Gezamenlijke ontwerpresolutie - RC-B9-0014/2019Gezamenlijke ontwerpresolutie
RC-B9-0014/2019

GEZAMENLIJKE ONTWERPRESOLUTIE over de situatie aan de grens tussen de VS en Mexico

17.7.2019 - (2019/2733(RSP))

ingediend overeenkomstig artikel 144, lid 5, en artikel 132, lid 4, van het Reglement
ter vervanging van de volgende ontwerpresoluties:
B9‑0014/2019 (Verts/ALE)
B9‑0027/2019 (S&D)
B9‑0030/2019 (Renew)

Kati Piri, Nacho Sánchez Amor
namens de S&D-Fractie
Sheila Ritchie, Andrus Ansip, Petras Auštrevičius, José Ramón Bauzá Díaz, Izaskun Bilbao Barandica, Jordi Cañas, Olivier Chastel, Dacian Cioloș, Pascal Durand, Laurence Farreng, Valter Flego, Luis Garicano, Klemen Grošelj, Christophe Grudler, Bernard Guetta, Sophia in ’t Veld, Irena Joveva, Pierre Karleskind, Ilhan Kyuchyuk, Javier Nart, Jan‑Christoph Oetjen, Maite Pagazaurtundúa, Mauri Pekkarinen, Dragoş Pîslaru, Frédérique Ries, María Soraya Rodríguez Ramos, Stéphane Séjourné, Susana Solís Pérez, Ramona Strugariu, Irène Tolleret, Dragoş Tudorache, Viktor Uspaskich, Hilde Vautmans, Marie‑Pierre Vedrenne
namens de Renew-Fractie
Tineke Strik, Damien Carême, Yannick Jadot, Margrete Auken, Monika Vana, Catherine Rowett, Alexandra Geese, Alice Kuhnke, Hannah Neumann, Erik Marquardt, Katrin Langensiepen, Molly Scott Cato, Gina Dowding, Ernest Urtasun, Reinhard Bütikofer
namens de Verts/ALE-Fractie


Procedure : 2019/2733(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
RC-B9-0014/2019
Ingediende teksten :
RC-B9-0014/2019
Aangenomen teksten :

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie aan de grens tussen de VS en Mexico

(2019/2733(RSP))

Het Europees Parlement,

 gezien artikel 24 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, waarin is bepaald dat de belangen van het kind een essentiële overweging vormen en dat ieder kind het recht heeft persoonlijke betrekkingen en rechtstreekse contacten met zijn beide ouders te onderhouden,

 gezien het Internationaal Verdrag inzake de bescherming van de rechten van alle migrerende werknemers en hun gezinsleden,

 gezien de verklaringen van leden van het Amerikaanse Congres na hun bezoek aan de detentiecentra in juli 2019,

 gezien het Verdrag betreffende de status van vluchtelingen (1951) en het Protocol betreffende de status van vluchtelingen van 1967,

 gezien het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van het kind van 1989,

 gezien de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van 1948,

 gezien de EU-richtsnoeren over mensenrechtenactivisten van 2008,

 gezien de beleidsinitiatieven van de huidige Amerikaanse regering op het gebied van migratie en asiel en het “Migrant Protection Protocol” (MPP),

 gezien de verklaring van 8 juli 2019 van de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten, Michelle Bachelet,

 gezien de verklaring van 9 juli 2019 van de waarnemend minister van Binnenlandse Veiligheid,

 gezien het memorandum van 2 juli 2019 van het Bureau van de inspecteur-generaal van de VS voor de waarnemend minister van Binnenlandse Veiligheid over de situatie in het ontvangstcentrum in de Rio Grande vallei,

 gezien het mondiaal pact inzake migratie dat door de Algemene Vergadering van de VN is aangenomen op 19 december 2018,

 gezien de onafhankelijkheidsverklaring van de Verenigde Staten van 1776,

 gezien artikel 144, lid 5, en artikel 132, lid 4, van zijn Reglement,

A. overwegende dat zowel de VS als de EU van mening zijn dat mensenrechten onvervreemdbare en fundamentele rechten zijn die voor alle mensen gelden;

