Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 95/93 van de Raad van 18 januari 1993 betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van "slots" op communautaire luchthavens (COM(2001) 335 – C5&nbhy;0277/2001 – 2001/0140(COD))
(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2001) 335(1)),
– gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 80, lid 2 van het EG&nbhy;Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C5&nbhy;0277/2001),
– gelet op artikel 67 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme en het advies van de Economische en Monetaire Commissie (A5&nbhy;0186/2002),
1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Standpunt van het Europees Parlement, in eerste lezing vastgesteld op 11 juni 2002, met het oog op de aanneming van Verordening (EG) nr. .../2002 van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 95/93 van de Raad betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van "slots" op communautaire luchthavens
Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de regio's(2),
Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag(3),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) Naar aanleiding van de conclusies van de Europese Raad van Stockholm van 23 en 24 maart 2001 vormt deze verordening een eerste stap in een uitgebreid herzieningsproces. Deze verordening moet na een bepaalde toepassingsperiode opnieuw worden bezien om de ontwikkelingen, met name wat betreft nieuwe gegadigden en de overdracht van "slots" tegen financiële vergoeding, te evalueren.
(2) De ervaring heeft uitgewezen dat Verordening (EEG) nr. 95/93 van de Raad van 18 januari 1993 betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van "slots" op communautaire luchthavens(4) moet worden aangescherpt om ervoor te zorgen dat de beperkte capaciteit op verzadigde communautaire luchthavens in het belang van de consument zo volledig en flexibel mogelijk wordt gebruikt.
(3) Bijgevolg is het noodzakelijk die verordening ingrijpend te wijzigen, zoals bepaald in artikel 14 van die verordening en een aantal van haar bepalingen te verduidelijken.
(4)Met de wijziging van de vigerende verordening wordt met name beoogd het garanderen van een correcte en uniforme toepassing van de verordening door de lidstaten, alsmede een transparante, niet-discriminerende en op objectieve criteria berustende toewijzing van "slots" door een onafhankelijke coördinator, een optimale benutting van de bestaande capaciteiten en verbetering van de kansen op toegang tot de markt voor nieuwe gegadigden en de bevordering van de ontwikkeling van regionale luchtdiensten en verbindingen met regionale luchthavens.
(5) Het is wenselijk de internationale terminologie aan te houden en derhalve de termen luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen (schedules facilitated airport) en gecoördineerde luchthaven (coordinated airport) te gebruiken in plaats van respectievelijk gecoördineerde en volledig gecoördineerde luchthaven.
(6) Luchthavens met ernstige capaciteitstekorten moeten op basis van een capaciteitsanalyse als gecoördineerd worden aangewezen. Op gecoördineerde luchthavens zijn gedetailleerde regels nodig om ervoor te zorgen dat de beginselen van doorzichtigheid, onpartijdigheid en niet-discriminatie volledig worden nageleefd.
(7) Op luchthavens met bemiddeling inzake de dienstregelingen moet de bemiddelaar inzake de dienstregelingen op onafhankelijke wijze te werk gaan. Op gecoördineerde luchthavens speelt de coördinator een centrale rol in het coördinatieproces. De coördinatoren moeten zich derhalve in een volledig onafhankelijke positie bevinden en hun verantwoordelijkheden moeten in detail worden beschreven.
(8) De rol van het coördinatiecomité, dat wordt opgericht om adviserende en bemiddelende functies in verband met de toewijzing van "slots" te vervullen, moet in detail worden beschreven. Daarbij dient erop te worden toegezien dat het coördinatiecomité geen beslissingen kan nemen die aan de coördinator zijn voorbehouden.
(9) Tevens moet duidelijk worden gemaakt dat de toewijzing van "slots" moet worden beschouwd als een aan de geldende gebruiksvoorwaarden onderworpen gebruiksrecht dat luchtvaartmaatschappijen het recht verleent om gedurende de periode waarvoor het is verleend op welbepaalde data en tijdstippen de luchthavenfaciliteiten te gebruiken om te landen en op te stijgen. Verder moet duidelijk worden gemaakt dat "airport-slots" alleen voor de planning van belang zijn omdat op de dag van de vlucht een "airway-slot" voorhanden moet zijn die op grond van de gegeven verkeerssituatie wordt toegewezen. Voor de toekomst is het noodzakelijk regels en procedures vast te stellen om "airport-slots" en "airway-slots" beter op elkaar af te stemmen.
(10) Met het oog op de stabiliteit van de exploitatie bepaalt het huidige systeem dat slots waarop historische rechten zijn verworven, opnieuw worden toegewezen aan gevestigde luchtvaartmaatschappijen. Om geregelde operaties op een gecoördineerde luchthaven aan te moedigen, moet worden bepaald dat historische rechten betrekking hebben op een reeks "slots". De lidstaten kunnen tevens een recht op een reeks "slots" beperken naar aanleiding van wijzigingen in de geldende milieueisen op de betrokken luchthaven.
11) "Slots" waarop historische rechten zijn verworven, moeten voldoen aan de eisen inzake het berekende gebruik en andere toepasselijke voorschriften van de verordening, willen luchtvaartmaatschappijen het recht behouden om deze "slots" in de volgende overeenkomstige dienstregelingsperiode op te eisen. De situatie van de historische rechten ingeval van gezamenlijke diensten, codesharing of franchise-overeenkomsten moet worden verduidelijkt.
(12) Regelmatige operaties op een luchthaven dienen prioriteit te krijgen, welke prioriteit strikt dient te worden toegekend zonder onderscheid tussen geregelde en niet-geregelde diensten.
(13) Om op verzadigde luchthavens een efficiënt gebruik van de capaciteit te waarborgen en de mieueffecten te verminderen en om intermodaal vervoer verder te bevorderen is het nodig dat bij de toewijzing van "slots" ook rekening wordt gehouden met het bestaan van adequate diensten van een bevredigende kwaliteit die door andere takken van vervoer worden geleverd.
(14) De definitie van nieuwe gegadigde moet tevens bijdragen tot het verlenen van adequate luchtdiensten aan regio's en de potentiële concurrentie op intracommunautaire routes vergroten. Op termijn moet deze definitie worden vervangen door een regeling inzake doeltreffende concurrentie.
(15) Om beter te waarborgen dat derde landen communautaire luchtvaartmaatschappijen een vergelijkbare behandeling geven, dient een procedure te worden ingesteld die de Gemeenschap in staat stelt efficiënter op te treden tegen derde landen die geen behandeling geven die vergelijkbaar is met de in de Gemeenschap gegeven behandeling.
(16) Aangezien de maatregelen die nodig zijn ter uitvoering van deze verordening, maatregelen van algemene strekking zijn in de zin van artikel 2 van Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden(5), dienen zij te worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure van artikel 5 van dat besluit.
