5.5. Gedelegeerde verordeningen van de Commissie tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (EMIR) (C(2012)9593 en C(2012)9623) (stemming)
Connie Hedegaard (lid van de Commissie) legt, nadat zij nogmaals de gehechtheid van de Commissie aan het beginsel van de rechtszekerheid heeft bevestigd, een verklaring af met de volgende mededelingen:
- de Commissie verzekert dat, wanneer het besluit over de clearingverplichting betreffende bepaalde otc-derivaten zal worden genomen, er zal worden voorzien in een adequate termijn zodat de niet-financiële vennootschappen zich kunnen aanpassen aan de nieuwe bepalingen;
- de Commissie is eveneens bereid toelichtingen te geven bij de toekomstige toepassing van de standaardtermijnen voor bevestiging, overeenkomstig artikel 11, lid 1, onder a) van de EMIR-verordening;
- de Commissie is bereid samen te werken met het Parlement met het oog op een open en transparante dialoog over de geplande ontwikkeling van toekomstige technische normen en om ervoor te zorgen dat het Parlement voldoende tijd krijgt om deze normen te evalueren.
Ingevolge deze verklaring, en nadat zij bevestigd heeft dat zij mondelinge en schriftelijke waarborgen heeft gekregen dat op de problemen zal worden ingegaan door middel van de publicatie door de Commissie van vaak gestelde vragen en de respectieve antwoorden daarop, trekt Sharon Bowles (voorzitter van de Commissie ECON) de ontwerpresolutie in.