordt afgesloten. Het probleem zit hem dus niet in de ACTA, maar in de regelingen binnen de Europese Unie, die tot een beperking van de vrijheden en rechten van de burgers van de Unie zouden kunnen leiden.

 
  
MPphoto
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D).(SK) De voorturend toenemende hoeveelheid namaakproducten in de internationale handel verhoogt de kans op bedreiging van de duurzame ontwikkeling van de wereldeconomie en leidt niet alleen tot financiële verliezen voor legitieme fabrikanten maar maakt ook inbreuk op de rechten van houders van intellectuele eigendom en van rechtspersonen die meewerken aan de fabricage en productie, naast het feit dat zij een bedreiging vormt voor consumenten en voor de werkgelegenheid in Europa.

Het idee van een multilaterale overeenkomst ter bestrijding van namaakproducten zou wellicht een doeltreffend bestrijdingsmechanisme opleveren, maar ik ben het ook eens met die leden die de noodzaak hebben benadrukt van transparantie en meer vertrouwen in deze onderhandelingen en overeenkomsten. Ook ik acht het essentieel om een balans te bereiken tussen de rechten die wij in ons eigen belang willen beschermen en de rechten die wezenlijk zijn voor de samenleving. De uitoefening of bescherming van de rechten van één groep mag niet ten koste gaan van de rechten en legitieme belangen van een andere groep.

 
  
MPphoto
 

  Carl Schlyter (Verts/ALE). - (SV) Mijnheer de Voorzitter, wat betreft de uitzondering voor generieke medicijnen, daar ben ik bepaald niet gerust op. Als we daarmee instemmen, moeten we in dergelijke gevallen ook een uitzondering maken voor alle transit, anders krijgen we de problemen die we de afgelopen jaren hebben gezien. U zegt dat het alleen om grootschalige commerciële zaken gaat. In dat geval zou u toch kunnen zeggen dat individuen moeten worden uitgezonderd in plaats van dat ze kunnen worden uitgezonderd van de regels, nietwaar?

Ik maak mij tevens zorgen over de digitale omgeving als er wordt gesproken over technologische barrières. Hierover zegt men dat methoden die kunnen worden gebruikt om technische beveiliging te omzeilen als onwettig moeten worden beschouwd als zij een beperkte commerciële toepassing hebben.

Het zou ook zo kunnen zijn dat deze geheel zonder financieel belang worden verspreid, dat men in het geheel geen financieel belang heeft, maar dat men wil ondersteunen dat mensen technologieën gebruiken die ook als "circumvention technologies" zouden kunnen worden gebruikt. Hoe staat u daar tegenover?

Ik ben evenmin gelukkig met het feit dat u hier controversiële aspecten uit de Ipred en met betrekking tot gegevensopslag opneemt. Als we dat willen wijzigen na de evaluaties, is het dom het hier vastgelegd te hebben.

 
  
MPphoto
 

  Françoise Castex (S&D).(FR) Mijnheer de Voorzitter, Commissaris, ik wilde graag een nieuwe bijdrage leveren aan het debat over de ACTA, en namens de medeondertekenaars van verklaring 12 kan ik u mededelen dat deze verklaring door een zeer ruime meerderheid in het Parlement is gesteund en dat het minimumaantal handtekeningen is overschreden.

Ik ben blij dat deze verklaring aan u wordt voorgelegd vóór de laatste onderhandelingsronde over de ACTA, en mijns inziens kunt u haar beschouwen als een onderhandelingsmandaat dat aan u wordt verleend door het Europees Parlement.

Ik wil u graag herinneren aan de onderdelen van de verklaring: het Parlement vraagt uiteraard niet alleen om transparantie maar ook om de mogelijkheid de teksten tijdens de onderhandelingen te bekijken alvorens ze te ratificeren; daarnaast verzoeken wij intellectuele eigendomsrechten niet te harmoniseren op grond van dit internationale verdrag en de vrijheid van burgers, de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de neutraliteit van internet te handhaven en te waarborgen.

 
  
MPphoto
 

  Andrew Henry William Brons (NI). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, we moeten ons afvragen tot in hoeverre handelsovereenkomsten ter bestrijding van namaak alleen maar grote bedrijven beschermen en tot in hoeverre ze de gewone man echt bescherming bieden. Wat betreft geneesmiddelen kunnen namaakgeneesmiddelen op zijn minst ondoelmatig zijn en mensen herstel ontnemen, maar op zijn hoogst kunnen ze letsel veroorzaken en mensen hun gezondheid ontnemen of zelfs hun leven eisen.

Namaakproducten worden vrijwel altijd in lagelonenlanden geproduceerd en ze ondermijnen de originele producten die in onze landen worden geproduceerd, en dat gaat ten koste van banen van de burgers in onze lidstaten. Er moeten sancties worden opgelegd aan landen die deze praktijk toestaan.

