De Voorzitter legt een verklaring af over de historische beproeving waarmee Europa wordt geconfronteerd als gevolg van de toestroom van voor oorlog en vervolging vluchtende migranten. Hij doet een beroep op de lidstaten om het nationale egoïsme te overstijgen en een gemeenschappelijk Europees asiel- en opvangbeleid voor de vluchtelingen alsook een permanent mechanisme voor hun verdeling over de Unie, in het leven te roepen. Hij dankt voorts allen die zich voor de vluchtelingen hebben ingezet en is van oordeel dat solidariteit de rode draad in het Europees beleid ter zake moet zijn.