• EN - English
  • NL - Nederlands
Parlementaire vraag - P-004172/2016(ASW)Parlementaire vraag
P-004172/2016(ASW)

Antwoord van mevrouw Thyssen namens de Commissie

De Commissie is op de hoogte van berichten over vermeende schendingen van de mensenrechten van burgers van de Democratische Volksrepubliek Korea die in het buitenland werken.

De Commissie veroordeelt gedwongen arbeid en herinnert aan het Handvest van de grondrechten van de EU, dat slavernij, dwangarbeid en mensenhandel met betrekking tot alle vormen van uitbuiting verbiedt. Het Handvest voorziet ook in het recht van werknemers op arbeidsomstandigheden die hun gezondheid, veiligheid en waardigheid respecteren.

De EU heeft een ambitieus regelgevings‐ en beleidskader tegen mensenhandel met betrekking tot alle vormen van uitbuiting[1] uitgebouwd, waarvan het niveau van naleving in 2016 zal worden beoordeeld.

In de EU zijn de regels inzake arbeidsvoorwaarden, gezondheid en veiligheid op het werk en de wetgeving tegen mensenhandel van toepassing, ongeacht of iemand de status van onderdaan van de EU of van een derde land heeft. Het is de verantwoordelijkheid van de nationale autoriteiten om ervoor te zorgen dat de regels worden gehandhaafd. De Commissie kan een inbreukprocedure inleiden in geval van schending van het recht van de Unie.

De inzet van het EFRO[2] en het ESF[3] moet in overeenstemming zijn met de activiteiten, beleidslijnen en prioriteiten van de Unie, inclusief het Handvest. De Commissie staat in contact met de lidstaten om mogelijke onregelmatigheden te controleren. In geval van schending van het Unierecht door een marktdeelnemer, kan de Commissie financiële correcties toepassen door volledige of gedeeltelijke annulering van de financiële bijdrage voor het programma.

Ten slotte hebben alle EU-lidstaten de acht fundamentele verdragen van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), waaronder Verdragen 29 en 105 over het verbod op dwangarbeid, geratificeerd en zijn zij verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging ervan. De Commissie steunt de inspanningen van de IAO om, samen met haar lidstaten, meer bewustzijn te creëren omtrent gedwongen arbeid en de uitbanning ervan na te streven.