De krachtigere handhaving van IER uit hoofde van ACTA maakt geen einde aan de piraterij van mediaproducten

22.3.2011

Vraag met verzoek om schriftelijk antwoord E-003101/2011
aan de Commissie
Artikel 117 van het Reglement
Marietje Schaake (ALDE) , Lena Ek (ALDE) , Jan Philipp Albrecht (Verts/ALE) , Zuzana Roithová (PPE) , Petra Kammerevert (S&D) , Christian Engström (Verts/ALE) en Niccolò Rinaldi (ALDE)

Het recente verslag „Media Piracy in Emerging Economies”^[1] zet uiteen dat een krachtigere handhaving niet de sleutel is voor de bestrijding van piraterij in ontwikkelingslanden. Een van de conclusies waartoe dit verslag komt is dat piraterij ontstaat wanneer niet kan worden voldaan aan de vraag van de consument. Krachtens ACTA kunnen consumenten strafbaar worden gesteld die hand weten te leggen op culturele goederen die niet beschikbaar zijn voor hen als gevolg van belemmeringen op basis van overbodige zakenmodellen. Verder stelt het verslag: „[...] Het gemis aan een bredere discussie over de structurele oorzaken van de piraterij en de uitgebreide handhaving leidt tot intellectuele, beleids- en ten slotte ook sociale kosten. Deze kosten zijn volgens ons met name hoog in het kader van ambitieuze nieuwe nationale en internationale voorstellen tot handhaving, in de eerste plaats ACTA.”

1. Is de Commissie ook van mening dat ACTA het beoogde doel niet zal halen en geen einde zal maken aan piraterij in ontwikkelingslanden als we de conclusies in dit verslag in aanmerking nemen? Zo nee, waarom niet?

2. Heeft de Commissie plannen klaarliggen om te reageren op een eventuele toekomstige uitkomst van de evaluatie dat de ACTA zijn doelstellingen niet heeft gehaald en/of contraproductief is? Zo nee, waarom niet?

3. Is de Commissie ook van mening dat Europa het voortouw moet nemen in de mondiale hervorming van de IER, zoals het auteursrecht, om beter toegerust te zijn voor het digitale tijdperk, om meer kansen te bieden aan nieuwe zakenmodellen en om ervoor te zorgen dat kunstenaars een eerlijke kans krijgen om wereldwijd baat te hebben van hun werk, in plaats van vergeefse pogingen in het werk te stellen om de bestaande situatie te beschermen door een krachtigere handhaving? Zo nee, waarom niet?

4. Is de Commissie ook van mening dat potentiële gebruikers van mediaproducten mogelijk worden afgeschrikt door een krachtigere handhaving van de bestaande wetgeving die achterhaald en onuitvoerbaar is in de digitale omgeving, zonder daarbij inbreuk te maken op enkele fundamentele vrijheden van de consument? Zo nee, waarom niet?

• [1] http://piracy.ssrc.org/

PB C 309 E van 21/10/2011