Rapporti verbatim tad-dibattiti

L-Erbgħa, 6 ta' April 2011 - Strasburgu

17. Is-Sitwazzjoni fil-Côte d'Ivoire

  Πρόεδρος. - Το επόμενο σημείο είναι η δήλωση της Αντιπροέδρου της Επιτροπής/Ύπατης Εκπροσώπου της Ένωσης για Θέματα Εξωτερικής Πολιτικής και Πολιτικής Ασφάλειας σχετικά με την Ακτή του Ελεφαντοστού.

  Zsolt Németh, on behalf of the Vice-President of the Commission/High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy. − Mr President, last Monday the United Nations operations in Côte d’Ivoire and French Licorne troops proceeded to neutralise the heavy weaponry that was concentrated in the hands of former President Laurent Gbagbo. These weapons had during the last weeks frequently been used to terrorise the civilian population in Abidjan, resulting in numerous dead and wounded. The neutralisation of these weapons was thus necessary to protect civilians, and was carried out in accordance with the mandate given by the UN Security Council in its Resolution 1975.

Shortly afterwards, the Republican forces loyal to the democratically elected President Alassane Ouattara launched a ground offensive on Laurent Gbagbo’s last stronghold in Abidjan in order to force him to hand over power. Due to these ongoing operations it is our hope that the whole of Côte d’Ivoire has now been brought under the control of its legal government. I can only regret that this transfer of power could only be achieved at the price of human life and suffering, and that the verdict of the ballot-boxes alone was not enough. This, however, is a victory for democracy in Africa and sends an important message to many countries undergoing political elections in this continent.

Since his defeat in the presidential elections on 28 November 2010, Mr Gbagbo has refused to hand over power despite the fact that international observers described the elections as free and fair and the entire international community, through the UN certification, recognised his opponent Alassane Ouattara as legally-elected President.

During the four months that have passed since, several initiatives have been made by ECOWAS, the African Union and the UN to negotiate a peaceful handover of power. I would like to commend these organisations for their efforts made in the name of peace and democracy. Unfortunately, all proposals for a peaceful handover of power were rejected by Mr Gbagbo, who insisted on clinging onto power illegally. The EU therefore holds him personally responsible for the sufferings and bloodshed that the Ivorians have endured during these last four months of post-electoral crisis. Mr Gbagbo should therefore be brought to justice to answer for his acts.

The EU, through the High Representative, Baroness Ashton, has congratulated President Ouattara on his victory, but we are aware of the numerous challenges ahead of him. He has won the war but must now win the peace. Law and order must be restored so that those hundreds of thousands of people who have fled their homes and even left the country can now feel safe to go home again. The economy must be relaunched to end the last ten years of recession and provide for growth and jobs. The administration must start functioning again so that public services can be provided.

The EU has stood by Côte d’Ivoire throughout the long years of crisis. EU cooperation has provided for humanitarian assistance but also for post-conflict aid for reconstruction and reconciliation. Some EUR 500 million has been disbursed since 2003. During the last dramatic months the EU has taken a number of restrictive measures against individuals and entities supporting Mr Gbagbo, and this is recognised by our African partners as having substantially helped throughout the crisis. The EU should continue to accompany Côte d’Ivoire at this crucial moment. An aid package is being prepared, to be launched at the earliest possible opportunity. It is now time to start working to implement peace in Côte d’Ivoire.

  Cristian Dan Preda, au nom du groupe PPE. – Monsieur le Président, les dernières vingt-quatre heures ont été particulièrement confuses en Côte d'Ivoire. On a assisté à l'annonce d'une reddition imminente de Laurent Gbagbo, puis il y a eu un démenti. Maintenant, lasses d'attendre les résultats d'interminables tractations, les forces républicaines du président Ouattara ont lancé une offensive sur Abidjan.

