Resoconto integrale delle discussioni

Lunedì 11 marzo 2013 - Strasburgo

23. Norme di contabilizzazione e piani di azione relativi alle emissioni e agli assorbimenti di gas a effetto serra risultanti da attività connesse all'uso del suolo - Meccanismo di monitoraggio e comunicazione delle emissioni di gas a effetto serra e di altre informazioni in materia di cambiamenti climatici (discussione)

  Der Präsident. − Als nächster Punkt der Tagesordnung folgt die gemeinsame Aussprache über

– den Bericht von Kriton Arsenis im Namen des Ausschusses für Umweltfragen, öffentliche Gesundheit und Lebensmittelsicherheit über Anrechnungsvorschriften und Aktionspläne für die Emissionen und den Abbau von Treibhausgasen infolge von Tätigkeiten im Sektor Landnutzung (COM(2012)0093 - C7-0074/2012 - 2012/0042(COD)) (A7-0317/2012) und

- den Bericht von Bas Eickhout im Namen des Ausschusses für Umweltfragen, öffentliche Gesundheit und Lebensmittelsicherheit über das System für die Überwachung von Treibhausgasemissionen sowie für die Berichterstattung über diese Emissionen und über andere klimaschutzrelevante Informationen (COM(2011)0789 - C7-0433/2011 - 2011/0372(COD)) (A7-0191/2012).

  Κρίτων Αρσένης, Εισηγητής. − Κύριε Πρόεδρε, κύριε Επίτροπε, συζητάμε για δύο συγκεκριμένες εκθέσεις, την έκθεση LULUCF και το MRV, αλλά σε κάθε περίπτωση το θέμα που συζητάμε εδώ πέρα είναι η κλιματική αλλαγή. Κάθε χρόνο συναντιόμαστε στις κλιματικές διαπραγματεύσεις· κάθε χρόνο σημειώνεται πρόοδος· όμως κάθε χρόνο, χρονιά μετά απ’ τη χρονιά, συνεχίζει αυτή η πρόοδος να μην είναι ικανοποιητική, να μην είναι αρκετή ώστε να έχουμε σημαντικές πιθανότητες να πετύχουμε την παγκόσμια κλιματική συμφωνία μέχρι το 2015.

Τι κάνουμε λάθος; Τι είναι αυτό που πρέπει να αλλάξει; Μέσα από τις δύο αυτές εκθέσεις η άποψη του Κοινοβουλίου είναι σαφής: Πρέπει να αλλάξουν οι ρυθμοί μας και η αποφασιστικότητά μας, η σοβαρότητά μας και στην ευρωπαϊκή νομοθεσία. Χρειάζεται, όταν γυρνάμε από τις διεθνείς διαπραγματεύσεις, όχι απλά να μεταφέρουμε τις διεθνείς αποφάσεις στην ευρωπαϊκή νομοθεσία αλλά να τις πηγαίνουμε πολλά βήματα παραπέρα, να τις ολοκληρώνουμε.

Αυτό και κάναμε με το LULUCF. Ακριβώς μετά το Ντέρμπαν ήρθε η πρόταση της Επιτροπής για την ενσωμάτωση της απόφασης του Ντέρμπαν για την καταγραφή των εκπομπών από τη χρήση και αλλαγή χρήσης γης. Αντί να παραμείνουμε στο ελάχιστο που είχε αποφασιστεί στο Ντέρμπαν, στις κλιματικές διαπραγματεύσεις, την υποχρέωση και καταγραφή των εκπομπών που προέρχονται από τα δάση, την αναδάσωση, τη διάσωση, τη διαχείριση των δασών και άλλα, προχωρήσαμε παραπέρα: Κάναμε υποχρεωτική για την Ευρωπαϊκή Ένωση και τα κράτη μέλη και την καταγραφή των εκπομπών που αφορούν τις γεωργικές δραστηριότητες.

Και όχι μόνο αυτό. Μέσα στη νομοθεσία έχουμε την υποχρέωση της Ευρωπαϊκής Ένωσης να πρωτοστατήσει στις κλιματικές διαπραγματεύσεις, προκειμένου σε διεθνές επίπεδο να γίνει υποχρεωτική και η καταγραφή των εκπομπών που προέρχονται από τους υγροτόπους. Νομίζω ότι με τον τρόπο αυτό, αν συνεχίσουμε προς αυτή την κατεύθυνση, αν πραγματικά σοβαρέψουμε τις πολιτικές μας, αν κάνουμε τις πολιτικές μας πιο υπεύθυνες, θα μπορέσουμε να φτάσουμε το 2015 σε μια παγκόσμια κλιματική συμφωνία που τόσο χρειαζόμαστε.

Όμως δεν επιτυγχάνονται αυτές οι πρόοδοι αυτόματα. Θα ήθελα να ευχαριστήσω, πέρα από όλους τους συναδέλφους, τους σκιώδεις εισηγητές σ’ αυτή την έκθεση, που στηρίξανε την εισαγωγή των γεωργικών εκπομπών, να καταγράφονται δηλαδή υποχρεωτικά κάθε χρόνο, όπως θα συμβαίνει από δω και μπρος. Θέλω να ευχαριστήσω τον συνεργάτη μου, που ασχολήθηκε με αυτό το θέμα, Ηλία Πρέβεζα, την Ulrike SCHΟNER από τη γραμματεία των Σοσιαλιστών, τη σύμβουλο των Σοσιαλιστών σε αυτά τα θέματα, την Isobel Findlay από τη γραμματεία της Επιτροπής Περιβάλλοντος, την Κυπριακή Προεδρία και την Ευρωπαϊκή Επιτροπή. Όλοι μαζί καταφέραμε με διαδικασίες εξπρές να ολοκληρώσουμε σε πρώτη ανάγνωση αυτή τη διαπραγμάτευση και ήδη από το 2013 να αρχίσει η καταγραφή των αγροτικών εκπομπών από τα κράτη μέλη. Πρέπει να καταφέρουμε μέχρι το 2015 να έχουμε την παγκόσμια κλιματική συμφωνία και θα τα καταφέρουμε.