(17) Op een gecoördineerde luchthaven kan een luchtvaartmaatschappij alleen toegang krijgen als er een "slot" is toegewezen. Er moeten maatregelen worden ingevoerd om de handhaving van deze verordening te waarborgen, met name voor het geval dat luchtvaartmaatschappijen herhaaldelijk en opzettelijk de regels voor de toewijzing van "slots" niet naleven.
(18) Er dient een juridische procedure te zijn om besluiten van de coördinator te herzien. Tegen de coördinator moeten echter geen schadeclaims kunnen worden ingediend.
(19) Om twijfel uit te sluiten dient te worden bepaald dat de toepassing van de bepalingen van deze verordening geen afbreuk doet aan de mededingingsregels van het Verdrag, met name de artikelen 81 en 82, en Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen(6), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1310/97(7),
HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :
Artikel 1
Verordening (EEG) nr. 95/93 wordt als volgt gewijzigd:
(1) Artikel 1, lid 1 wordt vervangen door de volgende tekst:
"
"Deze verordening heeft betrekking op communautaire luchthavens."
"
(2) Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
a) De punten (a) en (b) worden vervangen door de volgende tekst:
"
a)
"(a) "slot': het uitsluitend uit hoofde van deze verordening aan een luchtvaartmaatschappij verleende en aan de geldende gebruiksvoorwaarden onderworpen recht op een welbepaalde datum en tijd de gehele voor de uitvoering van een luchtdienst noodzakelijke luchthaveninfrastructuur op een gecoördineerde luchthaven te gebruiken om te landen en op te stijgen, dat overeenkomstig deze verordening is toegewezen door een coördinator;
b)
"nieuwe gegadigde':
i)
een luchtvaartmaatschappij die, als onderdeel van een reeks "slots", voor een bepaalde dag om een "slot" op een luchthaven verzoekt, als deze luchtvaartmaatschappij, als haar verzoek zou worden aanvaard, op die luchthaven op die dag minder dan vijf "slots" ter beschikking zou hebben, of
ii)
een luchtvaartmaatschappij die om een reeks "slots" verzoekt voor een rechtstreekse geregelde passagiersdienst tussen twee communautaire luchthavens waar ten hoogste twee andere luchtvaartmaatschappijen op die dag dezelfde rechtstreekse geregelde dienst onderhouden tussen die luchthavens of luchthavensystemen, als deze luchtvaartmaatschappij, als haar verzoek zou worden aanvaard, voor die rechtstreekse dienst op die luchthaven op die dag desondanks minder dan vijf "slots" ter beschikking zou hebben;
iii)
een luchtvaartmaatschappij die om een reeks "slots" verzoekt voor een rechtstreekse geregelde dienst voor het vervoer van personen tussen die luchthaven en een regionale luchthaven waar geen andere luchtvaartmaatschappij op die dag een rechtstreekse geregelde dienst onderhoudt tussen die luchthavens of luchthavensystemen, als deze luchtvaartmaatschappij, als haar verzoek zou worden aanvaard, voor die rechtstreekse dienst op die luchthaven op die dag desondanks minder dan vijf "slots" ter beschikking zou hebben.
-
zij op de betrokken luchthaven een gezamenlijke dienst, codesharing of franchiseregeling heeft met een andere luchtvaartmaatschappij die niet als nieuwe gegadigde wordt beschouwd, of
-
de meerderheid van haar kapitaal in handen is van een andere luchtvaartmaatschappij die niet als nieuwe gegadigde wordt beschouwd (dochtermaatschappij), of
-
zij direct of indirect de meerderheid bezit van het kapitaal van een andere luchtvaartmaatschappij die niet als nieuwe gegadigde wordt beschouwd (moedermaatschappij), of
-
zij deel uitmaakt van een groep luchtvaartmaatschappijen, waarvan er een niet als nieuwe gegadigde wordt beschouwd, of
-
het om een zustermaatschappij gaat die eigendom is van dezelfde holding
Een luchtvaartmaatschappij die de status van nieuwe gegadigde wenst te verkrijgen, is verplicht de coördinator alle nodige bescheiden te doen toekomen waaruit voor hem op te maken valt of de desbetreffende maatschappij voor die status in aanmerking komt.
Voor de toepassing van punt ii) wordt een luchtvaartmaatschappij die alleen of samen met partners in een groep luchtvaartmaatschappijen meer dan 7% van alle voor toewijzing ter beschikking staande "slots" op de betrokken dag op een bepaalde luchthaven of luchthavensysteem bezit, op die luchthaven op die dag niet als nieuwe gegadigde beschouwd."
"
b) Punt (f) wordt vervangen door de volgende tekst
"
f)
"f) i) "luchtvaartmaatschappij': een luchtvervoersonderneming die uiterlijk op 31 januari een geldige exploitatievergunning of gelijkwaardige vergunning voor het volgende zomerseizoen of uiterlijk op 31 augustus een geldige exploitatievergunning of gelijkwaardige vergunning voor het volgende winterseizoen bezit. Voor de toepassing van de artikelen 4, 7, 8, 8bis, 10 en 14 omvat de definitie van luchtvaartmaatschappij ook maatschappijen uit de zakelijke luchtvaart, voorzover deze geregelde luchtdiensten op de betrokken luchthaven aanbieden.
ii)
"groep luchtvaartmaatschappijen': twee of meer luchtvaartmaatschappijen die samen gezamenlijke diensten of diensten op basis van een franchiseregeling of codesharing uitvoeren dan wel op andere wijze samenwerken om een daadwerkelijke luchtdienst uit te voeren, waarbij deze samenwerking zich niet beperkt tot onderhouds-, leverings- of andere secundaire werkzaamheden."
