7. Mededeling van gemeenschappelijke standpunten van de Raad
De Voorzitter deelt op grond van artikel 57, lid 1 van het Reglement mede de volgende gemeenschappelijke standpunten van de Raad te hebben ontvangen, alsmede de redenen die de Raad hebben geleid tot het vaststellen van deze gemeenschappelijke standpunten, en de standpunten van de Commissie inzake:
- Gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld op 10 maart 2006 met het oog op de aanneming van de verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende geneesmiddelen voor pediatrisch gebruik en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1768/92, Richtlijn 2001/20/EG, Richtlijn 2001/83/EG en Verordening (EG) nr. 726/2004 (15763/3/2005 - 6603/2006 - COM(2006)0118 - C6-0087/2006 - 2004/0217(COD)) verwezen naar ten principale: ENVI
- Gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld op 10 maart 2006 met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke kansen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen in arbeid en beroep (herschikking) (15623/7/2005 - 6602/2006 - COM(2006)0108 - C6-0089/2006 - 2004/0084(COD)) verwezen naar ten principale: FEMM
- Gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld op 9 maart 2006 met het oog op de aanneming van de verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad inzake de harmonisatie van technische voorschriften en administratieve procedures op het gebied van de burgerluchtvaart (13376/1/2005 - 5918/2006 - COM(2006)0128 - C6-0090/2006 - 2000/0069(COD)) verwezen naar ten principale: TRAN
- Gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld op 23 februari 2006 met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen en tot intrekking van Richtlijn 82/714/EEG (13274/1/2005 - 6207/2006 - COM(2006)0126 - C6-0091/2006 - 1997/0335(COD)) verwezen naar ten principale: TRAN
De termijn van drie maanden waarover het Parlement beschikt om zich uit te spreken, gaat bijgevolg morgen, 17.03.2006, in.