Parlementaire vraag - O-000074/2015Parlementaire vraag
O-000074/2015

Illegale handel in dieren

16.6.2015

Vraag met verzoek om mondeling antwoord O-000074/2015
aan de Commissie
Artikel 128 van het Reglement
Dominique Bilde, Tonino Picula, Mara Bizzotto, Ivo Vajgl, Marco Zullo, Sophie Montel, Petras Auštrevičius, Mireille D'Ornano, Emil Radev, Gianluca Buonanno, Sylvie Goddyn, Steeve Briois, Juan Carlos Girauta Vidal, Javier Nart, Philippe Loiseau, Milan Zver, Marie-Christine Arnautu, Mario Borghezio, Damiano Zoffoli, Rikke Karlsson, Isabella De Monte, Patricija Šulin, Benedek Jávor, Norbert Erdős, Marine Le Pen, Igor Šoltes, Jeppe Kofod, Henna Virkkunen, Mylène Troszczynski, Fernando Maura Barandiarán, Ian Duncan, Rolandas Paksas, Florian Philippot, Georges Bach, Gerolf Annemans, Marlene Mizzi, Pavel Poc, Valentinas Mazuronis, Jean-François Jalkh, Bronis Ropė

De handel in dieren is de derde grootste illegale wereldwijde handel na de drug- en de wapenhandel. De waarde van deze handel ligt tussen 15 en 160 miljard EUR per jaar en de Europese Unie is zeer vaak een markt of een transitweg voor deze handel.

Uit tal van studies blijkt een verdrievoudiging van de hoeveelheid verhandeld ivoor de laatste tien jaar en een dramatische afname van vele diersoorten. Bovendien blijft de illegale onlinehandel in diersoorten bloeien, ondanks een aantal dwangmaatregelen.

Volgens een studie van het International Fund for Animal Welfare (IFAW) van 2014 worden nog een groot aantal wilde dieren, delen van dieren en afgeleide producten van bedreigde soorten online te koop aangeboden. Erger nog, in 32 % van de gevallen zou het gaan om voorwerpen in ivoor en in 26 % om afgeleide producten van reptielen.

1. Kan de Commissie de balans opmaken van haar acties sinds de goedkeuring in 2014 van de resolutie van het Europees Parlement over criminaliteit in verband met in het wild levende dieren en planten?

2. In hoger genoemde studie wordt gewezen op de tekortkomingen in de controle op de illegale handel in wilde dieren, met name de ivoorhandel. Welke maatregelen zal de Commissie nemen voor de doeltreffende bestrijding van deze handel, met name op het internet?

3. Kan de Commissie, rekening houdend met de verschillen tussen de lidstaten, garanderen dat de sancties tegen de criminelen daadwerkelijk worden toegepast?