"
c)
Punt (g) wordt vervangen door de volgende tekst
"
g)
"(g) "gecoördineerde luchthaven': elke luchthaven waarop een luchtvaartmaatschappij of andere exploitant van vliegtuigen, om te kunnen landen of opstijgen moet beschikken over een door een coördinator toegewezen "slot";"
"
d) De punten (i), (j), (k), (l), (m), (n) en (o) worden toegevoegd:
"
i)
"(i) "luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen': een luchthaven waar op sommige periodes van de dag, de week of het jaar congestie kan ontstaan die waarschijnlijk kan worden opgelost door vrijwillige samenwerking tussen luchtvaartmaatschappijen en waar een bemiddelaar inzake de dienstregelingen is aangesteld om de diensten van luchtvaartmaatschappijen die op die luchthaven vluchten uitvoeren of willen uitvoeren, te vergemakkelijken;
j)
"luchthavenbeheerder': het lichaam dat, al dan niet naast andere activiteiten, krachtens de nationale wet- of regelgeving verantwoordelijk is voor de administratie en het beheer van de luchthavenfaciliteiten en de coördinatie en controle van de activiteiten van de verschillende ondernemingen op die luchthaven of op dat luchthavensysteem;
k)
"reeks "slots"": ten minste vijf slots die voor een dienstregelingsperiode op dezelfde tijd en regelmatig op dezelfde weekdag zijn aangevraagd en aldus zijn toegewezen, of, wanneer dat niet mogelijk is, op ongeveer dezelfde tijd zijn toegewezen;
l)
"regionale luchthaven': een regionaal verbindings- en toegangspunt of een communautair verbindingspunt als gedefinieerd in afdeling 6 van Beschikking nr. 1692/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 1996 betreffende communautaire richtsnoeren voor de ontwikkeling van een Trans-Europees vervoersnet*;
m)
"zakelijke luchtvaart': die sector van de algemene luchtvaart die betrekking heeft op de exploitatie of het gebruik van vliegtuigen door ondernemingen voor het vervoer van passagiers of goederen als onderdeel van hun bedrijfsvoering; de vluchten zijn over het algemeen niet toegankelijk voor het publiek en de piloten hebben minimaal een geldig bewijs van bevoegdheid als beroepsvlieger met kwalificatie voor het vliegen op instrumenten;
n)
"coördinatieparameters': de beschrijving in operationele termen van alle capaciteit die gedurende elke coördinatieperiode op een luchthaven voor de toewijzing van "slots" beschikbaar is, waarin alle technische, operationele en milieufactoren tot uiting komen die de prestaties van de luchthaveninfrastructuur en de verschillende subsystemen beïnvloeden;
o)
'taxitijd': de tijd die nodig is om het vliegtuig op de startbaan de take-off-positie in te laten nemen of, bij het landen, de tijd die nodig is om de landingsbaan te verlaten en het vliegtuig tot stilstand te brengen.
_________________
* PB L 228 van 9.9.1996, blz. 1."
"
(3) Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
a) Lid 1 wordt vervangen door de volgende tekst:
"
1. a) "1 (a) De lidstaten zijn niet verplicht een luchthaven als luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen of als gecoördineerde luchthaven aan te wijzen, behoudens overeenkomstig het bepaalde in dit artikel.
(b) De lidstaten wijzen een luchthaven uitsluitend als gecoördineerde luchthaven aan overeenkomstig het bepaalde in lid 3."
b) In lid 2 wordt "gecoördineerde luchthaven' vervangen door "luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen'.
c) Lid 3 wordt vervangen door de volgende tekst:
"3. De verantwoordelijke lidstaat zorgt ervoor dat een grondige capaciteitsanalyse van een luchthaven die niet is aangewezen of een luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen wordt uitgevoerd door de luchthavenbeheerder van die luchthaven, wanneer die lidstaat dat noodzakelijk acht, dan wel binnen zes maanden:
i)
na een schriftelijk verzoek van luchtvaartmaatschappijen die meer dan de helft van de diensten op een luchthaven voor hun rekening nemen of van de luchthavenbeheerder, wanneer zij van oordeel zijn dat de capaciteit voor de bestaande of geplande diensten tijdens sommige perioden ontoereikend is; of
ii)
op verzoek van de Commissie, met name wanneer een luchthaven in feite alleen toegankelijk is voor luchtvaartmaatschappijen waaraan een coördinator "slots" heeft toegewezen of luchtvaartmaatschappijen en met name nieuwe gegadigden ernstige problemen ondervinden bij het verwerven van aankomst- en vertrekmogelijkheden op de betrokken luchthaven.
In deze analyse worden volgens een gestandaardiseerde procedure alle capaciteitstekorten geanalyseerd, waaronder de op die luchthaven geldende milieueisen. Hierbij worden de mogelijkheden onderzocht om deze tekorten te verhelpen door nieuwe of gewijzigde infrastructuur, exploitatiewijzigingen of eventuele andere wijzigingen en wordt de voor het oplossen van de problemen benodigde termijn vastgesteld. Voor een gecoördineerde luchthaven wordt de analyse geactualiseerd wanneer er op de luchthaven veranderingen met ingrijpende gevolgen voor de capaciteit en het gebruik daarvan plaatsvinden, of op verzoek van de Commissie, de lidstaat, de luchtvaartmaatschappijen of de beheersinstantie van de luchthaven. Deze geactualiseerde analyse mag niet worden vereist met tussenpozen die korter zijn dan drie jaar. Zowel de analyse als de gevolgde methode worden ter beschikking gesteld van de partijen die om de analyse hebben verzocht en, op verzoek, van andere belanghebbenden. De analyse wordt tegelijkertijd aan de Commissie meegedeeld."
"
d) Lid 4 wordt vervangen door de volgende leden 4 en 5 en het huidige lid 5 wordt lid 6, waarbij "volledig gecoördineerde luchthaven' wordt vervangen door "gecoördineerde luchthaven':
"4. Aan de hand van de analyse pleegt de lidstaat overleg over de capaciteitssituatie op de luchthaven met de luchthavenbeheerder, de luchtvaartmaatschappijen die regelmatig van de luchthaven gebruik maken, hun representatieve organisaties, vertegenwoordigers van de algemene luchtvaart en de luchtverkeersleidingsautoriteiten.
5. De lidstaat zorgt ervoor dat de luchthaven als gecoördineerd wordt aangewezen gedurende de periode waarvoor aan de hand van een capaciteitsanalyse is vastgesteld dat er gedurende ten minste één dienstregelingsperiode capaciteitsproblemen bestaan, wanneer
a)
de tekorten van dien aard zijn dat ernstige vertragingen op de luchthaven niet kunnen worden vermeden, en
b)
er geen mogelijkheden zijn om deze problemen op korte termijn op te lossen.
Een luchthaven kan voor een beperkte periode als gecoördineerd worden aangewezen indien op grond van te voorziene grote evenementen capaciteitsproblemen te verwachten zijn."
(4) Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:
a) De titel wordt vervangen door de volgende tekst: "De bemiddelaar inzake de dienstregelingen en de coördinator"
b) Lid 1 wordt vervangen door de volgende tekst:
"
1. "1. De lidstaat die verantwoordelijk is voor een luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen of een gecoördineerde luchthaven, benoemt, na raadpleging van de luchtvaartmaatschappijen die regelmatig gebruik maken van de luchthaven, hun vertegenwoordigende organisaties, de luchthavenbeheerder en het coördinatiecomité, voorzover dit bestaat, een gekwalificeerde natuurlijke of rechtspersoon als bemiddelaar inzake de dienstregelingen respectievelijk luchthavencoördinator. Dezelfde bemiddelaar inzake de dienstregelingen of coördinator mag voor meer dan een luchthaven worden benoemd."