Je crois que toute cette confusion ne devrait pas nous faire oublier ce qui nous a amenés à la situation actuelle. Je rappelle que, dans les quatre mois écoulés, il y a eu plusieurs centaines de morts et un million de déplacés réfugiés. Il ne faut pas laisser l'arbre cacher la forêt. Si on en est là, c'est parce que Laurent Gbagbo a obstinément refusé d'entendre la voix des urnes et d'accepter sa défaite. Je pense qu'il est enfin temps, alors que son régime s'écroule à la suite des défections de ses fidèles, qu'il cède le pouvoir au président légitime, Alassane Ouattara.

Il ne faut pas non plus oublier les violations des droits de l'homme et du droit humanitaire commises dans le pays, qui pourraient constituer des crimes contre l'humanité. Aucun effort ne doit être ménagé pour amener les auteurs devant la justice, y compris au niveau international.

Enfin, je voudrais saluer l'intervention de l'ONUCI, avec le soutien des forces françaises, pour appliquer le mandat donné par le Conseil de sécurité des Nations unies de mettre fin à l'utilisation des armes lourdes et protéger les civils.

  Thijs Berman, namens de S&D-Fractie. – Het einde van de strijd om de macht in Ivoorkust is in zicht na meer dan 1500 doden, bijna een miljoen vluchtelingen in de regio, hele straten vol geplunderde huizen en een economie die tot stilstand kwam. Het land gaat door een catastrofe en dat is de prijs die Laurent Gbagbo heeft laten betalen omdat hij zijn nederlaag niet wilde erkennen. Hier past een scherpe veroordeling van zijn niets ontziende weigering de kiezers te respecteren.

Ook past een veroordeling van al het geweld van de laatste maanden, de vele schendingen van mensenrechten, de bedreigingen, het geweld tegen VN-personeel, de oproepen tot haat en de ontvoeringen. Er wordt nog geschoten, maar er wordt wel onderhandeld over Gbagbo's vertrek, en dat is goed nieuws. Maar in Ivoorkust heerst een noodsituatie. Veel Ivorianen hebben nu gebrek aan voedsel en water omdat zij hun huizen niet durfden te verlaten.

Het is essentieel dat president Alassane Ouattara alle steun krijgt bij de terugkeer naar de rechtsstaat waarin mensen rustig en zonder angst kunnen leven, waarin ook de persvrijheid wordt hersteld. Dat is nu de eerste opgave. De president heeft daarbij de plicht te voorkomen dat zijn troepen geweld gebruiken tegen de bevolking en het is goed dat Ouattara een onderzoek heeft ingesteld naar de toedracht van de schokkende moordpartij in Duékoué. Hoe de Ivorianen ook tot herstel van de rechtsstaat komen, via de rechtbank of ook via een waarheids- en verzoeningscommissie, één ding is duidelijk: oorlogsmisdaden verjaren niet. Het internationaal strafhof moet zijn werk kunnen doen.

De sancties hebben invloed gehad, Gbagbo werd financieel drooggelegd. Maar nu moeten wij de sancties snel verlichten, zodra Ouattara zijn rechtmatige zetel heeft ingenomen. Want álles staat stil, zelfs programma's voor de verstrekking van medicijnen aan mensen met HIV-AIDS in Ivoorkust lopen nu gevaar. Voorzitter, de donoren van Ivoorkust mogen het land nu niet in de steek laten.

  Marielle De Sarnez, au nom du groupe ALDE. – Monsieur le Président, à l'heure où nous parlons, on peut espérer que le dénouement de la crise ivoirienne est désormais proche et que l'annonce de la reddition de Laurent Gbagbo va intervenir – nous le souhaitons tous – dans les heures qui viennent.

La communauté internationale aura été bien patiente, l'Union africaine ayant multiplié les médiations et les Nations unies s'étant gardées d'intervenir pendant des mois entre les deux camps. Et si, en définitive, l'ONUCI est intervenue, avec l'appui de la force Licorne, conformément au mandat du Conseil de sécurité, c'est bien pour défendre des civils contre les armes lourdes utilisées par le pouvoir en place.

