De Voorzitter deelt op grond van artikel 64, lid 1, van het Reglement mede het volgende standpunt van de Raad te hebben ontvangen, alsmede de redenen die de Raad hebben geleid tot het vaststellen van dit standpunt, alsook het standpunt van de Commissie inzake:
- Standpunt van de Raad in eerste lezing, met het oog op de aanneming van een verordening van het Europees parlement en de Raad betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (10755/1/2016 - C8-0015/2017 – 2013/0140(COD)) (14895/2/2016 – COM(2017)0006)
verwezen naar ten principale: ENVI
De termijn van drie maanden waarover het Parlement beschikt om zich uit te spreken, gaat bijgevolg morgen, 20 januari 2017, in.