"
c) De leden 2, 3, 4, 5 en 6 worden vervangen door de volgende tekst:
"
2. "2. De lidstaat die verantwoordelijk is voor een luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen of een gecoördineerde luchthaven, zorgt ervoor dat:
a)
op een luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen de bemiddelaar inzake de dienstregelingen zijn taken uit hoofde van deze verordening op onafhankelijke, onpartijdige, niet-discriminerende en transparante wijze vervult,
b)
op een gecoördineerde luchthaven de defacto onafhankelijkheid van de coördinator bovendien gewaarborgd is doordat de coördinator institutioneel en financieel los staat van elke belanghebbende partij. De lidstaat zorgt ervoor dat de coördinator zijn taken overeenkomstig deze verordening op onpartijdige, niet-discriminerende en transparante wijze vervult en dat er voldoende middelen beschikbaar worden gesteld op zo'n wijze dat de financiering van de coördinatieactiviteiten geen afbreuk kan doen aan de onafhankelijkheid van de coördinator.
3. De bemiddelaar inzake de dienstregelingen en de coördinator nemen deel alle bij het gemeenschapsrecht toegestane internationale planningsconferenties van luchtvaartmaatschappijen.
4. De bemiddelaar inzake de dienstregelingen adviseert luchtvaartmaatschappijen en doet aanbevelingen inzake alternatieve aankomst- en/of vertrektijden wanneer het waarschijnlijk is dat er congestie zal optreden.
5. De coördinator is als enige verantwoordelijk voor de toewijzing van "slots". Hij wijst de "slots" in overeenstemming met de bepalingen van deze verordening toe en treft de nodige voorzieningen om "slots" in dringende gevallen buiten de kantooruren te kunnen toewijzen
6. De bemiddelaar inzake de dienstregelingen en de coördinator zien in nauwe samenwerking met de luchthavenbeheerder en de luchtverkeersleidingsautoriteiten toe op het gebruik van dienstregelingen en de toegewezen en daadwerkelijk benutte "slots". De coördinator dient jaarlijks een verslag van de werkzaamheden in bij de Commissie dat met name betrekking heeft op de toepassing van de artikelen 8bis en 14 en op eventuele klachten over de toepassing van de artikelen 8 en 10 die bij het coördinatiecomité zijn ingediend en de initiatieven die zijn genomen om hiervoor een oplossing te vinden.
7. Alle bemiddelaars inzake de dienstregelingen en coördinatoren vergelijken hun databases om tegenstrijdigheden in de dienstregelingen aan het licht te brengen."
"
d) Lid 7 wordt lid 8 en de inleidende tekst van het lid wordt vervangen door de volgende tekst:
"
"De coördinator stelt op verzoek binnen een redelijke termijn de volgende informatie gratis in schriftelijke of andere gemakkelijk toegankelijke vorm voor raadpleging aan alle luchtvaartmaatschappijen, beheersorganen van de luchthavens en luchtverkeersleidingsautoriteiten, de lidstaten alsmede de Commissie ter beschikking:'
"
e) De volgende zin wordt aan lid 8 toegevoegd en dit lid wordt het nieuwe lid 9:
"
"De coördinator verstrekt deze informatie desgevraagd in samengevatte vorm. Voor het verstrekken van deze samengevatte informatie kan een op de kosten gebaseerde vergoeding worden gevraagd."
"
f) De volgende tekst wordt ingevoegd als het nieuwe lid 10:
"
"Wanneer er relevante, algemeen aanvaarde normen voor informatie over de dienstregelingen beschikbaar zijn, passen de bemiddelaar inzake de dienstregelingen, de coördinator en de luchtvaartmaatschappijen deze toe, op voorwaarde dat deze in overeenstemming zijn met het gemeenschapsrecht."
"
(5) De artikelen 5, 6, 7, 8 en 9 worden vervangen door de volgende tekst:
"
"Artikel 5
Coördinatiecomité
1. Op een gecoördineerde luchthaven zorgt de verantwoordelijke lidstaat ervoor dat er een coördinatiecomité wordt ingesteld. Hetzelfde coördinatiecomité mag voor meer dan een luchthaven worden aangewezen. Het lidmaatschap van dit comité staat op zijn minst open voor de luchtvaartmaatschappijen, hun representatieve organisaties en de vertegenwoordigers van de algemene luchtvaart die regelmatig van de luchthaven(s) gebruik maken, het beheersorgaan van de betrokken luchthavenen de betrokken luchtverkeersleidingsautoriteiten.
De taken van het coördinatiecomité zijn:
a)
de coördinator en/of de lidstaat voorstellen te doen of te adviseren inzake:
-
mogelijkheden om de capaciteit van de luchthaven, welke overeenkomstig artikel 3 is bepaald, te vergroten of beter te gebruiken;
-
overeenkomstig artikel 6 te bepalen coördinatieparameters;
-
lokale richtsnoeren voor de toewijzing van "slots", rekening houdend met eventuele milieuaspecten zoals bepaald in artikel 8, lid 2;
-
verbeteringen van de verkeerssituatie op de betrokken luchthaven;
-
klachten over de toewijzing van "slots" als bedoeld in artikel 11;
-
methoden om het gebruik van de toegewezen "slots" te controleren;
-
ernstige problemen die nieuwe gegadigden ondervinden als bedoeld in artikel 10, lid 7;
-
alle kwesties die te maken hebben met de capaciteit van de luchthaven.
b)
tussen alle betrokkenen te bemiddelen inzake:
-
klachten over de toewijzing van "slots" als bedoeld in artikel 11.
2. Op de vergaderingen van het coördinatiecomité worden vertegenwoordigers van de lidstaat en de coördinator als waarnemers uitgenodigd.
3. Op verzoek van het beheersorgaan van de luchthaven of de coördinator stelt het coördinatiecomité een schriftelijk reglement van orde vast met regels voor onder meer deelname, verkiezingen, regelmaat van de vergaderingen en gebruikte taal c.q. talen. Elk lid van het coördinatiecomité en de coördinator kunnen lokale richtsnoeren als bedoeld in artikel 8, lid 5 voorstellen. Op verzoek van de coördinator bespreekt het coördinatiecomité voorstellen voor lokale richtsnoeren voor de toewijzing van "slots". Aan de betrokken lidstaat wordt een verslag van de discussies in het coördinatiecomité voorgelegd met een indicatie van de onderscheiden standpunten binnen het comité.
4.Het coördinatiecomité is niet bevoegd besluiten te nemen die aan de coördinator zijn voorbehouden.
