Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2011/2661(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B7-0244/2011

Debatten :

PV 06/04/2011 - 21
CRE 06/04/2011 - 21

Stemmingen :

PV 07/04/2011 - 6.10
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2011)0155

Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 6 april 2011 - Straatsburg Uitgave PB

21. Gebruik van seksueel geweld in conflicten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten
Video van de redevoeringen
Notulen
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Aan de orde is de verklaring van de Commissie over het gebruik van seksueel geweld in conflicten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten (2011/2661(RSP)).

 
  
MPphoto
 

  Štefan Füle, lid van de Commissie. (EN) Mevrouw de Voorzitter, we moeten alle geweld tegen vrouwen, van intimidatie tot seksueel geweld, in de scherpst mogelijke bewoordingen afwijzen. Dit zijn afschuwelijke misdaden die vaak tegen de kwetsbaarste en meest weerloze mensen worden begaan.

Helaas is het zo dat veel landen in de wereld, niet alleen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten, nog steeds niet beschikken over een goed juridisch kader ter bescherming van vrouwen en meisjes tegen geweld. Het melden van dergelijke aanvallen wordt op geen enkele wijze aangemoedigd. Er moet veel meer worden gedaan om mensen die dit soort daden plegen te ontmoedigen en verantwoordelijk te stellen voor hun daden. Vrouwen zijn nog steeds de dupe van discriminerende wetten en diepgewortelde culturele ongelijkheid. In het geval van Egypte bijvoorbeeld bestaat de nationale commissie die de nieuwe grondwet moet opstellen alleen maar uit mannen en zit zelfs in het nieuwe kabinet maar één vrouwelijke minister.

Deze situatie kan niet blijven bestaan, zoals duidelijk is gemaakt door de moed die Tunesische en Egyptische vrouwen tijdens de recente gebeurtenissen in hun landen hebben getoond. Indien de helft van de bevolking bij de politieke en institutionele hervormingen wordt uitgesloten, kunnen deze niet slagen.

Tegen deze achtergrond veroordelen we nadrukkelijk de ernstige mensenrechtenschendingen waaronder verkrachting, seksueel geweld en zware vernedering van vrouwelijke activisten, waarvan steeds meer melding wordt gemaakt. De Europese Unie zet zich in voor een sterkere rol van vrouwen op politiek, civiel, sociaal, economisch en cultureel gebied, en voor bestrijding van discriminatie en straffeloosheid. Daarom wordt met een van de acht EU-richtsnoeren uitdrukkelijk “bevordering van gendergelijkheid en bestrijding van discriminatie van vrouwen" nagestreefd. In de Verklaring van Barcelona uit 1995, waarmee een Euromediterraan partnerschap tot stand werd gebracht, is deze afspraak voor de Euromediterrane regio nadrukkelijk bekrachtigd.

Gendergelijkheid is een van de prioriteiten uit het vijfjarenwerkplan dat door de staatshoofden is overeengekomen op de Top van Barcelona in 2005, die werd gehouden ter gelegenheid van het tienjarig jubileum van het Euromediterraan partnerschap.

Met het oog op deze afspraken is de in november 2006 in Istanbul gehouden Euromediterrane ministeriële conferentie over de versterking van de rol van vrouwen in de samenleving begonnen met een innovatief en baanbrekend proces. Ministers (met inbegrip van die uit Algerije, Jordanië, Libanon, Marokko, de bezette Palestijnse gebieden, Syrië en Tunesië) werden het eens over een holistische aanpak op grond van de volgende met elkaar samenhangende prioriteiten: ten eerste de politieke en civiele rechten van vrouwen, ten tweede de sociale en economische rechten van vrouwen en duurzame ontwikkeling en ten slotte de rechten van vrouwen op cultureel gebied en de rol van de communicatie en de massamedia.

Sinds de conferentie in 2006 is vooral door middel van het stellen van nationale prioriteiten gewerkt aan de uitvoering van een gemeenschappelijk actiekader, met een vervolgmechanisme en verslagen die door de Europese Commissie zijn gepubliceerd. Tijdens de tweede Euromediterrane ministeriële conferentie in 2009 in Marrakesh hebben de partners van de Euromediterrane Unie hun afspraken hieromtrent opnieuw bevestigd. Het maatschappelijk middenveld heeft een volwaardige rol in de discussies gehad. Bijna alle deelnemers aan dit proces waren het erover eens dat het vergroten van het bewustzijn en de zichtbaarheid van dit proces een van de grote uitdagingen was.

