Aanpassing handelsnormen noodzakelijk om vrije-uitloopeieren te behouden
4.2.2022
Vraag met voorrang met verzoek om schriftelijk antwoord P-000490/2022
aan de Commissie
Artikel 138 van het Reglement
Annie Schreijer-Pierik (PPE), Bert-Jan Ruissen (ECR), Jan Huitema (Renew), Tom Vandenkendelaere (PPE)
Volgens de EU-bepalingen inzake handelsnormen voor eieren[1] geldt voor vrije-uitloopeieren dat om als “eieren van hennen met vrije uitloop” in de handel te mogen worden gebracht, de toegang van de leghennen tot hun uitloop in de openlucht niet beperkt mag zijn gedurende een ononderbroken periode van meer dan 16 weken indien maatregelen tegen vogelgriep voorzien in een ophokplicht. In sommige lidstaten gold echter gedurende vogelgriepseizoen 2020-2021 een ophokplicht van soms meer dan 33 weken. De overschrijding dreigt nu ook in het lopende vogelgriepseizoen 2021-2022. Hierdoor komt het voortbestaan van de gangbare leghennensector met vrije uitloop in het geding, aangezien aviaire influenza zich inmiddels in Europa lijkt te ontwikkelen richting endemische status ten gevolge van rondtrekkende wilde (water)vogels.
- 1.Is de Commissie, in het licht van het bovenstaande, bereid tot afschaffing of aanzienlijke verlenging van de termijn van 16 weken[2]?
- 2.Deelt de Commissie de mening dat de eerder waargenomen praktijk van lokale en tijdelijke onderbreking van de ophokplicht (al dan niet middels ontheffingen van regionale of nationale autoriteiten) zoals toegepast in bepaalde lidstaten – de facto tot onderbreking van de wekentermijn om commerciële, handelsnormgerelateerde redenen – onwenselijk blijft gezien de epidemiologische situatie en daarnaast zorgt voor een ongelijk speelveld op de interne markt?