B. overwegende dat in de afgelopen jaren een complexe crisis van geweld en diepgewortelde armoede ertoe heeft geleid dat gezinnen met jongeren en kinderen, Mexico en de noordelijke driehoek van Midden-Amerika –El Salvador, Guatemala en Honduras – hebben ontvlucht en op zoek zijn naar veiligheid, bescherming en economische stabiliteit in de Verenigde Staten;

C. overwegende dat de Verenigde Staten van Amerika van oudsher een land van immigratie zijn dat verschillende gemeenschappen omvat;

D. overwegende dat elke soevereine staat het voorrecht heeft te beslissen over de voorwaarden voor binnenkomst en verblijf van vreemdelingen, maar tegelijkertijd moet voldoen aan alle relevante internationale verplichtingen op het gebied van de mensenrechten;

E. overwegende dat de Verenigde Staten in 2018 veruit de grootste donor waren van het VN-Bureau voor de Vluchtelingen (UNHCR), met in totaal 1 589 776 543 USD;

F. overwegende dat de VS strenge maatregelen heeft vastgesteld die negatieve gevolgen hebben voor migranten en asielzoekers die de grens van het land oversteken, in een poging hun onvervreemdbare recht op leven, en vrijheid te verwerkelijken en hun geluk na te streven;

G. overwegende dat er een humanitaire noodsituatie is aan de grens tussen VS en Mexico, waar migranten en asielzoekers, nadat zij de grens zijn overgestoken, aan Amerikaanse zijde worden vastgehouden; overwegende dat met name de situatie van kinderen alarmerend en afkeurenswaardig is gezien het feit dat honderden van hen in tentensteden aan de grens wegkwijnen of vastgehouden worden achter tralies in detentiecentra die niet aan de elementaire mensenrechtennormen voldoen, gezien de overbevolking en het gebrek aan gezondheidszorg, voeding en behoorlijke sanitaire omstandigheden;

H. overwegende dat in een memorandum over de situatie in het ontvangstcentrum van de Rio Grande vallei, het Bureau van de inspecteur generaal van de VS (OIG) gewezen heeft op “dringende problemen die om onmiddellijke aandacht en optreden vragen” vanwege “ernstige overbevolking en lange detentie van onbegeleide buitenlandse kinderen, gezinnen, en alleenstaande volwassenen, wat onmiddellijke aandacht vereist” en derhalve heeft opgeroepen “onmiddellijk stappen te ondernemen om de gevaarlijke overbevolking en lange detentie van kinderen en volwassenen in de Rio Grande vallei te verminderen”;

I. overwegende dat vrijheidsberoving van kinderen op grond van hun migratiestatus of dat van hun ouders nooit in het belang van het kind is, het noodzakelijkheidsvereiste te boven gaat, buitenproportioneel  wordt en een wrede, onmenselijke of onterende behandeling van migrantenkinderen kan vormen; overwegende dat elke vrijheidsbeneming van volwassen migranten en asielzoekers een laatste redmiddel moet zijn en, indien het zich moet voordoen, zo kort mogelijk moet plaatsvinden, met de waarborgen voor een eerlijk proces en onder omstandigheden die volledig in overeenstemming zijn met alle relevante internationale mensenrechtennormen;

J. overwegende dat volgens gegevens die door de Amerikaanse “Customs and Border Protection Agency” aan Amnesty International zijn bekendgemaakt, tussen 2017 en augustus 2018 ongeveer 8 000 gezinseenheden zijn gescheiden na het overschrijden van de grens; overwegende dat deze ramingen vele andere gevallen van scheiding, zoals die tussen kinderen en hun oudere broers of zussen, tantes en ooms, grootouders en andere niet-directe familieleden, niet omvatten;

