Vorige 
 Volgende 
Reglement van het Europees Parlement
Achtste zittingsperiode - Februari 2019
EPUB 153kPDF 1012k
INHOUD
AANHANGSEL
BERICHT AAN DE LEZER
COMPENDIUM VAN DE BELANGRIJKSTE RECHTSHANDELINGEN BETREFFENDE HET REGLEMENT

TITEL V : BETREKKINGEN MET DE ANDERE INSTELLINGEN EN ORGANEN
HOOFDSTUK 3 : PARLEMENTAIRE VRAGEN

Artikel 131 : Vragen met verzoek om schriftelijk antwoord aan de Europese Centrale Bank

1.   Ieder lid kan overeenkomstig de in een bijlage bij dit Reglement neergelegde criteria per maand ten hoogste zes vragen met verzoek om schriftelijk antwoord aan de Europese Centrale Bank stellen (1). Enkel de vraagstellers zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de vragen.

2.   Dergelijke vragen worden schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de bevoegde commissie. Bij ontvangst van dergelijke vragen stelt de voorzitter van de bevoegde commissie de Europese Centrale Bank daarvan in kennis. Over kwesties met betrekking tot de ontvankelijkheid van een vraag wordt beslist door de voorzitter van de bevoegde commissie. De vraagsteller wordt in kennis gesteld van dergelijke beslissingen.

3.   Dergelijke vragen worden met de antwoorden op de website van het Parlement gepubliceerd.

4.   Indien een vraag met verzoek om schriftelijk antwoord niet binnen zes weken is beantwoord, dan kan zij op verzoek van de vraagsteller worden geplaatst op de agenda van de volgende vergadering van de bevoegde commissie met de president van de Europese Centrale Bank.

(1) Zie Bijlage II.
Laatst bijgewerkt op: 22 mei 2019Juridische mededeling - Privacybeleid