Artikel 6
Coördinatieparameters
1. Op een gecoördineerde luchthaven draagt de verantwoordelijke lidstaat er zorg voor dat de parameters voor de toewijzing van "slots" tweemaal per jaar worden vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met alle relevante technische, operationele en milieubeperkingen en de eventuele veranderingen die hierin zijn opgetreden.
Hierbij wordt uitgegaan van een objectieve analyse van de mogelijkheden om het luchtverkeer te verwerken, rekening houdend met de verschillende types verkeer op de luchthaven, de congestie van het lokale luchtruim die tijdens de coördinatieperiode waarschijnlijk zal optreden en de capaciteitssituatie.
De parameters worden tijdig vóór de eerste toewijzing van "slots" ter voorbereiding van de planningsconferenties meegedeeld aan de luchthavencoördinator.
2. Ten behoeve van de in lid 1 genoemde taak stelt de coördinator na raadpleging van het coördinatiecomité in het licht van de capaciteitssituatie passende coördinatie-intervallen vast.
3. De bepaling van de parameters en de gevolgde methode alsmede eventuele veranderingen daarin worden uitgebreid met het coördinatiecomité besproken teneinde het aantal voor toewijzing beschikbare "slots" te verhogen, voordat een definitief besluit over de parameters voor de toewijzing van "slots" wordt genomen. Alle relevante documenten worden desgevraagd ter beschikking gesteld van verstrekkers van luchthaveninfrastructuur die van belang zijn voor de uitvoering van een luchtdienst, de luchtvaartmaatschappijen die de luchtdiensten uitvoeren, alsmede de Commissie.
Artikel 7
Informatie voor de bemiddelaar inzake de dienstregelingen en de coördinator
1. Luchtvaartmaatschappijen die op een luchthaven met bemiddeling inzake de dienstregelingen of een volledig gecoördineerde luchthaven diensten exploiteren of voornemens zijn dat te doen, verstrekken de bemiddelaar inzake de dienstregelingen respectievelijk de coördinator alle door hem gevraagde relevante informatie. Alle relevante informatie wordt verstrekt in de vorm en binnen de termijn die door de bemiddelaar inzake de dienstregelingen of de coördinator zijn opgegeven. Met name zijn luchtvaartmaatschappijen verplicht de coördinator op het tijdstip van het verzoek om toewijzing in standaard industrieformaat mee te delen of zij wat de gevraagde "slots" betreft overeenkomstig artikel 2, onder b), in aanmerking komen voor de status van nieuwe gegadigde.
Voor alle andere luchthavens die niet speciaal zijn aangewezen, wordt informatie over geplande diensten van luchtvaartmaatschappijen op verzoek van een coördinator door de luchthavenbeheerder aan die coördinator verstrekt.
2. Als een luchtvaartmaatschappij de in lid 1 bedoelde informatie niet verstrekt of zij onjuiste of misleidende informatie verstrekt, neemt de coördinator de "slot"&nbhy;aanvraag of -aanvragen van die luchtvaartmaatschappij niet in overweging, tenzij er verzachtende omstandigheden zijn. De coördinator stelt de betrokken luchtvaartmaatschappij in staat haar opmerkingen te maken.
3. De bemiddelaar inzake de dienstregelingen of coördinator, de luchthavenbeheerder en de luchtverkeersleidingsautoriteiten wisselen alle voor de uitvoering van hun onderscheiden taken vereiste informatie uit, waaronder gegevens over dienstregelingen en daadwerkelijk toegewezen "slots".
Artikel 8
Procedure voor de toewijzing van "slots"
1. Reeksen "slots" worden uit de "slot"-pool aan luchtvaartmaatschappijen die een aanvraag hebben ingediend, toegewezen als een recht om de luchthaveninfrastructuur te gebruiken om te landen en op te stijgen gedurende de dienstregelingsperiode waarvoor zij zijn aangevraagd. Na afloop van deze dienstregelingsperiode worden zij teruggegeven aan de overeenkomstig artikel 10 gevormde "slot"-pool.
2. Onverminderd de artikelen 7, 8bis, 9, artikel 10, lid 1 en artikel 14 is lid 1 niet van toepassing wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan:
-
een reeks "slots" is door een luchtvaartmaatschappij gebruikt voor de uitvoering van geregelde en geplande niet-geregelde luchtdiensten en
-
de luchtvaartmaatschappij kan tot tevredenheid van de coördinator aantonen dat zij de door de coördinator toegewezen "slots" in kwestie voor ten minste 80% van de tijd heeft geëxploiteerd in de dienstregelingsperiode waarvoor zij zijn toegewezen.
In dat geval geeft de reeks "slots" de betrokken luchtvaartmaatschappij recht op dezelfde reeks "slots" in de volgende overeenkomstige dienstregelingsperiode.
De lidstaten kunnen dit recht, onverminderd artikel 9 en de desbetreffende bepalingen van Verordening (EEG) nr. 2408/92 op niet-discriminerende basis beperken tot reeksen "slots" naar aanleiding van wijzigingen in de geldende milieueisen op de betrokken luchthaven, rekening houdend met de lokale regels die zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 8, lid 6.
3. Wanneer niet tot tevredenheid van de betrokken luchtvaartmaatschappijen aan alle aanvragen voor "slots" kan worden voldaan, wordt onverminderd artikel 10, lid 2 voorrang verleend aan commerciële luchtdiensten, inzonderheid aan geregelde diensten en geplande niet-geregelde diensten. In geval van concurrerende aanvragen binnen dezelfde dienstencategorie wordt prioriteit gegeven aan diensten die gedurende het hele jaar worden uitgevoerd.
4. Wijziging van de tijden van reeksen "slots" voordat de resterende "slots" uit de "slot"-pool als bedoeld in artikel 10 worden toegewezen aan andere luchtvaartmaatschappijen die een aanvraag hebben ingediend, wordt alleen toegestaan om operationele redenen of indien door wijziging van de tijden een reeks "slots" zou worden vastgesteld die dichter bij de oorspronkelijke aanvraag van de luchtvaartmaatschappij ligt. Een dergelijke wijziging treedt pas in werking na uitdrukkelijke bevestiging door de coördinator.
5. De coördinator past tevens de wereldwijd en EU-wijd door de luchtvaartsector opgestelde aanvullende richtsnoerentoe, evenals de overeenkomstig artikel 8, lid 5 bis vastgestelde lokale regels, mits deze regels geen afbreuk doen aan de onafhankelijkheid van de coördinator, stroken met het Gemeenschapsrecht en tot doel hebben de luchthavencapaciteit efficiënter en effectiever te benutten.
6.Voorstellen voor lokale richtsnoeren worden aan het coördinatiecomité voorgelegd. Alle leden van het coördinatiecomité en de coördinator kunnen lokale regels voorstellen. Het coördinatiecomité bespreekt dergelijke voorstellen zonder onnodige vertraging.
