GEZAMENLIJKE ONTWERPRESOLUTIE over Birma
24.11.2010
ter vervanging van de ontwerpresoluties ingediend door de fracties:
EFD (B7‑0635/2010)
S&D (B7‑0636/2010)
ALDE (B7‑0639/2010)
ECR (B7‑0641/2010)
Verts/ALE (B7‑0645/2010)
GUE/NGL (B7‑0646/2010)
PPE (B7‑0647/2010)
Elmar Brok, José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra, Laima Liucija Andrikienė, Lena Kolarska-Bobińska, Mario Mauro, Cristian Dan Preda, Bernd Posselt, Filip Kaczmarek, Eija-Riitta Korhola, Monica Luisa Macovei, Elena Băsescu, Tunne Kelam, Bogusław Sonik, Thomas Mann, Sari Essayah, Csaba Sógor namens de PPE-Fractie
Véronique De Keyser, Marc Tarabella, Rovana Plumb namens de S&D-Fractie
Ramon Tremosa i Balcells, Sonia Alfano, Leonidas Donskis, Niccolò Rinaldi, Edward McMillan-Scott, Sarah Ludford, Frédérique Ries, Renate Weber, Marietje Schaake, Antonyia Parvanova, Adina-Ioana Vălean, Marielle De Sarnez, Kristiina Ojuland, Anneli Jäätteenmäki namens de ALDE-Fractie
Barbara Lochbihler, Christian Engström, Emilie Turunen, Heidi Hautala, Raül Romeva i Rueda, Gerald Häfner namens de Verts/ALE-Fractie
Geoffrey Van Orden, Charles Tannock, Michał Tomasz Kamiński, Adam Bielan, Nirj Deva, Ryszard Antoni Legutko, Tomasz Piotr Poręba, Konrad Szymański, Marek Henryk Migalski, Ryszard Czarnecki namens de ECR-Fractie
Marie-Christine Vergiat namens de GUE/NGL-Fractie
Fiorello Provera namens de EFD-Fractie
Resolutie van het Europees Parlement over Birma
Het Europees Parlement,
– onder verwijzing naar zijn eerdere resoluties over Birma, meest recentelijk van 20 mei 2010,
– gezien de artikelen 18-21 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UDHR) van 1948,
– gelet op artikel 25 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (ICCPR) van 1966,
– gezien de verklaring van het voorzitterschap van de EU van 23 februari 2010 waarin wordt opgeroepen tot een dialoog met alle betrokkenen tussen de autoriteiten en de democratische krachten in Birma,
– gezien de verklaring van de Voorzitter van het Europees Parlement Jerzy Buzek van 11 maart 2010 over de nieuwe Birmese kieswetten,
– gezien de verklaring van de voorzitter van de 16de ASEAN-top van 9 april 2010 in Hanoi,
– gezien de conclusies over Birma van 26 april 2010 van de 3009ste bijeenkomst van de Raad Buitenlandse zaken te Luxemburg,
– gezien de conclusies en de verklaring van 19 juni 2010 van de Europese Raad over Birma,
– gezien het verslag van de secretaris-generaal van de VN van 28 augustus 2010 over de situatie van de mensenrechten in Birma,
– gezien de verklaring van secretaris-generaal van de VN Ban Ki Moon, gedaan op 26 oktober 2010 te Bangkok,
– gezien de verklaring van de voorzitter van de 8ste bijeenkomst Azië-Europa in oktober 2010,
– gezien het verslag van de speciale rapporteur van de VN van 15 september 2010 over de situatie van de mensenrechten in Birma,
– gezien de verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid van 7 november 2010 over de verkiezingen in Birma,
– gezien de verklaring van de secretaris-generaal van de VN en van de Voorzitter van het Europees Parlement Jerzy Buzek van 8 november 2010 over de Birmese verkiezingen,
– gezien de verklaring van de secretaris-generaal van de VN van 13 november 2010 over de vrijlating van Aung San Suu Kyi,
– gezien de verklaring van de voorzitter van de Europese Raad en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid van 13 november 2010 over de vrijlating van Aung San Suu Kyi,
– gezien de conclusies van de Raad van 22 november 2010 over Birma,
– gelet op artikel 122, lid 5, van zijn Reglement,
A. overwegende dat op de avond van 13 november 2010, minder dan een week na de omstreden nationale verkiezingen, Aung San Suu Kyi werd vrijgelaten, na 15 van de afgelopen 21 jaar in huisarrest te hebben doorgebracht;
B. overwegende dat in Birma op 7 november 2010 voor het eerst in 20 jaar nationale verkiezingen werden gehouden; overwegende dat de vorige verkiezingen in 1990 waren gewonnen door de National League for Democracy (NLD), de partij van Aung San Suu Kyi;