  Bas Eickhout, Rapporteur. − Voorzitter, laat ik beginnen met de dankwoorden. Dankwoorden aan de schaduwrapporteurs, aan de Commissie en ook aan het Cypriotisch Voorzitterschap voor het sluiten van deze deal in de eerste lezing. Dat was niet mogelijk geweest als niet iedereen daar zo zijn best voor had gedaan. Het verslag waarvoor ik rapporteur was is zeer belangrijk voor de rapportageverplichtingen van alle lidstaten in de EU over de hoeveelheid die ze uitstoten en hoe dat precies eruitziet. Belangrijk om ervoor te zorgen dat iedereen dezelfde uniforme, transparante regels gebruikt voor het vastleggen van de uitstoot van broeikasgassen. Wat ook belangrijk is, met name voor de langere termijn, is dat de lidstaten voortaan ook de plannen moeten gaan voorleggen van de overgang op de langere termijn van hun economie naar een economie die 80 tot 95% van de broeikasgassen minder gaat uitstoten. Die overgang klinkt ver weg, we hebben het over 2050. Maar de veranderingen zullen morgen en overmorgen al moeten gebeuren om dat in 2050 te bereiken. En deze rapportageverplichtingen zorgen ervoor dat lidstaten laten zien hoe ze hun maatregelen daarop afstemmen.

Een ander belangrijk onderwerp in dit dossier was de scheepvaart. Het bleek voor de lidstaten op dit moment onaanvaardbaar om het daarover te hebben. We hebben nu een toezegging van de Commissie dat ze zeer binnenkort gaat komen met voorstellen over hoe wij de internationale scheepvaart gaan vastleggen in onze rapportages. Ik kijk erg uit naar die voorstellen. En we hebben in ieder geval daar een duidelijke toezegging over.

Het belangrijkste punt, of in ieder geval het punt dat de meeste aandacht kreeg tijdens de onderhandelingen, betrof de rapportageverplichtingen over financiën. Wat dat betreft wil ik vooral naar twee lidstaten wijzen die ongelooflijk moeilijk deden in die onderhandelingen, terwijl ze naar buiten toe altijd veel goede sier maken met hoe groen ze zijn. Het gaat om het Verenigd Koninkrijk, maar ook Duitsland. Dat punt is toch wel heel duidelijk in de Raad, dat zelfs de rapportageverplichting over: 'hoeveel geld geven wij aan klimaatsteun', zelfs die rapportageverplichting een groot, groot probleem was voor lidstaten als het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Dus elke keer maken ze goede sier met hoe groen zij de economie willen, maar zodra het concreet wordt en gaat over 'hoeveel steun geven wij aan ontwikkelingslanden', dan zijn met name het Verenigd Koninkrijk en Duitsland die zeer dwars gaan liggen, alleen maar omdat ze niet willen dat de EU iets gaat doen met financiën.

Laat me heel duidelijk zijn. Dit verslag gaat helemaal niet over bevoegdheden van lidstaten die naar Europa gaan of over financiën. Het enige wat hier gevraagd wordt is: 'rapporteer hoeveel geld jullie elk jaar geven aan ontwikkelingslanden'. En iedereen die naar de internationale klimaatonderhandelingen gaat, weet hoe belangrijk dit voor ontwikkelingslanden is.

Wat doet de EU voor klimaatsteun? Elk jaar weer is dat een groot gevecht. En elk jaar weer kan de EU, als EU zijnde, niet duidelijk maken hoeveel geld wij geven. Elke lidstaat wil voor zichzelf duidelijk maken hoeveel geld ze geven. Zoals afgelopen keer in Doha: Zweden gaf een beetje, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk. Maar we konden niet bij elkaar optellen, omdat iedereen verschillende regels en rekenmethoden gebruikt, en daardoor konden wij als EU niet duidelijk laten zien hoeveel geld wij aan ontwikkelingslanden geven. En dat is elk jaar een probleem voor de internationale onderhandelingen.

Dankzij dit verslag komt daar gelukkig een einde aan, maar er was ongelooflijk veel moeite voor nodig om Duitsland en het Verenigd Koninkrijk die stap te laten zetten. Ik zou dus graag willen zeggen aan die lidstaten: 'Ja, wat jullie thuis doen aan vergroening is belangrijk, maar zorg er ook voor dat de EU als EU grote stappen kan maken, internationaal. Bij dit verslag ging het alleen maar over het rapporteren van die stappen. Als dat dan moeilijk is, hebben we nog een lange weg te gaan en dat is helaas toch een conclusie van dit verslag. We zetten weer een stap verder, we hebben weer wat binnengehaald, maar we hebben nog een lange weg te gaan op weg naar die echte groene economie. De rapportageverplichtingen zijn er nu. Nu de echte actie.

  Connie Hedegaard, Member of the Commission. − Mr President, first of all let me express my sincere appreciation to the two rapporteurs, Kriton Arsenis and Bas Eickhout, the secretariat and the many shadow rapporteurs for their hard work on these two legislative proposals. Thanks to what I believe has been excellent and efficient cooperation between the three institutions, including the very committed work done by the Cypriot Presidency, we are able to conclude the legislative procedure with first-reading agreement on both files.

On LULUCF, we have, overall, been able to secure an outcome that is an important step forward in meeting our international commitments and in developing our climate policy. The compromise meets the main objectives of the Commission proposal: it is in line with the respective decision taken in the international climate talks in Durban and ensures the full implementation of the international requirements under the UNFCCC and the Kyoto Protocol both now and towards 2020. It will allow harmonised accounting for the greenhouse gas emissions and removals from the LULUCF sector. Including this sector in the national accounts of the Member States closes an important gap and ensures that in the future all sectors can contribute to the mitigation of climate change. The outcome strikes a good balance, as it reflects and safeguards concerns of landowners while confirming the high level of ambition desired by the Commission and interested parties.

On the two most important political aspects of the Commission’s proposal, the compromise firstly ensures full mandatory accounting for agricultural activities, starting with the period from 2020 onwards, but already sets in place a more gradual approach for accounting for these activities during the period up to 2020. This should be seen as a first step and as part of the greater effort needed to collect data on agricultural land. Secondly, it ensures the framework for shedding light on Member States’ LULUCF actions in order to enhance best practices and to collect information which could feed into further steps for regulating the LULUCF sector in the future.

This decision is also a central piece of legislation for a sustainable bioeconomy. By including greenhouse gas accounting from the LULUCF sector into EU law and setting out a roadmap to advance the methodologies and systems to track greenhouse gases related to agricultural soils, we are making sure that emissions and removal related to biomass use and carbon sequestration are fully reflected in the EU’s accounts.