In de lokale richtsnoeren kunnen op niet-discriminerende basis aanvullende prioriteiten worden vastgesteld voor de slottoewijzing.
Het beheersorgaan van de betrokken luchthaven kan de voorgestelde lokale richtsnoeren goedkeuren tenzij een ander lid van het coördinatiecomité of de coördinator het voorstel voor een besluit aan de betrokken lidstaat heeft doorverwezen. De betrokken lidstaat brengt de Commissie op de hoogte van lokale richtsnoeren die zijn goedgekeurd.
7. Indien niet aan een aanvraag voor een "slot" kan worden voldaan, geeft de coördinator de betrokken luchtvaartmaatschappij hiervan de redenen op en deelt hij tevens het beste alternatieve beschikbare "slot" mee.
8. Naast de geplande toewijzing van "slots" voor de dienstregelingsperiode poogt de coördinator te voldoen aan afzonderlijke "slot"-aanvragen die op korte termijn worden ingediend voor elk soort luchtvaart, inclusief de algemene luchtvaart. Hiertoe kan gebruik worden gemaakt van de na de verdeling onder de gegadigde luchtvaartmaatschappijen resterende "slots" in de in artikel 10 bedoelde pool en van op korte termijn beschikbaar komende "slots".
Artikel 8 bis
Mobiliteit van "slots"
1. Slots mogen:
a)
door een luchtvaartmaatschappij worden overgedragen tussen routes of soorten diensten van dezelfde luchtvaartmaatschappij,
b)
worden overgedragen
i)
tussen moeder- , dochter- en zustermaatschappijen,
ii)
als onderdeel van de verwerving van de zeggenschap over het kapitaal van een luchtvaartmaatschappij,
iii)
in geval van gehele of gedeeltelijke overname, wanneer de "slots" rechtstreeks gekoppeld zijn aan de overgenomen maatschappij.
c)
na overleg met de coördinator tussen twee luchtvaartmaatschappijen worden uitgewisseld op basis van een "slot" voor een "slot".
2. "Slots" mogen op generlei wijze, al dan niet tegen financiële vergoeding, worden overgedragen tussen luchtvaartmaatschappijen of tussen luchtvaartmaatschappijen en andere entiteiten, behalve aan luchtvaartmaatschappijen die worden bedoeld in artikel 8bis, lid 1, onder b).
3. De in de lid 1 bedoelde overdrachten of uitwisselingen worden ter kennis van de coördinator gebracht en treden niet in werking voordat zij uitdrukkelijk door de coördinator zijn bevestigd. De coördinator bevestigt de overdrachten of uitwisselingen niet, wanneer zij niet aan de voorwaarden van deze verordening voldoen en hij er niet van overtuigd is dat:
a)
de luchthavenexploitatie niet wordt geschaad, rekening houdend met alle technische, operationele en milieubeperkingen;
b)
de overeenkomstig artikel 9 opgelegde beperkingen worden nageleefd;
c)
lid 4 niet van toepassing is op een "slot"-overdracht;
d)
in geval van uitwisselingen tussen twee luchtvaartmaatschappijen ingevolge lid 1, beide luchtvaartmaatschappijen het voornemen hebben de bij de uitwisseling of daaropvolgende uitwisselingen verkregen "slots" te gebruiken.
4. (a) "Slots" die worden toegewezen aan een nieuwe gegadigde als gedefinieerd in artikel 2, onder b), kunnen gedurende twee overeenkomstige dienstregelingsperiodes niet overeenkomstig lid 1, onder b) worden overgedragen.
b) "Slots" die worden toegewezen aan een nieuwe gegadigde als gedefinieerd in artikel 2, onder b), punten ii) en iii), kunnen gedurende twee overeenkomstige dienstregelingsperiodes niet overeenkomstig lid 1, onder a), worden overgedragen op een andere route, tenzij de nieuwe gegadigde bij de nieuwe route met dezelfde prioriteit is behandeld als bij de toegewezen route.
c) "Slots" die worden toegewezen aan een nieuwe gegadigde als gedefinieerd in artikel 2, onder b), kunnen gedurende twee overeenkomstige dienstregelingsperiodes niet overeenkomstig lid 1, onder c) worden uitgewisseld, behalve om de "slot"-tijden voor deze diensten dichter bij de oorspronkelijk gevraagde te brengen.
Artikel 8 ter
Uitsluiting van schadeclaims
In verband met de eventuele beperking of beëindiging van het recht op reeksen "slots" als bedoeld in artikel 8, lid 2, uit hoofde van het Gemeenschapsrecht, met name de toepassing van de regels van het Verdrag inzake luchtvervoer, kunnen geen schadeclaims worden ingediend.
Deze verordening doet geen afbreuk aan de bevoegdheden van overheidsinstanties om de overdracht van "slots" tussen luchtvaartmaatschappijen te eisen op grond van de artikelen 81 of 82 van het Verdrag of Verordening (EEG) nr. 4064/89. Deze overdrachten kunnen uitsluitend plaatsvinden zonder financiële compensatie.
Artikel 9
Openbare dienstverplichtingen
1. Als op een route overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2408/92 van de Raad openbare dienstverplichtingen zijn opgelegd, reserveert een lidstaat zo nodig, na raadpleging van de coördinator, op een gecoördineerde luchthaven de voor de voorgenomen diensten op die route vereiste "slots" uit de "slot"-pool. Wanneer de luchtvaartmaatschappij, de gereserveerde "slots" op de betrokken route niet in overeenstemming met artikel 8, de leden 2 en 4, gebruikt, worden deze "slots" met inachtneming van lid 2 ter beschikking gesteld van elke andere luchtvaartmaatschappij die belangstelling heeft om de route te exploiteren overeenkomstig de openbare dienstverplichtingen. Wanneer andere luchtvaartmaatschappijen geen belangstelling hebben om de route te exploiteren en de betrokken lidstaat geen aanbesteding organiseert overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder (d) van Verordening (EEG) nr. 2408/92, worden de "slots" teruggegeven aan de pool.
2. De aanbestedingsprocedure van artikel 4, lid 1, onder d) tot en met g), en artikel 4, lid 1, onder i), van Verordening (EEG) nr. 2408/92 wordt gevolgd voor het gebruik van de in lid 1 bedoelde "slots", wanneer meer dan één communautaire luchtvaartmaatschappij belangstelling heeft om de route te exploiteren en niet in staat is geweest binnen één uur vóór of na de van de coördinator gevraagde tijden "slots" te verkrijgen."