C. overwegende dat de laatste verkiezingen gebaseerd waren op de omstreden grondwet van 2008, die de Birmese militaire junta een kwart van alle parlementaire zetels garandeert, en dat die verkiezingen zoals reeds werd verwacht gewonnen zijn door de Union Solidarity and Development Party (USDP), gesteund door de militaire junta,
D. overwegende dat de Birmese autoriteiten een aantal nieuwe wetten hebben ingevoerd in de aanloop naar de verkiezingen van 7 november, waarmee de vrije meningsuiting en kritiek op de regering werden onderdrukt en strenge beperkingen werden ingevoerd voor politieke en campagneactiviteiten van politieke partijen, en bovendien binnenlandse oproepen voor de vrijlating van politieke gevangenen werden bestraft, en overwegende dat de verkiezingen niet voldeden aan internationale normen,
E. overwegende dat de promilitaire Union Solidarity and Development Party (USDP) kans zag in bijna alle kieskringen kandidaten op te voeren, terwijl prodemocratische partijen zoals de National Democratic Force slechts in een handjevol kieskringen kandidaten op de lijst konden zetten, voornamelijk vanwege het feit dat zij weinig tijd hadden om geld bijeen te brengen voor de verkiezingen of om zich goed te organiseren,
F. overwegende dat de National League for Democracy (NLD) besloot de verkiezingen te boycotten vanwege de voorwaarden die aan deelname waren verbonden; overwegende dat de NLD bij wet op 6 mei 2010 werd ontbonden, na zich niet te hebben geregistreerd voor de verkiezingen,
G. overwegende dat de verkiezingen plaatsvonden in een klimaat van angst, intimidatie en berusting en dat honderdduizenden Birmese burgers, waaronder Boeddhistische monniken en politieke gevangenen, niet mochten stemmen of zich verkiesbaar mochten stellen;
H. overwegende dat er veel klachten zijn geregistreerd over zowel de grondslag als het verloop van de verkiezingen, waarbij geheimhouding van de stemming niet was gegarandeerd, ambtenaren onder druk werden gezet en het leger overging tot het dwingen van onder meer etnische Karen om te stemmen op door de junta gesteunde partijen,
I. overwegende dat de omstreden grondwet van 2008 met zich meebrengt dat Aung San Suu Kyi geen openbaar ambt kan bekleden,
J. overwegende dat de vrijlating van Aung San Suu Kyi, mits deze niet wordt teruggedraaid, geïnterpreteerd kan worden als eerste stap in de goede richting; niettemin overwegende dat velen hun bezorgdheid hebben geuit over de veiligheid van Aung San Suu Kyi en erop wijzen dat zij in de gaten wordt gehouden door de veiligheidsdiensten van het land,
K. overwegende dat Aung San Suu Kyi weliswaar is vrijgelaten, maar dat ruim 2200 andere prodemocratische activisten in gevangschap blijven, naast een groot aantal van de Boeddhistische monniken die de protesten tegen de regering in 2007 leidden, alsmede journalisten die verslag uitbrachten van de protesten,
L. overwegende dat de Birmese regering sinds 2003 elke suggestie van de Verenigde Naties en de internationale gemeenschap met betrekking tot het hervormen van zijn uit zeven fasen bestaande "routekaart naar de democratie" heeft verworpen,
M. overwegende dat de Birmese militaire junta zich schuldig blijft maken aan zeer ernstige schendingen van de mensenrechten tegen burgers in het thuisland van de etnische Karen aan de grens met Thailand, onder meer in de vorm van buitengerechtelijke executies, dwangarbeid en seksueel geweld, en overwegende dat duizenden Birmese burgers de dag na de verkiezingen naar Thailand zijn gevlucht vanwege gevechten tussen het Birmese leger en etnische rebellen;
N. overwegende dat de wijdverspreide en systematische ronseling van kindsoldaten in Birma blijft voortduren,
O. overwegende dat de Verenigde Naties, de EU en haar lidstaten, de VS en een groot aantal andere regeringen over de hele wereld hebben verklaard dat voor het bereiken van een langetermijnoplossing voor de problemen in Birma tripartiete besprekingen tussen Aung San Suu Kyi en de National League for Democracy, vertegenwoordigers van de etnische minderheden in Birma en de Birmese junta onontbeerlijk zijn; overwegende dat de Birmese regering blijft weigeren dergelijke besprekingen aan te gaan,
P. overwegende dat de EU het Birmese regime al vanaf 1996 beperkende maatregelen heeft opgelegd, waaronder het bevriezen van de tegoeden van 540 personen en 62 entiteiten, reisverboden, een verbod op de uitvoer van militaire apparatuur, en recentelijk een verbod op materiaal voor het kappen van bomen en mijnbouw en op de invoer van bepaalde houtsoorten, edelstenen en mineralen, totdat er bewijs wordt geleverd van een werkelijke verandering in de richting van democratie, mensenrechten, vrijheid van meningsuiting en de rechtsstaat,
1. verwelkomt de recente vrijlating van Aung San Suu Kyi, maar betreurt het feit dat ze pas na de verkiezingen is vrijgelaten, waardoor zij niet in staat was in de aanloop naar de verkiezingen actief campagne te voeren voor de oppositie; dringt erop aan dat haar pas herwonnen vrijheid niet aan voorwaarden of beperkingen is gebonden;
2. betreurt ten zeerste dat de heersende Birmese militaire junta weigerde om op 7 november vrije en eerlijke verkiezingen in Birma te houden;
3. betreurt de beperkingen die de heersende militaire junta heeft opgelegd aan de belangrijkste oppositiepartijen, alsmede de beperkingen van de vrijheid van de pers om te berichten over de verkiezingen en deze kritisch te volgen;
4. betreurt het gebrek aan transparantie bij de organisatie van de stemmingen en het tellen van de stemmen, de weigering van de militaire junta om internationale waarnemers toe te laten, alsmede het uitstel bij de bekendmaking van de resultaten;
5. betreurt het feit dat de nieuwe grondwet bepaalt dat de Birmese militaire junta minimaal een kwart van alle zetels in het parlement krijgt toewezen, genoeg om een wijziging van de grondwet te blokkeren, en de militaire junta tevens in staat stelt alle burgerlijke vrijheden en parlementaire activiteiten op te schorten indien dit nodig wordt geacht;
6. wijst op de beperkte deelname aan de verkiezingen door de oppositiepartijen, die de moeilijke beslissing moesten nemen of zij de verkiezingen moesten boycotten, en is van mening dat de aanwezigheid van vertegenwoordigers van de oppositie en etnische groeperingen in de nationale en regionale vergaderingen, zij het op zeer beperkte schaal, een begin van normalisatie kunnen vormen en een kans op verandering kunnen bieden;
7. veroordeelt met kracht de voortdurende schendingen van de fundamentele vrijheden en democratische grondrechten van de Birmese bevolking door de Birmese militaire junta;
8. dringt er bij de regering van Birma op aan alle resterende 2200 politieke gevangen in Birma zonder uitstel en onvoorwaardelijk vrij te laten, en hen al hun politieke rechten terug te geven; dringt er tevens bij de Birmese autoriteiten op aan geen politieke arrestaties meer te verrichten;
9. roept de Birmese regering dringend op de beperkingen op de vrijheid van vergadering, de bewegingsvrijheid en de vrijheid van meningsuiting op te heffen en roept op tot het beëindigen van de politieke censuur van de pers, alsmede van de politieke controle van het internet en het mobiele telefoonnetwerk;
10. veroordeelt met kracht het geweld dat uitbrak na het grote aantal klachten van intimidatie in de stad Myawaddy in het westen van Birma; wijst erop dat de gewelddadige vuurgevechten tussen Birmese militairen en etnische rebellen duizenden mensen dwong de grens met Thailand over te steken;
11. betreurt ten zeerste dat de Birmese autoriteiten alle door de VN aangeboden technische ondersteuning en toezichthoudende dienstverlening hebben geweigerd, en veroordeelt de beperkingen die worden opgelegd aan buitenlandse media die in Birma rapportages willen maken;
12. veroordeelt het feit dat de publicatie van tenminste negen kranten en tijdschriften is uitgesteld door de Raad voor perstoezicht, die beweert dat de regels zijn overtreden door het publiceren van een foto van de vrijlating van Aung San Suu Kyi;