Cette crise ivoirienne doit désormais servir d'exemple à tous ceux qui refusent de quitter le pouvoir malgré leur défaite électorale. Ceux-là doivent savoir que, désormais, la communauté internationale est déterminée à faire respecter le droit. Mais dans des pays ainsi déchirés, où la nation est encore un concept en devenir, on ne peut se contenter de proclamer un vainqueur. Il faut œuvrer à la réconciliation nationale. C'est le message que doit maintenant entendre Alassane Ouattara, à qui incombera la responsabilité de mettre en place un gouvernement d'union nationale.

Alors que les deux camps se sont mutuellement accusés de massacres et de crimes contre l'humanité, des enquêtes doivent être ouvertes, des responsabilités doivent être établies et la justice doit passer. La justice peut être vengeresse, mais elle peut aussi être apaisante. Permettez-moi de plaider pour cette seconde option, si cela peut conduire la Côte d'Ivoire à retrouver la paix et la stabilité, et à renouer avec la croissance et le développement.

  Judith Sargentini, namens de Verts/ALE-Fractie. – Ik raakte in verwarring. Ik hoorde het Hongaars voorzitterschap zeggen: mijnheer Ouattara heeft de oorlog gewonnen, nu moet hij de vrede nog winnen. Ik heb de hele dag televisie gekeken en alles bijgehouden en volgens mij is Ouattara de oorlog nog aan het winnen. Het ziet er wel naar uit dat het gebeurt, maar het is nog niet zover.

Als hij dan uiteindelijk zijn plek als president van het land mag innemen, heeft hij vier maanden ellende achter de rug waarbij het land is afgebroken, de economie aan gort is geholpen, er doden zijn gevallen en de bevolking uit elkaar is gespeeld. Wat een begin van een nieuwe periode besturen! En als wij verkiezingen die leiden tot oorlogen "een overwinning van de democratie in Afrika" noemen, dan zitten wij verkeerd in onze woorden. Het is echter nog veel ernstiger dat het land op die manier op verkiezingen reageert.

Wat moeten wij nu doen als Europa, als mijnheer Ouattara de kans krijgt zijn werk te gaan doen? Ik denk dat wij met de cacaoboycot aangetoond hebben dat wij redelijk snel kunnen handelen en de handel ook kunnen inzetten voor democratie. Ivoorkust behoort tot de ACS-landen, krijgt dus van ons ontwikkelingshulp en daar hoort een politieke dialoog bij. Die politieke dialoog moeten wij aangaan met een man die laat zien dat hij alle delen van het land weer bijeen kan brengen. Hij zal ons en de rest van de wereld en vooral zijn bevolking moeten laten zien dat hij over deze gewelddadigheden heen kan komen en dat hij zichzelf kan verschonen.

  Marie-Christine Vergiat, au nom du groupe GUE/NGL. – Monsieur le Président, il est difficile d'intervenir sur la situation en Côte d'Ivoire quand celle-ci évolue sans cesse et tant elle est effectivement confuse.

Au préalable, je voudrais remercier mes collègues rapporteurs fictifs, qui ont travaillé ce matin sur la proposition de résolution qui vous sera soumise demain, car nous avons tous travaillé ensemble pour que cette proposition soit équilibrée et qu'elle préserve l'avenir. Nous savons aujourd'hui que des exactions ont vraisemblablement été commises dans les deux camps, et il faudra que les coupables soient poursuivis, quels qu'ils soient.

C'est la population ivoirienne qui est la première victime de la situation en Côte d'Ivoire. L'ONU sur place, via l'ONUCI, n'a pas pu, n'a pas su les protéger. Pire, elle s'est engagée, avec l'appui des forces militaires françaises, au détriment d'un seul camp, sur la base certes d'une résolution de l'ONU, mais qui date de 1975, c'est-à-dire il y a 36 ans. Le président en exercice de l'Union africaine, M. Obiang Nguema, l'a clairement condamnée hier. Heureusement, elle ne nous semble pas participer à l'assaut final que semblent en train de lancer les troupes de M. Ouattara.