Naast dit regionale kader is de bilaterale dialoog van de Europese Unie, ook via subcommissies die zich met genderkwesties bezighouden, een belangrijke methode voor de aanpak van deze dringende zaken.

Mevrouw de Voorzitter, tot slot wil ik zeggen dat de Europese Unie geweld tegen vrouwen, in welke vorm dan ook, niet zal tolereren, en dat we van alle mogelijke middelen gebruik zullen maken om dit te voorkomen.

 
  
MPphoto
 

  Edit Bauer, namens de PPE-Fractie. (EN) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, ik stel het zeer op prijs dat de Commissie geweld tegen vrouwen als oorlogswapen krachtig veroordeelt. Om verschillende redenen, onder andere vernedering, intimidatie, politieke terreur, het verkrijgen van informatie, beloning van soldaten en zelfs etnische zuivering, wordt dit in gewapende conflicten systematisch toegepast. Geweld tegen vrouwen in gewapende conflicten is voornamelijk gebaseerd op de traditionele opvatting van de vrouw als eigendom. Aangezien vrouwen in veel culturen degenen zijn die cultuur doorgeven en de natie symboliseren, wordt geweld tegen vrouwen ook gebruikt als aanval op de waarden en de eer van een samenleving.

In het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof wordt seksueel geweld aangemerkt als een oorlogsmisdaad, omdat het een onderdeel vormt van een aanval op burgers – tegen de menselijkheid. Verschillende vormen van seksueel geweld in gewapende conflicten, met inbegrip van seksuele slavernij, gedwongen huwelijken en gedwongen zwangerschap, zijn oorlogsmisdaden en moeten worden gezien als een ernstige schending van het Verdrag van Genève. Maar al te vaak worden de verantwoordelijken voor seksueel geweld in een oorlog niet gestraft, en maar al te vaak wordt aan dit soort daders als onderdeel van vredesovereenkomsten gratie verleend.

Het wordt tijd dat deze onmenselijke praktijken waar ook ter wereld worden veroordeeld, en vandaag zou onze boodschap moeten zijn dat plegers van dit soort oorlogsmisdaden niet langer hun straf kunnen ontlopen.

 
  
MPphoto
 

  Ana Gomes, namens de S&D-Fractie. – (PT) In tegenstelling tot het nieuws dat ons momenteel bereikt vanuit Libië, waarin we alleen maar mannen aan het front zien, toonden de beelden van ongeveer een maand geleden van het centrale plein in Benghazi, van het Tahrirplein en van de protesten in Tunesië, Bahrein, Syrië, Jordanië en Marokko vrouwen van alle leeftijden die riepen om vrijheid, justitie en democratie. De vrouwen, en met name de jongere vrouwen, hebben een essentiële rol gespeeld in de revoluties van Noord-Afrika en de Arabische wereld. Hun lot in deze landen, die gekenmerkt worden door strenge religieuze tradities, is niet alleen indicatief, maar ook bepalend voor de weg naar democratie en respect voor mensenrechten die deze landen de komende maanden en jaren aangaan. Daarom moet de Europese Unie de steun aan deze vrouwen, die op dappere wijze de protesten van de Arabische lente in gang zetten, prioriteit krijgen. Ook moeten maatschappelijke organisaties financieel gesteund worden en moet er politieke, technologische en financiële hulp komen voor vrouwen die hier actief aan willen bijdragen. Deze vrouwen moeten gestimuleerd worden om deel uit te maken van democratische instellingen en politieke en economische organen, als afgevaardigde of kandidaat van een politieke partij.

De Europese Unie moet tevens tot op het hoogste niveau alles op alles zetten om te voorkomen dat er intimidatiepraktijken, represailles of seksueel geweld tegen vrouwen die hun stem durven te verheffen, plaats zullen vinden. Zaken als de maagdelijkheidstests, waaraan vrouwen werden onderworpen die op 8 maart deelnamen aan de manifestaties op het Tahrirplein, en de verkrachting en gevangenneming van Iman al-Obeidi in Libië zijn absoluut onaanvaardbaar, zoals commissaris Füle al zei. We rekenen erop dat de hoge vertegenwoordiger en de commissaris eisen dat hier onmiddellijk een onafhankelijk onderzoek naar wordt gedaan zodat dergelijke zaken niet weer zullen voorkomen.

