Vraag met verzoek om mondeling antwoord O-000030/2016 aan de Commissie Artikel 128 van het Reglement Annie Schreijer-Pierik, Matthias Groote, Bolesław G. Piecha, José Inácio Faria, Kateřina Konečná, Martin Häusling, Piernicola Pedicini, Joëlle Mélin, namens de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
Op 1 februari 2016 heeft het noodcomité van de Internationale Gezondheidsregeling een internationale noodtoestand voor de volksgezondheid afgekondigd vanwege de uitbraak van het zikavirus. De deskundigen hebben sterk het vermoeden dat er een causaal verband bestaat tussen zikavirusbesmettingen bij zwangere vrouwen en de ontwikkeling van microcefalie bij hun nog ongeboren kinderen. Omdat nog niet wetenschappelijk is bewezen dat er inderdaad sprake is van een dergelijk causaal verband, moeten alle mogelijke oorzaken van microcefalie worden onderzocht.
1. Wat is de huidige stand van zaken ten aanzien van de uitbraak van deze ziekte en ten aan aanzien van de incidentie van microcefalie in de EU? Hoe groot is de kans dat het zikavirus zich zal verspreiden in de EU?
2. Heeft de Commissie reeds overwogen de zorginstanties van de EU te adviseren een samenwerking aan te gaan met de vervoersector om ervoor te zorgen dat lading, cargovoertuigen en de voor vliegtuigpassagiers en cabinepersoneel gereserveerde ruimten aan boord van vliegtuigen die terugkeren uit besmette gebieden, worden gedesinfecteerd?
3. Is de Commissie van mening dat het bedrag van 10 miljoen EUR in verhouding staat tot de grote wetenschappelijke uitdaging waarvoor men zich gesteld ziet vanwege de uitbraak en de verspreiding van het virus, de neurologische complicaties van het virus en de noodzaak om diagnostische onderzoeken, een vaccin en een behandeling voor de ziekte te ontwikkelen? Op welke manieren kan de Commissie de verspreiding van het zikavirus helpen tegen te gaan in die gebieden waar het virus het meest om zich heen grijpt? Welke maatregelen worden er overwogen om te voorkomen dat het virus zich uitbreidt naar Europa?
4. Sommige landen, regio's en gemeenten in de EU hebben al jarenlang ervaring met de bestrijding van de Aedes aegypti-mug, alsook met monitoring en voorlichting op dit gebied. Is de Commissie voornemens de nationale regeringen met dergelijke expertise te raadplegen, dit met het oog op de ontwikkeling van een strategie voor de bestrijding van het zikavirus?