De Voorzitter. – Dames en heren, de vergadering is hervat. Ik ben zeer verheugd dat ik u een bericht mag brengen dat mij ter ore is gekomen via bepaalde persagentschappen, die melden dat de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken de executie van Sakineh Mohammadi Ashtiani heeft uitgesteld. Enkele uren geleden heeft dit Parlement zich bijna unaniem in krachtige termen uitgesproken over dit onderwerp. Daar zijn we dolblij mee, maar de strijd gaat voort, want het is nu essentieel dat we oproepen tot een herziening van de zaak. Het Parlement moet hieraan zijn bijdrage leveren door te doen wat het altijd heeft gedaan, namelijk het verdedigen van de mensenrechten overal ter wereld.