 
  
MPphoto
 

  Antonyia Parvanova, namens de ALDE-Fractie.(EN) Mevrouw de Voorzitter, de ALDE-Fractie heeft dit debat voorgesteld en geïnitieerd omdat we vanavond onze zorg willen uiten over de situatie van vrouwen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten in het licht van de huidige politieke verandering en onrust. De afgelopen weken hebben we in Libië en Egypte ernstige mensenrechtenschendingen gezien, waardoor vooral vrouwen zijn getroffen. Ik zal al deze gevallen niet in detail bespreken, maar wil graag wijzen op twee symbolische en verontrustende situaties die onmiddellijk veroordeeld zouden moeten worden.

Iman al-Obeidi, een Libische vrouw, heeft de internationale pers verteld dat ze het slachtoffer is geworden van een groepsverkrachting en dat ze vervolgens door pro-Khadafisoldaten is vastgehouden en gedurende 72 uur is ondervraagd voordat ze werd vrijgelaten. Zoals mijn collega’s hebben verteld, hebben in Egypte verschillende vrouwelijke demonstranten gezegd dat ze zogenaamde maagdelijkheidstests moesten ondergaan – en ook werden verkracht door soldaten –, en sommigen van hen worden nu aangeklaagd omdat ze voor een dergelijke test zijn ‘gezakt’. Uit deze gevallen is weer eens gebleken dat verkrachting in conflicten nog steeds als wapen wordt gebruikt om de burgerbevolking te terroriseren en te vernederen.

Het zou onaanvaardbaar zijn als wij tegenover deze gruweldaden tegen vrouwen zouden blijven zwijgen. We verzoeken de Commissie en de Raad dringend om het gebruik van seksueel geweld, intimidatie en iedere andere vorm van misbruik van vrouwen in de context van de huidige gebeurtenissen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten ten stelligste te veroordelen. We moeten ook al onze beschikbare beleidsinstrumenten inzetten om te waarborgen dat vrouwenrechten na de politieke overgang in deze maatschappijen gegarandeerd en gehandhaafd zullen worden.

Gisteren hebben we ons verslag inzake een EU-beleidskader ter bestrijding van geweld tegen vrouwen aangenomen, en het zou onaanvaardbaar zijn om met twee maten te meten als het gaat om ons beleid buiten de Unie. Met het oog hierop moet de bevordering van vrouwenrechten volledig worden geïntegreerd in het Europees nabuurschapsbeleid en de programma’s en projecten hiervan, en tegelijkertijd moet er een speciaal beleid komen voor vrouwenrechten en het mondig maken van vrouwen.

 
  
MPphoto
 

  Barbara Lochbihler, namens de Verts/ALE-Fractie. (DE) Mevrouw de Voorzitter, de gedwongen "maagdelijkheidstests" die het Egyptische leger heeft uitgevoerd op vrouwen die op het Tahrirplein protesteerden, en de verkrachting van een Libische vrouw door soldaten zijn afschuwelijke misdaden, die de aanleiding vormden voor de opgestelde ontwerpresolutie. We kunnen niet uitsluiten dat er meer seksueel geweld gepleegd wordt door de verschillende partijen in de conflicten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten.

Het Europees Parlement heeft afgelopen november verklaard dat de lidstaten van de EU en de EU zelf de situatie van vrouwen in oorlogen en gewapende conflicten eindelijk eens serieus moeten nemen. De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheid, mevrouw Ashton, heeft destijds verslag uitgebracht over de vooruitgang. Er is een verbeterd internationaal kader voor geweld tegen vrouwen in oorlogsgebieden, en bovendien hebben diverse landen nationale actieplannen op touw gezet. De uitwisseling van beste praktijken is zeer belangrijk.

De EU heeft voor maatregelen op onder meer medisch gebied al ruim 300 miljoen euro beschikbaar gesteld, en er is nog eens 200 miljoen euro goedgekeurd voor de tenuitvoerlegging van resolutie 1325 van de VN-Veiligheidsraad. Voor 2011 zijn lokale strategieën in conflictgebieden voorzien, met veel aandacht voor het opleiden van personeel. Het lijkt dan ook dringend noodzakelijk al deze ervaringen en maatregelen nu ook expliciet op te nemen bij de tenuitvoerlegging van de Europese overeenkomst voor partnerschap en democratie met de landen ten zuiden van de Middellandse Zee. U kunt daarbij zeker rekenen op de steun van het Parlement.