"
(6) De leden 1, 2, 3, 4, 5, 7 en 8 van artikel 10 worden vervangen door de volgende tekst:
"
Artikel 10
"Slot"-pool
1. De coördinator vormt een pool die alle "slots" bevat die niet volgens artikel 8, leden 2, en 4, zijn toegewezen. Alle nieuwe "slot"-capaciteit die overeenkomstig artikel 3, lid 3, is bepaald, wordt in de pool geplaatst.
2. Een reeks "slots" die aan een luchtvaartmaatschappij is toegewezen voor de exploitatie van geregelde luchtdiensten of geplande niet-geregelde luchtdiensten geeft die luchtvaartmaatschappij niet het recht op dezelfde reeks "slots" in de volgende overeenkomstige dienstregelingsperiode, wanneer de luchtvaartmaatschappij de coördinator niet overtuigend kan aantonen dat zij de "slots", zoals vrijgegeven door de coördinator, in de periode waarvoor zij toegewezen zijn, voor ten minste 80% van de tijd heeft geëxploiteerd.
3. "Slots" die vóór 31 januari aan een luchtvaartmaatschappij zijn toegewezen voor het volgende zomerseizoen of vóór 31 augustus voor het volgende winterseizoen, maar die vóór die data aan de coördinator worden teruggegeven om opnieuw te worden toegewezen, tellen niet mee voor de berekening van het gebruik.
4. Indien niet kan worden aangetoond dat de reeks "slots" voor 80% is gebruikt, worden alle "slots" waaruit die reeks bestaat, in de "slot"-pool opgenomen, tenzij voor de niet-benutting een van de volgende redenen kan worden aangevoerd:
a)
niet te voorziene en onvermijdelijke gevallen die de luchtvaartmaatschappij niet in de hand heeft en die leiden tot:
-
het aan de grond houden van het type vliegtuig dat meestal voor de betrokken dienst wordt gebruikt;
-
de sluiting van een luchthaven of luchtruim;
b)
een onderbreking van luchtdiensten ten gevolge van acties die erop gericht zijn deze diensten te verstoren, waardoor het voor de luchtvaartmaatschappij praktisch en/of technisch onmogelijk wordt om de geplande exploitatie voort te zetten;
c)
ernstige financiële nadelen voor de betrokken communautaire luchtvaartmaatschappij, met als gevolg de afgifte van een tijdelijke vergunning door de vergunningverlenende autoriteiten in afwachting van een financiële reorganisatie van de luchtvaartmaatschappij overeenkomstig artikel 5, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 2407/92.
Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief controleert de Commissie
-
de verplichte toepassing van het bepaalde onder a) t/m c) door de coördinator,
-
de verplichte toepassing van dit lid door de coördinator op alle andere niet te voorziene en onvermijdelijke gevallen die de luchtvaartmaatschappij niet in de hand heeft en die niet voorzien zijn in dit artikel.
Binnen een maand na ontvangst van het verzoek neemt de Commissie een besluit, na het in artikel 13, lid 4 genoemde comité te hebben gehoord. Zij stelt de Raad van haar besluit in kennis.
Binnen een maand kan elke lidstaat het besluit van de Commissie aan de Raad ter behandeling voorleggen. De Raad kan binnen een maand met gekwalificeerde meerderheid in buitengewone omstandigheden een andersluidend besluit nemen.
5. Onverminderd artikel 8, lid 2, van deze verordening en onverminderd artikel 8, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2408/92 worden in de pool opgenomen "slots" verdeeld over de luchtvaartmaatschappijen die een aanvraag hebben ingediend. 50% van deze "slots" wordt, beurtelings met de andere luchtvaartmaatschappijen die een aanvraag hebben ingediend, toegewezen aan nieuwe gegadigden, tenzij hun aanvragen minder dan 50% bedragen. Met het oog op deze toewijzing wordt de dienstregelingsdag in gelijke coördinatieperiodes van maximaal één uur verdeeld.
Aanvragen van nieuwe gegadigden die op grond van artikel 2, onder b), zowel punt i) als punt ii) of artikel 2, onder b), zowel punt i) als punt iii) in aanmerking komen voor de status van nieuwe gegadigde, hebben voorrang.
6.In geval van diensten die worden geëxploiteerd door een groep luchtvaartmaatschappijen kan slechts een van de deelnemende luchtvaartmaatschappijen een aanvraag voor de benodigde "slots" indienen. De luchtvaartmaatschappij die een dergelijke dienst exploiteert neemt de verantwoordelijkheid op zich om te voldoen aan de in artikel 8, lid 2, genoemde exploitatiecriteria om verworven rechten te behouden.
"Slots" die aan een van de deelnemende luchtvaartmaatschappijen zijn toegewezen, kunnen door één of meer andere luchtvaartmaatschappijen voor de gezamenlijke exploitatie worden gebruikt, op voorwaarde dat de identificatiecode van de luchtvaartmaatschappij waaraan de "slots" zijn toegewezen voor coördinatie- en monitoringdoeleinden voor de gezamenlijke vlucht gehandhaafd blijft. Wanneer dergelijke vluchten worden stopgezet, blijven de daarvoor gebruikte "slots" bij de luchtvaartmaatschappij waaraan zij oorspronkelijk waren toegewezen. Luchtvaartmaatschappijen die deelnemen aan gezamenlijke vluchten, stellen de coördinatoren uitvoerig in kennis van de gegevens van dergelijke vluchten."
"
(7) Lid 6 van artikel 10 wordt lid 7.
(8) Artikel 11 wordt vervangen door de volgende tekst:
"
"Artikel 11
Klachten en recht van beroep
1. Klachten in verband met de toepassing van de artikelen 8, 8bis en 10 worden voorgelegd aan het coördinatiecomité. Het coördinatiecomité neemt de kwestie binnen een maand nadat de klacht is ingediend, in behandeling en doet zo mogelijk voorstellen aan de coördinator om de problemen op te lossen. Als de problemen niet kunnen worden opgelost, kan de betrokken lidstaat binnen de daaropvolgende drie maanden voorzien in bemiddeling door een representatieve organisatie van luchtvaartmaatschappijen of luchthavens of een andere derde partij.
2. De lidstaten zorgen ervoor dat elke partij met een gerechtvaardigd belang het recht heeft bij een nationale rechtbank of andere onafhankelijke instantie tegen de besluiten van de coördinator in beroep te gaan, wanneer de bemiddelingsprocedure van lid 1 geen oplossing heeft gebracht.
De lidstaten zorgen ervoor dat de beroepsinstantie de bevoegdheid heeft om:
a)
zo spoedig mogelijk volgens een interlocutoire procedure tijdelijke maatregelen te treffen om een einde maken aan de beweerde inbreuk of om te voorkomen dat de betrokken belangen verder worden geschaad, met inbegrip van maatregelen om de procedure voor de toewijzing van "slots" of de uitvoering van een besluit van de coördinator op te schorten of te doen opschorten,
b)
onwettige besluiten nietig te verklaren of te doen verklaren,
c)
schadevergoeding toe te kennen. Tegen de coördinator kan geen schadeclaim worden ingediend.