De ce fait, nous n'avons pas voulu nous associer à cette résolution, et nous ne la voterons pas. On connaît le rôle de la France en Afrique. La Françafrique a fait suffisamment de dégâts, et elle continue à en faire. D'ailleurs, les autorités françaises ne s'en cachent pas puisqu'elles disent vouloir préserver les intérêts de la France qu'elles veulent assumer.

  Bruno Gollnisch (NI). - Monsieur le Président, ce qui est terrible dans nos sociétés modernes et, en particulier, dans notre société européenne, et plus particulièrement encore dans notre Parlement, c'est le grégarisme général, le panurgisme absolu.

À part les deux derniers intervenants, tout le monde répète en boucle les mêmes choses qu'on a lues dans la presse, qu'on entend à la radio, qu'on entend à la télévision. Tout le monde nous dit que M. Ouattara a gagné les élections, c'est bien possible, mais, en tout cas, ce n'est pas évident!

Tout le monde nous dit que l'intervention militaire brutale qui a eu lieu hier, c'est une neutralisation des armes lourdes. Qu'en termes galants ces choses-là sont dites! Une neutralisation des armes lourdes, c'est un bombardement. Et moi, j'ai vu les effets des bombardements. Moi qui suis officier de réserve, je puis vous dire qu'un bombardement, ça consiste à tuer des gens, des gens qui grillent, des gens qui éclatent! Autrement dit, c'est une action militaire en faveur d'un camp et au détriment de l'autre! C'est peut-être justifié, mais ici, entre parlementaires, entre responsables politiques, nous devrions avoir le courage de dire la vérité.

On nous dit aussi que ces armes allaient terroriser la population civile. Mais enfin, dans une guerre civile, il y a des civils qui sont armés, surtout quand un camp dispose de kalachnikovs et de la moitié des effectifs militaires du pays avec lui. Alors, je crois qu'il faudrait en finir avec cette hypocrisie. Nous sommes intervenus brutalement en faveur d'un camp contre l'autre. Était-ce justifié? C'est possible.

Je terminerai tout simplement en disant que je ne vois pas en quoi M. Ouattara serait innocent des exactions commises par ses troupes, et en quoi M. Gbagbo serait toujours responsable des exactions commises par les siennes!

(L'orateur accepte de répondre à une question "carton bleu" (article 149, paragraphe 8, du règlement))

  Cristian Dan Preda (PPE). - Monsieur le Président, c'est tout simplement pour demander à M. Gollnisch s'il croit que le verdict des urnes signifie quelque chose, si, dans ce sens-là, la victoire de Outtara doit finalement conduire à son installation au pouvoir. C'est tout simplement une question de légitimité démocratique.

J'ai été en Côte d'Ivoire comme chef de la mission d'observation électorale, et je peux vous assurer que les élections ont été correctes et que la victoire est claire et nette.

  Bruno Gollnisch (NI). - Monsieur Preda, j'ai dit que M. Ouattara avait peut-être gagné les élections, je ne crois pas que ce soit du domaine de l'évidence que vous ayez décrite. En tout cas, ce n'était pas l'avis du Conseil constitutionnel ivoirien, certes composé sur des bases politiques, exactement comme le Conseil constitutionnel français. Je serais ravi, en ce qui me concerne, qu'on s'occupe des élections françaises. Je représente une formation qui a pour elle des millions d'électeurs, dont le leader est arrivé en finale de l'élection présidentielle, qui n'a pas un seul député, un seul sénateur dans le parlement de son propre pays. Ça c'est un scandale qui vous laisse tous parfaitement indifférents!