 
  
MPphoto
 

  Ilda Figueiredo, namens de GUE/NGL-Fractie. – (PT) Mevrouw de Voorzitter, we weten dat vrouwen actief deelgenomen hebben aan de volksopstanden die voor meer democratie, rechten en vrijheden hebben gezorgd in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. We weten echter ook dat ze slachtoffer waren van wijdverbreide en systematische gewelddadigheden en seksuele slavernij. Beide zaken worden door de Conventie van Genève erkend als misdrijven tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden.

In dit kader zijn er verontrustende berichten uit de Democratische Republiek Congo en uit Egypte of Libië of andere landen. We vragen daarom om een effectief diplomatiek optreden om seksuele agressie, intimidatie en vervolging van vrouwen in Noord-Afrika, het Midden-Oosten of waar dan ook te bestrijden.

Bovendien willen we benadrukken hoe belangrijk het is dat de rol van vrouwen in de revoluties wordt erkend, en we dringen erop aan dat hun rechten gegarandeerd worden. Ook moeten ze kunnen meewerken aan het opzetten van nieuwe democratische, juridische, economische en politieke structuren in deze maatschappijen opdat er een einde gemaakt wordt aan de discriminatie waar deze vrouwen al eeuwen onder lijden.

 
  
MPphoto
 

  Emine Bozkurt (S&D). - De revoluties in Noord-Afrika en het Midden-Oosten brengen kansen met zich mee. Het werk van opbouw en van democratie in Tunesië en Egypte kan nu echt beginnen. Op de pleinen en straten van Caïro, Tunis, Benghazi waren en zijn vrouwen een belangrijk onderdeel van de revoluties. Er liggen zoveel kansen, maar ook gevaren.

De beschuldigingen van een jonge Libische vrouw op de televisie van verkrachting door troepen van Kadhafi hebben het grote publiek wakker geschud. Toch waren dit niet de eerste noch de enige berichten. Seksueel geweld wordt als middel gebruikt om vrouwen te onderdrukken en om ze de mond te snoeren, bijvoorbeeld in Caïro waar vrouwen mishandeld en aan maagdelijkheidstests onderworpen zijn door militairen. In de oorlog in Libië wordt geweld tegen vrouwen gebruikt als een wapen. In een machtsvacuüm dat ontstaat in tijden van wetteloosheid, is er geen controle. Vrouwen zijn vogelvrij. Daarom een duidelijk signaal, Voorzitter: dit mag niet, dit kan niet! Aan de nieuwe machthebbers een duidelijk signaal dat dit soort misdaden onderzocht en gestraft moet worden. Niemand met deze misdaden op zijn geweten mag ermee wegkomen.

Ik wil nog benadrukken dat deze vrouwen beschermd moeten worden en dat de rol van vrouwen bij de opbouw van de maatschappij niet vergeten mag worden. Vrouwenrechten moeten in de wet worden verankerd en daarvoor moeten vrouwen ook voldoende plekken krijgen in constitutionele comités, in parlementen, in regeringen, zodat zaken als educatie voor vrouwen, hun rechten, het bestrijden van schadelijke traditionele praktijken ook hoog op de agenda komen. De economische onafhankelijkheid is een speerpunt van emancipatie van vrouwen en ondernemerschap moet aangemoedigd worden, bijvoorbeeld door het gebruik van microkredieten.

 
  
MPphoto
 

  Kristiina Ojuland (ALDE).(EN) Mevrouw de Voorzitter, seksueel geweld tegen vrouwen – en in sommige gevallen ook tegen mannen – in Noord-Afrika en het Midden-Oosten is een ernstige zaak en moet door de autoriteiten in de regio, zowel door de nieuwe democratische leiders als door de oudere regimes, onmiddellijk worden aangepakt.

Ik verzoek de vicevoorzitter van de Commissie/de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, barones Ashton, de verschrikkelijke situatie rond het seksueel geweld in deze regio met vertegenwoordigers van de desbetreffende landen in het kader van de zuidelijke dimensie van het Europees nabuurschapsbeleid te bespreken, om de daders voor het gerecht te brengen en inachtneming van de mensenrechten van zowel vrouwen als mannen te waarborgen.

Ik beschouw seksueel geweld als de slechtste soort van oorlogsvoering. Dit zou koste wat kost moeten worden vermeden en zo streng mogelijk moeten worden bestraft.

 
  
MPphoto
 

  Seán Kelly (PPE).(GA) Mevrouw de Voorzitter, twee maanden geleden hebben we over geweld tegen vrouwen in Europa gesproken. Er werd toen bekendgemaakt dat 25 procent van de Europese vrouwen te maken heeft gehad met geweld. Nu spreken we over seksueel geweld tegen vrouwen in conflicten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Dit is zeer betreurenswaardig en kan niet langer worden getolereerd. Daarom is het belangrijk dat we hierover spreken en iets doen om het te voorkomen.