As regards the next steps, swift implementation of the decision will be important to enhance our knowledge of this sector. My services will of course be in close contact with the Member States to discuss what needs to be done and when it needs to be done. Furthermore, let me highlight that the first article of the LULUCF decision points out that this is only a first step. The next step is related to the question of how and when emissions and removals from the LULUCF sector can be included in the Union’s emission reduction commitment.

To conclude, this decision on LULUCF is an important milestone and fills a gap in our domestic climate policy. It will greatly facilitate a debate on what role this sector should play in the EU’s future climate policy.

I would like to make a few remarks on the MMR, where the Commission’s proposal was intended firstly to improve the current monitoring and reporting mechanism, secondly to fully implement the monitoring and reporting requirements set out in the 2009 climate and energy package, thirdly to provide a solid basis for implementation of the Union and Member States’ international obligations until the second commitment period of the Kyoto Protocol, and lastly, to create the means for future monitoring and reporting of greenhouse gas emissions and the further development of EU climate change policies.

The Commission is convinced that the compromise text as agreed meets those objectives. We acknowledge that not all issues were addressed in line with the level of ambition we had initially proposed. In particular this is the case for some issues linked to the reporting on low carbon development strategies, climate finance, reporting frequency and a broader mandate for the adoption of delegated and implementing acts. As part of the agreement, the Commission therefore agreed to make two statements, which will be transmitted to your services for inclusion in the minutes. The Commission nevertheless welcomes this compromise text because it provides the tools the Union and the Member States need to continue playing a pivotal role in the international effort to keep the temperature increase below 2°C, minimise the impact of climate change and ensure full and effective implementation of their international and EU obligations.

In the coming years the Commission, in collaboration with the Member States and keeping the European Parliament fully informed, will closely monitor the application of the MMR and, where that application is not satisfactory or where the level of ambition should be further raised, consider various options to address those issues, including the introduction of new codecision proposals.

Let me conclude by hoping that tomorrow’s vote will show strong support for both agreements. I think real steps forward are being made here.

ΠΡΟΕΔΡΙΑ: ΓΕΩΡΓΙΟΣ ΠΑΠΑΣΤΑΜΚΟΣ
Αντιπρόεδρος

  Åsa Westlund, föredragande av yttrande från utskottet för utveckling. − Herr talman! Så är det givetvis dessa uppgörelser. Det är viktigt att vi får dessa regler för rapportering och statistik på plats för att kunna följa upp och också ha bra underlag för kommande klimatbeslut på alla politiska nivåer.

Som föredragande för utvecklingsutskottet tycker jag givetvis också att det är väldigt bra att det nu ska redovisas hur mycket medlemsstaterna ger i klimatbistånd, på ett sätt som är begripligt för omvärlden och inte minst för utvecklingsländerna. Precis som min kollega Bas Eickhout redan har framhållit så är detta en ständigt återkommande diskussion och det är väldigt viktigt att få fram mer fakta på bordet.

I detta sammanhang ska jag också beklaga att vi inte får ordning på den andra kritiken som brukar riktas mot oss industrialiserade länder, nämligen att vi tar pengar från fattigdomsbiståndet för att finansiera klimatbiståndet, det vill säga att vi tar med ena handen och ger med den andra.

Här hade vi behövt göra framsteg och jag kan bara hoppas vi kommer dithän i framtiden, att vi faktiskt ger klimatbiståndet additionellt, alltså utöver vad vi redan ger i fattigdomsbekämpningsbistånd.

  Radvilė Morkūnaitė-Mikulėnienė, PPE frakcijos vardu. – Europos Sąjunga neabejotinai yra viena iš pasaulinės kovos su klimato kaita lyderių. Tik šiuose rūmuose nuolat kyla klausimas, ar nesame per ambicingi ir, svarbiausia, ar nesame vieni. Kaip bebūtų Jungtinių Tautų Bendrosios klimato kaitos konvencijos ir Kioto protokolo rėmuose priimti tam tikri sprendimai, šiuo atveju dėl žemės naudojimo, keičiant jos paskirtį ir vykdant miškininkystės veiklą, siekiant sumažinti šiltnamio efektą sukeliančių dujų emisijas. Kitaip tariant LULUCF dokumentas. Europos Komisija pasiūlė ambicingą projektą, įtraukiantį apskaitos taisyklės ir daugelį kitų dalykų. Dėl šių ir tarptautinių įsipareigojimų anksčiau ar vėliau reikės imtis atitinkamų veiksmų. Visgi, turime nepamiršti ir vieno pamatinių Europos Sąjungos teisės veikimo principų – proporcingumo. Todėl tiek diskusijų komitete metu, tiek derantis su Taryba, akcentavau, jog šis dokumentas, LULUCF, neturi užkrauti nebūtinos administracinės naštos, nei valstybėms narėms, nei ūkininkams, jog dviguba apskaita būtų našta. Taip pat šiuo dokumentu neturėtume priimti ir papildomų įsipareigojimų, kurie būtų ne apskaitos, o klimato kaitos poveikio mažinimo priemonės. Džiaugiuosi, jog galutiniame dokumento tekste, dėl kurio pavyko sutarti trialogo metu, buvo atsižvelgta į didžiausius mūsų nuogąstavimus ir įtvirtinta, jog pagrindiniame etape nereikalausime iš valstybių narių duomenų, nebūtinų pagal JT konvencijų sprendimus, jog neįvesime vieningo miškų apibrėžimo, jog atsižvelgėme į valstybių narių nuogąstavimus dėl sunkumų apskaitant ganyklų ir pasėlių tvarkymą. Dėkoju pranešėjui už tai, kad pačiu laiku žengėme žingsnį, kuris nėra mums per didelis ir kuris neprivers mūsų suklupti pusiaukelėje. Ačiū už bendradarbiavimą.

  Marita Ulvskog, för S&D-gruppen. – Herr talman! Det som skadar klimatpolitiken är oenigheten mellan olika länder inom EU och utanför EU men minst lika allvarligt är, som det har påpekats här, oförmågan att följa upp redan fattade beslut.

För att uppfylla de klimatmål och fullgöra de åtaganden som EU:s medlemsländer har skrivit under på, måste det vara exakta uppgifter, vi måste ha fakta om vad som faktiskt görs och vilka resultat åtgärderna leder till.