(cris "hors sujet" dans la salle)

  Filip Kaczmarek (PPE). - Były prezydent Wybrzeża Kości Słonowej Laurent Gbagbo wyraził podobno wczoraj wolę poddania się i poprosił ONZ o ochronę. Negocjacje w sprawie poddania się Gbagbo trwają. Prowadzi się je po tym jak wojska lojalne wobec demokratycznie wybranego prezydenta Ouattarę opanowały rezydencję prezydencką w Abidżanie. Zdaniem premiera Soro koniec rządów Gbagbo to kwestia godzin. Nie jestem tego pewien, ale mam nadzieję, że tak się stanie. Wiemy natomiast na pewno, że w konflikcie zbrojnym giną również osoby cywilne, w tym kobiety i dzieci. W starciach między zwolennikami obu polityków zginęło ok. 1 500 osób a milion musiało opuścić swoje domostwa. Jeden z doradców Gbagbo powiedział kilka dni temu, że nawet możliwa masakra w Abidżanie nie przekona byłego prezydenta do uznania porażki w wyborach prezydenckich i oddania władzy. Łatwo jest więc przewidzieć, co powinno wydarzyć się w Wybrzeżu Kości Słoniowej: szybkie zakończenie walk, wyjazd byłego prezydenta z kraju, co znacznie ustabilizuje sytuację, wymierzenie sprawiedliwości wszystkim tym, którzy dokonali zbrodni wojennych lub zabójstw, oraz stabilizacja kraju. Unia Europejska powinna wspierać wszystkie te działania.

  Mitro Repo (S&D). - Arvoisa puhemies, kiirehdimme kyllä auttamaan Libyaa, mutta Norsunluurannikon kohdalla olemme seisoneet toimettomina viime marraskuusta lähtien. Neuvoston asettamat pakotteet ovat oikeansuuntainen toimi, mutta milloin pakotteet poistetaan? Miksi Abidjanin satamaviranomaisten kaakaopapujen vientitoiminta on pakottein estetty ja öljynjalostamo suljettu? Auttamisen sijaan emme saisi aiheuttaa lisää harmia. Sijaiskärsijöinä ovat Norsunluurannikon talous ja pitkällä tähtäimellä myös eurooppalaiset kuluttajat.

Laurent Gbagbon on väistyttävä ja pakolaisten pikaista paluuta koteihinsa tulee tukea. Ympäröivät maat eivät kestä nykyisiä pakolaismassoja. EU:n tulee auttaa vaalien järjestämisessä ja demokraattisten instituutioiden rakentamisessa. Tavanomaista liiketoimintaa ei kuitenkaan saisi estää. Norsunluurannikko on Länsi-Afrikan kukoistavin talousalue. Talouden elpyminen ja vientituotteiden pääsy EU-markkinoille on todellinen avain maan uudelleenvakauttamiseksi. Odotan vastausta komissiolta.

  Charles Goerens (ALDE). - Monsieur le Président, contrairement à M. Gollnisch, je suis d'avis qu'on ne peut pas laisser crever dans l'indifférence générale des civils exposés à la force, à la violence, dont fait usage usage le chef d'État illégitime.

La résolution 1975 du Conseil de sécurité des Nations unies autorise la communauté internationale à faire barrage à un régime qui retourne les armes contre son propre peuple. Il s'agit, dans le cas présent, d'un progrès, dans la mesure où l'on n'est plus condamné à assister sans défense à l'exposition des populations civiles à la barbarie de leurs dirigeants.

Cependant, si d'un côté, il y a lieu de saluer le fait que le droit international permet désormais de briser le mur de l'indifférence, il importe de l'autre que toutes les précautions soient prises en vue de garantir que le recours à la force militaire reste le recours ultime. En Côte d'Ivoire, le président Gbagbo n'a hélas rien entrepris pour prévenir cette issue fatale.

En définitive, j'ose exprimer l'espoir que la résolution 1975 sur la Côte d'Ivoire, tout comme la résolution 1973 sur la Libye, contribue à dissuader quiconque d'invoquer la souveraineté d'un État comme prétexte pour tuer ses propres ressortissants. Avec la Cour pénale internationale, avec l'attitude récente adoptée par le Conseil de sécurité des Nations unies, la barbarie dans l'impunité ne reste plus la règle, mais, espérons-le, deviendra bientôt l'exception.

