TITEL II : WETGEVINGS-, BEGROTINGS-, KWIJTINGS- EN OVERIGE PROCEDURES
HOOFDSTUK 2 : PROCEDURES IN DE COMMISSIES
Artikel 52 bis : Opstelling van verslagen
1. De rapporteur is verantwoordelijk voor het opstellen van het verslag van de commissie en voor het namens die commissie aan het Parlement voor te leggen.
2. De toelichting wordt onder de verantwoordelijkheid van de rapporteur opgesteld en wordt niet in stemming gebracht. Wel moet de toelichting in overeenstemming zijn met de vastgestelde ontwerpresolutie en met de eventueel door de commissie voorgestelde amendementen. Indien dit niet het geval is, kan de commissievoorzitter de toelichting schrappen.
3. Het verslag vermeldt de uitslag van de stemming over het verslag in zijn geheel en geeft overeenkomstig artikel 208, lid 3, aan hoe ieder lid heeft gestemd.
4. Minderheidsstandpunten kunnen bij de stemming over de gehele tekst kenbaar worden gemaakt en kunnen op verzoek van de auteurs worden verwoord in een schriftelijke verklaring van ten hoogste 200 woorden, die bij de toelichting wordt gevoegd.
De voorzitter beslecht de geschillen waartoe de toepassing van dit lid zou kunnen leiden.
5. Op voorstel van haar voorzitter kan de commissie een termijn vaststellen waarbinnen haar rapporteur zijn ontwerpverslag aan haar dient voor te leggen. Deze termijn kan worden verlengd of er kan een nieuwe rapporteur worden benoemd.
6. Wanneer de termijn is verstreken, kan de commissie haar voorzitter gelasten om te verzoeken om de aangelegenheid met de behandeling waarvan zij is belast op de agenda van een van de volgende vergaderingen van het Parlement in te schrijven. In dat geval kan aan de hand van een mondeling verslag van de betrokken commissie worden beraadslaagd en gestemd.