Hittills har rapporteringssystemen varit otillförlitliga. Det har varit svårt att jämföra, svårt att värdera och nu ändrar vi förhoppningsvis på detta, bl.a. med det förslag vi nu diskuterar om mekanismer för att övervaka och rapportera utsläpp av bl.a. växthusgaser och som jag som socialdemokratiskt skuggföredragande står bakom.

Detta förslag gör det möjligt att följa upp medlemsstaternas åtaganden på klimat- och energiområdet. Rapporteringen och övervakningen byggs också ut så att den omfattar den förnybara energin.

Jag tycker att detta är väldigt bra. Det kan låta enkelt och det kan låta självklart, men om vi vill att klimatpolitiken ska omsättas i praktiken går det inte att bara stanna vid vackra ord och det gör vi inte nu.

(Talaren samtyckte till att besvara en fråga (blått kort) i enlighet med artikel 149.8 i arbetsordningen).

  Zbigniew Ziobro (EFD), pytanie zadanie przez podniesienie niebieskiej kartki. – Chciałbym zadać koleżance pytanie, odnosząc się z szacunkiem do wrażliwości w kwestii ocieplenia klimatycznego: czy Pani, jako przedstawicielka frakcji socjalistycznej, nie obawia się i nie widzi związku przyczynowego pomiędzy nadmiernym zaangażowaniem Unii Europejskiej w ograniczenie emisji CO2 a wzrastającym kryzysem i wzrastającym bezrobociem? Czy nie widzi w tym Pani związku, zależności, że duże firmy przenoszą produkcję poza Europę, do krajów, które nie zajmują się ograniczeniem emisji CO2, takich jak kraje byłego Związku Radzieckiego, kraje azjatyckie, USA, na czym traci Europa i jej rynek pracy? Pani jest socjalistką, więc chciałbym dowiedzieć się, czy jest to dla Pani ważne.

  Marita Ulvskog (S&D), Svar "blått kort". – Det här är en del av klimatdiskussionen i allra högsta grad, nämligen läckaget. Vi måste se till att vi har ett heltäckande, globalt avtal som gör att man inte flyttar jobben till länder med lägre löner, med dålig arbetsmiljö eller med klimatutsläpp.

Som ledamot av både industri- och miljöutskotten ser jag frågan om klimatet som en konkurrensdel. Vi kan bara konkurrera genom att vara klimatsmarta.

  Θεόδωρος Σκυλακάκης, εξ ονόματος της ομάδας ALDE. – Κύριε Πρόεδρε, κυρία Επίτροπε, οι εκθέσεις αυτές έχουν τεχνικό χαρακτήρα και στα βασικά στοιχεία τους πετύχαμε, πιστεύω, έναν καλό συμβιβασμό. Αναδεικνύουν όμως και πολύ σοβαρά πολιτικά θέματα, καθώς ωθούν προς μεγαλύτερη διαφάνεια και αποτελεσματικότητα σε ό,τι αφορά την κλιματική μας πολιτική. Χρειαζόμαστε, πράγματι, στην κλιματική πολιτική και μεγαλύτερη διαφάνεια και μεγαλύτερη αποτελεσματικότητα.

Στο πλαίσιο του ETS, του εμπορίου ρύπων, για παράδειγμα, άνθησαν δυστυχώς σοβαρά σκάνδαλα. Το πιο μεγάλο σε μέγεθος ήταν το σκάνδαλο του CDM, για τον τερματισμό του οποίου έδωσε μάχη η ίδια η Επίτροπος αλλά έδωσε μάχη και το Κοινοβούλιο, και βοήθησα, μπορώ να σας πω, και ο ίδιος. Και η κοινή αυτή αντίδρασή μας οδήγησε στην εξοικονόμηση εκατοντάδων εκατομμυρίων ή και δισεκατομμυρίων ευρώ για τον Ευρωπαίο καταναλωτή ηλεκτρικού ρεύματος, αφού προηγουμένως είχαν πληρωθεί αντίστοιχα ποσά σε εργοστάσια εκτός Ευρώπης και ενδιάμεσους που κερδοσκόπησαν αξιοποιώντας την πολυπλοκότητα και αδιαφάνεια του συστήματος, πουλώντας μας δικαιώματα μέχρι και 70 φορές ακριβότερα από ό,τι είχαν κοστίσει.

Αντίστοιχα, χρειαζόμαστε μεγαλύτερη αποτελεσματικότητα έτσι ώστε να μην επαναληφθεί το φαινόμενο των φωτοβολταϊκών πάνελ, που τα αγοράσαμε πανάκριβα για να δημιουργήσουμε μία ισχυρή ευρωπαϊκή πρωτοπορία, και είδαμε στο τέλος την Κίνα να μας παίρνει την αγορά επιδοτώντας απευθείας τους δικούς της παραγωγούς, για να αποσπάσει τις επιδοτήσεις που εμείς δίναμε όλα αυτά τα χρόνια.

Τα λάθη αυτά ελπίζω να αποφευχθούν στο πλαίσιο του LULUCF, όπου από την αρχή εξασφαλίζονται ικανοποιητικοί, πιστεύω, κανόνες λογιστικής απεικόνισης. Θα το δούμε όμως στην πράξη και θα είμαστε πάντα σε εγρήγορση, υπερασπιζόμενοι τη διαφάνεια και την αποτελεσματικότητα στην κλιματική μας πολιτική, γιατί το θέμα είναι πολύ μεγάλο και πολύ κρίσιμο για να το αφήνουμε έρμαιο μόνο στα ωραία λόγια και στις καλές προθέσεις.

  Satu Hassi, Verts/ALE-ryhmän puolesta. – Arvoisa puhemies, hyvät kollegat, kiitos esittelijöille erittäin hyvästä ja omistautuneesta työstä. Koko maailmassa metsien ja maankäytön muutosten arvioidaan aiheuttavan noin viidesosan kaikista kasvihuonekaasupäästöistä eli jonkun verran enemmän kuin kaikki maailman liikenne yhteensä.