  Sabine Lösing (GUE/NGL). - Herr Präsident! Kann in einem tief zerrissenen Land wie der Elfenbeinküste ein nachhaltiger Friede gewaltsam herbeigeführt werden und den siegenden Präsidenten legitimieren? Da gibt es doch erhebliche Zweifel, zumal die wirklichen Ursachen des Konflikts nicht beseitigt sind. Wirtschaftliche Probleme, die nicht zuletzt durch Strukturanpassungsprogramme der Weltbank herbeigeführt wurden, destabilisierten das Land. Die schnell verabschiedeten Sanktionen zur Schwächung der Gbagbo-Regierung haben die Lage verschlechtert und die desolate humanitäre Situation in der Elfenbeinküste mit ausgelöst. Die Legitimation beider Präsidentschaftsanwärter ist umstritten. Die Armeen beider Seiten verüben Massaker an der Zivilbevölkerung.

Aber wieder einmal nimmt der Westen einseitig Partei, und nun führt die UNO Krieg, schießt gemeinsam mit französischen Truppen einer Seite den Weg zum Sieg frei. Werden wieder, wie in alten Zeiten, europäische Mächte – nun mit Schützenhilfe der UNO – über das Schicksal afrikanischer Völker entscheiden? Wo bleibt hier das Völkerrecht? Ist das die Gründungsidee der VN? Statt friedliche Konfliktlösungen anzustreben, werden Bürgerkriege gefördert oder man greift parteinehmend in sie ein. Um wessen Interessen geht es dabei?

  Michèle Striffler (PPE). - Monsieur le Président, chers collègues, je voudrais quand même préciser qu'au-delà de la crise politique en Côte d'Ivoire, nous sommes face à une véritable crise humanitaire qui menace de perdurer.

Les violences post électorales ont fait plus d'un million de déplacés internes et de réfugiés. De plus, cet afflux massif de réfugiés pourrait raviver des tensions latentes dans cette région. La crise humanitaire, chers amis, ne sera pas réglée avec l'accord politique qui est actuellement négocié. Il est impératif que nous puissions agir très rapidement pour éviter le pire. Le chaos va de toute façon durer plusieurs mois à Abidjan.

Je me félicite de la décision de la Commission, qui a quintuplé son aide humanitaire, portant ainsi le soutien européen à plus de trente millions d'euros. L'Union européenne doit mettre en œuvre tous les moyens nécessaires pour aider les populations les plus vulnérables et veiller à l'évolution de leurs besoins.

Il faut aussi faire attention à ce que la situation plus médiatisée en Libye n'occulte pas la gravité de la crise humanitaire en Côte d'Ivoire. De plus, en ce moment, la situation sécuritaire empêche les humanitaires d'agir et d'avoir accès aux populations, ce qui est dramatique.

Je terminerai tout simplement en disant qu'il ne pourra y avoir aucune impunité et que tout doit être fait pour que justice soit faite.

  Bernd Posselt (PPE). - Herr Präsident! Zunächst möchte ich mein Erstaunen darüber ausdrücken, dass Lady Ashton schon wieder nicht da ist. Ich freue mich allerdings, dass sie von meinem Freund Zsolt Németh vertreten wird. Ich würde mir wünschen, er oder Herr Füle oder irgendjemand anders würde auf Dauer die Außenpolitik der Europäischen Union koordinieren und nicht jemand, der quasi niemals im Europäischen Parlament zu finden ist.

Zur Sache selbst: Ich möchte ganz klar sagen, dass es in der Elfenbeinküste natürlich viele Probleme gibt, die zu lösen sind. Aber der Wahlsieger war eindeutig Präsident Ouattara, und er ist derjenige, der demokratisch legitimiert ist. Das haben auch die Afrikanische Union und viele andere so gesehen. Deshalb müssen wir dankbar sein, dass die UNO und vor allem der UNO-Generalsekretär und Präsident Sarkozy verhindert haben, dass es zu einem Massaker wie in Ruanda oder in anderen Staaten Afrikas – etwa im Kongo – gekommen ist. Deshalb sollte man daran nicht deuteln.