13. dringt er bij het Birmese regime krachtig op aan besprekingen aan te gaan met Aung San Suu Kyi en de National League for Democracy, alsmede met vertegenwoordigers van minderheden; verwelkomt in dit verband de bemiddelingspogingen van de secretaris-generaal van de VN en zijn speciaal rapporteur voor Birma;
14. roept niet alleen de internationale gemeenschap, waaronder China, India en Rusland als de belangrijkste handelspartners van Birma, maar ook de ASEAN op een einde te maken aan hun steun aan het ondemocratische regime dat zijn voortbestaan dankt aan de onderdrukking van de bevolking, en meer druk op het land uit te oefenen om een positieve ommekeer te bewerkstelligen; is daarnaast van mening dat het ASEAN-handvest de lidstaten van de ASEAN de speciale verantwoordelijkheid en morele verplichting oplegt om op te treden in het geval van systematische schendingen van de mensenrechten in een lidstaat;
15. spreekt opnieuw zijn steun uit voor het besluit van de Raad van 26 april 2010 om de beperkende maatregelen die zijn vastgelegd in het geldende besluit van de EU met nog een jaar te verlengen; dringt er bij de Birmese autoriteiten op aan de nodige stappen te nemen om een heroverweging van deze maatregelen mogelijk te maken;
16. spreekt zijn bezorgdheid uit over de omstandigheden in gevangenissen en andere detentiecentra en over de voortdurende meldingen van de slechte behandeling van gewetensgevangenen, onder meer in de vorm van martelingen, alsmede over het overbrengen van gewetensgevangenen naar afgelegen gevangenissen ver van hun families, waar zij geen voedsel en medicijnen kunnen krijgen; roept daarnaast de Birmese autoriteiten op ogenblikkelijk de medische behandeling van alle gevangenen toe te staan en het Internationaal Comité van het Rode Kruis toestemming te geven alle gevangenen te bezoeken;
17. spreekt zijn ernstige bezorgdheid uit over de hervatting van gewapende conflicten in bepaalde delen van het land en roept de regering van Birma op de burgerbevolking in alle delen van het land te beschermen en roept daarnaast alle betrokkenen op de bestaande overeenkomsten voor een staakt-het-vuren te respecteren;
18. roept de EU en haar lidstaten op hun volledige economische en politieke invloed te doen gelden om vrijheid en democratie in Birma te bewerkstelligen; dringt er bij de lidstaten en de EU op aan de vluchtelingen aan de grens tussen Thailand en Birma steun te blijven bieden;
19. hernieuwt en onderschrijft de uitnodiging van zijn Voorzitter aan Aung San Suu Kyi om de plechtige uitreiking van de Sacharov-prijs in december te Straatsburg bij te wonen; benadrukt dat mocht zij in staat zijn hierbij aanwezig te zijn, zij officieel de Sacharov-prijs overhandigd zal krijgen die zij reeds in 1990 won voor al het werk dat zij heeft verricht ter bevordering van de democratie en de vrijheid in Birma;
20. dringt erop aan de vrijheid van meningsuiting en bewegingsvrijheid van Aung San Suu Kyi, waaronder haar onbeperkte recht om vrij en veilig te reizen binnen Birma en daarbuiten en naar Birma terug te keren, moeten worden gegarandeerd door het Birmese regime en de Birmese overheidsdiensten;
21. is ingenomen met het besluit van de Voorzitter van het Europees Parlement om een parlementaire delegatie naar Birma af te vaardigen om Aung San Suu Kyi de door haar gewonnen Sacharov-prijs te overhandigen, mocht zij niet in staat zijn de plechtige prijsuitreiking in Straatsburg bij te wonen;
22. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan Aung San Suu Kyi, de Raad, de Commissie, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de speciale gezant van de EU voor Birma, de Birmese staatsraad voor vrede en ontwikkeling, de regeringen van de lidstaten van de ASEAN en de ASEM, het secretariaat van de ASEM, de interparlementaire Myanmar-groep van de ASEAN, de secretaris-generaal van de VN, de Hoge commissaris voor de mensenrechten van de VN en de speciale mensenrechtenrapporteur van de VN voor Birma.