Monien arvioiden mukaan metsiin ja maankäyttöön liittyvät toimet kuuluvat myös halvimpiin tapoihin suojella ilmastoa, mutta samalla asettuvat kyseenalaisiksi monet perinteiset toimintamallit ja siksi asiaan liittyy kuumia kiistoja monissa maissa, ei vähiten omassani. Mutta jos jätämme metsiin ja maaperään liittyvät toimet tekemättä tai raportoimme päästöt puutteellisesti, nostamme ilmaston suojelun hintaa kokonaisuutena.

Esimerkiksi turvemaita ei pitäisi raivata pelloiksi. Meillä Suomessa ei pitäisi avohakata ojitetuille soille kasvatettuja metsiä. Metsähakkuiden yhteydessä kantoja ei pitäisi kiskoa maasta poltettavaksi, koska näillä kaikilla toimilla siirretään hiiltä maasta ilmaan.

  Jiří Maštálka, za skupinu GUE/NGL. – Vážený pane předsedající, nejprve bych chtěl poděkovat zpravodaji za odvedenou práci, bylo mi ctí s ním spolupracovat, a také všem, kdo se podíleli na dosažení kompromisu během trialogu.

Projednávaná zpráva nemá jen ekologický, ale i sociální aspekt. Započítávání zásob uhlíku vázaného v biomase podpoří lesnictví, které je v mnohých oblastech tradičním, byť v poslední době poněkud opomíjeným odvětvím. Důraz na používání většího množství výrobků ze dřeva přinese oživení dřevozpracujícího průmyslu, což bude mít nepochybně pozitivní vliv i na tvorbu pracovních míst.

Zároveň se však obávám, aby požadavek na zvětšení objemu uhlíku vázaného v lesích neměl negativní dopad na kvalitu porostů a celkově i na hospodaření v lesích. Především by mohl brzdit přechod od dříve poměrně častých monokultur k přirozené druhové skladbě našich lesů, který se neobejde bez těžební činnosti. Celkově je ale dosažený kompromis přijatelný a podporuji ho.

  Richard Seeber (PPE). - Herr Präsident! Ich begrüße diese Einigung sehr, die wir hoffentlich morgen annehmen werden. Grundsätzlich muss man sagen: Wichtig ist in der Klimapolitik, dass wir die Lasten auf alle Sektoren verteilen. Deshalb ist es auch wichtig, dass wir hier den LULUCF-Sektor mit einbeziehen und uns jetzt auch auf gemeinsame Standards geeinigt haben und unseren diesbezüglichen Verpflichtungen nachkommen, die wir mit dem Kyoto-Protokoll übernommen haben. Wichtig ist auch, dass wir uns dessen bewusst sind, dass wir mit der Klimapolitik doch irgendwo noch am Anfang stehen. Deshalb ist es auch wichtig, dass wir die Entscheidungen, die wir getroffen haben, auch umsetzen und beobachten, wie sich das auswirkt. Das ist eben nicht so leicht wie in sehr vielen anderen Bereichen, aber hier ist die Datengrundlage noch nicht so sicher.

Darum auch zum zweiten Bericht: Es ist sehr wichtig, dass wir jetzt diese Daten zusammentragen, gemeinsame Regeln haben und daraus dann die richtigen Schlussfolgerungen ziehen. Nur so können wir gewährleisten, dass wir die richtigen Maßnahmen ergreifen. Faktum ist, dass Europa hier eine Vorreiterrolle in der Klimaschutzpolitik eingenommen hat. Faktum ist aber auch, dass andere Teile der Welt mehr Treibhausgasemissionen haben, aber gleichzeitig Bemühungen unternehmen. Wir müssen jetzt auf internationaler Ebene schauen, welcher Zugang am ehesten zum Ziel führt, damit wir eben 2050 unser selbstgestecktes CO2- und unser Temperaturanstiegsziel erreichen.

Wichtig ist nur, dass wir hier mit ruhiger Hand vorgehen und nicht dauernd hin und her springen, weil wir sonst nicht abschätzen können, welche konkreten Auswirkungen unsere Entscheidungen haben. Deshalb sind dies zwei Entscheidungen, die zu treffen sind und die richtig sind. Aber langfristig sollen wir doch nicht dauernd hin- und herschwenken, sondern hier eine gerade Linie fahren.

  Christa Klaß (PPE). - Herr Präsident, Frau Kommissarin, liebe Kolleginnen und Kollegen! Über den richtigen Weg in den Klimadiskussionen da kann man wahrlich herzhaft streiten, und wir tun das. Ich stimme dem Kompromiss zu, aber nur weil das Tempo verlangsamt wurde. Die Emissionen landwirtschaftlicher Flächen, von Acker und von Grünland, gehören nicht in die Aufrechnung von LULUCF-Faktoren. Auch der Vorschlag der Kommission, nationale Aktionspläne über die Aktivitäten im Bereich von LULUCF jetzt vorzulegen, war eine überzogene Forderung. Bis spätestens 2017 wird ein neues globales Klimaabkommen verhandelt. Es wäre jetzt ein falsches Signal, im vorauseilenden Gehorsam einen Sonderweg zu beschreiten, der vor allem im Bereich Landwirtschaft in keiner Weise ausgewogen und realistisch ist.

Es muss jetzt darum gehen, auf internationaler Ebene faire und objektive Anrechnungsregelungen zu erarbeiten. Wir müssen achtgeben, dass wir nicht Schritt für Schritt ein Bürokratiemonstrum erschaffen, das sich zu einem Selbstläufer entwickelt und immer wieder neue Standards festschreibt, von denen man dann nicht mehr zurückkann. Bei den komplizierten Modellen, die vorliegen, um den Kohlenstoffaustausch zwischen Boden und Atmosphäre zu berechnen, wird nicht bedacht, welche Auswirkungen dies dann wirklich auf die Landwirtschaft hätte.

Die Landwirtschaft muss eine Vielzahl von Funktionen erfüllen. Sie muss direkt und indirekt zur Ernährungssicherung einer wachsenden Weltbevölkerung beitragen, und sie ist ein wichtiger Sektor für wirtschaftliche und soziale Entwicklung. Wenn wir uns am grünen Tisch weitere Auflagen und Berichtspflichten für die Landwirtschaft ausdenken, dann scheinen viele zu vergessen, dass wir letztendlich auch von den Kleinbauern in allen Teilen der Welt, die oft gar nicht in der Lage sind, die komplizierten Berechnungen und Modelle umzusetzen, die Erfüllung aller Auflagen verlangen müssten. Dies kann aber zu einer Abkehr von der Landbewirtschaftung führen. Der Wert von fruchtbarem Land steigt, und die Konkurrenz um Landressourcen wird zunehmen. Ob wir das wohl alles wollen? Ich setze da ein Fragezeichen.

  Bogusław Sonik (PPE). - Niewątpliwie ujednolicony system określający obowiązek raportowania i metody rozliczania emisji gazów cieplarnianych jest niezbędny. Uważam jednak, że określone ramy prawne powinny być wyważone. Przy określaniu tego typu regulacji należy brać pod uwagę zróżnicowanie uwarunkowań w państwach członkowskich, jak również ich międzynarodowe zobowiązania – w tym wypadku dotyczące konwencji klimatycznych. Jednocześnie należy unikać podwójnego raportowania emisji i pochłaniania w ramach konwencji klimatycznej oraz niepotrzebnych dodatkowych kosztów administracyjnych. Wskazane jest zachowanie proporcjonalności i spójności z uwarunkowaniami i priorytetami państw członkowskich oraz dotychczasowym prawem międzynarodowym.

W związku z tym popieram poprawki do sprawozdania, zwłaszcza te precyzujące definicje i uszczegółowiające zapisy dotyczące definicji lasów, określające także uprawnienia Komisji w procesie legislacyjnym.

Έναρξη της διαδικασίας «Catch-the-Eye»

  Romana Jordan (PPE). - Ko bo mehanizem za spremljanje uresničevanja globalnih in evropskih zavez poenoten, bo to pomenilo manjše administrativno breme za gospodarstvo, kar je dobro. Paziti pa moramo, da bomo zmanjšali upravna bremena tudi nacionalnim javnim organom, kajti države članice zelo varčujejo pri izdatkih za administracijo.

Cilj podnebnih mehanizmov je zmanjšanje globalnega segrevanja, ne pa zbiranje denarja v shirane državne proračune. Zato sem vesela, da je v uredbi napisano, da se morajo sredstva porabiti namensko. Nikakor pa ne morem biti zadovoljna s kompromisom, da se mora namensko porabiti najmanj 50 % sredstev.

To je premalo. Na ta način namreč dopuščamo, da se za masko okoljskih oziroma podnebnih dajatev skrivajo raznorazni drugi proračunski porabniki. S tem pa lahko odločitve držav članic o višini teh dajatev vodi povsem drug interes, kot je zmanjšanje globalnega segrevanja.

  Miroslav Mikolášik (PPE). - Vítam nový návrh nariadenia o mechanizme monitorovania a nahlasovania emisií skleníkových plynov, pretože včasné a presné údaje prispievajú k monitorovaniu dodržiavania pravidiel pre znižovanie emisií. Takýto postup vedie k naplneniu zámerov Kjótskeho protokolu, ale aj nadštandardných cieľov Európskej únie, ktorá chce významnou mierou prispieť k ochrane životného prostredia.

V rámci textu nariadenia oceňujem najmä snahu o monitorovanie vplyvu námornej dopravy na emisie skleníkových plynov, čomu sme sa v minulosti až tak nevenovali. Táto oblasť si v budúcnosti iste vyžiada ešte väčšiu pozornosť. Je teda nevyhnutné, aby sme zabezpečili transparentné monitorovanie, vďaka ktorému dosiahneme možnosť nespochybniteľne porovnávať údaje z rôznych členských štátov. Takto získaný prehľad nám potom pomôže prijať konkrétne opatrenia na znižovanie emisií.

  Marek Józef Gróbarczyk (ECR). - Dziękuję Panie Przewodniczący! Polityka klimatyczna staje się kluczowym elementem dla rozwoju gospodarek poszczególnych krajów Unii Europejskiej. Wobec zaburzenia konkurencji pod kątem produkcji i całkowitej dominacji Dalekiego Wschodu, wynikającej z dumpingowej polityki tych państw oraz brakiem polityki ochrony socjalnej tamtejszych pracowników, ograniczono koszty produkcji w nieporównywalny sposób do Unii Europejskiej. W ten sposób spowodowano jej niekonkurencyjność. Jest rzeczą oczywistą, że obszar konkurencyjności, który znajduje się w zasięgu Unii Europejskiej, dotyczy przede wszystkim kosztów energii. Doskonale rozumieją to Stany Zjednoczone, które poprzez rozwój swojego rynku gazu łupkowego i stosując swoją politykę klimatyczną, stały się konkurencyjne dla Dalekiego Wschodu. Nie wolno hamować rozwoju państw, obciążając je nieracjonalną polityką klimatyczną. Dziękuję.

  João Ferreira (GUE/NGL). - Senhor Presidente, discordamos fortemente da abordagem de mercado seguida pela União Europeia no domínio das emissões de gases de efeito de estufa. As limitações e contradições desta abordagem estão hoje bem à vista no funcionamento do mercado do carbono. Rejeitamos, por isso, que a aferição e reporte de fluxo de carbono possa de alguma forma alimentar esta lógica de mercado subjacente a toda a abordagem à problemática das alterações climáticas.

Mas reconhecemos a importância de melhorar o nosso conhecimento sobre os fluxos de carbono e sobre o papel dos solos nestes processos. O solo constitui o maior reservatório de matéria orgânica da Terra, e essa matéria orgânica é essencial à sua fertilidade.

A preservação desse carbono, assim como o estudo e monitorização dos mecanismos subjacentes à sua fixação e aos seus fluxos, aos impactos antropogénicos, são muito importantes. O empenho na promoção de um programa internacional de investigação e cooperação neste domínio poderia constituir um importante contributo para colmatar as lacunas de conhecimento hoje existentes.

  Elena Băsescu (PPE). - Reducerea emisiilor de gaze cu efect de seră este unul dintre elementele principale iniţiate la nivel european. Prin mecanismul său de supraveghere, Uniunea monitorizează cu regularitate emisiile şi gradul de absorbţie pentru aceste gaze. Salut propunerea Comisiei de a îmbunătăţi normele Uniunii care vizează acest mecanism.

De asemenea, trebuie facilitată dezvoltarea instrumentelor în domeniul schimbărilor climatice. Un astfel de instrument este Schema de comercializare a certificatelor de emisii de gaze cu efect de seră. După şase ani de participare a României la EU ETS, schema acoperă aproape 12 000 de instalaţii emiţătoare de dioxid de carbon. Este un pas important pentru realizarea obiectivului ambiţios de reducere a emisiilor de gaze cu efect de seră cu cel puţin 20% până în 2020.

  Erik Bánki (PPE). - Az üvegházhatású gázok kibocsátás-csökkentése terén vállalt elkötelezettségeknek jelenleg nem képezi részét a földhasználat, a földhasználat-változás és erdőgazdálkodás, az úgynevezett LULUCF szektor. A Bizottság felmérése alapján ennek a szektornak a részterületein az önkéntes vállalásokat is megengedő szabályok miatt a tagállami kötelezettségvállalások nem egységesek. Éppen ezért örömmel fogadom azt, hogy az új szabályozásban más típusú elemek kerültek rögzítésre, mint pl. az elszámolás módszertanának rögzítése, vagy a Bizottság felhatalmazása az elszámolások módszerének és a kapcsolódó definícióknak az aktualizálására. Fel kell hívni a figyelmet azonban arra, hogy az erdőfelújítást pótló erdőtelepítés elszámolási szabályainak törlése néhány tagország számra, így Magyarország számára is kedvezőtlen lehet.

Egy reményt nyújt az, hogy a rendelet szellemében a szektorra kidolgozott nemzetközi útmutató szerint elszámolási szabályokat még alkalmazni lehet. Ezért azt gondolom ezek a tagországok majd ezzel a lehetőséggel még átmenetileg tudnak élni.

(Λήξη της διαδικασίας «Catch-the-Eye»)

  Connie Hedegaard, Member of the Commission. − Mr President, I will keep it short as it has also been so positive to hear how broad a backing these two proposals have.

There was one comment about our need to improve knowledge. I, of course, agree with this one hundred per cent, and that it is why it makes so much sense that we are now starting to account for LULUCF. This is very important because when you account for it then you also need to – and you know that the next step will be that you have to – reduce the impact from LULUCF and that is why this is a total thing. This is a first step and it is very important because the next step, of course, is that people will want to know more. So these things are interlinked and I think that what we just heard here speaks very much in favour of supporting what we actually have in front of us.

My other concluding remark is just to say how sometimes, when we sit at these international conferences, you wonder what comes out of them. This is a very tangible and specific example. Some of us worked on this back in Durban fifteen months ago; then it came into the text of an international agreement, and now we in the EU are ready to make it EU law. It is being implemented. From here it can make a difference in real life and not only that – because we have an international agreement around these matters, others will have to implement it as well.

This is just one example of why some of these really slow negotiations sometimes lead to things which actually make a difference in real life. I think this is a very important first step that we are taking on LULUCF.

Once again, thank you to everyone who has been working on this, and I hope that the voice from Parliament tomorrow will be as strong as the one we have heard here tonight.

COMMISSION STATEMENTS

As part of the compromise package on MMR, the Commission has agreed to issue the following two statements:

Approximated greenhouse gas inventories

"The Commission notes that supplementary rules concerning the establishment, maintenance and modification of the Union system for policies, measures and projections as well as the preparation of approximated greenhouse gas inventories may be required in order to ensure the proper functioning of the Regulation. As of early 2013, the Commission will examine the matter in close cooperation with Member States and will, if appropriate, make a proposal to amend the Regulation."

Martime transport emissions

"The Commission takes note of the deletion of Article 10 of its original proposal. However, in order to improve data quality and transparency on CO2 emissions and on other climate-relevant information relating to maritime transport, the Commission agrees to instead address this issue as part of its upcoming initiative on monitoring, reporting and verification of shipping emissions that the Commission undertakes to adopt during the first half of 2013. The Commission intends to propose an amendment to this Regulation in that context."

  Kriton Arsenis, rapporteur. − Mr President, just some facts for colleagues, so that they know exactly what we are voting on tomorrow.

LULUCF activities produce savings for the EU Member States. If we move to step two, which is to measure the LULUCF emissions against our targets, it will have a financially positive impact on Member States, so it is in our interest that we all measure in the same way, and this is what we are doing with this legislation.

There is no burden on farmers. This has been clear in the text. This is a macro-statistical exercise. As the Commission has said, after 2020 we will have monetary accounting for agricultural activities. So what happens between 2013 and 2020? We have both preparation and monetary accounting. For every year from 2013 until 2020, the Member States will have to announce their estimates for their agricultural emissions. At the end of this period, they will have to announce the final estimates for each year of this period from 2013 to 2020, so by the end of 2020 we will know the complete accounting picture for the whole period from 2013 to 2020. This is a serious step ahead from what we decided all together in Durban. We should all be proud that with both these reports the EU has shown the world its commitment to climate action.

  Bas Eickhout, Rapporteur. − Voorzitter, ik denk dat we hier het debat kunnen afsluiten met de duidelijke uitspraak dat we hier weer 'een kleine stap', zoals commissaris Hedegaard het zegt, zetten op weg naar monitoringsverplichtingen, naar actie rondom landgebruik. Het zijn kleine stapjes.

Toch wil ik ook afsluiten met de constatering dat zodra het over klimaat gaat, er wederom, ook weer in deze zaal, wordt gezegd: 'rustig aan, we moeten rustig aan, stap voor stap zetten'. En het verbaast me toch telkens weer hoezeer wij hier in het Europees Parlement continu met angst naar klimaatbeleid kijken. Europa heeft maar weinig zaken waarin we voorop lopen in de wereld en waarin we in de toekomst echt voorop blijven lopen.

We zijn een vergrijzend continent. We zijn importafhankelijk omdat we gewoon vrij weinig eigen grondstoffen hebben. Onze economie zal minder hard groeien dan in landen als China of Brazilië. En onze arbeidskosten zijn altijd hoog. Dat zijn de belangrijkste verklaringen ook voor de hoge elektriciteitsprijs. Iedereen die dus vindt dat we rustig aan moeten doen en achterover leunen uit angst voor de rest van de wereld, doet vooral zichzelf tekort.

Onze grootste competitiviteit zit in innovatie. Innovatie naar een schone economie. Onderzoek laat telkens weer zien dat als wij nu onze klimaatambities na 2020 zouden verhogen van 20 naar 30 procent, dat zes miljoen extra banen zou opleveren. Dat is de opdracht die we hebben als Europa.

Door innovatie hebben we juist werkgelegenheid en dat is de kracht van Europa. Niet door achterover te blijven leunen. Nogmaals, met deze stappen hebben we weer hele kleine stapjes gezet, maar innovatie en de innovatieve agenda van Europa, die zouden we als Europees Parlement wat meer moeten gaan najagen in plaats van continu angstig terug te kijken naar de toekomst.

  Πρόεδρος. - Η συζήτηση έληξε.

Η ψηφοφορία θα διεξαχθεί αύριο Τρίτη 12 Μαρτίου, στις 11.30.

Γραπτές δηλώσεις (άρθρο 149)

  Vasilica Viorica Dăncilă (S&D), în scris. – Uniunea Europeană s-a angajat, în cadrul Strategiei UE 2020 şi prin pachetul legislativ energie şi schimbări climatice să reducă, până în 2020, emisiile de gaze cu efect de seră cu 20 % faţă de nivelul din 1990. Un pas important pentru atingerea acestor obiective va fi şi cel privind stabilirea de norme comune la nivel european privind contabilizarea, monitorizarea şi raportarea exploatării terenurilor, schimbarea destinatiei terenurilor şi silvicultură şi susţin poziţia raportorului referitoare la luarea în consideraţie a practicilor în materie de exploatare a terenurilor în cadrul politicii Uniunii privind schimbările climatice. Prin punerea în aplicare a acestor prevederi, Europa încearcă să ia în consideraţie contribuția pozitivă a stocării gazelor cu efect de seră în lemn şi în produsele din lemn, în vederea utilizării pe scară mai largă a pădurilor ca resursă, într-un cadru de gestionare durabilă a pădurilor, precum şi să crească utilizarea produselor din lemn.

  Andreas Mölzer (NI), schriftlich. – Der Emissionshandel ist eine Fehlkonstruktion. So lohnt sich etwa derzeit angesichts des Preisverfalls der CO2-Zertifikate und der infolge der aktuell preiswerten Kohle die klimaschädliche Kohlestromversorgung. Und in der EU sollen sogar rund 50 neue Anlagen geplant bzw. im Bau befindlich sein. Auch in der Automobilbranche gibt es Überlegungen, Emissions-Strafzahlungen für SUV zu verhindern. Dabei muss der Kommission klar sein, dass die geplanten Super-Credits für Plug-in-Hybride den Verkauf der vergleichsweise „emissionsschweren“ Geländewagen beschleunigen, statt Anreize für CO2 sparende Innovationen zu setzten. Wenn wir Lösungen für Klimaschutz suchen, dann muss dem Betrug mit Emissionszertifikaten jedenfalls ein Ende bereitet werden. Keinesfalls dürfen Emissionszertifikate weiterhin zu Fällen sogenannten Karussellbetrugs im Mehrwertsteuer-Bereich führen. Der Erfolg des Zertifikatenhandels, mit dessen versteckter Entwicklungshilfe der Gesamtausstoß keineswegs weniger wird, sondern bestenfalls umverteilt wird, bleibt aber – selbst wenn sämtliche Betrugsmöglichkeiten ausgeschaltet werden – fragwürdig. Wenn die jährlichen Ausgaben für Zertifikate das Zigfache der Förderungen für erneuerbare Energien betragen, wird hier einer Fehlentwicklung Vorschub geleistet. Der Emissionshandel muss langfristig also entweder von Grund auf umgebaut oder ganz abgeschafft werden.

  Daciana Octavia Sârbu (S&D), în scris. – Schimbarea destinaţiei terenurilor reprezintă o potenţială sursă importantă de emisii de carbon, dar o monitorizare eficientă a acestui proces poate asigura modalităţi de adaptare şi atenuare a efectelor schimbărilor climatice. O evoluţie de apreciat este faptul că acest acord clarifică absenţa oricăror obligaţii impuse factorilor privaţi şi, în special, fermierilor. Sectorul agricol se confruntă deja cu o complicată povară administrativă legată de PAC şi este important să nu fie impuse obligaţii suplimentare pentru fermieri. Producătorii agricoli trebuie să beneficieze de o răsplată cât mai corectă pentru munca lor şi rolul lor esenţial în producerea alimentelor şi nu să-şi irosească energia şi timpul completând formulare.

Acest acord urmează întocmai cursul negocierilor internaţionale privind schimbarea destinaţiei terenurilor. Uniunea Europeană s-a angajat să sprijine ţările în curs de dezvoltare în eforturile acestora de adaptare şi atenuare a efectelor schimbărilor climatice. Este necesar un mecanism de evaluare continuă, pentru a verifica performanţele în reducerea emisiilor. Prin dezvoltarea unui mecanism cuprinzător de monitorizare, putem să îmbunătăţim cooperarea internaţională şi putem să încurajăm o politică globală eficientă în domeniul schimbărilor climatice, fără să îi supunem la eforturi suplimentare nejustificate pe cei care muncesc în agricultură.

  Csanád Szegedi (NI), írásban. – Fourier már a 19. században leírta az üvegházhatás jelenségét, amely a bolygónk lassú felmelegedését okozza és amennyiben nem lépünk fel ennek megfékezésére, az hosszútávon az egész élővilágunkra beláthatatlan következményekkel járhat. Az utóbbi évtizedekben az emberi tevékenységek miatt fellépett globális felmelegedés által olyan éghajlati változások és klímaváltozások sorozata alakulhat ki, amelyek a szélsőséges természeti viszonyok következtében többek között a mezőgazdaság zsugorodását és ennek következtében az EU tagállamok nemzeti össztermékét is csökkentheti. A Kyotoi-egyezmény deklarálta, hogy a jelenségben szerepet játszó gázok (elsősorban co2) kibocsátását fokozatosan csökkenteni kell 2020-ig, mely érdekében az EU. már meglehetősen sok intézkedést tett. Az Európai Unió világviszonylatban is az élen jár szigorú a szabályok bevezetésével a globális felmelegedés megfékezésében. Az európai társadalmak joggal várják el az EU vezetőitől,hogy a környezetvédelem területén is tegyen határozott lépéseket akár az EU határain kívül is. Az EU-nak erkölcsi kötelessége az ügeházhatású gázok kibocsájtásának csökkenéséért küzdeni valamennyi diplomácia eszközzel.