(EN) Helaas is de houding ten opzichte van vrouwen, niet alleen in oorlogstijd, maar ook als er vrede heerst, in het hele Afrikaanse continent zeer ouderwets. In oorlogstijd wordt het duidelijk nog verergerd. Ik ben het echter eens met de commissaris dat we dit soort kwesties onder de aandacht moeten brengen en vooral moeten proberen om de mensen die deze misdaden plegen ter verantwoording te roepen. Op die manier zal dit gedrag, hopelijk, op enig moment veranderen en zal er een eind komen aan deze verschrikkelijke praktijken.

 
  
MPphoto
 

  Anna Záborská (PPE). - (SK) Seksueel geweld is geen inbreuk op vrouwelijke of mannelijke mensenrechten. Die bestaan ook helemaal niet. Seksueel geweld is een misdaad tegen de menselijke waardigheid, en die is een van de fundamentele rechten van de mens, mannen en vrouwen insgelijks. En dat is niet alleen zo in Europa, maar ook in Egypte, Libië, Congo en andere in deze resolutie genoemde landen in Afrika en het Midden-Oosten. Militaire conflicten mogen niet worden opgevat als verzachtende omstandigheden. In Congo begon het met de verkrachting van vrouwen en daarna ook de verkrachting van mannen. Maar ja, resoluties zijn slechts een hoopje woorden op papier. We hebben daden nodig. De Commissie moet beginnen de schending van de mensenrechten in de wereld gedetailleerd te monitoren en moet instrumenten voorstellen waarmee Europa indien nodig de naleving ervan kan afdwingen. Anders kunnen we de partnerschappen waarin we zoveel investeren net zo goed meteen als een afkoopsom beschouwen.

 
  
MPphoto
 

  Štefan Füle, lid van de Commissie. (EN) Mevrouw de Voorzitter, ik zou tegen de geachte afgevaardigden willen zeggen dat de problemen en specifieke gevallen die ze vandaag onder onze aandacht hebben gebracht zeer ernstig zijn en dat deze een smet werpen op de ontwikkelingen van de afgelopen weken in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Ik heb nota genomen van de kwesties en suggesties die ze in dit debat naar voren hebben gebracht.

Zoals ik al zei, beschikt de Europese Unie over een aantal instrumenten en zal er alles aan gedaan worden om een sterkere participatie van vrouwen in het civiele en politieke leven, zonder bedreigingen, intimidatie en geweld, te bevorderen.

Ik wil de afgevaardigden ook wijzen op enkele recente positieve ontwikkelingen, zoals de instelling van een bureau voor de mensenrechten in het secretariaat van de Samenwerkingsraad van de Golf. Dergelijke stappen moeten we verwelkomen. Via onze steun aan internationale organisaties, niet in de laatste plaats de Vrouwenraad van de Verenigde Naties, en aan het maatschappelijk middenveld zullen we veranderingen van binnenuit ondersteunen. Dit geeft ook aan waarom ons beleid van dialoog en betrokkenheid zo belangrijk is en waarom we dit moeten voortzetten, niet in de laatste plaats met onze nieuwe gesprekspartners.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Tot besluit van het debat zijn er vijf ontwerpresoluties(1) ingediend, overeenkomstig artikel 110, lid 2, van het Reglement.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt donderdag 7 april plaats.

Schriftelijke verklaringen (artikel 149)

 
  
MPphoto
 
 

  Filip Kaczmarek (PPE), schriftelijk. – (PL) Seksueel geweld is een bijzonder weerzinwekkend middel om oorlog te voeren en een vreselijk instrument om de andere zijde in het conflict te bestrijden of te vernederen. In het geval van Noord-Afrika en het Midden-Oosten zijn deze praktijken bijzonder wreed en wijzen op een hoog niveau van cynisme en demoralisering. De overheersende geloofsovertuiging in deze regio is immers heel restrictief wat seksuele kwesties betreft. Zij die seksueel geweld gebruiken, breken heel wat regels en gedragscodes. Oorlogen en conflicten halen vaak onvoorstelbaar kwaad in zulke mensen naar boven. We zullen dit bestrijden, en we zullen nooit ophouden deze barbaarsheid te verwerpen.

 
  

(1)Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid