Proces tegen democratische oppositieleiders in Equatoriaal Guinee
22.5.2002
MONDELINGE VRAAG H-0402/02
voor het vragenuur van de vergaderperiode van juli 2002
ingediend overeenkomstig artikel 43 van het Reglement
van Carlos Carnero González
aan de Raad
Op 23 mei begint in Equatoriaal Guinee een proces tegen verscheidene democratische oppositieleiders, onder wie Plácido Micó, leider van een van de grootste oppositiepartijen, sociaal-democratische CPDS. Het proces is aangespannen op grond van volstrekt ongefundeerde beschuldigingen en de bij een rechtsstaat behorende procedurele waarborgen voor een eerlijk verloop ontbreken ten enenmale.
Dit proces toont aan dat de regering van Equatoriaal Guinee zich niets gelegen laat liggen aan de afspraken die met de internationale gemeenschap, met inbegrip van de EU, zijn gemaakt om democratische hervormingen door te voeren.
Welke maatregelen overweegt de EU of heeft zij reeds genomen naar aanleiding van dit proces en om de democratische oppositie te beschermen tegen de onaanvaardbare aanvallen van de dictatuur van Teodoro Obiang?
Ingediend: 22.05.2002
es