K. overwegende dat in juni 2018 een federale rechter in San Diego de Amerikaanse regering heeft gelast aan de scheiding een einde te maken; overwegende dat de scheidingen echter nog steeds worden gehandhaafd door de Amerikaanse “Customs and Border Protection”, volgens de gegevens die aan de federale rechter zijn verstrekt en dat sinds juni 2018 ten minste 245 kinderen van hun familie zijn gescheiden, in veel gevallen zonder duidelijke documentatie om de verblijfplaats van de kinderen te helpen traceren;

L. overwegende dat tegen december 2018 het Amerikaanse ministerie van Volksgezondheid en Sociale voorzieningen 2 737 gescheiden kinderen heeft geïdentificeerd, maar tevens erkend heeft dat er sinds 2017 duizenden meer van elkaar gescheiden kunnen zijn geweest, zonder dat de administratie als gevolg van het ontbreken van een efficiënt traceringssysteem die kinderen kon identificeren;

M. overwegende dat het scheiden van de familie en detentie voor onbepaalde tijd een vorm van mishandeling is; overwegende dat kinderen die in instellingen weg van hun gezin leven, zeer kwetsbaar zijn voor emotioneel, fysiek en psychologisch misbruik, wat kan leiden tot blijvende ontwikkelingsproblemen, verwondingen en diepe trauma’s en ernstige negatieve sociale gevolgen kan hebben;

N. overwegende dat volgens verslagen van de Amerikaanse “Civil Liberties Union” en verschillende verklaringen van woordvoerders van de Amerikaanse ministeries van Volksgezondheid en Sociale voorzieningen en Binnenlandse Veiligheid, ten minste van zes kinderen bekend is dat die sinds vorig jaar in immigratiebewaring zijn overleden, na een periode van bijna tien jaar waarin, volgens berichten, geen enkel kind in detentie bij de Amerikaanse “Customs and Border Protection” is overleden;

O. overwegende dat volgens gegevens van de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) in 2019 tot nu toe 197 mensen zijn gestorven in hun poging vanuit Mexico naar de VS over te steken, waaronder ten minste 13 kinderen; overwegende dat het aantal doden in de afgelopen 5 jaar voortdurend is toegenomen, met een totaal van meer dan 1 900 sterfgevallen tussen 2014 en 2018;

P. overwegende dat de afgelopen weken de Mexicaanse autoriteiten de handhavingsinspanningen op het gebied van het migratiebeleid aanzienlijk hebben opgevoerd, wat heeft geleid tot een toename van het aantal migranten dat wordt vastgehouden en uitgezet;

Q. overwegende dat migranten, voornamelijk uit Midden-Amerika, vanwege vreselijke omstandigheden genoopt zijn naar de grens met de VS te reizen en deze over te steken; overwegende dat de druk aan de zuid- en de noordgrens duizenden migranten, meestal vrouwen en kinderen, ertoe aanzet hun leven ernstig in gevaar te brengen;

R. overwegende dat volgens zijn regering Mexico momenteel geconfronteerd wordt met een gewelddadige openbare veiligheidscrisis; overwegende dat in het kader van de Amerikaanse “Migrant Protection Protocols” (MPP) asielzoekers naar Mexico worden teruggestuurd, onder meer naar twee noordelijke staten die tot de meest gewelddadige in het land behoren – Baja California en Chihuahua – waar zij onder uiterst precaire omstandigheden leven en het risico lopen slachtoffer te worden van ernstige criminaliteit, waaronder ontvoering, aanranding en seksueel geweld;

S. overwegende dat grootschalige uitzettingen van asielzoekers, illegale scheidingen van gezinnen en de willekeurige en onbeperkte detentie van asielzoekers zonder voorwaardelijke invrijheidsstelling, wreed beleid vormen en flagrante schendingen van zowel het asielrecht van de VS als het internationaal recht;

T. overwegende dat op 27 juni 2019 het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden een pakket ter hoogte van 4,6 miljard USD heeft aangenomen om de situatie aan de grens tussen VS en Mexico aan te pakken;

