Herziening van de EU-lijst van belastingparadijzen

11.12.2020

Vraag met verzoek om mondeling antwoord  O-000081/2020
aan de Raad
Artikel 136 van het Reglement
Irene Tinagli, Paul Tang
namens de Commissie economische en monetaire zaken

Het Parlement heeft meermaals benadrukt dat het proces achter de EU-lijst van jurisdicties die niet-coöperatief zijn op belastinggebied moet worden herzien, teneinde de transparantie van het proces, de gehanteerde criteria en de doeltreffendheid van de bijbehorende beschermingsmaatregelen te verbeteren. In haar mededeling over goed fiscaal bestuur in de EU en daarbuiten stelt de Commissie evenzo dat de lijst moet worden herzien. De Commissie benadrukt in haar mededeling dat de criteria inzake goed fiscaal bestuur moeten worden geactualiseerd om de jongste internationale ontwikkelingen op het gebied van belastingontwijking en -ontduiking weer te geven, onder meer met betrekking tot het aspect van uiteindelijke begunstigde en minimale effectieve belastingtarieven, en dat de herziene criteria ruim genoeg moeten worden toegepast en alle risico’s moeten dekken, ook wanneer sprake is van ruime belastingvrijstellingen. De Commissie geeft toe dat de gecoördineerde benadering inzake van defensieve maatregelen een stap in de goede richting is die niet uitblinkt in ambitie. Voorts geeft zij aan mogelijk een wetgevingsvoorstel inzake gecoördineerde defensieve maatregelen te zullen overwegen.

Hoewel de mededeling van de Commissie van juli 2020 dateert, is bijna een halfjaar later nog steeds niet bekend hoe deze aanbevelingen door de Raad zijn ontvangen. Wat is, in het licht van bovenstaande overwegingen, het standpunt van de Raad inzake de aanbevelingen van de Commissie en kan de Raad de huidige stand van zaken ten aanzien van transparantie en de herziening van de criteria toelichten? Hoe denkt de Raad, in het licht van de discussies op OESO-niveau, in het bijzonder over een minimaal effectief belastingtarief, de herziening van het proces achter de EU-lijst door te voeren? Zou de Raad kunnen toelichten waarom de lidstaten zo weinig ambitie tonen ten aanzien van een gecoördineerde benadering inzake defensieve maatregelen, waarvoor de eerste maatregelen in 2017 zijn vastgesteld en in 2019 zijn geactualiseerd? Vindt de Raad ook dat een wetgevingsvoorstel nodig zou kunnen blijken te zijn?

Ingediend: 11/12/2020

Vervalt: 12/03/2021