Natürlich sind damit die Probleme nicht gelöst. Aber wenn Herr Putin jetzt anfängt, die UNO zu kritisieren und zu sagen, der UNO-Generalsekretär habe sein Mandat übertreten, dann destabilisiert er die Vereinten Nationen in einem Moment, wo sie besonders dringend gebraucht werden. Auch die Afrikanische Union sollte nicht so laut sprechen, denn sie hat in dieser Krise absolut versagt. Denn es wäre die Afrikanische Union gewesen, die in der Elfenbeinküste der Demokratie hätte zum Durchbruch verhelfen müssen. Wir Europäer haben viele Fehler gemacht und machen nach wie vor viele Fehler. Aber in diesem Fall, muss ich sagen, liegen die Fehler eher woanders.

  President. − Our services have informed me, and I think it is important to know this, that at the beginning of the year the Vice-President/High Representative’s office sent a list of the plenaries in which she would be able to attend. It was known from then that she could not be here this time, so obviously if we have a debate that involves issues like that someone else has to represent her, and that should be clear.

We now move on to the catch-the-eye procedure. There are three speakers.

  Mariya Nedelcheva (PPE). - Monsieur le Président, la Côte d'Ivoire connaît une véritable escalade de violence. Le conflit politique entre deux personnes s'est malheureusement transformé en crise humanitaire.

Il est clair que le principe démocratique de base qui consiste à respecter les résultats des élections doit être garanti. Le départ de Gbagbo relève donc de la pure évidence. Mais que prévoit-on après? Les tensions entre les deux camps risquent de s'aggraver. Et si nous débouchons sur une guerre civile, qu'avons-nous prévu? Trois choses vers lesquelles nous devons tendre.

D'abord, le maintien de la paix et de la stabilité, car l'urgence, c'est de permettre aux Ivoiriens de pouvoir vivre normalement, de pouvoir se nourrir, se soigner, travailler, aller à l'école. Une commission d'enquête indépendante sur les violences commises depuis le début du conflit devra être mise en place.

Ensuite, il faut que l'ONUCI et l'Union africaine continuent à jouer leur rôle. Mais il faut également réfléchir à la mise en place d'un mécanisme de dialogue dans lequel aucune partie, ni à l'intérieur du pays, ni au sein de la communauté internationale, ne serait exclue.

Enfin, je rappelle que l'Union européenne a envoyé une mission d'observation électorale. Il est du rôle de l'Union d'insister pour que les recommandations faites soient prises en compte et intégrées au processus de sortie de crise.

  Catherine Bearder (ALDE). - Mr President, with the aid of modern technology I am watching the situation in Côte d’Ivoire unfolding as I sit here. These pieces of equipment are playing their role in Côte d’Ivoire, just as they have done in North Africa, with people texting for assistance and medical help.

Over the past six months, the patience of the friends of Côte d’Ivoire has been sorely tried: it has been like a car crash in slow motion as we have watched the country slide into the situation in which it now finds itself – and it is always the most vulnerable who suffer. We have been talking here this week about refugees coming from North Africa to Europe, but we have also heard reports of nearly a million fleeing to neighbouring countries which are almost as poor, or even poorer, than Côte d’Ivoire. Friends of that country must be on stand-by to help, as soon as we can, to restore it to normality and health and give the people there the prospect of good fortune in the future.

  Ilda Figueiredo (GUE/NGL). - Senhor Presidente, continua preocupante a situação de guerra civil na Costa do Marfim com a paralisação económica do país e com a muita violência que atingiu a população e que se transformou numa crise humanitária. É tempo de pôr cobro a isto. Sabemos que há razões antigas para a situação grave que ali se tem vivido, com destaque para a pobreza e as desigualdades sociais, que ali deixaram quer o colonialismo antigo quer os planos de ajustamento estrutural impostos há anos pelo Fundo Monetário Internacional. Mas estes últimos quatro meses de desgraça que se seguiram às eleições mostram como é lamentável que a comunidade internacional, incluindo a União Europeia, não tenha usado suficientemente a via diplomática para uma solução pacífica e política da crise.