U. overwegende dat filialen van de mensenrechtenbureaus van de VN in Mexico en Midden-Amerika talrijke mensenrechtenschendingen jegens en mishandeling van migranten en asielzoekers op doorreis hebben gedocumenteerd, met inbegrip van buitensporig gebruik van geweld, willekeurige vrijheidsberoving, scheiding van gezinnen, ontzegging van de toegang tot diensten, refoulement en willekeurige uitzettingen;

V. overwegende dat 195 lidstaten het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind hebben geratificeerd; overwegende dat de Verenigde Staten de enige lidstaat van de VN zijn die dat verdrag niet heeft geratificeerd;

W. overwegende dat het partnerschap van de EU en de VS traditioneel gebaseerd is op sterke politieke, culturele, economische en historische banden en op gedeelde waarden zoals vrijheid, democratie, de bevordering van vrede en stabiliteit, mensenrechten en de rechtsstaat; overwegende dat sterke betrekkingen tussen de EU en de VS van cruciaal belang zijn voor het opbouwen van een meer democratische, veilige en welvarende wereld;

1. maakt zich ernstige zorgen over de situatie van migranten en asielzoekers aan de grens tussen de VS en Mexico, en met name de situatie van migrantenkinderen;

2. betreurt de vele sterfgevallen onder de mensen die over de routes naar de grens tussen de VS en Mexico reizen; spreekt zijn allergrootste solidariteit uit met de slachtoffers en hun families;

3. is bezorgd over de erbarmelijke omstandigheden waarin migranten en asielzoekers, met name kinderen, worden vastgehouden in de Amerikaanse detentiefaciliteiten voor immigratie, die toereikende gezondheidszorg, fatsoenlijke voeding en behoorlijke sanitaire voorzieningen ontberen; betreurt ten zeerste de dood van zeven migranten die de afgelopen maanden in detentie bij het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Veiligheid zijn omgekomen, en steunt alle inspanningen van het Amerikaanse Congres en de Amerikaanse regering om te zorgen voor informatie, onderzoek, transparantie en verantwoording ten aanzien van de omstandigheden waaronder deze sterfgevallen hebben plaatsgevonden;

4. benadrukt dat de maatregelen voor het beheer van de grenzen in overeenstemming moeten zijn met de internationale verplichtingen van de VS op het gebied van de mensenrechten en niet gebaseerd mogen zijn op een beperkt beleid dat gericht is op het opsporen, vasthouden en snel overdragen van irreguliere migranten;

5. roept ertoe op de mensenrechten, de veiligheid en de toegang tot mensenrechtenconforme asielprocessen te waarborgen, onder meer door het beginsel van non-refoulement in acht te nemen en te zorgen voor waardige opvangvoorzieningen;

6. betreurt het gebruik van scheiding van gezinnen, dat de systematische traumatisering van kinderen en hun directe familieleden kan veroorzaken en een methode is die, voor de huidige regering van de VS, een instrument van immigratiebeleid lijkt te zijn dat gericht is op het afschrikken van mensen op zoek naar veiligheid;

7. benadrukt dat scheiding van gezinnen en immigratiedetentie nooit in het belang van het kind zijn;

8. neemt kennis van het memorandum van het OIG en soortgelijke verslagen, en verzoekt de VS alle huidige beleidsmaatregelen en praktijken op het gebied van migratie te herzien die in strijd zijn met het internationaal recht inzake de mensenrechten, met inbegrip van het fundamentele recht om asiel aan te vragen, het beginsel van non-refoulement en het recht op menselijke waardigheid;

9. verzoekt de regering van de VS een einde te maken aan de scheiding van gezinnen en zo snel mogelijk alle kinderen die nog steeds van hun ouders of voogden gescheiden zijn te herenigen met hun families, teneinde hun rehabilitatie te waarborgen, en daarbij bijzondere aandacht te besteden aan de behoeften van de betrokken kinderen;

10. verzoekt de bevoegde autoriteiten in de VS er onmiddellijk voor te zorgen dat alle gedetineerden toegang hebben tot elementaire rechten, zoals het recht op water, voedsel, gezondheid en onderdak;

11. verzoekt de autoriteiten in de VS dringend om niet tot vrijheidsbeneming strekkende alternatieven te vinden voor migranten en asielzoekers, zowel kinderen als volwassenen; eist dat de betreffende kinderen worden teruggestuurd naar hun families;

12. dringt er bij de regering van de VS op aan het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind te ratificeren, dat in 1995 weliswaar door de VS is ondertekend maar vervolgens nooit door de VS is aangenomen, als gevolg waarvan de VS het enige land ter wereld is dat geen partij is bij dit verdrag; dringt er bij de regering van de VS op aan het derde facultatieve protocol bij het verdrag te ratificeren, dat een communicatieprocedure voor klachten betreft;

13. geeft uiting aan zijn ernstige bezorgdheid over de meest recente aanvallen van het Amerikaanse “Immigration and Customs Enforcement” (ICE), die gericht zijn op ongedocumenteerde migranten, vooral die uit Midden-Amerika, hun ouders en hun kinderen, en die resulteren in hun criminalisering;

14. is van mening dat het aanpakken van migratiestromen met repressie of criminalisering xenofobie, haat en geweld bevordert;

15. is bezorgd over de recente wijzigingen in het migratiebeleid van de Mexicaanse autoriteiten en verzoekt de Mexicaanse regering bij de aanpak van migratie te voldoen aan de internationale normen en het internationale recht inzake de mensenrechten;

16. is van mening dat het leger niet het juiste instrument is om migratiekwesties aan te pakken; wijst erop dat de situatie aan de grens in handen moet zijn van een gespecialiseerde politie die goed opgeleid is en geïnstrueerd is om de mensenrechten en de waardigheid van migranten te eerbiedigen;

17. erkent dat migratie een mondiale uitdaging is en verzoekt de landen van herkomst, doorreis en bestemming samen te werken om de onderliggende oorzaken van migratiestromen aan te pakken door middel van een alomvattende benadering; spreekt in dit verband wederom zijn volledige steun uit voor de ontwikkeling en uitvoering van het mondiaal pact inzake vluchtelingen en het mondiaal pact voor veilige, ordelijke en reguliere migratie, die een belangrijke kans bieden om het migratiebeheer te verbeteren en de daarmee verbonden uitdagingen aan te pakken;

18. spreekt opnieuw zijn geloof uit in open en eerlijke handel en is er vast van overtuigd dat economische dwang en het dreigen met strafheffingen contraproductief zijn en soevereine landen niet kunnen helpen constructieve en duurzame oplossingen te vinden voor politieke uitdagingen zoals migratie;

19. brengt hulde aan de personen en organisaties uit het maatschappelijk middenveld die ervoor hebben gezorgd dat migranten de meest elementaire grondrechten genieten, zoals het recht op water, voedsel, gezondheid, adequate opvang en andere vormen van bijstand, aan beide zijden van de grens en in de gehele regio; herhaalt zijn verzoek om humanitaire hulp niet strafbaar te stellen, en dringt er nogmaals bij de Commissie op aan om, in overeenstemming met zijn resolutie van 5 juli 2018, ter zake richtsnoeren vast te stellen;

20. is ingenomen met de verklaring van de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten; zou graag zien dat het Bureau van de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten (OHCHR) of de relevante VN-deskundigen een onderzoeksmissie uitvoeren om de mensenrechtensituatie aan de grens tussen de VS en Mexico te onderzoeken;

21. verbindt zich ertoe de ontwikkelingshulp van de EU aan de regio nauwlettend te volgen om te zorgen voor efficiënte ontwikkelingsnormen, aangezien dit kan helpen de onderliggende oorzaken van gedwongen migratie aan te pakken;

22. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de speciale vertegenwoordiger van de EU voor de mensenrechten, de president van de Verenigde Staten, Donald Trump en zijn regering, het Congres van de Verenigde Staten en de regering en het parlement van Mexico.

 

Laatst bijgewerkt op: 17 juli 2019
Juridische mededeling - Privacybeleid