De lidstaten zorgen ervoor dat de beroepsprocedures, volgens uitvoerige regels die de lidstaten kunnen vaststellen, open staan voor op zijn minst elke persoon die een belang heeft of had in procedures voor de toewijzing van "slots" en die schade heeft geleden of kan lijden als gevolg van een beweerde inbreuk.
Wanneer ingevolge dit lid gerechtelijke stappen worden ondernomen, is lid 1 met onmiddellijke ingang niet langer van toepassing."
"
(9) Artikel 12, de titel en lid 1 worden vervangen door de volgende tekst:
"
"Betrekkingen met derde landen
1. Wanneer, wat de toewijzing en het gebruik van "slots" op zijn luchthavens betreft, blijkt dat een derde land
a)
communautaire luchtvaartmaatschappijen geen behandeling toekent die vergelijkbaar is met de behandeling die door deze verordening aan luchtvaartmaatschappijen uit dat land wordt toegekend, of
b)
communautaire luchtvaartmaatschappijen niet de facto een nationale behandeling toekent, of
c)
luchtvaartmaatschappijen uit andere derde landen een gunstiger behandeling toekent dan aan communautaire luchtvaartmaatschappijen,
kan de Commissie volgens de procedure van artikel 13, lid 2, besluiten dat een of meer lidstaten maatregelen moeten treffen, inclusief de gehele of gedeeltelijke schorsing van de toepassing van deze verordening, ten aanzien van een of meer luchtvaartmaatschappijen uit dat derde land, teneinde het discriminerende gedrag van het betrokken derde land te beëindigen. "
"
10) de artikelen 13 en 14 worden vervangen door de volgende tekst:
"
"Artikel 13
Besluitvormingsprocedure
1. Wanneer zij een besluit neemt ingevolge artikel 12, wordt de Commissie bijgestaan door een comité, bestaande uit vertegenwoordigers van de lidstaten en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.
2. Wanneer naar dit artikel wordt verwezen, is de regelgevingsprocedure vervat in artikel 5 van Besluit 1999/468/EG, overeenkomstig artikel 7, lid 3, en artikel 8 van genoemd besluit, van toepassing.
3. De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn bedraagt drie maanden.
4. Voorts kan het comité door de Commissie worden geraadpleegd over elke andere kwestie in verband met de toepassing van deze verordening.
5. Het comité stelt zijn reglement van orde vast.
Artikel 14
Handhaving
1. Een vluchtplan van een luchtvaartmaatschappij wordt door de bevoegde luchverkeersleidingsautoriteiten verworpen, wanneer de luchtvaartmaatschappij van plan is op een gecoördineerde luchthaven te landen of op te stijgen tijdens de periodes waarin de luchthaven gecoördineerd is, zonder dat de coördinator daarvoor een "slot" heeft toegewezen. Daarbij wordt de op de desbetreffende luchthaven benodigde tijd voor het taxiën in aanmerking genomen.
2. De coördinator trekt de reeks "slots" van een luchtvaartmaatschappij in en plaatst deze in de pool op 1 februari voor het volgende zomerseizoen of op 1 september voor het volgende winterseizoen, als de luchtvaartmaatschappij op die datum niet in het bezit is van een exploitatievergunning of gelijkwaardige vergunning.
3. Wanneer een luchtvaartmaatschappij een reeks "slots" heeft verkregen als resultaat van een overdracht of uitwisseling overeenkomstig artikel 8bis, lid 3, en deze "slots" niet zijn gebruikt zoals voorgenomen overeenkomstig artikel 8bis, lid 3, onder d), trekt de coördinator de reeks "slots" in en plaatst hij deze in de pool.
4. Luchtvaartmaatschappijen die herhaaldelijk en opzettelijk luchtdiensten uitvoeren op een tijdstip dat wezenlijk verschilt van de als onderdeel van een reeks "slots" toegewezen "slot", of die gebruik maken van andere vliegtuigen dan die waarover voor het laatst met de coördinator overeenstemming is bereikt, verliezen, als hiervan een nadelige invloed op de capaciteit uitgaat, de in artikel 8, lid 2, bedoelde status. Nadat hij de betrokken luchtvaartmaatschappij heeft gehoord en eenmaal heeft aangemaand, kan de coördinator besluiten de desbetreffende reeks "slots" van die luchtvaartmaatschappij voor het resterende deel van de dienstregelingsperiode in te trekken en weer in de pool op te nemen.
5. De lidstaten voeren maatregelen in waarbij, na een eenmalige aanmaning, boetes en/of dwangsommen worden opgelegd aan luchtvaartmaatschappijen voor het herhaaldelijk en opzettelijk uitvoeren van luchtdiensten op tijden die wezenlijk verschillen van de toegewezen "slots". Hetzelfde geldt als luchtvaartmaatschappijen gebruik maken van andere vliegtuigen dan die waarover voor het laatst met de coördinator overeenstemming is bereikt en als hiervan een nadelige invloed op de capaciteit uitgaat.
Nadat de betrokken luchtvaartmaatschappij is gehoord, wordt het bedrag van de boete en/of dwangsom vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met de aard en de ernst van de overtreding.
6. (a) Onverminderd artikel 10, lid 4, kan een coördinator, wanneer een luchtvaartmaatschappij er niet in slaagt het in artikel 8, lid 2, vermelde gebruikspercentage van 80% te bereiken, besluiten die reeks "slots" van die luchtvaartmaatschappij voor de resterende duur van de dienstregelingsperiode in te trekken en weer in de pool op te nemen, nadat hij de betrokken luchtvaartmaatschappij heeft gehoord.
(b) Onverminderd artikel 10, lid 4, neemt de coördinator, nadat hij de betrokken luchtvaartmaatschappij heeft gehoord, een reeks "slots" weer op in de pool, wanneer er geen "slots" van die reeks zijn gebruikt nadat 20% van de geldigheidsduur van de reeks is verstreken."
"
(11) Artikel 14 bis wordt toegevoegd:
"
"Artikel 14 bis
Verslag en samenwerking
1. De Commissie dient uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van deze verordening een verslag over de tenuitvoerlegging hiervan in bij het Europees Parlement en de Raad. In het verslag wordt met name ingegaan op de toepassing van de artikelen 8, 8bis en 10.
2. De lidstaten en de Commissie werken samen bij de tenuitvoerlegging van deze verordening, met name voor het verzamelen van de informatie voor het in lid 1 bedoelde verslag."
"
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking drie maanden na haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.