Ik was blij de Commissie te horen bevestigen dat er op alle grootschalige overtredingen zou worden gedoeld, en niet op consumenten. Sommige lobbyisten die aan de kant van de daders staan willen echter dat degenen die ervan worden verdacht onbevoegd herhaaldelijk namaakproducten te downloaden de toegang tot het internet wordt ontzegd. Dezelfde mensen willen graag deep packet inspection zien, waarbij naar de communicatie van klanten wordt gekeken. Kunnen we er zeker van zijn dat dergelijke bepalingen niet in een later stadium in de overeenkomst worden opgenomen, en er aan uw bezwaren zal worden voorbijgegaan?

 
  
MPphoto
 

  Sidonia Elżbieta Jędrzejewska (PPE). - (PL) Ik ben blij met het debat van vandaag over het Anti-Counterfeiting Trade Agreement. Volgens mij is dit een stap in de richting van versterking van de positie van het Europees Parlement als instituut, dat de burgers van de Europese Unie vertegenwoordigt. Ik wil benadrukken, dat het Europees Parlement het recht heeft om geïnformeerd en geconsulteerd te worden door de Europese Commissie met betrekking tot door haar onderhandelde overeenstemmingen op het gebied van handel in diensten en handelsgerelateerde aspecten van intellectuele eigendom. Als gevolg van het debat van vandaag werd er aan deze wet inhoud toegekend en wordt het – hoop ik – een goede praktijk van de Europese Commissie, ook in de toekomst. Ik zou graag de aandacht willen vestigen op het feit, dat de vertrouwelijkheid van de onderhandelingen van de Europese Commissie met betrekking tot het Anti-Counterfeiting Trade Agreement veel negatieve emoties opwekte onder de internetgebruikers. Deze emoties hadden kunnen voorkomen worden, indien de Europese Commissie ons veel breder wilde informeren sinds het begin van hun daden in deze zaak.

In een schriftelijke vraag, door mij gericht aan de Commissie, zette ik de verbandskwestie op gang omtrent de overeenkomst tussen het Anti-Counterfeiting Trade Agreement en het Europese beleid betreffende de informatiemaatschapij en haar buitenwettelijke gevolgen.

 
  
MPphoto
 

  Eva Lichtenberger (Verts/ALE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, u hebt ons verzekerd dat deze ACTA-overeenkomst zoals het er nu voorstaat geen veranderingen met zich meebrengt. We krijgen echter niet de mogelijkheid om zelf tot een oordeel te komen, een eigen juridische inschatting te vormen over de vraag of de bijwerkingen van dit verdrag voor de burgers niet duidelijk groter zouden zijn dan u het hier doet voorkomen. We moeten u domweg op uw woord vertrouwen! Maar als dat zo is, waarom is er dan geen transparantie? Ik weet het wel, het ligt aan de partners uit de Verenigde Staten. Maar kan de Europese Commissie hier met een goed geweten in meegaan? Ik vind van niet!

Punt twee: de kwestie van geografische oorsprongsaanduidingen. Ik zou reeds aan de onderhandelingstafel duidelijk maken dat deze oorsprongsaanduidingen in Europa praktisch dezelfde bescherming genieten als handelsmerken. Dit punt moet in de onderhandelingen nog eens opnieuw aan de orde worden gesteld.

 
  
MPphoto
 

  Martin Ehrenhauser (NI). - Mijnheer de Voorzitter, ik wil kort op drie punten ingaan. Ten eerste natuurlijk een woord van dank aan de initiatiefnemers van de schriftelijke verklaringen inzake de ACTA-overeenkomst. Die verklaring is inmiddels aangenomen.

Mijn tweede punt betreft de transparantiekwestie. Ik heb in dezen een vraag aan de commissaris: hoe is het volgens u mogelijk dat wij als leden van het Europees Parlement zijn aangewezen op een Amerikaanse organisatie voor burgerrechten om überhaupt de tekst te krijgen? Hij ligt hier voor me. Ik zal de tekst straks aan u voorleggen en u vragen mij te verzekeren dat dit ook de originele versie van de tekst is.

Ten derde: wettelijke aansprakelijkheid van aanbieders van internetdiensten. Kunt u uitsluiten dat de aansprakelijkheid van aanbieders van internetdiensten door de achterdeur weer wordt ingevoerd?

 
  
MPphoto
 

  Christian Engström (Verts/ALE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, we zijn het er allemaal over eens dat namaakproducten een slechte zaak zijn en dat de bestrijding van namaakproducten een goede zaak is. Het is een goede zaak voor de Europese consumenten en burgers, en het is ook belangrijk voor het Europese bedrijfsleven, zoals werd aangegeven. Het is een goede zaak dat we handelsmerken en de wetgeving op het gebied van handelsmerken, waaronder geografische aanduidingen, beschermen.