É lamentável também, neste quadro, o papel da França, que interveio militarmente em vez de insistir na via diplomática. Assim, insistimos no fim da guerra e da violência de todas as partes e apelamos a que a União Europeia aja nesse sentido.

  Zsolt Németh, a Bizottság alelnöke és az Unió külügyi és biztonságpolitikai főképviselője nevében. − Tisztelt Ház! Tisztelt képviselők, hölgyeim és uraim! Egy híres magyar költőnek a szavait szeretném idézni: „Gyilkosok közt cinkos, aki néma”. Akkor, amikor azt tapasztaljuk, hogy ezrek halnak meg és milliós nagyságrendben menekülnek emberek, akkor nem nyugtathatjuk meg magunkat egy békegalambot emlékeztető szólamokkal, hanem föl kell lépni. És mielőtt valaki megvonná az iraki párhuzamot a líbiai vagy az elefántcsontparti föllépéssel kapcsolatban, szeretnék mindenkit emlékeztetni, hogy a mostani fellépés nem Irakot, de még csak nem is Afganisztánt idézi, hanem Ruandát idézi, Koszovót idézi, és nem véletlenül beszéltünk az elmúlt hetekben olyan sokat arról, hogy van egy felelősségünk és van jogunk is megvédeni a civil embereket, a polgári embereket, amit úgy fogalmazunk meg, hogy a „right and responsibility to protect”.

Ennek megfelelően szeretném megismételni, hogy igen, Gbagbo úr elvesztette ezt a küzdelmet, egyedül van a bunkerében és várja a sorsát. Szeretném hangsúlyozni azt is, hogy a jelenlegi helyzetben a jogi megalapozottsága ennek a fellépésnek vitathatatlan. Az ENSZ Biztonsági Tanácsa elfogadta az 1975-ös számú határozatát, és ez a határozat teljesen egyértelmű mandátumot biztosít a fellépés számára. Harmadszor, szeretném hangsúlyozni azt is, hogy nem maradhatnak az elkövetett bűnök homályban, kivizsgálás nélkül. Nagy örömömre szolgál, hogy Ouattara legálisan megválasztott elnök és a miniszterelnök hozzájárult ahhoz – és egyértelműen támogatja azt –, hogy az ENSZ nemzetközi vizsgálatot folytasson le az elkövetett tömegmészárlásokkal kapcsolatban. Ezeknek a tömegmészárlásoknak a kivizsgálása tehát immáron a rendezésnek része és nagyon egyértelmű előfeltétele is.

Ami pedig az Európai Unió hozzájárulását illeti, már most az ECHO harminc millió eurós emberi jogi támogatást helyezett kilátásba, és ahogy a bevezető hozzászólásomban is jeleztem már, a közeljövőben egy olyan csomagnak az összeállítására fog sor kerülni a Európai Unió részéről, ami a gazdasági, illetőleg az intézményépítési célkitűzései a legitimen megválasztott elnöknek és kormánynak fogja az Európai Unió részéről támogatni.

  Πρόεδρος. - Έχω λάβει επτά προτάσεις ψηφίσματος που έχουν κατατεθεί σύμφωνα με το άρθρο 110, παράγραφος 2, του Κανονισμού για την περάτωση της συζήτησης. ⁽¹⁾

Η συζήτησε έληξε.

Η ψηφοφορία θα διεξαχθεί αύριο στις 12:00.

(Η συνεδρίαση διακόπτεται στις 20:35 και επαναλαμβάνεται στις 21:00)

VORSITZ: SILVANA KOCH-MEHRIN
Vizepräsidentin

(1) βλ. Συνοπτικά Πρακτικά