Dat is allemaal prima. Maar zoals de heer Kamall aangaf, is er een verschil tussen de productiewereld en de digitale wereld. Wanneer we bij het hoofdstuk over internet aankomen, hebben internet service providers en andere bedrijven die op dat gebied werkzaam zijn terecht bezorgdheid geuit. Men is bang dat de overeenkomst feitelijk de ontwikkeling kan schaden, het Europese bedrijfsleven kan schaden en de manier waarop we van deze nieuwe technologie profiteren kan schaden.

Daarom zou ik er bij de Commissie op willen aandringen zeker door te gaan met de bestrijding van namaak, maar om het hoofdstuk over internet te schrappen. Dat zou voor iedereen de beste oplossing zijn.

 
  
MPphoto
 

  Karel De Gucht, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, ten eerste wil ik alle leden van het Parlement die gesproken hebben bedanken. Voordat we in Tokio over een paar weken waarschijnlijk de eindfase zullen ingaan, is dit is zeer waardevolle informatie voor ons, en we zullen uw opmerkingen zeker in beschouwing nemen.

Voordat ik inga op het onderwerp vertrouwelijkheid, zal ik een paar technische vragen beantwoorden. Er was een vraag over de TRIPS-overeenkomst en volksgezondheid, en of deze uitdrukkelijk in de overeenkomst zou worden genoemd. Hier wordt als volgt uitdrukkelijk naar verwezen: "erkenning van de beginselen zoals bepaald in de verklaring van Doha over de TRIPS-overeenkomst en volksgezondheid die door de WTO tijdens de vierde ministeriële conferentie in Doha, Qatar op 14 november 2001 is aangenomen".

Er waren ook een paar vragen over privacy. Als we ook op dit punt naar de tekst kijken die momenteel wordt besproken, staat er: "in deze Overeenkomst staat geen enkele bepaling die een partij verplicht informatie (...) te verstrekken die in strijd zou zijn met zijn wetgeving of met zijn internationale overeenkomsten, waaronder wetgeving ter bescherming van het recht op privacy". In de ontwerptekst die wordt besproken, staat verder vermeld dat, met betrekking tot de handhaving in digitale omgevingen, de handhavingsprocedures ten uitvoer zullen worden gelegd op een wijze die "overeenstemt met de wetgeving van elke partij, en de beginselen behoudt met betrekking tot vrijheid van meningsuiting, een eerlijk proces en privacy". Dit wordt in de overeenkomsten dus allemaal uitdrukkelijk genoemd.

Dan wil ik wat zeggen over geneesmiddelen. Ik geloof niet dat er een probleem met geneesmiddelen is – niet alleen vanwege de ACTA, maar ook omdat we hierover op dit moment met India besprekingen voeren. Zij hebben bij de WTO een verzoek over geneesmiddelen ingediend. We zijn met hen in bespreking en ik denk dat we daarin binnenkort tot een conclusie zullen komen, een conclusie die het Europees Parlement volgens mij zal waarderen.

Ik zou willen toevoegen dat dit soort octrooien niet in het hoofdstuk in de ACTA over gebruikelijke praktijken wordt behandeld. Er wordt wel uitdrukkelijk verwezen naar de verplichte licentiepraktijk, die in dit opzicht zeer belangrijk is.

En tot slot over vertrouwelijkheid: het is voor ons geen probleem de teksten die we bespreken bekend te maken, maar we zijn niet de enige partij. Dit zijn plurinationale onderhandelingen, en dat betekent dat de andere partijen die aan tafel zitten ook moeten instemmen met wat er wel of niet openbaar wordt gemaakt. De vraag die nadrukkelijk naar voren kwam, was of u de mogelijkheid zou krijgen de uiteindelijke overeenkomst te bespreken voordat deze wordt ondertekend.

Het is nog niet duidelijk of we inderdaad tot overeenstemming zullen komen, maar als dat gebeurt, hebben we ervoor gezorgd dat we in de positie zullen zijn de overeenkomst voordat deze wordt ondertekend te bespreken, want deze toezegging heeft de Commissie in de onderhandelingen verkregen. Zoals u kunt zien, wordt in het persbericht dat aan het eind van de ronde van Washington is verschenen, uitdrukkelijk verklaard dat "partijen zich verplichten de tekst bekend te maken voordat ze beslissen deze te ondertekenen". Duidelijker kan dit volgens mij niet worden gesteld.

Hartelijk dank voor uw aandacht.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Het debat is gesloten.

Wij gaan nu over tot de stemming.

(De vergadering wordt enkele minuten onderbroken)

 
  
  

VOORZITTER: EDWARD McMILLAN-SCOTT
Ondervoorzitter

 
Juridische mededeling - Privacybeleid